HET SPROOKJE VAN DE TONDELDOOS. van HANS ANDERSEN No. 2.. „Ja waar was die doos gebleven? Overal werd er gezocht, Ze lag zeker in de holen, Dus een nieuwe werd gekocht. Maar die doos, ik weet het zeker, Bezat een wondre tooverkracht. 't Zou me daarom aangenaam wezen Als jij die doos weer boven bracht, Je vindt ze vast bij een der kisten, Steek haar dan maar in je zak, Ga nu vlug dan naar beneden, Ik wacht je hier weer, dus tot straks!" ,,'k Wil je graag dien dienst bewijzen'" Zei 't soldaatje en hij gleed, Een, twee, drie toen naar beneden, Alsof hij op een paardje reed. 't Was juist, zoo de heks gezegd had, Hij stond nu op den harden grond, Hij zag direct drie groote holen En voor alle stond een hond. IJlings greep hij nu den boezelaar, Spreidde hem heel netjes uit, Greep een hond en zet hem neder En keek toen zijn oogen uit. Kisten, boordevol met koper, En hij tast, hij tast maar toe, Vult zijn zakken, vult zijn pet zelfs. Eindelijk voelt hij zich wat moe. 't Hondje begint luid te blaffen, Ons soldaatje gaat gauw heen, Grijpt het schort en laat de hond Voor het hol staan, gansch alleen, Verder gaat hij, rijk beladen, Ha, daar staat hond nummer twee, Met twee oogen als theekopjes, Hu! dat beestje valt niet mee. Kom, hij wil toch dapper wezen, 't Schort heel vlug maar neergelegd, En hij grijpt het logge dier nu, Zonder dat iets wordt gezegd, Wat een glans blinkt hem daar tegen! Zilver, zilver, al maar meer. Zakken, kisten, pakken, doozen, Zilver is 't en telkens weer. 't Koper uit zijn pet en zakken Werpt hij weg naar alle kant. En hij grijpt de zilverstukken, Grijpt ze in zijn volle hand. Eindelijk kan hij niets meer bergen Zakken, muts, alles is vol. En die hond begint te brullen. Opgepast, dat dier wordt dol. Zonder opzien, zonder terugzien Wordt de hond weer neergezet. .Vlug wordt dan het schort T gegrepen, Jongens, dat was nog maar net. Het beest liet juist zijn tanden ,r kijken. Maar t soldaatje dacht: „Och kom Je ligt straks in de zilverlingen. Honden zijn toch soms heel dom." Kijk, daar zag hij nummer drie al, Dat hondje had nog eens een kop Oogen als twee ronde torens, Als die beet, dan had je strop. „Goeien avond", ('k ben maar vriendlijk) Dacht de dappere soldaat. Je moet zulke beesten lijmen, Anders weet ik heusch geen raad. De hond werd toen zoowaar al kalmer, t Schort werd vlug weer neergelegd. „Kom maar dier, ga hier wat rusten", Heeft- 't soldaatje toen gezegd En hoewel zijn handen beefden, Stapte hij het hol toen in, Wat een glans en wat geschitter. Van het eind tot het begin. In de hoeken, op de planken Blonk het goud hem tegemoet. ,.Weg het koper, weg het zilver, Jongens, hier alleen is 't goed Zei 't soldaatje in zichzelven, 't Zilver deed hij van de kant. En hij greep, hij greep maar immer, t Glanzend goud met volle hand. Eindelijk was hij toch tevreden, „Kom ik ga naar boven toe, Ik kan geen goudstuk ook meer bergen Ik ben van 't grabbelen meer dan moe. „Juffrouw," riep hij met een bromstem, •k Wil weer in de buitenlucht. Als je er bent, geef dan een teeken, Doe maar net-, alsof je zucht." „Even wachten." dacht 't' soldaatje, Niet te lang, dan word