FEMINA
LflilFHI
HAARLEM'S
DAGBLAD
VRIJDAG
9 AUG. 1929
HEMDBLOUSE.
Men ziet niet zoo heel veel costuumsmeer,
waarbij men een blouse kan dragen. De
meeste bestaan van boven tot beneden uit
één stuk of wel er is een lijfje of iets van
dien aard bij gevoegd van dezelfde of een in
kleur bijpassende stof.
Toch kan het z'n nut hebbe néén of meer
blouses te bezitten, geschikt om zonder jasje
of mantel bij een lossen rok te dragen. Een
dergelijk model zien we hier. Het is van
witte toile de soie met verschillend gekleur
de streepen. De das wordt in de meest op
vallende, kleur van de streepen gekozen.
DE ALLERLAATSTE NIEUWTJES
VAN DE MODE.
De blazer is ingeslagen. Ge kent ze allen,
die leuke jasjes van bleu of rood, ombiesd
met tres of band in bijkomende of afstekende
kleur.
Zijn ze niet alleraardigst, zoowel voor onze
kleine meisjes en jongens als voor de jonge
vrouw?
Ze verleenen een zeer jeugdig en vroolijk
aspect en zijn er als 't ware om een ieder
aangenaam te zijn!
Waar worden ze al niet bij gebruikt! Voor
de strandpakjes en de sportjurkjes zijn ze als
aangewezen, maar ook bij het gewone linnen
of katoen zomerjaponnetje slaan ze een goed
figuur.
Ze staan keurig en vormen een zeer smaak
vol geheel wanneer 3e in bijkomende kleur
van de japongarneering of in de hoofdtoon
van de japonstof zijn gehouden. Maar ook
de tegenstelling, mits goed gekozen, kan heel
behoorlijk zijn.
Beige, geel, groen, rood, blauw en bruin
zijn de meest-voorkomende kleuren voor de
blazer.
Een witte tussor japon met b.v. een rood
zijden blazer, voldoet heel goed.
In de mode, zoowel als bij vele andere
dingen in het leven, zijn kleinigheden van
veel belang, zij voltooiën of bederven het
comfort en het uiterlijk v.an het geheel.
Dus de kleine bijkomstigheden vardienen
evenzeer de aandacht als de hoofdzaak.
De hoofdzaak zullen we nu uw japon
noemen. Begin dus met zorg te dragen dat
alle détails daarvan goed harmonieeren en
geen ..te veel" het karakter er van bederft
en geen „te weinig" een indruk van onver
zorgdheid wekt.
Op deze wijze maakt ge nu uw geheele
toilet in orde, steeds er op uit zijnde een
„te veel" te vermijden en het „te weinig"
zóó aan te vullen, dat ge er uw toilet werke
lijk mee voltooid.
DEKENS WASSCHEN.
Dit doet men bij voorkeur op een winde
rige n dag. Nieuwe wollen dekens zet men
eerst te weeken gedurende een nacht in
schoon water, waarin men een hand zout
heeft gedaan. Den volgenden morgen maakt
men met zoepvlekken en kokend water een
goed sop. dat men laat afkoelen tot hand
warmte. De dekens erin dompelen en het
zeepsop er goed door en door in werken,
zonder evenwel te wrijven. In warm schoon
water eenige malen naspoelen en da.n. zon
der uit te wringen, buiten hangen, in den
wind. Eenige malen omkeeren en als de de
ken goed droog is, met den mattenklopper
gesneden om de wol weer los en luchtig te
maken.
RECEPT.
GEMBERTAART.
Hiervoor neemt men op 2 ons donker
bruine suiker. 2 ons bloem. 2 ons boter, 2 ons
natte gember en een paar eieren. De boter
wordt tot room geroerd, waarna de suiker
erbij gaat en er zoo glad mogelijk doorge
roerd wordt Dan gaan er één voor één de
eierdooiers door en vervolgens met beetjes
tegelijk de gezeefde bloem. Het allerlaatst
doet men er de kleine stukjes gesneden
gember doorheen met een weinig gember
siroop. Het deeg wordt nu zóu luchtig morgelijk
met het stijfgeklopte eiwit vermengd, waarna
men het in een met boter besmeerden en
paneermeel bestrooiden brood- of taartvorm
doet en in een matig warmen oven lichtbruin
bakt (1 tot 2 uur). Op de gewone manier
probeeren of de taart gaar is, op een zeef
Jatcn uitdampen en afkoelen.
