FEMINA ZOMERAVONDEN. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 16 MEI 1929 MANTELCOSTUUM No. 364. Engelsche modehuizen hebben in hun col lecties veer van deze pakjes,die in de meeste gevallen van effen wollen of geruite linnen stoffen gemaakt zijn. Het hier gegeven model is van wit linnen met een fijn blauw ruitje. Jasje en rok zijn beide met gouden knoopen gegarneerd. De laatste heeft bovendien een zakje op de linker heup, een ingezet paneel met stolpplooien in het voorpand en een los ceintuurtje van blauw lakleer. Bij het pakje hoort een witte linon blouse met geplisseerd front en blauwe galalith gesp op het kraagje. RECEPT. Spiegeleieren met zalm. Neem op 6 eieren 6 dunne sneetjes oud brood zonder korst, 6 stukjes gerookte zalm en wat boter. Bak de sneetjes in de lichtbruine boter aan beide kanten bruin en leg ze op een warme schaal. Bak de stukjes zalm even en breek op elk stukje voorzichtig een ei en bak aldus spiegeleieren. Leg op elk stukje brood een spiegelei. Geef er peper en zout bij. HOE MEN KLEUTERS BEZIGHOUDT. EEN POPPETJE VAN VOUWREEPEN. Zelf een poppetje te maken, al is het dan maar van papier is voor de kinderen altijd een heele vreug de. Eenige weken ge leden heb ik U een gevouwen trekpoppe tje laten zien. Nu krijgen wij weer een ander modelletje en nu ook niet gemaakt van vouwblaadjes, maar van vouwree- pen. U kunt van ge kleurd papier ook zelf reepen van gelijke breedte scheuren. Dit scheuren der ree pen is een zeer goede oefening voor de kleintjes. Er moet wel aan gedacht worden het papier met den bollen kant naar boven te leggen. De linkerhelft blijft op tafel lig gen, terwijl met de rechterhand de andere helft voorzichtig bij kleine eindjes langs de vouw afgescheurd wordt. De kleuters be hoeven dus geen schaar te gebruiken. Voor het poppetje gaan wij nu een mui zentrapje vormen en voor dit muizentrapje gebruiken wij dus de reepen. Het is wel aardig het poppetje in één tint te houden en dus 2 dezelfde kleuren te gebruiken. Maar voor de uitlegging is het gemakkelijker, wanneer ik hier twee verschillende kleuren opgeef. Men neemt dus 2 reepen, die om beurten over elkaar heen worden geslagen. In het begin wordt een heele kleine inslag gemaakt. Wanneer de reepen dus over elkaar worden geslagen, schuiven zij door den in slag niet weg. Neemt men b.v. een zwarte en een witte reep. dan wordt eerst de zwarte over de witte gelegd, vervolgens de witte over de zwarte heengeslagen, daarna de zwarte weer over de witte enz. De vouwen, die' aan den kant ontstaan moeten er zeer scherp ingemaakt worden. Op deze manier is het muizen trap je ontstaan. Het gebeele poppetje, dat uit armen, beentjes en romp bestaat is uit het muizen trapje opgebouwd, de armen worden iets korter gemaakt dan de beentjes. Voor het romp je wordt een breede vouwreep genomen. Met lijm worden de beentjes en armpjes aan het rompje bevestigd. Het hoofdje wordt uit een stukje papier geknipt. Nu nog een mooie steek met een pluim gemaakt en ons poppetje is gereed- Het is voor de kleuters een aardige bezig heid. Vooral het in en uitrekken van het muizentrapje brengt steeds een groot genoe gen met zich mee. Het modelletje van het poppetje is in de Tijdingzaal van ons blad te bezichtigen. W. R. TWEE JAPONNEN No. 366. Een model in crêpe de chine, bruin bedrukt op zwarten ondergrond. Het lijfje is van voren geheel te openen en sluit door middel van een aantal stof-overtroffen bolle knoop jes. Alle zoomen zijn zwart omboord en zwart is ook het smalle strookje, dat als ceintuur fungeert en in de linkerzijde met een roset sluit. No. 367. Een robe van vrijwel dezelfde lijn als de voorgaande. Zij is van effen beige crêpe de chine en heeft eveneens een sluiting over het n;jdden van het lijfje, die zich in schijn