ik boos. Hoor daar roept ze: „Zeg soldaatje, Heb je ook mijn tondeldoos?" „Sapprestie, die ben 'k vergeten, Moet ik nu zoowaar weerom, 't Zal wel dienen, 'k moet erkennen, 't Was ook van mezelf heel dom." En hij keek naar alle kanten, Lag ze hier, of lag ze daar, Als hij 't doosje niet kon vinden,, Was dat zeker wel heel naar, Eindelijk zag hij haar tooh liggen, „Vlug ik breng haar voor je mee." Riep 't soldaatje, toen heel vroolijk, En hij had heusch pret voor twee. Toen hij boven was gekomen, Leek het vrouwtje heel niet blij, „Deze doos, die vuile, zwarte O, die is niet eens van mij." En ze kregen hooge ruzie. Ons soldaatje, heusch niet kwaad, Zei opeens: ,,Wees niet zoo nijdig, Ik zal je zeggen, waax 't op staat, Hier heb jij tien gouden munten. En ik houd de tondeldoos. Me dunkt, dan ben je toch tevreden, Vrouwtje, wees niet langer boos." (Wordt vervolgd.) POSTZEGELRUBRIEK HONGARIJE XXIII (Slot) y y y y y V /Oj3 Jfd. y y V 4/fjf y tfójf V V y y y 'b. raa X* - 'f-'A- 'c< V l'x. So co AA /too* *4 Gedurende 1Q2Ö27 verscheen een nieuwe serie portzegels, in geheel nieuwe teekening. In een cirkel staat een groot waardecijfer, in den bo venrand het woord „filler". De rest van de zegel rond de cirkel is be werkt. De waarden zijn: 1, 2, 3, 4, 5, 8, 10, 16, 32, 40. 50 en 80 filler (alle karmijn). Grootte van de vakjes 2.8 by 2.4 cM. In 1927 werd een nieuwe vliegserie uitgegeven. Op de lage waarden is een vliegende arend afgebeeld bij opkomende zon. De drie hoogste waarden vertoonen een vliegenden arend, waarop een mannenfiguur met posthoorn en brief. Op beide staat bovenaan de landsnaam en on der de waarde. Uitgegeven werden: 12 filler (groen), 16 filler (bruin), 20 filler (karmyn), 32 filler (lila). 40 filler (blauw). Grootte van de vakjes 2.4 bij 3.5 c.M. en 50 filler (roodlila) 72 filler (oiyfgroen) en 80 filler (violet). Grootte van de vakjes 3.5 by 2.4 c.M. In 1927 verschenen nog enkele portzegels, opdrukken op de vlieg- zegels van de serie 192425. 't Woord „Porto" duidt de nieuwe bestemming aan. 't Zijn 1 filler op 500 kronen (blauwgroen en geelgroen, opdruk rood), 2 filler op 1000 kronen (geel bruin en bruinlila, opdruk groen). 3 filler op 2000 kronen (donkerblauw en lichtblauw, opdruk rood), 5 fil ler op 5000 kronen (lila en violet, op druk groen) en 10 filler op 10.000 kronen (karmijn en violet, opdruk groen). Grootte van de vakjes 2.4 by 3.5 c.M. Zie voor de indeeling het schetsje. S. Rustenburgerlaan 23, MIJN HERBARIUM. Zilverschoon (Potentilla anserina) fam. Roosachtigen (Rosaceeën). Een algemeen voorkomende plant langs slooten en dyken en op grasgrond. De stengels kruipen langs den grond, een soort uitloopers, die in de knoo- pen wortels krijgen en zoo nieuwe planten vormen als bij de aardbei. Elk blad bestaat uit een groot aantal kleine blaadjes, die scherp gezaagd zijn. De onderkant hiervan is wit zijdeachtig behaard. Uit de oksels der bladeren komt een langgesteelde, heldergele bloem, die evenals alle roosachtigen 5 bloemblaadjes telt Bloeitijd MeiJuli. Vogelwikke (Vlcia cracca) fam. Vlinderbloemigen (Papilionaceeën) Een zeer algemeene plant in heggen, tusschen