Haarlem's Dagblad | 1929 | 13 juni 1929 | pagina 10

DE ROTTERDAMS CHE MOORDZAAK.

VERZEKERINGSVOORWAARDEN VOOR WEEK-ABONNéS VAN HAARLEM'S DAGBLAD

HAARLEM'S DAGBLAD

DONDERDAG 13 JUNI 1929

Het verdere getuigenverhoor.
Verdachte bleef ontkennen.

(Tweede dag).

Bij het begin van de zitting van Woens
dag vroeg de president der Rotterdamsche
rechtbank aan den beklaagde v. O, of hij bij
zijn verklaring bleef, dat hij noch recht
streeks, noch indirect met den moord iets
heeft uit te staan gehad en of hij erbij bleef,
dat hij op den avond van den moord om 6.30
uur van het kantoor was weggegaan. Toen
verdachte bleef ontkennen iets met de zaak
te maken te hebben en bleef bij zijn ver
klaring half zeven te zijn weggegaan, ge
lastte de rechtbank het hooren van een ge
tuige, die zich nog Dinsdagavond heeft aan
gemeld. Deze getuige, de heer A. J. Tollig, zei
den heer Lans sedert 12 jaar te kennen
v. O. kende getuige niet persoonlijk, wel heeft
hij met hem getelefoneerd. Getuige heeft uit
de verslagen gelezen, dat verdachte de ver
klaring van mej. Lans, de dochter van het
slachtoffer, omtrent zijn vroeger weggaan
van het kantoor heeft gewraakt. Tegen ge
tuige heeft verdachte in een telefonisch ge
sprek gezegd, dat hij in Den Haag om 8
uur van de zaak had gehoord, toen er een
agent voor zijn deur stond. Verder sprekend
over dc quaestie had verdachte gezegd, da:
hij vroeger was weggegaan, zooals hij in der»
regel Donderdags deed. Getuige heeft niet
den indruk gekregen, dat verdachte bedoelde
vroeger te zijn weggegaan dan de heer
Lans.

Na het hooren van den agent van politic
Commijs stelde de president vast, dat ver
dachte in het bezit moet zijn geweest van
den sleutel van het achterhek.

Mevrouw Weljne verklaarde, dat haar zwa
ger (v. O.) den avond na den moord bij haar,
nadat hij uit Den Haag was gekomen, heeft
getelefoneerd met den politiepost Hoflaan.
Na dit gesprek zei verdachte: „Ik zal het je
maar ineens zeggen, Lans is vermoord". Ver
dachte was toen erg geschrokken cn over
stuur geweest.

Uit de verklaringen van den agent van
politie G. Timmers bleek, dat deze agent,
die het telefoongesprek aan de Hoflaan
heeft gevoerd, van verdachte heeft gehoord,
dat hij op het station D.P. opbelde. Verdachte
zei thans, dat hU bedoeld had bij het station
D. P.

De president: „Gezien de rol, welke mevr.
Weijr.e in deze zaak heeft gespeeld, is het
waarschijnlijk, dat u haar naam verzwijgen

Hoe wist Van O. dat de
heer Lans vermoord was

Uit de verklaringen van den agent bleek,
dat de politie van de post Hoflaan de bood
schap heeft afgegeven aan verdachte, dat er
een inbraak was gepleegd in de fabriek en
dat er een aanslag op den heer Lans was
gepleegd.

De officier: Beklaagde heeft tegen me
vrouw Weijne gezegd: Lans is vermoord".

Verdachte: „Ik had het zoo begrepen".

De president: „Een aanslag bcteekent dat
het slachtoffer nog leeft."

Mr Kokosky: „Hij kan toch net zoo goed
dood zijn

De officier: „Timmers heeft juist van een
aansiag gesproken, omdat hij niet wist, of
het slachtoffer dood was."

De agent van politie Willinge heeft op den
avond van den moord wacht gehad bij het
hek aan den Oostzeedijk. Verdachte had bij
zijn komst ter plaatse den agent gevraagd:
„Wat is hier aan de hand?" en op het ant
woord van den agent: „Er is een moord ge
beurd, meneer Lans ls vermoord", had ver
dachte gevloekt. De agent had den indruk
gekregen, dat verdachte niet wist, wat er ge
beurd was.

Eenzelfden indruk heeft de Commissaris van
Politie Dijkstra gekregen. Deze getuige vond
de houding van den verdachte op dat mo
ment erg vreemd.

Mej. G. A. H. Enzlin stond op den avond
van den moord op dc Admiraliteitskade met
iemand te praten. Het was omstreeks kwar„
voor zeven, toen er uit de richting van het
Boschland van het achterhek van de N.V. De
Haas een heer langs de huizen kwam met een
grijzen gleufhoed, demi-saison, actetasch on
der den arm en een bruin pakje in de hand.
De lengte van den man was 1.65 a 1,70 M.,
gezet postuur en bol blozend gezicht.

