BUITENLANDSCH OVERZICHT TWEE MOEILIJKE QUAEST1ES. DE DUITSCHE RIJKSDAG EN DE WERKLOOSHEIDS VERZEKERING. LETTEREN EN KUNST HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 1 OCTOBER 1929 DERDE BLAD De Labourregeering en de Labourpartlj. Bespreking d"r leiders der groote coalitie. INGEZONDEN MEDEDEELINCEN a 60 Cu t«r ratal- dienst der mensdihesd heeft een leger van wetenschappelijk en technisdi onderlegden zich tol taak gesteld door bestrijding van ziekteverwekkers, het menschelijk lijden te vor» zachten. Dit hooge doel wordt vooral door de I. G. Farbenindustrio Aktiengesellschaft (waartoe ook de Farbenfabrikcn vorm. Friedr. Bayer Co. behooren) sedert haro oprichting beoogd. Een der voornaamste aanwinsten, waarmede zij die taak vervuld heeft, is wel de vinding van ASPIRIN. Voor 30 jaar aan den geneesmiddelenschat toege voegd, geniet het tegenwoordig als souveroin middel tegen alle verkoudheidsziekten en rheumatische pijnerv wereldberoemdheid. Aspirin eenlgopde wereld. T BELANGRIJKSTE NIEUWS. Op het Jaarlijksch Congres der Labour partlj, dat in Brighton werd geopend door den minister van verkeer, Herbert Morrison, is een telegram gezonden aan Macdonald, die zich zooals men weet aan boord van de Berengaris bevindt op weg naar de V.S. Ver volgens zeide Herbert Morrison, dat 'niet- zonder reden de Labour-party wordt be schouwd als een wonder in do geschiedenis der politiek- In de betrekkelijk korte periode van 30 jaren is haar vooruitgang een zaak van de publieke belangstelling geworden. De vakvOr eenigingen hebben niet alleen bij gedragen tot de financieele welvaart dei- partijkas, doch bovenal hebben zij uitstekend de politieke opvoeding van millioenen leden ter hand genomen. Het is een bron van kracht en niet van zwakte dat de Britscne Labour Party zoo nauw vo.-bonden is met- de vakvereenigingen. Sprekende over het suc ces der regeering in de buitenlandsche poli tiek zeide Morrison, dat het groote succes van Snowden in den Haag door het geheele volk was toegejuicht, dat na 11 jaren de troepen van Engeland, Frankrijk en België uit het Rijnland vertrokken. Een van de moeilijkste vraagstukken der Britsche buiten landsche politiek, de betrekkingen met Egypte, was op weg naar een gelukkige op lossing. Betreffende de betrekkingen met Rusland hoopte hij, dat de regeering in staat zou zijn om wanneer het parlement weer bij eenkwam het herstel dezer betrekkingen op een vriendschappelijke en hechte basis aan te kondigen. Over binnenlandsche zaken sprekende* zeide Morrison, dat ook hier de Labourregeering de eerste stappen had ge daan op den weg der voorgenomen politiek. Zij houdt zich bezig met de industrieele en sociale reorganisatie noodig om een hoogeren standaard van materieel en intellectueel leven mogelijk te maken. Ofschoon gehandicapt door haar positie van minderheidsregoering een realiteit, dit' steeds in het oog moest worden gehouden kan nog veel gedaan worden waartegen de oppositiepartijen zich niet openlijk kunnen verzetten. Aangaande de industrie zeide de spreker, dat Engeland in enkele der belang rijkste industrieën belangrijk is achterge bleven bij het buitenland. Er zijn commis sies ingesteld om een onderzoek in te stellen in de ijzer- en staalindustrieën en de katoen industrie. Andere commissies waren nog in voorbereiding, evenals plannen der regeering inzake de steenkoolindustrie in het alge meen. i Na Morrison's optimistische speech kwam echter de oppositie aan het woord. En toen bleek dat het congres zich niet onverdeeld ve'reenigen kon met de geste der Labour regeering. Het was Maxton die den eersten aanval op de regeering inkleedde. Maxton is leider dor Onafhankelijke Arbeiderspartij en hij eischt in een uitvoerige rede ver hooging van loonen en verbetering der sociale politiek der instellingen, terwijl hij buitengewoon heftig de