Cadum
Zeep
25*
H. D.-VERTELLINGEN
"m
J. Lottgering
De Roode Vingerafdruk
HAARLEM'S DAGBLAD
MAANDAG 16 SEPTEMBER 1929
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.)
De Maharadja en de Danseres
door H. LINDT.
Als dfe taxi-chauffeur een klein
beetje meer haast gemaakt had, zouden wij
onzen trein nog net -hebben kunnen halen,
Crawson
Of wij daar al om treuren, de volgende*r
trein komt toch geen minuut eerder amice.
Het verstandigste doen we daarom maar,
eenvoudig te berusten en in de wachtkamer
het een of ander te gebruiken. Alles bij el
kaar duurt dit gedwongen wachten overigens
niet meer dan ongeveer twintig minuten. Wij
hadden het slechter kunnen treffen!
In de wachtkamer van het Charing Cross
Station vonden de beide mannen nog een
tweetal stoelen vrij in een der hoeken, van
waar ze eenerzijds op hun gemak het drukke
gewoel van gaande en komende reizigers aan
de tafeltjes en voor de buffetten konden
overzien, terwijl zij anderzijds door de groote
ramen een blik konden werpen op de per
rons, waar steeds nieuwe, overvolle treinen
een enormen menschenstroom aan het
Londensche verkeer toevoegden.
De beide vrienden sloegen eenigen tijd
zwijgend de geweldige menschmassa gade.
Toen stootte Crawson zijn metgezel plotse
ling met den elleboog aan.
Als je die danseres bedoelt, dan heb ik
wel eens van haar gehoord.
Daar staat zij, links van het buffet, een
niet meer zoo heel jonge schoone, in een
bruin geruite mantel met dito bont.
En?....
Het is waar, Je was in de laatste jaren
niet meer in Londen, anders zou je me niet
zoo vragend aankijken, nu je haar naam
hoort noemen, want er is zeker geen Londe-
naar, of hij kan je haarfijn het avontuur
vertellen van Kathleen Allison en den Ma
haradja van Dsjaipur.
Waarschijnlijk zul je Je nog herinneren
dat Kathleen destijds als danseres deel uit
maakte van de Thatterton-Follies. Daar is
ze ook nu weer aan verbonden en haar
manager maakt, voor een niet gering deel
juist, dank zij haar algemeen beleend gewor
den escapade, uitstekende zaken, zij het dan
ook, dat haar faam eenigermate gelijkt op die
van Don Quichotie.
Als ik het wèl heb, is het nu juist twee-en-
een-half jaar geleden, dat de Maharadja van
Dsjaipur een bezoek aan Engeland bracht.
Het ging eigenlijk incognito, maar het hoo-
ge bezoek was niettemin van den aanvang
af een publiek geheim. Deze Indische vorst
bezocht tijdens zijn verblijf in Londen tal-
looze oorden des vermaaks en in het bijzonder
schenen revues en daarmede op één lijn
staande vormen van lichtere kunst hem te
interesseeren. Bovenal werd hij echter ge
boeid door de lieftallige danseresjes van de
Thatterton-Follies en na een vijftal bezoeken
van Zijne Hoogheid was het al spoedig
duidelijk, wie de speciale voorkeur genoot.
Kathleen Allison, wier huwelijk met den
margarine-fabrikant Humphrey Sales volgens
de loopende geruchten toenmaals slochts een
kwestie van enkele weken was, liet haar
minnaar voor wat hij was en wijdde voor
taan alle aandacht aan de Maharadja. Deze
'beloonde haar van zijn kant rijkelijk met de
prachtigste bloemstukken en de kostbaarste
juweelen. Hoe wonderlijk en ongelooflijk het
ook schijnen mag: die twee waren werke
lijk verliefd op elkaar geworden, en het ging
zóó ver, dat de Maharadja, toen het einde
lijk tijd werd om naar zijn tropische rijk
terug te keeren, plannen beraamde om cle
blanke beheerscheres van zijn hart mede te
nemen, zoo mogelijk als zijn vrouw.
