HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
FLITSEN
FEUILLETON.
Helen's Juweelen
ZATERDAG 18 MEI 1929 VIERDE READ
No. 3815
DE NEDERLANDSCHE TUINBOUWTENTOONSTELLING TE
MADRID.
INTERVIEW MET DEN HEER E. H. KRELAGE.
Een hoekje op de Nederlandsefie tentoonstelling in Madrid.
Van 19 tot 24 April 1.1. Is te Madrid een
Nederlandsche tentoonstelling gehouden van
bloemen en planten. Natuurlijk is het geen
zeldzaamheid, dat Nederlandsche kweekers
deelnemen aan buitenlandsche exposities,
maar de merkwaardigheid van deze ten
toonstelling is, dat zij gehouden werd op
initiatief van den Tuinbouwraad en dat de
kosten geheel uit Nederlandsche beurs wer
den betaald, met uitzondering van een sub
sidie van de Spaansche regeering en boven
dien met steun van de stad Valencia en de
Kamer van Landbouw iin die stad.
Men kan zich zooiets in ons land ter
nauwernood voorstellen. Het is al zoo moei
lijk om van de Nederlandsche regeering sub
sidies voor tentoonstellingen los te krijgen,
maar wie kan zich voorstellen, dat onze re
geering financlëelen steun zou geven aan
een expositie van buitenlanders in Neder
land? Reden van den officieelen Spaanschen
steun is dan ook, dat de Spaansche
Regeering er een opvoedkundig werk
Sn zag, opvoedkundig namelijk voor de
kweekers in Spanje. Zoo kwam het niet
onbelangrijke subsidie van 25.000 peseta's
'Cl peseta is ongeveer 35 a 40 cent.) los en om
diezelfde reden werd de steun verstrekt uit
Valencia, omdat die stad het middelpunt is
van de Spaansche kweekerij. Het Nederland
sche zelfvertrouwen was groot genoeg om het
té wagen op concurrentie van Spaansche
confraters, en het spreekt vanzelf, dat de
kweekers uit ons land, die meededen, in
Spanje voortaan voor hun artikelen een af
zetgebied hopei\, te vinden, dat tot nu toe
Dog niet in die mate bestond. Toch
moet men zich deze tentoonstelling niet
denken als een voordeel fn de eerste
plaats voor bepaalde firma's; de ex
positie was in hoofdzaak collectief. Zij
bestond voornamelijk uit rozen, seringen en
afgesneden bloemen uit ons district en wij
vinden slechts enkele persoonlijke inzendin
gen van firma's, namelijk D. BaardseDz. uit
Aalsmeer, C. Beekenkamp uit Boskoop, J.
Bier uit Moordrecht, W. Keesen Jr. en Zonen
uit Aalsmeer, G. van der Stam Azn. uit Bos
koop en een aardappelinzending van de on
derneming „West-Friesland" in Alkmaar,
terwijl onze regeering vertegenwoordigd was
door een inzending van den Phyto-patholo-
gischen dienst uit Wageningen (plantenziek
ten) en een inzending van het Ministerie
van Landbouw uit den Haag.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per reijeL
sfónA MudJ eblr* 4M-6*
U /y ffcny v ffJcuUM, tnr'/i MfH
Bovendien was er nog een afdeeling tuin
architectuur aan toegevoegd van de inzen
ders Tine Cool uit Bussum, Th. J. Dinn uit
den Haag, Moerheïm uit Dedemsvaart, de
heeren Ramaer uit Wageningen, H. Reinders
uit Voorburg en H. Roeters van Lennep in
den Haag.
Het is nauwelijks noodig te zeggen, dat de
financieele voorbereiding en de geheele
overige voorbereiding van deze tentoonstel
ling veel moeite en zorgen hebben gekost.