De president verzocht den verdachte zijn
jas aan te trekken en zijn hoed op te zetten,
waarna getuige verklaarde dat er meer
punten van overeenkomst zijn dan afwij
kingen. Getuige verklaarde ook nog dat de
man, die zij dien avond heeft zien loopen,
een bruin pakje in het water heeft gewor
pen.

Verdachte ontkende op dien avond op de
Admiraliteitskade te zijn geweest.

Tegenspraak bij

twee getuigen.

De chauffeur Wijers die met mej. Enzlin
op de Admiraliteitskade stond tc praten zei,
als getuige gehoord, dat de mijnheer die
kwam aanwandelen een zwarten bolhoed
droeg. Er is wel overeenkomst in postuur
en grootte, maar getuige zou niet durven
zeggen, dat verdachte de man is.

Vervolgens verklaarde de dienstbode van
dc familie Lans, dat zij op den avond van
den moord te «mstreeks kwart voor zeven,
toen zij in de keuken was, twee mannen
heeft zien staan praten op dc binnenplaats
van de zaak. Een van die mannen droeg een
gabardine regenjas, grijzen gleufhoed en had
een actetasch onder den arm.

Daarop werd gehoord als de getuige a dé
charge de heer J. H. Houtman, die op den
moorddag om tien minuten voor half zeven
bij het open terrein van het Boschland op
den avond van den moord een lieer heeft
zien loopen. die zijn hoofd in de kraag van
zijn jas \xrborgen hield. De man had een
dikken neus met putjes, hij was gekleed in
een donkere overjas met fluwcelen kraag. Hij
was ongeveer 1 M. 70 lang, niet gezet en on
geveer 40 jaar oud. Getuige verklaarde nog.
dat hij met zijn meisje, dat hij kort na de
ontmoeting tegenkwam, is teruggeloopen en
toen zag hij bij het hek van de firma De
Haas den man staan, dien hij even te voren
had zien loopen. Dc man keek naar boven.
Het was ongeveer vijf minuten voor zeven.
Zoodra de man het. paar bemerkte, is hij
langzaam doorgeloopen.

Het meisje van dezen getuige legde haar
nagenoeg gelijkluidende verklaring af.

Verdachte was op den dag
der begrafenis zenuwachtig

De heer W. G. Kiene, lid van de firma Kie
ne en Zoon, gelegen aan de plaats, waar ook
de firma De Haas is gevestigd, verklaarde dat
verdachte op den dag na de begrafenis van
den verslagene des middags niet alleen naar
boven durfde gaan in het kantoor en dat hij
eenige hceren gevraagd had, met hem mee
te gaan.

Verdachte verklaarde, dat het de eerste
keer was, dat hij na den moord in het ge
bouw zou komen en daarom was hij beangst.

Het onderzoek naar
de knoeierijen.

De accountant Melis, had half November
opdracht gekregen van den heer Lans de
boeken na te gaan. Op 29 November zou ge
tuige beginnen aan het kasboek, dat de
fraude moest uitbrengen. Verdachte wist
dat.

Dc president tot verdachte: U had de frau
de voornamelijk in het kasboek gepleegd.

Verdachte: Dat hing er van af hoe er ge
controleerd werd.

De president: U begreep natuurlijk, dat als
de fraude uitkwam, u uit de zaak gezet zou
worden.

Verdachte gaf daarop geen antwoord.

Het O. M.: Hoe en in welken vorm hebt u
opdracht van Lans gekregen voor het on
derzoek?

Accountant Melis: De heer Lans was ver
wonderd, dat een bepaalde afdeeling niet
rendeerde. Daarvan speciaal moest ik een
onderzoek instellen en daarop was het on
derzoek ook gericht.

De president vroeg aan get. Melis of v. O.
al den tijd tusschen 14 en 29 Nov. op kantoor
was.

Get. Een paar dagen was hij er niet.

Verdachte: Toen was ik ziek.

De pres.: Hebt u dien tijd gebruikt om
in de boeken te knoeien?

Verdachte: Ik had geen boeken bij me.

De pres.: En wat verklaart mevr. Logger
dan?

Mevr. Logger werd weer voorgeroepen. Zij
had tijdens de ziekte van verdachte kantoor
boeken op tafel gezien. Ik heb geen verstand
van die boeken, zegt getuige.

De pres.: Maar het waren geen romans?
En ook geen bijbel.

Getuige Logger: Natuurlijk niet.

Verdachte ontkent, dat hij, om die knoeie
rijen uit te voeren, was thuis gebleven.

Hierna werden eenige commissarissen
van dc Naamlooze Vennootschap gehoord
Zij verklaarden dat v. O. eerst vermoed had
dat hij directeur zou wolfden na den dood
van don heer Lans. De commissarissen had
den dit evenwel ontkend. De heer De Haas
steldé ook vast, dat v. O. meer verduisterd
had, dan het bedrag dat hij als aandeelep
in de zaak had. Bovendien had de heer Lans
bij zijn leven al gezegd, dat v. O. onbe
kwaam was om hem eventueel als directeur
op te volgen.

