BUITENLANDSCH OVERZICHT
TWEE MOEILIJKE QUAEST1ES.
DE DUITSCHE RIJKSDAG EN DE WERKLOOSHEIDS
VERZEKERING.
LETTEREN EN KUNST
HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 1 OCTOBER 1929
DERDE BLAD
De Labourregeering en de Labourpartlj.
Bespreking d"r leiders der groote
coalitie.
INGEZONDEN MEDEDEELINCEN a 60 Cu t«r ratal-
dienst der mensdihesd
heeft een leger van wetenschappelijk en technisdi
onderlegden zich tol taak gesteld door bestrijding
van ziekteverwekkers, het menschelijk lijden te vor»
zachten. Dit hooge doel wordt vooral door de
I. G. Farbenindustrio Aktiengesellschaft (waartoe
ook de Farbenfabrikcn vorm. Friedr. Bayer Co.
behooren) sedert haro oprichting beoogd.
Een der voornaamste aanwinsten, waarmede zij
die taak vervuld heeft, is wel de vinding van ASPIRIN.
Voor 30 jaar aan den geneesmiddelenschat toege
voegd, geniet het tegenwoordig als souveroin middel
tegen alle verkoudheidsziekten en rheumatische pijnerv
wereldberoemdheid.
Aspirin
eenlgopde wereld.
T BELANGRIJKSTE NIEUWS.
Op het Jaarlijksch Congres der Labour
partlj, dat in Brighton werd geopend door
den minister van verkeer, Herbert Morrison,
is een telegram gezonden aan Macdonald, die
zich zooals men weet aan boord van de
Berengaris bevindt op weg naar de V.S. Ver
volgens zeide Herbert Morrison, dat 'niet-
zonder reden de Labour-party wordt be
schouwd als een wonder in do geschiedenis
der politiek- In de betrekkelijk korte periode
van 30 jaren is haar vooruitgang een zaak
van de publieke belangstelling geworden.
De vakvOr eenigingen hebben niet alleen bij
gedragen tot de financieele welvaart dei-
partijkas, doch bovenal hebben zij uitstekend
de politieke opvoeding van millioenen leden
ter hand genomen. Het is een bron van
kracht en niet van zwakte dat de Britscne
Labour Party zoo nauw vo.-bonden is met- de
vakvereenigingen. Sprekende over het suc
ces der regeering in de buitenlandsche poli
tiek zeide Morrison, dat het groote succes
van Snowden in den Haag door het geheele
volk was toegejuicht, dat na 11 jaren de
troepen van Engeland, Frankrijk en België
uit het Rijnland vertrokken. Een van de
moeilijkste vraagstukken der Britsche buiten
landsche politiek, de betrekkingen met
Egypte, was op weg naar een gelukkige op
lossing. Betreffende de betrekkingen met
Rusland hoopte hij, dat de regeering in staat
zou zijn om wanneer het parlement weer bij
eenkwam het herstel dezer betrekkingen op
een vriendschappelijke en hechte basis aan
te kondigen. Over binnenlandsche zaken
sprekende* zeide Morrison, dat ook hier de
Labourregeering de eerste stappen had ge
daan op den weg der voorgenomen politiek.
Zij houdt zich bezig met de industrieele en
sociale reorganisatie noodig om een hoogeren
standaard van materieel en intellectueel
leven mogelijk te maken.
Ofschoon gehandicapt door haar positie
van minderheidsregoering een realiteit,
dit' steeds in het oog moest worden gehouden
kan nog veel gedaan worden waartegen
de oppositiepartijen zich niet openlijk kunnen
verzetten. Aangaande de industrie zeide de
spreker, dat Engeland in enkele der belang
rijkste industrieën belangrijk is achterge
bleven bij het buitenland. Er zijn commis
sies ingesteld om een onderzoek in te stellen
in de ijzer- en staalindustrieën en de katoen
industrie. Andere commissies waren nog in
voorbereiding, evenals plannen der regeering
inzake de steenkoolindustrie in het alge
meen.