economische en sociale politiek der arbeiderspartij criti- seerde. De minister van binnenlandsche zaken Clynes antwoordde hierop, dat hij en zijn collega's het volkomen eens waren met deze eischen en dat zij van meening waren, dat voldoende loonen voor alle burgers nood zakelijk waren. Er is echter nog veel werk te doen voor dit doei bereikt kan worden. Vervolgens geraakten de vertegenwoordiger der vakvereenigingsbeweging Bovin en de afgevaardigde Maxton in debat, waarbij laatstgenoemde in de eerste plaats het tempo van de socialistische actie in gebreke stel de. Verder werden sociale vraagstukken be sproken. De minister van buitenlandsche zaken Henderson grt'ep in en stelde vast, dat de arbeiderspartij in alle kwesties, waarover in de eigen gelederen eenheid van opvatting bestond, met volle kracht voorwaarts ging, doch dat daarentegen den langzaam tempo genomen werd in vraagstukken, waarover nog geen overeenstemming bereikt was. Ook ©p het punt van belasting kreeg de regeering het ernstig te verantwoorden. Men eischte drastische maatregelen ten aanzien der rijken. Ook in Berlijn heeft het gespannen. De Rijksdag kwam bijeen ter behandeling van de ontwerpen inzake de beruchte werk loosheidsverzekering. De commissie had van de oorspronkelijke regeeringsontwerpen slechts den romp intact gelaten. Het feit, dat door de communisten den laatsten tijd een buitengewoon krach tige propaganda tegen de regeeringsontwer pen was gemaakt, had de Berlijnsche politie aanleiding gegeven tot zeer uitgebreide vei ligheidsmaatregelen voor de Rijksdagzit ting. Honderden politiebeambten vormden een cordon rondom het Rijksgebouw. De trams mochten niet voor het gebouw stoppen. Eerst na een drievoudige controle konden degenen, die een toegangskaart bezaten, het gebouw binnentreden. Toen echter vice- voorzitter Esser, ter vervanging van den zie ken voorzitter Loebe, de zitting opende, wa ren de tribunes niet gevuld. Als eerste spreker betrad Wissell, de rijks minister van Arbeid het podium. Hij werd door de communisten met hoon- geroep ontvangen. Wissell gaf een uiteen zetting van de voorgeschiedenis der ontwer pen en van de punten, waarop men van de verklaringen der deskundigen is afgeweken. Misbruiken op het gebied der werkloosheids verzekering, zoo zeide de minister, komen ongetwijfeld voor. doch zij zijn in de pers zeer sterk overdreven voorgesteld. In haar geheel beschouwd blijkt de werkloosheids verzekering deugdelijk te zijn. Juist in den eersten tijd heeft men op dit gebied met groote moeilijkheden te kampen gehad. De organisatie moest gewijzigd worden en toen kwam de buitengewoon strenge winter, die een abnormaal groote werkloosheid tenge volge had. Reeds a priori wist men, dat de wet op verschillende punten verbetering vereischte. Deze verbeteringen zijn vervat in een der beide thans aan de orde zijnde ont werpen. De minister gaf vervolgens een definitie van het begrip „werkloosheid". Over dit punt, zoo zeide hij, zullen er wel geen groote meeningsverschillen bestaan. (Tegenspraak bij de communisten.) De bepalingen ten gunste van de werkloozen toch gaan veel verder dan hetgeen men b.v. vroeger als een definitie van het begrip beschouwde. De ver zekering is het rijk thans 250 millioen mark schuldig. In den komenden winter zal het bedrag, dat voor uitgaven vereischt zal zijn, de inkomsten aanzienlijk overschrijden. Op grond van de jaargemiddelden over 1926 1923 moet op een aantal van 1.1 millioen werkloozen worden gerekend. Volgens deze berekening bedraagt het tekort rond 270 millioen mark. De punten, waarop de regee ringsontwerpen afwijken van het door den rijksraad aangenomen besluit, zijn echter niet zoozeer van financieelen als wel van principleelen aard. Bij 't debat dat op deze re.To volgde, werd namens de sociaal-democraten verklaard, dat zij de verhooging