MODERNE STOELEN.
De sierlijke vormen van vroegere stijlen
worden veel aangenomen voor het moderne
ameublement.
Onze stoelen, waarin de oude stijl verwerkt
is, hebben echter een veel gemakkelijker en
comfortabeler voorkomen en zijn dat dan
ook in werkelijkheid veel meer dan die uit
vroeger tijden.
De eerste stoelen, welke gemaakt werden
waren tronen, warop alleen koningen zaten.
De onderdanen zaten rondom hem heen op
den grond, terwijl enkele meer begenadigden
op bankjes zaten.
De daarna gemaakte stoelen behielden al
len dat begrip van „hoogheid", ze waren
tenminste zóó strak en stijf, dat ieder, die er
plaats op nam, een waardige en vormelijke
houding aannam, soms tegen wil en dank.
Anderen weer, voral de groote personen
„voelden" zich stijgen door hun hooge plaats
tegenover de hen omringenden.
Het ging met de stoelen zooals met de
kleeding; toen het vormelijke wegviel kwam
gemak en comfort meer in aanzien.
Wij houden van een zitplaats waar we onze
beenèn gemakkelijk kunnen uistrekken.
Meubels zijn er voor ons gemak, zeggen
wij en terecht streeft men er naar, als we
het toppont van luxe en gemak eens na
gaan, dat ons geboden wordt in de moderne
stoelen en fauteuils.
Behalve gemakkelijk, zijn de moderne
stoelen practisch, we kijken b.v. maar eens
naar de losse, uitneembare zittingen en
hygiënische stoffeering en de somtijds geheel
verstelbare modellen.
De gemakkelijke crapauds met losse kus
sens, waarin we ons zoo heerlijk kunnen
nestelen, voor een uurtje van lezen of bab
belen, zijn zeer gewild.
Leder-bekleeding neemt een voorname
plaats in onder de modernste stoelen- Var
kensleder vooral leent zich voor de bewer
king voor stoelenbekleeding bijzonder goed.
Het leder wordt geverfd, meest in genuan
ceerde tinten gebracht en voldoet bij veel
vuldig gebruik heel goed, daar het leder dan
een dieperen glans aanneemt.
EEN HEERLIJK TOEHAPJE.
Abrikozencompote.
Op 20 abrikozen neemt men ongeveer 11/2
a 2 ons suiker, 3 kopjes water en zoo men
wil een kopje Rijnwijn. De abrikozen wor
den voorzichtig gewasschen en geschild (een
paar minuten in heet water houden, dan gaat
het makkelijker), doorgesneden en van de
pitten ontdaan. Het water laat men met de
suiker tot een dunne stroop inkoken. Onge
veer tien halve vruchten doet men er tege
lijk in en kookt die 2 minuten zachtjes op.
Ze mogen niet stuk gaan. Voorzichtig er uit
halen met een lepel of schuimspaan. Ten
slotte het overgebleven vocht met wat sago
afbinden, of wel, laten inkoken en er den
wijn bij doen.
HET ABC VAN DE HUISVROUW
NUTTIGE WENKEN.
Hebben de kinderen met hun schoenen aan
het strand in het zeewater geloopen en zijn
de schoenen nu uitgebeten? Los dan een
klontje soda in een kopje heete melk op, en
wrijf met dit mengsel, op een flanellen lapje,
de vlekken op de schoenen. Daarna op de
gewone manier poetsen.
Is de schoencrême hard geworden, uitge
droogd, doordat iemand het deksel niet op
de doos deed. Maak ze dan weer zacht met
wat terpentijn.