i
Na Morrison's optimistische speech kwam
echter de oppositie aan het woord. En toen
bleek dat het congres zich niet onverdeeld
ve'reenigen kon met de geste der Labour
regeering. Het was Maxton die den eersten
aanval op de regeering inkleedde. Maxton is
leider dor Onafhankelijke Arbeiderspartij
en hij eischt in een uitvoerige rede ver
hooging van loonen en verbetering der
sociale politiek der instellingen, terwijl hij
buitengewoon heftig de economische en
sociale politiek der arbeiderspartij criti-
seerde. De minister van binnenlandsche
zaken Clynes antwoordde hierop, dat hij en
zijn collega's het volkomen eens waren met
deze eischen en dat zij van meening waren,
dat voldoende loonen voor alle burgers nood
zakelijk waren. Er is echter nog veel werk te
doen voor dit doei bereikt kan worden.
Vervolgens geraakten de vertegenwoordiger
der vakvereenigingsbeweging Bovin en de
afgevaardigde Maxton in debat, waarbij
laatstgenoemde in de eerste plaats het tempo
van de socialistische actie in gebreke stel
de.
Verder werden sociale vraagstukken be
sproken. De minister van buitenlandsche
zaken Henderson grt'ep in en stelde vast, dat
de arbeiderspartij in alle kwesties, waarover
in de eigen gelederen eenheid van opvatting
bestond, met volle kracht voorwaarts ging,
doch dat daarentegen den langzaam tempo
genomen werd in vraagstukken, waarover nog
geen overeenstemming bereikt was.
Ook ©p het punt van belasting kreeg de
regeering het ernstig te verantwoorden. Men
eischte drastische maatregelen ten aanzien
der rijken.
Ook in Berlijn heeft het gespannen.
De Rijksdag kwam bijeen ter behandeling
van de ontwerpen inzake de beruchte werk
loosheidsverzekering.
De commissie had van de oorspronkelijke
regeeringsontwerpen slechts den romp intact
gelaten. Het feit, dat door de communisten
den laatsten tijd een buitengewoon krach
tige propaganda tegen de regeeringsontwer
pen was gemaakt, had de Berlijnsche politie
aanleiding gegeven tot zeer uitgebreide vei
ligheidsmaatregelen voor de Rijksdagzit
ting.
Honderden politiebeambten vormden een
cordon rondom het Rijksgebouw. De trams
mochten niet voor het gebouw stoppen.
Eerst na een drievoudige controle konden
degenen, die een toegangskaart bezaten,
het gebouw binnentreden. Toen echter vice-
voorzitter Esser, ter vervanging van den zie
ken voorzitter Loebe, de zitting opende, wa
ren de tribunes niet gevuld.
Als eerste spreker betrad Wissell, de rijks
minister van Arbeid het podium.
Hij werd door de communisten met hoon-
geroep ontvangen. Wissell gaf een uiteen
zetting van de voorgeschiedenis der ontwer
pen en van de punten, waarop men van de
verklaringen der deskundigen is afgeweken.
Misbruiken op het gebied der werkloosheids
verzekering, zoo zeide de minister, komen
ongetwijfeld voor. doch zij zijn in de pers
zeer sterk overdreven voorgesteld. In haar
geheel beschouwd blijkt de werkloosheids
verzekering deugdelijk te zijn. Juist in den
eersten tijd heeft men op dit gebied met
groote moeilijkheden te kampen gehad. De
organisatie moest gewijzigd worden en toen
kwam de buitengewoon strenge winter, die
een abnormaal groote werkloosheid tenge
volge had. Reeds a priori wist men, dat de
wet op verschillende punten verbetering
vereischte. Deze verbeteringen zijn vervat in
een der beide thans aan de orde zijnde ont
werpen.