kreupelhout, op bouwland en aan waterkanten. De stengel is zwak, zoodat de plant zich door mid del van rgnken moet staande hou den, zooals bijv. de erwt en de lathy rus. De bladeren bestaan uit een even aantal kleine blaadjes en aan 't einde een rank. De kleine vlin- derbloempjes staan in een tros aan een lange steel. Ze zijn blauwviolet van kleur. De vrucht is een peul. Bloeityd JuniAugustus. Voederwikke (Vicia sativa) fam. Vlinderbloemigen (Papilionaceeën) Een vrij algemeene piant op bouw land, aan wegen en dijken. De bouw van de plant is dezelfde als de vo rige. De bladeren bestaan weer uit een even aantal kleine blaadjes, die stekelpuntig zijn. Aan den top heb ben we weer een rank. De bloemen staan twee aan twee in de oksels der bladeren. Ze zijn kort gesteeld; de vlag van de vlinderbloem (d.i. het wijd uitstaande bovenste kroonblad) is blauwachtig, terwijl de zwaarden purper zyn. Bloeitijd MeiJuli. Rustenburgerlaan 23. Ridderspoor (Delphinium Ajacis) fam. Ranonkelachtigen (Ranuncu- laceen). Een sierplant uit Zuid- Europa, aldus genoemd naar de groote spoor (buisvormig aanhang sel) door een der vijf gekleurde kelkbladeren gevormd. Deze 6080 c.M. hooge planten brengen van Juli tot Octeber bloemtrosjes in talrijke kleurschakeeringen van blauw, wit en rozerood. Vooral de violierbloe- mige zijn heel mooi. De dwerg-kan- delabervormige heeft een dwergach tige groeiwyze, waardoor de fraaie, helder gekleurde bloemtrossen goed tot haar recht komen. Hoogte 30 a 35 c.M. Als men deze planten een maal bezit, raakt men ze niet gemak kelijk weer kwijt, aangezien ze zich zelf zaait. Deze planten kunnen dus in het najaar reeds worden uitge zaaid. De overblijvende soort, welke tot een hoogte van 0.801 M. opgroeit, is Delphinium hybridum, een sier plant uit de Kaukasus en Hongarije, die krachtige, kaarsrechte stengels geeft met een groote, rechtopstaan de t-ros van licht- tot donkerblauwe bloemen. Ook de bladeren van deze plant zijn mooi gevormd. Als snij bloem is ze evenwel niet geschikt, daar de bloemen in een vaas spoe dig afvallen. In den tuin daarente gen is ze een sieraad aan de achter zijde van je hoekje voor vaste plan ten. Een lage Delphiniumsoort, ge schikt voor rotsbeplanting is D. chi- nense pumilum, (blauw) en D. ch. pumilum Snowball (wit). Deze wor den ongeveer 20 a 25 c.M. hoog. Nemesia strumosa luttori, fam. Leeuwenbekachtigen (Scrophularia- ceeën) Een prachtig 40 c.M. hoog plantje, afkomstig uit Zuid-Afrika, dat zich in den zomer tooit met vrij groote, helder gekleurde, lichtgele, oranje, rose of donkerroode en witte bloemen. Zeer fraai is vooral de oranje-roode. We zaaien nemesia in MaartApril op eenige warmte, ver- speent de jonge plantjes en zet ze in. Mei op de bestemde plaats in den tuin. Er bestaan ook dwergvormen, die bijzonder mooi zijn voor kleine, zonnig gelegen perken. Daar de planten verloopen, is het niet aan te bevelen zelf zaad te winnen. Nieuw-Zeelandsche spinazie. Vol gend jaar moet je deze groente eens probeeren te kweeken. 