cjeneesi-en- V&tfvaait -huid INDRUKKEN UIT DE VOLKENBONDSSTAD. BIOSCOOP MARKTNIEUWS HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG DERDE BLAD 7 SEPTEMBER 1929 MacDonald aan 't woord. Ten tienden male is de Volkenbondsverga dering, sinds het bestaan van den Bond bijeen. Onwillekeurig leidt dit jubileum tot het maken van vergelijkingen en tot het na gaan, of en in hoeverre er in dit tenslotte nog maar korte tijdperk vorderingen zijn gemaakt. Welaan, ook degenen, die zich niet geroepen voelen om alles wat Genève doet en laat te prijzen, en die er niets voor voe len, dat men wat sommigen wel eens te veel doen de vergadering misbruikt om het gehoor op dooddoeners te tracteeren, zul len moeten erkennen, dat er inderdaad een vooruitgang van beteekenis te bespeuren valt. Nu trof het wel bijzonder goed, dat al bijkans dadelijk, nog heel in het begin der algemeene beschouwingen een man als Ram say Macdonald aan het woord kwam. Op zijn redevoering had een ieder zich gespitst en zoo heeft een uitverkocht huis, tot den nok toe gevuld, met warme belangstelling zitten luisteren naar de redevoering van den huidi- gen Britschen Eersten Minister. Welk een gansch ander geluid liet hij hooren, dan de man, die voor hem, na 1924 steeds de leider der Engelsche afvaardiging is geweest. Nu eerst drong tot menigeen duidelijk door, hoe Chamberlain toch in veel te veel opzichten een remmende kracht voor de verdere ont wikkeling van het werk van Genève is ge weest, doordat hij zich te zeer op een be krompen eenzelvig Engelsch standpunt stelde. Dat is nu uit. Los van de vele mooie woor den en gebaren, die aan Macdonald's rede een soms wel eens wat al te pathetisch tintje gaven, kwam de zakelijke inhoud van zijn betoog hierop neer, dat het tegenwoordige Engelsche bewind met frisschen moed aan den uitbouw der Volkenbondsgedachte wenscht mee te werken. Macdonald aan vaardt in de praktijk de consequenties van het verdrag van Parijs tot uitbanning van den oorlog dat hij van een theoretische over eenkomst tot een praktische waardevolle afspraak wil maken. Zoo kon hij ook met na druk ijveren voor duchtig aanpakken van de internationale ontwapening, waarbij hij on der stormachtig gejuich van het gehoor ver meldde, dat ten opzichte van de vlootkwes- tie de besprekingen met Amerika zoo ver gevorderd zijn, dat men het over 17 van de 20 hierbij betrokken punten al eens is ge worden, terwijl de hoop zou bestaan, dat ook nog omtrent de drie niet volkomen opge loste kwesties overeenstemming tot stand zou komen, nog voor de vergadering uitéén gaat. Bovenal groot was de geestdrift, toen de Engelsche Premier aankondigde, dat Enge land van zins is de zoogenaamde facultatieve clausule betreffende de verplichte recht spraak van het Internationaal Gerechtshof te teekenen. Merkwaardig, welk een ontzag gelijken indruk deze mededeeling (vergezeld van de opmerking, dat vermoedelijk de Do minions eenzelfden stap zullen ondernemen) op het publiek maakte. Het applaus nam bij kans geen einde, kortom de instemming was ongereserveerd, zoo merkte een ondeugend waarnemer op, blijkbaar zinspelende op de mogelijkheid, dat tenslotte bedoelde toetre ding wel met eenige reserves gepaard zal gaan. Wij vroegen Minister Henderson hier naar, die ons verklaarde, dat dienomtrent nog niets valt mee te deelen, zoolang de be sprekingen t-usschen de verschillende dee len van het Britsche Rijk over deze aange legenheid nog niet geëindigd zijn. Doch, zoo voegde hij er aan toe, gij behoeft niet be vreesd te zijn, dat de eventueele reserves van groot internationaal