voortzet over den rok. Het kraagje en de manchetten zijn van wit crêpe de chine, waarop zwarte en beige biesjes gegarneerd zijn. Dergelijke biesjes komen ook op den rok, juist onder den taillenaad. voor. Groote galalith-knoopen in de kleur van de stof, vormen de verdere garneering. KLEINE „FINISHING TOUCH". Er zijn tallooze kleinigheden, welke een toilet kunnen opvoeren tot iets werkelijk bi- zonders. Het zijn de z-g. „finishing touches" die aan een toilet zoo iets fleurigs kunnen bijbrengen dat men zichzelf gerust felicitee- ren mag met de vondst. Het is meestal wer kelijk een vondst als men uit een der tallooze kleinigheden, welke tot de garneering van ons toilet behooren een keuze heeft gedaan, die or.s alleszins bevredigt. Zoo hebben we b.v. het ceintuurtje, het kraagje, knoopen, een gespje, welke als de „note-gaie" een doorslaand succes kunnen worden. Het handtaschje, de handschoenen, schoe nen, de parasol, byouterieën en nog veel andere artikelen aan mode onderhevig, kun nen er toe bijdragen om er elegant uit te zien. Men moet alleen „het" juiste weten te kiezen en altijd zorgen dat hetgeen we oris aanschaffen, in toon is met ons geheele toilet. Dat wil volstrekt niet zeggen, dat we moeten zorgen, dat de kleur hetzelfde is en dat het model niet buitensporig is. Neen, den goeden toon bewaart men door te zorgen, dat de „finishing touch" verrassend, aangenaam voor het oog is, en vooral niet schreeuwend opvallend en brutaal. O, KIJK EENS EVEN: ZOEKT U HIER MISSCHIEN HULP VOOR? Vlekken van Olieverf: Op het zeil gemorst, of op het gleed; met een jurk, jas of mantel tegen een pasgeverfde deur gestaan? Kan verwijderd worden met warme witte terpen tijn. Bij ruige jasstof verdient wegwrijven met watten of brood, bij donkere stoffen met losse turf, de voorkeur. Petroleum vlekken: Met grauw papier be leggen en met een heet ijzer strijken. Noodig is het niet, want petroleum verdampt, als men wat geduld heeft. WagensmeervlekkenMet wat olie (boter) besmeren, waardoor ze week worden. Dan uitwasschen (als de stof het toelaat), of met witte warme terpentijn behandelen, als de stof niet gewasschen kan worden. Vuile zijden lampekapjes, kralenfranjes, enz.: Daarvoor helpt benzine weer. Bedenk één ding goed: cyitkurk nooit flesschen of bussen met benzine, of maak vlekken enz. uit met benzine, in de nabijheid van open vuur, theelichtjes, kaarsenvlammen, gas vlammen enz. Brandende kachels en haar den zijn al even gevaarlijk. Doe het dus liefst in de openlucht, of vbor een open raam. En als U dat goed in het hoofd geprent heeft, koop dan eens bij een benzinepomp een paar liter benzine. Doe die in een kom en dompel daarin de lampekapjes, kralenfranjes, enz. Eén paar minuten erin laten liggen. Dan er uit halen en goed uitslaan en in de open lucht laten drogen, liefst in de zon. Die zelfde benzine kan telkens weer opnieuw gebruikt worden. Laat het vuil bezinken, en giet dan later de weer helder geworden benzine in een andere flesch of bus, en sluit die secuur af- Ergens heel veilig wegzetten. Vuile piano-toetsen. Die neemt men af met een lapje brandspiritus. Opwrijven met een zeemleeren doekje OHOEDENI U J* Franc* Tailles mogen laag of hoog zijn, rokken wijd of nauw, kort of lang dat alles beroert onze gemoederen niet zóózeer alsonze hoeden. De hoed blijft voor de vrouw nu een maal het voornaamste, het „hoofd"-bestand- deel van het toilet! Ze zijn er al lang, de voorjaarshoeden, al maanden lang. Nog vóór de ongekend strenge vorstperiode waren de voorjaarshoeden al gearriveerd. Maar dat was het ware toch nog niet. Nu, nu is er pas de overvloed van keuze, die het ons zoo moei lijk maakt. Er is zóóveelVilt, sti;oo, jer seyNu ja, vilt is altijd in de mode, of het nu Juli of December is. Het stroo? Wel, we zien diverse