PU ROL
TWEEDE KAMER.
Fa. Gebr. BRAKEL
HAARDEN
HAARLEM'S DAGBLAD
In Juli hadden de algemeene verkiezingen
plaats.
M. a. w.: ons volk heeft een nieuwe Ka
mer. wanneer de commissie voor de geloofs
brieven deze zal hebben onderzocht en in
orde bevonden en de nieuwe heeren de ver-
eischte eeden of beloften hebben afgelegd in
handen van den reeds door de Koningin be-
eedigden heer Schaper den 3en voorzitter
der vorige zitting en dies, bij ontstentenis
van den heer Ruijs de Beerenbrouck en Dr.
de Visser, geroepen tot het presidium voor
den eersten dag en voor de komende dagen
nog.
De vergadering van vandaag zou al heel
weinig om het lijf hebben gehad, wanneer
r.iet de heer Schaper had uitgeluid en inge
luid. Alleen het kan nu eenmaal niet an
ders op den eersten dag van een gloed
nieuwe Kamer (maar hoeveel oude paardjes
zullen spoedig er weer van stal gehaald wor
den!) dan dat de werkzaamheden zich be
perken tot het aanwijzen van de commissie
voor de geloofsbrieven.
Overigens: het is wel te bemerken, dat er
een nieuwe Kamer is. Veel nieuwe gezichten,
vooral in de R.-K. groep. Er is ook een com
munist bijgekomen de heer Wijnkoop, be
kend van ouds. Naast den heer L. L. H. de
Visser heeft men hem niet gezet, dat was al
te gevaarlijk, maar toch op het bankje er
vlak achter. We willen niet de verwachting
uitspreken. dat de communards elkander zul
len bekogelen, met meer substantieele din
gen, dan woorden, maar de stormbal zal toch
zeker regelmatig in dien Kamerhoek moeten
worden uitgehangen.
De heer Schaper heeft enkele woorden
ter inleiding gesproken. Hoffelijk als hij is.
wijdde hij allereerst vriendelijke woorden
aan de vrouwelijke afgevaardigden, die in
ongebroken formatie zijn weergekeerd, be
wijs van het vertrouwen, dat zij in hun par
tijen genieten. Voorts heeft hij een woord
van afscheid gesproken (tot allen gezamen
lijk) tot degenen die als Kamerlid heengin
gen, tot degenen,, die vrijwillig heengingen
en zij, die „min of meer" vrijwillig heengin
gen. Maar twee uitzonderingen maakte de
heer Schaper toch. Uitzondering voor den
heer Sasse van IJsselt, die als Senator aan
de overzijde van het Binnenhof terugkeerde,
met welke verschijning de heer Schaper de
Eerste Kamer gelukwenschte. Hij roemde
des heeren van Sasse's juridische bekwaam
heden. die zich nooit in „juristerij" omzet
ten en men weet, welken hekel de heer
Schaper heeft aan „de juristerij"; hij heeft
er hartgrondig „maling" aan. En ook maakte
de heer Schaper uitzondering voor Dr. J. Th.
KAMER VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN.
Vijfdaagsche spooi-anonne-
menton gevraagd, -r- Meer faci
liteiten vervoer tcntoonstellings-
goederen. De controle op de
wegenbelasting. Belasting be
talen op postkantoren. De
meerderheid der Kamer er voor.
Dinsdagavond vergaderde de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en
omstreken onder voorzitterschap van den
heer E. H. Krelage.
Bij de opening der zitting wenscht de
Voorzitter de heer De Klercq geluk met
zijn benoeming tot Ridder in de orde van
Oranje-Nassau en de heeren Baron van Har-
denbroek en Brinkmann met hun gevierde'
zakenjubllcum. (Applaus).
Eenige ingekomen stukken worden voor
kennisgeving aangenomen.
Verder wijdt de Voorzitter eenige
waardeerende woorden aan de nagedachtenis
van den heer J. J. Vroom, die leider van een
der handelscursussen der Kamer was.
Handel op Znid-Afrika.