't Is een breed uitgroeiend, sterk vertakt gewas met niet groote, hoekige, vleezige, sap- rlike bladeren, die in de zomer' maanden een smakelijke groente verschaffen. Deze spinazie behoort tot een geheel ander plantenge slacht dan de gewone spinazie en komt slechts hierin met de gewone overeen, dat ze op dezelfde wijze wordt bereid en genuttigd. We ge bruiken er de bladeren en de toppen der scheuten van. De groote, harde zaden kunnen we bij gunstig weer half Mei uitzaaien. Vorst kan de plant niet verdragen, zoodat ze al leen geschikt is gedurende den zo mer gekweekt te worden. Volwassen planten zaaien zichzelf. De op den grond gevallen rijpe zaden zijn tegen den vorst bestand en we hebben In 't voorjaar de plantjes slechts uit te dunnen of te verplaatsen op onge veer 60 c.M. van elkaar. Het is een smakeiyke, gezonde groente, die ech ter niet geschikt is om te verduur zamen. TUINIER. WAT BETER, IS. Luisteren is beter dan spreken. Zwijgen is nog beter dan 'uisteren. Te weinig spreken is beter dan te veel spreken. Op tijd spreken is beter dan altyd spreken. Nadenken Is noodig voor het spreken. Spreek veel door te -.wygen. Zwyg als je veel wilt spreken, VOOR EEN LEGKAART. Wij hebben nu al vaak een leg- fcuzzle In de rubriek afgedrukt en .daarom lijkt het ons aardig om jul lie nu eens een plaatje te geven ;waarvan je zelf een fraaie legkaart kunt maken. Alle platen zyn daar natuurhjk niet voor geschikt, want zooals je wel begrypen kunt, zijn de meeste platen veel te gemakkelijk. Je kunt nu aan dit plaatje eens zien hoe het voor ons doel zoo ongeveer fcijn moet. De stukjes voor de legkaart heb je patuurlijk gauw genoeg klaar. Je plakt het plaatje eenvoudig op een stukje dun karton en knipt het dan maar kris, kras aan vele kleine stuk jes. Het werk is dan om deze stukjes weer aan elkaar te leggen. Dat zal by deze plaat zeker niet meevallen, want zooals je ziet, staan er om te beginnen overal boomen, zoodat op de meeste stukjes van de legplaat hetzelfde voor zal komen, n.l. een stukje lucht en een stukje boom Ook de hoek waarin het meisje staat zal moeilyk zyn, door de bladeren en het zwart tusschen de boomen. Een pracht van een legplaat dus! Doet je best er maar eens opl WAT IS DE GOEDE WEG? Hier is nog eens een doolhof; niet zoo erg moeilijk ditmaal en dus meer geschikt voor de kleintjes. Het gaat er om den goeden weg te vin den. Zoek dus eerst maar eens bin nen het vierkant een ingang op en ga dan, terwyl je met de punt van een potlood over het papier glijdt, langs de verschillende paden totdat je eindelijk in het prieel komt in het midden van het doolhof. Pro beert dan nog eens om langs een an deren weg weer den ingang te berei ken. KRALEN RIJGEN. Ziet eens hoe de kleine Ans, Rijgt een mooien kralen-krans! t Is een werk en tevens spel, Dat is 't leuke, vat je wel? Bijna is het werkje klaar! 't Snoer wordt mooi, geloof dat maar! Altijd krijgen is een gunst! Zelf iets maken, dat is kunst l UIT DEN MOPPEN- TROMMEL. EEN HOOG BAANTJE Vader: „WaC wou je worden. Kees?" „Vuurtorenwachter, vader." „Vuurtorenwachter? Hoe kom Je daarbij?" „Dan kun je de vliegmachines fyn van dichtby zien."