Dit was intusschen nog niet zoo'n een
voudige zaak. Zeker niet minder dan Euro-
pcesche vorsten was deze Maharadja ver
strikt in de regelen dei' hof-étiquette en
overigens had hij rekening te houden niet
de geaardheid van zijn onderdanen, die
zeker in hoogen mate verontwaardigd zou
den zijn geweest, wanneer hun gebieder zoo
onverwachts een blanke koningin aan hen
had voorgesteld. De Maharadja van Dsjaipur,
hoe verliefd ook, was een verstandig man, die
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
begreep, dat deze moeilijkheden zwaar wogen.
Omdat hij echter evenmin van plan was,
de uitverkorene zijns harten voorgoed vaar
wel te zeggen, sprak hij met haar af, dat zij
voorloopig nog in Engeland zou achterblij
ven, terwijl hij naar zijn land terugreisde
om daar alles in orde te maken voor haar
ontvangst. Daar het echter wel eenigen tijd
vorderen zou om een blanke vrouw, als zijn
gemalin nog wel, bij het hof en bij zijn volk
te doen aanvaarden, iets, wat noodzakelijk
met wetswijziging en krasse maatregelen ge
paard moest gaan, bepaalde hij, dat hij haar
na een vol jaar zou komen halen, of wan
neer hem dat onverhoopt onmogelijk mocht
blijken, dat hij haar bericht zou sturen om
zich aan boord van een mailboot naar En-
gelsch Indië in te schepen.
Tot zoo lang, mijn geurige bloem, aldus
ongeveer fluisterde de bruine vorst op tee-
deren toon de kinderlijk verliefde Kathleen
Allison bij hun afscheid in het oor, zullen
onze harten zich moeten voeden met de en
kele gedachte aan de verre beminde
Slechts zeer ongaarne zal ik de zoetvloeiende
woorden van uw roode lippen missen. Beloof
mij daarom dit ééne: dat, telkenmale wan
neer in uw hart het verlangen opwelt, woor
den van genegenheid tot mij te spreken, ge
deze woorden aan het papier zult toevertrou
wen en ze aan mij opzenden in mijn eenzaam
vorstenverblijf te Dsjaipur. Wanneer ik ze
dan lees, zal het mij zijn of uw liefde van
verre naar mij toegedragen wordt door de
zachte bries die over de eeuwige wouden van
Hindostan strijkt
Kathleen beloofde dat gaarne en de Maha
radja voer naar zijn vaderland, terwijl zijn
blanke geliefde het schip met haar kleine
zakdoekje nawuifde.
Reeds op weg naar haar kamers voelde
Kathleen Allison zóóveel lieve woordjes in
haar boezem opkomen, dat ze maar dadelijk
een even eenvoudig als practisch besluit nam
en een advertentie in de krant plaatste voor
een steno-typiste Sindsdien dacht ze eenvou
dig hard-op en een vaardige hand zorgde er
voor, dat alles stipt werd genoteerd. De ge
liefde van den Maharadja kreeg er op den
duur waarlijk plezier in en met het toene
men van de routine (die men immers even
goed krijgt in het zeggen van lieve woordjes
als in welk ambacht ook) zwelde de stroom
van zoete naampjes meer en meer.
Wat zal menn Maharadja vannDsjalpur
dat alles heerlijk vinden, als hij het leest!
dacht zij.
De liefde scherpt het vernuft en zoo vond
Kathleen telkens weer nieuwe dingen om den
Oosterschen minnaar aangenaam te zijn. Zij
liet de opgenomen stenogrammen zorgvuldig
uitwerken en netjes typen op prima folio-
papier. instede van deze vellen terstond op
de post te doen, zamelde zij ze eenigen tijd
op, waarna zij ze naar den besten boekbin
der van Londen bracht, dié ze in een keuri-
gen linnen band samenbond en verwerkte
tot een enorm boekdeel, goud op snee en
van een volgnummer in goud-opdruk voor
zien. De rekening van den binder betaalde
zij, evenals het salaris van haar steno-ty
piste, voorloopig met een deel der juweelen,
die de Maharadja haar geschonken had. La
ter zou hij haar immers alles rijkelijk ver
goeden!