Medegedeeld werd. dat van het Ministerie
van Ai-beid, Handel en Nijverheid bericht- is
ontvangen, dat de heer J. M. Donker, secre
taris der Nederlandsche Kamer van Koop
handel te Kaapstad in ons land vertoeft. Het
doel van dit verblijf is hier te lande per
soonlijk in aanraking te komen met hen, die
belangstelling hebben voor den handel op
Zuid-Afrika en ter zake informaties wen-
schen te ontvangen, of wel hen van dienst te
zijn. die reeds op Zuid-Afrika handeldrijven
en eenige nadere voorlichting wenschen te
ontvangen.
De heer Donker zal zich nog rechtstreeks
tot onze Kamer wenden, teneinde na te gaan
op welke wijze het. meeste resultaat bereikt
kan worden. Inmiddels héëft onze Kamer
zic.h reeds bij voorbaat in verbinding gesteld
met belanghebbenden in haar district bij den
handel op Zuid-Afrika en is gebleken, dat.
van verschillende zijden persoonlijk contact
met den heer Donker wenschelijk wordt ge
acht..
Hun, die zich nog niet hebben aangemeld,
wordt verzocht dit alsnog te doen bij het
secretariaat der Kamer.
Volgens het advies van het Bureau der
Kamer wordt- op aanvragen om subsidie ten
behoeve van deelneming aan de Internatio
nale Koloniale tentoonstelling te Parijs in
3931 te houden en voor de Vredes- en Vól-
kenbondstcntoonstelling in 1929 te Den Haag
te houden, afwijzend beschikt.
Uitgebracht, wordt het. rapport der Com
missie voor het onderwijs over den loop der
door de Kamer ingestelde cursussen over
1928 1929.
Besloten wordt tot voortzetting der cursus
sen.
Volgens het voorstel van het Bureau der
Kamer wordt de datum der verkiezing voor
leden der Kamer, wegens periodieke aftre
ding. vastgesteld op 21 November aanstaande.
WOENSDAG 18 SEPTEMBER 1929
17 September,
i. Een woord ter
1 de Visser, die zoovele jaren een sieraad was
voor de Kamer en de regeering. Hij roemde
diens vele werk, hij roemde zijn rijke gaven
als spreker, helder en inhoudsvol. En
wenschte hem nog vele jaren van welver
diende rust toe. Applaus volgde op de goede
wenschen jegens beide „oudsten des volks"
Collectief alweer waren de goede wen
schen, die door den heer Schaper geuit wer
den aan het adres der nieuwe Kamerleden,
goede hoop uitsprekende voor een geestdrif
tig medewerken aan de moreele en mate-
rieele belangen van het volk.
En daarna met korte, stereotype woor
den van elk jaar weer, gaf de minister van
Financiën de Rijksbegrooting voor 1930 aan
de Kamer door.
Morgen waarschijnlijk beëediging en voor
zitterskeuze.
EERSTE KAMER
Een samenloop van zittingstermijnen
maakte, dat niet alleen de Tweede Kamer,
maar ook de Eerste Kamer, zij 't slechts voor
de helft, vernieuwd is geworden in de afge-
loopen zomermaanden. Hier dus ook onder
zoek der geloofsbrieven, vóór men tot beslui
ten in staat is!
En ook hier een rede. Een rede, die te ver
wachten viel. Een rede van den nieuwen Se
naatspresident, baron de Vos van Steenwij k.
Met sobere woorden aanvaardde hij zijn
ambt. Allereerst sprak hij dank uit en er
kentelijkheid voor het vele, dat zijn voor
ganger had gepresteerd in 15 jaren, waarin
de moeilijke oorlogsjaren vielen, voor zijn
welwillendheid en onpartijdigheid.
De heer de Vos van Steenwijk zag degenen,
die op den voorzittersstoel hadden gezeteld
voorbij al nam men den zoon zeker niet
kwalijk, dat hij aan zijn vader dacht zich
rekenschap ervan gevende, dat hij de mees
ten zijner voorgangei-s niet zou evenaren.
