SPORT EN SPEL SCHAAKRUBRIEK DAMMEN DOOR DE INTERNATIONALE VOETBALWERELD. HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 29 OCTOBER 1929 SCHAKEN. DE WEDSTRIJD OM HET WERELD- I KAMPIOENSCHAP. De 19de partij door Aljechin gewonnen. Zondagavond werd, zooals men weet, de partij in dezen stand afgebroken: Wit: Dr. (Aljechin): Ka2, Te6, Df7, a4, b2, C4, d5, f 2. Zwart: (Bogoljubow)Kg7, Df7, Th4, a6, 1)5, c5, f6, h7. Aljechin moest zijn 41en zet onder couvert afgeven, haar had nu weer een zee van tijd, want de volgende serie van 40 zetten per 2 1/2 uur was ingegaan. Toen wij Maandagavond om 6 uur op het voor ons gereserveerde plaatsje kwamen stond Aljechin's klokje op kwart na drie, waaruit bleek, dat hij niet minder dan drie kwartier had nagedacht over genoemden zet, die, bij opening van de enve loppe door Jhr. Strick van Linschoten (lei der). Te6d6 bleek te zijn. Bogoljubow was klokke 6 uur present, Aljechin was nog niet gearriveerd. B's klokje werd aan den gang gemaakt en B. zat alleen aan het bord het wonder te aanschouwen. Want wij verna men, dat hij er ziel) over uitgelaten had dat 41. d5—d6 de sterkste voortzetting was die A. de beste winstkansen zou geven. Van den gastheer van Aljechin, die overigens met zijn echtgenoote in Hotel des Indes logeert, ver namen wij dat Aljechin Zondagnacht tot 3 uur had geanalyseerd. Over het antv/oord 41.Df7—g6 dacht B. tien minuten na. De Koningin moest natuurlijk weg, we gens het dreigende Koning en Koningin. B. was nu van meening, dat het spel remise zou worden. Aljechin's klokje had daarna nog enkele minuten geloopen, toen de wereld kampioen verscheen. De strijders gaven elkaar de hand en ieder verdiepte zich weder voor uren in hun partij. Er volgen 42. Td6—d7t, Kg7—h6; 43. Df5X g6t waarna B. bedenkelijk kijkt. Zal hij met den h-pion of met den Koning terugnemen, een gewichtige beslissing voor het komende eindspel. A.'s klok staat nu reeds op 3.45, d.w.z. drie zetten zijn gedaan in vijf kwar tier. Dat moet in het eindspel een geweldigen tijdnood worden. Maar hij rekent blijkbaar op spoedige winst. Na 43.Kh6Xg6 heeft Zwart een vrij pion op de h-lijn, ter wijl zijn Koning met terugwinst in het spel komt. Er volgen: 44. a4Xb5; a6Xb5; 45. c4Xb5, Th4a4t; 46. Ka2—b3, Ta4— b4*; 47. Kb3c3. De witte Koning mag geen tempi verlie zen. vandaar Kc3 met verlies van den b-pion 47. Tb4 X b5. Het eindspel begint nu reeds spannend te worden. Er geschieden: 43. Td7c7, h7h5!; 49. d5—d6 (nu staat de meergenoemde pion dan toch op d6), Tb5b850. Tc7 X c5, Tb8—d8: 51. Tc5—d5, h5h4! De klokjes wijzen voor B. 7 min. vóór 4 uur, voor A. 4 uur aan; 52. Kc3c4, Kg6—f7; 53. Kc4—c5, Kf7—e6. Wij gaan eens een kijkje nemen in de zaal van de, buitenlandsche pers, waar Aljechin en Bogoljubow (deze vooral om zich te ver sterken) voortdurend een oogenblikje ver toeven wanneer zij niet aan zet zijn. Bogol jubow is in gesprek met mr. Rueb (voorzit ter van den Wereldschaakbond) en wij hooren hem zeggen „Das Spiel ist für mich gesettet". Hij was dus vrij zeker van een re mise, al bleek achterna (24 zetten later) het slot voor hem een