Mevrouw Lans deelde mede, dat van O. na
den moord bij haar gekomen is met het
voorstel de zaak over te nemen. Hij had
iemand gevonden, die het geld zou voorschie
ten op voorwaarde, dat hij (v. O.) directeur
en de geldschieter commissaris werd. Mevr.
Lans, die er in toestemde wanneer zij haar
geld terug kreeg, verwees Van O. toen naar
haar gevolmachtigde. Van die overneming
was evenwel niets gekomen.

De heer Bos, die door verdachte als geld
schieter was genoemd, verklaarde, dat van O.
blijkbaar de waarde van het geld niet kende,
omdat hij nog al veel opmaakte. Bij de be
spreking over de overneming van de zaak
heeft de schoonzuster mevr. Van Weijnen,
de grief geuit, dat verdachte zijn baantje
kwijt zou raken, daar de zaak wel op de
fleseh zou gaan. Getuige ontkende evenwel,
dat hij wist, dat v. O. zich schuldig gemaakt
had aan fraude. Verder zeide zij nog, dat
verd. niet royaal was. Diens vrouw was even
wel zeer verkwistend en is het nu nog.

President: „En zij heeft niets

Getuige deelde mede, dat v. O. ondersteu
ning van haar kreeg om voor de kinderen te
zorgen. Van O. hield zeer veel van zijn kin
deren cn van zijn gezin en is er ongetwijfeld
op gesteld, dat zij goed verzorgd worden.

Deze laatste woorden veroorzaakten bewe
ging in de zaal.

Eenige leden van het kantoorpersoneel
worden gehoord over het tafelmesje, dat
eerst weg was, maar later weer gevonden
was.

De bloederige details van den moord wor
den weer opgerakeld door de vragen van den
verdediger Mr. Kokosky aan dr. E. C. van
Rijssel, den lijkschouwer, gesteld.

Het O. M. zeide, dat de slagen op het hoofd
moeten zijn toegebracht, terwijl het slachtof
fer een hoed droeg.

Dr. E. C. van Rijssel verklaarde niets van
een hoed te hebben geweten, doch nu hij dit
hoofddeksel ziet, lijkt het hem, in tegenstel
ling met zijn vroegere verklaringen, waar
schijnlijk dat de slagen zijn toegebracht met
een zwaarder voorwerp dan een wandelstok.

Aan dr. van Rijssel werd door de recht
bank verzocht het dossier te bestudeeren en
Maandag wanneer de behandeling zal worden
voortgezet, mede te deelen, of hij wellicht
redenen heeft om zijn conclusies te wijzigen.
Hij zal zich daarbij zoo noodig van de situa
tie ter plaatse op dc hoogte stellen, hetgeen
tot dusverre blijkbaar ook nog niet is ge
schied.

De verdediging deed het verzoek den schei
kundige den heer Van Ledden Hulsebosch
nogmaals tc dagvaarden om verklaringen af
te leggen over zijn rapport betreffende het
onderzoek van de klceding van v. O.

De laatste getuige a décharge was Mr. Le-
venbach uit Amsterdam. Deze deelde mede,
dat van O. bij hem en mr. Kokosky was ge
komen met de bekentenis van de verduiste
ringen. Hij had gezegd, dat hij geld opgeno
men had. Men heeft hem toen gezegd dat
hij zich kon vrijpleiten door te zeggen, dat
de heer Lans er van geweten had.

De president noemde dit een mooi, doch
leeg gebaar, daar de genoemde bedragen niet
in de boeken stonden. In weerwil van het
feit. dat Mr. Levenbach wei op het verband
dat gelegd kan worden met den moord, bleef
de president sceptisch gestemd. Hij vraagt

zelfs: „Wie komt er nu zichzelf aangeven?"

Mr. Levenbach antwoordde dat de fraude
toch zou moeten uitkomen.

Na in Raadkamer geweest te zijn om
te beslissen over het verzoek van de verdedi
ging inzake het dagvaarden van den schei
kundige den heer Van Ledden Hulsebosch,
deelde de president mede, dat de Rechtbank
er voor voelt een tweeden deskundigen aan te
wijzen. Gevreesd wordt evenwel, dat de heer
van Ledden Hulsebosch, dis reeds eerder een
rapport heeft uitgebracht, niet objectief zal
zijn. De Rechtbank zal daarom Dr. Hesselink
uit Arnhem verzoeken rapport uit te brengen
of eventueel iemand anders.

De zitting werd daarop geschorst tot
Maandagmorgen 10 uur.

Het O. M-, Mr. de Visser, zal dan requisitoir
nemen.

„ONZE VLOOT".

DE LES VAN DEN AANVAL
OP CURAsAO.

