FEMINA
u
ra
<G VAN HET
HU12
INRICHTING ONZER WONING
HAARLEM'S
DAGBLAD
DONDERDAG
5 SEPT. 1929
Zeker, het valt niet te ontkennen, de blouse
als kleedingstuk is een heel aardig ding. Al
is zij niettemin dikwijls een van de nadoelen
van het tailleurscostume! Want de blouse
wordt gauw vuil en kost naar verhouding
vrij veel, Maar voor wie van de blouse houdt
wegen per slot van rekening die bezwaren
niet zoo erg mee. Wat de nieuwe mode op"
dit gebied brengt? Wel, laten we de verschil
len met vroeger dat wil zeggen, vorige
seizoenen opsporen. Voorheen dan, ver
leden jaar, w.as er officieel maar één soort
blouse, de z.g. tuniek-blouse, de lange blouse,
die het bovenstuk van de rok bedekte. Dit
nu is grootendeels veranderd. Men wil nu
bij voorkeur de teekening illustreert een
en ander duidelijk dat de rok over de
blouse wat minder losjes en ruim is, en wat
strenger van lijn, wat „vierkanter", wat
strakker. De overhemd-blouse neemt dus de
allervoornaamste plaats in dit seizoen. Maar
om aan de figuur van enkele onzer zussen
tegemoet te komen, worden de tuniek-
blousen nog wel geduld. En verder: kleine
liggende kraagjes, kleine dasjes, lavalüères,
plastrons, banden met knoopjes enz., die
de plaats zijn komen innemen van de meer
„vrouwelijke" ingezette kant-stukken, bro
deries en zoo meer. Blousen met punthalzen
of ronde halzen en dikwijls aan den punthals
een niet-geplisseerde jabot. De overhemd-
blousen ziet men veel gemaakt worden van
echte heeren-overhemden-stof, heel sterk en
solide, maar voor ons toch wel wat zwaar.
Vooral als men deze blouse bijvoorbeeld bij
een tailleur van crêpe de chine draagt.
Daarom kan men de blousen beter nemen
van fijne toile de soie, crêpe de chine of
heel fijne tussor. Andere modehuizen bren
gen als het nieuwste de blousen van linnen
of batist. Maar dat kreukelt licht en wordt
gauw vuil. Zoodat men nu verder maar voor
zichzelf uit moet maken, wat. er gekozen
moet worden.
MADELEINE.
SPORTENSEMBLE No. 341.
Een zeer modern sportcostuum. De japon
ls van grijsgroen flanel, recht van vorm, met
lange mouwen, een plooigroep in het voor
pand van den rok en een donkergroene
ceintuur. De mantel is van beige en groen
gemengd tweed; hij kan niet gesloten wor
den. In de zijden zien we tweeopgezette
paneelen, waarvan het bovengedeelte door
de zakken wordt ingenomen. Groene leeren
knoopen vormen de verdere garneering. De
sjaal is van Schotsche surali in bijpassende
tinten.
PRAKTISCHE WENKEN.
Om sponzen goed uit te wasschen, voegt
men een kleine lepel ammoniak bij het sopje
waarin men ze gaat reinigen.
Schroeivlekken op linnengoed enz. zullen
dikwijls met succes verwijderd kunnen wor
den, als men ze dadelijk wrijft met uiensap.
Wanneer men rijst uit het water kookt op
waschdag, doet men heel verstandig, het wa
ter dat men eraf giet niet weg te gooien.
Want het is een prachtmiddel om zakdoeken
en lichte mousseline kleedingstukken enz. te
stijven.
Zijde zal er als nieuw uitzien, als men in
het laatste spoelwater een theelepeltje
brandspiritus doet op elke liter water.
Ivoren (beenen) heften van messen of
vorken die erg met vlekken zitten, kan men
schoonwrijven met een doorgesneden citroen
die men in zout gedoopt heeft.
AUGURKJES IN AZIJN.