Men moet zich voorstellen, wat het is 5000
rozen, een groote verzameling afgesneden
bloemen, namelijk 10.000 tulpen en irissen
en 5000 takken seringen uit Aalsmeer, over
een dergelijken grooten afstand te vervoe
ren en ze daarna nog in een warm klimaat
zoo frisch en fleurig ten toon te stellen, dat
zij ginds in Spanje een reclame konden zijn
voor Nederlandsche kweekers. Dit zou dan
ook zeker niet mogelijk zijn geweest zonder
de hulp van de Spaansche regeering en die
van de spoorwegmaatschappijen, want vel
kon het materiaal voor de tentoonstelling
gewoon per boot vooraf worden vervoerd,
zooals kisten, manden, stellingen en derge-r
lijke, maar alles,wat bederven kon. moest
per snelste gelegenheid, worden overgebracht
en zoo was het dan noodig om de bloemen
(want voor vervoer van zulke groote hoe
veelheden kon aan vliegtuigen niet gedacht
worden) in afzonderlijke wagens achter de
internationale sneltreinen aan te haken.
Bovendien moest alles worden overgeladen te
Irun, het Spaansche grensstation, omdat de
spoorweg naar Madrid een andere spoor-
wijdte heeft. De heer E. H. Krelage, die ons
een en ander v.an deze onderneming vertel
de, was dan ook buitengewoon ingenomen
met de onbeperkte medewerking, die de re
geering en overige autoriteiten in Spanje
hadden verleend. Men is in Neder
land in het algemeen van oordeel, dat er
in Spanje niet met snelheid gewerkt wordt,
maar na de opgedane ervaring wenschte de
heer Krelage te getuigen, dat dit niet juist
is en dat het overladen aan de grens, met
behulp natuurlijk van Nederlandsche mede
werking, geschied was met een spoed en
een zorgvuldigheid, waarvoor hij allen lof
over had. Zelfs had de regeering ter voor
koming van oponthoud de douaneformali
teiten voor de geheele inzending van Irun
naar Madrid verplaatst en een ruim en
practisch ingericht gebouw van meer dan
1000 M2. beschikbaar gesteld, dat uitslui
tend electrisch werd verlicht en daardoor
in het belang van de tentoonstelling zoo koel
mogelijk kon blijven. De inzendingen hadden
door de reis zoo weinig geleden, dat
de rozen en andere bloemen, nadat
ze in het water gezet waren, hun vol
komen frischheid hadden behouden, maai
de temperatuur in de buitenlucht was in die
dagen in Madrid reeds 70 graden, zoodat
zonder a! deze voorzorgen de expositie zeker
mislukt zou zijn.
Men kan evenwel niet verwachten, dat een
dergelijke onderneming zonder tegenspoed
afloopt en die kwam in den vorm van het
overlijden van de Koningin-Moeder in Span
je, waardoor de toeleg om de tentoonstelling
te houden tusschen 2 groote tentoonstellin
gen (namelijk in Sevilla en Barcelona) in,
verijdeld werd en de Spaansche koning niet
in staat was zelf deze Hollandsche tentoon
stelling te openen, zooals door hem was be
loofd .Wel heeft hij de expositie met de Ko
ningin bezocht en is die in zijn plaats ge
opend door den dictator van Spanje, Primo
de Rivera, maar de tentoonstelling zelf kwam
afzonderlijk te staan en heeft van Spaansche
en buitenlandsche bezoekers van Sevilla en
Barcelona niet geprofiteerd.