Indien er vet gemorst wordt op blankge-
boende houten tafeltjes of op een blanken
houten vloer, strooi er dan dadelijk zout op,
dan trekt het vet niet in het hout.
Een klein beetje melk in het water, waar
in men bloemkool kookt, maakt, dat de kool
prachtig wit blijft.
Als men een opgevouwen doek of stuk pa
pier op een schaaltje legt. waarin gekookte
custardvla staat te koelen, zal er geen vel op
komen.
Is uw aluminium pan erg aangebrand? Niet
gaan krabben! Doe er wat water in en kook
daarin een ui. Al het aangebrande voedsel zal
loslaten en boven komen drijven en de pan
wordt op die manier goed schoon.
Wasch aluminium pannen nooit af met
soda, want dan worden ze dof, wrijf ze, liever
met citroensap of met een mengsel van fijn
zand en citroensap. Daarna goed afwasschen
en opwrijven.
Last van ketelaanslag in uw waterketel?
Die ketelsteen zal verdwijnen als u er azijn in
kookt. De laag aangezette steen laat dan los
en breekt.
Pannen waarin uien, vlsch of kool gekookt
zijn. kan men snel van de aanhangende reuk
bevrijden, door een weinig azijn in het wa
ter te doen, waarmee men ze omwascht. Ook
kan men ze boenen met wat droge mosterd.
Vrucht en vlekken kunnen snel verwijderd
worden, als men er dadelijk wat stijfselpoe-
der op .doet. De kleurstof van de vruchten
sappen trekt dan in de stijfsel. Daarna het
goed op de gewone manier uitwasschen.
Vruchtenvlekken op gekleurde stoffen
sponst men eerst af met ammonia en daarna
met benzine. Opgepast voor open vuur!
MONOGRAMMEN.
BRUINE BOONENSOEP.
Daarvoor nemen we op 4/10 L. bruine boo-
nen, 2 1/2 L. water, wat zout, een flink half
ons boter of vet, een paar preien en een bosje
selderijgroen. De boonen worden gewasschen
waarna men ze 24 uur in het koude water
laat weeleen. In datzelfde water brengt men
ze aan dc kook, waarna men ze op een zacht
vuur een uurtjè laat koken. Dan doet men
er de schoon gemaakte en gewasschen groen
te bij en het zout en laat de soep nog een
uur koken. Vervolgens wrijft men de boonen
fijn. zoodat de soep gebonden wordt en roert
cr dan.de boter of het vet door.
Een monogram zijn de dooreengevlochten
of tot een teekening vereenigde beginletters
van twee of meer namen. Het is een aardige,
kleine fantasie, die bovendien soms het nut
heeft als herkenningsteeken dienst te doen.
Het meest populair is zonder twijfel het mo
nogram op onze zakdoeken. Ook zien we het
tegenwoordig toegepast op de borst onzer
sportrobes, op blouses en ceintuurs, zoomede
op effen pyama's en ander nachtgoed, de
sac-portefeuille, waarin we dit laatste over
dag bewaren en we laten het graveeren in
trouw- of verlovingsringen, in horloges en
lakstempels. Elegante vrouwen hebben een
ingeperst monogram op hun schrijfpapier
en enveloppen of een in zilver gesneden op
een der hoeken hunner zwart peau de suède
tasch. Wellicht zijn er nog wel meer gele
genheden te noemen, waarbij men een mo
nogram te pas kan brengen, maar voor het
oogenblik hebben we er genoeg genoemd om
aan te toonen, dat het een geliefd onder
werp in de vrouwelijke mode is.
Wie er een monogram op na houdt, zal
goed doen dit steeds in denzelfden vorm te
gebruiken voor de diverse doeleinden; dus
niet op den zakdoek een heel andere teeke
ning of lettertype dan op het post-papier of
op den sportjumper.
Een goed monogram samen te stellen is
niet gemakkelijk. Er komt smaak bij te pas
en zeker ook kennis van teekenen. Wie zich
de kosten permitteeren kan, doet het best
zich voor een monogram tot een kunstenaar
te wenden. Geeft men er echter de voorkeur
aan zelf wat in teekenen te liefhebberen,
dan kunnen de volgende wenken misschien
van nut zijn.