belang zullen zijn en dat zij als het ware een deel van de betee kenis der aanvaarding van de verplichte rechtspraak weer ongedaan zouden maken. Geheel en al nieuw was natuurlijk ook het geluid, dat MacDonald liet hooren omtrent de verplichtingen, die de oude landen van Westersche beschaving hebben tegenover de staten van het Oosten. Dien staten moet men in hun gerechtvaardigd verlangen na»ar rechtsgelijkheid tegemoet komen en niets ware verkeerder dan hen nog langer hoog vaardig te behandelen als gemeenschappen van een lagere orde. In dit verband kregen we ook nog even een waarschuwing te hoo ren aan het adres van meerderheden, welke minderheden binnen hun staatsverband be hoorlijk dienen te behandelen. En toen leg de de Eerste Minister van Engeland als het ware tegenover de internationale wereld verantwoording af met betrekking tot wat er in het mandaatsgebied Palestina ge schied is en geschieden moet. Bepaald on gelukkig was in dit verband MacDonald's bewering, dat de droeve voorvallen in Pa lestina niets te maken hadden met ras- of godsdienst-geschillen, doch louter en alleen beschouwd moesten worden als binnen- landsche, onpolitieke relletjes. Hij moge zijn erden hebben om zulks tegenover bepaalde elementen te willen beweren, het had niets voor, een dergelijke met de feiten in strijd zijnde bewering in de Volkenbondsverga dering uit te spreken. Door te veel te zeg gen, zei hij in dit opzicht tenslotte te wei nig. Na afloop van zijn rede, die hier en daar ontegenzeggelijk al te rijk was aan uiterlijk gedoe (stemverheffing en armenge zwaai kon men juist waarnemen bij die ge deelten, waar de spreker zelf wat de zaak betrof niet heel sterk stond) vroegen we Minister MacDonald naderen uitleg van zijn opmerking over het karakter der woe lingen in Palestina en toen bleek, dat hij er vooral op uit wilde zijn den leiders van Jo den en Arabieren voor oogen te houden, dat samenwerking plicht was. Daarom heeft het geen zin hier te gaan betoogen, wat trou wens niet voor verantwoordelij kheid dei- bedoelde leiders komt, dat rassen- en gods dienstverschillen tot de moordpartijen ge leid hebben. Doch is het niet een feit, zoo vroegen wij nog, dat, los nu van de leiders, wat er gebeurd is, wat de massa gedaan heeft, wel degelijk een dusdanig karakter bezat? Vraag mij niet naar wat er gebeurd is; ik wil liever letten op de toekomst, luid de het antwoord, dat ongetwijfeld nog na der de zwakke stee in de rede tot uiting deed komen. Trouwens, niemand, ook niet onder de Engeischen heeft deze passage kun nen bewonderen, maar dat neemt niet weg, dat men voor de verschillende goede dingen die gezegd zijn, alle waardeering moet koes teren. Wij hebben lang stil bestaan bij Mac Donald's rede. omdat zij ongetwijfeld een keerpunt te Genève kan beteekenen, nu Engeland weer met alle kracht aan de ver dere ontwikkeling der Volkenbondsgedachte en van de idealen van den Bond wil mee werken. In zooverre is het optreden van den Britschen Premier zeer zeker als een ver blijdend verschijnsel te beschouwen. Moge op* de vele hoopvol klinkende woorden ook de daden volgen. Dr. E. v. K. REMBRANDT THEATER Nieuw bijprogramma; An der schonen blauen Donau gepro longeerd. Het U.F.A.