Over het koninklijk bezoek liet de heer
Krelage zich uit als volgt: „De Koning is
een buitengewoon aangenaam man, goed op
de hoogte. Evenmin als Primo de Rivera lijkt
hij op de caricatv.rn, die van xem in omloop
zijn. Zonder twijfel is de tentoonstelling ge
slaagd. Nog meer vorstelijke personen, zoo
als o.a. de Infante Isabella, kwamen die be
zoeken. maar ook kwam er een groot publiek,
uit den aard van de zaak grootendeels des
avonds, aangelokt door een aanplakbiljet, ge-
teekend door een Spanjaard, die de schoon
zoon is van den Heer en Mevrouw Van
Eeghen, belangstellende Nederlanders, die in
Spanje wonen. De familie Van Eeghen heeft
door hare relaties met de regeering de ge
heele onderneming voorbereid. Door de bla
den werd groote aandacht aan de tentoon
stelling gewijd, niet alleen door de tuinbouw
bladen. maar ook door de dagbladen van al-
gemeene strekking, die hoofdartikelen gaven
over den Nederlandschen tuinbouw. Tij
dens de tentoonstelling werden door 2 jonge
dames, Nederlandsche meisjes, die daarvoor
naar Spanje waren gereisd en gekleed wa
ren in Friesch en in Zeeuwsch costuum, af
gesneden bloemen verkocht, waarvan de op
brengst strekte ten voordeele van het kan
ker-instituut, dat onder protectie staat van
de Koningin van Spanje.
De heer Krelage eenmaal in Spanje, heeft
van de gelegenheid gebruik gemaakt om nog
andere Spaansche steden te bezoeken en ver
telde ons daarbij van zijn ervaringen. „Ner
gens", zoo zeide hij, „heb ik ongeregeldheden
ontmoet of daarvan vernomen, nergens agi
tatie opgemerkt. Bij mijn bezoek aan Toledo,
Granada, Sevilla, Cordova heb ik de gele
genheid gehad, de opmerking te maken, dat
de dienst op de groote lijnen met slaapwa
gens en restauratie-wagens uitstekend in
orde was. De vrees, die in Nederland wel
gekoesterd wordt, dat de Spaansche keuken
voor ons niet geschikt is door de overmaat
van olie, bleek althans in de groote hotels
ongegrond te zijn: wel heb ik de voorzorg ge
nomen nergens water te drinken en alleen
mineraalwater genomen, dat zeer goed en
niet duur te krijgen was. Bovendien heb ik
mij onthouden van versche sla, die licht
typhus kan overbrengen.
Blijkbaar beschouwt men zich in Spanje
nog gaarne als het Moederland van het
Spaansch sprekend gedeelte van Zuid-Ameri-
ka. Hoewel Spanje havens genoeg heeft, is
men er op dit oogenblik bezig een groote
haven te Sevilla aan te leggen, waarin alles,
wat van Zuid-Amerika komt, gemakkelijk
binnen kan vallen".
De heer Krelage was dus over zijn Spaan
sche reis, die met fnbegrip van een
bezoek aan Rome voor een diplomatieke
conferentie aldaar,omstreeks een maand
had geduurd, zeer tevreden. Ook ma-
terieele voordeelen zljc op den duur van
deze tentoonstelling te verwachten;
het spreekt vanzelf, dat de relaties moeten
worden warm gehouden en ontwikkeld en
voor concurrentie van Spaansche zijde zijn
onze kweekers niet bevreesd. Hij verhaalde
nog hoe in de laatste jaren onze kweekers de
Duitsche seringencultuur en de Fransche ro-
zenkweekerij feitelijk overwonnen hebben,
omda.t zij er altijd op uit .zijn, de allerbeste
kwaliteit te leveren en te. zorgen voor het
snelst mogelijke vervoer.
Ik heb den heer Krelage dank gezegd voor
zijn inlichtingen en voor mijzelf de over
weging gehouden, dat ongetwijfeld het parti
culier initiatief bij onze kweekers veel tot
stand brengt, maar zeer zeker niet minder
de organisatie in het tuinbouwbedrijf, waar
in de Tuinbouwraad een groote rol speelt en
de steun van de regeering met haar tuin-
bouwonderwijs. Deze organisatie bevestigt,
wat ik onlangs deed opmerken toen de heer
Krelage 60 jaar werd, namelijk dat hij in het
vak van den tuinbouw een belangrijke fi
guur is, waaraan het bedrijf veel te danken
heeft.
J. C. P.
VAN HAARLEM'S DAGBÏ AD No 1436
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Ct». per regel.