De minister gaf vervolgens een definitie
van het begrip „werkloosheid". Over dit
punt, zoo zeide hij, zullen er wel geen groote
meeningsverschillen bestaan. (Tegenspraak
bij de communisten.) De bepalingen ten
gunste van de werkloozen toch gaan veel
verder dan hetgeen men b.v. vroeger als een
definitie van het begrip beschouwde. De ver
zekering is het rijk thans 250 millioen mark
schuldig. In den komenden winter zal het
bedrag, dat voor uitgaven vereischt zal zijn,
de inkomsten aanzienlijk overschrijden. Op
grond van de jaargemiddelden over 1926
1923 moet op een aantal van 1.1 millioen
werkloozen worden gerekend. Volgens deze
berekening bedraagt het tekort rond 270
millioen mark. De punten, waarop de regee
ringsontwerpen afwijken van het door den
rijksraad aangenomen besluit, zijn echter
niet zoozeer van financieelen als wel van
principleelen aard.
Bij 't debat dat op deze re.To volgde, werd
namens de sociaal-democraten verklaard,
dat zij de verhooging der bijdrage gedurende
een bepaalden termijn met een half procent
en de verlaging der steunbedragen voor de
seizoenarbeiders zullen goedkeuren, doch
niet de verkorting van den wachttijd en de
verhooging der bijdrage, die boven de alge-
meene regeling uitgaat.
De Duitsch-nationalen verklaarden zich
tegen de regeeeringsvoorstellen en noem
den den strijd die thans om deze kwestie
wordt gevoerd, een bewijs voor de onbruik
baarheid van het parlementaire stelsel.
Morgenvoormiddag zal een laatste poging
worden gedaan om de moeilijkheden, welke
met de werkloosheidsverzekering samenhan
gen. te overwinnen. Op voorstel der demo
craten zal dan een bespreking tusschen de
leiders der groote coalitie plaats vinden.
L. A.
800.000 schilling voor 1 dag
veiligheid.
De Weensche correspondent van de N.R.Ct.
meldt:
De optochten van Zondag in Oostenrijk
hebben een kalm verloop gehad. De enkele
relletjes, die er toch nog zijn voorgevallen
moet men in hoofdzaak op rekening van de
communisten schrijven. Daarbij zijn onge
veer honderd menschen aangehouden, van
wie er echter slechts 20 in hechtenis gehou
den zijn. De aanvoerders van c!e burgerwacht
hielden scherpe anti-socialistische toespra
ken. Tot de aangehoudenen behoort ook de
Duitsche communistische aanvoerder Tor-
nay. De kosten van den veiligheidsdienst-
hebben voor Zaterdag en Zondag ongeveer
800.000 shilling bedragen.
Bondskanselier Schober heeft in een inter
view met de Maandagochtendbladen ver
klaard zich te verheugen over het kalme be
loop van beide dagen. De Oostenrijkers zijn
beter dan de naam. die van hen uitgaat. In
geen ander land zouden zulke menigten po
litieke tegenstanders gelijktijdig kunnen be-
toogen zonder dat het tot bloedvergieten
kwam. In beide kampen heerscht thans stren
ge tucht. Oostenrijk heeft een rustige, vreed
zame bevolking. De onrust, waaraan men
heeft blootgestaan, is door vreemdelingen
verwekt. De verdere loop van zaken is alleen
gegrondvest op een handhaving van de wet
tige democratie.
De optochten van de beide partijen zijn
gehouden in de Neder-Oostenrijksche steden
Mödling, St-ockerau, Zwettl en Pöchlarn. Za
terdag die van de socialisten. Zondag die van
de burgerwachten. Te Moedling kwamen de
burgerwachten, o.w. 3000 man uit Weenen,
bijeen op de feestweide. Na een veldmis voer
den de aanvoerder Pfriemer en dr. Steidle
het woord. Zij betoogden, dat de burgerwach
ten de huidige regeering steunen. Hun toe
spraken werden luide toegejuicht. Na afloop
hield men een propaganda-optocht door de
stad, waarbij de bevolking de burgerwacht
hartelijk toejuichte. In de arbeiderskolonie
buiten Mödling trachtten de socialisten met
straatbetoogingen de bevolking op te hitsen
en daarna naar de feestweide cp te trekken.
