cjeneesi-en- V&tfvaait -huid
INDRUKKEN UIT DE VOLKENBONDSSTAD.
BIOSCOOP
MARKTNIEUWS
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG
DERDE BLAD
7 SEPTEMBER 1929
MacDonald aan 't woord.
Ten tienden male is de Volkenbondsverga
dering, sinds het bestaan van den Bond
bijeen. Onwillekeurig leidt dit jubileum tot
het maken van vergelijkingen en tot het na
gaan, of en in hoeverre er in dit tenslotte
nog maar korte tijdperk vorderingen zijn
gemaakt. Welaan, ook degenen, die zich niet
geroepen voelen om alles wat Genève doet
en laat te prijzen, en die er niets voor voe
len, dat men wat sommigen wel eens te
veel doen de vergadering misbruikt om
het gehoor op dooddoeners te tracteeren, zul
len moeten erkennen, dat er inderdaad een
vooruitgang van beteekenis te bespeuren
valt. Nu trof het wel bijzonder goed, dat al
bijkans dadelijk, nog heel in het begin der
algemeene beschouwingen een man als Ram
say Macdonald aan het woord kwam. Op zijn
redevoering had een ieder zich gespitst en
zoo heeft een uitverkocht huis, tot den nok
toe gevuld, met warme belangstelling zitten
luisteren naar de redevoering van den huidi-
gen Britschen Eersten Minister. Welk een
gansch ander geluid liet hij hooren, dan de
man, die voor hem, na 1924 steeds de leider
der Engelsche afvaardiging is geweest. Nu
eerst drong tot menigeen duidelijk door, hoe
Chamberlain toch in veel te veel opzichten
een remmende kracht voor de verdere ont
wikkeling van het werk van Genève is ge
weest, doordat hij zich te zeer op een be
krompen eenzelvig Engelsch standpunt
stelde.
Dat is nu uit. Los van de vele mooie woor
den en gebaren, die aan Macdonald's rede
een soms wel eens wat al te pathetisch tintje
gaven, kwam de zakelijke inhoud van zijn
betoog hierop neer, dat het tegenwoordige
Engelsche bewind met frisschen moed aan
den uitbouw der Volkenbondsgedachte
wenscht mee te werken. Macdonald aan
vaardt in de praktijk de consequenties van
het verdrag van Parijs tot uitbanning van
den oorlog dat hij van een theoretische over
eenkomst tot een praktische waardevolle
afspraak wil maken. Zoo kon hij ook met na
druk ijveren voor duchtig aanpakken van de
internationale ontwapening, waarbij hij on
der stormachtig gejuich van het gehoor ver
meldde, dat ten opzichte van de vlootkwes-
tie de besprekingen met Amerika zoo ver
gevorderd zijn, dat men het over 17 van de
20 hierbij betrokken punten al eens is ge
worden, terwijl de hoop zou bestaan, dat
ook nog omtrent de drie niet volkomen opge
loste kwesties overeenstemming tot stand zou
komen, nog voor de vergadering uitéén gaat.
Bovenal groot was de geestdrift, toen de
Engelsche Premier aankondigde, dat Enge
land van zins is de zoogenaamde facultatieve
clausule betreffende de verplichte recht
spraak van het Internationaal Gerechtshof
te teekenen. Merkwaardig, welk een ontzag
gelijken indruk deze mededeeling (vergezeld
van de opmerking, dat vermoedelijk de Do
minions eenzelfden stap zullen ondernemen)
op het publiek maakte. Het applaus nam bij
kans geen einde, kortom de instemming was
ongereserveerd, zoo merkte een ondeugend
waarnemer op, blijkbaar zinspelende op de
mogelijkheid, dat tenslotte bedoelde toetre
ding wel met eenige reserves gepaard zal
gaan. Wij vroegen Minister Henderson hier
naar, die ons verklaarde, dat dienomtrent
nog niets valt mee te deelen, zoolang de be
sprekingen t-usschen de verschillende dee
len van het Britsche Rijk over deze aange
legenheid nog niet geëindigd zijn. Doch, zoo
voegde hij er aan toe, gij behoeft niet be
vreesd te zijn, dat de eventueele reserves van
groot internationaal belang zullen zijn en
dat zij als het ware een deel van de betee
kenis der aanvaarding van de verplichte
rechtspraak weer ongedaan zouden maken.