FENS LFKKFR HUU.EN
Een mooie portretteeken'ngr
7® van een dierbare overledene
vormt een blijvende cjedaebtenia
Wendt U hiervoor tot J. Rotgans,
HNNAt'J5°A<TK.WCÖ 28 AMSTERDAM.
Baby wordt huilende wak
ker
en om bet nog erger te
maken komt h er ce fami
lie om te zien wat eraan
scheels
als hij maar praten kon.
-ou hij vertellen dat er
heusch geen speld is die
hem steekt
en hij heeft het noch tie
koud, noch te warm
en hy heeft niet aan vader
gevraagd om zUn horloge
aan zijn vinger te laten
wiegelen
en het hoeft geen nut om
hem op zyn rug te klop
pen
en hy wil juist niet op begrijpen ae dan niet dat
vaders knie dansen
een baby wel eens behoeft:
heeft om flink te schreeu
wen, zonder dat e: een re
den voor hoeft te zijn?
en dat het resultaat daar
van is. cat hU zich plotse
ling veel beter voelt?
(Nadruk verboden.)
HET ASPHALTEEREN VAN
SCHOTERWEG EN CRONJé
STRAAT.
MEER SPOED GEVRAAGD.
Al sinds 8 April zijn de Schoterweg en 1e
Cronjéstraat voor het rijverkeer afgesloten
in verband met de asphalteeringaweikzaaril
heden.
Natuurlijk is dit een groote verkeersbelem-
mering. Het verkeer moet nu door smalle
straten geleid worden, die daarvoor absoluut
ongeschikt zijn. De mooie grintweg langs
den Kloppersingel is finaal stuk gereden. De
zware autobussen hobbelen daar als kinderen
op een hobbelpaard. Gelukkig is nog alles
zonder ongelukken afgeloopen. De chauf
feurs zijn gelukkig zoo verstandig om niet
hard te rijden. Bovendien houdt de politie,
ook geregeld toezicht.
In de 6 weken die men nu op den Schoter
weg en in de Cronjéstraat aan het werk is
werd wel veel gedaan, maar het zijn nog
niet anders dan voorbereidende werkzaam
heden. Op den Cchoterweg zijn nu nieuwe
tramrails gelegd. Tusschen de Kennemer-
straat en de Dr. Leydsstraat liggen de nieuwe
tramrails nu midden in den weg, maar die
weg Is nu zoo breed geworden, dat aan eiken
kant een flinke asphaltweg komt voor op- en
afgaand verkeer. Tusschen het Frans Hals
plein en de Kennemerstraat zijn de rails
aan den Westkant van den weg. Het verkeer
Zuid-Noord kan dus daarnaast ongehinderd
passeeren. Alleen zal het gevaarlijk worden
om bij de Cronjéstraat uit te stappen. Daar
zal op den rijweg wel een vluchtheuvel ge
maakt moeten worden. Hier en daar is op den
Schoterweg het storten van beton en het
leggen van het puinbed begonnen. Als er nu
flink wordt aangepakt kan er in twee of drie
weken veel gebeuren. Het is de ervaring dat
als het voorbereidende werk eenmaal klaar
is, het eigenlijke asphalteeren vrij vloto gaat.
De bewoners en vooral de winkeliers kla
gen er over, dat het werk zoo lang duurt.
Vooral de winkeliers In de Cronjéstraat zijn
aan het mopperen. Inderdaad is in die straat
nog weinig schot in het werk. Nog steeds
wordt aan de rioleering, gas, electriciteit en
telefoon gewerkt. De winkeliers, die veel
schade van de opgebroken straten ondervin
den omdat vele koopers nu liever elders gaan
winkelen, hopen nu, dat met man en macht
begonnen zal worden om den middenweg te
asphalteeren. Er zijn reeds winkeliers die het
voornemen hebben raadsleden te bezoeken
om die te bewegen in den gemeenteraad aan
te dringen op het maken van den meest mo-
gclijken spoed met het asphalteeringswerk.