De politie hield hen tegen en bij deze gelegen
heid is o.a. de Berlijner Tornay aangehouden.
Te Stockerau kwamen 12.000 burgerwach
ten bijeen, hier spraken dr. Burescli, de gou
verneur van Neder-Oostenrijk, en ook weer
Pfriemer en Steidle. Na afloop volgde een op
tocht door de stad met een défilé. Te Zwetti
namen 3000, te Pöchlarn 6000 menschen aan
de betooging van de burgerwacht deel.
Hoe groot het aantal deelnemers aan de
socialistische betoogingen geweest is. vonden
wij nog niet vermeld. Tot de socialistische
sprekers behoorden o.a. oud-staatskanselier
dr. Renner. Eldersch, de voorzitter van den
nationalen raad, en de vice-gouverneur Hel-
mer. De vergaderingen en optochten der so
cialisten hebben tot geen de minste ordever
storing aanleiding gegeven.
Sluipmoord in Palestina.
De Daily Mail komt met onrustbarend
nieuws uit Palestina, Volgens haar corres
pondent heeft de Britsche militaire macht
het openlijk verzet onder den grond gedre
ven en wordt nu iederen nacht een of an
dere moord gepleegd door Jood op Arabier
of Arabier op Jood. Palestina zou daardoor
niet ongelijk zijn aan Ierland in den tijd
van den ergsten Sinn-Fein strijd. Natuurlijk
moet men met zoo'n bericht oppassen, want
Northcliffe voorspelde negen jaren geleden,
dat het Britsche volk gevaar liep, dat Pales
tina een tweede Ierland zou worden. Het
spreekt nu vanzelf dat de correspondent
van de Daily Mail deze voorspelling als uit
gekomen voorstelt. Overigens gaat het ver
zet ook niet tegen Groot-Britarmië. Algemeen
loopt in Palestina het gerucht, dat een aan
tal jonge Joden zich vereenigd heeft om
iederen moord op een rasgenoot te wreken
en dat zoowel Joden als Arabieren zich in
het geheim wapenen. Vele wapenen en veel
munitie zouden reeds binnengesmokkeld zijn
en ergens in het land moet zich een onuit
puttelijk arsenaal bevinden. De Daily Mail
schrijft in een hoofdartikel nogmaals, dat
het opgeven van het mandaat door Groot-
Britannië geen kwestie van eer of plichtsge
trouwheid is, een opinie, waar heel weinig
menschen. hoe onaangenaam zij de situatie
ook vinden mogen, het mede eens kunnen
zijn.
HET TOONEEL.
LE PêCHEUR D'OMBRES.
In het laatst van het vorige seizoen heeft
een clubje dilettanten uit Den Haag onder
leiding van Louis van Gasteren te Haarlem
een voorstelling gegeven van Le Pècheur
d'Ombres van Jean Sarment; gisteren zagen
wij het stuk in het Fransch met den schrij
ver in de rol van Jean, den jongen man, die
door een teleurgestelde liefde zoo in zijn
geestvermogens is geschokt, dat hij zijn ge
heugen kwijt geraakt is. Een Hollandsch di
lettant en een Fransch acteur, die de hoofd
rol speelt in een door hem zelf geschreven
stuk, het lijkt gevaarlijk om vergelijkingen te
maken. En toch, ik moet bekennen, dat de
Hollander mij met zijn creatie meer overtuigd
heeft dan de Franschman. Bij de Hollandsche
voorstelling hoe veel zwakker dan ook als
geheel gelóófden wij onmiddellijk tegen
over een ziel-zieke te staan.
De heer Tersteeg gaf den geesteskranken
jongen man met tal van treffende détail:
zóó weer. dat men in zijn ziekte geloofde.