De vereeniging „Onze Vloot" hield Woens-
dag te Rotterdam haar algemeene vergade
ring. Het hoofdbestuur en de afgevaardigden
werden op het stadhuis door wethouder
Nivard namens het gemeentebestuur ont
vangen.

vri*n ^oesPraak tot de gasten zei de heer
Nivard, dat het veertien jaar geleden is, dat
„Onze Vloot" te Rotterdam vergaderde. De
tijden waren toen anders, en Rotterdam is
onze marine nog altijd dankbaar, dat onze
koopvaardijvloot in oorlogstijd betrekkelijk
veilig heeft kunnen varen, dank zij het con-
vooi van oorlogsschepen. Herinnerende aan
art. 3 der statuten van „Onze Vloot" wees hij
erop, dat deze vereeniging wenscht, dat het
recht het richtsnoer zij bij de verhoudingen
tusschen de volkeren. In dez-e dagen is echter
wel gebleken, dat men niet kan volstaan met
een straat naar Kortenaer te noemen zoo
lang er nog lieden zijn, die ons aan de Noor
mannen herinneren. Daarom heeft het werk
van „Onze Vloot" recht op de waardeering
der overheid, die verplicht is het gezag te
handhaven.

De voorzitter van „Onze Vloot", de heer H.
M. van Bemmelen uit Haarlem dankte
namens de vereeniging voor de ontvangst.

Woensdagmiddag werd de algemeene ver
gadering van Onze Vloot geopend met een
rede van den heer H. M. van Bemmelen,
waarin hij er op wees dat de vereeniging in
het teeken der opleving staat. In Ned. Oost-
Indië is de belangstelling voor „Onze Vloot"
ontwaakt, ook in West-Indië komt opeens
dezelfde belangstelling.

Voorts wijdde de heer van Bemmelen uit
voerige beschouwingen aan de gebeurtenis
sen op Curacao. Wij kunnen verwijzen naar
de verklaringen door den heer van Bemmelen
afgelegd in zijn interview in ons blad van
Maandag.

Spreker zei o.a.:

„Wat is de algemeene Indruk In ons land
over dit avontuur, had dit voorkómen kun
nen worden, en zal de regeering even zorge
loos blijven?

Over den indruk in den lande kan gezegd
worden, dat hetzij men de dagbladen leest,
hetzij men de personen spreekt, men overal

hetzelfde te hooren krijgt, namelijk:een

schandelijke blamage voor ons land,.... en
hoe is zoo iets mogelijk geweest!

Met groote instemming begroeten wij het-
geende oud-minister Colijn heeft gedaan,
namelijk het direct stellen van eenige vragen
aan den minister van Koloniën. Wij willen
hopen, dat een interpellatie in de kamer er
op volgen zal.

Het fegeeringscommuniquc stelt alles erg
mak voor, en praat bijv. alleen van een
stoomschip dat vermeesterd werd, maar wij
wijzen er op, dat het een Amerikaansch
schip was. Even mak is de uitlating van den
minister van Buitenlandsche Zaken, tegen
de persvertegenwoordigers, die hem hadden
opgewacht, bij welk onderhoud hij het gehee-
le geval een „Putsch" noemde".

Voorts betoogde de beer van Bemmelen,

dat de regeering gewaarschuwd was voor
mogelijke gebeurtenissen op Curasao. Het
was daarom verkeerd om de Kortenaer weg
te halen.

Spreker eindigde: „En zal de regeering
even zorgeloos blijven?"

„Wij hopen van niet, en vertrouwen, dat
er van het Nederlandsche volk drang zal uit
gaan, die eischt, dat er een einde worde ge
maakt aan de verwaarloozing van de defen
sie van de eilanden in Oost- en West-indië
en eischen zal een afdoende bescherming van
de ingezetenen der Nedei-landsche gebieds-
deelen in het algemeen, en van de Neder
landsche onderdanen onder hen in het bij
zonder waarvoor een einde moet komen aan
het afbreken der Marine, en deze weer op
het vereischte peil en sterkte moet worden
gebracht onder deskundige leiding."

Een telegram aan den
ministerraad.

Besloten werd aan den tijdelijken voor
zitter van den ministerraad het volgende
telegram te zenden:

„De Koninklijke Nederlandsche vereeniging
Onze Vloot, in jaarlijksche vergadering bij
een, zeer getroffen door het feit, dat het
mogelijk gebleken is, dat een bende avon
turiers van elders zich gedurende korten tijd
feitelijk meester maakte van het gezag in
Curacao, dringt er met volle overtuiging en
met alle kracht op aan, dat ter bescherming
van de ingezetenen der Nederlandsche ge-
biedsdeelen in West- Indië in het algemeen
en van de Nederlandsche onderdanen onder
hen in het bijzonder, zoomede ter eerbiedi
ging van ons gezag in die gewesten ook
tegenover de buitenwereld, voorzien worde
in de klaarblijkelijk besliste behoefte aan
plaatselijke maritieme machtsmiddelen.
Van Bemmelen, voorzitter."

Het ledental van Onze Vloot vermeerderde
dit jaar met 670 en bedraagt thans 5935.

Aan de leden van het koninklijk huis wer
den telegrammen van verknochtheid gezon
den.