De Maharadja van zijn kant wachtte on
geveer een half jaar vergeefs op bericht van
zijn blanke bruid. Toen ontving hij van de
scheepvaatmaatschappij bericht, dat er een
zware kist voor hem aangekomen was. De
vrachtbrief vermeldde als inhoud: ..boekwer
ken" en hoewel de vorst van Dsjaipur zich
niet kon herinneren, eenige lectuur besteld te
hebben, betaalde hij, zij het met bloedend
hart, de hooge vrachtkosten, die Kathleen
niet had kunnen voldoen, omdat zij al haar
sieraden reeds lang verkocht had en zelfs te
kort kwam om den binder tevreden te stel
len. Het einde der geschiedenis is met weini
ge woorden verteld.
Op zekeren dag bracht de post aan de in
spanning wachtende Kathleen Allison een
brief, afkomstig uit Engelsch-Indië en voor
zien van een groot lak met het zegel van den
Maharadja van Dsjaipur. Ze scheurde de en
veloppe haastig stuk en las:
„Geurige Bloem. Ik heb de kist ontvangen
met de zeven dikke folio-deelen, welke alle
woorden van genegenhed bevatten, die in de
afgeloopen maanden voor mij over uw lippen
gekomen zijn. Ik beken het: Uw woorden
rijkdom doet mij verslagen staan. De volzin
nen van onze Oostersche vrouwen zijn
schaarsch als regen in dewoestijn en wellicht
daardoor juist verkwikken zij zoo. Ik vrees,
dat ik aan den overstelpenden stroom van
liefdesuitingen, welke gij dagelijks vloeien
laat, niet gemakkelijk zou kunnen wennen. Ik
zou er in ten gronde gaan of ze volslagen on
opgemerkt moeten laten. Daarom, geliefde,
hoezeer het mij aan het hart gaat u voor al
tijd vaarwel te zeggen, het moet. Ik hoop en
vertrouw, dat zich nog eenmaal op uw weg
een man zal voordoen, die meer dan ik uw
woordenrijkdom naar waarde schatten kan.
Als steeds uw Maharadja van Dsjaipur".
Het was een weinig ondoordacht van
Kathleen Allison, dat ze ook na het lezen
van dezen brief haar gedachten in het bij
zijn van haar steno-typiste wederom hard
op tot uiting bracht, want deze kon thans het
uitgewerkte stenogram voor een zacht prijsje
verkoopen aan een der grootste Londensche
dagbladen, zulks als compensatie voor haar
achterstallige salaris. Maar Kathleen Allison
is sindsdien een van de meest zwijgzame
vrouwen geworden die je in Engeland vinden
kunt.
HET CONFLICT IN HET
ZAANSCHE HOUTBEDRIJF.
OVEREENSTEMMING BEREIKT.
Van vier tot acht uur hebben Zaterdag in
de „Industrieele Club" te Amsterdam de
voortgezette besprekingen tusschen de bij
het conflict in het Zaansche houtbedrijf be
trokken partijen geduurd, meldt het Hbld.
Opnieuw vier uren van wikken en wegen,
van gezamenlijk confer eeren, afgewisseld
met nader overleg der werkgevers en -ne
mers afzonderlijk in eigen kring.
En 't is inderdaad ten slotte gelukt de on
derhandelingen over het gevreesde doode
punt heen te helpen. De wederzij dsche be
sturen zijn tot overeenstemming gekomen
en de besturen der arbeiders-organisaties
zouden heeden, Maandag, het resultaat der
onderhandelingen aan de ledenvergaderin
gen voorleggen.
Bij de besprekingen is van den kant der
werknemers het voorbehoud gemaakt, dat
opheffing der staking slechts mogelijk is, in
dien ook het conflict tusschen de werkge
versorganisaties en de scheeps- en boot-
werkersvereeniging „Eensgezindheid" tot op
lossing komt, terwijl de werkgevers hun toe
zeggingen slechts gestand kunnen doen in
dien uiterlijk op Maandag 30 September het
werk is hervat.
