FLITSEN
VICTORIA-WATER
STADSNIEUWS
FEUILLETON
Liefde de Leid-ster
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 10 AUGUSTUS 1929
DE REVUE „DOOR DIK EN DUN" IN DEN
STADSSCHOUWBURG.
Laten wij maar beginnen met deze revue
„'Door dik en dun" op rekening te zetten van
de kermisweek, die immers nog niet geëin
digd is. En ons de omgeving van onzen doftl-
gen Stadsschouwburg daarbij weg denken.
Misschien kunnen wij dit gewrocht van een
gezelschap, dat wij op revue-gebied meer heb
ben gezien, maar in andere omgeving, dan
zuiverder zien, dan wij aanvankelijk geneigd
waren het te doen. Wel kunnen wij, ook wan
neer wij tweeërlei maatstaf aanleggen even
min bewondering hebben voor de wat oud
bakken aardigheden van gebroeders Schakels
maar in de kermissfeer gezien valt er toch
ook veel goeds in de revue te waardeearen.
Originaliteit is er op enkele uitzonderingen
na vreemd aan, maar een bijzondere kunst
zijn gebroeders Schakels wel machtig, dat is
hun wijze van over het tooneel flaneeren.
Meer dan in hun bovendien met een weinig
„locale kleur" Uitgesproken samenspraken
kunnen zij daarin komiek zijn.
In de kermissfeer zullen wij dan ook maar
aanvaarden den visscher in olie jas met Zuid
wester met hakschocncn aan, de dokter in
smoking, en bruin® schoenen, die met zijn
dop op aan het doodsbed staat, de wat
vreemdsoortige vader Mars. Vooral omdat
er de bijzonder rijke finales en vele goed
ingestudeerde balletten tegenover staan,, om
dat de sterfscène met den dokter als geheel
tcch knap en verrassend was opgezet. En
v/ij willen vergeten, dat de muziek conven
tioneel en lang niet nieuw was, alleen al om
cie eene scène, waarin „The Rag Doll" on
derbroken werd door het stille werken van
de revue-girls. Dat was heel treffend.
Dc revue-girls zijn inderdaad goed in dit
gezelschap. En zoo ls het met de zangers en
zangeressen, met Fr. Ronard en Lena Email,
de danseuses, Agnes Spaans en Florancet-t-a.
En dat de gebroeders Schakels toch komisch
talent bezitten bleek in de acte van den
koopman in ondergoederen, al bedierf de
dienstbode veel door geforceerd spel, en voor
al in de scène van de toeschouwers op het
voetbalveld, een kostelijk bedenksel.
Zoo amuseerde het publiek, dat niet tal
rijk was zich toch, zoo was dit een revue
waarin alles stak wat des revues is. Wij wil
len bijvoorbeeld nog noemen en roemen de
schilderijen van den schilderij en koopman en
de variéténummers, die in de revue verwerkt
zijn, waarvan dc messenwerper met den Ja-
panschen vuur-eter de meeste hulde verdie
nen, terwijl wij de variatie op Madame But
terfly en de oer-sentimenteele zeehelden
tragedie maar liefst stilzwijgend voorbij
gaan. Wanneer zal het permanente misver
stand, dat het bij een Noord westerstorm per
sé moet onweeren eens opgehelderd worden?
Intusschen bewees de gulheid met applaus
wel, dat er voor het revue-minnend publiek
veel aantrekkelijks is in „Door dik en dun".
Zoodat het gezelschap Schakels en Gosschalk
door dik en dun wel zal stand, houden.
BIOSCOOP.
SCALA-THEATER.
Tom Mix en een romantische
film, spelende in Amerika in de
vorige eeuw.
Van het voor-program vermelden wij in
het bijzonder de film „Oud-Heldelberg" die
niet alleen een goed idee geeft van het ca
chet der eeuwenoude unlvor.slWïtstad. doch
evenzeer van die sfeer van het leven der stu
denten.
De klucht die daarna draalt „Het geschaak
te meisje" ls volgens bekende beginselen ge
ënsceneerd: Een vlotte filmromance in non-
sensikalen vorm, het toppunt van ongerijmd
heid, het filmblijspel in^optlma forma, met
val- en smijtpartijen, met diefstal en list en
liefde. De overgang naar Tom Mix is niet zeer
groot.