Geheel en al nieuw was natuurlijk ook het
geluid, dat MacDonald liet hooren omtrent
de verplichtingen, die de oude landen van
Westersche beschaving hebben tegenover de
staten van het Oosten. Dien staten moet
men in hun gerechtvaardigd verlangen na»ar
rechtsgelijkheid tegemoet komen en niets
ware verkeerder dan hen nog langer hoog
vaardig te behandelen als gemeenschappen
van een lagere orde. In dit verband kregen
we ook nog even een waarschuwing te hoo
ren aan het adres van meerderheden, welke
minderheden binnen hun staatsverband be
hoorlijk dienen te behandelen. En toen leg
de de Eerste Minister van Engeland als het
ware tegenover de internationale wereld
verantwoording af met betrekking tot wat
er in het mandaatsgebied Palestina ge
schied is en geschieden moet. Bepaald on
gelukkig was in dit verband MacDonald's
bewering, dat de droeve voorvallen in Pa
lestina niets te maken hadden met ras- of
godsdienst-geschillen, doch louter en alleen
beschouwd moesten worden als binnen-
landsche, onpolitieke relletjes. Hij moge zijn
erden hebben om zulks tegenover bepaalde
elementen te willen beweren, het had niets
voor, een dergelijke met de feiten in strijd
zijnde bewering in de Volkenbondsverga
dering uit te spreken. Door te veel te zeg
gen, zei hij in dit opzicht tenslotte te wei
nig. Na afloop van zijn rede, die hier en
daar ontegenzeggelijk al te rijk was aan
uiterlijk gedoe (stemverheffing en armenge
zwaai kon men juist waarnemen bij die ge
deelten, waar de spreker zelf wat de zaak
betrof niet heel sterk stond) vroegen we
Minister MacDonald naderen uitleg van
zijn opmerking over het karakter der woe
lingen in Palestina en toen bleek, dat hij er
vooral op uit wilde zijn den leiders van Jo
den en Arabieren voor oogen te houden, dat
samenwerking plicht was. Daarom heeft het
geen zin hier te gaan betoogen, wat trou
wens niet voor verantwoordelij kheid dei-
bedoelde leiders komt, dat rassen- en gods
dienstverschillen tot de moordpartijen ge
leid hebben. Doch is het niet een feit, zoo
vroegen wij nog, dat, los nu van de leiders,
wat er gebeurd is, wat de massa gedaan
heeft, wel degelijk een dusdanig karakter
bezat? Vraag mij niet naar wat er gebeurd
is; ik wil liever letten op de toekomst, luid
de het antwoord, dat ongetwijfeld nog na
der de zwakke stee in de rede tot uiting
deed komen. Trouwens, niemand, ook niet
onder de Engeischen heeft deze passage kun
nen bewonderen, maar dat neemt niet weg,
dat men voor de verschillende goede dingen
die gezegd zijn, alle waardeering moet koes
teren.
Wij hebben lang stil bestaan bij Mac
Donald's rede. omdat zij ongetwijfeld een
keerpunt te Genève kan beteekenen, nu
Engeland weer met alle kracht aan de ver
dere ontwikkeling der Volkenbondsgedachte
en van de idealen van den Bond wil mee
werken. In zooverre is het optreden van den
Britschen Premier zeer zeker als een ver
blijdend verschijnsel te beschouwen. Moge
op* de vele hoopvol klinkende woorden ook
de daden volgen.
Dr. E. v. K.
REMBRANDT THEATER
Nieuw bijprogramma; An der
schonen blauen Donau gepro
longeerd.
Het U.F.A.-joumaaI Is beter dan dat van
de Fox. Het is meer verzorgd, vooral in de ti
tels, het ademt dien geest van een moderne
Duitsche cultuur, zooals die overal aan den
dag treedt in de 10-jarige republiek, in bouw
werken, in kunst, in tentoonstellingen, gelijk
de groote reclame-tentoonstelling te Berlijn
er een is. Die reclame-tentoonstelling is op
genomen in deze filmreportage, naast plaat
jes van het 10-jarig bestaan van de repu
bliek en van ritten over de wadden, voor
heen en thans. Holland's journaal van Poly
goon is ook beter dan dat van Fox, de film
verslaggever had een aardig idee, toen hij
een muziekkox-ps hoorde en de techniek van
de versnelde film aanwendde om een carica-
tuur van de uitwerking der muziek te ge
ven. Dit alles ter gelegenheid van het Ko
ninklijk bezoek aan Enschedé.