GEMEENTERAAD.
Er wordt een vergadering van den Raad
der gemeente Haarlem gehouden op Woens
dag 22 Mei 1929, des namiddags ten 1.30 ure,
zoo noodig voort te zetten des avonds ten 8
ure, in de Statenzaal (Prinsenhof).
Aan de orde zal worden gesteld:
1. Mededeelingen en ingekomen stukken.
Verzoekschrift mej. J. H. H. van Rossum
om ontslag als onderwijzeres (definitief re-
serviste) bij het L.O.
Verzoekschrift F J. Wiessing om eervol
ontslag als onde.vijzer aan school no. 33.
2. Balans enz. 132*? Woningbouwvereeniging
Het Oosten.
3. Ie Suppletoir kohier straatbelasting
dienst 192H.
4. Wijziging raadsbesluit verkoop grond
Judith Leysterstraat.
5. Verlenging termijn ontruiming onbc-
woonbaarverklaarde woningen aan Banne-
steeg, Ravesteeg en 'I. Krom.
6. Wijziging besluiten tot benoeming van
tijd. leerkrachten aan gemeentelijke avond
scholen.
7. Verzoekschrift R.K. Kerkbestuur v. d.
parochie v. d. H. Johannes den Dooper om
medewerking tot stichting schoolgebouw na
bij de Zomer vaart.
8. Beschikbaarstelling gelden inrichting,
meubileering enz. schoolgebouw:
a. Weltevredcnstraat.
b. Van Zeggelenstraat.
9. Aankoop perceel Rustenburgerlaan 16.
10. Verleenen medewerking uitbreiding
bijzondere school Westergracht no. 1.
11. Beschikbaarstelling ge'.den uitvoering
openbare werken in verband met openstel
ling noordelijken uitgang Stationsgebouw.
12. Bouw transformatorstation Burgwal.
13. Verkoop grond:
a. Santpoorterp'.ein <J. B. Kroon van Diest)
b. Marnlxstraat (W. G. Vreenegoor).
14. Gedeeltelijk sloopen perceel Groote
Houtstraat 140.
15. Vaststelling percentage gemeentelijke
Inkomstenbelasting.
16. Voorstel-Visser tot het geven van bij
slag op pensioenen met schrijven Burge
meester en Wethouders.
17. Vaststelling Bouwverordening.
18. Wijziging verordening incasso-, bene
vens stortings- en ophaaldienst.
19. Wijziging verordening heffing rechten
voor ingebruikneming gemeentegrond enz.
20 Benoeming:
a. lid commissie voor de beoordeeling van
subsidieaanvragen (vac. Van Liemt).
b. onderwijzeres school no. 13 (Haarlem-
merliedestraat)
c. definitief -eserve-onderwijzeres buiten
gewoon lager onderwijs.
EEN ROMANTISCHE GESCHIEDENIS,
door
JAQUES FUTRELLE.
20)
Hij bleef zwijgen.
„Nu?" informeerde Colquhaun. „Wat zou
dat?"
„Nadat we dit ontdekt hadden, hebben we
het zoeken naar den Havik weer hervat", en
Meredith maakte een ongeduldig gebaar in
de richting van zijn gastheer. „Ik heb zoowat
iedere „stille" in New York aan het werk
gezet. Drie dagen geleden ontdekte één van
hen, dat iemand, die precies beantwoordde
aan de beschrijving van den Havik, behalve
in een ondergeschikt detail, een groote, snelle
motorboot had gekocht, die de Riszie Ann
heette, en ermee verdwenen was. Dexter en
ik zijn hem meteen achterna gegaan met
een andere motorboot. We vonden het eerste
spoor van de Riszie-Ann in New Londen,
v/aar hij sprak langzaam en met na
druk, waar we ontdekten, dat de oude
naam weggeschilderd was en veranderd in
de Pyramids!"