Hij fungeert hier de groote cowboy
als „de redder in de nood". Men kent dat:
hartverheffende staaltjes van rijkunst-, moed,
en zelfopoffering. Dit is de filmfantasie van
de „Far West" die nog steeds hoogtij viert.
Het programma wordt dan voltooid met het
„spel van liefde on trouw", zooals het pro
gramma zegt: „De man zonder land", een
voortreffelijke William Fox-productie, han
delende in het begin van de vorige eeuw. Dc
Vereenigdo Staten in 1806: De Vrijheidsoorlog
is achter den rug, doch vele samenzweringen
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Ctt. per regel.
worden gesmeed om nieuwe rijken in het
Westen te stichten.
Een der Expedities wordt aangevoerd door
Aaron Burr, een sluwe zoogenaamde idealist,
die het Rijk der Toekomst wil stichten.
Hij heeft een reeks van volgelingen om
zich heen verzameld en allen vereeren hem
als den nieuwen profeet.
In het militaire hoofdkwartier voert Ma
joor Bisell het bevel. Zijn dochter Arme is
verloofd met luitenant Nolan cn het tweetal
gaat een gelukkige toekomst tegemoet. No
lan's vader en grootvader zijn hoogaange-
schrevcn militairen geweest en ook de jonge
Nolan heeft zich reeds op het slagveld on
derscheiden. De fottile van Aaron Burr is
in aantocht en luitenant Nolan wordt uitge
stuurd om aan de kust der Ohio rivier aan
wezig te zijn.
Nolan's avontuurlijke geest komt onder
Burr's bekoring, hij gelooft blindelings in
zijn voorspiegelingen en gaat zelfs zx>o ver,
dat hij zijn ontslag uit den dienst wil nemen
en zijn krachten beschikbaar stellen van den
nieuwen wereldhervormer.
Zoo juist zijn er proclomaties van den pre
sident der Vereenigde Staten gekomen, waar
bij elk Amerikaansch burger en militair ge
waarschuwd wordt om toch vooral niet in
contact te komen met Aaron Buit cn zijn ex
peditie, daar men hem als een landverrader
beschouwt. Nolan weigert aan die lastertaal
te gelooven.
Hij wordt tenslotte voor den krijgsraad ge
daagd en hoewel zijn vrienden hem trachten
vrij te pleiten door zijn verdiensten als sol
daat. wordt hij tot een vrecselijke straf ver
oordeeld.
Het conflict dat hierdoor ontstaat is de
basis van deze uitnemende film. De uitwer
king er van is verrassend en gaat ver boven
het alledaagsche uit.
De hoofdrollen worden zeer goed vertolkt
door Edward Hearn, Pauline Harke en Luxy
Beaumont.
Deze film verdient waarlijk algcmcene be
langstelling.
PALACE.
Dc Deftige Straat.
Charley Chaplin in „De Duivelstoejager"!
En hij is óók in deze klucht die toch
waarlijk niet veel om 't lijf heeft weer
buitengewoon goed. Het mag dan langzamer
hand wat „cliché" worden dat zwarte bol
hoedje en die eigenaardige manier van
loopen waardoor je Charley als filmkunste
naar uit duizend anderen herkent, er blijft
toch altijd nog zooveel moois over in dien
ziellgen oogopslag, dat even, geknakt, ter
neer zitten waardoor Charley Chaplin zich
een kunstenaar blijft toonen, waard onder
de allergrootsten gerekend te worden.
Op cieze klucht volgt een variété-nummer,
dat uitmuntenden samenzang te genieten
geeft. Deze vier artisten, twee dames en
twee heeren, mogen zich met recht „trans
formatie-kwartet" noemen, niet alleen om
het feit van de transformatie zelf maar ook
om de verbazingwekkende snelheid waar
mede zij van een stel straatzangers ver
anderen in een gezelschap dames en heeren
in smaakvol avondtoilet. Dit is Jonge-Jaü-
nerij van de bovenste plank.
En dan „De Deftige Straat"!
Bioscoopliefhebbers, gaat deze alleraardig
ste film, getrokken uit het bekende tooneel-
Stuk van Sir James M. Barrio toch zien!