der bijdrage gedurende een bepaalden termijn met een half procent en de verlaging der steunbedragen voor de seizoenarbeiders zullen goedkeuren, doch niet de verkorting van den wachttijd en de verhooging der bijdrage, die boven de alge- meene regeling uitgaat. De Duitsch-nationalen verklaarden zich tegen de regeeeringsvoorstellen en noem den den strijd die thans om deze kwestie wordt gevoerd, een bewijs voor de onbruik baarheid van het parlementaire stelsel. Morgenvoormiddag zal een laatste poging worden gedaan om de moeilijkheden, welke met de werkloosheidsverzekering samenhan gen. te overwinnen. Op voorstel der demo craten zal dan een bespreking tusschen de leiders der groote coalitie plaats vinden. L. A. 800.000 schilling voor 1 dag veiligheid. De Weensche correspondent van de N.R.Ct. meldt: De optochten van Zondag in Oostenrijk hebben een kalm verloop gehad. De enkele relletjes, die er toch nog zijn voorgevallen moet men in hoofdzaak op rekening van de communisten schrijven. Daarbij zijn onge veer honderd menschen aangehouden, van wie er echter slechts 20 in hechtenis gehou den zijn. De aanvoerders van c!e burgerwacht hielden scherpe anti-socialistische toespra ken. Tot de aangehoudenen behoort ook de Duitsche communistische aanvoerder Tor- nay. De kosten van den veiligheidsdienst- hebben voor Zaterdag en Zondag ongeveer 800.000 shilling bedragen. Bondskanselier Schober heeft in een inter view met de Maandagochtendbladen ver klaard zich te verheugen over het kalme be loop van beide dagen. De Oostenrijkers zijn beter dan de naam. die van hen uitgaat. In geen ander land zouden zulke menigten po litieke tegenstanders gelijktijdig kunnen be- toogen zonder dat het tot bloedvergieten kwam. In beide kampen heerscht thans stren ge tucht. Oostenrijk heeft een rustige, vreed zame bevolking. De onrust, waaraan men heeft blootgestaan, is door vreemdelingen verwekt. De verdere loop van zaken is alleen gegrondvest op een handhaving van de wet tige democratie. De optochten van de beide partijen zijn gehouden in de Neder-Oostenrijksche steden Mödling, St-ockerau, Zwettl en Pöchlarn. Za terdag die van de socialisten. Zondag die van de burgerwachten. Te Moedling kwamen de burgerwachten, o.w. 3000 man uit Weenen, bijeen op de feestweide. Na een veldmis voer den de aanvoerder Pfriemer en dr. Steidle het woord. Zij betoogden, dat de burgerwach ten de huidige regeering steunen. Hun toe spraken werden luide toegejuicht. Na afloop hield men een propaganda-optocht door de stad, waarbij de bevolking de burgerwacht hartelijk toejuichte. In de arbeiderskolonie buiten Mödling trachtten de socialisten met straatbetoogingen de bevolking op te hitsen en daarna naar de feestweide cp te trekken. De politie hield hen tegen en bij deze gelegen heid is o.a. de Berlijner Tornay aangehouden. Te Stockerau kwamen 12.000 burgerwach ten bijeen, hier spraken dr. Burescli, de gou verneur van Neder-Oostenrijk, en ook weer Pfriemer en Steidle. Na afloop volgde een op tocht door de stad met een défilé. Te Zwetti namen 3000, te Pöchlarn 6000 menschen aan de betooging van de burgerwacht deel. Hoe groot het aantal deelnemers aan de socialistische betoogingen geweest is. vonden wij nog niet vermeld. Tot de socialistische sprekers behoorden o.a. oud-staatskanselier dr. Renner. Eldersch, de voorzitter van den nationalen raad, en de vice-gouverneur Hel- mer. De vergaderingen en optochten der so cialisten hebben tot geen de minste ordever storing aanleiding gegeven. Sluipmoord in Palestina. De Daily Mail komt met onrustbarend nieuws uit Palestina, Volgens haar corres pondent heeft de Britsche militaire macht het openlijk verzet onder den grond gedre ven en wordt nu iederen nacht een of an dere moord gepleegd door Jood op Arabier of Arabier op Jood. Palestina zou daardoor niet ongelijk zijn aan