Neem op 2 pond augurken, 1 flesch inmaak-
azijn, 1 versche Spaansche peper. 2 laurier
bladeren, 1 stukje mierikswortel, 1 stukje ge
droogde gemberwortel, 1 takje venkel. De
augurkjes maakt men schoon, door de kroon
tjes er af te nemen en met een schoonen
doek af te wrijven. Een nacht met. zout be
strooid wegzetten, het vocht er af gieten, en
vervolgens de augurken in een flesch of
Keulsche pot doen, met de kruiden cr tus-
schen. De flesch (pot) met inmaakazijn
vullen en met schoone kurk of in warm watei-
week gemaakt perkamont afsluiten. De kurk
lakt men dicht.
MENU.
Tomatensoep,
Kalfscarbonaden,
Worteltjes,
Aardappelen,
Amandelvla.
De tomatensoep wordt nu natuurlijk van
versche tomaten bereid: ze kan gemaakt
worden als bouillonsoep met balletjes ge
hakt er in, men kan ze ook binden met tar
webloem of wat rijst..
De carbonaden worden gewasschen, ge
zouten, en met de boter voor het braden,
wat kokend water en een paar uitgetande
schijfjes citroen in een braadslee in den
oven gezet. Onder af en toe bedruipen wordt
het vleesch zoo gedurende drie kwartier ge
stoofd.
Voor de amandelvla zijn de ingrediënten;
4 eieren,
2-3 Liter melk,
1 ons amandelen,
1 ons suiker,
een dun stukje citroenschil.
De melk wordt met de citroenschil lang
zaam verwarmd zonder te koken. De ei
dooiers worden met de suiker geroerd, de
amandelen gebroeid, gepeld en gemalen of
lijn gehakt. De melk wordt daarna onder
goed roeren bij de eidooiers gegoten, de
amandelen komen er bij en dan wordt het
in waterbad verder gekookt, totdat de vla
gebonden is. Het stijfgeklopte eiwit wordt
er, als de vla koud ïs, in torentjes opgespo
ten als versiering.
HERFST-MODEL.
Helaas, het zomer-seizoen gaat weer van
ons scheiden en we zijn wel gedwongen onze
aandacht te richten naar het komende, naar
wat ons te wachten staat, maar waaraan we
eigenlijk liever nog niet zouden denken. Maar
een „mode-praatje" moet uit den aard der
zaak zeer „vooruitstrevend" zijn en dus gaan
we, hoe ongaarne overigens ook, den zomer
den rug toekeeren en het najaar tegemoet
loopen
Toch moet U niet denken, geachte lezeres
sen, dat ik den herfst niet weet te waardee-
rcn. De romantische, kleurenrijke herfst, die
ons in een korten tijd een rijkdom van jube
lende schoonheid te aanschouwen geeft! Men
zou wel weinig zin voor natuurschoon moe
ten hebben, als men de herfst in al zijn
kwistige schoonheid niet bewonderde en ik
beroem mij cr op véél gevoel voor natuur
schoon te hebben
Maar ik dwaal af ik zou u iets vertellen
over nieuwigheden op het gebied van klee
ding.
Natuurlijk komen de groot-e veranderin
gen pas in den winter en spreekt het van
zelf, dat er nog geen frappante verschijnse
len zijn waar te nemen in de kleedingmode,
maar wel valt er op te merken, dat de na-
jaarsstoffen, welke ons getoond worden, niet
donker en somber zijn, maar licht en vroolijk.
Weg met de zware sombere stoffen, zooals
we ze vroeger gewend waren! Fleurig en le
vendig, zacht en licht zijn ze thans, en heusch
niet minder doelmatig. De mode-ontwerpers
en stoffenfabrikanten weten zoo juist het
practische met het elegante te vereenïgen.
Nu we ons voor te bereiden hebben op plot
selinge veranderingen in temperatuur, zul
len we verstandig doen een warmere japon
gereed te hebben. Mooie tinten blauw, mat-
rose, goudbruin en vtle nuances van groen,
waarin zijde met wol gemengd is, zullen hun
effect niet missen.
In wol zoowel als in fluweel wordt zijde
verwerkt, ln streep- of ruitmotieven, hetgeen
een zeer jeugdig en vroolijk aspect oplevert.
Vooral in de zachtere tinten groen kon deze
bewerking mijn bijzondere bewondering weg
dragen.