Op voorstel van de vergadering werd be
sloten tot verzending van een telegram aan
commandant en bemanning der „Kortenaer".

Tot lid van den algemeenen Raad in de
vacature-Wytema werd gekozen mr. P.
Drooglever Fortuyn, burgemeester van Rot
terdam.

De volgende algemeene vergadering zal
worden gehouden te Doetinchem.

Bij de rondvraag kwam uit de vergadering
het voorstel om een gedenkteeken op te
richten te Willemstad ter herdenking van
de gevallen militairen. Het hoofdbestuur
heeft dit voorstel in overweging genomen.

Tot eerelid werd benoemd prof. dr. P. J.
Blok.

MIJ. DER NED. LETTERKUNDE.

„DE RAMP VAN LEIDEN".

Te Leiden is een vergadering gehouden
van de Maatschappij der Nederlandsche
letterkunde.

In zijn openingsrede herinnerde prof. dr.
J. W. Muller aan de tweede „Ramp van
Leiden", den brand van het stadhuis en
sprak er zijn vreugde over uit, dat de des
kundigen blijkens hun onlangs verschenen
verslag, het behoud en herstel van den gevel
niet alleen mogelijk, maar ook in groote
meerderheid althans wenschelijk achten,
^oodat voldaan zal kunnen worden aan den
gebleken wensch der Leidsche burgerij en
van zoovele anders corporaties om dien gevel
te behouden en zonder schreeuwende tegen
stelling te verbinden met een nieuw „huis
der gemeente" in het hart der stad en naar
den eisch des tijds.

Medegedeeld werd, dat een aanmoedigings
prijs voor het vereeniglngsjaar 19281929
is toegekend aan „Grenzen" van Anthonie
Donker.

INGEZONDEN BJEDEDEELINGEN 60 C«nl*
per regeL

FOTOGRAFISCH ATELIER „RICHE"

Gr. Houtstr. 169 I FAMILIE- en

W. 13472 Haarlem BRU1DSGR0EPEN

Tot bestuursleden werden gekozen in de
vacatures dr. J. F. M. Sterck (Haarlem) en
prof. v. Blom werden gekozen de heeren
prof. mr. G. André de la Porte en prof. dr.
A. A. v. Schelven te Haarlem.

Als belangrijkste aanwinst voor de bi
bliotheek der Maatschappij valt te vermel
den een groote verzameling brieven in de
jaren 18401891, gericht aan den uitgever
A. C. Kruseman te Haarlem, gebonden in
33 deelen en ruw geschat wel een 5000
brieven bevattende van dichters en schrijvers
doch ook van schilders en wetenschappelijke
auteurs. Van deze brieven is gebruik gemaakt
door wijlen J. W. Enschedé voor zijn biografie
van Kruseman.

HET KONINKLIJK BEZOEK
AAN AMSTERDAM,

Een geschenk der blinden.

Woensdag heeft de Koningin-Moeder een
deputatie ontvangen van de Vereeniging tot
werkverschaffing aan hulpbehoevende blin
den te Amsterdam, die een fraaie door blin
den vervaardigde cocosmat kwamen aanbie
den als gescfllnk voor haar paleis te Soest-
dijk.

H.M. betoonde zich daarmee zeer inge
nomen tegenover de blinde bezoekers.

Van de Joodsche Invalide.

's Middags heeft de Koningin-Moeder

vertoefd op het terrein aan het Weesper-
plein, waar het nieuwe groote gesticht voor
de Joodsche Invalide zal verrijzen. Ongeveer
150 invaliden wachtten hier H.M. op.

Het koor uit de Groote Synagoge zong
onder directie van den heer S. H. Engelander
het gebed voor het Koninklijk Huis, waar
bij de solopartij werd gezongen door den heer
J. Rabbie.

De heer Mr. Jules Keizer sprak vervol
gens de Koningin-Moeder toe en bood een
prachtig kussen aan, door mej. Hanna van.
Oesteren, een der verpleegden, vervaardigd.

Het vertrek der Koningin-Moeder.

De Koningin-Moeder is Woensdagavond
om 8 u. 10 van het Paleis op den Dam per
auto naar Soestdijk vertrokken. Op het
Paleis had zij afscheid genomen van de
Koningin, den Prins en de Prinses, evenals
van den burgemeester van Amsterdam aan
wien Hare Majesteit verzocht haar erken
telijkheid aan de Amsterdamsche Burgerij
te willen overbrengen voor het grootsche
huldebetoon, dat haar bij het bezoek aan
Amsterdam was ten deelgevallen.

Voorafgegaan door een politie-auto, die
Hare Majesteit tot aan den grens van de
gemeente begeleidde en gevolgd door een
hofauto waarin bich 't gevolg van de Konin
gin-Moeder bevond, vertrok H.M. onder toe
juichingen van een talrijk publiek, dat zich
voor het Koninklijk Paleis had opgesteld,
naar Soestdijk.

Bezoeken van het Koninklijk
Echtpaar.