tragisch verloop te heb ben, mede door tijdnood. Er volgen thans: 54. Td5d4, Td8c8t; 55. Kc5—b6, Ke6—d7; 56. Td4 X h4, Tc8c6t; 57. Kb6—a5, Tc6—c2. Bogoljubow speelt eenvoudig schitterend eind spel. maar de b-pion van Wit staat daar nog altijd op zijn oude plaats en die pion zal straks een Toren kosten. Bogoljubow heeft natuurlijk nog hoop om zijn f-pion tijdig te kunnen avanceeren. Er volgen: 58. b2—b4!. Kd7 X d6; 59. f2—f3, Tc2c3, 60. f3—f4, Tc3—a3t; 61. Ka5—b6, Kd6e6; 62. Th4—h5, Ta3—f3; 63. f4—f5t, Ke6e5; 64. b4—b5, Ke5—f4; 65. Kb6—c6, Kf4g4. De tijdnood voor Aljechin is zenuw - sloopend, hij heeft nog 7 minuten voor 15 zetten. Trouwens men kan het B. ook aan zien, dat hij alle kraohten moet inspannen, hij houdt zijn hoofd met beide handen vast en zijn oogen bliksemen. Aljechin is hoogst nerveus en trekt aan zijn lokken, er vertoo- nen zich blosjes op het anders zou bleeke gelaat. Prachtige kop ook, die van Aljechin, een buitengewoon hoog voorhoofd. Boguljubow is de krachtige, men zou bang worden wanneer men niet wist, dat alléén(U) een geestesduel wordt gestreden. En nu gaat het in razend snel tempo, de finale gaat in: 66. Th5hl, Tf3c3t; 67. Kc6d5, Kg4Xf5; 68. Thl—bl, Tc3d3t; 69. Kd5c6, Td3—d8; 70. b5—b6!, Kf5g4; 71. b6b7, f6—f5; 72. b7—b8 D-, Td8Xb3; 73. TblXb8, f5f4. De zwarte vrij pion snelt naar de overzijde, maar het is één zet te laat! 74. Kc6d5, de witte Koning komt nog juist op tijd!; 74. f4f3; 75. Kd5e4, f3—f2; 76. Tb8—f8. Kg4—g3; 77. Kd3e3 en het spel is uit, Bogoljubouw aban donneert. Geweldig applaus, Aljechin buigt uit beleefdheid terloops. Onmiddellijk wordt het spel eenige zetten terug opgezet. Maar wij gaan terug en hebben wederom gezien, dat het oude schaakspel niet dood is, mits het gespeeld wordt door meesters die de overwinning willen en de schoonheid boven alles stellen. Woensdag wordt de 20e partij gespeeld te Rotterdam in Hotel Bristol, Hoofdsteeg. Aan vang 5 uur n.m. Oplossingen, vragen enz. te zenden aan den Schaakredacteur van Haarlem's Dagblad, Groote Houtstraat 93, Haarlem. PROBLEEM No. 476 Dr. CONRAD BAYER (plm. 1850). Mat in twee zetten. Stand der stukken; Wit: Kbl, Db7, Tdl, Ld6. Pc3, Pc7. f2. Zwart: Kd4, Lb8, Lc4, Pd3, Pg3. b3, 15, h5. No. 4 van den Ladder-Wedstrijd. PARTIJ No. 570 Veertiende matchpartij om het wereldkam pioenschap, gespeeld te Berlijn 16 October 1929. Wit: Zwart: E. D. Bogoljubow Dr. A. Aljechin (Triberg). (Parijs). GEWEIGERD DAME-GAMBIET (Orthodoxe verdedi ging). d2—d4 1 d7 d5 c2—c4 2 c7—c6 Pgl-f3 3 Pg8—f6 e2—e3 4 e7-e6 Lfl d3 5 c6—c5 0-0 6 Pb8—c6 Pbl— c3 7 Lf8-e7 a2—a3 8 a7—a5 d4Xc5 9 Le7—c5 Ddl—e2 10 O-O e3-e4 11 d5Xc4 De stelling begint er remlse-achtig uit te zien. (Zie ook de Loopers van ongelijke kleur). Tal—dl 19 Ta8—c8 Tdl -d3 20 Tc8—c7 b2-b3 21 b7b5 Td3-f3 22 Df6-b6 a3-a4 23 b5Xa4 b3Xa4 24 Db6-b4 De2-a2 25 Db4 - b2 Da2Xb2 26 Ld4Xb2 Nu ook de Koninginnen geruild zijn, zou remise een normaal einde van deze partij geweest zijn, maar Wit ziet dieper en vindt den zwarten a-pion blijkbaar zwak. Tfl - bl 27 Lb2-d4 Tbl—b5 28 Tc7 a7 h3—h4 29 h6—h5 Tb5-b7 30 Ta7Xb7 Ld5Xb7 31 Tf8-d8 