Gaat genieten van deze geestige comedie,
van de gratie der vroeg-negentiende eeuw, die
zoo vol was van conventie, maar toch ook vol
van het menschelijke dat van alle eeuwen
is en dat in deze film zoo prachtig tot uiting
komt: gaat genieten van het geestige gevoe
lige spel van Marion Davies als Miss Ptioebe
(en later als Miss Livvy!) en van die ver
persoonlijking van mannelijke deugd en on
deugd (meer van de eerste dan van de
tweede!) die in Conrad Nagel zulk een uit
muntenden vertolker vindt.
Gaat ook genieten van de zeer goede
muzikale illustratie van deze film, die
bovendien nog zulke mooie, historisch-Juiste,
interieurs te zien geeft.
Een bijzonder uitgebreid en varieerend
journaal opent dit aantrekkelijk vacantie-
programma.
LUXOR-THEATER.
„Het Zevende Gebod", een
sensationeel drama, cn Bessie
lave in „Het Meisje van de
Variété".
Als men weer eens echt ouderwetsch wil
lachen dan moet men deze week beslist een
bezoek brengen aan het Luxor-Theater. Daar
draait na de pauze „Het Meisje van de
Variété", waarin Bessie Love de hoofdrol
vervult en dat doet op een wijze die het pu
bliek doet schudden van het lachen. Het
wemelt in dit nummer van malle situaties.
Wat wordt er gebruld om de draak die door
het gezelschap „De Bolivar Players" gespeeld
wordt. Daarin vervult een bij toeval tot
tooneelspeler gepromoveerde negerzanger
een rol. Niet alleen tot zijn eigen genoegen,
maar ook tot die van het publiek. Het top
punt wordt echter bereikt als het geheele
gezelschap „Bolivar Players" in Broadway
optreedt. Dan davert het gelach voortdurend
op. Ook de oude Bolivar op het bal-masqué
is onbetaalbaar. Als men een avond genoeg
lijk wil uitgaan, moet men vooral dit
nummer zien.
Vóór de pauze draait: „Het Zevende Ge
bod". Hierin worden we verplaatst naar de
onderwereld van New-York. Daar huist o.a.
een bende zijde-dieven. Een heel jonge agent
van politie is te lastig voor die menschen en
dus moet hij opgeruimd worden. Het middel
daartoe is zijn broer, die zich ook bij de die
ven bevindt. Als nu weer een diefstal ge
pleegd is, was de agent Malone niet op zijn
post, omdat hij gevangen genomen was. Hij
weet te ontvluchten, maar komt toch nog
te laat. Het gevolg daarvan is dat hij oneer
vol ontslagen wordt. Hij besluit niet te rus
ten voordat hij gerehabiliteerd is, daarin bij
gestaan door een journalist, die ook nu en
dan nogal komisch is. Op welke manier het
aan Malone gelukt zijn functie te herkrijgen,
moet men maar eens gaan zien. Het is sen
sationeel en spannend.
Voorts was er nog een dolle klucht in twee
acten „Hooikoorts".
Deze week maken we een reisje door het
Harzgeoergte.
Een programma dat we kunnen aanbe
velen.
REMBRANDT-THEATER.
Dc Koning van Pelikanië, genaamd
1/2 Watt en Watt mag ook meedoen.
We hebben ze vaak gezien, die Watt en
1/2 Watt, heel vaak. Ze zijn wel eens verve
lend, wel eens afgezaagd geweest. Ze hebben
lang op eenzelfde thema voortgeborduurd.
Maar plots heeft de Palladium het over een
andere boeg gegooid; men heeft ingezien,
dat een film niet geheel en al op dat illus
tere tweetal kan drijven, men heeft nu een
film in elkaar gezet, waarin ze niet de
hoofdpersonen zijn, maar waarin ze toch
haast niet voor de lens wegkomen. Boven
dien is die rolprent grootscher opgezet dan
verschillende, vorige van de 11/2 Watt en
hij staat zeker gelijk met de film waarmee
de twee Deensche komiekelingen opeens be
roemd werden met „Hij, zij en Hamlet". En
do halve compagnie figuranten in zwem
pakjes of kostschoolmeisjesjurken is verdwe
nen, wat zoo erg nog niet is.