Ierland in den tijd van den ergsten Sinn-Fein strijd. Natuurlijk moet men met zoo'n bericht oppassen, want Northcliffe voorspelde negen jaren geleden, dat het Britsche volk gevaar liep, dat Pales tina een tweede Ierland zou worden. Het spreekt nu vanzelf dat de correspondent van de Daily Mail deze voorspelling als uit gekomen voorstelt. Overigens gaat het ver zet ook niet tegen Groot-Britarmië. Algemeen loopt in Palestina het gerucht, dat een aan tal jonge Joden zich vereenigd heeft om iederen moord op een rasgenoot te wreken en dat zoowel Joden als Arabieren zich in het geheim wapenen. Vele wapenen en veel munitie zouden reeds binnengesmokkeld zijn en ergens in het land moet zich een onuit puttelijk arsenaal bevinden. De Daily Mail schrijft in een hoofdartikel nogmaals, dat het opgeven van het mandaat door Groot- Britannië geen kwestie van eer of plichtsge trouwheid is, een opinie, waar heel weinig menschen. hoe onaangenaam zij de situatie ook vinden mogen, het mede eens kunnen zijn. HET TOONEEL. LE PêCHEUR D'OMBRES. In het laatst van het vorige seizoen heeft een clubje dilettanten uit Den Haag onder leiding van Louis van Gasteren te Haarlem een voorstelling gegeven van Le Pècheur d'Ombres van Jean Sarment; gisteren zagen wij het stuk in het Fransch met den schrij ver in de rol van Jean, den jongen man, die door een teleurgestelde liefde zoo in zijn geestvermogens is geschokt, dat hij zijn ge heugen kwijt geraakt is. Een Hollandsch di lettant en een Fransch acteur, die de hoofd rol speelt in een door hem zelf geschreven stuk, het lijkt gevaarlijk om vergelijkingen te maken. En toch, ik moet bekennen, dat de Hollander mij met zijn creatie meer overtuigd heeft dan de Franschman. Bij de Hollandsche voorstelling hoe veel zwakker dan ook als geheel gelóófden wij onmiddellijk tegen over een ziel-zieke te staan. De heer Tersteeg gaf den geesteskranken jongen man met tal van treffende détail: zóó weer. dat men in zijn ziekte geloofde. Voortreffelijk wist Tersteeg ons het „afwezi ge", het aldoor dwalende van deze zieken geest te suggereeren. Het starende in z blik, het vluchtige in zijn bewegingen, he gesaccadeerde in zijn spreken, het behoorde alles bij deze figuur. Jean Sarment daaren tegen was een stevige robuste man, die meer den indruk maakte van een champion-ten nisser dan van een zieke. Zelfs zijn herhaald „je suis fou" kon ons niet aan zijn geestes krankheid doen gelooven. Het moge waar zijn, dat de leek bij de ontmoeting van een ziel- zieke soms nauwelijks bespeurt met een patiënt te doen te hebben, in een stuk met zulke zelfs voor normale menschen zenuw schokkende gebeurtenissen moet ons toch ook uiterlijk iets blijken van der. abnormalen zielstoestand van den hoofdpersoon. Ik her inner mij den grooten indruk dien de zc-.r talentvolle Tersteeg wist te rnaken, toen hij zijn geheugen terug kreeg, de ziekte als het ware van hem afviel. Hij werd een ander mensch! Bij Jean Sar ment ging dat moment vrij wel aan ons voorbij. En prachtig door den heelen op bouw van de rol was ook van den Hol- landschen dilettant het oogenblik, dat hij aan het slot van III weer instortte. Wij zagen bij Jean Sarment geen patholo gisch geval, waarop heel het stuk toch feite lijk is gebouwd. Misschien zou de schrijver ter verdediging van zijn opvatting hiertegen kunnen aanvoeren, dat één der zwakke plek ken van het stuk de groeiende liefde van Nelly voor een geesteskranke, denzelfden jongeman, dien zij, toen hij gezond was, niet lief kon hebben hierdoor meer werd ver doezeld. Dat Le Pêcheur d'Ombres bij een tweede opvoering een dieperen indruk op mij ge maakt heeft, kan ik onmogelijk zeggen. Veel van wat mij eerst dramatisch toe scheen, kwam mij bij een weerzien thea traal voor. Misschien wel juist omdat het spel van deze Franschen over het algemeen zoo veel sterker, uiterlijk