Beloften legde de nieuwe president niet
af, maar het was allerminst van hem ver
wonderlijk, dat hij beloofde zich meer dan
ooit aan de Eerste Kamer te geven, het
college, dat een steeds beteekenisvoller
plaats is gaan innemen. Hij deelde mede
strikt onpartijdig te zullen zijn, en deed een
beroep op aller vertrouwen.
Welnu vertrouwen schenkt men elkaar
in de Eerste Kamer gaarne en niet moeilijk.
Er heerscht een goede toon daar.
Dat is, ondanks allerlei wisselingen, altijd
zoo geweest en het zal voorloopig zoo blijven.
INTIMUS.
Vijfdaagsche abonnementen.
Aan de orde komen verschillende concept
brieven van het Bureau der Kamer.
In de eerste plaats een aan de Directie der
Nederlandsche Spoorwegen inzake invoering
van vijfdaagsche abonnementskaarten.
In den brief wordt verzocht maatregelen
te treffen, die zullen voeren tot de instelling
van 5 daagsche abonnementskaarten op de
spoorwegen tegen een zoo laag mogelijk ta
rief, in ieder geval tegen een prijs lager dan
5/8 van de tarieven, die in het afgeloopen jaar
voor 8 daagsche abonnementen geldende wa
ren.
Opgemerkt wordt, dat de bedoelde 5 daag
sche abonnementskaarten van belang zullen
zijn voor die zakenlieden, die slechts een en
kele maal per jaar gedurende eenige dagen
hun cliëntèle hebben te bezoeken. Voor der
gelijke personen, zoo wordt gezegd, heeft een
8 daagsche abonnementskaart weinig waar
de, aangezien toch van de 7 werkdagen per
week er slechts 5 voor het doen van zaken
reizen in aanmerking komen.
Vracht tentoonstellings
goederen.
Ten tweede een aan de Directie der Neder -
laxxdsche Spoorwegen inzake het vervoer van
tentoonstellingsgoederen.
In den brief wordt verzocht de faciliteiten
voor het vervoer van tentoonstellingsgoede
ren uit het buitenland naar Nederland en
terug belangrijk uit te breiden. Vooral wordt
er op aangedrongen voor het terugzenden
der goederen geen vracht in rekening te
brengen.
Beide brieven worden goedgekeurd.
Controle wegenbelasting.
Ten derde een aan den Minister van Fi
nanciën ter zake van de controle op de we
genbelasting.
Verzocht wordt de invoering eener regeling,
als in België, waarbij ter controleering of al
dan niet wegenbelasting is betaald, een uiter
lijk kenteeken aan de automobielen verplich
tend wordt voorgeschreven.
Daarbij is naar aanleiding van een opmer
king van den heer Van Hardenbroek
besloten dat in 't adres mede naar de rege
ling in Engeland zal worden verwezen.
Ten vierde een aan B. en W. van Haarlem
ter zake van den toestand aan de Friesche
Varkensmarkt.
Aldus goedgekeurd.
Belasting betalen op post
kantoren.
Tenslotte volgt een bespreking van het
onderwerp: belasting betalen op postkanto
ren.
De heer V anLiemtis van meening, dat
het betalen van de belasting wel aan de
postkantoren moet kunnen geschieden om
dat het een groot gerief voor het publiek is.
Diegenen die willen dat hun aanslag niet aan
de postambtenaren bekend wordt kunnen
hun belasting aan het belastingkantoor gaan
betalen.
De heer Teding van Berkhout zegt.
dat in Heemstede vroeger de behandeling
van postzaken werd vertraagd door het be
lasting betalen op het postkantoor. Hoe is 't
daarmede in andere gemeenten gesteld, in
formeert spr.
Op die vraag antwoordt de heer Treur
van Haarlemermeer, dat daar geen vertra
ging in de behandeling van postzaken wordt
ondervonden en dat 't algemeen wordt ge-
waardeerd dat in de Meer op het postkantoor
belasting kan worden betaald.
Ondere leden als de heeren Hooy. Brok-
meijer en Brinkmann zijn mede voor
een voortzetting van de genomen proef met
het betalen van de belasting op de postkan
toren.