Het land der Pelikanen de Pelikaan-
derie noemt 1/2 Watt het ligt naar de
costuums te oordeelen ergern op den Bal
kan, al heeft de natuur er ook veel weg van
Denemarken. En Watt en 1/2 Watt, die al
tijd iemand volkomen belangeloos en met
een vriendelijken glimlach helpen, bezorgen
de prinses der Pelikanen haar rechtmatige
plaats op den troon van dat land en haar
menschelijke plekje in de ai-men van een
dokter. Maar voor het zoover is, gebeurt er
veel, worden intrigues gesmeed, treedt 1/2
Watt op als Sagenkoning en reclame-agent
bij verkiezingen, als tooneelknecht, fungeert
de lange Watt als souffleur en menschen-
redder.
En als ge niet met vacantie gaat, en als
het weer niet al te mooi is dan moet ge
heusch dit stel eens gaan bekijken. De film
bit vol origineele moppen en Watt en 1/2
Watt zijn geestiger, leuker, dan ze het in
langen tijd geweest zijn.
In het bijprogramma treden Teuber's Ma
rionetten op; zij die aan de touwtjes trekken
doen dit heel verdienstelijk. En voorts is er
o.a. een aardige klucht en een goed jour
naal.
VOOR DEN POLITIE-
RECHTER.
De muntgasmeter is geen
portemonnaie!
Het schijnt te IJmuiden vaak voor te
komen, dat menschen, wanneer ze bij voor
beeld hun belasting moeten betalen en daar
voor geen gereed geld hebben, doodeenvou
dig de zegels van den muntgasmeter verbre
ken en uit den meter putten alsof die hun
portemonnaie was. Eenige van deze geval
len werden Vrijdagmorgen voor den Politie
rechter behandeld en het O. M. zeide toe in
het vervolg gestrehg tegen deze eigenaardige
handelwijze te zullen optreden, Het ging in
het eene geval om vrij belangrijke bedragen.
Nu kwamen de verdachten er nog met
boeten af maar zij die het nog eens zouden
willen probeeren op deze onrechtmatig®
wijze zich uit tijdelijke geldverlegenheid te
helpen zijn nu gewaarschuwd!
„Huurkoop".
Drie maanden gevangenisstraf werd ge-
eischt tegen H. K. te Beverwijk, die op 9 Juni
een rijwiel in huurkoop had gekocht en het
denzelfden dag weer had verkocht. Na enkel©
uren was de flets reeds door de politie in
beslag genomen. Het vonnis leidde conform
den eisch.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1471
DE WERELD OP HAAR ERGST
De zolderkamer van ieder jong getrouwd paar bevat
een zeker aantal gewogen en te licht bevonden
huwelijksgeschenken, die voor den dag gehaald
moeten worden als er visite dreigt, om zeker to
zjjn dat niemand's gevoelens worden gekwetst.
(Nadruk verboden.)
De verleidelijke fiets.
Verleidelijk lag de fiets daar aan den kant
van den weg in Januari van dit jaar, ergens
in Haarlemmermeer. Een jongen was gaan
schaatsenrijden en had zijn karretje daar
zoo lang gedeponeerd. Toen kwam de 22-
jarlge L. U., los werkman en pakte de fiets
mee.
Of hij had willen stelen?
Hij had het rijwiel meegenomen, omdat
het daar zoo alleenlg „sting". 't Was dus
meer een edelmoedige impuls van den ver
dachte geweest. Hij wilde blijkbaar het „al-
leenige" rijwiel gezelschap geven. Voor de
gezelligheid nam hij het mee naar huis en
ontdeed het daar van kettingkast, rijwiel
plaatje en zadel.
„Ma&r waarom ging je met die gevonden
fiets niet naar de politie?" vroeg de Politie
rechter.
,Nou", zei verdachte, „ik heb zoo eens aan
dezen en genen gevraagd, of ze ook iets van
een fiets af wisten."
„Aan wie dan?"
„Amme Oome Kb", antwoordde de losse
werkman.
Een inspecteur van politie verklaarde dat
verdachte de fiets wel 2 maanden in huis
had gehad en haar ook nog voor 12 te
koop aangeboden had.
Hij kreeg 30 of 30 dagen.
De man die de klappen kreeg.
Dat was de oude heer J. D. te IJmuiden.
Hij incaseserde op 25 Mei 1929 een paar
fiksche opstoppers, die zeer waarschijnlijk
voor zijn jongsten zoon Ko bestemd waren.
De 37-jarige losse werkman T. H. „had
iets" met dien Ko en zwierf daarom in den
avond van 25 Mei om het buis van Ko's
vader, telkens roepende volgens het om
standig verhaal van den ouden heer bij
het voorraam: „Ko!", bij het achterraam
„Ko!" en bij het zijraam: „Ko!"