Een monogram moet ten eerste samen
gesteld zijn uit eenvoudige letters, d.w.z.
zulke, die niet door allerlei volmaakt over
bodige krulletjes en haaltjes leelijk en tege
lijk moeilijk gemaakt zijn. (Ten onrechte
denken velen, dat 'n moeilijke teekening ook
de mooiste is)Ook denke men er om, dat het
monogram in verschillende technieken uitvoer
baar moet zijn; het moet bijvoorbeeld, op
een zakdoek geborduurd, niet tot een vorm-
loozen klomp in elkaar vloeien of uit metaal
gesneden uit elkaar vallen, zooals het eerste
onzer reeks modellen zou doen. Wil men een
monogram dus op laatstgenoemde wijze ge
bruiken. dan moeten de letters op een of an
dere wijze met elkaar verbonden zijn. In
2, 4, 5 6 en 7 is dat door middel van een
omsiuitenden cirkel, ovaal, ruit of vierkant
gedaan. No. 3, overigens geen aanbevelens
waardig voorbeeld om de ongemotiveerde
vierkante blokken aan de letters, is in bor
duurwerk goed uit te voeren, maar niet om
in metaal gesneden te worden, noch om er
een schablone van te maken, omdat de op
de teekening zwarte vakjes binnen de let
ters zoodanig geplaatst zijn, dat ze in de
goede volgorde gelezen worden.
Als men de letters gewoon naast elkaar
plaatst, is dat natuurlijk een klein kunstje;
maar moeilijker wordt het als ze in of door
elkaar geteekend zijn. Men zorge dan steeds
dat de voorletter van den familienaam, bij
voorbeeld door haar grootte 't eerst in het
oog springt.
ALS DE HUISVROUW VAN
HUIS GAAT.
Is er een opwindender werkje te bedenken
dan het pakken van de koffers als men, voor
hoe kort het misschien ook maar is, voor
een poosje op stap gaat, uit logeeren of in
pension? Welnu, om het pakken op de beste
wijze is doen is het goed met de volgende
wenken rekening te houden. Ze mogen mis
schien doodgewoon en onbeteekenend lijken,
de praktijk heeft bewezen, dat ze heel nuttig
zijn. Want heusch... pakken is ieders werk
niet! Men gaat dus eerst na, of de hoeveel
heid kleeren enz. die men mee wil nemen
niet te groot is voor de beschikbare kof
fer (sL Dan legt men alles gereed, aan den
ecnen kant (van bed of tafel) dat wat be
slist mee moet, aan den anderen kant, dat
wat desnoods gemist kan worden, als we
ruimte te kort komen. Zorg voor een flinke
hoeveelheid vloeipapier, om diverse dingen
in te wikkelen en om tusschen kledingstuk
ken te leggen. Heeft men ruimte genoeg,
hang de japonnen of pakken dan op han
gers en pak ze zoo in de koffers. Leg pak uf
japon neer, met den rug naar boven en
vouw de mouwen dan op met vloeipapier.
Pak geen hoeden in de koffer, of het moet
een viltlioedje zijn, dat niet kreukelt. Moet
het toch vul de bol dan flink op met papier
en zorg dat de hoed niet al te zeer in de
knel komt. Doe geen andere flesschen in de
koffer dan die welke voorzien zijn van ste
vige stoppen of kurken, en bovendien met
schroefdop. Wind bovendien nog flink pa
pier om den hals. Doe alle kleine dingetjes
als garen, naalden, knoopen, veiligheids
spelden. spelden, vingerhoed, haarspelden
enz. in een doosje of zakje bij elkaar. En
houd liet bij de hand.
Die iedereen heeft, maar allen verschillend.