Lb7-d5 32 Td8—d7 Tf3-b3 33 Kg8—f8 Tb3-b5 34 Td7a7 Ld5-b7 35 Kf8-e7 g2-g3 36 Ke7 dó Kgl - g2 37 Kd6—c7 Lb7-d5 38 Kc7—dó f2-f4 39 f7-f6 Ld5-b3 40 Ta7 - aó In dezen stand werd de partij afgebroken, om 's avonds van denzelfden dag te worden beëindigd: Op 11.d5 d4 zou volgen 12. Pc3—a4 en 13. e4 e51. Ld3Xc4 h2-h3 Pf3Xd4 Lel g5 Pc3-d5 Lc4Xd5 Lg5Xl6 Lb3—f7 41 Tb5-d5f 42 Lf7Xh5 43 Merkwaardig, dat de h-pion nu nog eerder valt dan de zoo lang bedreigde a-pion. 43 Tc6-c5 f4Xe5 44 f6Xe5 Lh5 f3 45 Ke7-f6 Td5-d6f 46 Kf6-e7 Td6 gó 47 Ke7—f8 Lf3 h51 48 Een aardige dreiging, nl. Tg6—e6—e8+. 48 Ld4-e3 Kg2 - f3 49 Tc5 -c3 Kf3-e2 50 Le3—c5 Tg6 e6 51 g7-g6 Lh5Xg6 52 Tc3-e3f Ke2 dl 53 Te3Xg3 h4—h5 54 Kf8 -g7 Te6Xe5 55 Wit is nu twee pionnen voor, maar Zwart vecht nog 16 zetten door alvorens het spel gewonnen te geven. 55 Lc5-b4 Kdl—e2 56 Tg3—a3 Lg6e8 57 Ta3-h3 Le8-d7 58 Th3-c3 Te5 - e6 59 Lb4-f8 Te6-a6 60 Lf8-b4 h5-h6f 61 Kg7-f7 Op Kg7-h7 zou volgen 62. Ld7-f5f, Kh7—g8; 63. Ii6—h7f waarna deze pion spoedig een Dame haalt. Ld7-e6f 62 Kf7-f6 Le6-f5f 63 Kf6-f7 Ta6-a7f 64 Lb4-e7 Ta7Xa5 "65 Ten slotte valt ook nog de meergenoemde a-pion, die van den 28en zet af werd bedreigd. Maar nu was het oogenblik o.i. wel aange broken om de vlag te strijken. Maar zelfs den wereldkampioen valt het blijkbaar zwaar den Koning om te leggen. 12 e6—e5 65 Tc3—c2f 13 Pc6—d4 Ke2-d3 66 Tc2 h2 14 Lc5Xd4 h6 -h7 67 Le7—f6 15 Lc8—e6 e4—e5 68 Lf6-g7 16 Le6Xd5 Ta5—a7f 69 Kf7f8 17 h7h6 e5—e6 70 Lg7-e5 18 Dd8Xf6 e6—e7f 71 Opgegeven Slot stand: OPLOSSING PROBLEEM No. 473 (No. 1 van den Ladder-Wedstrij d) Wit: Kh8. Dg8, Th3, Ld7, Pdl, e3, g6. Zwart: Ke4, Ta3, Pd3, Pi2, b5, e5, f6. 1. Dg8—a2, enz. Goed opgelost door: G. J. Offerhaus, te Be ve rw Ij k, H. de Ruijter, te Bloemen da al; M. D. L. Artz D. Baas Jac. J. Bert C. v. Dort H. W. v. Dort F. W. Hoogerbeets J. Hooge veen. J. ten Hove J. G. Leibbrandt J. M. C. Leibbrandt A. H. Nessen K. Pluim-Mentz en B. A. Snelleman, allen te Haarlem; P. Mars en K. Siegerist, beiden te Santpoort; N. E. Rost, te Spaarn- dam; W. Koning, te Zandvoort. ONZE LADDERWEDSTRIJD Onze ladderwedstrijd is een mooi succes ge worden. Voor het eerste en tweede probleem boekten wij reeds 24 deelnemers uit Haarlem en Omstreken, terwijl 19 goede oplossingen werden ontvangen van het eerste wedstrijd probleem. De vijf oplossers, die ditmaal ach terbleven, behoeven zich niet te laten ont moedigen, want de wedstrijd is doorloopend en op den langen duur kan ieder den top be reiken. Bovengenoemde 19 oplossrs hebben der halve allen thans 2 punten. Wij herinneren er aan, dat ledereen te al len tijde kan beginnen, want zoolang men nog geen prijs heeft gewonnen, blijven de be haalde punten op de ranglijst staan, tenzij men gedurende 6 achtereenvolgende maan den niet heeft opgelost. Iedereen kan dus meedoen, ook al lost men uitsluitend 2-zetten op, ja zelfs wanneer men door allerlei omstandigheden tot de onge regelde oplossers behoort. Vermelding van den sleutelzet Is voldoende voor alle opgaven, tenzij uitdrukkelijk anders wordt verlangd. CORRESPONDENTIE Haarlem. E. D. 1. Dg8-b8 faalt na 1. Pd3—c5. A. R. Op 1. Dg8—c4f volgt b5Xc4. Na 1. PdlXf2f, Pd3Xf2; 2. Dg8-c4f is Zwart niet mat, wegens b5Xc4. P. W. S. 1. Dg8—c8 faalt na 1.