EEN VERDACHTE OVER DE
GRENS GEZET.
Opheldering gevraagd aan den minister.
Naar de Tel. verneemt, wordt door de Jus
titie te Hengelo (O.) een vervolging inge
steld tegen den Duitscher, die op den lOen
Augustus den heer M. P. uit Goor, zonder
eenige aanleiding eenige messteken heeft
taegebracht waardoor een slagader in het
dijbeen werd doorgesneden.
De dader is toen bijna onmiddellijk door
de Hengelosche politie over de grens gezet.
De heer P., die, na een verblijf van vier we
ken in het ziekenhuis, nog steeds onder ge
neeskundige behandeling is, is nl. gedag
vaard om op 3 October a.s. als getuige voor
den politierechter in Almelo te verschijnen.
Den verdachte, die nu niet meer te achter
halen is, is eenvoudige mishandeling ten
laste gelegd.
De ontevredenheid over het feit, dat men
den Duitscher zonder meer over de grens
heeft geleid, waardoor tevens het slachtof
fer de gelegenheid is ontnomen, zich civiele
partij te stellen, is zóó groot, dat thans een
door vele Twentenaren onderteekend re
quest aan den minister van Justitie is gezon
den met het verzoek in deze quaestie een
nader onderzoek te willen instellen.
HET ONGELUK IN DE
OETZTALER BERGEN.
De lijken der twee Amsterdam
mers gevonden.
Zaterdagmiddag heeft een expeditie in
de nabijheid van den top van den Weiss-
kügel de lijken ontdekt van de beide Am-
sterdamsche toeristen, de heeren Hemmes en
Van Essen. Gebleken is, dat de beide onge
lukkige toeristen tengevolge van een steen
storting om het leven zijn gekomen. De
ramp moet bij het passeeren van een steil
gedeelte van den weg zijn geschied. De lij
ken der twee omgekomenen vertoonen zoo
danige verwondingen, dat men mag aanne
men, dat de dood onmiddellijk is ingetreden,
aldus seint men uit Inssbrück aan de Tel.
STAKING AAN DE ZINKWIT-
FABRIEK TE MAASTRICHT.
Ernstige relletjes.
Zaterdagmiddag zouden de werkwilligen,
ongeveer 140 man, die drie weken lang de
zinkwitfabriek te Maastricht niet hadden
verlaten, naar huis gaan. Wegens de te ver
wachten relletjes was een verbod tot samen
scholing door den burgemeester uitgevaar
digd. Het politiecorps, ten getale van 80
man, was gemobiliseerd en over de stad ver
spreid. Toen in Wijk het publiek opdrong
zij de door politie begeleide werkwilligen en
er werd geroepen en met projectielen uit de
vensters werd geworpen, sloeg de politie er
met den gummistok op in en werden er flin
ke klappen uitgedeeld. In de Maastrichter
Crusstraat kwamen er verscheidene onder
den voet en loste de politie eenige schoten
in de lucht. Het bleef den geheelen middag
rumoerig. Van nu af zullen de werkwilligen
eiken dag naar huis gaan, aldus het Hbld..
Dr. ZIMMERMAN NAAR MEXICO
Dr. A. R. Zimmerman, oud-burgemeester
van Rotterdam en gewezen hooge commissa
ris van den Volkenbond voor Oostenrijk, zal
18 dezer te Le Havre aan boord van de Isle
de France scheep gaan naar New York. Hij
zal zich vandaar per trein begeven naar
Mexico-City, alwaar hij de vergaderingen
der Anglo-Mexican Claimscommission zal
presideeren.
ORGELCONCERT IN DE KLOPPERSINGEL
KERK.
De blinde organist van de Ger. Kerk te
Kampen, de heer H. J. Kruithof, hoopt a.s.