Harry Langdon lijkt in zijn gezicht op
Billy Dooley en ook wel wat op Harold Lloyd.
Maar hij heeft niet het gulle van den eerste
en niet het fijn-geestige van Harold. Hij valt
minder op, maar toch is hij komiek. Doch
dat wij hem op zijn best gezien hebben in
een filmpje waarvan de naam ons ontgleden
is, gelooven wij toch niet.
Op het tooneel komen de Volendamsche
harmonicaspelers met den exotischen naam
van „4 Ka'eths" als oude bekenden en voeren
via Traviata en Ich küsse Ihre Hand Madame
met behulp van Ramona en Madchen, mein
Madchen, mitsgaders den Weissen Flieder
het publiek tot een enthousiasme, dat tot
hei-haalde toegiften noopt. Inderdaad heeft
dit gezelschap sinds het een vorigen keer
„Rembrandt" bezocht aan humor en verve
nog niets verloren.
En dan: An der schonen blauen Donau Is
geprolongeerd. Mejuffrouw Mia v. d. Eynde
zingt er weer bij, maar geeft tevens als va
riété twee Fransche ai-ia's, die voor haar een
éclatant succes beteekenen.
STANDAARD-THEATER.
„Vaderschap" en „Zonnestraaltje"
Een zeer groot programma.
Wie meer op kwantiteit dan op kwaliteit
let. wie waar voor zijn geld wil hebben, wie
vijf films in één voorstelling wil bekijken
plus een cabaret-nummer, die ga naar
„Standaard" waar maar eventjes zeventien
rollen film, zeventien acten afgedraaid wor
den. Het is misschien wel een Nederlandsch
recorc' En als het programma niet zoo met
zorg was samengesteld, dan zouden we te
veel van het goede gekregen hebben.
Het begint met een aardig journaal, weldra
gevolgd door een zotten twee-acter, met die
ven en prinsen, dewelke ook weer gevolgd
wordt door een groote Fransche film, geti
teld „Vaderschap" en behandelende de zeer
aandoenlijke geschiedenis van een vader die
zich opoffert voor zijn eenige kind, en die
gelukkig sterft als hij weet dat zijn dochter
gelukkig is met een jongen man. Wij zullen
er maar over zwijgen, dat het spel van de
iongedochter en van den vader wel eens erg
theatraal, „met de rechterhand op den linker
borstzak", is, het publiek waardeert deze film
met een auto-ongeluk en een goed opgeno
men fabrieksbrand zeer.
Dan treedt Eduard Kapper op met be
schaafd gezongen liefdjes en aardige mop
pen, waarna een schitterend filmpje in twee
acten van de eerste Zeppelin, van Graf Zep
pelin, van d e „Graf Zeppelin" vertoond
wordt. Buitengewoon mooie beeldvlakverdee-
ling is in deze documentaire film te bewon
deren.
Tenslotte zeven acten humor uit New York's
achtex-buurten„Zonnestraaltje". We hebben
slechts een gedeelte van deze film gezien,
maar 't feit dat de vermakelijke en goede
Max Davidson er een rol in veiwult en dat
Bai-bara Bredford met d'r aai-dige snoetje als
„Zonnestraaltje" speelt, zegt ons genoeg, om
te weten dat ook deze film zeker het bekij
ken waard is.
PALACE.
Vilma Banky en Ronald
Colman in „Onder Alva's
Schrikbewind".
Barones Orczy, de bekende schrijfster, die
voor haar roman-onderwerpen hei-h aaide-
lijk geïnspireerd is, op onze geschiedenis
uit den tachtigjarigen oorlog, heeft oa. ook
geschreven „Lederkap", de roman, waaruit
deze film „Onder Alva's Schrikbewind" ge
trokken is.
Wanneer deze film ons eenvoudig gaf de
geschiedenis tijdens de Spaansehe over-
heersching, zooals we die op school leerden,
dan was een groot deel van de spanning er
al af, omdat we in groote lijnen ons het
verloop nog wel herinneren uit oxxzen school
tijd.
Deze film speelt in 1572 in de Zuidelijke
Nederlanden, voornamelijk te Gent, en ont
vouwt ons nooit geweten gezichtspunten.
