FEMINA
ZOMERAVONDEN.
HAARLEM'S
DAGBLAD
DONDERDAG
16 MEI 1929
MANTELCOSTUUM No. 364.
Engelsche modehuizen hebben in hun col
lecties veer van deze pakjes,die in de meeste
gevallen van effen wollen of geruite linnen
stoffen gemaakt zijn. Het hier gegeven model
is van wit linnen met een fijn blauw ruitje.
Jasje en rok zijn beide met gouden knoopen
gegarneerd. De laatste heeft bovendien een
zakje op de linker heup, een ingezet paneel
met stolpplooien in het voorpand en een los
ceintuurtje van blauw lakleer. Bij het pakje
hoort een witte linon blouse met geplisseerd
front en blauwe galalith gesp op het kraagje.
RECEPT.
Spiegeleieren met zalm. Neem op 6
eieren 6 dunne sneetjes oud brood zonder
korst, 6 stukjes gerookte zalm en wat boter.
Bak de sneetjes in de lichtbruine boter aan
beide kanten bruin en leg ze op een warme
schaal. Bak de stukjes zalm even en breek
op elk stukje voorzichtig een ei en bak aldus
spiegeleieren. Leg op elk stukje brood een
spiegelei. Geef er peper en zout bij.
HOE MEN KLEUTERS
BEZIGHOUDT.
EEN POPPETJE VAN VOUWREEPEN.
Zelf een poppetje
te maken, al is het
dan maar van papier
is voor de kinderen
altijd een heele vreug
de. Eenige weken ge
leden heb ik U een
gevouwen trekpoppe
tje laten zien. Nu
krijgen wij weer een
ander modelletje en
nu ook niet gemaakt
van vouwblaadjes,
maar van vouwree-
pen.
U kunt van ge
kleurd papier ook zelf
reepen van gelijke
breedte scheuren.
Dit scheuren der ree
pen is een zeer goede
oefening voor de
kleintjes. Er moet wel
aan gedacht worden
het papier met den bollen kant naar boven
te leggen. De linkerhelft blijft op tafel lig
gen, terwijl met de rechterhand de andere
helft voorzichtig bij kleine eindjes langs de
vouw afgescheurd wordt. De kleuters be
hoeven dus geen schaar te gebruiken.
Voor het poppetje gaan wij nu een mui
zentrapje vormen en voor dit muizentrapje
gebruiken wij dus de reepen. Het is wel
aardig het poppetje in één tint te houden
en dus 2 dezelfde kleuren te gebruiken. Maar
voor de uitlegging is het gemakkelijker,
wanneer ik hier twee verschillende kleuren
opgeef. Men neemt dus 2 reepen, die om
beurten over elkaar heen worden geslagen.
In het begin wordt een heele kleine inslag
gemaakt. Wanneer de reepen dus over elkaar
worden geslagen, schuiven zij door den in
slag niet weg. Neemt men b.v. een zwarte
en een witte reep. dan wordt eerst de zwarte
over de witte gelegd, vervolgens de witte
over de zwarte heengeslagen, daarna de
zwarte weer over de witte enz. De vouwen,
die' aan den kant ontstaan moeten er zeer
scherp ingemaakt worden. Op deze manier
is het muizen trap je ontstaan.
Het gebeele poppetje, dat uit armen,
beentjes en romp bestaat is uit het muizen
trapje opgebouwd, de armen worden iets
korter gemaakt dan de beentjes. Voor het
romp je wordt een breede vouwreep genomen.
Met lijm worden de beentjes en armpjes aan
het rompje bevestigd. Het hoofdje wordt
uit een stukje papier geknipt. Nu nog een
mooie steek met een pluim gemaakt en ons
poppetje is gereed-
Het is voor de kleuters een aardige bezig
heid. Vooral het in en uitrekken van het
muizentrapje brengt steeds een groot genoe
gen met zich mee.