Woensdagavond in de Kloppersingelkerk
een orgelconcert te geven, dat hij zal afwis
selen met zang en het lezen van een meditatie
in blindenschrift. We herinneren er aan, dat
deze bekende organist ook in 1921, 1923 en
1925 in Haarlem een concert heeft gegeven
en dat die uitvoeringen niet alleen een groot
succes hadden, maar ook een diepen indruk
maakten. Ook nu staat den muziekliefhebbers
die voornemens zijn om Woensdagavond naar
dit kerkgebouw te gaan, iets schoons te
wachten. Drie liederen zullen door hem ge
zongen worden met zelfbegeleiding daarvan
op het orgel, waaronder een eigen compositie
op woorden van den 130sten Psalm (onbe
rijmd) en een 3-tal orgelnummers met één,
eigen koraal-improvisatie over Psalm 25.
Gaarne wekken wij onze lezers op, dit
concert bij te wonen. Zij bereiken daarmee
een tweeledig doel: ten eerste verschaffen
zij zichzelf daarmee een rijk kunstgenot en
ten tweede steunen zij daarmee dezen blin
den kunstenaar, die ook op deze wijze ge
deeltelijk in het onderhoud van hem en zijn
gezin moet voorzien.
Laat hem, die niets van de heerlijkheid
der natuur kan zien, maar er toch zoo van
houdt, met een dankbaar hart naar Kampen
terugkeeren.
ORGELBESPELING
in de Groote of St. Bavokerk te Haarlem, op
Dinsdag 17 September 1929, 's avonds van
8 1/49 1/4 uur, door den heer George Ro
bert.
Programma:
1. Canzona, A. Gabriëli (15101586).
2. Praeludium et Fuga e kl. t., J. S. Bach
(1685—1750).
3. Pour la Toussaint, G. Dupont.
a. Fugue, b. Choral, A. Honegger.
5. Tweede Sonate, F. Borowski. Allegro, An
dante, Allegro con spirito.
GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN'
Terug te bekomen bij: Kennel Fauna,
bruin hondje, gebracht door Eerhart, Papen-
torenvest 35, geel herdershondje, gebracht
door v. Hees, Duvenvoordestraat 20, Bur. v.
Politie, Smedestraat, hondenhalsband, pen
ning, kinderschoen, Dijkers, Ripperdapark 7
kinderhoedje, Hoogenes, Nagtzaamplein 15,
Duitsche herdershond, de Wieiers, garage
Tempeliersstraat 54, witte herdershond, v.
Santen, Stoofsteeg 6, grijze kat, Droog, v.
Oosten de Bruijnstraat 61, kettinkje, Kennel
Fauna, grijze kat, gebracht door Peper,, Hof-
dij kplein 28, grijs katje, gebr. door bewoners
Brouwerskade 77, de Wilde, A. L. Dyserinck-
straat 66, notitieboekje met duimstok, Jon
ker, Voorzorgstraat 6, onderstel van wieg,
Keppel, Schreveliusstraat 48, onderdeel v.
vliegende Holl., Busweiler, Vergierdeweg 2,
kinderpakje, Schilpzand, Ged. Voldersgracht
27, portemonnaie met inhoud, de Bruin, Z.
Polderstraat 15, portemonnaie met inhoud,
v. d. Vecht, Karei van Manderstraat 29, rij-
wielbelastingmerk, Keijzer, Spaarnwoude-
straat 114, idem. v. 't Vlie, Gen. Joubert-
straat 43, idem, Snoek, Leidscheplein 56,
haarspeld, Krug, Julianapark 54, sleutels,
Spithoven, Gr Heiligland 34, kindertaschje
met inhoud. Timmers, Delftkade 2, tasch
met inhoud.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
Verven Stoomen
Stoppage Hoeden vormen
Groote Houtstraat 5a
■MMMR
'•.L. 1
(Onderstaande berichten zijn reeds 'n een
deel van de vorige oplaag opgenomen).
HET KERKSPLEIN.
VERANDERDE PLANTSOENAANLEG
Op de begrooting van 1929 is een bedrag
van f 6000 uitgetrokken voor een reorganisatie
van het Kerksplein.