modellen in de bekende stroo- soorten, Bangkok, Bakoe, Engelsch stroo, en daarnaast nieuwe variëteiten, als het Yedda- stroo grof, zacht stroo, het tweed-stroo, dat een imitatie van tweed-stof is, bereikt door een dooreenmengeling van vezels van allerlei kleur, enz. In verband met het seizoen ziet men nog niet veel enkel stroo, doch meestal stroo met vilt, met lint, enz. Wat den vorm betreft, ziet men twee neigingen. Aan den eenen kant heeft men de zeernauwsluiten- de tulbandjes, aan den anderen kant de kap met sterk neergeslagen rand, waarbij die rand aan den eenen kant nog weer langer en dus lager valt dan aan de andere zijde. Anders gezegd, we zien hoeden met randen en dik wijls flinke randen, of wel.... met heele- maal geen rand. De tulbandjes zijn natuur lijk uitsluitend voor „stads"-gebruik. Ze staan lang niet iedereen en men moet er wel een speciaal, liefst donker type voor hebben. De teekening geeft een paar van de nieuwste modelhoeden aan, en wel van boven naar onderen: een tulband, bestaande uit een bandeau van Engelsch stroo, hei-groen, waar op een kapje van donkerbruin vilt, met krul len van hetzelfde vilt als garneering op de ooren. Dan een zwarte vilthoed, waarin het hoofd heelemaal schuil gaat, opgevroolijkt door een galon van rood of geel gelakt stroo. Verder een pastelblauw hoedje, gegarneerd met marine-blauw lint, en met den rand aan één kant sterk naar de laagte. Eindelijk nog een rood dopje, met viltrand van dezelfde kleur, waarop aan den onderkant een witte camelia gestoken is. MADELEINE. En wat wij er mee doen zullen. DE ROMAN VAN EEN OUDEN VILTHOED. Als iemand een gedicht op de goede huis vrouw zou maken, zou hij aldus kunnen be ginnen: De deugd van de huisvrouw is iets, dat maakt nuttige zaken uitniets. Want heusch. men zal toch niet willen beweren, dat een óude, afgedragen en afgedankte vilthoed van man of vrouw, iets kostbaars is. En tochde huisvrouw maakt er vele nuttige zaken van. Men neemt eenvoudig een schaar en knipt er stukken uit. De bol is ze ker voldoende, om er twee nieuwe zolen uit te snijden, om uw kamerpantoffeltjes op nieuw met een heerlijke, zachte, warme zool te „verzolen". Ook kan men er zooltjes van maken om in schoenen te leggen, die wat te groot zijn. Verder kan men, omdat vilt zacht is, twee kleine zooltjes knippen, en daaraan de rest met wol haken, om aldus een paar kinderslofjes te fabriceeren. Men kan ook strookjes vilt aan den binnenkant van de hiel van de schoenen lijmen, om wrijving van in- en uitkleppende hielen te voorkomen. En daarmee gaten als een vuist in kousen of sokken. Heeft men schilderijen aan den muur hangen, op mooi behang, dan kan men het behang volkomen beschermen, door achter de schilderijen reepjes vilt te plakken. Hetzelfde kan men doen met de leuning van een stoel, die altijd tegen eer. muur staat. Ronde stukjes vilt, onder stoel- en tafelpoo- ten beschermen het zeil, terwijl grootere rond gesneden sLukken vilt, onder een kan ten of linnen kleedje gelegd, waarop een bloemvaas of bowl staat, het tafelblad be schermt tegen uitgebeten kringen en vlekken Wat er allemaal niet uit een ouden vilthoed te maken valt! Wanneer men uien heeft geschild, ruiken de handen nog lang niet bepaald lekker. Men kan dit vermijden, door een beetje mosterd in de handen te wrijven. Inktvlekken zullen van de vingers verdwij nen, wanneer men ze vóór het wasschen met azijn inwrijft. Men kan een petroleumkachel veel hel derder en zuiniger laten branden, wanneer men een thee-lepeltje azyn bij de olie doet. Als een cake of iets dergelijks, wanneer men hem in den vorm uit den oven haalt, aan den vorm blijft kleven, is het goed deze even boven een kom kokend water te hou den. Heeft u kamerplanten? Palmen of varens? Breng dan ééns in de drie