Het modelletje van het poppetje is in de
Tijdingzaal van ons blad te bezichtigen.
W. R.
TWEE JAPONNEN No. 366.
Een model in crêpe de chine, bruin bedrukt
op zwarten ondergrond. Het lijfje is van
voren geheel te openen en sluit door middel
van een aantal stof-overtroffen bolle knoop
jes. Alle zoomen zijn zwart omboord en zwart
is ook het smalle strookje, dat als ceintuur
fungeert en in de linkerzijde met een roset
sluit.
No. 367.
Een robe van vrijwel dezelfde lijn als de
voorgaande. Zij is van effen beige crêpe de
chine en heeft eveneens een sluiting over
het n;jdden van het lijfje, die zich in schijn
voortzet over den rok. Het kraagje en de
manchetten zijn van wit crêpe de chine,
waarop zwarte en beige biesjes gegarneerd
zijn. Dergelijke biesjes komen ook op den
rok, juist onder den taillenaad. voor. Groote
galalith-knoopen in de kleur van de stof,
vormen de verdere garneering.
KLEINE „FINISHING TOUCH".
Er zijn tallooze kleinigheden, welke een
toilet kunnen opvoeren tot iets werkelijk bi-
zonders. Het zijn de z-g. „finishing touches"
die aan een toilet zoo iets fleurigs kunnen
bijbrengen dat men zichzelf gerust felicitee-
ren mag met de vondst. Het is meestal wer
kelijk een vondst als men uit een der tallooze
kleinigheden, welke tot de garneering van
ons toilet behooren een keuze heeft gedaan,
die or.s alleszins bevredigt.
Zoo hebben we b.v. het ceintuurtje, het
kraagje, knoopen, een gespje, welke als de
„note-gaie" een doorslaand succes kunnen
worden.
Het handtaschje, de handschoenen, schoe
nen, de parasol, byouterieën en nog veel
andere artikelen aan mode onderhevig, kun
nen er toe bijdragen om er elegant uit te
zien.
Men moet alleen „het" juiste weten te
kiezen en altijd zorgen dat hetgeen we oris
aanschaffen, in toon is met ons geheele
toilet. Dat wil volstrekt niet zeggen, dat we
moeten zorgen, dat de kleur hetzelfde is en
dat het model niet buitensporig is. Neen, den
goeden toon bewaart men door te zorgen, dat
de „finishing touch" verrassend, aangenaam
voor het oog is, en vooral niet schreeuwend
opvallend en brutaal.
O, KIJK EENS EVEN: ZOEKT U
HIER MISSCHIEN HULP VOOR?
Vlekken van Olieverf: Op het zeil gemorst,
of op het gleed; met een jurk, jas of mantel
tegen een pasgeverfde deur gestaan? Kan
verwijderd worden met warme witte terpen
tijn. Bij ruige jasstof verdient wegwrijven
met watten of brood, bij donkere stoffen met
losse turf, de voorkeur.
Petroleum vlekken: Met grauw papier be
leggen en met een heet ijzer strijken. Noodig
is het niet, want petroleum verdampt, als
men wat geduld heeft.
WagensmeervlekkenMet wat olie (boter)
besmeren, waardoor ze week worden. Dan
uitwasschen (als de stof het toelaat), of met
witte warme terpentijn behandelen, als de
stof niet gewasschen kan worden.
Vuile zijden lampekapjes, kralenfranjes,
enz.: Daarvoor helpt benzine weer. Bedenk
één ding goed: cyitkurk nooit flesschen of
bussen met benzine, of maak vlekken enz.
uit met benzine, in de nabijheid van open
vuur, theelichtjes, kaarsenvlammen, gas
vlammen enz. Brandende kachels en haar
den zijn al even gevaarlijk. Doe het dus
liefst in de openlucht, of vbor een open raam.