sooveei krachtiger was. Het bleef voor mij ..du theatre"! O, ze ker, heel knap theatre dikwijls, maar toch.... „du theatre"! In deze Fransche voorstelling zagen wij een geheel nieuwe René. Jack Daroy dis in zijn houding eo in zijn spel soms sterk aan Cor van der Lugt Melsert deed denken speelde dezen naar liefde hunkerenden Rei heel fijn en gevoelig. Een zeer mooie figuur, deze schuchtere, verlegen man! Hoe spoedig zou René, die tot een zoo lage daad komt tegenover zijn broer, antipathiek kunnen worden en daarvan was bij Jack Daroy geen sprake. Wij voelden geen moment afschuw alleen maar diep medelijden met hem. En Marguerite Valmond? Er zal wel niemand in de zaal zijn geweest, die het niet volkomen met Monseigneur eens was, toen hij zei: „Elle est charmante!" Zij bracht de charme en de gratie dor jeugd op het tooneel en toonde zich een actrice van ras in haar aangrijpend, van leven vibreerend spel, eerst in het groote toon<*:l met Jean, als zij bemerkt, dat het geheugen bij hem terug keert ik bewonderde haar toen meer dan hem en later in de scène me: René. wan neer zij hem zegt, dat al haar liefde voor Jean is. Dat was subliem! Jenny Cazeneuve, die wel wat te jong scheen voor een moeder van deze zoons men zou ook kunnen zeggen, dat de zoons wat te oud waren trof mij door een na tuurlijke, bijna leuke gemoedelijkheid in haar spel. Zij leek mij meer 'n tikje te veel bourgeois© dan oud-art-iste. Vooral kwam dit uit in de in dit stuk misplaatste scène met den bisschop, waarin zij tegenover de distinctie van Monseigneur wel wat erg „huisvrouwelljk" deed. Henri Desmarots speelde Monseigneur fijn doch kon mij door zijn spel toch niet verzoenen met dezen naar onze opvattingen wel heel vreemden bisschop, die aan het slot bij oen stervende zijn pries terlijken plicht zelfs geheel en al vergeet- Een afzonderlijk woord van lof voor de wijze, waarop 'n bijrol als van Marie in dit ensemble werd vertolkt. Een voorstelling dus, die ons van sterk spel vcël te genieten heeft gegeven. De dramatische scènes o.a. het tooneel tus schen de twee broers in III kwamen in deze Fransche opvoering geheel tot hur. recht. Wij zagen krachtig tooneelspcl! Ook een stuk leven? Ik zou dat laatste niet be vestigend durven beantwoorden. J. B. SCHUIL. DE ZUSTERS VAN HET PROV. ZIEKENHUIS. Gezellige zitkamers. EEN TENNISBAAN. Op de begrooting voor 1930 van het Prov. Ziekenhuis bij Santpoort is f 27.200 uitgetrok ken voor kosten van de verbetering van het Internaat. In de toelichting wordt gezegd: De bezwaren, welke in de laatste Jaren te gen het bestaande internaat zijn ingebracht, gelden in hoofdzaak de samenwoning gedu rende langen tijd van 4 zusters op een ka mer. Hierdoor toch voelt men zich in zijn persoonlijke vrijheid beknot en mist de ge legenheid zich een naar eigen inzichten ge- noegelijke omgeving te scheppen, afgezien van het- feit, dat deze samenwoning in vele gevallen personen bijeen doet zijn. welke minder goed met elkander harmonieeren. Om aan deze bezwaren tegemoet te komen stellen wij ons voor de huisvesting der ver pleegsters als volgt te regelen: a. bij indiensttreding: inwonend in het groote Zusterhuis 2 personen op een groote kamer; b. na 1 jaar diensttijd: inwonend in de zusterhuizen op een een-persoons-kamer; c. na het behalen van het diploma: bij op volging (naar anciënniteit) gelegenheid tot het betrekken van een vrije kamer in daar voor beschikbare dienstwoning buiten het terrein van het Zusterhuis, in welk geval de betrokkene de vrije geneeskundige hulp, voe ding, bewassching enz. blijft geniéten. De bovenstaande regeling is natuurlijk niet bedoeld als een bekorting van de bestaande gunst om uitwonend te mogen zijn. Voor het bereiken van deze regeling zou den de navolgende schikkingen zijn te tref fen. De tegenwoordige 4 persoonskamers wor den aan 2 