Vol spanning volgen we het wisselend spel van
nu eens Alva, dan weer Lederkap aan de
winnende hand. Het is voor ons Nederland-
sche hart maar goed te weten, dat het ten
slotte voor Lederkap toch nog goed uit
komt, want we beleven met Lederkap menig
benauwd, oogenblik. waaruit geen redding
meer mogelijk schijnt. Het is een film, die
boeit en vooral door Vilma Banky, Ronald
Colman en Alva schitterend gespeeld wordt.
Alva heeft zich een mooïen kop gemaakt, al
wijkt deze dan ook af van de afbeeldingen
die wij van hem kennen. Een attractie te
meer van deze film is, dat ze gedeeltelijk
opgenomen is als zingende-musiceerende
film met geluidseffecten.
Eddie Peabodv en Jimmy Maisel de banjo
spelers in hun repertoire zijn opgenomen als
Vitaphone-film. De muziek komt heel goed
door, het gesproken en gezongen worod niet
zoo duidelijk
De Vlaamsche humorist Lamoen heeft het
publiek vermaakt, met zijn grappige liedjes en
ons in bewondering gebracht voor zijn imiteer
kunst. Met de eenvoudigste hulpmiddelen
toovert hij zich zonder grimeeren om in een
oud koopmannetje, een kamerkatje en een
oud besje; een hoedje, een pruikje, een boe
zelaartje, een haarband is al wat hij noodig
heeft, 't Was heel mooi.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct». per re*et.
LUXOR-THEATER.
Jenny Jugo en Walter Jansen
in „Schoppenvrouw"; het gees
tige filmwerk, „Pas op voor ge
trouwde mannen".
„Schoppenvrouw" (Pique Dame) is een
spelersfilm, waarbij men slechts afschuw kan
hebben voor de spelers, die met verwrongen
gezichten en bevende handen aan de speel
tafel zitten, om als ze alles verloren heb
benzelf het einde te zoeken. Wat is de
figuur van Tomsky geheel anders dan b.v.
die van ingenieur Hermann, die, als alles voor
hem afgeloopen schijnt, door Lisa naar het
venster wordt geleid en dan de menschen
naar de fabriek ziet gaan, hetgeen hem zoo
veel geestkracht geeft dat hij vergetelheid
zoekt in den arbeid. Hermann (onze landge
noot Walter Jansen) is ingenieur op de fa
briek van Tomsky's oom (Henry de Vries).
Als Tomsky bij zijn oom om geid komt en
het niet krijgt, vi-aag hij het aan Hermann,
die het hem wel geeft. Het geluk is Tomsky
gunstig en Hermann ontvangt het geld terug.
Als Hei-mann zich eindelijk laat overhalen
ook naar de speelzaal te gaan, bezoeken ze
eerst nog het huis van Tomsky. waar juist
diens grootmoeder en nichtje Liza uit rijden
zullen gaan. Eén blik is beslissend voor de
jongelui. Hermann wordt dan geheel in be
slag genomen door den speelduivel. Tomsky
vertelt hem hoe de grootmoeder eens een ge
heel fortuin gewonnen heeft door een sys
teem. Dit systeem machtig te worden is het
streven van den ingenieur. De omgang t-us
schen Liza en Hermann is vertrouwelijker
geworden, maar de grootmoeder verbiedt dit.
Als Hermann aart de grootmoeder het sys
teem vraagt, schrikt ze zóó, dat ze sterft. In
haar hand heeft ze drie kaarten, die voor
Hermann het systeem beteekenen. Liza ziet
hem inmiddels voor den moordenaar aan.
Hermann neemt veel geld op en als hij aan
de_ speeltafel heel veel gewonnen heeft, krijgt
hij een verkeerde kaart en alles is verloren.
Als hij thuis komt, vindt hij daar Liza en
zijn moeder op hem wachten en den volgen
den morgen gaat hij, geheel veranderd, naar
zijn werk. Geheel anders dan Tomsky, die
zich aan de speeltafel voor het hoofd schiet.
Het geheel is een pi-achtfilm, met goed spel
en uitstekend van inhoud. Vooral Jenny Jugo
en Walter Jansen munten uit.