fnaanden een thee lepeltje castor-olie op de wortels. Men zegt, dat dit de groei zeer bevordert. Als u de keukengootsteen schoon maakt, gebruik dan een beetje terpentijn. Dat ver wijdert alle vet en de reuk verdampt snel. Aangebrande vlekken op porcelein of emailie wrijft men weg, met een kurk, ge doopt in vochtig zout. Ze zijn er weer, de heerlijke zomeravonden waarop wij ons al sinds maanden verheugd hebben, als vergoeding voor de lange winter avonden, die echter ook hun eigen bekoring hebben. Maar op 't oogenblik willen we toch maar niets liever dan den zomeravond met het temperende licht, met de zachte geuren en met het zoele windje. En zoo 'n avond dan te verdroomen, zacht pratend over alles en niets, dat is veler wintêr-ideaal. Maar de meesten onzer hebben geen tijd en gelukkig ook geen lust om iederen mooien zomeravond zon nlets-doend door t. brengen; er moet 's zomers even goed ge naaid worden als 's winters en als de nieuwe kleeren klaar zijn, komt voor de avonden het verstelwerk toch geregeld terug, om niet te spreken van alle kleinigheden die voor een huismoeder steeds weerkeeren en nooit ophouden. We willen echter allen graag wat hebben aan die mooie zomeravonden, ook al houden zij ons thuis en aan het werk, en niet, zooals wij misschien liever doen zouden, bij een mooien zonsondergang aan zee of op de hei. Er is niets aan te doen, voor dwepen is geen tijd, het werk wacht, maar dat werk gaan we nu ook echt op z'n zomersch in richten. Allereerst gaan we alvast maar zorgen wanneer wij een plaatsje hebben om even tueel buiten te zitten, dat alles daarvoor in orde is. Een tuinameublement halen we voor den dag, zien het na, of er niets aan mankeert en laten het zoo noodig repareeren. Zijn we niet in het bezit van zoo'n stel meubeltjes, dan zijn er misschien dekstoelen, die een grondige inspectie noodig hebben of een paar oude stoelen die wij voor den tuin gebruiken. Denkt eraan, voor huiskamer stoelen is het geen beste reis om naar buiten gesleept te worden: het harde zand en kiezel bederft de pooten. Een tafelkleedje dat we buiten gebruiken, leggen we voor de hand en nu is het een kleine moeite om de „buiten kamer" op te stellen. Maar we willen buiten naaien of kousen stoppen en dus moeten we ons werk ook meenemen. Onze heele naaidoos of werk mand is te omvangrijk, en wanneer we alles los meenemen vliegt bij een enkelen wind vlaag ons heele hebben en houden door den tuin. We maken daarom een oud koekjes blikje in orde met garen, vingerhoed, schaar, spelden en naalden en wanneer wij nu naar buiten gaan, pakken we er nog enkele klei nigheden in zooals knoopen, elastiek en al wat we noodig hebben. Zijn we erg op mooie spulletjes gesteld, dan overtrekken we het blikje met een frisch katoentje of we verven het in een aardige tint. Op een eenvoudig blaadje nemen we de theeboel mee naar buiten: een frisch aarde werk stelletje staat het gezelligst, maar een oude theepot met een allegaartje van kopjes kan ook dienst doen: neem geen fijn porce lein mee, het loopt gevaar van breken omdat er menige wankele tuintafel staat, die in het grint gemakkelijk overstag gaat, en bovendien past het niet buiten. Zorg voor een schemerlamp met een flink lang snoer, dat desnoods verlengd kan wor den. en doe er een sterke lamp in zoodat ge erbij werken kunt. Anders jaagt ge de heele familie op: „ik moet naar binnen, het is donker en er wacht nog werk op me". Nu steekt ge de lamp aan en ge behoeft den ge- zelligen kring in den schemeravond niet te verbreken. Maar dit alles doelt natuurllifc on warm zomerweer, terwijl we vermoedelijk nog heel wat kille avonden zullen krijgen voor het zoover is. Mopper dan niet op den zomer, den zomertijd of die het helpen kan en de heele wereld in het algemeen: als we een