De Koningin, de Prins en de Prinses bleven
vandaag nog in- Amsterdam. Er werden ver
schillende bezoefaen gebracht, namelijk aan
de Nederlandsche Scheepsbouwmaatschappij
en de Opleidingsschool voor Chr. Maatschap-
pelijken Arbeid. Ook werd een rijtoer door
de stad gemaakt.

Elke weekabonné van Haarlem's Dagblad Is, zoo
lans rijn abonnement duurt, dit blad verschijnt en de
Directie van „Haarlem's Dagblad de verzekering doet
duren, verzekerd tegen de geldelijke gevolgen van onge
vallen, op de volgende voorwaarden;

Artikel i. Als verlekerden worden beschouwd alle
per week betalende geabouneerden, die aan de volgende
vereisebten voldoen

a. gedurende minstens twee weken als geabonneerde
in de registers van „Haarlem's Dagblad" zijn
Ingeschreven

b. tusschen 18 en 60 jaar oud zijn

O. niet lijden aan ziekten oi gebreken, welke voor
ben bet gevaar voor ongevallen vergrooten, en
volkomen bet gebruik bebben van buaae lede
maten en zintuigen.

Art. j. Onder ongeluk, als In deze voorwaarden
bedoeld, wordt verstaan de uitsluitende en recht-
atreekscbe oorzaak van een lichamelijk letsel (waar
onder ook te water geraken verstaan wordt), den ver
zekerde, onafhankelijk van rijn eigen wil overkomen,
en waarvan het bewijs geleverd worde dat zulks door
van bulten af toegebracht geweld werd veroorzaakt,
met bet gevolg blema in Artikel 3 aangeduid.

Art. 3. De oitkeeringen bedragen;

600 GULDEN, Indien het ongeluk (vallende binnen
de grenzen van de voorwaarden) do eenige en
rechtstreekscbe oorzaak Is van de levenslange on
geschiktheid van den verzekerde, waaronder be
grepen wordt de amputatie van twee ledematen,
betzij beide voeten of beide handen, dan wel eén
voet en Mn hand, boven den enkel of den pols,
of onherstelbaar gezichtsverlies uit beide oogcu
(totale blindheid), een en ander binnen tien dagen
na den datum van bet ongeval;

600 GULDEN, Indien het ongeluk (vallende binnen de
grenzen van de voorwaar.ien) de eenige en recht-
streeksche oorzaak Is van den dood van den ver
zekerden geabonneerde, betzij onmiddellijk of
uiterlijk binnen driemaal n uren na het ongeval;
400 GULDEN, Indien bet ongeluk (vallende binnen de
grenzen van de voorwaarden) de eenige en recht-
•treeksebe oorzaak ls van de amputatie van Mn
hand of Mo voet boven den pols ol enkel, of van
het onherstelbaar gezichtsverlies uit één oog
(totale blindheid van dat oog), een cn ander bio-,
neo 10 dagen na den datum van het ongeval;
•30 GULDEN, indico bet ongeluk (vallende binnen de
grenzen van de voorwaarden) de eenige en recht
streekscbe oorzaak is van de amputatie van beide
leden van een duim. binnen tien dagen oa den
datum van het ongeval;

X30 GULDEN, indien bet ongeluk (vallende binnen de
grenzen van de voorwaarden) de eenige en recht
streekscbe oorzaak is van de amputatie van alle
leden van een wijsvinger binnen tien dagen na den
datum van het ongeval

80 GULDEN. Indien bet ongeluk (vallende blonen de
grenzen van de voorwaarden), do eenige en recht
streekscbe oorzaak is van dc amputatie van alle
leden van een anderen vinger, binnen tien dagen
na den datum van het ongeval;
zoo GULDEN. Indien bet ongeluk fv.illende binnen de
grenzen van de voorwaarden) de eenige en recht
streekscbe oorzaak is van dc breuk van een boven-
emol onderarm o( van do breuk van een boven-
en/of onderbeen
terw'jl onverminderd de bepaling der voorlaatste
alinea van artikel 6. krachtens deze verzekering
alle uitkceringen op bet hoofd van Mn persoon
verzekerd en om welke redenen ook tc doen. tc
■omen nooit meer dan f 600.kunnen bedragen,

onder bepaling, dat Ingeval reeds bij het plaats
grijpen van een ongeluk, de bovengenoemde ledematen
van bet lichaam mochten worden gescheiden, door
•nijding, wringing, scheuring, knelling, als anderszins,
dat verlies met amputatie zal worden gelijkgesteld.

Verder onder bepaling, dat het verlies van vóór het
ongeluk roeds onbruikbare, gebrekkige of verminkte
ledematen gren aanspraak geelt op. en niet in aan
merking komt bi; overlijden. Hetzelfde geldt voor het
geval dat reeds vóór het ongeluk ledematen getuist

Heeft een ongeval het verlies van meerdere vingers
van een hand tengevolge, dan gaat de volle te verlc
uitkeerlng in geen geval het bedrag te boven dat
bet verlies van de gcbecle hand b vastgesteld.