„Pas op voor getrouwde mannen" is een
geestig filmwerk, waarin herhaaldelijk gela
chen wordt om de moeilijkheden waarin de
hoofdpersoon telkens verward raakt, door
zijn afspraakjes. Voor de vroolijkheid zorgt
ook de detective die gehuwd is om de gan
gen van mijnheer na te gaan.
Bij den aanvang van het programma had
den we bewonderd den bouw van de Zugspitz-
bahn.
We kunnen dit programma ten zeerste
aanbevelen..
„BURENGERUCHT".
EEN RUSTKUUR DIE NIET MEEVIEL.
„Beter een goede buur dan een verre
vriend" is een Hollandsch spreekwoord, maal
ais je vaak de zittingen van den Politie
rechter bijwoont ben je wel eens geneigd
er een variatie op te maken. „Liever géén
buur dan zulke buren!"
Vrijdag voelden we die neiging weer sterk
bij ons opkomen.
Luistert u maar:
De familie G. woonde vroeger te Mon
nikendam. Maar daar konden de verschil
lende leden der familie het met de buren
niet vinden. Een van die buren ging (vol
gens het verhaal van mej. G. aan den Po
litierechter) met een mes tegenover de
thans 32-jarige dochter des huizes, Aaltje
G. staan met het klaarblijkelijk doel haar
te doorsteken, althans ernstig letsel toe te
brengen, aan welk boos voornemen geen
gevolg werd gegeven om redenen die niet
duidelijk werden en bovendien werd er bij
de G.'s ingebroken, van welke inbraak mej.
G. de buren verdacht. De verhouding werd
steeds meer gespannen, de heer G., het
hoofd des gezins, raakte overspannen en
zoo trok het gezin naar de vredige Beemster,
waarbij vergeleken Monnikendam, een wereld
stad is. Daar hoopten zij rust te vinden en
vooral: prettiger buren.
Groote teleurstelling!
Te Beemster sloeg het gezin G. zijn ten
ten op naast de familie K. enheel spoe
dig was het alweer mis! „De K.'s vielen niet
mee!", verklaarde het vrouwelijk hoofd van
het gezin G. In 't bijzonder boterde het niet
tusschen de twee dochters der families, Aaltje
G. en Niesje K.
En op den 16en Mei gooide Aaltje Niesje
allerlei lieflijkheden naar het hoofd, beschul
digde haar van diefstal van boeken en bloem
bollen en uitte zich op grof-beleedigende
wijze over de moeder van Niesje.
„Ze heeft zóó'n haat aan ons", vertelde
Niesje, „altijd is het. maar schelden. Het is
bijna niet meer uit te houden. En daarom
is het nu maar eens aangegeven".
Aaltje heette alles te liegen en Aaltjes
verdediger, Mr. P. Tideman, tapte al sprak
hij niet zóó beslist van liegen en al gaf hij
toe dat hier wel aan beide zijden schuld
zou zijn toch ook pit 'n ander vaatje dan
Niesje. Of liever: hij ..tapte" uit een kof
fertje. Mr. Tideman toch stapte de rechts
zaal binnen met een koffertje en tooverde
daaruit te voorschijn eenige boeken (waar
bij „De Aai'dboP' in afleveringen en andere
wetenschappelijke werken) mitsgaders een
bouquet immortellen. PL deelde mede dat de
G.'s er de K.'s van beschuldigen gezegde
boeken en ook de immortellen bij hen ge
stolen te hebben. Dit geeft aanleiding tot
voortdurende laten wij het zacht zeg
gen: verwijten.
En de verdediger deelde verder mede, dat
de vader van Aaltje blootstaat aan mishan
deling van de zijde der familie K., hetgeen
onlangs aanleiding gegeven heeft tot een
strafzaak voor het Kantongerecht van Pur-
merend, waarbij de vader van Niesje, die
den vader van Aaltje met steenen had ge
gooid, straf en een flinke sohrobeering van
den Kantonrechter had opgeloopen.
Mr. Tideman was goed gedocumenteerd,
want hij bracht ook een verklaring mee van
31 te goeder naam en faam bekend staande
Monnikendammers (waarbij een notaris en
eenige schoolhoofden), die allen met hun
handteekening hadden gestaafd dat Aaltje's
vader een fatsoenlijk man was en de ge-
heelc familie G. bestond uit rustige menschen.
Aaltje was een edelaardig en fatsoenlijk
meisje.
