BUITENLANDSCH OVERZICHT DE ITALIAANSCHE VERKIEZINGEN. EEN EERLIJa OVERZICHT ZAL VERKREGEN WORDEN. LETTEREN EN KUNST Nalatigheid HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 25 MAART 1929 TWEEDE BLAD Vóór of tegen de fascistische lijst. Op de Paaschveetentoonstellingen, die in Den Bosch en te Amsterdam gehouden teer den, verwierf de vleeschhouwerij Wed. P. Goossens, Generaal Cronjéstraat 3, voor den fijnsten en best gemesten os het kampioenschap en den eersten pr\js. T RFf ANQRF 'KcTE NIEUWS Zondag vonden in geheel Italië de alge- meene verkiezingen plaats voor het eerste „corporatieve parlement", waarbij de verte genwoordiging niet meer zoo gaat volgens geografische districten maar volgens de verschillende groepen uit de burgerij, zoodat vertegenwoordigd zullen zijn de verschillen de bedrijven en beroepen en andere groepen der samenleving. Gedurende de afgcloopen weken hebben de fascisten een intensieve propaganda gevoerd, teneinde het aantal kiezers, dat zijn stem uitbrengt, zoo groot mo gelijk te doen zijn, waarbij uitvoerig werd aangetoond, wat het fascisme voor Italië heeft gedaan. Toen de stembureaux heden morgen werden geopend, te zeven uur, wa ren de eerste kiezers reeds aanwezig, die kalm hun stem konden uitbrengen, maar reeds twee uur later hadden zich voor de stembureaux lange files van menschen ge vormd, en gedurende den geheelen dag bleef het bij de stembureaux in Rome menschen stroomen. Uit het land wordt eveneens ge meld, dat het fascistische stembiljet, dat naar men weet een andere kleur heeft dan het biljet, waarmee men op de niet-fascisti- sche lijst stemt, overgroot succes heeft. Mus solini verscheen reeds hedenmorgen te onge veer acht uur, voor de groote drukte begon, in het stembureau te Rome. Voor het begin dezer verkiezingen had Mussolini zich laten overschrijven van de kiezerslijst te Milaan, waar hij zijn verblijfplaats had, op die van Rome. Hij werd door de aanwezigen met geestdrift begroet. Voorzitter van het stem bureau was Augusto Turati, secretaris-ge neraal der Fascistische partij, die Mussolini bij den ingang van het lokaal verwelkomde. Daarna nam hij echter plaats op zijn voor- zittersstoel en verzocht den Duce om diens legitimatiebewijzen, zooals hij dit bij alle an dere kiezers had gedaan. Mussolini toonde daarop zijn indentiteitskaart en mocht daar na stemmen. Hetzelfde vond plaats te Tu rijn, waar Kroonprins Umberto zijn stem uitbracht. Een overzicht toonde aan, dat niet, zooals de fascisten verwachtten, het percentage kiezers 30 a 35 procent bedoeg, ".naar dat het in Rome belangrijk hooger was. De ver schillende stembureaux meldden reeds in den loop van den middag, dat al 75 tot 85 procent van alle kiezers hun stem hadden uitgebracht. Over het algemeen verwacht men echter op het platteland een minder groote deelname, aangezien de politieke be langstelling daar minder groot is dan in de steden en de afstanden naar de stembu reaux er grooter zijn. Opvallend was het groote aantal priesters, dat aan de stemming deelnam. In het stembureau Borgo nabij het Vaticaan stroomde het den geheelen dag geestelijken. Velen hunner waren niet in het bezit van hun kiezerskaart, maar auto's, be stuurd door in zwarte hemden gekleede fascisten, stonden gereed om hen naar het gemeentelijk bureau in het centrum der stad te brengen, waar hun papleren werden in orde gemaakt, waarop de auto's hen weer naar 't stembureau brachten. Onder den in vloed van de overeenkomst tusschen Quiri naal en Vaticaan was de deelname der gees telijkheid in het 'geheele land zeer groot. De geestelijkheid beschouwde elke stem, uitge bracht voor het fascisme als een stem ten gunste van de ratificatie van deze overeen komst. Het voorbeeld werd