zusters in gebruik gegeven, ten gevolge waarvan voor 34 zusters woongele genheid beschikbaar moet worden gemaakt. Door ontruiming van personeelswoningen type „de Bazel" zullen de zusters onder c ge noemd in de gelegenheid gesteld kunnen worden, deze woningen te betrekken, waarin 4 verpleegsters één vrije zit-slaapkamer kun nen krijgen, met gezamenlijk gebruik van keuken en conversatiekamer. Zij die hier wonen zullen onder toepassing van voldoen de controle ter voorkoming van ongewensch- te toestanden, dezelfde vrijheden kunnen ge nieten, als de zusters die uitwonend zijn. Zij blijven in het genot van vrije geneeskundige behandeling, bewassching en voeding en ko men dus op de vaste tafeltijden in het groote Ziekenhuis voor het ontbijt, middagmaal en koffiemaaltijd. Het spreekt vanzelf, dat deze regeling slechts geleidelijk zal kunnen worden ten uit voer gebracht daar den bewoners der te ont ruimen woningen behoorlijk gelegenheid dient te worden gegeven tot verhuizen. Aan dit voornemen kan dus alleen gevolg worden gegeven, indien voldoende woongelegenheid voor de bewoners dezer hulzen beschikbaar komt. Naast deze tegemoetkoming aan de be zwaren van samenwoning der zusters zal het noodig zijn, de zusterkamers eenigszins te moderniseeren en een gezelliger aanzien te geven. Dit is te bereiken door de nog steeds in gebruik zijnde waschtafeltjes te vervan gen door vaste waschbakken en de houten le dikanten te doen plaats maken voor moder ne divanbedden. De houten vloeren dienen te worden belegd met linoleum, zoowel op de gangen als op de kamers. Om voorts een betere gelegenheid tot het ontvangen van bezoek enz. te verkrijgen, zal het noodig zijn twee zusterkamers naast den hoofdingang van het Zusterhuis te ontrui men en tot ontvangkamer in te richten. Ook cie groote zuster-conversatiezaal zal gezelliger gemeubileerd worden. Voorts zal ter bevordering van den goe den geest onder het personeel en als middel tot ontspanning een tennisbaan kunnen worden aangelegd, wat zeker op hoogen prijs zal worden gesteld. SLAAPZIEKTE TE OEGSTGEEST. Te Oegstgeest doet zich een geval van slaap ziekte voor. Een volwassen man slaapt reeds veertien dagen achtereen, meldt het Hbld. BRAND IN HILVERSUM. VOOR DEN POLITIERECHTER. Veertig paar kousen ontvreemd. De 23-jarige metaalbewerker J. W. was In Juni van dit jaar nog als leerling in betrek king op de fabriek van den heer C. N. Hln alhier en eigende zich toen op verschillende tijdstippen paren kousen toe, in het geheel 40 paar. Hij gaf als excuus op dat hij te wei nig verdiende: f 11 a f 12 per week. Thans verdient hij f 25 a f 26 per week. Overigens betuigde hij zijn spijt over het gebeurde. Zijn vroegere patroon, de heer Hin. werd als getuige gehoord en vestigde er de aan dacht van den Politierechter op, dat ver dachte leerling was en daardoor nog wei nig verdiende. Overigens deed de heer Hin een goed woora voor den jongen man, die gunstig be kend staat. Het O. M. wilde er, met den heer Hin, gaarne toe medewerken dat verdachte nog uit de gevangenis bleef. Maar spr. wilde zijn requisitoir gaarne 14 dagen aanhouden, om eerst een reclasseerlngsrapport omtrent hem te kunnen ontvangen en naar aanleiding daarvan misschien een voorwaardelijke straf tc kunnen vragen. De Politierechter stemde hiermede in. Vuurwerk en nog wat. Te Zandvoort werd van den zomer des avonds door opgeschoten jongens nog al eens op straat vuurwerk afgestoken en de politie besloot gestreng tegen dezen overlast op te treden. Toen dan ook op 20 Augustus J.l. weer op het Traniplein „met vuur werd gespeeld", fouilleerde de politie een knaap, van wlen zij vermoedde dat hij „vuurwerk" bij zich had. De broer van dezen Jongen, de negentienjarige K. F. K., bemoeide zich toen met het geval en zei: „Smeer 'm. Laat Je zakken toch niet nazoeken". Waarop een Zandvoortsch