Maar het O.M. was óók gedocumenteerd.
Het las brieven voor van den burgemeester
van Monnikendam en van Beemster, die
daarin beiden zeiden dat Aaltje lastig was
voor haar omgeving en dat de schuld van alles
altijd lag bij de familie G.
Wegens beleediging eischte het O.M. ten
slotte f 20 of 10 dagen hechtenis tegen
Aaltje. Zij kreeg van den Politierechter f 15
boete of 10 dagen en den raad zich nu ver
der kalm te houden.
HET TOONEEL.
„DE FAMILIE STASTOK".
Door „Het Schouwtoonecl".
,3ewerklngen" van boeken voor het too
neel hebben mijn sympathie niet. Al is de
inhoud van het boek nog zoo getrouw gevolgd,
je krijgt toch altijd een tweeslachtig ding als
gevolg der bewerking: je krijgt, de denkbeel
den en de taal van den oox-spronkelijken
schrijver en daar doorheen geklutst, als een
ei door de melk. de taal en de denkbeelden
van den bewerker.
En de bewerker is meestal in beide opzich
ten stukken minder dan de schrijver.
Eenmaal aangenomen dat het met bewer
kingen nu eenmaal altijd zoo gaat en dat
ook „De Familie Stastok" aan dit lot niet
ontsnapt is (want wat is b.v. dat laatste^ be
drijf toch eigenlijk een vreemdsoortig aan
hangsel! geeft dit. stuk toch zoo vee! aardige
en fleurige tafereelen te zien. zoo'n prettigen
vlotten dialoog te hooren. vooral waar wij
Hildebrand's taal onaangelengd krijgen, dat
de sympathie, waarmede Vrijdagavond een
betrekkelijk kleine schai'e Haarlemmers de
zen inluider van het seizoen heeft ontvan
gen, ons in 't geheel niet verwondei-de, ja dat
wij er van harte mede konden instemmen.
Hoe prachtig ki'egen we daar den tijd van
„omstreeks 1840" uitgebeeld, met zijn vele ge
breken; hoe boeide de „avondpartij" ten huize
van de Stastoks ook door het uitmuntende
spel; wat 'n aardig tafei-eeltje was dat op de
boerderij
De figuren uit dit stuk geven bijna alle
ruimschoots gelegenheid tot t.ypeering en de
artisten van „Het Schouwtooneel" maken
daarvan een dankbaar gebruik.
En dan denken we in de eerste plaats aan
Keesje, het- Diaconiehuismannetje, dat door
Hein Harms, die alles voor zulke figuren mee
brengt, zoo echt gevoelig en ontroerend werd
gegeven.
Hildebrand heeft ook in dit stuk we! de
mooie rol, maar Cor Hermus weet hem be
scheiden en ingetogen te houden, geen oogen
blik dringt zich deze beschaafde en weldoen
de figuur naar voren. En wat was die me
vrouw Doi-been van mevr. de Boer van Rijk
weer goed. Hoor haar Borger's ..meesterstuk",
„het Rijntje", x-eciteex-en, met die nu en dan
open en dichtklappende schaar in de handen,
hoor haar oordeel over Hildebrand's voor
dracht: „Als 't kindje binnenkomt"; „Héél
aardig: het vérs!" Is er wel een tweede
actrice in ons land die zóó'n wereld van in
gehouden, venijnige afkeuring en hoon in
t-wee woorden kan leggen? En wat zag ze er
kostelijk uit!
Een uitstekend type had ook Carel Rijken
van Pieter Stastok gemaakt, goed hield hij
deze waarlijk niet gemakkelijke rol tot het
laatst toe vol. Dat intusschen het lieve,
schalksche vei-standige kind, dat Dogi Rugani
in Koosje van Naslaan uitbeeldde, zooveel om
dezen mensch geeft, kan dunkt ons alleen
verklaard worden uit t feit dat Koosje ten
slotte een vrouw is uit omstreeks 1840. Géén
meisje uit „omstreeks 1929" zou dezen Piet
accepteeren! Hetgeen niets afdoet aan de
waarde van Carel Rij ken's waarlijk bijzon
dere creatie.