-joumaaI Is beter dan dat van de Fox. Het is meer verzorgd, vooral in de ti tels, het ademt dien geest van een moderne Duitsche cultuur, zooals die overal aan den dag treedt in de 10-jarige republiek, in bouw werken, in kunst, in tentoonstellingen, gelijk de groote reclame-tentoonstelling te Berlijn er een is. Die reclame-tentoonstelling is op genomen in deze filmreportage, naast plaat jes van het 10-jarig bestaan van de repu bliek en van ritten over de wadden, voor heen en thans. Holland's journaal van Poly goon is ook beter dan dat van Fox, de film verslaggever had een aardig idee, toen hij een muziekkox-ps hoorde en de techniek van de versnelde film aanwendde om een carica- tuur van de uitwerking der muziek te ge ven. Dit alles ter gelegenheid van het Ko ninklijk bezoek aan Enschedé. Harry Langdon lijkt in zijn gezicht op Billy Dooley en ook wel wat op Harold Lloyd. Maar hij heeft niet het gulle van den eerste en niet het fijn-geestige van Harold. Hij valt minder op, maar toch is hij komiek. Doch dat wij hem op zijn best gezien hebben in een filmpje waarvan de naam ons ontgleden is, gelooven wij toch niet. Op het tooneel komen de Volendamsche harmonicaspelers met den exotischen naam van „4 Ka'eths" als oude bekenden en voeren via Traviata en Ich küsse Ihre Hand Madame met behulp van Ramona en Madchen, mein Madchen, mitsgaders den Weissen Flieder het publiek tot een enthousiasme, dat tot hei-haalde toegiften noopt. Inderdaad heeft dit gezelschap sinds het een vorigen keer „Rembrandt" bezocht aan humor en verve nog niets verloren. En dan: An der schonen blauen Donau Is geprolongeerd. Mejuffrouw Mia v. d. Eynde zingt er weer bij, maar geeft tevens als va riété twee Fransche ai-ia's, die voor haar een éclatant succes beteekenen. STANDAARD-THEATER. „Vaderschap" en „Zonnestraaltje" Een zeer groot programma. Wie meer op kwantiteit dan op kwaliteit let. wie waar voor zijn geld wil hebben, wie vijf films in één voorstelling wil bekijken plus een cabaret-nummer, die ga naar „Standaard" waar maar eventjes zeventien rollen film, zeventien acten afgedraaid wor den. Het is misschien wel een Nederlandsch recorc' En als het programma niet zoo met zorg was samengesteld, dan zouden we te veel van het goede gekregen hebben. Het begint met een aardig journaal, weldra gevolgd door een zotten twee-acter, met die ven en prinsen, dewelke ook weer gevolgd wordt door een groote Fransche film, geti teld „Vaderschap" en behandelende de zeer aandoenlijke geschiedenis van een vader die zich opoffert voor zijn eenige kind, en die gelukkig sterft als hij weet dat zijn dochter gelukkig is met een jongen man. Wij zullen er maar over zwijgen, dat het spel van de iongedochter en van den vader wel eens erg theatraal, „met de rechterhand op den linker borstzak", is, het publiek waardeert deze film met een auto-ongeluk en een goed opgeno men fabrieksbrand zeer. Dan treedt Eduard Kapper op met be schaafd gezongen liefdjes en aardige mop pen, waarna een schitterend filmpje in twee acten van de eerste Zeppelin, van Graf Zep pelin, van d e „Graf Zeppelin" vertoond wordt. Buitengewoon mooie beeldvlakverdee- ling is in deze documentaire film te bewon deren. Tenslotte zeven acten humor uit New York's achtex-buurten„Zonnestraaltje". We hebben slechts een gedeelte van deze film gezien, maar 't feit dat de vermakelijke en goede Max Davidson er een rol in veiwult en dat Bai-bara Bredford met d'r aai-dige snoetje als „Zonnestraaltje" speelt, zegt ons genoeg, om te weten dat ook deze film zeker het bekij ken waard is. PALACE. Vilma Banky en Ronald Colman in „Onder Alva's Schrikbewind". Barones Orczy, de bekende schrijfster, die voor haar roman-onderwerpen hei-h aaide- lijk geïnspireerd is, op onze geschiedenis uit den tachtigjarigen oorlog, heeft oa. ook geschreven „Lederkap", de roman, waaruit deze film „Onder Alva's Schrikbewind" ge trokken is. Wanneer deze film ons eenvoudig gaf de geschiedenis