zoelen, regenachtigen winteravond hebben in plaats van een kouden, zoodat de kachel ons haast te warm wordt, mopperen wU ook niet. En kunnen wij niet buiten zitten 's avonds, of hebben wij geen lust, of plagen ons de muggen teveel zoodat het maar een denk beeldig genoegen is. maak dan een zitje bij het open raam of de open deur, zoodat uw kamer ook 's avonds een echte zomersche kamer is. Dan geniet ge ook het meest van de zomerschc avonden. MEN U: Gehakt in een schoteltje, Stoofsla, Aardappelen, Custard met bananen. Maak op de gewone wijze het gehakt aan met een ei, een sneedje in melk geweekt brood, zout, peper, nootmuskaat en maak hiervan geen bal, maar vul er een, met boter besmeerd, vuurvast schoteltje mee. Strooi er wat paneermeel over, leg er enkele klontjes boter op en laat het vleesch in een warmen oven gaar worden, wat ongeveer drie kwartier duurt. Natuurlijk is hierbij geen jus; maak dit gerecht liefst, als er nog genoeg jus van den vorlgen dag over is, of maak er apart een pikante saus voor bij de aardappelen. Voor het nagerecht gelden de volgende in grediënten: 1/2 L. melk, 3 bananen, sap van 1/2 citroen, schil van 1/2 citroen; twee afgestreken eet lepels custardpoeder, suiker. Breng de melk langzaam aan den kook met de suiker en het citroenschilletje, en roer er daarna onder voortdurend roeren de, met wat van de koude, achtergehouden melk aan gemengde custardpoeder door. Laat het af koelen als het gebonden is: roer er echter zoo nu en dan in om het vormen van een vel te voorkomen. Leg dan onder in een vlakom schijfjes ge sneden banaan, druppel wat citroensap op de stukjes, giet er vla over. enzoovoorts, totdat de derde banaan met vla bedekt is. E. E. J.—P. WATERDICHT MAKEN VAN KLEEDINGSTUKKEN. Het is geen wonder, dat een huisvrouw met het verzoek komt, de kwestie te behan delen, hoe men kleedingstukken waterdicht kan maken. Als er één ding is, dat bij ons Nederlanders zijn geld altijd opbrengt, dan is het zeker... de regenjas! In lente, zomer, herfst en winter kunnen we bij ons genieten van regen. Dus Er zijn verschillende methoden om linnen goed, enz. waterdicht te maken en bij som mige methoden behoudt de behandelde stof dan een niet altijd even aangenaam luchtje. Bij de volgende methode is dat niet het ge val en deze wordt dan ook dikwijls ge noemd. Op vijf liter kokend water neem" men 3 stukken sunlightzeep, die men daarin oplost, alsmede 1 1/2 ons gelatine. Eindelijk doet men er nog bij 2 ons aluin. Dit alles goed door elkaar roeren, totdat alles opge lost is. Vervolgens legt men het goed, dat men waterdicht wil maken, er in te weeken. Na een poosje, als het vocht er terdege inge trokken is, haalt men het er voorzichtig uit vooral niet drukken of wringen! en hangt het zoo (druipnat, aan de lijn te dro gen. Het komt natuurlijk ook voor, dat een re genjas slechts op bepaalde plekken niet meer waterdicht is en regen doorlaat. Menige oude regenjas kunnen we evenwel nog weer bruikbaar maken, door die plekken aldus te behandelen. Men koopt bij den drogist eea stukje bijenwas. De regenjas spreidt men uit op een steenen of zinken aanrechtin ieder geval een zeer hard oppervlak mst de goede kant naar beneden en de binnen kant dus naar boven. Men wrijft nu de plek ken, die regen doorlaten, flink met het stukje bijenwas in. net zoo lang tot de plekken grijs worden. Vervolgens neemt men een vrij warm ijzer en strijkt daarmee over de be handelde plekken. En vóór dat de stof nog tijd heeft gehad om af te koelen, borstelt men de plekken aan de goede kant (de an dere kant dus) op krachtige manier. Ten slotte hangt men de jas op en laat hem 2! uur zoo hangen. De plekken zullen dan geen water meer doorlaten en de jas is weer „als nieuw". NUTTIGE WENKEN, GOED BESTUDEERD, HEBBEN MENIGE HUISVROUW