gegeven door Kardinaal La Fontaine te Venetië, Kardi naal Gamba, den aartsbisschop van Turijn, Kardinaal Maffi, den aartsbissschop van Pisa, die, na de Palm-Paschen-mis te hebben op gedragen, zich naar het stembureau bega ven, vergezeld door de overige geestelijkheid. De verkiezingen hebben, volgens de berich ten uit de provincie, overal een kalm ver loop gehad en nergens tot incidenten geleid. Het resultaat der verkiezingen, hoewel niet twijfelachtig, zal officieel waarschijnlijk eerst in den loop van heden bekend worden. De verkiezing had om twee redenen een speciaal karakter en wel omdat de kiezers ditmaal niet een enkel lid voor het parle ment behoefden te kiezen, doch konden vol staan met te stemmen vóór of tegen de lijst, zooals die was opgemaakt door de fascisti sche partij en vervolgens omdat de fascisten alleen in het veld kwamen en er geen partij in oppositie met het fascisme is, waaop zij konden stemmen, die tegen het fascisme zijn. Aan den eenen kant wordt het succes der fascisten te rooskleurig voorgesteld, daar velen vóór de fascisten stemmen omdat er geen andere partij of oppositie is en ïan den anderen kant wordt de positie der fascisten natuurlijk verzwakt doordat veien nu ge heel van de verkiezingen wegblijven en geen belangstelling toonen. Deze twee factoren zuhen elkaar waarschijnlijk geheel opheffen. Voor zoo ver geconstateerd kon worden, is iedere 'voorzorgsmaatregel genomen om de verkiezing zoo fair mogelijk te laten zijn door de kiezers volkomen vrij te laten voor of te gen de fascisten te stemmen. Aan iederen kiezer worden, nadat hij zich gelegitimeerd had twee stukken papier gegeven waarop in groote letters gedrukt was „Stemt gij toe in de lijst der candidaten, aangewezen door de Groote Raad van het Fascisme", terwijl daaronder op het eene papier gedrukt was „Ja" en op het andere „Neen". Ieder kiezer werd dan verzocht in een klein hokje te gaan, waar hij absoluut geheim kon uitkie zen welk der beide papieren hij wnschte in te leveren. Dit papier werd dan in vieren gevouwen, dichtgeplakt en aan den voorzit ter van het stembureau terug gegeven, die het door een gleuf in een gesloten bus liet glijden. Voor de kiezers, die niet konden le zen was de verkiezing mogelijk gemaakt, doordat op het papier der fascisten de Italiaansche kleuren en de lictorenbundel gedrukt waren. Beide papieren waren, wan neer ze toegevouwen waren, volkomen ide O zoodat dus niemand bevreesd be- hoei e te zijn om tegen het fascisme te stemmen. Daar geen oppositiepartij aanwe zig was, waren de verkiezlngsbesturen uit sluitend uit fascisten geformeerd. Men mag dus ditmaal aannemen dat de uitslag dezer verkiezingen oen '.erlljk over zicht beteeken t van de stemming ten opzich te van het fascisme in Italië. r. A. Aanval der opstandelingen op Mazatlan afgeslagen. NEW-YORK, 24 Maart (V. D.) Eit het Mexicaansche gevechtsgebied wordt gemeld, dat de aanval der opstandelingen met 3000 man troepen op de stad Mazatlan, dat door 4000 man regeerlngstrocpen werd verdedigd, door dezen is afgeslagen, met groote verlie zen der opstandelingen. Van beide zijden werd verbitterd gestreden en beide partijen maakten gebruik van vliegtuigen en zwaar geschut. Bij de gevechten zouden twaalf honderd opstandelingen zijn gedood. Nieuwe arrestaties en een mislukte aanval op Hankau. PEKING, 24 Maart (V. D.) Uit Shanghai wordt gemeld, dat op bevel van Maarschalk Tsjang-Kai-Sjek elf leden der oppositie, die op. het congres der Kwo Min Tang het aftreden van den Maarschalk eischten, zijn gearresteerd. Daarbij kwam het wederom tot botsingen tusschen beide groepen. Voorts wordt gemeld, dat Zaterdag we derom zeven generaals en negen oversten zijn geari'esteerd, die er van beschuldigd