Dit roepen was geenzins te vergelijken met
het zoet gefluit van den vogelaar, veeleer
was het een invitatie om een robbertje te
komen vechten.
Tenslotte zei de oude heer tegen zijn
vrouw: „Ga naar Ko en breng meteen het
trapje mee, want de klok moet opgewonden
worden."
Toen de familie terugkwam, mitsgaders het
trapje, was daar nog altijd de losse werk
man en toen de oude heer de deur opendeed
kreeg hij meteen een „doffer" van verdachte.
De oude heer kon zich niet voorstellen dat
die doffer voor hem bestemd zou zijn want
hij had nooit iets met dezen lossen werk
man met de los zittende handen „van doen"
gehad. Hetgeen niet wegnam, dat hy later
nóg een fermen por van verdachte kreeg,
die ook waarschijnlijk op zijn zoon was ge
munt.
20 boete of 20 dagen hechtenis kreeg d©
uitdeeler van doffers.
Grappige schilders*
Twee Zaandamsche schilders kregen van
een juffrouw een theeblad om te repareeren
en omdat de man van deze juffrouw „onder
kruiper" was en zij met de werkwilligen in de
Zaanlandsche staking niet sympathiseerden,
besloten zij eens een grap, een „lolletje"
noemden zij het, uit te halen. Zij stuurden
het theeblad, keurig verpakt, aan de juffrouw,
nadat zij op den rand van het blad de
woorden maffer, bloedzuiger, loondief en
onderkruiper hadden geschilderd. Dat dit
beleedigend was schenen zij niet te begre
pen. „We hebben er maar een paar spreu
ken op gezet", zei een der schilders lachend.
Maar O. M. en Politierechter vonden dat
zij een laffe, flauwe streek uitgehaald had
den. Zij kregen elk f 50 boete of 50 dagen.
JUBILEUM J. G. PORRE.
Gister, Vrijdag, is de heer J. G. Porre
•veertig jaar werkzaam ter particuliere
zetterij van de firma Joh. Enschedé Zonen.
Ter gelegenheid daarvan is hij
gehuldigd door een commissie uit het per
soneel bestaande uit de heeren H. Rij kens en
J. v. d. Akker. De eerste voerde het woord
en verblijdde den jubilaris met een divan
kleed en een bloemstuk. Op het kantoor dep
firma sprak mr. H. J. D. D. EnSchedé den
jubilaris toe, en schonk een enveloppe met
inhoud. Ook hier stond een mand bloemen.
De heer Porre bedankte zeer getroffen. Hij
heeft den dag verder thuis doorgebracht.
N JUBILEUM A. BRAUCKMANN
Vrijdag was het 25 jaar geleden dat de
heer A. Brauckmann, meesterknecht bij de
Firma van Liemt (VerwulftGroote Hout
straat) bij genoemde firma in betrekking
kwam.
Hij werd Vrijdagmorgen per auto van zijn
woning gehaald en daarna aan de zaak door
de firmanten en het personeel welkom ge-
heeten en gelukgewenscht. Van de firma
ontving de jubilaris een enveloppe met in
houd en eeri bloemstuk; het personeel schonk
hem, behalve een bloemstuk een rookstand-
aard.
De heer Brauckmann bracht' den dag ver
der in huiselijken kring door.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct». PER REGEL.
Reeds t
dan 40 jaren
OBERIAHNSTEIM 1
in Nederland ingevoerd.
44)
Uit het Engelsch
van
CHARLES GARVICE.
Philip wist niets van den plotselingen
terugkeer van Lady Marie. Hij verkeerde in
een toestand van de grootste zenuwachtigheid
na zijn gevecht met den „Snapper" en het
buitmaken van den koffer met het geld
en hij had gehandeld in een opwelling van
ziedende verontwaardiging. Maar als hij
bedacht welke maatregelen van weerwraak de
oude zigeuner zou kunnen nemen, rilde hij.
Ondanks de gevaren die hem, zooals hij
meende, omringden, ging hij naar de partij.