-, Pd3—c5. B. A. S. Toch geen bezwaar tegen plaatsing op de lijst? C. V. 1. Dg8—e6 faalt na 1.Pd3-c5. Damredacteur: J. W. van Dartelen, Raad huisstraat Nr. 1, Heemstede. Alle correspondentie, deze rubriek betref fende, gelieve men te zenden naar boven genoemd adres. PROBLEMATIEK. Probleem Nr. 1491. Auteur: J. W. van Dartelen, Heemstede. ZWART Stand in cijfers: Zwart 4 schijven op: 24 26 34 en 35 en een dam op 32. Wit 3 schijven op: 14 28 37 41 44 45 47 en 48. Wit speelt en wint. Wij geven voorts nog ter oplossing een fraai probleem van een dam„ster". Het mo tief is niet nieuw, doch de varianten-variatie is zeer origineel. Probleem Nr. 1492. Autrice: Mej. K. van Dam, Groningen. Draughts Review. ZWART WIT Stand in cijfers:" Zwart 8 schijven op: 7/9 18 19 30 35 en 38. Wit 8 schijven op: 25 29 33 34 39 42 44 en 48. Wit speelt en wint. Oplossingen dezer belde vraagstukken wor den gaarne ingewacht tot uiterlijk Maandag 4 November a.s. bij den redacteur dezer ru briek. OPLOSSINGEN. De auteursoplossingen van de problemen Nos. 1485 en 1486 zijn: Nr. 1485. W. van Daaleri. Wit: 39—33, 35—30, 33—29, 37—31, 49—44, 44 2 en wint. Zwart: Steeds gedwongen. Nr. 1486. J. W. van Dartelen. Wit: 25—20 (Zwart 24—29?) 47-41, 39—33, 49—44, 33—29, 48 37, 32 43, 37 6 en wint. Zwart: Steeds gedwongen. Beide vraagstukken werden correct opge lost door: W. van Daalen, J. v. d. Vlugt, F. A. Berkemeier, W. J. A. Matla, P. Mollema, Jac. Fr. van Garderen, R. Hartgerink, J. van Looij, J. Wielenga, J. P. van Eijk, H. Greeuw, J. Poppen, A. de Jong, H. G. Teunisse, J. C. van Waard, P. G. van Engelen, J. v. d. Gies- sen, G. A. Ottolini Jr., J. Merts en J. L. Ver steeg, allen te Haarlem, F. H. Kluen en M. Lieffering, beiden te Heemstede. J. B. Sluiter Jr. te Aerdenhout, B. Dukel te IJmuiden, W. J. v. d. Voort te Nieuw-Vennep, J. van Steen- wijk te Rijswijk (Z.-H.) en P. Kleute Jr. te 's-Gravenhage. Een fraaie slagzet. De volgende stand is uit een partij, gespeeld tusschen de Fransche spelers Pallu de la Bar rière en Courroux. Stand in cijfers: Zwart: Courroux. 15 schijven op: 3 4 6 8 9 10 11 12 15 16 17 18 24 26 en 30. Wit: Pallu de la Barrière. 15 schijven op: 23 27 28 32 33 35 38 40 42 43 45 46 47 48 en 49. Wit won op de volgende fraaie wijze: Wit: 43—39, 28—23, 27—22, 42 31, 38—32, 33 2 en wint. Zwart: 18 29, 29 18, 17 37, 26 37, 37 28 verloren. De wedstrijden van de Engelschen op het vaste land. Zware wedstrijden voor de Engelschen te Berlijn en te Weenon. Speelt Hongarije het beste voetbal van het vasteland? De nederlaag der Finnen in Duitschland. Het belangrijkste mo ment uit den wedstrijd. Een mooie overwinning van Engeland op Ierland. Do fouten van het tegenwoordige voetbal. Terug naar den ouden buitenspclregcl. De Engelsche Voetbalbond heeft besloten om aan het einde van dit seizoen de lang zamerhand traditioneel geworden wedstrijden tegen de Belgen en de Franschen niet te spelen, doch in plaats daarvan een wedstrijd tegen