worden, in verbinding met Generaal Feng te staan. Omtrent den toestand te Hankau wordt gemeld, dat de regeeringstroepen vier aan vallen op de stad hebben gedaan, die door de opstandelingen werden afgeslagen onder groote verliezen voor de regeeringstroepen. Hankau bevindt zich nog steeds in handen van Generaal Feng. Nanking in staat van beleg. PEKING, 23 Maart. (V. D.) In Nanking ls het gisteren tot onlusten op straat gekomen. Links georienteerde leden der Kwomlntang en communisten drongen verscheidene re- geeringsgebouwen binnen en eischen de on middellijke aftreding der huidige regeering en de vorming van een nieuw regime, waar in ook de linker groep vertegenwoordigd zou zijn. Een en ander leidde tot talrijke arrestaties in Nanking, Peking en Tsientsin. De stad Nanking is in staat van beleg ver klaard. In de arbeiderswijken heeft de po litie vele demonstranten aangehouden, die politieke gevangenen uit him verblijf tracht ten te bevrijden. Generaal Sarrail overleden. PARIJS, 23 Maart. Generaal Sarrail is heden in den ouderdom van 72 jaar overle den. Het stoffelijk overschat zal op kosten van den staat worden begraven; het zal, daar Sarrail opperbevelhebber der strijd krachten in Macedonië was, in den „Dóme des Invalides" worden bijgezet». De thans ont slapene heeft tijdens zijn leven den wensch geuit, dat de overbrenging naar den „Dóme des Invalides" niet met militaire eer zal ge schieden. Maurice Sarrail werd 6 April 1856 te Car- cassone geboren, studeerde aan de krijgs school te St. Cyr, welke hij in 1875 verliet. Na verschillende rangen doorloopen te hebben kwam hij in 1906 aan het hoofd te staan van de krijgsschool te St. Maixent en vervolgens, als kolonel, werd hij militair commandant van het Palais-Bourbon. In 1908 werd hij be noemd tot brigade-generaal. Bij het uitbreken van den oorlog was hij generaal van het zesde legercorps te Cha- lons-sur-Marne, doch al spoedig werd hem het bevel over het derde legercorps toever trouwd. Bij den strijd aan de Marne werd hij verscheidene malen eervol vermeld: als bevelhebber te Verdun wist hij de doorbraak pogingen van den Duitschen kroonprins te verijdelen, meldt de Tel. nog. In October 1915 werd hij benoemd tot bevelhebber van het Fransche Dardanellen-leger en in Januari 1916 tot opperbevelhebber van de legers in Macedonië. In December 1917 werd hij in laatstge noemde functie opgevolgd door generaal Guillaumat om het volgende jaar bij de reser ve te worden ingedeeld. Eind 1924 werd hij benoemd tot hooge commissaris in Syrië. Nauwelijks een jaar later werd hij echter te ruggeroepen in verband met het bombarde ment van Damascus. 28 PADVINDERS VERDRONKEN. IN TENNESSEE. CHATTANOOGA ("Tennessee), 23 Maart Door de overstrocming van een landhuis, waarin zij vertoefden, zijn alhier 28 pad vinders verdronken. Buren hoorden het hulp geroep der jongens, doch zij waren niet bij machte hulp te verleenen. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cu. per regel. Schofsche havermout Gezond'Voediaam-Zuinig Imp. Fa Joh. B. Scholten. Brouwersgracht 288 Amsterdam HET TOONEEL. NEDERLANDSCH TOONEEL- ENSEMBLE. MISS CAVELL, DE HELDIN VAN BRUSSEL. Tooneclspel van Charles Specht. Wanneer, een film om politieke redenen Ls afgekeurd, dan is het wel zeker dat er bin nen enkele weken een tooneelstuk met den zelfden naam wo-dt uitgebroed. Wij hebben het gezien met De Moeder en nu weer met Miss Cavell. In hoeverre het drama, dat de heer Charles Specht aan de Engelsche martelares heeft gewijd, op de film lijkt, kan ik niet beoor- deelen, maar wei weet ik, dat het tooneel- spel heel ver van de werkelijkheid af staat! Om het drama van Miss Cavell voor het tooneel geschikt te maken, was er natuurlijk een liefdes-Intrlgetje