De heer Van Hardenbroek is tegen 't
openstellen van een dubbele gelegenheid tot
het betalen van belasting, daar dit onecono
misch is. Laat men alléén de gelegenheid
openstellen tot betaling op postkantoren op
plaatsen waar een ontvanger nu en dan een
dag zitting houdt en waar geen belastingkan
toor is.
De heer Van Liemt repliceert, dat 't een
weldaad is voor handel en nijverheid dat op
de postkantoren belasting kan worden be
taald, omdat daar de zaken vlug afgedaan
worden. Het is noodig dat 't Bureau der Ka
mer bij de bevoegde autoriteit aandringt op
een bestendiging van 't geen nu een proef is.
Te kunnen betalen belasting op een postkan-
DE PERS OVER
„Reckts-extraparlementair".
Het „Algemeen Handelsblad" (lib.) schrijft
over de, gisteren door de Koningin uitge-
sproken, Troonrede o.a.:
„De voor den parlementairen en politic-
ken toestand belangrijkste en naar onze
meening beden kei ij kste paragraaf van de
troonrede, is wel die, waarin de hand van
minister Verschuur moet worden gezien.
Daaruit blijkt het sterkst de overgang van
„intermezzo" naar „rechts", zij het dan dat
dit als „rechts-extraparlementair" wil gel
den.
Over de bedoelingen der regeering op het
terrein van „Binnenlandsche Zaken" worden
wij geheel in het onzekere gelaten. De pa
ragrafen over Financiën en Defensie munten
uit door een vrijwel nietszeggende vaagheid.
Ten aanzien van Buitenlandsche Zaken en
Koloniën worden Hare Majesteit zinsneden
in den mond gelegd, die zeer weinig houvast
bieden."
„Geheel anders staat het met de para
graaf van den minister van Arbeid. Daar
wordt een program op sociaal gebied uitge
stippeld, dat werk aan den winkel zal bren
gen. De minister herinnert zich blijkbaar
ook, dat naast „Arbeid" „Handel en Nijver
heid" aan zijn zorgen zijn toevertrouwd.
Men kon op dat terrein geen baanbrekende
denkbeelden van hem vei-wachten."
„Ten aanzien van Oost-Indië krijgen wij
een en ander te hooren dat herinnert aan de
uitspraken van het orakel van Delphi. Men
kan er zeer verscheidene dingen uit lezen."
„De paragraaf over Suriname opent weer
geen enkel vooruitzicht."
„Meer „reden tot ver/heugenis'" geeft het
zinnetje over Curasao. Al wekt het eenige
bevreemding, dat men Hare Majesteit ten
onrechte den indruk laat wekken, als ware
ook vóór dezen aandacht gewijd aan
„duurzame versterking van de ter plaatse
aanwezige gezagsmiddelen".
„Evenzeer als minister Verschuur zich vrij
wel uitsluitend minister van Arbeid gevoelt,
schijnt de heer Terpstra zich bijna geheel
te beschouwen als minister van Onderwijs.
Van Kunst en Wetenschap spreekt deze
troonrede heelemaal niet, en Onderwijs
schijnt voor den bewindsman vooral te be-
teekenen Lager Onderwijs."
„Tenslotte de paragraaf over het depar
tement van minister Beelaerts van Blok
land. Grooter optimisten dan wij, zouden
wellicht in de woorden over den Volken
bond het voornemen lezen een actieve Vol-
kenbondspolitiek te inaugureeren. Wij wil
len eerlijk erkennen dat wij, hoe gaarne
wij het ook zouden willen, dat niet vermo
gen. De minister heeft wel eens de verwach
ting gewekt, dat hij in die richting voor
waarts wilde, maar hij is voor de ernstige
obstakels op dien weg blijkbaar terug ge
deinsd, en liet aan anderen het initiatief
dat wij gaarne door Nederland zouden heb-
bep zien genomen."
„De zinsnede over de nieuwe regeling met
België wekt het vermoeden, dat de voorloo-
pige besprekingen in Genève den dageraad
van nieuwe onderhandelingen doen gloren."