Eén ongeval geeft nimmer recht op meer dan één

uitkeerlng, met dien verstande, dat indien hetzelfde
ongeval zoowel breuk als verlies van een boven- of
onderarm of been, tengevolge heeft, de uitkecring voor
verlies zal worden verleend.

Art. 4. De uitkeerlng Ingeval van overlijden ge
schiedt aan de echtgenoote, of bij ontstentenis daarvan
aan de erfgenamen van den gedooden abonné.

Uitkeeringen wegens verlies van ledematen, vingers
of oogen geschieden aan den abonué zclven.

In geval recht op schadeloosstelling ontstaat, zal de
uitkeerlng geschieden binnen tlca dagen nadat de
noodlgc Inlichtingen verkregen zijn en het persoon
lijk letsel, en de oorzaak cn het gevolg daarvan,
bewezen zijn ten genoege der Directie van „Hnar-
lem's Dagblad".

Art. 3. Eene nltkeerlng zal niet verschuldigd zijn
bij dood of verlies van ledematen of oogeo, of breuk
van ledematen, direct of indirect, veroorzaakt:

a. door eenige ziekte, kwaal of voorbeschiktheid
den verzekerde;

b. door eenige heelkundige operatie of door nltputtlng
als gevolg daarvan (tenzij die operatie noodzakelijk
was wegens letsel, waartegen verzekerd ls);

C. door eeno bevalling of zwangerschap, ook al mocht
de dood veroorzaakt zijn door een ongeluk;

d. door zonnesteek, of terwijl de verzekerde onder den
Invloed van overprikkeling of somnambulisme was,
of door bedwelmende dranken of krankzinnigheid
minder in staat dan gewoonlijk om zorg voor zich
zei ven te dragen;

e. door zelfverminking, zelfmoord of poging daartoe,
betzij willekeurig of niet. onverschillig of de ge
abonneerde al dan niet goed bij zinnen was;

In duel, of gedurende do voorbereiding tot of deel
neming aan wedstrijden of bij vlieg- of luchtvaart-
tochten, of bij baden, zwemmen, automobielrijden,
motorwielrijden of wielrijden;
g. door grove nalatigheid of grove onvoorzichtigheid,
of door vechten, of aanvallen tegen den persoon van
verzekerde, of in bulteolandschen oorlog of binnen-
landsebe heroerteo.

Het verdwijnen, verdrinken of door gas of gassen
verstikken van den verzekerde wordt ten opzichte van
deze verzekezing aangemerkt als te zijn veroorzaakt
door grove nalatigheid of grove onvoorzichtigheid,
tenzij ten genoeg? van de Directie van Haarlem's Dag
blad het bewijs van het tegendeel wordt bijgebracht.

De verzekering geldt echter wel voor gevallen waarbij
bet ongeluk veroorzaakt werd tengevolge van recht
matige zelfverdediging, of wel bij poging tot redding
van personen, of tot afwending van dreigende gevaren.

Onder bepaling, dat indien een abonné in staat van
krankzinnigheid of verstandsverbijstering zal raken,
of tlrh builen Europa mocht hegeven (behalve indien
hii van eene Europeesche baven naar een andere Euro-
pcesehc haven reist In een schip met vast dek in tijd
van vrede) of indien hii zich in krijgsdienst te land of
te water begeeft en evenzeer van den dag af waarop hij
ophoudt zijn abonnementsprijs van Haarlem's Dagblad
te betalen o» deze courant ophoudt te verschijnen, of
de Directie van Haarlem's Dagblad de verzekering doet
Eindigen, alsdan deze verzekering voor hem geheel zal
vervallen cn krachteloos worden.

Van de verzekering zlin uitdrukkelijk uitgesloten:
allen die zich met de bereiding, het verwerken of proef
nemingen met buskruit, schictkatoea, nitroglycerine,
dynamiet, naphta, acetvleengas, of andere licht-
ontplofbare "f üeht-ontvlambare stoffen bezig houden,
ol daarbij desbewust tegenwoordig zijn.

F.venmin geldt dere verzekering voor mijnwerkers,
acrobaten, circusrijders en dergelijkcn.

Zeevlsschers, zeevarenden en personeel van den
Loodsdienst zijn In da verzekering begrepen, en wel,
wat betreft ongevallen aan den wal, voor alle uitkee
ringen. Verlies van ledematen wordt ook aan boord
gedektdoch op uitkeering bij overlijden kan voor ben
uitsluitend aanspraak worden gemaakt indien bet,
ongeval dat het overlijden tengevolge heeft, aan den
wal plaats had.

Indien de gevolgen van een ongeluk door ziekelijke
omstandigheden, waarin de verzekerde verkeerde op
het oogcnbllk dat het 0ngev.1l plaats had. vergroot
worden, wordt eventueel geen hoogere schadeloosstel
ling betaald, dan die, welke volgens bet oordeel van
den geneeskundigen adviseur van ..Haarlem's Dag
blad" zoude hebben moeten zijn uitgekeerd aan een
oormaal persoon door betzelfde ongeluk getroffen.