Voortreffelijk wist Tersteeg ons het „afwezi
ge", het aldoor dwalende van deze zieken
geest te suggereeren. Het starende in z
blik, het vluchtige in zijn bewegingen, he
gesaccadeerde in zijn spreken, het behoorde
alles bij deze figuur. Jean Sarment daaren
tegen was een stevige robuste man, die meer
den indruk maakte van een champion-ten
nisser dan van een zieke. Zelfs zijn herhaald
„je suis fou" kon ons niet aan zijn geestes
krankheid doen gelooven. Het moge waar zijn,
dat de leek bij de ontmoeting van een ziel-
zieke soms nauwelijks bespeurt met een
patiënt te doen te hebben, in een stuk met
zulke zelfs voor normale menschen zenuw
schokkende gebeurtenissen moet ons toch ook
uiterlijk iets blijken van der. abnormalen
zielstoestand van den hoofdpersoon. Ik her
inner mij den grooten indruk dien de zc-.r
talentvolle Tersteeg wist te rnaken, toen hij
zijn geheugen terug kreeg, de ziekte als het
ware van hem afviel.
Hij werd een ander mensch! Bij Jean Sar
ment ging dat moment vrij wel aan ons
voorbij. En prachtig door den heelen op
bouw van de rol was ook van den Hol-
landschen dilettant het oogenblik, dat hij
aan het slot van III weer instortte.
Wij zagen bij Jean Sarment geen patholo
gisch geval, waarop heel het stuk toch feite
lijk is gebouwd. Misschien zou de schrijver
ter verdediging van zijn opvatting hiertegen
kunnen aanvoeren, dat één der zwakke plek
ken van het stuk de groeiende liefde van
Nelly voor een geesteskranke, denzelfden
jongeman, dien zij, toen hij gezond was, niet
lief kon hebben hierdoor meer werd ver
doezeld.
Dat Le Pêcheur d'Ombres bij een tweede
opvoering een dieperen indruk op mij ge
maakt heeft, kan ik onmogelijk zeggen.
Veel van wat mij eerst dramatisch toe
scheen, kwam mij bij een weerzien thea
traal voor. Misschien wel juist omdat het
spel van deze Franschen over het algemeen
zoo veel sterker, uiterlijk sooveei krachtiger
was. Het bleef voor mij ..du theatre"! O, ze
ker, heel knap theatre dikwijls, maar toch....
„du theatre"!
In deze Fransche voorstelling zagen wij
een geheel nieuwe René. Jack Daroy dis
in zijn houding eo in zijn spel soms sterk
aan Cor van der Lugt Melsert deed denken
speelde dezen naar liefde hunkerenden Rei
heel fijn en gevoelig. Een zeer mooie figuur,
deze schuchtere, verlegen man! Hoe spoedig
zou René, die tot een zoo lage daad komt
tegenover zijn broer, antipathiek kunnen
worden en daarvan was bij Jack Daroy geen
sprake. Wij voelden geen moment afschuw
alleen maar diep medelijden met hem.
En Marguerite Valmond? Er zal wel
niemand in de zaal zijn geweest, die het
niet volkomen met Monseigneur eens was,
toen hij zei: „Elle est charmante!" Zij
bracht de charme en de gratie dor jeugd op het
tooneel en toonde zich een actrice van ras
in haar aangrijpend, van leven vibreerend
spel, eerst in het groote toon<*:l met Jean, als
zij bemerkt, dat het geheugen bij hem terug
keert ik bewonderde haar toen meer dan
hem en later in de scène me: René. wan
neer zij hem zegt, dat al haar liefde voor
Jean is. Dat was subliem!
Jenny Cazeneuve, die wel wat te jong
scheen voor een moeder van deze zoons
men zou ook kunnen zeggen, dat de zoons
wat te oud waren trof mij door een na
tuurlijke, bijna leuke gemoedelijkheid in
haar spel. Zij leek mij meer 'n tikje te
veel bourgeois© dan oud-art-iste. Vooral kwam
dit uit in de in dit stuk misplaatste
scène met den bisschop, waarin zij tegenover
de distinctie van Monseigneur wel wat erg
„huisvrouwelljk" deed. Henri Desmarots
speelde Monseigneur fijn doch kon mij door
zijn spel toch niet verzoenen met dezen naar
onze opvattingen wel heel vreemden bisschop,
die aan het slot bij oen stervende zijn pries
terlijken plicht zelfs geheel en al vergeet- Een
afzonderlijk woord van lof voor de wijze,
waarop 'n bijrol als van Marie in dit ensemble
werd vertolkt.