Colquhaun begon te lachen.
„Luister nou even", zei hij. „als u een goeie
motorboot had gekocht en t ding heette de
Riszie-Ann, zou u den naam dan ook niet
veranderd heboen?"
De lichtzinnige toon van dat antwoord er
gerde Meredith en de kleur op zijn wangen
werd dieper. Het voldane gevoel, dat zijn
langgezochte vijand zich nu eindelijk zonder
tegenstand te bieden, zou moeten overgeven,
verdween.
„Je was ons niet meer dan drie uur voor
in Martha's Vineyard, en geen twee uur in
Liasconset, waar js benzine hebt ingenomen"
ging hij voort. „En we hebben je gezien bij
den Cliatkam vuurtoren, en voorbij Race
Point zijn we je kwijt geraakt. We dachten
wel, dat je verder zou gaan naar Boston, dus
we zijn de kust langs gegaan tot wel,
hier zijn we".
„En nu u hier bent", zei Colquhaun rustig,
terwijl hij de asch van zijn sigaret tikte,
„zou ik wel eens willen weten, wat u eigen
lijk wilt?"
„Jou
„En waar word ik van beschuldigd?"
„Van verschillende dingen", zei de detec
tive scherp. „Ten eerste, medeplichtigheid
aan den moord op Daddy Heinz; ten tweede
medeplichtigheid aan den diefstal van de
juweelen van Miss Hamilton, want dat was
heel duidelijk een stukje werk van den
Havik, en bovendien, waarschijnlijke mede
plichtigheid aan den diefstal van een zekeren
kostbaren kouseband. En als we zes jaar
terug gaan, dan moeten we je nog hebben
voor den diefstal van de Miller-juweelen ter
waarde van meer dan honderdduizend dol
lar; en voor die zaak bij de Kendricks en
voor de verdwijning van de
„Dat is wel zoowat genoeg", viel de jonge
man in. „Ik merk wel, dat de personage, dat
jullie de Havik noemen, heel wat op zijn ge
weten heeft. En jullie zeggen, dat ik de
Havik ben?"
„Juist, dat heb je heel aardig geraden",
merkte Meredith droogjes op. „Je bent toch
niet van plan dat te ontkennen, hè?"
„V/el, voordat jullie me arresteeren, waar
schuw ik jullie, dat je goed moet weten wat
je doet!" Er was een typische verandering
in Colquhaun's houding gekomen. „En dan
nog iets. hebt toch zeker wel een arrestatie
bevel?"
„Ja!"
„Uitgevaardigd in de Staat New York?"
„Ja!"
„Nou, vergeet dan in uw enthousiasme niet,
dat we nu in Massachusetts zijn, dus dat
ding heeft hier absoluut geen waarde". Hij
zweeg even om een nieuwen sigaret aan te
steken. „Ik wil niet onaangenaam zijn, maar
gaat u weer zitten, dan zullen we 't geval
nog eens bepraten. We hoeven ons niet te
haasten".
Detective Meredith gehoorzaamde machi
naal. Hij voelde, dat hij bezig was grond te
verliezen; en hij keek even onx-ustig naar
Dexter. De man van Scotland Yard zat
Colquhaun onafgebroken aan te staren.
„Nu", en Colquhaun begon nu den onder
vrager te worden, „u kent dat personage,
dat u den Havik noemt, zeker wel persoon
lijk?"
„Ja zeker".
„U kent hem dus zeker goed?"
„Ik heb hem twee maal gezien". Meredith
slaagde er niet in zijn toon erg opgewekt
te doen klinken.
„Twee maal! En hoe lang is dat geleden?
Zoowat zes jaar hè?"
„Zes jaar, ja: maar
„Een oogenblikje, aistr.blieft. U hebt toch
zeker wel een foto van hem?'
„Er bestaat geen foto van hem, op de
heele wereld niet".
„Maar u hebt toch zeker een nauwkeurige
beschrijving van hem?"