tijdens de Spaansehe over- heersching, zooals we die op school leerden, dan was een groot deel van de spanning er al af, omdat we in groote lijnen ons het verloop nog wel herinneren uit oxxzen school tijd. Deze film speelt in 1572 in de Zuidelijke Nederlanden, voornamelijk te Gent, en ont vouwt ons nooit geweten gezichtspunten. Vol spanning volgen we het wisselend spel van nu eens Alva, dan weer Lederkap aan de winnende hand. Het is voor ons Nederland- sche hart maar goed te weten, dat het ten slotte voor Lederkap toch nog goed uit komt, want we beleven met Lederkap menig benauwd, oogenblik. waaruit geen redding meer mogelijk schijnt. Het is een film, die boeit en vooral door Vilma Banky, Ronald Colman en Alva schitterend gespeeld wordt. Alva heeft zich een mooïen kop gemaakt, al wijkt deze dan ook af van de afbeeldingen die wij van hem kennen. Een attractie te meer van deze film is, dat ze gedeeltelijk opgenomen is als zingende-musiceerende film met geluidseffecten. Eddie Peabodv en Jimmy Maisel de banjo spelers in hun repertoire zijn opgenomen als Vitaphone-film. De muziek komt heel goed door, het gesproken en gezongen worod niet zoo duidelijk De Vlaamsche humorist Lamoen heeft het publiek vermaakt, met zijn grappige liedjes en ons in bewondering gebracht voor zijn imiteer kunst. Met de eenvoudigste hulpmiddelen toovert hij zich zonder grimeeren om in een oud koopmannetje, een kamerkatje en een oud besje; een hoedje, een pruikje, een boe zelaartje, een haarband is al wat hij noodig heeft, 't Was heel mooi. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct». per re*et. LUXOR-THEATER. Jenny Jugo en Walter Jansen in „Schoppenvrouw"; het gees tige filmwerk, „Pas op voor ge trouwde mannen". „Schoppenvrouw" (Pique Dame) is een spelersfilm, waarbij men slechts afschuw kan hebben voor de spelers, die met verwrongen gezichten en bevende handen aan de speel tafel zitten, om als ze alles verloren heb benzelf het einde te zoeken. Wat is de figuur van Tomsky geheel anders dan b.v. die van ingenieur Hermann, die, als alles voor hem afgeloopen schijnt, door Lisa naar het venster wordt geleid en dan de menschen naar de fabriek ziet gaan, hetgeen hem zoo veel geestkracht geeft dat hij vergetelheid zoekt in den arbeid. Hermann (onze landge noot Walter Jansen) is ingenieur op de fa briek van Tomsky's oom (Henry de Vries). Als Tomsky bij zijn oom om geid komt en het niet krijgt, vi-aag hij het aan Hermann, die het hem wel geeft. Het geluk is Tomsky gunstig en Hermann ontvangt het geld terug. Als Hei-mann zich eindelijk laat overhalen ook naar de speelzaal te gaan, bezoeken ze eerst nog het huis van Tomsky. waar juist diens grootmoeder en nichtje Liza uit rijden zullen gaan. Eén blik is beslissend voor de jongelui. Hermann wordt dan geheel in be slag genomen door den speelduivel. Tomsky vertelt hem hoe de grootmoeder eens een ge heel fortuin gewonnen heeft door een sys teem. Dit systeem machtig te worden is het streven van den ingenieur. De omgang t-us schen Liza en Hermann is vertrouwelijker geworden, maar de grootmoeder verbiedt dit. Als Hermann aart de grootmoeder het sys teem vraagt, schrikt ze zóó, dat ze sterft. In haar hand heeft ze drie kaarten, die voor Hermann het systeem beteekenen. Liza ziet hem inmiddels voor den moordenaar aan. Hermann neemt veel geld op en als hij aan de_ speeltafel heel veel gewonnen heeft, krijgt hij een verkeerde kaart en alles is verloren. Als hij thuis komt, vindt hij daar Liza en zijn moeder op hem wachten en den volgen den morgen gaat hij, geheel veranderd, naar