Die beide oud-Hollanders, oom Stastok
(Ko van Dijk) en de heer Van Naslaan (Wil
lem de Vries) werden ook uitstekend gety
peerd; Sam de Vries was als Dorbeen naar
behooren grappig en de Rudolf van Brammen
van Ezerman naar behooren los, ruw en on
gegeneerd. Heel goed ook de mevrouw Stastok
van Lena Kleij.
De te weinige aanwezigen toonden zich
zeer verheugd over de wijze waai'op „Het
Schouwtooneel" het seizoen heeft ingezet.
E.
JUBILEUM J. F. JANSEN
Op 15 September zal de heer J. F. Jansen.
Hoofdcontroleur bij de N. Z. H. T. M., zijn
25-jarig jubileum vieren.
PERSONALIA
Heden slaagde mej. Annie Prins te Haar
lem voor het examen leerares-Duitsch van
wege de vereeniging het Neaerl. Handels In
stituut.
MANNENKOOR CAECILIA
Men schrijft ons:
Donderdagavond hield decse vereeniging
een feestelijke bijeenkomst voor haar leden,
ter viering van het éénjarig bestaan van haar
eigen gebouw, alsmede de opening van het
nieuwe seizoen.
Aan dezen avond ging een ledenvergade
ring vooraf. Als eenig punt der agenda stond
vermeld „benoeming eerevoorzitter". De
voorzitter memoi'eerde xn zijn toelichting van
dit voorstel het verscheiden van wijlen den
heer van Ooy, wiens plaats thans door een
ander moet worden ingenomen. Als candi-
daat voor deze vacature was door het be
stuur gesteld de heer J. P. Kok te Heemstede,
welke reeds nauw aan de vereeniging was
verbonden en ztfn belangstelling steeds heeft
getoond.
De heer Kok werd dan ook met algemeene
stemmen tot eerevoorzitter gekozen en na
zijn inkomst door de voorzitter met eenige
welgekozen woorden geïstalleerd.
Hierna werd den leden nog inzage gege
ven van de exploitatierekening van het eigen
gebouw, waaruit bleek, dat dit eerste jaar
reeds, niettegenstaande diverse vernieuwin
gen en verbeteringen werden aangebracht,
een batig saldo had opgeleverd.
Na dit offlcieele gedeelte was voor de rest
van den avond het woord aan Kees Pruis, die
met zijn ernstige en vroolijke liedjes er de
stemming wist in te houden. Ook énkele le
den en niet te vergeten de kwartetten Inter
Nos en Euphonla verleenden nog hun mede
werking.
Het was reeds ver na twaalf uur, dat de
voorzitter dezen gezelligen avond sloot met
een woord van opwekking voor de komende
repetities.
EEN ONGEMAKKELIJK TOL-
GAARDER.
HIJ SMEET DEN TOLBOOM DICHT.
Vrijdag moest zich een ongemakkelijk tol-
gaarder voor den Politierechter verantwoor
den.
De tolboom te Zaandijk werd op den 15en
Juni van dit jaar met kracht door den 62-
jarigen tolgaarder H. J. S. dichtgesmeten,
juist op het oogenblik dat er een auto aan
kwam, waardoor de kap van dien auto be
schadigd werd.
De bejaarde ex-tolgaarder (hij vervult
thans de functie xiiet meer), die zeer beslist
in zijn verklaringen was en zijn voornemen
te kennen gaf recht te gaan zoeken al was
het bij den Hoogen Raad, deelde mede dat
des morgens een auto gemakkelijk te her
kennen als een Renault, xxxet snelle vaart,
zonder te betalen den tol was gepasseerd.
Toen hij nu denzelfden auto des middags
zag terugkecren deed hij den tolboom dicht.
Had de auto eerder gei-enxd, dan was er niets
gebeurd.
De bestuurder van den auto. en polder
bestuurder, zeide dat het gebruik was dat
hij bij zijn terugkomst betaalde. Dat was ook
nu zijix bedoeling geweest. Maar de tolgaar
der beweerde, den bestuurder door de snelle
vaart waarmede hij reed, op de heenreis niet
te hebben herkend.
Een getuige verklaarde dat verdachte den
boom „opzettelijk, brutaal en ondoordacht"
had dicht gesmeten.
De polderbestuurder had een civielen eisch
van 27.50 voor schadevergoeding inge
diend.
Het O. M. meende dat de handelwijze van
den tolgaarder niet verstandig was geweest,
maar de opzet om den auto te beschadigen
was toch niet aanwezig. Spr. vroeg dus vrij
spraak, waarmede de civielx-echtelijke aan
spraak meteen verviel.