En als U dat goed in het hoofd geprent heeft,
koop dan eens bij een benzinepomp een paar
liter benzine. Doe die in een kom en dompel
daarin de lampekapjes, kralenfranjes, enz.
Eén paar minuten erin laten liggen. Dan er
uit halen en goed uitslaan en in de open
lucht laten drogen, liefst in de zon. Die zelfde
benzine kan telkens weer opnieuw gebruikt
worden. Laat het vuil bezinken, en giet dan
later de weer helder geworden benzine in
een andere flesch of bus, en sluit die secuur
af- Ergens heel veilig wegzetten.
Vuile piano-toetsen. Die neemt men af met
een lapje brandspiritus. Opwrijven met een
zeemleeren doekje
OHOEDENI
U J* Franc*
Tailles mogen laag of hoog zijn, rokken
wijd of nauw, kort of lang dat alles beroert
onze gemoederen niet zóózeer alsonze
hoeden. De hoed blijft voor de vrouw nu een
maal het voornaamste, het „hoofd"-bestand-
deel van het toilet! Ze zijn er al lang, de
voorjaarshoeden, al maanden lang. Nog vóór
de ongekend strenge vorstperiode waren de
voorjaarshoeden al gearriveerd. Maar dat
was het ware toch nog niet. Nu, nu is er pas
de overvloed van keuze, die het ons zoo moei
lijk maakt. Er is zóóveelVilt, sti;oo, jer
seyNu ja, vilt is altijd in de mode, of
het nu Juli of December is. Het stroo? Wel,
we zien diverse modellen in de bekende stroo-
soorten, Bangkok, Bakoe, Engelsch stroo, en
daarnaast nieuwe variëteiten, als het Yedda-
stroo grof, zacht stroo, het tweed-stroo,
dat een imitatie van tweed-stof is, bereikt
door een dooreenmengeling van vezels van
allerlei kleur, enz. In verband met het seizoen
ziet men nog niet veel enkel stroo, doch
meestal stroo met vilt, met lint, enz. Wat den
vorm betreft, ziet men twee neigingen. Aan
den eenen kant heeft men de zeernauwsluiten-
de tulbandjes, aan den anderen kant de kap
met sterk neergeslagen rand, waarbij die rand
aan den eenen kant nog weer langer en dus
lager valt dan aan de andere zijde. Anders
gezegd, we zien hoeden met randen en dik
wijls flinke randen, of wel.... met heele-
maal geen rand. De tulbandjes zijn natuur
lijk uitsluitend voor „stads"-gebruik. Ze
staan lang niet iedereen en men moet er wel
een speciaal, liefst donker type voor hebben.
De teekening geeft een paar van de nieuwste
modelhoeden aan, en wel van boven naar
onderen: een tulband, bestaande uit een
bandeau van Engelsch stroo, hei-groen, waar
op een kapje van donkerbruin vilt, met krul
len van hetzelfde vilt als garneering op de
ooren. Dan een zwarte vilthoed, waarin het
hoofd heelemaal schuil gaat, opgevroolijkt
door een galon van rood of geel gelakt stroo.
Verder een pastelblauw hoedje, gegarneerd
met marine-blauw lint, en met den rand aan
één kant sterk naar de laagte. Eindelijk nog
een rood dopje, met viltrand van dezelfde
kleur, waarop aan den onderkant een witte
camelia gestoken is.
MADELEINE.
En wat wij er mee doen zullen.
DE ROMAN VAN EEN
OUDEN VILTHOED.