politiebeambte en onbezoldigd Rijksveldwachter hem tot doorloopen som meerde. Toen hij hieraan niet voddeed. werd hij door de politic beetgepakt, geboeid en naar het bureau meegenomen. Hij zou bij die gelegenheid zich verzet hebben door trappen en schoppen en gezegd hebben. „Ik betaal net zoo goed belasting." Bedoelde politiebeambte werd gehoord. Hij deelde mede wel 4 of 5 keer tot doorloopen gesommeerd te hebben, alvorens tot de ar restatie werd overgegaan. Verdachte wilde aan het verzoek tot doorloopen echter niet voldoen. Eenige getuigen décharge waren door den verdediger. Mr. Benno J. Stokvis, te Am sterdam, opgeroepen. De heer Leo Lauer. journalist deelde mede, dat de moeder van verdachte bij hem was gekomen met het verhaal dat dc jongen op het politiebureau, na zijn arrestatie, was ge slagen. Get. was den Jongen toen gaan op zoeken en had inderdaad geconstateerd, dat hij eenige builen had, maar hij kan natuur lijk niet constateeren of die het gevolg wa ren van mishandeling op het politiebureau. Eenige andere getuigen A décharge beweer den dat de arrestatie onmiddellijk op de sommatie tot doorloopen was gevolgd, het geen de getuLgc-polltiebcambte met den meesten nadruk ontkende. Een van deze ge tuigen antwoordde op een vraag van den verdediger, dat zijns Inziens de politie alles behalve tactvol was opgetreden. De verdachte deelde nog mode, dat zijn keel bij de arrestatie was dichtgeknepen.. Had dit nog één minuut langer geduurd, al dus verdachte, dan had ik hier misschien niet gestaan. Het O. M. meende dat het verzet vaststond, maar wilde er rekening mede houden, dat verd. gunstig bekend staat. De eisch luidde f 25 boete of 15 dagen hechtenis. De verdediger, Mr. Stokvis, herinnerde aan de verklaring van eenige getuigen dat de arrestatie onmiddellijk op de sommatie was gevolgd. Voorts meende pl. dat bij een tac tisch. vriendelijk en zachtmoedig optreden van de politie zulke dingen als hier nu zijn gebeurd, niet voorvallen. Is 't waar dat ver dachte op het politiebureau Is mishandeld en met een gummistok in 't gezicht'is ge slagen, dan herinnert dit aan Giessen- Nieuwkerk en Culemborg en verdient dit zeer ernstig onderzoek. Pl. concludeerde tot vrij spraak, subsidiair een lichte straf. Het vonnis van den politierechter luidde f 15 boete of 10 dagen hechtenis. NOG GOED AFGELOOPEN. Een kraan van 65 ton dreigt naar beneden tc vallen. HET POMPSTATION VERNIELD. Maandagavond is brand uitgebroken ln het pompstation van de gemeente Hilversum aan het Laapersveld. De brandweer was spoedig ter plaatse en wist het vüur te be perken tot het gebouw van het pompstation. De stroom van het electrisnh net werd direct uitgeschakeld. De zeer Kostbare machine leed veel schade, zoodat het waterloozingsbedrijf veel stagnatie ondervond. Er zijn reeds maat regelen getroffen voor het plaatsen van een nieuwe machine daar bij hevigen regenval verscheidene straten blank zouden komen te staan. Gebouw en inventaris zijn verzekerd, de oorzaak is onbekend, Maandagmiddag zou bij een van de hellin gen van de scheepswerf van P. Smit Jr. to Rotterdam een nieuwe kraan worden ge plaatst. Daartoe werd gebruik gemaakt van de bok „Titan". Kort nadat de kraan, welke 65 ton meet, was aangeslagen, en naar boven gelicht, hoorde men Iets kraken, meldt het Hbl. Het personeel, dat bij het werk aanwe zig was. vluchtte weg en kort daarna zag men hoe de 53 M. langen arm van de kraan om boog. Tengevolge hiervan werd het even wicht verbroken en begon het gevaarte te slingeren. Gelukkig echter bleef het in de kabels hangen, zoodat geen persoonlijke on gelukken zijn voorgekomen. Met groote moeite heeft men het beschadigde gevaarte op den grond weten te krijgen. De oorzaak van het gebeurde is niet bekend. De mate* rieelc schade is zeer groot.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9