De Politierechter vereenIgde zich met dit
requisitoir.
PROGRAMMA VAN HET INSTITUUT VOOR
ARBEIDERSONTWIKKELING
Het Instituut voor Arbeidersontwikkeling
opent 9 October het winterseizoen met een
avond in den Haarlemschen Kegelbond, waar
„De Stem des Volks" zal optreden, een toe
passelijke causerie zal gehouden worden door
De la Bella, voorzitter van het Centraal Be
stuur en tot slot de bekende film „Krassin"
vertoond wordt.
Het maandprogramma voor September
van het Instituut en de N. A. R. V. luidt;
Zondag 8 September: Naar den Natuur
vriendendag te Arnhem.
Zondag 8 September: Excursie naar de
Economische Tentoonstelling te Amsterdam
onder leiding van H. Albers.
Zondag 15 September: Autotocht naar het
Westland, onder meer tot bezichtiging van
druivenkassen.
Zondag 22 September: Bezoek aan de
Dahliakweekerij „Carlee" te Heemstede, on
der deskundige leiding van Van Essen.
Zondag 29 September: Bezoek aan het Ko
loniaal Instituut te Amsterdam.
EEN CURSUS VOOR ELECTRO-MONTEURS.
Op een gecombineerde bestuursvergadering
van de Vereeniging van Electro-Technische
Werkgevers cn den R.K. Bond v. Werkgevers
in Electro-Technische Bedrijven „Sint Anto-
nius", beide voor Haarlem en omstreken,
werd besloten dezen winter een cursus te or-
ganiseeren voor opleiding van electro-mon-
teurs, welke bij genoegzame deelneming zal
gehouden worden van October 1929 tot April
1930. Deze cursus, waar dan theoretisch en
practisch onderwijs zal gegeven worden, is
in het leven geroepen om den electromonteur
gelegenheid te geven zich In zijn vak te be
kwamen en daarna een monteursdiploma te
verwerven.
Inlichtingen worden verstrekt bij alle aan
gesloten electro-technische werkgevers.
DE NASSAUBRUG WORDT VERLAAGD.
Eenigen tijd geleden besloot de Raad om,
nu de overige bruggen over de Nieuwe Gracht
alle verlaagd zijn, ook de opritten van de
Nassaubrug minder steil te maken. Het brug
dek zou 80 c.M. lager komen te liggen. Met
dit verlagen is de aannemer thans begonnen.
De bestrating op de brug is opgebroken, zoo
dat het rij verkeer over de Manegebrug of
over de Kruisbrug moet eaan. De gietijzeren
peilers onder de brug zullen voor de verla
ging door kortere vervangen moeten worden.
Het nieuwe brugdek zal gcaspalteerd worden,
doch niet breeder dan het huidige zijn.
UITGAAN.
SCHOUWBURG JANSWEG.
Zondag 8 September zal door de N.V. Het
Groot Tooneel in bovengenoemden schouw
burg een opvoering worden gegeven van
het bekende stuk Rooie Sien, van Marinus
Spree.
De hoofdrollen worden vervuld door Mies
Peyters en Joh. Langenaken.
Deze voorstelling zal tevens de 1000e opvoe
ring in ons land zijn.
BEVERWIJK
Noteering van 6 Sept 1929
Spinazie per kist f 0.100.60.
Postelein per kist f 0.250.35
Andijvie per kist f 0.50—0.70.
Wortelen, 100 bos f 8—16.
Komkommers, per 100 f 27.
Aardappelen, klei, per K.G. f 0.050.06.
Idem zand f 0.06.
Doppers per K.G. f 0.100.18.
Capucijners per K.G. f 0.14—0.26.
Raspers per K.G. f 0.160.28.
Snijboonen, per K.G. f 0.10—0.20.
Heerenboonen. per K.G. f 0.100.18.
Trosboonen per K.G. f 0.220.24.
Roode kool, per 100 f 49.
Bloemkool per 100 f 10—20.
Sla, per 100 krop f 1—3.
Pieterselie, per bos f 0.05
Selderie, per bos f 0.060.08.
Appelen, per K.G. f 0.100.20.
Peren, per K.G. f 0.08—0.22
Bessen per K.G, f 1—1.20,