zijn werk. Geheel anders dan Tomsky, die zich aan de speeltafel voor het hoofd schiet. Het geheel is een pi-achtfilm, met goed spel en uitstekend van inhoud. Vooral Jenny Jugo en Walter Jansen munten uit. „Pas op voor getrouwde mannen" is een geestig filmwerk, waarin herhaaldelijk gela chen wordt om de moeilijkheden waarin de hoofdpersoon telkens verward raakt, door zijn afspraakjes. Voor de vroolijkheid zorgt ook de detective die gehuwd is om de gan gen van mijnheer na te gaan. Bij den aanvang van het programma had den we bewonderd den bouw van de Zugspitz- bahn. We kunnen dit programma ten zeerste aanbevelen.. „BURENGERUCHT". EEN RUSTKUUR DIE NIET MEEVIEL. „Beter een goede buur dan een verre vriend" is een Hollandsch spreekwoord, maal ais je vaak de zittingen van den Politie rechter bijwoont ben je wel eens geneigd er een variatie op te maken. „Liever géén buur dan zulke buren!" Vrijdag voelden we die neiging weer sterk bij ons opkomen. Luistert u maar: De familie G. woonde vroeger te Mon nikendam. Maar daar konden de verschil lende leden der familie het met de buren niet vinden. Een van die buren ging (vol gens het verhaal van mej. G. aan den Po litierechter) met een mes tegenover de thans 32-jarige dochter des huizes, Aaltje G. staan met het klaarblijkelijk doel haar te doorsteken, althans ernstig letsel toe te brengen, aan welk boos voornemen geen gevolg werd gegeven om redenen die niet duidelijk werden en bovendien werd er bij de G.'s ingebroken, van welke inbraak mej. G. de buren verdacht. De verhouding werd steeds meer gespannen, de heer G., het hoofd des gezins, raakte overspannen en zoo trok het gezin naar de vredige Beemster, waarbij vergeleken Monnikendam, een wereld stad is. Daar hoopten zij rust te vinden en vooral: prettiger buren. Groote teleurstelling! Te Beemster sloeg het gezin G. zijn ten ten op naast de familie K. enheel spoe dig was het alweer mis! „De K.'s vielen niet mee!", verklaarde het vrouwelijk hoofd van het gezin G. In 't bijzonder boterde het niet tusschen de twee dochters der families, Aaltje G. en Niesje K. En op den 16en Mei gooide Aaltje Niesje allerlei lieflijkheden naar het hoofd, beschul digde haar van diefstal van boeken en bloem bollen en uitte zich op grof-beleedigende wijze over de moeder van Niesje. „Ze heeft zóó'n haat aan ons", vertelde Niesje, „altijd is het. maar schelden. Het is bijna niet meer uit te houden. En daarom is het nu maar eens aangegeven". Aaltje heette alles te liegen en Aaltjes verdediger, Mr. P. Tideman, tapte al sprak hij niet zóó beslist van liegen en al gaf hij toe dat hier wel aan beide zijden schuld zou zijn toch ook pit 'n ander vaatje dan Niesje. Of liever: hij ..tapte" uit een kof fertje. Mr. Tideman toch stapte de rechts zaal binnen met een koffertje en tooverde daaruit te voorschijn eenige boeken (waar bij „De Aai'dboP' in afleveringen en andere wetenschappelijke werken) mitsgaders een bouquet immortellen. PL deelde mede dat de G.'s er de K.'s van beschuldigen gezegde boeken en ook de immortellen bij hen ge stolen te hebben. Dit geeft aanleiding tot voortdurende laten wij het zacht zeg gen: verwijten. En de verdediger deelde verder mede, dat de vader van Aaltje blootstaat aan mishan deling van de zijde der familie K., hetgeen onlangs aanleiding gegeven heeft tot een strafzaak voor het Kantongerecht van Pur- merend, waarbij de vader van Niesje, die den vader van Aaltje met steenen had ge gooid, straf en een flinke sohrobeering van den Kantonrechter had opgeloopen. Mr. Tideman was goed gedocumenteerd, want hij bracht ook