Een voorstelling dus, die ons van sterk
spel vcël te genieten heeft gegeven. De
dramatische scènes o.a. het tooneel tus
schen de twee broers in III kwamen in
deze Fransche opvoering geheel tot hur.
recht. Wij zagen krachtig tooneelspcl! Ook
een stuk leven? Ik zou dat laatste niet be
vestigend durven beantwoorden.
J. B. SCHUIL.
DE ZUSTERS VAN HET PROV.
ZIEKENHUIS.
Gezellige zitkamers.
EEN TENNISBAAN.
Op de begrooting voor 1930 van het Prov.
Ziekenhuis bij Santpoort is f 27.200 uitgetrok
ken voor kosten van de verbetering van het
Internaat.
In de toelichting wordt gezegd:
De bezwaren, welke in de laatste Jaren te
gen het bestaande internaat zijn ingebracht,
gelden in hoofdzaak de samenwoning gedu
rende langen tijd van 4 zusters op een ka
mer. Hierdoor toch voelt men zich in zijn
persoonlijke vrijheid beknot en mist de ge
legenheid zich een naar eigen inzichten ge-
noegelijke omgeving te scheppen, afgezien
van het- feit, dat deze samenwoning in vele
gevallen personen bijeen doet zijn. welke
minder goed met elkander harmonieeren.
Om aan deze bezwaren tegemoet te komen
stellen wij ons voor de huisvesting der ver
pleegsters als volgt te regelen:
a. bij indiensttreding: inwonend in het
groote Zusterhuis 2 personen op een groote
kamer;
b. na 1 jaar diensttijd: inwonend in de
zusterhuizen op een een-persoons-kamer;
c. na het behalen van het diploma: bij op
volging (naar anciënniteit) gelegenheid tot
het betrekken van een vrije kamer in daar
voor beschikbare dienstwoning buiten het
terrein van het Zusterhuis, in welk geval de
betrokkene de vrije geneeskundige hulp, voe
ding, bewassching enz. blijft geniéten.
De bovenstaande regeling is natuurlijk niet
bedoeld als een bekorting van de bestaande
gunst om uitwonend te mogen zijn.
Voor het bereiken van deze regeling zou
den de navolgende schikkingen zijn te tref
fen.
De tegenwoordige 4 persoonskamers wor
den aan 2 zusters in gebruik gegeven, ten
gevolge waarvan voor 34 zusters woongele
genheid beschikbaar moet worden gemaakt.
Door ontruiming van personeelswoningen
type „de Bazel" zullen de zusters onder c ge
noemd in de gelegenheid gesteld kunnen
worden, deze woningen te betrekken, waarin
4 verpleegsters één vrije zit-slaapkamer kun
nen krijgen, met gezamenlijk gebruik van
keuken en conversatiekamer. Zij die hier
wonen zullen onder toepassing van voldoen
de controle ter voorkoming van ongewensch-
te toestanden, dezelfde vrijheden kunnen ge
nieten, als de zusters die uitwonend zijn. Zij
blijven in het genot van vrije geneeskundige
behandeling, bewassching en voeding en ko
men dus op de vaste tafeltijden in het groote
Ziekenhuis voor het ontbijt, middagmaal en
koffiemaaltijd.
Het spreekt vanzelf, dat deze regeling
slechts geleidelijk zal kunnen worden ten uit
voer gebracht daar den bewoners der te ont
ruimen woningen behoorlijk gelegenheid
dient te worden gegeven tot verhuizen. Aan
dit voornemen kan dus alleen gevolg worden
gegeven, indien voldoende woongelegenheid
voor de bewoners dezer hulzen beschikbaar
komt.