noodig Wij zien Miss Cavell dan ook verliefd op een Belgisch sol daat, terwijl een Duitscher zijn hart aan de Engelsche verpleegster verloren heeft. En deze Duitscher wordt dan het spreekt van zelf de „verrader". De heer Specht heeft blijkbaar de bedoeling gehad niemand te kwetsen. Hij heeft voor zoover dit dan mogelijk was in de zaak van Miss Cavell ook de Duitschers niet al te zwart willen voorstellen en daarom een Duitsch officier in zijn stuk gebracht, die de ridderlijkheid zelve is. Had mj dat nu maar niet gedaan, want hij heeft met deze trans actie het stuk heelemaal onmogelijk gemaakt! Wat Von Meggersdorff daar in den vollen krijgsraad doet in het bijzijn notabene van de beklaagde, de getuigen en ae soldaten van de wacht geeft misschien een aardig theatraal effect, maar het is zoo krankzinnig en zoo in strijd met alle wer kelijkheid, dat je je schouders ophaalt en je hoofd schudt over zoo veel dwaasheid. Stelt u zich een Duitsch officier uit 1916 voor. die weigert in den krijgsraad over een vrouw te oordeelen en zijn sabel ter beschikking van den Keizer s*elt! En die voor zoo'n „ba gatel" enkel disciplinair gestraft werd! Nee, wanneer men meent, het drar/I van miss Cavell op het tooneel te moeten bren gen, laat men het dan ook doen zonder sen timentaliteit en valsch gevoel; laat men het drama dan geven in al zijn wreedheid en cynisme, zooals het werkelijk is geweest! Daarmee dient men de vredesgedachte meer dan met een averechtsche voorstelling der feiten, met een zoetelijke dramatiseering van dit tragisch geval! De figuur van Miss i Cavell staat eigenlijk te hoog om voor heldin in een melo-dramatisch volksstuk te die nen! Met zulke onwezenlijke sentimenteele volksdrama's wordt de vredes-gedachte niet het minst gediend! Zoo'n slap stuk zal nie mand in opstand brengen! De werkelijk heid was veel erger dan wat wij hier op het tooneel zien. Over de dramatische mérites van Miss Cavell zullen wij maar zwijgen. De heer Specht staat blijkbaar als „tooneelschrijver" nog geheel in den tijd der „volksdrama's" van een 40 jaar geleden! De leege zaal zal misschien voor hem een bewijs zijn, dat de smaak van het publiek in 40 jaar wel eenigs- zins veranderd is. Voor de rol van Miss Cavell had men op niemand minder dan Carolina van Domme len beslag weten te leggen. Zij gaf zoo als men kon verwachten de Miss Cavell van Charles Specht en niet die van de ge schiedenis en zij deed dat met de routine en de speelkracht waarover zij beschikt. Jan van Dommelen speelde den voorzitter van den krijgsraad met Duitsche stramheid, Gre- linger, den menschlievenden, nobelen Duit schen luitenant vol edel vuur. Ko van Sprink- huizen den verrader Altrich met de noodige valschheid. In de aankleeding en de uniform was de opvoering al even „fantastisch" als het stuk van den heer Specht! De film zal dat alles wel echter hebben gegeven. Het publiek volgde de opvoering met be langstelling. maar warm of koud werd men door dit drama van Miss Cavell toch niet! Wat mij allerminst verwonderde. J. B. SCHUIL. HET NEDERLANDSCH TOONEEL- VERBOND. UITVOERING DOOR LEERLINGEN DER TOONEELSCHOOL. De zoo langzamerhand tot traditie gewor den jaarlijksche tooneelschool-uitvoeringen voor de leden van het Nederlandsch Too- neelverbond behooren tot de prettigste, ge zelligste avonden van het seizoen. Men gaat er heen met louter milde gevoelens. Hoe kan het ook anders op een avond, waarop de jeugd de planken veroverd heeft! Voor wat minder geslaagd is, hebben wij dadelijk het excuus gereed, dat aan onervarenheid, gebrek aan routine en den jongen leeftijd het te weinige of het te vele geweten moet worden. Het goede ontvangen wij met vreugde en heel het publiek speurt reeds in deze voor stelling van