Gedurende den termijn, waarin de verzekerde lijdende

Is aan dc gevolgen van een ongeluk, zal de verzekering
tijdelijk buiten kracht zijn met betrekking tot eik nieuw
ongeluk, dat den verzekerde mocht tref ten.

Azt. 6. Ingeval een geabonneerde een ongeluk over
komt moeten fn alle gevallen alle bijzonderheden
daaromtrent cn omtrent het bekomen letsel, zoo spoedig
mogelijk schriltelijk gemeld worden aan do Directie van
.Haarlem'sDasblad "teHaarlem ealndienaoodunige
kennisgeving niet binnen driemaal 24 uur na liet
ongeluk is geschied, dan zal gcenerlel uitkeerlng
verschuldigd zijn.

Indien de getroffene zeevarende ls, moet de kennis
geving van het overlijden geschieden binnen drie dagen
na het bekend worden van het ongeluk aan de belang
hebbenden.

Zoo spoedig mogelijk na het ongeluk, meet de hulp
van een bevoegd geneeskundige worden ingeroepen en
de verzekerde is gehouden onder geneeskundige behan
deling te blijven en de voorschriften van den geneesheer
onafgebroken'op te volgen totdat hij volkomen hersteld
is.

In leder geval moet den geneesheer van „Haarlem s
Dagblad" toegestaan worden den verwonde te onder
zoeken wanneer en zoo dikwijls zulks billijkerwijs»
geéisebt kan worden, en „Haarlem's Dagblad" heeft
eveneens vrijheid om zoodanige genees- en heelkundige
hulp te verstrekken als het noodig acht.

Elk bewijs hetwelk de Directie van „Haarlem
Dagblad" van tijd tot tijd zou kunnen eischen betref
fende cenig ongeluk of verwonding op grond waarvan
een eisch werd ingesteld, zal baar zoo spoedig mogelijk
nadat hiertoe het schriftelijk verzoek gedaan wezd,
gegeven moeten worden.

Ingeval van eenig ongeluk met doodelijken afloop
moet hiervan aan de Directie van Haarlem's Dagblad
te Haarlem schriftelijk worden kennis gegeven, on
middellijk nadat het ongeluk aan belanghebbenden
bekend zal zijn geworden.

Het Diet nakomen van een of meer der In dit artikel
genoemde verplichtingen, zal elke aanspraak op uit
keering voor belanghebbenden verloren doen gaan.

Alleen na overlegging van het nauwkeurig door hem
en den behandelenden geneesheer ingevulde aaovrage-
formuliertotuitkeering, en ingeval van overlijden, van
de doodacte, kan de belanghebbende aanspraak maken
op de behandeling zijner vordering. De overgelegd#
stukken blijven het eigendom van „Haarlem's Dag
blad". De kosten der geèischte verklaringen komen ten
laste van dengene, die de uitkeering aanvraagt.

Alle bedragen, die krachtens deze verzekering ver
schuldigd zijn, zullen betaalbaar zijn ten kantore van

Haarlem's Dagblad", slechts na ontvangst van cena
door defn) rechthebbende(n) geteekende quitantie.
terwijl de verzekering bij uitbetaling van een bedrag
van meer dan twee honderd en vijftig gulden zal ver-

Van geen som. die verschuldigd h. zal interest be
taald worden, ook niet in gevallen, waarin die aDders
volgens dc wet verschuldigd zou ziioi terwijl de ver
plichting tot uitbetaling van eenig bedrag ophoudt,
wanneer bet niet binnen een maandmadat het is toe
gestaan geworden, is ingevorderd.

Art. 7. Alle geschillen uit de voorwaarden voort
vloeiende, zullen beslist worden door drie scheidslieden,
Nederlanders, bij onverdeelde keuze door partijeo ta
benoemen. Bij weigering o: bij gebreke van overeen
stemming geschiedt de benoeming der drie scheids
lieden door den Kantonrechter te Haarlem.

Partijen ztjn aan de uitspraak der scheidslieden onder
worpen als aan een votiDis In het hoogste ressort en
zullen elk baar eigen kosten dragen benevens de helft
van het honorarium der scheidslieden-

Art. 8. Bezwaring of vervreemding van de rechten,
voor een geabonneerde oit deze verzekering voort
vloeiende, heeit geen repbtsgevolg. Alioo zal het ont
vangbewijs van den verzekerde ot. bij overlijden, van
de echtgenoote of erfgenamen van den verzekerde in
leder geval volledige kwijting ten gevolge bebben.

Met het oog op de vaststelling der identiteit van den
verzekerde, moet deze bjj elke verandering van woon
plaats, beroep of naam, hetzii door huwelijk ot anders,
zins, daarvan ten spoedigste opgave doen aan d»
Directie van „Haarlem's Dagblad" te Haarlem.