Naast deze tegemoetkoming aan de be
zwaren van samenwoning der zusters zal het
noodig zijn, de zusterkamers eenigszins te
moderniseeren en een gezelliger aanzien te
geven. Dit is te bereiken door de nog steeds
in gebruik zijnde waschtafeltjes te vervan
gen door vaste waschbakken en de houten le
dikanten te doen plaats maken voor moder
ne divanbedden. De houten vloeren dienen
te worden belegd met linoleum, zoowel op
de gangen als op de kamers.
Om voorts een betere gelegenheid tot het
ontvangen van bezoek enz. te verkrijgen, zal
het noodig zijn twee zusterkamers naast den
hoofdingang van het Zusterhuis te ontrui
men en tot ontvangkamer in te richten. Ook
cie groote zuster-conversatiezaal zal gezelliger
gemeubileerd worden.
Voorts zal ter bevordering van den goe
den geest onder het personeel en als middel
tot ontspanning een tennisbaan kunnen
worden aangelegd, wat zeker op hoogen prijs
zal worden gesteld.
SLAAPZIEKTE TE OEGSTGEEST.
Te Oegstgeest doet zich een geval van slaap
ziekte voor. Een volwassen man slaapt reeds
veertien dagen achtereen, meldt het Hbld.
BRAND IN HILVERSUM.
VOOR DEN POLITIERECHTER.
Veertig paar kousen ontvreemd.
De 23-jarige metaalbewerker J. W. was In
Juni van dit jaar nog als leerling in betrek
king op de fabriek van den heer C. N. Hln
alhier en eigende zich toen op verschillende
tijdstippen paren kousen toe, in het geheel
40 paar. Hij gaf als excuus op dat hij te wei
nig verdiende: f 11 a f 12 per week. Thans
verdient hij f 25 a f 26 per week. Overigens
betuigde hij zijn spijt over het gebeurde.
Zijn vroegere patroon, de heer Hin. werd
als getuige gehoord en vestigde er de aan
dacht van den Politierechter op, dat ver
dachte leerling was en daardoor nog wei
nig verdiende.
Overigens deed de heer Hin een goed
woora voor den jongen man, die gunstig be
kend staat.
Het O. M. wilde er, met den heer Hin,
gaarne toe medewerken dat verdachte nog
uit de gevangenis bleef. Maar spr. wilde zijn
requisitoir gaarne 14 dagen aanhouden, om
eerst een reclasseerlngsrapport omtrent hem
te kunnen ontvangen en naar aanleiding
daarvan misschien een voorwaardelijke straf
tc kunnen vragen.
De Politierechter stemde hiermede in.
Vuurwerk en nog wat.
Te Zandvoort werd van den zomer des
avonds door opgeschoten jongens nog al
eens op straat vuurwerk afgestoken en de
politie besloot gestreng tegen dezen overlast
op te treden. Toen dan ook op 20 Augustus
J.l. weer op het Traniplein „met vuur werd
gespeeld", fouilleerde de politie een knaap,
van wlen zij vermoedde dat hij „vuurwerk"
bij zich had. De broer van dezen Jongen, de
negentienjarige K. F. K., bemoeide zich
toen met het geval en zei: „Smeer 'm. Laat
Je zakken toch niet nazoeken". Waarop een
Zandvoortsch politiebeambte en onbezoldigd
Rijksveldwachter hem tot doorloopen som
meerde. Toen hij hieraan niet voddeed. werd
hij door de politic beetgepakt, geboeid en
naar het bureau meegenomen. Hij zou bij
die gelegenheid zich verzet hebben door
trappen en schoppen en gezegd hebben. „Ik
betaal net zoo goed belasting."
Bedoelde politiebeambte werd gehoord. Hij
deelde mede wel 4 of 5 keer tot doorloopen
gesommeerd te hebben, alvorens tot de ar
restatie werd overgegaan. Verdachte wilde
aan het verzoek tot doorloopen echter niet
voldoen.
