ONZE ILLUSTRATIE Een moederhond die ,de kinderen yan haar vriendin kart groot brengt. Bij Unterlochen, een plaatsje In Oostenrijk, deed een aardverschui ving een massa van 15.000 kub. meter In het dal neerstorten, waardoor eenlge huizen geheel bedolyen wer- Een vilten hoed bij regenvlagen En als de zon de aarde stooft, Draag dan de panama op 't hoofd. Een hoopje kleeren is het maarl Een blauwvos, 'n hoed, een schoentjespaar^ Een wolkje crêpe, hoe komt het dan, Dat 't haar zoo hévig boeien kan.... Jaren kwamen en jaren scheidden, LENTEGELUID. Zij brachten veel vreugde, liefde en smart.. V/aar zit die heldere zanger, dien, Nu het voorjaar komt, als in vroegere tijden, Ik hooren kan en zelden zlonf Herleven die jaren in 't nog jeugdige hart EENDRACHT MAAKT MACHT. Eén bloempje, het waar' op de wereld verloren, Als 't niet was met duizenden and'ren geboren. Thans ziet het, haar ootmoed dorst 't nauwlijks te droomon, De menschheid bewonderend tot zich komen. De bloeiende weelde, 't zoo kwistig verdeelde Door moeder Natuur met vrijgevige hand. Ach. zie toch dien zegen van bongerds en wegen, De rijkdom, van 't bloeiende Betuwe-Iand.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 5