Nu is de situatie zoo dat de helft van het
plein als plantsoen is aangelegd, terwijl de
kerk geheel door bestrating ingesloten wordt,
Het is nu de bedoeling het plantsoen zooi
aan te leggen, dat de kerk daardoor wordt
omgeven. Rondom langs de huizen blijft een
rijweg open. Een klinkerpad zal toegang
geven tot de kerk.
Verwacht wordt dat het plein door dezen
nieuwen aanleg een intiem karakter zal
krijgen, dat zich geheel zal aansluiten bij
de mooie oude kerk en de typische oude
huisjes in de omgeving.
Maarhet is nu al midden September
en er is nog niets gedaan om uitvoering te
geven aan dit plan.
Daarom heeft het raadslid de heer W. J. B.
van Liemt een schriftelijke vraag bij B. en
W. ingezonden hoe het met de voorbereiding
van deze reorganisatie staat.
TUINBOUWSCHOOL VOOR DE
BLOEMBOLLENCULTUUR.
Bij het op 10 en 11 September gehouden
toelatingsexamen aan de Rijkstuinbouw
school voor de Bloembollenteelt te Lisse slaag
den oa. B. Korsten, Heemstede, W. Montagne
Lisse, H. A. Poen, Haarlem, D. F. Ruyter,
Bloemendaal.
Toegelaten tot de tweede klasse werd tevens
W. Tensen, Nieuw Vennep.
Na afgelegd herexamen werden nog tot de
tweede klasse bevorderd D. H. Philippo,
Heemstede, G. v. d. Zaal, Lisse.
Tot de derde klasse werd na afgelegd hor
examen bevorderd G. Verdegaal, Aerden-
hout.
NAZORG-VERLOTING.
De Verbandscommissie Nazorg organiseert
ditmaal een groote verloting ten bate van d(
Nazorgfondsen voor hulpbehoevende zwak
zinnigen, blinden en lichamelijk gebrekkigen.
De hoofdprijzen zijn aangekocht en geëta
leerd bij de fa. v. Liemt, Gr. Houtstraat,
Haarlemsche Werkinrichting, Donkere Spaar*
ne 34 en J. H. Korstjens, Gen. Cronjéstraa)
82. De trekking heeft zoo spoedig mogelijk
en in ieder geval nog dit jaar plaats. Gezien
het sympathieke doel wekken wij gaarne op
om een of meer loten prijs 25 cent te
koopen.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
is een zuiverende
verfrisschende
zeep.die nieuw
leven aan de
huid èeeft
Een hard stuk
zeep.dat tot het
laatste vliesje
éebruikt fcan
worden
FEUILLETON
24)
Maar de vermoorde kan toch geen vin
gerafdruk met zijn eigen bloed hebben ge-
Hij kan het even voor zijn dood gedaan
hebben! De vraag die ik mij namelijk tel
kens stel is deze: kan Langenbach's haat te
gen Bobbie zoo intens zijn geweest dat hij
zichzelf gedaan heeft cn alles zoo voorbereid
dat- Bobbie voor de schuldige moet worden
gehouden?
Dus je wilt zeggen: bestaat er zoo n he
vige haat. die zelfs voor een zelfmoord niet
terugschrikt als een vijand daar door ver
nietigd kan worden?
Juist.
Dat zou aan een psychiater gevraagd
moeten worden Als jouw theorie juist was,
eou de doode alles van te voren in finesses
moeten hebben voorbereid, de duimafdruk
met zijn eigen bloed, het nemen van den
vingerafdruk bij Heinecke. de samenkomst
met Bobbic. het wegsturen van zijn secreta
ris en den portier.... en dan een zelfmoord
met de vooropgezette bedoeling om een an
der er voor te laten opdraaien, om het maar
eens platweg te zeggen?
Zoo had ik het me voorgesteld, maar
verder kom ik niet.
Maar dat zou toch wel het toppunt van
geraffineerden haat zijn!
Toen sloeg de officier van justitie met de
hand op tafel. Maar dat is onmogelijk!