Fluweel en velvetten in effen of bedrukte
bewerking schijnt den voorrang te hebben
onder de nieuwe herfststoffen. Voor de man
tels geeft men aan tweedstoffen een eerste
plaats, voor avondmantels ook weer fluweel
en dan in zeer lichte kleuren.
De hooge taillelijn wordt meer en meer
gezien. Op de middag- en avondrobes is het
lijfje veelal strak en nauwsluitend. Kragen
in allerlei vormen en grootten, evenals ja
bots blijven nog voorloopig de eenige garnee
ring. Deze garneering is ook bijzonder be
koorlijk. en vermag in vele gevallen het ge-
heele toiletje tot iets opvallends te maken.
De lange puntkraag van kant zal op fluweel
een zeer gewilde versiering zijn, ook de man
chetten van kant blijven zich in de belang
stelling der mode verheugen,
MODERN WANDELCOSTUUM.
i
Dit costuum bestaat uit een mantel, rok
en blouse. De eerste is van bruin-roode kasha
met een gedeeltelijk vaste ceintuur en bro
derie van zijde in dezelfde kleur langs de
randen der schuine zakken. De rok is beige
kasha, geïncrusteerd met roode strooken,
terwijl voor de blouse fijne licht beige toile
de soie genomen is.
DE DINER-TAFEL.
De diner-tafel, zonder tafelkleed, maar
enkel bedekt met een garnituur van kleine
kleedjes ls het allernieuwste. Het garnituur
bestaat uit een langwerpig middenstuk van
kant met kleine, langwerpig kanten kleedjes
voor een op handen zijnd dinertje, kunt ge
middenstuk van wit linnen met punten van
kant ingewerkt, met langwerpig gevormde
kleedjes.
Niet alleen wit, doch ook écru en mocca-
kléur ziet men onder deze garnituren, veel
filet-werk en ook wel borduurwerk. Alhoewel
zeer nieuw en hoogst modern, geven velen
toch de voorkeur aan een mooi tafellaken.
En terecht, een fijn; glanzend wit tafellaken
staat veel gezelliger en feestelijker!
Het fijne kristal komt ook veel mooier uit
op het wit damast, dan op het donkere op
pervlak der tafel; maar als „nieuwigheid"
voro een op handen zijnd dinertje. kunt ge
met het diner-garnituur van kleine kleedjes
Iets aparts bereiken, waardoor Uw tafel ze
ker bewondering zal wekken. Onder de da-
mes-gasten zult ge volgelingen vlnacn en
dat is 't welsprekendst bewijs dat Uw tafel
opgang maakt.
HOE MEN DE KLEUTERS
BEZIGHOUDT.
EEN GEVOUWEN SCHOENTJE.
Vandaag zullen wij een paar schoentjes
voor het popje vouwen. Een heel eenvoudig
schoentje, dat de
kleuters zelf voor
hun popje kunnen
maken. Kleertjes
en schoentjes kun
nen de poppekin-
deren altijd ge
bruiken. Het pop-
penmoedertje is
wat trotsch op de garderobe van haar
kleintjes en een nieuw kleedingstuk je komt
altijd wel te pas. Het worden maar papie
ren schoentjes, die natuurlijk niet zoo heel
erg sterk zijn, maar tocli kan het popje er
nog wel plezier van hebben.
Deze gevouwen schoentjes kunnen ook
dienst doen als tafelversiering bij een of
ander kinderfeestje. De schoentjes worden
dan met lekkere flikjes of andere choco-
laadjes gevuld. Het staat heel aardig bij
elk bordje zoo'n schoentje te plaatsen; de
schoentjes worden dan in verschillende
kleuren genomen en men brengt een aar
dige versiering aan. De gevouwen schoen
tjes zijn werkelijk een allerliefste tafelver
siering.
Nu beginnen wij met het vouwen en ne
men een papiertje van 16 c.M. in het vier
kant.
Dit is wel bere
kend voor een
groote pop. De bei
de zijden worden
in vieren verdeeld,
er ontstaat dus
een papiertje met
16 vierkantjes. 1/4
gedeelte wordt nu
van het blaadje
weggeknipt en het
papiertje is dus nu
in 12 vierkantjes
V verdeeld.