een verklaring mee van 31 te goeder naam en faam bekend staande Monnikendammers (waarbij een notaris en eenige schoolhoofden), die allen met hun handteekening hadden gestaafd dat Aaltje's vader een fatsoenlijk man was en de ge- heelc familie G. bestond uit rustige menschen. Aaltje was een edelaardig en fatsoenlijk meisje. Maar het O.M. was óók gedocumenteerd. Het las brieven voor van den burgemeester van Monnikendam en van Beemster, die daarin beiden zeiden dat Aaltje lastig was voor haar omgeving en dat de schuld van alles altijd lag bij de familie G. Wegens beleediging eischte het O.M. ten slotte f 20 of 10 dagen hechtenis tegen Aaltje. Zij kreeg van den Politierechter f 15 boete of 10 dagen en den raad zich nu ver der kalm te houden. HET TOONEEL. „DE FAMILIE STASTOK". Door „Het Schouwtoonecl". ,3ewerklngen" van boeken voor het too neel hebben mijn sympathie niet. Al is de inhoud van het boek nog zoo getrouw gevolgd, je krijgt toch altijd een tweeslachtig ding als gevolg der bewerking: je krijgt, de denkbeel den en de taal van den oox-spronkelijken schrijver en daar doorheen geklutst, als een ei door de melk. de taal en de denkbeelden van den bewerker. En de bewerker is meestal in beide opzich ten stukken minder dan de schrijver. Eenmaal aangenomen dat het met bewer kingen nu eenmaal altijd zoo gaat en dat ook „De Familie Stastok" aan dit lot niet ontsnapt is (want wat is b.v. dat laatste^ be drijf toch eigenlijk een vreemdsoortig aan hangsel! geeft dit. stuk toch zoo vee! aardige en fleurige tafereelen te zien. zoo'n prettigen vlotten dialoog te hooren. vooral waar wij Hildebrand's taal onaangelengd krijgen, dat de sympathie, waarmede Vrijdagavond een betrekkelijk kleine schai'e Haarlemmers de zen inluider van het seizoen heeft ontvan gen, ons in 't geheel niet verwondei-de, ja dat wij er van harte mede konden instemmen. Hoe prachtig ki'egen we daar den tijd van „omstreeks 1840" uitgebeeld, met zijn vele ge breken; hoe boeide de „avondpartij" ten huize van de Stastoks ook door het uitmuntende spel; wat 'n aardig tafei-eeltje was dat op de boerderij De figuren uit dit stuk geven bijna alle ruimschoots gelegenheid tot t.ypeering en de artisten van „Het Schouwtooneel" maken daarvan een dankbaar gebruik. En dan denken we in de eerste plaats aan Keesje, het- Diaconiehuismannetje, dat door Hein Harms, die alles voor zulke figuren mee brengt, zoo echt gevoelig en ontroerend werd gegeven. Hildebrand heeft ook in dit stuk we! de mooie rol, maar Cor Hermus weet hem be scheiden en ingetogen te houden, geen oogen blik dringt zich deze beschaafde en weldoen de figuur naar voren. En wat was die me vrouw Doi-been van mevr. de Boer van Rijk weer goed. Hoor haar Borger's ..meesterstuk", „het Rijntje", x-eciteex-en, met die nu en dan open en dichtklappende schaar in de handen, hoor haar oordeel over Hildebrand's voor dracht: „Als 't kindje binnenkomt"; „Héél aardig: het vérs!" Is er wel een tweede actrice in ons land die zóó'n wereld van in gehouden, venijnige afkeuring en hoon in t-wee woorden kan leggen? En wat zag ze er kostelijk uit! Een uitstekend type had ook Carel Rijken van Pieter Stastok gemaakt, goed hield hij deze waarlijk niet gemakkelijke rol tot het laatst toe vol. Dat intusschen het lieve, schalksche vei-standige kind, dat Dogi Rugani in Koosje van Naslaan uitbeeldde, zooveel om dezen mensch geeft, kan dunkt ons alleen verklaard worden uit t feit dat Koosje ten slotte een vrouw is uit omstreeks 1840. Géén meisje uit „omstreeks 1929" zou dezen Piet accepteeren! Hetgeen niets afdoet aan de