Als iemand een gedicht op de goede huis
vrouw zou maken, zou hij aldus kunnen be
ginnen: De deugd van de huisvrouw is iets,
dat maakt nuttige zaken uitniets. Want
heusch. men zal toch niet willen beweren,
dat een óude, afgedragen en afgedankte
vilthoed van man of vrouw, iets kostbaars
is. En tochde huisvrouw maakt er vele
nuttige zaken van. Men neemt eenvoudig een
schaar en knipt er stukken uit. De bol is ze
ker voldoende, om er twee nieuwe zolen uit
te snijden, om uw kamerpantoffeltjes op
nieuw met een heerlijke, zachte, warme zool
te „verzolen". Ook kan men er zooltjes van
maken om in schoenen te leggen, die wat te
groot zijn. Verder kan men, omdat vilt zacht
is, twee kleine zooltjes knippen, en daaraan
de rest met wol haken, om aldus een paar
kinderslofjes te fabriceeren. Men kan ook
strookjes vilt aan den binnenkant van de
hiel van de schoenen lijmen, om wrijving
van in- en uitkleppende hielen te voorkomen.
En daarmee gaten als een vuist in kousen of
sokken. Heeft men schilderijen aan den
muur hangen, op mooi behang, dan kan
men het behang volkomen beschermen, door
achter de schilderijen reepjes vilt te plakken.
Hetzelfde kan men doen met de leuning van
een stoel, die altijd tegen eer. muur staat.
Ronde stukjes vilt, onder stoel- en tafelpoo-
ten beschermen het zeil, terwijl grootere
rond gesneden sLukken vilt, onder een kan
ten of linnen kleedje gelegd, waarop een
bloemvaas of bowl staat, het tafelblad be
schermt tegen uitgebeten kringen en vlekken
Wat er allemaal niet uit een ouden vilthoed
te maken valt!
Wanneer men uien heeft geschild, ruiken
de handen nog lang niet bepaald lekker. Men
kan dit vermijden, door een beetje mosterd
in de handen te wrijven.
Inktvlekken zullen van de vingers verdwij
nen, wanneer men ze vóór het wasschen met
azijn inwrijft.
Men kan een petroleumkachel veel hel
derder en zuiniger laten branden, wanneer
men een thee-lepeltje azyn bij de olie doet.
Als een cake of iets dergelijks, wanneer
men hem in den vorm uit den oven haalt,
aan den vorm blijft kleven, is het goed deze
even boven een kom kokend water te hou
den.
Heeft u kamerplanten? Palmen of varens?
Breng dan ééns in de drie fnaanden een thee
lepeltje castor-olie op de wortels. Men zegt,
dat dit de groei zeer bevordert.
Als u de keukengootsteen schoon maakt,
gebruik dan een beetje terpentijn. Dat ver
wijdert alle vet en de reuk verdampt snel.
Aangebrande vlekken op porcelein of
emailie wrijft men weg, met een kurk, ge
doopt in vochtig zout.
Ze zijn er weer, de heerlijke zomeravonden
waarop wij ons al sinds maanden verheugd
hebben, als vergoeding voor de lange winter
avonden, die echter ook hun eigen bekoring
hebben. Maar op 't oogenblik willen we toch
maar niets liever dan den zomeravond met
het temperende licht, met de zachte geuren
en met het zoele windje. En zoo 'n avond dan
te verdroomen, zacht pratend over alles en
niets, dat is veler wintêr-ideaal.
Maar de meesten onzer hebben geen
tijd en gelukkig ook geen lust om iederen
mooien zomeravond zon nlets-doend door t.
brengen; er moet 's zomers even goed ge
naaid worden als 's winters en als de nieuwe
kleeren klaar zijn, komt voor de avonden
het verstelwerk toch geregeld terug, om niet
te spreken van alle kleinigheden die voor
een huismoeder steeds weerkeeren en nooit
ophouden. We willen echter allen graag wat
hebben aan die mooie zomeravonden, ook
al houden zij ons thuis en aan het werk, en
niet, zooals wij misschien liever doen zouden,
bij een mooien zonsondergang aan zee of op
de hei. Er is niets aan te doen, voor dwepen
is geen tijd, het werk wacht, maar dat werk
gaan we nu ook echt op z'n zomersch in
richten.