Aan de zijde,
waar 3 vierkantjes zijn. worden de hoek-
vierkantjes geheel weggeknipt.
De tegenoverliggende zijde wordt slechts
ingeknipt, zooals afbeelding a u aangeeft.
Het model van het schoentje is hiermee
verkregen. Daarna wordt het schoentje iir
elkaar gelijmd. De ingeknipte vierkantjes
worden op elkaar gelijmd, dit is de achter
kant van het schoentje. Het vierkantje, dat
aan den voorkant van het schoentje uit
steekt wordt omgeslagen en de punten c en
d worden er op vast gelijmd.
Langs den rand kan men nog een versie
ring aanbrengen, ook de voorkant van het
schoentje'kan aardig afgewerkt worden.
Het modelletje is in de Tijdingzaal van
ons blad te zien.
W. R.
s
r
EN HET GEVAAR DAT DAARAAN VERBONDEN IS
Bijna iedere huisvrouw is er tegenwoordig
op uit, haar dagelijks weerkeerende werk
zoo eenvoudig mogelijk te maken. En de
moderne tijd met zijn vernuftige uitvindin
gen helpt haar daarbij in niet geringe mate.
Wat een verschil met vroeger; de geheels
wasch aan huis, een groote inmaak, alle
stof met schuiers en stoffers weg te werken,
geen telefoon, zoodat voor elk wissewasje
iemand er op uit moest, voor de buitenmen-
schen nog de slacht in November, die ook
tijdelijk het heele huis op stelten zette, en-
zoovoort. Alleen was voor haar, die over een
ruime beurs beschikte, dienstpersoneel ge
makkelijk te krijgen, en deze ondergeschik
ten moesten ploeteren van den vroegen mor
gen tot den laten avond, een toestand die
nu gelukkig ook tot het verleden behoort.
Echter mogen wij niet vergeten, dat de
vrouw des huizes in dien tijd minstens even
hard mee zwoegde als haar dienstmeisje:
dergelijke afsloverij lag meer aan de on
dergeschiktheid van de vrouw dan van het
personeel!
In ieder geval echter was er heel wat te
doen, en voor geestelijken arbeid bleef voor
de huisvrouwen uit dien tijd bitter weinig
gelegenheid over.
De vrouwen zelf hebben dat als een fout
In de samenleving gevoeld, en met de nei
ging om zich ook op geestelijk gebied meer
te ontwikkelen, zijn tevens in den loop der
jaren veel technische veranderingen in de
huishouding gekomen, zoodat de voruw, zon
der haar boeltje te laten verslonsen, het
werk vlugger kan afdoen.
Wat zouden veel drukke gezinnen zijn
zonder telefoon, zonder stofzuiger, zonder
electrisch licht, zonder de leveranciers die
de bestellingen komen opnemen en ze uit
voeren, zonder dat de huisvrouw er een stap
voor behoeft te doeon. Hoevelen betalen er
tegenwoordig maandelijks over hunne bank
of over de giro, en hoe zouden wij met onze
handen in 't haar zitten, wanneer er geen
confectie te krijgen was en we alles, uit de
hand en op den draad, zelf moesten maken.
De Amerikaansche mrs. Christine Frede
rick schreef een boek over De Denkende
Huisvrouw, dat in deze rubriek besproken is,
en wij zijn er allemaal van overtuigd, dat
onze voor-moeders niet alleen bij ons ach
terstonden, doordat zij zooveel gemakken
missen moesten, die wij nauwelijks meer
tellen, maar dat zij ook een onnoodige
lompslomp om zich heen hadden, die het
werk veel ingewikkelder en langduriger
maakte, dan eigenlijk noodig was.
En doordat er nu zoolang op ditzelfde
aanbeeld is gehamerd bij ons vrouwen van
tegenwoordig, zijn er velen die als zeer be
grijpelijk gevolg naar den anderen kant
zijn omgeslagen, en die haar taak als huis
vrouw zoo gemakkelijk mogelijk opnemen.
Zij raffelen het werk af, en zijn verder den
geheelen dag in touw om aan haar geeste
lijk welzijn te werken, of om pretjes na te
jagen.