De weg naar het landgoed van Lord
Stornoway liep door de moerassen en hij
trok zich zoo ver mogelijk in de auto terug
toon hij de plaats naderde waar hij de
zigeuners de vorige maal gezien had. Het was
oen heldere avond en men kon tamelijk ver
vooruit zien. Met een zucht van verlichting
nam hij waar dat er bij de tent geen menschc-
liik wezen te bekennen was. Plotseling echter,
alsof hij uit de aarde was verrezen, stond
Iemand naast den wagen, die langzaam
tegen den heuvel opkroop. Bij het licht van
de lantaarn herkende Philip de gestalte cn
hij hoorde oen welbekende stem die den
chauffeur aansprak: de zachte-stem van den
Snapper. Philip ving het woord „gevaar" op
cn veronderstelde dat de oude schurk een of
andere bedreiging uitsprak. Hij liet het
raampje aan den anderen kant neer en riep
boos tegen den chauffeur, die gestopt had.
dat hij moest doorrijden.
Bij het geluid van deze stem liet de Snap
per die niet scheen geweten te hebben wie
eigenlijk in de auto zat, een woedende kreet
liooren, sprong op den wagen t-oe en greep
den knop van het portier. De chauffeur ech
ter had den wagen weer op gang gebracht en
door den schok verloor de Snapper het even
wicht en viel voorover, waarbij bij nauwe
lijks aan do wielen ontsnapte
Philip hoorde hem schreeuwen en vloeken
maar hij keek niet om door heb achter-
raampje en zag niet hoe de oude man mid
den op den weg zijn vuisten schudde. De
Snapper ziedde van razende drift.
Dit voorval droeg er niet toe bij om
Philip's stemming te verbeteren cn hij zag
bleek toon hij op het buiten van Lord
Stornoway aankwam. Het was een vrij groote
partij, de meeste gasten waren er al en ston
den in groepjes te praten. Even werd Philip
verblind door al het licht, door de avond-
kleeren en de Juweelen-schittering van de
vrouwelijke gasten. Eén oogenblik was hij
weer de oude. verlegen Philip. Toen raapte
hij al zijn moed bijeen en met een air van
zelfvertrouwen ging hij de vrouw des huizes
begroeten. Het aanvangsuur van het diner
was reeds enkele minuten voorbij maar men
wachtte blijkbaar nog een gast. Lord
Stornoway kwam met een ondeugend glim
lachje op Philip toe.
-- Er komt nog iemand Philip, zei hij. We
hebben een verrassing voor je.
Op hetzelfde .oogenb!ik kondigde dc knecht
aan'de deur Mevrouw Merston en Lady Marle
aan. Philip schrok hevig en zijn oogen waren
star op haar gericht.
Ze kwam op hem toe en toen ze zag hoe
bleek hij was, vroeg ze, na de eerste be
groeting:
Philip, ben Je niet heelemaal in orde?
En ze legde haar hand op zijn arm.
Neen, ik voel me best, antwoordde hij
moeilijk. maar ben jij weer heelemaal
beter? Wanneer ben je teruggekomen?
Vandaag, zei ze en ze keek hem met
een bezorgden blik aan. de uitdrukking van
zijn gezicht verontrustte haar.
Tijd om meer te zeggen was er op dat
oogenblik niet, want de butler kondigde aan
dat het diner opgedaan was en men zette
zich aan tafel. Philip at haast niets en was
zoo in gedachten, dat hij nauwelijks aandacht
aan zijn omgeving schonk. Het eenige wat
zijn geest vervulde was, dat Lady Marie daar
naast hem zat en dat er gevaar dreigde, dat
hij haar ozou verliezen. Hij merkte niet,
dat de butler zijn wijnglas telkens opnieuw
vulde en dat hij ongemerkt veel te veel
dronk. Het gepraat om hem neen begon in
2ijn ooren te gonzen en het licht voor zijn
oogen te dansen.
De maaltijd werd niet gerekt, het scheen
Lord Stornoway niet te ontgaan dat Philip
meer dronk dan goed voor hem was en
weldra ging het gezelschap naar dc salon.
Ik hoop dat u uw viool hebt mee
gebracht, zei Lady Stornoway tegen Philip.
We hebben gelukkig uw accompagnatrice
ook weer hier, voegde ze eraan toe, met een
blik op Lady Marie.
Neen, zei Philip bruusk, die heb ik
niet meegebracht, die is weg; Ik heb hem
kapotgeslagen I
Hij draalde de verbijsterde gastvrouw den
rug toe cn ging naar Lady Marie. Deze was
het middelpunt van een groepje gasten en
toen zo hem op zich toe zag komen hield ze
op met praten cn keek hem angstig aan. Hij
zag er opgewonden uit, hoogrood en met on
na tuurlij k-sch it terende oogen.