waarde van Carel Rij ken's waarlijk bijzon dere creatie. Die beide oud-Hollanders, oom Stastok (Ko van Dijk) en de heer Van Naslaan (Wil lem de Vries) werden ook uitstekend gety peerd; Sam de Vries was als Dorbeen naar behooren grappig en de Rudolf van Brammen van Ezerman naar behooren los, ruw en on gegeneerd. Heel goed ook de mevrouw Stastok van Lena Kleij. De te weinige aanwezigen toonden zich zeer verheugd over de wijze waai'op „Het Schouwtooneel" het seizoen heeft ingezet. E. JUBILEUM J. F. JANSEN Op 15 September zal de heer J. F. Jansen. Hoofdcontroleur bij de N. Z. H. T. M., zijn 25-jarig jubileum vieren. PERSONALIA Heden slaagde mej. Annie Prins te Haar lem voor het examen leerares-Duitsch van wege de vereeniging het Neaerl. Handels In stituut. MANNENKOOR CAECILIA Men schrijft ons: Donderdagavond hield decse vereeniging een feestelijke bijeenkomst voor haar leden, ter viering van het éénjarig bestaan van haar eigen gebouw, alsmede de opening van het nieuwe seizoen. Aan dezen avond ging een ledenvergade ring vooraf. Als eenig punt der agenda stond vermeld „benoeming eerevoorzitter". De voorzitter memoi'eerde xn zijn toelichting van dit voorstel het verscheiden van wijlen den heer van Ooy, wiens plaats thans door een ander moet worden ingenomen. Als candi- daat voor deze vacature was door het be stuur gesteld de heer J. P. Kok te Heemstede, welke reeds nauw aan de vereeniging was verbonden en ztfn belangstelling steeds heeft getoond. De heer Kok werd dan ook met algemeene stemmen tot eerevoorzitter gekozen en na zijn inkomst door de voorzitter met eenige welgekozen woorden geïstalleerd. Hierna werd den leden nog inzage gege ven van de exploitatierekening van het eigen gebouw, waaruit bleek, dat dit eerste jaar reeds, niettegenstaande diverse vernieuwin gen en verbeteringen werden aangebracht, een batig saldo had opgeleverd. Na dit offlcieele gedeelte was voor de rest van den avond het woord aan Kees Pruis, die met zijn ernstige en vroolijke liedjes er de stemming wist in te houden. Ook énkele le den en niet te vergeten de kwartetten Inter Nos en Euphonla verleenden nog hun mede werking. Het was reeds ver na twaalf uur, dat de voorzitter dezen gezelligen avond sloot met een woord van opwekking voor de komende repetities. EEN ONGEMAKKELIJK TOL- GAARDER. HIJ SMEET DEN TOLBOOM DICHT. Vrijdag moest zich een ongemakkelijk tol- gaarder voor den Politierechter verantwoor den. De tolboom te Zaandijk werd op den 15en Juni van dit jaar met kracht door den 62- jarigen tolgaarder H. J. S. dichtgesmeten, juist op het oogenblik dat er een auto aan kwam, waardoor de kap van dien auto be schadigd werd. De bejaarde ex-tolgaarder (hij vervult thans de functie xiiet meer), die zeer beslist in zijn verklaringen was en zijn voornemen te kennen gaf recht te gaan zoeken al was het bij den Hoogen Raad, deelde mede dat des morgens een auto gemakkelijk te her kennen als een Renault, xxxet snelle vaart, zonder te betalen den tol was gepasseerd. Toen hij nu denzelfden auto des middags zag terugkecren deed hij den tolboom dicht. Had de auto eerder gei-enxd, dan was er niets gebeurd. De bestuurder van den auto. en polder bestuurder, zeide dat het gebruik was dat hij bij zijn terugkomst betaalde. Dat was ook nu zijix bedoeling geweest. Maar de tolgaar der beweerde, den bestuurder door de snelle vaart waarmede hij reed, op de heenreis niet te hebben herkend. Een getuige verklaarde dat verdachte den boom „opzettelijk, brutaal en ondoordacht" had dicht gesmeten. De polderbestuurder had een civielen eisch van 27.50 voor