VEEL GOEDS GELEERD. Moet u gelatine snijden? Doe dat met een schaar, die even in koud water gedoopt ls. Dat gaat veel vlugger dan met een mes. Men kan de gelatine clan in veel kleiner stukjes snijden, waardoor ze gauwer oplost. Weet u, hoe u een heerlijke smaak aan diï gestoofde pruimen kunt geven? Door er een schijfje citroen bij te doen. Kofiie- of theevlekken uit teere stoffen, verwijdert men door ze met een borsteltje met glycerine te behandelen. In lauw water naspoelen en aan den verkeerden kant strij ken. Een kip of ander gevogelte plukken Is heusch niet zoo erg. Als men het dier maar eerst even in kokend water dompelt, een paar seconden maar. Dan kan men de veeree heel gemakkelijk uittrekken. Wanneer men een oude kip (of iets derge lijks) of taai vleesch kookt, is het goed een snuifje soda bij het water te doen. Zachtjes laten „zeuren", dan zal het vleesch malsc'a zijn. EEN MODIEUS SCHOENTJE. Dezen zomer zal de mode vooral de aan dacht vestigen op aardige gevlochten schoen tjes. Ze zijn weliswaar niet geheel nieuw, want het vorig Jaar zagen we ze ook reeds dragen, maar sindsdien zijn er een ongeloo- felijk aantal variaties bij gekomen. We zien ze nu in alle kleuren: wit. rood. blauw, groen, bruin, en al deze onderling gecombineerd. We moeten echter een ieder een opzichtige com binatie ontraden; alleen eenvoudige model len zijn waarlijk chic; ze houden het boven dien voor het oog het langst uit. De meeste modellen hebben tamelijk lage, bijna platte hakken. Hoewel de schoenen niet bijzonder sterk zullen zijn en spoedig neiging tot uit- loopen vertoonen, is er toch een hygiënisch voordeel aan verbonden, doordat ze de uit waseming, die doorgaans vooral bij de teenen sterk is, zullen vergemakkelijken, zoodat men geregeld met goed droge en frissche voeten loopt. ROG MET BRUINE BOTER. Neem op een dik stuk rog van 2 pond. I ons boter, een scheutje azijn, 1 maggi-bouil- lonblokje opgelost in 2 eetlepels kokend wa ter, en 1 eetlepel fijngehakte augurken. De visch wordt gewasschen en opgezet met ko kend water en zout. Zoodra het water weer aan de kook is. zet men de pan op een min der heet vuur en laat daarop de visch 'n half uur zachtjes yaar worden. Dan van het vel ontdoen en op een verwarmden schotel leg gen. De lichtbruin gebakkon boter, met de bouillon, een scheutje azijn en de gehakte augurken giet men er over. Het gerecht zoo warm mogelijk opdienen. HOJSVROUW. O, DIE ONSMAKELIJKE VETVLEKKEN. De huisvrouw heeft bij haar dagelijkschen strijd voor reinheid ook dikwijls tc maken met het wegmaken van onschadelijke vet vlekken in allerlei stoffen, afkomstig van diverse vettigheden, als jus, boter, olie, enz. Bij sloffen die goed tegen wasschen kunnen is het niet zoo erg. Een borsteltje met zeen, even naspoelen, en klaar ls Kees. Is de stóf echter niet waschbaar, dan moet men ben zine of verwarmde witte terpentijn (in een kom heet water verwarmen, nooit op het vuur zelf, want terpentijn is zeer licht ont vlambaar. net als benzine) te baat nemen. Is de stof evenwel erg dik (bijvoorbeeld kleeden, tapijten enz.) en is de vetvlek erg groot, bestrijk die dan met ossenga!, om vervolgens na te borstelen met een aftrek sel van houtzeep. Het komt ook voor, dat aocr onvoorzichtigheid vetvlekken ontstaan in kostbare papieren, in boeken, albums, enz. Men kan die wegkrljgen, door de vlek te betten met een watje met benzine. Voorzich tig met watten droog wrijven. Ook kan men op de vlek wat magnesia leggen en daarop in het midden wat benzine d runnel en. Laten liggen, tot de benzine verdampt Ls. en dan het poeder afkloppen. Zoo noodig herhalen Vetvlekken op behangselpapier kan men meestal ook wel wegkrijgen met een niet al te nat watje met benzine.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 15