„En de algemeene indruk van de troon
rede? Ware die gehouden in het tweede of
derde jaar eener parlementaire periode, dan
zou men met haar gebrek aan inhoud meer
vrede kunnen hebben, dan nu daarmede
voor een heel parlementair tijdperk het
werkplan moet worden geschetst. Nu kan
men alleen maar hopen dat de daden van
dit Kabinet inhoudsrijker zullen zijn dan
de woorden waarmee het aan het Neder
landsche volk is voorgesteld."
„Volstrekt blanco gehouden."
De „Nieuwe Rotterdamsche Courant" (lib.)
schrijft o.a.:
„Vorming van een kabinet, steunende op
de rechterzijde, is van den zomer onmogelijk
gebleken." „Toen is toevlucht gezocht tot
het extra-parlementaire kabinet, en de heer
Ruys de Beerenbrouck maakte een combi
natie van uitsluitend rechter mannen. In
de linker pers is daarop wel de vrees tot
-uiting gebracht, dat het extra-parlemen
taire kabinet niet anders dan camouflage
zou zijn, een kabinet, dat inderdaad op de
rechterzijde wilde steunen, doch -daar niet
rond voor uit dacht te komen."
„Begrijpelijkerwijs werd dé Troonrede on
der deze omstandigheden met meer dan ge
wone belangstelling tegemoet gezien. De
ontgoocheling is er nu. De bovenbedoelde
vreezen zullen zijn geweken, de hoop is ver
vlogen. De Troonrede, de beginselverklaring
der nieuwe regeering, het op dat beginsel ge
bouwde program, is een nagenoeg geheel
leeg stuk. Een aantal gemeen plaatsen, die
welhaast iedereen voor zijn rekening kan
nemen, vérder eenige vage aanduidingen".
„Veel wordt „overwogen", „voorbereid", of
„ter hand genomen" niets zeggende
woorden keus. indien, gelijk in casu, geen
richting wordt aangegeven."
„Men begrijpt waarlijk niet goed, waarom
het kabinet-De Geer geheel moest worden
vervangen, en niet met een eenvoudige re
constructie kan worden volstaan. Dit zou
ongetwijfeld politiek zuiverder zijn geweest.
Ook hierom, omdat wie de touwtjes in han
den heeft, de minister van financiën, zich
zelf is gebleven, en voor zijn politiek blijk
baar de instemming van den kabinetsfor
mateur heeft verkregen. „Op den weg van
versobering van 's Rijksdiensten (zal) wor
den voortgegaan en voorzichtigheid zal ge
boden zijn ten opzichte van wettelijke maat
regelen, welke lasten op 's Lands schatkist-
kunnen leggen." De zinsnede lijkt ons wel
de belangrijkste uit de geheele Troonrede.
Zij zal een streep halen door vele illusiën.
Meer behoeven wij niet te zeggen van deze
Troonrede, die volstrekt blanco is gehou
den."
„Een gematigd program".
„De Telegraaf" (neutraal) schrijft:
„Wie de troonrede leest, krijgt een aange
namer indruk dan in vorige jaren. Er is ïxiets
dat anderen kwetst, maar evenzeer kan
toor is ook gewenscht in de groote steden.
De Voorzitter concludeert dat de
meerderheid der Kamer is vóór de handha
ving van de gelegenheid tot het betalen van
belasting op de postkantoren, mits daaronder
de geregelde postdienst niet lijdt.
Aan 't- Bureau der Kamer zal worden over
gelaten na te gaan of 't noodig is een adres
in dien geest aan de Tweede Kamer te zen
den (daar tot heden slechts één Kamer van
Koophandel bezwaar heeft) en, indien noo
dig, wanneer dan zulk een adres te verzen
den is.
Na rondvraag wordt daarna de openbare
zitting gesloten.
DE TROONREDE.
men bemerken, dat dit ministerie zich vrij
gevoelt van zijn lijn en klaarblijkelijk meer
coalitie-ministerie is, dan het etiket extra
parlementair kabinet zou doen vermoeden.
Duidelijk ziet men de drie groote lijnen: De
internationale, de koloniale, de sociale. Sterk
wordt op internationale samenwerking aan
gestuurd. De roep der tijden naar vrede en
internationalisme vindt een duidelijken weer
slag."