Ik moet Je even spreken, zei hij op
denzelfden norschen toon als waarop hij
tegen Lady Stornoway had gesproken. Ze
kwam bij hem en keek rond naar een plaatsje
waar ze ongestoord zouden kunnen praten.
den salon binnen en noodigde de gasten uit
om de nieuwe kassen te komen bezichtigen,
die aan den anderen kant van het kasteel
lagen.
Allen volgden hem en Philip liep met Lady
Marie. Ze gingen om het huis heen en eenige
van de gasten hadden de kassen al bereikt,
toen het geluid van twistende stemmen hoor
baar werd. Lady Marie draaide zich om en
zag een ouden man, die met een paar be
dienden aan het vechten was.
Ze stonden in een kring om hem heen,
zoodat hij bijna onzichtbaar was en de her
innering van Lady Marle werd onweerstaan
baar getrokken naar dien avond op het ter
ras van haar eigen huis, toen Larry gevoch
ten had voor haar diamanten sieraad. Ze
greep Philip's arm steviger vast. Ze voelde
hoe hij trilde, hoe zijn heele lichaam beefde.
Maar toch bleef hij met opeengeklemde tan
den en starende oogen naar de vechtende
groep kijken.
Wat is er aan de hand?, vroeg Lord
Stornoway verbaasd en boos. terwijl de an
dere gasten nieuwsgierig stonden toe te
kijken.
De butler kwam naar voren.
Het is een oude zigeuner Mylord. Hij
heeft kans gezien bij het huis te komen en
hij stelt zich aan als een krankzinnige. Ik
geloof heusch dat hij gek is.
Lord Stornoway kwam op de groep toe
en zei tegen do bedienden dat ze' den man
konden loslaten en dc Snapper sprong naar
voren. In zijn gegroefd sprekend gezicht
brandden do oogen en wild schudde hij de
vuisten. Zijn lange haren waren nat van het
zweet en plakten aan zijn voorhoofd, hij was
overdekt met modder en zijn jas was ge
scheurd in hot gevecht.. De buttler had niets
te veel gezegd: hij zag er werkelijk uit als
een krankzinnige.
Op een bevelend gebaar van Lord Storno
way bleef hij stilstaan; de edelman wist zich
te beheerzchen en sprak den man vriende
lijk aan.
Mijn beste man, wat wil je hier eigen
lijk? Wat kom je hier doen? Waarom
Voor hij.zijn vraag ten einde had kunnen
brengen had de Snapper Philip in het oog
gekregen. Toen verdween zijn laatste greintje
zelfbeheersching; met een wilde schreeuw
sprong hij naar voren en terwijl hij zijn
vinger dreigend tegen Philip ophief, bruide
hij heesch:
Daar heb je hem. Blijf staan, blijf van
hem af, jullie. Ik zal u allemaal de waar
heid ontmaskeren.
Kom, kom, trachtte Lord Stornoway, die
nu overtuigd was, dat de man gek was. hem
te kalmeeren. Als je Lord Belmayne iets
te zeggen hebt
De Snapper lachte en er was iets onheil-
spellend-wreeds in dien lach, dat hen allen
deed huiveren.
Lord Balmayne, zei de Snapper en zijn
stem werd weer even zacht als gewoonlijk.
Ja, onder dien naam is hij hier bekend
maar zoo heet hij niet, maar hij is een be
drieger, hij is de zoon van mijn dochter
Miriam, hij is mijn kleinzoon. En weer lachte
hij zijn r'uivelschen lach.
Jullie hier bent fatsoenlijke menschen,
ging hij voort, jullie zult me behoorlijk
behandelen, al denken Jullie dat ik gek ben,
want dat zie ik wel aan jullie gezicht, maar
ik ben niet gek, ik weet drommels goed wat
ik zeg. En als jullie niet gelooft wat ik ver
tel, kijk dan maar naar zijn gezicht.
Onwillekeurig keken allen naar Philip. Zijn
medegasten verwachtten dat hij er opgewon
den zou-uitzien, maar zijn bleek gezicht druk
te meer dan opwinding uit, er was iets in
die saamgeknepen lippen en starende oogen
dat
(Wordt vervolgd.).