schadevergoeding inge diend. Het O. M. meende dat de handelwijze van den tolgaarder niet verstandig was geweest, maar de opzet om den auto te beschadigen was toch niet aanwezig. Spr. vroeg dus vrij spraak, waarmede de civielx-echtelijke aan spraak meteen verviel. De Politierechter vereenIgde zich met dit requisitoir. PROGRAMMA VAN HET INSTITUUT VOOR ARBEIDERSONTWIKKELING Het Instituut voor Arbeidersontwikkeling opent 9 October het winterseizoen met een avond in den Haarlemschen Kegelbond, waar „De Stem des Volks" zal optreden, een toe passelijke causerie zal gehouden worden door De la Bella, voorzitter van het Centraal Be stuur en tot slot de bekende film „Krassin" vertoond wordt. Het maandprogramma voor September van het Instituut en de N. A. R. V. luidt; Zondag 8 September: Naar den Natuur vriendendag te Arnhem. Zondag 8 September: Excursie naar de Economische Tentoonstelling te Amsterdam onder leiding van H. Albers. Zondag 15 September: Autotocht naar het Westland, onder meer tot bezichtiging van druivenkassen. Zondag 22 September: Bezoek aan de Dahliakweekerij „Carlee" te Heemstede, on der deskundige leiding van Van Essen. Zondag 29 September: Bezoek aan het Ko loniaal Instituut te Amsterdam. EEN CURSUS VOOR ELECTRO-MONTEURS. Op een gecombineerde bestuursvergadering van de Vereeniging van Electro-Technische Werkgevers cn den R.K. Bond v. Werkgevers in Electro-Technische Bedrijven „Sint Anto- nius", beide voor Haarlem en omstreken, werd besloten dezen winter een cursus te or- ganiseeren voor opleiding van electro-mon- teurs, welke bij genoegzame deelneming zal gehouden worden van October 1929 tot April 1930. Deze cursus, waar dan theoretisch en practisch onderwijs zal gegeven worden, is in het leven geroepen om den electromonteur gelegenheid te geven zich In zijn vak te be kwamen en daarna een monteursdiploma te verwerven. Inlichtingen worden verstrekt bij alle aan gesloten electro-technische werkgevers. DE NASSAUBRUG WORDT VERLAAGD. Eenigen tijd geleden besloot de Raad om, nu de overige bruggen over de Nieuwe Gracht alle verlaagd zijn, ook de opritten van de Nassaubrug minder steil te maken. Het brug dek zou 80 c.M. lager komen te liggen. Met dit verlagen is de aannemer thans begonnen. De bestrating op de brug is opgebroken, zoo dat het rij verkeer over de Manegebrug of over de Kruisbrug moet eaan. De gietijzeren peilers onder de brug zullen voor de verla ging door kortere vervangen moeten worden. Het nieuwe brugdek zal gcaspalteerd worden, doch niet breeder dan het huidige zijn. UITGAAN. SCHOUWBURG JANSWEG. Zondag 8 September zal door de N.V. Het Groot Tooneel in bovengenoemden schouw burg een opvoering worden gegeven van het bekende stuk Rooie Sien, van Marinus Spree. De hoofdrollen worden vervuld door Mies Peyters en Joh. Langenaken. Deze voorstelling zal tevens de 1000e opvoe ring in ons land zijn. BEVERWIJK Noteering van 6 Sept 1929 Spinazie per kist f 0.100.60. Postelein per kist f 0.250.35 Andijvie per kist f 0.50—0.70. Wortelen, 100 bos f 8—16. Komkommers, per 100 f 27. Aardappelen, klei, per K.G. f 0.050.06. Idem zand f 0.06. Doppers per K.G. f 0.100.18. Capucijners per K.G. f 0.14—0.26. Raspers per K.G. f 0.160.28. Snijboonen, per K.G. f 0.10—0.20. Heerenboonen. per K.G. f 0.100.18. Trosboonen per K.G. f 0.220.24. Roode kool, per 100 f 49. Bloemkool per 100 f 10—20. Sla, per 100 krop f 1—3. Pieterselie, per bos f 0.05 Selderie, per bos f 0.060.08. Appelen, per K.G. f 0.100.20. Peren, per K.G. f 0.08—0.22 Bessen per K.G, f 1—1.20,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9