„Wat de troonrede aan positieve toezeg
gingen brengt is niet veel. Een herziening
van de wet op het Lager Onderwijs wordt
aangekondigd."
„Te betreuren blijft, dat niets medege
deeld wordt over de wet op het M. O."
Minister Donner schijnt zijn arbeid van
rechtsvernieuwing te willen voortzetten.
Een loffelijk voornemen, dat met goeden
uitslag bekroond moge worden"
„Wanneer de uitgaven „beperkt" moeten
blijven tot wat beslist noodig is voor de ver
dediging der onafhankelijkheid van den
Staat, dan is verlaging der militaire begroo
ting bezwaarlijk te verwacht-en. Eerder kan
men dan verhooging tegemoet zien, daar ons
militaire apparaat voor wie zich daarop ver
laten willen, onvoldoende moet worden ge
acht. Zoo geeft deze regeering zich over aan
zelfbedrog en verzuimt zij een gelegenheid
om ons te doen voorop gaan in de rij der
Staten, die de teekenen van onzen tijd ver
staan."
„Eindelijk is het opmerkelijk, dat deze re
geering, die toch in het wezen der zaak een
coalitieregeering is, de cultuurbelangen zoo
weinig aandacht waardig keyrt. Geen enke
le zin doet vermoeden, dat deze regeering
een poging zal doen, om de schade, door de
bezuiniging aan ons cultuurleven toege
bracht,* te herstellen en de geestelijke
krachten van ons volk to prikkelen. Hopen
wij intusschen, dat ook geschieden kan, wat
niet in de troonrede staat."
„Als geheel is de troonrede een gematigd
program. Zij biedt weinig positief houvast,
maar zij verraadt toch den ernstigen wil van
de regeering, om niet zonder meer een par
tij-regeering te zijn, maar een regeering voor
het geheele rijk, zoo in als buiten Europa".
„Een kloek program".
„De Maasbode" (R.-K.) merkt op:'
,,'t Is een kloek program, dat het nieuwe
Kabinet heden bij monde van Hare Majes
teit, onze geëerbiedigde Koningin, aan de
volksvertegenwoordiging heeft voorgelegd.
Het draagt het kenmerk van hem, die zoo
moedig al wederom de leiding van Harer
Majesteits regeering in handen nam".
„Uit de zinsnede, die betrekking heeft op
de totstandkoming eener nieuwe regeling
met België, blijkt het verlangen dezerzijds,
dat overeenstemming zal worden bereikt. Wij
hopen, dat deze woorden in België zullen
worden verstaan".
„Vooral op sociaal gebied wordt veel toe
gezegd, waarbij in het bijzonder de aandacht
trekken de politiek-rechtelijke regeling der
collectieve arbeidovereenkomst en de herzie
ning der sociale wetgeving".
De in voorbereiding zijnde wettelijke rege
ling der werkloosheidsverzekering is reeds
meermalen toegezegd. We kunnen slechts
hopen, dat deze wet nu ook werkelijk tot
stand komt.
„Als op waterstaatsgebied alles tot stand
komt wat wordt toegezegd, zoo is het Am
sterdamRijn-kanaal, de wijziging van de
Zuiderzeesteunwet en de krachtige voortzet
ting van verbetering der wegen en rivier
overgangen, dan zal ook aan dat Departe
ment hard gewerkt moeten worden.
„Eén punt zal in anti-revolutionaire en
Katholieke kringen pijnlijk worden gemist:
verdere subsidieering van het bijzonder hoo-
ger-onderwijs. Dat het Kabinet deze niet uit
drukkelijk op zijn program plaatste, is met-
geheel onverklaarbaar".
Ruim bevredigend.
„De Tijd" (R.-K. schrijft o.a.:
„De Troonrede van heden herstelt ook in
Nederland de hiërarchie der staatkundige
waarden. Voorop staat- de zorg voor „het.
hechte geheel van Moederland en Overzee-
sche Gewesten". Daarnaast de verhouding
tot de wereld in het algemeen, tot onze naaste
buren in het bijzonder.