Eenige getuigen décharge waren door
den verdediger. Mr. Benno J. Stokvis, te Am
sterdam, opgeroepen.
De heer Leo Lauer. journalist deelde mede,
dat de moeder van verdachte bij hem was
gekomen met het verhaal dat dc jongen op
het politiebureau, na zijn arrestatie, was ge
slagen. Get. was den Jongen toen gaan op
zoeken en had inderdaad geconstateerd, dat
hij eenige builen had, maar hij kan natuur
lijk niet constateeren of die het gevolg wa
ren van mishandeling op het politiebureau.
Eenige andere getuigen A décharge beweer
den dat de arrestatie onmiddellijk op de
sommatie tot doorloopen was gevolgd, het
geen de getuLgc-polltiebcambte met den
meesten nadruk ontkende. Een van deze ge
tuigen antwoordde op een vraag van den
verdediger, dat zijns Inziens de politie alles
behalve tactvol was opgetreden.
De verdachte deelde nog mode, dat zijn
keel bij de arrestatie was dichtgeknepen..
Had dit nog één minuut langer geduurd, al
dus verdachte, dan had ik hier misschien
niet gestaan.
Het O. M. meende dat het verzet vaststond,
maar wilde er rekening mede houden, dat
verd. gunstig bekend staat. De eisch luidde
f 25 boete of 15 dagen hechtenis.
De verdediger, Mr. Stokvis, herinnerde
aan de verklaring van eenige getuigen dat de
arrestatie onmiddellijk op de sommatie was
gevolgd. Voorts meende pl. dat bij een tac
tisch. vriendelijk en zachtmoedig optreden
van de politie zulke dingen als hier nu zijn
gebeurd, niet voorvallen. Is 't waar dat ver
dachte op het politiebureau Is mishandeld
en met een gummistok in 't gezicht'is ge
slagen, dan herinnert dit aan Giessen-
Nieuwkerk en Culemborg en verdient dit zeer
ernstig onderzoek. Pl. concludeerde tot vrij
spraak, subsidiair een lichte straf.
Het vonnis van den politierechter luidde
f 15 boete of 10 dagen hechtenis.
NOG GOED AFGELOOPEN.
Een kraan van 65 ton dreigt
naar beneden tc vallen.
HET POMPSTATION VERNIELD.
Maandagavond is brand uitgebroken ln
het pompstation van de gemeente Hilversum
aan het Laapersveld. De brandweer was
spoedig ter plaatse en wist het vüur te be
perken tot het gebouw van het pompstation.
De stroom van het electrisnh net werd direct
uitgeschakeld. De zeer Kostbare machine leed
veel schade, zoodat het waterloozingsbedrijf
veel stagnatie ondervond. Er zijn reeds maat
regelen getroffen voor het plaatsen van een
nieuwe machine daar bij hevigen regenval
verscheidene straten blank zouden komen te
staan. Gebouw en inventaris zijn verzekerd,
de oorzaak is onbekend,
Maandagmiddag zou bij een van de hellin
gen van de scheepswerf van P. Smit Jr. to
Rotterdam een nieuwe kraan worden ge
plaatst. Daartoe werd gebruik gemaakt van
de bok „Titan". Kort nadat de kraan, welke
65 ton meet, was aangeslagen, en naar boven
gelicht, hoorde men Iets kraken, meldt het
Hbl. Het personeel, dat bij het werk aanwe
zig was. vluchtte weg en kort daarna zag men
hoe de 53 M. langen arm van de kraan om
boog. Tengevolge hiervan werd het even
wicht verbroken en begon het gevaarte te
slingeren. Gelukkig echter bleef het in de
kabels hangen, zoodat geen persoonlijke on
gelukken zijn voorgekomen. Met groote
moeite heeft men het beschadigde gevaarte
op den grond weten te krijgen. De oorzaak
van het gebeurde is niet bekend. De mate*
rieelc schade is zeer groot.