Want het wapen is met. gevonden. De dood
moet direct zijn ingetreden. Een zelfmoorde
naar kan toch het wapen niet wegstoppen
Uit het Duitse li van
MATTHIAS BLANK.
nadat hij gestorven is. Neen, deze verklaring
houdt geen steek.
Dat heb ik mezelf ook al voorgehouden.
Begrijp je nu dat ik de hulp van een ander
er bij noodig heb?
De officier van justitie keek peinzend voor
zich en zei nadenkend:
Als dus Langenbach de vervalsching
heeft gemaakt en zelfmoord buitengesloten
is
Toen kwam Else haastig op hem toe 2n
greep hem opgewonden bij den. arm:
Ernstdan blijft er nog maar een
mogelijkheid over.
Wat dan?
Zij begon te fluisteren, toen zij hem
haar vermoeden meedeelde en toen Friesen
gehoord had wat ze veronderstelde, riep hij
opgewonden:
Elsedat is een heel stoute theorie;
hoehoe moet dat bewezen worden en
wiewie was dan die ander, de derde?
HOOFDSTUK XXIII.
De heer Menzel, advocaat, en notaris, was
een kleine oude man met dun, sneeuwwit
haar, waardoor hier en daar de kale schedel
zichtbaar was; op zijn lange, magere hals zat
een naar verhouding klein hoofd.
Met de handen op den rug en het boven
lichaam naar voren gebogen, stond de nota
ris voor een van zijn assistenten, een jonge
man met rood haar.
Hebt u alles klaar?
Ja meneer.
Dan kunt u de dame laten binnenkomen.
De notaris belde en een oogenblik later
werd mevrouw Langenbach in de werkkamer
gelaten.
Bent u de echtgenoote van wijlen Con
sul-Generaal Langenbach? wendde de nota
ris zich tot haar.
Ze knikte.
Zijn er ook nog andere familieleden en
verwanten verschenen?
Neen meneer Menzel, zoover ik weet had
mijn man geen familie.
Ik heb een oproeping in de kranten ge
plaatst met betrekking tot de opening van
het testament, maar er heeft zich niemand
aangemeld, dus dat klopt met uw verklaring,
zei de notaris. Dan moet Ik u mededeelen
mevrouw, dat de overledene een geheim, ver
zegeld testament bij mij heeft gedeponeerd;
hier is het! Wilt u zich er van overtuigen dat
de zegels onbeschadigd zijn en kennis nemen
van de akte, waarin uw echtgenoot ten over
staan van mij en getuigen verklaard heeft,
dat hij zijn testament bij mij heeft gedepo
neerd.
De notaris overhandigde haar de acte en
de gesloten enveloppe en mevrouw Langen
bach bekeek vluchtig het stuk en de zegels.
Dit stuk werd mij persoonlijk door Con
sul-Generaal Langenbach gegeven, nadat hij
zich voldoende gelegitimeerd had. Ik kende
hm trouwens persoonlijk. Het was op 16 April
van dit jaar. evenals u uit de akte ziet, ver
klaarde de notaris.
Zestien April! Dat was dus vier dagen
voor zijn dood en twee dagen na den avond
bij Heinecke, dacht. Kitty, dus zoo kort voor
zijn dood had hij een nieuw testament ge
maakt.
Kitty Langenbach voldeed afwezig aan de
vereischte wettelijke formaliteiten, beant
woordde de haar gestelde vragen en onder-
teekende enkele stukken.
In uw aanwezigheid en met uw toestem
ming verbreek ik de zegels, daar er na den
dood van den erflater geen opposities zijn
gedaan, zei de notaris plechtig. Hij ging zit
ten en sneed de zegels van de stevige enve
loppe los.
Toen haalde hij er met zijn magere han
den een vel papier uit te voorschijn dat hij
langzaam gladstreek.
Hij hield het mevrouw Langenbach voor en
zei:
Hier is de onderteekening; herkent u
die als de handteekening van uw man?
Zeker!