Zou er wel een enkele mensch bestaan die
er geen liefhebberij op nahoudt? Het lijkt
zeer onwaarschijnlijk, wanneer men nagaat,
dat iedereen weieens behoefte heeft aan ont
spanning in eigen kring. Van den meest uit
eenloopenden aard zijn die liefhebberijen in-
tusschen, de een verzamelt postzegels, een
tweede reist de wereld rond op zijn stoel, een
derde fotografeert, een vierde maakt muziek,
een vijfde beoefent een tak van sport, een
zesde leert zichzelf vreemde talen, enzoo-
voorts, enzoovoorts. De liefhebberijen die er
bestaan, zijn zoo enorm in aantal, dat het
ondoenlijk zou zijn alles op te noemen: som
migen ontspannen hun geest met lichame
lijk werk, anderen met geestelijk, en hoe
allerwonderlijkst sommige liefhebberijen ook
mogen zijn in de oogen van anderen, zij
hebben slechts één doel: geest en lichaam
in andere banen te leiden dan die van den
dagelijkschen plicht.
Iemand die in zijn vrijen tijd niets liever
doet dan op een motorfiets het land door
kruisen, zal zich onmogelijk kunnen voort
stellen hoe een ander de ontspanning zoekt
met hengel en aas, terwijl een derde die een
onleschbaren reis-dorst heeft, zich niet kan
begrijpen dat zijn buurman zoo intens geniet
van boeken over aardijkskunde.
Het is moeilijk om zich in de liefhebbe
rijen van andere menschen te verplaatsen,
vooral ook omdat menigeen geneigd is er
veel over te praten, en daardoor bij anderen
nog sterker de gedachte van „hoe is 't moge
lijk dat je daar plezier in hebt" opwekt.
Over onze karaktertrekken praten wij
liever niet met anderen, maar onze liefheb
berijen, die toch rechtstreeks uit ons karak
ter voortspruiten, kunnen we anderen soms
tot vervelens toe achterna dragen. Vandaar
het ontstaan van jagerslatijn en visschers-
latijn, waarmee intusschen niet gezegd be
hoeft te worden, dat alleen jagers en
visschers over hun vangsten opsnijden tegen
over veelal verveelde luisteraars; er bestaat
net zoo goed tennislatijn of postzegellatijn,
ook wel reislatijn en autolatijn Menschen
die in hun werk veel presteeren, in zaken
een heele piet zijn, of in hun gezin de vraag
baak en het rustpunt der familie, kunnen
daar zoo oprecht-bescheiden over zwijgen,
dat men er bewondering voor moet hebben.
Maar over hun liefhebberijen leggen zij clan
opeens een verwaandheid aan den dag, die
niet alleen ontstellend Is, maar die heelemaal
niet overeenkomt met hun prestaties daarbij.
Men heeft weieens gezegd, dat een mensch
het meest trotsch is op de dingen die hij het
minst goed kan, en dat hij bij critiek daar
over ook het spoedigst beleedigd is. Aan de
liefhebberijen zou men wel zeggen, dat dit
een steekhoudende theorie Is.
Hoeveel of liever hoe weinig men
schen beschouwen hun liefhebberijen' echter
in het juiste licht. Zeker, er bestaat een groo
te categorie die het geheel als ontspanning
beschouwt en dit ook blijft doen. Dat zijn.
heel vaak de menschen met vaste betrekkin
gen en daarin afgepaste werktijden: in hun.
werkuren is er voor hun liefhebberij eenvou
digweg geen gelegenheid en zoodra dat werk
afgeloopen is, kunnen zij er zich naar harte
lust aan wijden. En al mogen zij dan ook
eens denken: ik deed veel liever wat anders
dan het dagelijksche werk, bij die gedachte
zal het blijven, want er staat geen andere
weg voor hen open.
Anderen die wel vast werk hebben, maar
geen afgepaste werktijd, zooals bijvoorbeeld
leeraren en onderwijzers en alle consciën
tieuze huismoeders, zullen het al weer moei
lijker vinden, om de liefhebberij die steeds
verleidelijk om een hoekje komt kijken op
den achtergrond te houden. En voor hen,
die nog meer vrijheid genieten in hun werk
is het ook weer moeilijker. In dit laatste
geval komen sommigen er toe, hun werk te
verwaarloozen voor hun liefhebberij en dan
is deze laatste een vloek inplaats van een
zegenrijke ontspanning. Op die ongelukkige
wijze.is al menige goede handelszaak ver-
loopen, of is al menigeen een benijdenswaar
dige positie kwijt geraakt, en dat alleen om
dat de betrokkene de liefhebberij niet meer
als bijkomstigheid, maar geheel als hoofd
zaak ging beschouwen.