jonge krachten naar de aan staande „sterren", die wellicht eens een ver heugenis voor ons tooneel zullen worden. De trouwe bezoekers dezer opvoeringen herken nen dadelijk hun favorieten van het vorige jaar en deze favorieten kunnen er van ver zekerd zijn, dat de tooneelverbonders met meer dan gewone belangstelling hun loop baan zullen volgen. Het geeft je een zekere zelfvoldoening, als je later van een beroemd geworden actrice, wier naam ..en vedette" op de programma's prijkt, kunt zeggen: „Zie je, dat heb ik al voorspeld, toen zij nog leer linge van de tooneelschool was"! Zoo ont staat er een zekere band tusschen de leden van het tooneelverbond en de leerlingen van de school, die niet anders dan de school en onze aanstaande tooneelkunstenaars ten goede kan komen. Wanneer wij kritiek uitoefenen, dan is het niet op de spelende jongelui, die immers nog leerlingen zijn, maar op de school, waar zij worden opgeleid. Als wij bij de beroemde balkon-scène uit Romeo en Julia niet meer dan een vierde van Julia's tekst verstaan door een veel te hooge intonatie en onvol doende adembeheersching van de jonge ac trice en ook de uitspraak van enkel- vocalen bij beiden nog al te wenschen over laat, dan schudden wij ons hoofd en vragen wij ons met eem'ge bezorgdheid af, of zelfs op de tooneelschool niet meer wordt ge streefd naar goed methodisch en duidelijk spreken. Maar deze kritiek gaat over de hoofden der leerlingen heen, naar de leera ren en leeraressen, die dergelijke fouten in een proeve van voordrachtskunst van klassieke verzen tolereeren. Doch als wij dan in „De Eeuwige Minnaar" twee jonge krachten op uitstekende wijze een modernen dialoog hooren zeggen, en in een der leerlingen mej. Dresselhuys een talent voor „ingénue" meenen te ontdek ken, dan knikken wij elkander verheugd toe en zeggen: „Daar kan wel iets uit groeien!" De twee-geestig uitgewerkte scènes, door de anonymi der eerste klasse gespeeld, von den bij het publiek .weer dezelfde dankbare ontvangst als de vorige proeven van Ko Ar- noldi. Van deze nieuwe leerlingen was de meeste aandacht voor den „jongen man", niet zoo zeer, omdat hij een zoon is van een onzer bekendste en populairste ministers Zijne Excellentie woonde in een der loges de opvoering bij maar meer nog omdat hij in zijn spel en zijn dictie bewees de voor een toekomstigen tooneelspeler zoo belang rijke gave te bezitten van het tooneel te kunnen vullen. Na de pauze kregen wij een opvoering van Heijermans' Saltimbank in een wat verkor ten en gewijzigden vorm. In dezen eenacter was het vooral Joep. de clown G. Hart kamp die een uitstekend figuur maakte. Zijn spel stak zoo ver boven dat der ande ren uit, dat hij feitelijk hoewel hij volko men in het kader van het stuk bleef hoofdpersoon werd. De leden van Jacob van Lennep, die dit circusspel eenige maanden geleden ten tooneele hebben gebracht, kon den thans eens zien, hoe deze clown moet worden gespeeld en opgevat. De heer Hart kamp heeft het tragi-komische in deze figuur bijzonder goed getroffen. Achter dit clowns- masker voelden wij voortdurend den mede lijdenden mensch. Vooral in zijn overgangen van het clowneske tot het menschelijke en omgekeerd heb ik hem bewonderd. Hij was het vooral, die sfeer wist te scheppen en in de tooneelen tusschen den eveneens zeer verdienstelijk gespeelden August .de heer J. Remmelts en Joep werd iets be reikt, dat boven het gemiddelde peil van een leerlingen-avond uitging. In mej. Dresselhuys zie ik voorloopig meer een toekomstige ingénue dan een dramati sche actrice. De rol van Fanny eischt meer beheersching, raffinement, coquetterie en ook een klankvoller stem! Maar de loopbaan van de vertolkster van Evelientje in „De Eeuwige Minnaar" zullen wij met