Op deze twee „fundamentais" wil het Ka-
binet-Ruijs de Beerenbrouck blijkbaar alle
ordelievende Nederlanders vereenigen. Zij
mogen staan rechts of links, zij mogen zich
democraat of conservatief noemen, allen zijn
toch Nederlanders, die staan voor de eenheid
van het Rijk, voor ongereptheid en de vei
ligheid van den Staat, die in een ruime
Grondwet alle volksvrijheid omvat en verze
kert".
„Bij een eerste lezing lijkt ook de inhoud
van de Troonrede ruim bevredigend".
„Wat de sociale politiek van het Kabinet
betreft, is het voor ons een reden tot- bij
zondere voldoening, dat uitvoering zal gege
ven worden aan de wenschen van het katho
liek verkiezingsprogram. Den Minister van
Arbeid wacht hier een moeilijke, maar dank
bare taak. Moeilijk, omdat het hier geldt het
betreden van een nieuw terrein vol angels en
voetklemmen; maar dankbaar ook, omdat de
bewindsman, die de ontvoogding van 't be
drijfsleven mogelijk maakt, door den uitbouw
der sociale wetgeving, de uitvoering ervan, en
de berechting van geschillen, bij die uitvoe
ring ontstaan, grootendeels in handen ie leg
gen van de samenwerkende groepen, die bij
het productieproces zijn betrokken, tegemoet
komt aan een wensch. die ook buiten katho
lieken kring, zoowel bij werkgevers als arbei
ders. als zeer dringend wordt gevoeld.
„Overigens toonen de in de Troonrede aan
gekondigde plannen op zoo veel punten over
eenstemming met het- program der R.-K.
Staatspartij, dat de katholieke fractie wel
niet geaarzeld zou hebben op dit program
steun toe te zeggen aan een parlementair
recht-sch Kabinet".
„Alleen de onderwijsparagraaf in de Troon
rede wekt teleurstelling. Waarschijnlijk zal
de nieuwe Minister de regeling van het aan
vullend onderwijs voor de rijpere jeugd reke
nen onder de thans aanhangige wetsontwer
pen, welke in aanmerking komen om onge-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
SOPHIAPLE1N 6—14
wijzigd met de nieuwe Kamer te worden
behandeld, maar een bijzondere vermelding
van deze zóó belangrijke en urgente kwestie
ware niet ondienstig geweest. Bovendien ver
wondert het zeer, dat elke aankondiging van
een ruimere subsidieering van het bijzonder
hooger onderwijs achterwege bleef".
„Overigens spreekt uit het veelzijdig regee-
ringsprpgram een werklust, waarvoor wij die
pen eerbied hebben.
Moge het der Regeering gegeven zijn in
samenwerking met de Staten-Generaal uit
voering te geven aan hare plannen, die over
't algemeen getuigen van een juist inzicht
in hetgeen ons volk voor dezen tijd behoeft",
„Futloos, zielloos, vaag,
zoetelijk".
Onder den titel „Een mager ezeltje" schrijft
het Volk (S.D.A.P.) o.a.:
„Deze troonrede, het program voor een
vierjarige regeeringsperiode, is beginselloos,
zielloos, futloos. Dit kabinet, steunende op de
rechterzijde, heeft niets aan het volk te ver
tellen over de christelijke grondslagen van de
samenleving".
„Wat heeft- deze regeering tot de arbeiders
klasse te zeggen? Zij belooft krachtige bestrij
ding van de werkloosheid, wettelijke regeling
van de werkloozenverzekering, publiekrech
telijke regeling van het collectief arbeidscon
tract, en herziening der sociale verzekering.
Voor vier jaar een mager program: feitelijk
komen deze beloften hierop neer: wat r.iet
langer is te keeren, zal in 's hemels naam
worden ondernomen. Over de bekrachtiging
van de achturenovereenkomst van Washing
ton geen woord".
„De positie ten aanzien van Indonesië zal
zijn, wij kunnen er geen beter woord voor
vinden: conservatief. Met het woord ont
voogding is deze regeering gul; maar de In
donesiër die op daden wacht, vindt in deze
troonrede niet anders dan een paar klontjes
suiker, en de vermaning om zoet te zijn, met
de waarschuwing er bijwij zijn waakzaam".