Nu zijn er echter nog heel wat menschen,
die er schijnbaar geen enkele liefhebberij op
nahouden. Dat verbeelden zij zich ten min
ste, maar ln werkelijkheid zijn zij te laksch,
om er zich wat voor te interesseeren. Hoe
vaak hooren wij niet zeggen: „ja, ik heb wei
aan muziek gedaan, maar ik heb er geen
tijd meer voor". Of „ik heb vroeger veel ge
zwommen, maar de gelegenheid ontbreekt
me".
Ga nu eens na, of dat werkelijk zoo is?
heel vaak hebben zulke menschen wel tijd
voor andere dingen, maar de energie ont
breekt hen, om de oude liefhebberij weer op
te vatten. Want daarvoor is altijd wat door
zettingsvermogen noodig. Probeer zulke ex-
musiceerende vrienden eens tot samenspel ta
krijgen bijvoorbeeld, en de oude liefde zal ge
heel herleven. Iemand die als volwassene een
liefhebberij heeft gehad, zal die niet meer
kwijt raken, hoogstens kan zij op den ach
tergrond raken.
In den winter hebben wij zulke liefhebbe
rijen veelal meer noodig dan 's zomers, wan
neer er afleiding genoeg is. Maar we moeten
er eerst mee op gang raken en dan kunnen
zij ons voor den komenden winter tot een
heerlijke ontspanning worden.
E. E. J.—P.
HOE MEN DE KLEUTERS
BEZIGHOUDT.
ROODKAPJE.
Daar wij verleden week verscheidene geo
metrische vormen in allerlei figuurtjes ora-
getooverd hebben, wijken wij nu geheel van
deze vormen af en gaan wij over tot de
vrije knipsels. Laat men die kinderhandjes
eens geheel alleen hun gang gaan, dan kun
nen toch 'zulke aardige figuren te voorschijn
komen.
Ja, dikwijls ziet men niet direct, wat het
kleine ding geknipt heeft. Maar, wanneer U
dan nog een goed kijkt en de naam van het
uitknipseltje wordt verteld, dan kunt U
zeker wel het uitknipseltje tot dien naam
terugbrengen. Daar tegenover kunt U ook
dikwijls verbaasd staan over de alleraardig
ste voorwerpen en figuren, die geknipt wor
den.
Wanneer de kleintjes veel oefenen met de
schaar, zullen zij gauw veel handigheid ver
krijgen. Denkt U er vooral aan, dat de hand,
waarin men de schaar houdt, altijd stil blijft
en dat slechts het papier gedraaid moet
worden- Laat de kinderen alles knippen wat
ze zien en daarna uit geheugen knippen.
Weldra zullen zij het zoo goed kunnen en
het knippen voor allerlei gebruiken.
Afbeelding a geeft U hier Roodkapje en de
wolf weer. Samen met moeder kunnen de
kinderen van dit plaatje een aardig kalender-
tje maken, dat weer als presentje voor één
of anderen verjaardag dienst kan doen.
Roodkapje is wel het lievelingssprookje en
de kleintjes zullen het zeker prettig vinden
Roodkapje en de wolf te mogen uitknippen
en daarna op te plakken. Men zoekt weer ge
kleurd papier op en op den achterkant teekent
Moeder Roodkapje cn de wolf. De knipsels
moeten wel zoo eenvoudig mógelijk gehouden
worden.
U kunt beide knipsels van de afbeelding
overnemen en naar verkiezing vergrooten of
verkleinen. Ook de boomen kunnen heel
willekeurig geknipt worden. De uitgeknipte
figuurtjes worden op stevig karton geplakt.