Duitschland en Oostenrijk op het pro gramma te zetten, indien men .tenminste met deze landen omtrent de financieele con dities enz. tot overeenstemming zal kunnen komen. Welke eischen Engeland op het oogenblik zal stellen weet ik niet, doch in den laatsten tijd was het de gewoonte van den Engelschen V. B. om de helft van de bruto- recette, eventueel na aftrek van de belastin gen, als aandeel te vragen- Deze hooge eisch is ook oorzaak, dat de N.V.B. niet veel lief hebberij heeft om tegen de Engelschen te spelen, immers dat zou den bond geld kos ten en dat is tegenwoordig niet bepaald het doel der internationale wedstrijden. De Maatschappij Het Sportpark ontvangt n.l. reeds ongeveer de helft van de recette, indien nu de andere helft aan de Engelschen betaald zou moeten worden, bleef er voor den N-V.B. niets over. In Duitschland kan men dat gemakkelijker *doen, daar gewoon lijk de eigenaar van het terrein niet meer dan 10 van de recette ontvangt en boven dien de belastingen uiterst gering zijn. Dertig jaar geleden vroeg de Engelsche Voetbal Bond voor het spelen van 2 wed strijden te Berlijn. 1 te Praag en 1 te Karls ruhe 2400.De koste» van die toer be droegen toen ongeveer f 5000zoodat de gasten toen geld er op moesten toeleggen. Dat zullen ze echter thans zeker niet doen, integendeel, de Engelschen zullen stellig trachten door deze wedstrijden wat te ver dienen, zooals ze trouwens in de 'aatste jaren geregeld gedaan hebben bij de wed strijden op het vasteland. In Frankrijk is men intusschen heelemaal niet tevreden over het niet doorgaan van den wedstrijd tegen Engeland, dien men eigen lijk reeds jaren als een vast nummer van het Fransche internationale programma be schouwde. Het voorstel werd geopperd om Engeland te vragen met een amateurploeg naar Parijs te komen, doch daar de Engel schen de continentale amateurs als beroeps spelers beschouwen, zal Engeland zeker niet met een amateurploeg tegen Frankrijk uit komen. De Franschen hebben intusschen zich tot cie Schotten gewend met het voor stel een wedstrijd te Parijs te komen spe len en wel op 2 Mei a.s. Voor de wedstrijden van Engeland tegen Duitschland en Oostenrijk zal overigens stellig groote belangstelling bestaan. De Duitschers zijn ongetwijfeld in den laatsten tijd sterk vooruit gegaan. Ze beëindigden op den jongsten Zondag hun internationaal programma voor 1929 met een 40 overwin ning op Finland, waardoor Duitschland alle in dit jaar gespeelde internationale wed strijden heeft gewonnen, iets dat, voorzoover ik mij kan herinneren, nog niet is voorge komen. Zij zullen er ongetwijfeld wel alles op zetten, om van de Engelschen te winnen. Ze staan daarbij voor een zware taak, temeer daar Engeland zich er eveneens van bewust is, dat slechts met inspanning van alle krachten in Duitschland gewonnen kan wor den. Op het oogenblik is Engeland nog steeds toonaangevend in voetbalzaken, doch het zal die positie slechts kunnen >blijven inne men indien het zich ook wat het spel be treft, den sterkste toont. De tegen Spanje geleden nederlaag zal dan ook zoo spoedig mogelijk weer goed gemaakt dienen