- Stadsmeneertje vraagt spottend aan een boer: „Vertel jy me nu eens, wat we krijgen, als. wind gaat leggen." Slim boertje: „Wind-eieren, me neer." EEN OPSNIJDER. Piet heeft met den hamer op zyn duim geslagen en beklaagt zich by zijn vriend Frans. „Dat 's dom van Je," zegt Frans. „Heb jy dat dan nooit gedaan?" „Ik niet. Ik houd den hamer altyd met mijn twee handen vast." ONZE BIBLIOTHEEK. Beste Rubriekertjes, Nu de vacanties ten einde loopen en de dagen weer aanmerkelijk gaan korten zet ook „O. B." zyn „deuren" weer open. Op 2 Sept. zal de gele genheid tot ruilen weer worden open gesteld op Klein Heiligland 66. Een boek kan worden afgehaald ieder en Maandagavond en wel: 9 jaar en jonger: 7.157.30. 10 jaar tot en met 15 jaar: 7.30-7.45 16 jaar en ouder: 7.458. Voor hen, die niet op dezen tijd kunnen ruilen, zal ik een ander uur vaststellen. Zij, die lezers waren kunnen op 2 Sept. hun boek gewoon komen halen Lees verder ook nog de mededee- lingen van de volgende week. Op gave aan mijn adres: Wim Las- schuit, Leidschevaart 244. RAADSELS (Deze raadsels zijn Ingezonden door Jongens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen.) Iedere maand worden onder de beste oplossers vier boeken verloot. AFDEELING I. (Leeftyd 10 jaar en ouder.? 1. (Ingez. door Boerinnetje.) Strikvragen. a. Wat valt zonder te breken? b. In welk huis brandt nooit licht? c. Wie kan met zwarten inkt rood schrijven? d. Hoeveel emmers water haalt men uit de zee? 2. (Ingez. door Paddestoeltje.) Verborgen beroepen. a. Wat doet Leo Bromk? b. Wat doet Eva Bergan? c. En wat doet To Graaffo? d. En Tine Rener? e. (Ingez. door Rosette.) Wat doet Maart Lees? f. En Koen Schamer? 3. (Ingez. door Hagenaar.) Neem uit onderstaande plaatsna men telkens één letter, zoodat ge een Rubriekertjesnaam krijgt,. Jutfaas, Overveen, Purmerend, Ierseke, Elburg, Amsterdam, Harlin- gen, Heiloo, Haarlem. 4. (Ingez. door Jopie Slim') Neem uit onderstaande Rubrieker- tjes-namen telkens één letter, zoo dat ge een nieuwen Rubriekei'tjes- naam krijgt. Piet Hein, Alva, Kleine Vogelvriend Jerrie, Pelikaan, Frans Hals, Papa- vertje, Floris V. 5. (Ingez. door Hagenaar.) Neem uit onderstaande plaatsna men telkens één letter, zoodat ge een plaats in 't Gooi krijgt. Eindhoven, Ruurloo, Utrecht, Rotter dam, Almelo, Oldenzaal. Hengelo, Amsterdam. 6. (Ingez. door Hagenaar.) Wélk spreekwoord kunt ge uit on derstaande letters maken? 3 maal e 1 maal z, 2 maal o, 5 m. n, 1 ui. ij, 1 m. c. 1 m. s, 1 m. h, 1 m. m, t m. t-, 1 m. r, 1 m. a. AFDEELING Tt (Leeftyd 9 Jaar 'en jonger.); 1. (Ingez. door Zigeunertje) 1 m. a en 1 m. d. 2 m. k. en 2 m. r, dan ten slotte 2 m. e, vormt een plaatsje niet aan zee. 2. (Ingez. door Buffalo Bill.) Ver borgen beroepen. a. Wat doet Han Veedelaar? b. (Ingez. door Piet Hein). Wat doet Tom Bleis? c. (Ingez. door Hagenaar). Wat doet Theo Baschwrc? d. Wat doet Tina Ubas? 3. (Ingez. door Hagenaar.) Myn 1ste is een Nederlandsche ri vier van 4 letters, mijn 2de is in het Noordzeekanaal en bestaat uit 5 letters. Mijn geheel is een plaats aan mijn eerste in Zuid-Holland. 4. (Ingez. door Moeders Grootste Hulp.) Wie kan van onderstaande letters een meisjesnaam maken? 3 m. a, 1 m. d, 1 m. r, 1 m. 1, en 1 m. n. 5. (Ingez. door Arretje Noff.) Wie kan van onderstaande letters een schuilnaam maken? 