Allereerst gaan we alvast maar zorgen
wanneer wij een plaatsje hebben om even
tueel buiten te zitten, dat alles daarvoor
in orde is. Een tuinameublement halen we
voor den dag, zien het na, of er niets aan
mankeert en laten het zoo noodig repareeren.
Zijn we niet in het bezit van zoo'n stel
meubeltjes, dan zijn er misschien dekstoelen,
die een grondige inspectie noodig hebben of
een paar oude stoelen die wij voor den tuin
gebruiken. Denkt eraan, voor huiskamer
stoelen is het geen beste reis om naar buiten
gesleept te worden: het harde zand en kiezel
bederft de pooten. Een tafelkleedje dat we
buiten gebruiken, leggen we voor de hand en
nu is het een kleine moeite om de „buiten
kamer" op te stellen.
Maar we willen buiten naaien of kousen
stoppen en dus moeten we ons werk ook
meenemen. Onze heele naaidoos of werk
mand is te omvangrijk, en wanneer we alles
los meenemen vliegt bij een enkelen wind
vlaag ons heele hebben en houden door den
tuin. We maken daarom een oud koekjes
blikje in orde met garen, vingerhoed, schaar,
spelden en naalden en wanneer wij nu naar
buiten gaan, pakken we er nog enkele klei
nigheden in zooals knoopen, elastiek en al
wat we noodig hebben. Zijn we erg op mooie
spulletjes gesteld, dan overtrekken we het
blikje met een frisch katoentje of we verven
het in een aardige tint.
Op een eenvoudig blaadje nemen we de
theeboel mee naar buiten: een frisch aarde
werk stelletje staat het gezelligst, maar een
oude theepot met een allegaartje van kopjes
kan ook dienst doen: neem geen fijn porce
lein mee, het loopt gevaar van breken omdat
er menige wankele tuintafel staat, die in
het grint gemakkelijk overstag gaat, en
bovendien past het niet buiten.
Zorg voor een schemerlamp met een flink
lang snoer, dat desnoods verlengd kan wor
den. en doe er een sterke lamp in zoodat
ge erbij werken kunt. Anders jaagt ge de
heele familie op: „ik moet naar binnen, het
is donker en er wacht nog werk op me". Nu
steekt ge de lamp aan en ge behoeft den ge-
zelligen kring in den schemeravond niet te
verbreken.
Maar dit alles doelt natuurllifc on warm
zomerweer, terwijl we vermoedelijk nog heel
wat kille avonden zullen krijgen voor het
zoover is. Mopper dan niet op den zomer,
den zomertijd of die het helpen kan
en de heele wereld in het algemeen: als we
een zoelen, regenachtigen winteravond hebben
in plaats van een kouden, zoodat de kachel
ons haast te warm wordt, mopperen wU ook
niet.
En kunnen wij niet buiten zitten 's avonds,
of hebben wij geen lust, of plagen ons de
muggen teveel zoodat het maar een denk
beeldig genoegen is. maak dan een zitje bij
het open raam of de open deur, zoodat uw
kamer ook 's avonds een echte zomersche
kamer is. Dan geniet ge ook het meest van
de zomerschc avonden.
MEN U:
Gehakt in een schoteltje,
Stoofsla,
Aardappelen,
Custard met bananen.
Maak op de gewone wijze het gehakt aan
met een ei, een sneedje in melk geweekt
brood, zout, peper, nootmuskaat en maak
hiervan geen bal, maar vul er een, met
boter besmeerd, vuurvast schoteltje mee.
Strooi er wat paneermeel over, leg er enkele
klontjes boter op en laat het vleesch in een
warmen oven gaar worden, wat ongeveer drie
kwartier duurt. Natuurlijk is hierbij geen
jus; maak dit gerecht liefst, als er nog
genoeg jus van den vorlgen dag over is, of
maak er apart een pikante saus voor bij de
aardappelen.