„Alles wat er verder in de troonrede staat,
is zoetelijk en vaag. Herziening van de lager-
onderwijs-wet. Ook verbetering van het on
derwijs? Het staat er niet bij".
„Laat ons zwijgen. De edelman die strijdt
voor het volk zit op de knieën van den edel
man die op de schatkist zit; de slaperige
burger kan zich te ruste begeven. Lieb Vater-*
land, kannst ruhig sein!"
HET KELLOGG-PACT EN
ARTIKEL 12.
Het Engelsche voorstel.
UITEENZETTING VAN MR. LIMBURG.
NATUURLIJK: EEN SUBCOMMISSIE.
GENêVE, 17 Sept. (V. D.ï De Juridische V.
B.-commissie heeft heden het Engelsche voor
stel in behandeling genomen, dat- ten deol
had het Kellogg-pact in overeenstemming
met het Volkenbondspact te brengen. Hurst
doelde in zijn toelichting op de omstandig
heid, dat het Kellogg-pact het V. B.-pact
verre voorbijstreeft. De leemte in het laatst
genoemde verdrag, dat de mogelijkheid tot
den oorlog open laat, moet noodzakelijk wor
den aangevuld.
De bepaling, in art. 12, volgens welk de
V. B.-staten het recht hebben om met in
achtneming van den termijn van drie maan
den, gerekend van den dag af, waarop de
Raad ter bijlegging van het geschil bijeen
komt, tot oorlog over te gaan, moet volgens
Hurst vervangen worden door de bepaling,
dat de leden van den V. B. in geen geval het
recht hebben den oorlog te verklaren. In ge
lijken geest dient art. 15, sub 7 gewijzigd te
worden.
Langdurige debatten volgden over dit- En
gelsche voorstel waarbij de Nederlandsche
afgevaardigde Mr. Limburg zijn bezwaren uit
eenzette.
Volgens Mr. Limburg is dit voorstel zoo
ingrijpend, dat een onmiddellijke aanvaar
ding hem onmogelijk toeschijnt. Het gevaar
is niet denkbeeldig aldus de Hollandsche
afgevaardigde dat weliswaar het voorstel
door de vergadering wordt aangenomen, doch
later niet door de staten wordt geratificeerd,
daar het systeem der sancties hierdoor wordt
uitgebreid en het aantal verplichtingen der
volkeren zal toenemen. Limburg stelde der
halve voor een speciale commissie in te stel
len.
Tenslotte werd op voorstel van Lord Cecil
besloten tot de instelling van een subcom
missie, welke zal onderzoeken, of het Engel
sche voorstel reeds tijdens de huidige v/b.-
vergadering kan worden aangenomen; mocht
dit niet het geval zijn, dan dient te worden
nagegaan, welke aanwijzigingen de betrok
ken afdeelingen van den V. B. moeten ont
vangen teneinde de Britsche plannen verder
te onderzoeken en uit te werken. De genoem
de subcommissie komt reeds morgen, Woens
dag, bijeen.
OMZE CROErSTüE.5
B I DIN5DAG5^
donderde 1
ZATERDAG fcp,
J
DE AMSTERDAMSCHE WETHOUDERS
CRISIS.
De nieuwe wethouders.
(Zie ook elders in dit nummer).
Dinsdagmiddag is de overeenkomst over
de samenstelling van het college van wet
houders te Amsterdam door de samenwer
kende fracties geteekend. Wie wethouders
zullen worden, is nog niet bekend. Daarover
moet nog nader overleg worden gepleegd,
doch algemeen werden naast de drie S.D.A.P.
ex-wethouders Wibaut, De Miranda en Polak
genoemd de heeren Von Frijtag Drabbe
(r.k.). Abrahams (v.d.) en Baas (a.r.) meldt
de Tel.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
eisjes_,
E' is geen deugdelijker middel voor
het verkrijgen en behouden van een
(raaie Huid van Handen-en Gelaat dan
v.d «5-60 «n 90 cl Tube 80 cl
Het begin. Nieuwe gezichten
inleiding.