De leveranciers vinden de bestellingen op
de lijst naast de deur, wat heel practisch is,
want het voorkomt noodeloos gebel en ge
loop Maar mevrouwtje gaat de deur uit, ver
geet iet-s, en bij het thuiskomen op het laat
ste nippertje, blijkt het er niet te zijn. 't Is
jammer, heet het dan, maar niets erg, de
blikjes brengen uitkomst!
Die blikjes nu zijn een probleem van on
zen tijd. Letterlijk alles is in blikjes ver
krijgbaar; heele maaltijden kunnen tege
lijk uit het blik worden opgediend: vleescn
en groenten behoeven slechts gewarmd te
woi-den, soep wordt aangelengd en gewarmd,
onberispelijke dessertschoteltjes worden zoo
uit het blik op tafel gebracht. Een hors
d' oeuvre in blik, lunchschoteltjes. het gaat
alles even gemakkelijk en eenvoudig.
Waarom dan niet? zal menigeen vragen.
Omdat het persoonlijke element ontbreekt.
Kom bij twintig families, waar gehakt uit
blik wordt gegeten, en het zal bij al die twin
tig gezinnen precies eender smaken. Het is
om van te rillen!
Geen kwestie van persoonlijken smaak
komt er meer bij in het geding: er komt een
soort van eenheids-smaak van de fabrieken
van geconserveerde levensmiddelen, waar'oij
het. blikje dan ook nog een beetje van zijn
eigen persoon bijdraagt.
In Amerika heeft dit gebruik van blikjes
voor de dagelijksche maaltijden een enor-
men omvang aangenomen. En de eenige re-
.den daartoe is gemakzucht: de fabriek
heeft de combinaties in de blikjes voor ons
klaar, we hoeven er maar een greep uit te
doen.
Natuurlijk is het enorme tekort aan per
soneel hieraan ook wel schuld, maar dit
kan toch niet alle verantwoording dragen.
Het kwaad ligt hierin, dat de huishouding
een noodzakelijk kwaad zou zijn, en het le
ven daarbuiten alleen het ware.
Natuurlijk kunnen die blikjes een uit
komst zijn in geval van nood. .wanneer on
verwachte gasten tegen etenstijd komen op
dagen, of wanneer door een zieke het huis
houden uit het gewone doen is geraakt. En
een enkele maal zullen zij een zeer smake
lijke afwisseling zijn.
Maar ze zijn aan te bevelen als uitzonde
ring of noodmaatregel en niet voor dage
lij ksch gebruik.
Natuurlijk komen er bij al te veel vereen
voudiging van het huishouden nog meer
uitwassen voor, maar de keuken en wat
daarmee samengaat is toch altijd nog het
belangrijkste en zonder een lekkerbek of
een fijnproever te zijn, kan men toch zeggen,
dat de maaltijden de belangrijkste plaats
innemen in het huishoudelijk werk van
lederen dag.
E. E. J.—P.
De hoogwelgeboren heer O. W. kwam tot de
ontdekking, dat z'n woning hem te klein was
geworden niet omdat z'n kindertal zich tot
ongewone grootte had uitgebreid, maar als
gevolg van het feit, dat zoowel z'n vrouw als
z'n kinderen vonden, dat hun welstand wat
meer naar buiten behooren uit te stralen. Dies
kwam er een nieuw en grooter huis, in
een oude, maar deftige buurt van de stad.