1 m. w, 2 m. o, 1 m. g, 1 m. t, 1 m. r, 1 m. Z, 1 m. e, 1 m. a, en l m. j. 6. (Ingez. door A. B. C.) Moeder gebruikt my alle dageiï en ik besta uit 2 lettergrepen. Mijn lste lettergreep is 't voedzaamste voedsel. Mijn 2de lettergreep is een scherp wapen. Raadseloplossingen Raadseloplossingen van de vorigü week zyn: AFDEELING II 1. a. Schoenmaker, b. Typiste, c. Orgeldraaier, d. kruidenier, e. me taalbewerker, f. boekbinder, g. ho telier. 2. Spoorboomen, kaneel, De let ter IJ. 3. Margriet. 4. Wielewaal. 5. Zooals het klokje thuis tikt, tikt het nergens. 6. Zonsondergang. AFDEELING I 1. Bloze Kriekske, Dieremvriendje, Meiklokje, Draaitol, 2. Amïco. 3. Arretje Noff. 4. Fabrieksmonteurtje. 5. Slangleeuw. 6. De kl:'ne Kweeker. Goede oplossingen ontvangen vanj Alba 6 De kleine Violist 6 De kleine Vogelvriend 6 Poesenmoedertje 3 Graaf Lodewijk 5 Katuil 5 Sarina 6 Krullebol Steilhaar 4 Obione 4 Ze venster 6 Brillantster 6 Teekenaar- ster 5 Babbelkous 5 Dorus Rijkers 6 Juffertje Schryfgraag 6 Draaitol 5 Goudsbloem 6 Berliner bol 5 Mar griet 3 Zonnestraaltje 5 Boschwach ter 5 Moeders grootste Hulp 6 Violet- ta 6 Dorus Rijkers 6. Amico 6 Zangvogeltje 6 Een naam- looze 3 Poesenmoedertje 5 Brillant ster 6 Katuil 6 Graaf Lodewijk 6 Bloemenverzorgstertje 6 Prinses Zon neglans 3 Teekenaarster 6 Adriana P. Alsema 6 Roodwangetje 6 Til- burgertje 6 Don Frederik 6 Pioenroos 6 Wenda 6 Moeders grootste Hulp 6 Violetta 6 Goudsbloem 6 Boerinne tje 6 Floris V 6 Zwartoogje 6 Help stertje 6 Zevenster 6 Zonnestraaltje 6 Bloze Kriekske 6 Vrouwtje Ulebuut 6 Margriet 5 Rompelsteeltje 6 Zons ondergang 5 Prinses Rozenhart 5 Een naanvlooze 5 Wielewaal 3 Draaitol 6 Papavertje 6 Fluiter 6 Zeeuwsch Boerinnetje 5 Obione 6 Juffertje Schrijfgraag 5 Blauwdruifje 6 Witte van Haemstede 6. BRIEVENBUS Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG ZEEMAN, Marnixstraat 20. (In de bus gooien zonder aan bellen.) DORUS RIJKERS. Ik dacht wel dat deze wedstryd een kolfje naar je hand zou zijn. Je hebt maar een heerlijk dagjs in Zandvoort gehad. Kun je zwemmen? Denk er altijd maar goed om. dat 't in zee gevaar lijk kan zijn. Ja, de beide eerste woorden zijn goed, maar die omkee ringen tellen niet mee. Huissleutel sleutelring is ook goed. De voor beelden uit Onze Jeugd mogen mee tellen. VIOLETTA. Ik hoop, dat de prijs naar je zin zal zijn. Heb je nu bericht van je zuster gehad? Wat prettig, dat je zoo opschiet met je pianolessen. Van wien krijg je les? ZANGVOGELTJE. Wel bedankt voor die prachtige kiek uit Zutfen. Ik wist niet, dat die watertoren zoo mooi is. MOEDERS GROOTSTE HULP. Ik heb een heerlijke vacantie gehad. Jij ook? Heb jij het leuk in Castri- cum gehad? Wat waren jullie wel ge schrokken van dien brand. Hebben jullie nog waterschade? W. L. Zit je nog op je buiten- verbiyf? Wel jammer voor je allen, dat het Rijnreisje niet is doorge gaan. Gelukkig, dat de beide zieken op den weg van beterschap zijn. Je bent er al weer vlug bij met je Bi bliotheek. Maar dat lijkt me uitste kend. Nog wel gefeliciteerd met va-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 14