belang stelling volgen. Het publiek was als altijd op zulke avonden bijzonder gul met zijn aanmoedi gend applaus! Het was zooals ik reeds schreef een prettige, genoegelijke avond. J, B. SCHUIL. MUZIEK. HAARLEMSCIl OPERETTE-ENSEMBLE. Er was in 't begin van den avond nog niet dadelijk de belangstelling waarop de execu tanten, die 't programma openden, aan spraak mochten maken. Geenszins lag dit aan hetgeen geboden werd, veeleer aan 't feit dat de aanwezigen nog niet overal hun plaatsje vonden, vanwaar uit zij rustig kon den luisteren en aanzien. De groote zaal van Sint Bavo leek met zijn witgedekte tafeltjes aanvankelijk meer op een reusachtig dam bord, waarop machtig veel „geslagen" en soms ook „gepoetst" werd. 't Was beter, zijn eenmaal verworven bezit niet onbeheerd te laten; totdat een elk meende, het allerbeste plaatsje te hebben veroverd en zich zoodoen de de weelde suggereerde van een behaag lijke crapaud, een knus haard-fauteuiltje, of dat waarin hij zich 't pleizierigst tot luisteren kon zetten. Toen was aldra 't pleit gewonnen; het jonge ensemble (in November 1.1. werd het opgericht) had zich rap de aandacht ver overd, en het verloor die niet weer, heel den avond niet. Zulk een prettig „Faust"-koor, waarbij geheel was afgezien van den tradl- tioneelen lappenwinkel die de boel maar on- noodig duur maakt, was dan wel het aan- hooren overwaard. Dit koor, dat de eerste ontmoeting van Faust en Gretchen entou- reert, en waarin de soli heel gelukkig wer den uitgevoerd, was van het jonge ensemble alzoo een debuut. En we mogen zeggen dat het zonder blikkert of blozen zich door de moeilijkheden heen sloeg. Dat het een oogenblik haperde, wie zal het een debutante euvel duiden? Zaak is het, al les weer zoodra en zoo goed mogelijk ln 't reine te brengen, en dat gebeurde zóó snel, dat het den meesten niet eens zal zijn op gevallen, hoe de wagen een oogenblik stuur loos was. Alles had natuurlijk nog mooier geklonken, zoo het heerenmateriaal wat meer evenredig was geweest aan dat der dames. Maar al mocht in dit opzicht het oor zich dan te kort zien gedaan tegenover het oog, het is juist deze onevenredige be zetting geweest, die ons een programmanum mer verzekerde, dat bij de aanwezigen bui tengewoon in den smaak viel: het ballet. Met de leiding is belast mej. Truus Krij- nen, en wat zij zelf zich onder alleszins be kwame leiding heeft eigen gemaakt aan schoonheid van beweging en standen, draagt zij met een overtuigend enthousiasme over aan haar jeugdige volgelingen in Terpsi chore's schoone kunst. Zoo zagen wij meer dere reidansen uitgevoerd in een gracie die oog en hart verkwikte, en met een agiliteit die stage en graag gedreven studie vooron derstelde. Zelf nam zij nog met goeden uit slag een werkzaam aandeel aan het prachtig geënsceneerde „Perzische Markt". Hier werd natuurlijk van technische hulpmiddelen ge bruik gemaakt, doch de wijze waarop zij werden aangewend, verried goeden smaak en distinctie. Hier mocht ook gerust het vrouwelijk element overwegend zijn, en met hetzelfde recht in „De eerste wals", waarin wij getiuge waren hoe één enkele man het opneemt tegen liefst negen vrouwtjes. Was dat niet de heer Born, dezelfde die later in een der tooneolstukjes zoo uitnemend chauf feur speelde? Met den tenor W. A. Hcnsen, die al reeds solistisch den mooien gezonden klank zijner tenorstem had doen bewonde ren, behoort hij onder de heeren tot de op den voorgrond tredende krachten van Haar lem's operette-ensemble. Moeilijker is het uit te maken, wie onder de dames den voorrang verdient. Onder deze bij uitstek goede ballerina's noemden we reeds mej. Truus Krijnen, aan wie de rol van directrice is toebedeeld. En in de tooneel- stukjes? Ik geloof dat men 't