Meredith knikte, en Dexter haalde een be
drukt stukje papier te voorschijn, dat zes
jaar te voren de heele wereld in opschud
ding had gebracht.
Colquhaun keek van Meredith naar
Dexter.
„Zouöt u het misschien even willen voor
lezen?" vroeg hij.
„Bruin, krullend haar", zei Dexter,
„Klopt!" zei Colquhaun.
„Bruine oogen",
„Klopt".
„Gebruinde gelaatskleur".
„Ja".
Rechte neus".
„Ja".
„Gewone mond, met roode lippen".
„Klopt".
„Goede tanden".
Colquhaun antwoordde bevestigend door
weer te glimlachen.
„Schoenen nummer 8".
Detective Meredith nam een schoen op, die
naast het bed stonden en bekeek hem.
„Zeven en een half", zei hij.
„Hoed nummer zeven".
Colquhaun ging naar een kast en haalde
er een hoed uit. dien hij aan Meredith gaf.
„Zeven en een achtste", las hij.
„Handschoenen zeven". Dexter las één
tonig door, en keek iederen keer op om
Colquhaun aan te zi.en.
„Klop:", zei Colquhaun.
„Houding, rechtop".
.Klopt".
.Xengte één meter vijf en zeventig".
„Eén meter zeven en zeventig", verbeterde
Colquhaun.
„Gewicht ongeveerVoor den eersten
keer kwam er een verandering in Dexter's
gelaatsuitdrukking, en hij sloeg langzaam
zijn oogen naar Colquhaun op.
„Ik zeide, dat de beschrijving zoowat
klopte op een onderdeel na", zei Meredith.
„Het gewicht komt niet uit".
Colquhaun knikte en stond op.
..Het signalement zegt, dat hij zoowat
honderd tachtig pond woog".
..Ik weeg precies honderd zeven en veertig",
zei Colquhaun.
„Maar dat doet er niet toe", stelde
Meredith zich gerust. „Iedereen kan lichter
worden".
De jonge man stond de twee detectives
misschien wel een halve minuut lang zwij
gend en onbeweeglijk aan te kijken. Dexter
vouwde nadenkend het stukje papier op en
stak het weg; Meredith zat nijdig voor zich
uit te kijken.
„Is dat alles?" vroeg Colquhaun.
„Bovendien heb ik je twee maal gezien",
verdedigde Meredith zich, „en dan nog de
geheimzinnige manier, waarop je uit New
York verdwenen bent, en het feit, dat je
den naam van je boot veranderd hebt en
dan zijn er nog honderden kleinigheden,
waaronder het merkwaardige verschijnsel,
dat je me kende en bij mijn naam noemde
toen ik deze kajuit binnenkwam".
„Ik heb uw foto deze laatste week in alle
kranten zien staan in verband met dien
juweelendiefstal, verleide Colquhaun hem
rustig. „Dan is het toch waarachtig geen
wonder, dat ik u herkende".
„Waarom hebt u dan geprobeerd om ons
te ontloopen?"
„Dat moet u zelf maar zien te ontdek
ken". Colquhaun boog zich plotseling over
de tafel heen, waar hij met beide handen
op steunde. „U zoekt den Havik", zei hij
uitdagend. „U hebt hem niet meer dan twee
maal in uw leven gezien, en dat ise zes jaar
geleden. Nu moet u het zelf weten: ben
lk het, of ben ik het niet? Hebt u me vroeger
gezien of niet? Is het waar. dat dat sLgna-
lemcnt van u overeen zou komen met min
stens één van de tien jonge mannen, die u
op straat tegenkomt,' of niet? U wilt den
Havik arresteeren; u zegt. dat u hem kent.
Zcekt u nu mij, ja of nee?"
Dexter keek van het intelligente gezicht
van den jongen man r.aar Meredith, die hem
weifelend aankeek en besluiteloos een luci
fer aanstreek en zijn sigaar weer aanstak.
.(Wordt vervolgd.).