Voor het nagerecht gelden de volgende in
grediënten:
1/2 L. melk, 3 bananen, sap van 1/2 citroen,
schil van 1/2 citroen; twee afgestreken eet
lepels custardpoeder, suiker.
Breng de melk langzaam aan den kook met
de suiker en het citroenschilletje, en roer er
daarna onder voortdurend roeren de, met
wat van de koude, achtergehouden melk aan
gemengde custardpoeder door. Laat het af
koelen als het gebonden is: roer er echter zoo
nu en dan in om het vormen van een vel
te voorkomen.
Leg dan onder in een vlakom schijfjes ge
sneden banaan, druppel wat citroensap op de
stukjes, giet er vla over. enzoovoorts, totdat
de derde banaan met vla bedekt is.
E. E. J.—P.
WATERDICHT MAKEN VAN
KLEEDINGSTUKKEN.
Het is geen wonder, dat een huisvrouw
met het verzoek komt, de kwestie te behan
delen, hoe men kleedingstukken waterdicht
kan maken. Als er één ding is, dat bij ons
Nederlanders zijn geld altijd opbrengt, dan
is het zeker... de regenjas! In lente, zomer,
herfst en winter kunnen we bij ons genieten
van regen. Dus
Er zijn verschillende methoden om linnen
goed, enz. waterdicht te maken en bij som
mige methoden behoudt de behandelde stof
dan een niet altijd even aangenaam luchtje.
Bij de volgende methode is dat niet het ge
val en deze wordt dan ook dikwijls ge
noemd. Op vijf liter kokend water neem"
men 3 stukken sunlightzeep, die men daarin
oplost, alsmede 1 1/2 ons gelatine. Eindelijk
doet men er nog bij 2 ons aluin. Dit alles
goed door elkaar roeren, totdat alles opge
lost is. Vervolgens legt men het goed, dat
men waterdicht wil maken, er in te weeken.
Na een poosje, als het vocht er terdege inge
trokken is, haalt men het er voorzichtig uit
vooral niet drukken of wringen! en
hangt het zoo (druipnat, aan de lijn te dro
gen.
Het komt natuurlijk ook voor, dat een re
genjas slechts op bepaalde plekken niet meer
waterdicht is en regen doorlaat. Menige oude
regenjas kunnen we evenwel nog weer
bruikbaar maken, door die plekken aldus
te behandelen. Men koopt bij den drogist eea
stukje bijenwas. De regenjas spreidt men
uit op een steenen of zinken aanrechtin
ieder geval een zeer hard oppervlak mst
de goede kant naar beneden en de binnen
kant dus naar boven. Men wrijft nu de plek
ken, die regen doorlaten, flink met het stukje
bijenwas in. net zoo lang tot de plekken grijs
worden. Vervolgens neemt men een vrij
warm ijzer en strijkt daarmee over de be
handelde plekken. En vóór dat de stof nog
tijd heeft gehad om af te koelen, borstelt
men de plekken aan de goede kant (de an
dere kant dus) op krachtige manier. Ten
slotte hangt men de jas op en laat hem 2!
uur zoo hangen. De plekken zullen dan geen
water meer doorlaten en de jas is weer „als
nieuw".
NUTTIGE WENKEN, GOED
BESTUDEERD, HEBBEN MENIGE
HUISVROUW VEEL GOEDS
GELEERD.
Moet u gelatine snijden? Doe dat met een
schaar, die even in koud water gedoopt ls.
Dat gaat veel vlugger dan met een mes. Men
kan de gelatine clan in veel kleiner stukjes
snijden, waardoor ze gauwer oplost.
Weet u, hoe u een heerlijke smaak aan diï
gestoofde pruimen kunt geven? Door er een
schijfje citroen bij te doen.
Kofiie- of theevlekken uit teere stoffen,
verwijdert men door ze met een borsteltje
met glycerine te behandelen. In lauw water
naspoelen en aan den verkeerden kant strij
ken.