Daarop schraapte de notaris zijn keel en
begon met zijn oude, dunne stem te lezen:
„In het volle bezit van mijn verstand en na
rijp beraad, beroep ik alle vroeger-gemaakte
beschikkingen en bepaal dat ik bij mijn over
lijden mijn geheele vermogen, dat aan den
voet hiervan gespecificeerd is en uit hypothe
ken, onroerende goederen en geldswaardige
papieren bestaat, zal komen aan mijn twee
lingbroeder, Theobald Langenbach. Deze
tweelingbroeder ging achttien jaar geleden
naar Australië, het laatste bericht van hem
kreeg ik uit Santa Ferranti. Hij werd evenals
ik, den zesden October 1885 in Neuenfeld aan
de Werra geboren. Deze gegevens zullen wel
voldoende zijn om hem op te sporen. Mijn
echtgenoote Kitty von Feltlin zal slechts haar
wettelijk aandeel krijgen; dit is groot genoeg
om haar behoorlijk te kunnen doen leven; ik
heb in den loop der jaren zooveel voor de fa
milie Feltlin gedaan, dat ik mij verplicht voel
om mijn tweelingbroer, die zonder een cent
de wereld is ingetrokken, de rest te verma
ken. Door zijn geboorteacte en de opvallen
de gelijkenis met mij, zal hij zich wel kun
nen legitimeeren. Ingeval mijn tweelingbroer
niet meer in leven is en eventueele nakome
lingen van hem ontbreken, dan valt mijn ver
mogen aan de stad, die er mee kan handelen
zooals zij verkiest.
RICHARD LaNGENBACH."
Met de grootste verbazing had Kitty ge
luisterd; ze was niet zoozeer verrast dat zij
onterfd was, ook niet dat haar man haar in
zijn testament neg Het voelen hoeveel hij
voor haar familie gedaan had, maar door de
mededeeling omtrent dien tweelingbroer.
Met geen woord had hij ooit met haar over
dezen gesproken; hij had haar trouwens
nooit bijzonderheden over zijn jeugd verteld.
En nu ineens werd er melding van hem ge
maakt en vier dagen voor zijn dood scheen
Richard Langenbach nog aan hem gedacht
te hebben.
Met dit probleem hield Kitty's geest zicli
voortdurend bezig, terwijl de notaris voorlas
hoe het vermogen belegd w^is; alle hypothe
ken waren nauwkeurig aangegeven evenals
de aandeelen in allerlei ondernemingen, de
obligdties en de onroerende goederen.
Dus het totale bedrag van het nagelaten
vermogen is een millioen vijfhonderd twee en
dertig duizend mark. Hebt u alles begrepen,
mevrouw?
Zeker meneer Menzel.
Dus u ontvangt uw wettelijk erfdeel.
Dat heb ik gehoord.
Hebt u ook eenig idee waar die twee
lingbroer te vinden kan zijn?
Absoluut niet! Ik hoor nu voor het eerst
van zijn bestaan Mijn overleden man heeft
nooit over hem gesproken.
Dan zullen we onze onderzoekingen in
Australië, Santa Ferrantin moeten beginnen
en tot hij gevonden is of zijn dood is vastge
steld, moet ik het vermogen beheeren.
Kitty moest nog verschillende stukken tee
kenen en toen alle formaliteiten waren ver
vuld, verliet ze diep in gedachten het nota
riskantoor.
Dus hij had haar alleen maar haar wette
lijk erfdeel nagelaten! Zij voelde dat niet als
iets vreemds, na hun koel-zakelijke verhou
ding van de laatste jaren; wat zij vreemd
vond was dat hij dit testament vrijwel direct
na den avond bij Martin Heinecke gemaakt
had. Zou hij toen iets van haar gesprek met
Bobbie von Matrei gemerkt hebben, of iets
geweten hebben van hun ontmoeting op den
Ziegelberg? Er. waar kwam die tweelingbroer
zoo opeens vandaan? Waarom had hij haar
nooit over hem. gesproken?
(Wordt vervolgd.).