20 bij 15 c.M. is een aardig formaat. De
buitenkant van het karton wordt volgens de
afbeelding uitgeknipt en onderaan in het
midden wordt het kalendertje geplakt.
Het kalendertje kunt U in de Tijdingzaal
van ons blad vinden.
W. R.
INGEMAAKTE ANDIJVIE.
Op 2 pond ingemaakte andijvie neemt men
2 1/2 kopje melk, 2 1/2 platte eetlepels bloem,
2 platte lepels boter en wat maggi aroma. De
gewasschen andijvie zet men op met ruim
kokend water, laat ze 1/2 uur koken, ver-
verscht daarna het water en brengt de
groente vervolgens weer aan de kook. De an
dijvie gaar laten worden, waarbij men het
water nog een keer vei-verscht, als de groente
te zout mocht zijn. Ten slotte op een vergiet
zoo droog mogelijk laten uitlekken. In de
leege pan roerende de boter en bloem tot ge
lijk mengsel verwarmen, langzaam melk erbij
doen en de saus even doorkoken laten tot ze
stevig gebonden is. Groente erdoor roeren,
1/4 uur stoven, ten slotte aroma erdoor en
nootmuskaat cr over,
GEVULDE SLAKROPJES.
Neem hiervoor op 6 kropjes 1 nond gehakt,
verder zout, peper, nootmuskaat, 4 lepels pa
neermeel of een paar beschuiten en 1 ons vet.
De kropjes laat men heel, maakt ze schoon
en wascht ze. In ruim kokend water een half
uur koken. Uit laten lekken en vervolgens elk
kropje met een balletje gebraden gehakt vul
len. In een vuurvast schoteltje leggen en alles
met jus overgieten, er paneermeel over
strooien, om het schoteltje dan nog een half
uurtje in den oven extra gaar te laten wor
den.
OVER STIPPEN EN KRINGETJES.
EN RINGETJES.
Ja, kijk een hier, het behoeven nu altijd
niet van die ingewikkelde borduurwerken te
zijn, waarmee we aan kraagjes, blousen,
kindermanteltjes, enz. de noodige „fleur" en
vroolijkheid verleenen. Onze tijd leent zich
nu eenmaal niet meer tot die geduldwerk
jes, waarin onze grootmoeders vermaak
schepten. Maar al hebben we er zooveel tijd
niet meer voor over w ij doen immers ook
niet meer vijf jaar en langer met een japon,
zooals onze brave grootmoeders! we wil
len toch altijd nog erg graag een leuk ja
ponnetjes hebben met een origineel versie
rinkje. En daarvoor zijn nu die leuke krin
getjes, ringetjes en stippen, tot een groepje
vereenigd, allemaal verschillend van kleur,
uitstekend geschikt. Men kan ze borduren
met een „Turksche" steek en er aldus
„Tsjecho-Slowakisch" of „Bulgaarsch" bor
duursel van maken, men kan ze ook uitknip
pen uit diverse lapjes stof. Men is dan bo
vendien nog in de mode ook, want de stip
pen en pastilles doen onder de bedrukte
stofjes nog steeds veel opgeld. Vooral op een
wit kraagje en op witte manchetjes staat dit
stippen-troepje in frisschen, scherp afste
kende kleuren buitengewoon levendig en
vroolijk. Zoo kan men er ook een blouse of
een sobere jurk mee vernieuwen, met die
grappige, felroode, blauwe en gele stippen.
En het staat jeugdig ook! Verder doet men
goed dit ideetje in gedachten te houden, als
men een manteltje of jurkje maakt, als ge
schenk voor een jeugdig-moedertje-in-spé,
of als men zelf een paar leuke servetten
borduurt, hetzij voor eigen gebruik, hetzij
voor een cadeautje. Men ziet, een aardig ef
fect behoeft niet altijd veel geld te kosten.
Een goed idee is dikwijls voldoende. Men
moet er alleen maar opkomen. En zich een
klein beetje moeite getroosten. Voor de rest
is het.... het ei van Columbus.
MADELEINE.