Een kip of ander gevogelte plukken Is
heusch niet zoo erg. Als men het dier maar
eerst even in kokend water dompelt, een
paar seconden maar. Dan kan men de veeree
heel gemakkelijk uittrekken.
Wanneer men een oude kip (of iets derge
lijks) of taai vleesch kookt, is het goed een
snuifje soda bij het water te doen. Zachtjes
laten „zeuren", dan zal het vleesch malsc'a
zijn.
EEN MODIEUS SCHOENTJE.
Dezen zomer zal de mode vooral de aan
dacht vestigen op aardige gevlochten schoen
tjes. Ze zijn weliswaar niet geheel nieuw,
want het vorig Jaar zagen we ze ook reeds
dragen, maar sindsdien zijn er een ongeloo-
felijk aantal variaties bij gekomen. We zien
ze nu in alle kleuren: wit. rood. blauw, groen,
bruin, en al deze onderling gecombineerd. We
moeten echter een ieder een opzichtige com
binatie ontraden; alleen eenvoudige model
len zijn waarlijk chic; ze houden het boven
dien voor het oog het langst uit. De meeste
modellen hebben tamelijk lage, bijna platte
hakken. Hoewel de schoenen niet bijzonder
sterk zullen zijn en spoedig neiging tot uit-
loopen vertoonen, is er toch een hygiënisch
voordeel aan verbonden, doordat ze de uit
waseming, die doorgaans vooral bij de teenen
sterk is, zullen vergemakkelijken, zoodat men
geregeld met goed droge en frissche voeten
loopt.
ROG MET BRUINE BOTER.
Neem op een dik stuk rog van 2 pond. I
ons boter, een scheutje azijn, 1 maggi-bouil-
lonblokje opgelost in 2 eetlepels kokend wa
ter, en 1 eetlepel fijngehakte augurken. De
visch wordt gewasschen en opgezet met ko
kend water en zout. Zoodra het water weer
aan de kook is. zet men de pan op een min
der heet vuur en laat daarop de visch 'n half
uur zachtjes yaar worden. Dan van het vel
ontdoen en op een verwarmden schotel leg
gen. De lichtbruin gebakkon boter, met de
bouillon, een scheutje azijn en de gehakte
augurken giet men er over. Het gerecht zoo
warm mogelijk opdienen.
HOJSVROUW.
O, DIE ONSMAKELIJKE
VETVLEKKEN.
De huisvrouw heeft bij haar dagelijkschen
strijd voor reinheid ook dikwijls tc maken
met het wegmaken van onschadelijke vet
vlekken in allerlei stoffen, afkomstig van
diverse vettigheden, als jus, boter, olie, enz.
Bij sloffen die goed tegen wasschen kunnen
is het niet zoo erg. Een borsteltje met zeen,
even naspoelen, en klaar ls Kees. Is de stóf
echter niet waschbaar, dan moet men ben
zine of verwarmde witte terpentijn (in een
kom heet water verwarmen, nooit op het
vuur zelf, want terpentijn is zeer licht ont
vlambaar. net als benzine) te baat nemen.
Is de stof evenwel erg dik (bijvoorbeeld
kleeden, tapijten enz.) en is de vetvlek erg
groot, bestrijk die dan met ossenga!, om
vervolgens na te borstelen met een aftrek
sel van houtzeep. Het komt ook voor, dat aocr
onvoorzichtigheid vetvlekken ontstaan in
kostbare papieren, in boeken, albums, enz.
Men kan die wegkrljgen, door de vlek te
betten met een watje met benzine. Voorzich
tig met watten droog wrijven. Ook kan men
op de vlek wat magnesia leggen en daarop in
het midden wat benzine d runnel en. Laten
liggen, tot de benzine verdampt Ls. en dan
het poeder afkloppen. Zoo noodig herhalen
Vetvlekken op behangselpapier kan men
meestal ook wel wegkrijgen met een niet al
te nat watje met benzine.