Vanzelfsprekend konden in het nieuwe huis
de vroegere meubeltjes, die zoo lange jaren
tot aller bevrediging hadden dienst gedaan,
geen genade meer vinden, en werden dus als
niet langer bruikbaar afgedankt. Toen fcwam
de moeilijkheden van de inrichting. Men had
gehoord van deftige families, die hun vloe
ren belegd hadden met Perzische tapijten,
en wier meubels echt antiek waren, oud Hol-
landsch, Queen Anne of Empirestijl. En ze
gingen daarom naar een meubelwinkel wiens
eigenaar op het hooren hunner wenschen
met zooveel overtuiging zijn kennis van
meubelstijlen debiteerde, dat hij de opdracht
kreeg de familie O. W. naar alle regelen der
kunst in te richten. De volgende dagen kwam
er een legertje behangers en stoffeerders op
dagen, die papier van 20 gulden per rol op
de muren plakten, Perzische en Turksche
tapijten legden en steeds maar meubels aan
sjouwden die dik opgepolsterd waren en met
zwaar en gebloemd trijp overtrokken. Ein
delijk was alles klaar en toen de familie
O. W. zich in de zachte, diep veerende kus
sens gevleid had, de lichtkronen met elec-
trische kaarsen had opgestoken, en de doch
ter des huizes met ontembare energie „Ich
Küsse ihre Hand Madame" aan den prachti-
gen vleugel ontworstelde ja, toen was de
familie O. W. nog steeds geen deftige familie;
en ze zal dat de eerstvolgende eeuw ook wel
niet worden, ondanks, of misschien wel juist
dóór haar zin voor „deftige" of „antieke"
meubeltjes.
De familie O. W. staat niet alleen; tal-
looze menschen die door prijzenswaardigen
ijver vaak, in de wereld wat vooruit zijn ge
komen, en zich dus volstrekt niet onverdiend,
nu eens het genoegen van een beter huis en
wat mooiere meubileering willen aanschaf
fen. vervallen daarbij in de dwaasheid het
„deftige" interieur van „deftige" menschen te
willen imiteeren. En daar ze volstrekt geen
kijk hebben op het essentieele van zoo'n def
tig interieur, koopen ze doorgaans dingen die
er wel iets op lijken, maar er zich overigens
tot verhouden als vensterglas tot kristal. Zij
bereiken er een soort deftigheid-op-eeri-
koopje mee, een houten-ham-illusie, die een
beetje ridicuul maakt voor degenen die over
een meer gecultiveerden smaak beschikken.
De moderne mensch behoort naar moderne
begrippen gehuisvest te zijn. Zoogoed als het
belachelijk zou zijn in een statiekaros te
rijden inplaats van een automobiel, is men
ook als men, gekleed in een modern sport-
pakje, plaats neemt in een vergulden Lcuis
XV stoel. Men zegge toch vooral niet, dat
onze moderne meubels zoo ongezellig zijn.
Integendeel, ze bieden zelfs meer intimiteit
dan de ouderwetsche en kunnen bogen op
tot nu toe niet bekende practische eigen
schappen. Men zie bijvoorbeeld eens op onze
teekening de canapé. Uitnecmbare kussens
zorgen, dat het meubel geen verzamelplaats
voor vuil wordt; en wat zegt ge van het aan
gebouwde boekenkastje, waarvan het boven
dek weer dient om er een kopje thee op te
plaatsen? De lage tafel voor de bank doet
misschien op het eerste gezicht wat vreemd
aan, maar zoodra men bemerkt hoe gemak
kelijk zoo'n tafel is als men er het theeblad
op gezet heeft en men zittende z'n gast
thee kan schenken, denkt men daar wel
anders over. De moderne meubelarchitecten
zoeken onophoudelijk naar nieuwe vondsten
die ten doel hebben in de meubileering het
aangename met het practische te verbin
denEn het mooie is, dat niemand er een
kleiner of grooter O.W.-ertje in lijkt.
ABRIKOZENROL.
Wasch een half pond gedroogde abriko
zen. Zet ze daarna op een laag vuur met
zooveel water, dat ze juist onder staan. Laten
sudderen tot ze zacht geworden zijn. Voeg
nu 2 eetlepels suiker bij en laat weer 20
minuten staan sudderen.
Vervolgens de vloeistof afgieten en uit
laten lekken. Een te voren van bloem, suiker
gist, wat citroensap en geraspte citroenschil
gemaakt cakedeeg, rolt men nu heel dun uit
en spreidt daar over heen de abrikozen.
(De zijden van het deeg recht afsnijden).
De nu verkregen rol wordt met wat gesmol
ten boter ingewreven en daarna in een heeten
over gezet tot ze een mooie goudbruine
kleur heeft gekregen. Opdienen met een jus
van abrikozensap lichtelijk aangedikt met
wat maizena en smakelijker gemaakt door
een theelepel boter.