mij euvel zou duiden, zoo ik niet den naam noemde van mej. Ko Willemsen. In „Huizer meisjes" had men haar ongaarne gemist. Eigenlijk is in betrekkelijk klein gezelschap ieder onmis baar; zoo traden b.v. de dames L. de Jong en Truus van Waard, elk in eigen genre, met zangsoli voor 't voetlicht, en het viel haar om beurten gemakkelijker, door haar voor drachten de zaal tot dankbaar applaus te stemmen, dan mij, om aan een der dames den voorrang toe te kennen. Al zou ik dit, zonder vrees voor conflicten als bij wijlen Paris, met gerustheid kunnen doen. Dit bleek mij na afloop van dezen cabaretavond, waar elk der deelneemsters graag de ver diensten harer medeleden gunstig belichtte. Zoo in de Jonge vereeniglng deze goedo geest blijven wordt. voorspellen wij aan Haarlem's operette-ensemble een lang leven. Mocht dan de vos. het symbool der afgunst, zijn kop boven de heining steken, zoo is een algemeene klopjacht op het booze dier de eenig afdoende remedie. Ditmaal zagen, we verheugender tooneel: bloemen werden aan gedragen voor wie zich bijzonder hadden onderscheiden. Naast Truus Krijnen ontving allereerst mevr. Krijnen een rechtmatig deel in de hulde, terwijl ook de heer en mevrouw Hensen niet werden vergeten. „The rascals" waren heel den avond on misbaar en verdienen voor hun slagvaardig heid een groote pluim. G. J. KALT. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct«. per regel in de verzorging van het uiterlijk zal dik wijls aan iemands innerlijke waarde te kort doen. U zelf zult ook wel eens beïn vloed zijn geweest door een goed of slecht verzorgd uiterlijk. Wat staan bijvoorbeeld scheef geloopcn hakken afschuwelijk, ra onwillekeurig gaat men toch den dragee daarnaar beoordcelen! Draagt daarom Berson gummi hakken: rij zijn het behoud voor uwe schoenen en u zult cr steeds keurig uitzien zonder ooit voor slechte critiek behoeven te vree zen. PROTESTMEETING DER AMSTERDAMSCHE ARBEIDERS TEGEN BEHANDELING DER ZIEKTEWET. De besturen van de Federatie Amsterdam der S.DJV.P. te Amsterdam en van den Ani- sterdamschcn bestuurdersbond hadden Zon dag in Carré een protestmeeting belegd naar aanleiding van de in dc Tweede Kamer in eerste lezing behandelde ziektewet. De heer S. R. de Miranda sprak bij het openen van de bijeenkomst zijn groote blijd schap over deze zeer talrijke opkomst uit. Het woord was hierna aan het lid der Tweede Kamer, mevrouw Suze Groeneweg, die in het bijzonder sprak over het belang dat de vrouwen bij de ziektewet hebben. Spr. zeide dat de behandeling van deze wet voor haar is geweest een sjaaltje politiek van de minst mogelijke kwaliteit; zij kan niet ontkomen aan den indruk, dat de rechter zijde haar houding jegens de vrouwen heeft laten beïnvloeden met het oog op de komen de verkiezingen. Hierna sprak de voorzitter van het Neder landsch Verbond van Vakverenigingen E. Kupers. De heer Kupers betoogde dat beloften, In dertijd aan de arbeidersklasse gegeven, ge schonden zijn. Vooral de arbeiders der zwak ke ondernemingen, wier levensstandaard toch reeds zoo laag is. zullen de dupe worden van de nieuwe regeling. Als minister Slotemaker de Bruine gedurfd had. zou hij van deze Ziektewet alles hebben kunnen maken wat hij wilde. Met hetgeen thans bereikt is. zal een unificatie van de sociale verzekeringen niet mogelijk zijn. De vergadering nam ten slotte een motie aan, welke gezonden zal worden naar da voorbereidende ontwapeningscommissie van den Volkenbond te Genève. In deze motie wordt de wensch uil gesproken, dat deze com missie met haar arbeid de moest vruchtbare resultaten bereiken zal en de hoop geuit, dat het ideaal van algeheele ontwapening eenmaal zal worden verwezenlijkt,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 5