te worden. Ook tegen de Oostenrijksche profs zullen de Engelschen het niet gemakkelijk hebben. Dezer dagen las ik nog dat Kada, de welbe kende Tsjechische international, van mee ning is, dat men, wat het continentale be roepsvoetbal betreft, de Hongaren op de eerste plaats moet zetten, doch dat Oosten rijk een zeer goede tweede is. Kada is zelfs van meening dat de Oostenrijkers buter voetbal spelen dan de Spanjaarden en de Italianen, die hun succes meer danken aan hun geestdrift dan wel aan hun voetbalcapa citeiten. Men rekent er in Oostenrijk op, dat Hugo Meisl, die zich het geheele seizoen in verband met'zijn ernstige ziekte niet met de internationale voetbalaangelegenheden van Oostenrijk heeft kunnen bezig houden, aan het eind van dit jaar weer in fuctie zal treden en zich met de samenstelling van het Oostenrijksche elftal zal belasten. Men is er van overtuigd dat hij met het Oostenrijksche elftal betere resultaten zal weten te bereiken dan zijn plaatsvervangers in de af geloopen maaden hebben kunnen doen. Men ziet dus dat Engeland voor een lastige taak komt te staan. Slagen de Engelschen er in beide wedstrijden met overtuigende cijfers te win nen, dan zullen ze zich zelf daarmede een goeden dienst bewijzen. De Finnen, die Zondag te Hamburg door Duitschland met 40 werden geslagen, kun nen in hun land slechts 4 maanden per jaar voetbal spelen. Gedurende de rest van het jaar zijn de terreinen voor voetbal onge schikt. Dat verklaart stellig de zeer matige spelkwaliteit van de Finsche nationale ploeg. Athletiek kan men langer beoefenen en daar de Finnen blijkbaar meer aanleg hebben voor de athletiek, is het te begrijpen, dat voet bal in Finland niet de nationale sport is. De Finsche Voetbal Bond heeft dan ook slechts een 60-tal clubs met in totaal ongeveer 6500 leden, zoodat deze bond eigenlijk ongeveer van gelijke grootte is als de Luxemburgsche V. B. Toch spelen de Finnen al geruimen tijd voetbal. Ze begonnen er mee in 1907, ze na men deel aan de Stockholmsche Olympische Spelen, waar ze van Italië wonnen omdat de Italianen nog slechter speelden dan zij. Eerst na den oorlog, in 1920, zijn de Finnen begon nen regelmatig aan internationaal voetbal deel te nemen. Ver van huis wagen ze zich slechts zelden. Ze nemen deel aan de wed strijden om het Scandinavische kampioen schap, spelen voorts nog wedstrijden tegen de omringende landen: Estland, Letland en Polen terwijl ze ook eenige malen tegen Duitschland, Hongarije en Oostenrijk hebben gespeeld. In 1923 waagden ze zich aan een toer naar de centrale landen, waarbij ze vrij goede resultaten wisten te bereiken, ze sloe gen o.m. Duitschland te Dresden met 21. Hun jongste nederlaag tegen Duitschland heeft doen zien, dat het spel der Finnen eigenlijk niet van de tegenwoordige interna tionale klasse is, trouwens de 8—0-nederlaag een week daarvoor tegen de Denen geleden, was daarvan reeds het bewijs. De Finnen spelen kalm zonder zich op te winden en blijkbaar zonder eenige geestdrift Voor hen Is voetbal meer spel dan kunst, in de ploeg zitten ten hoogste drie spelers, die in staat zouden zijn door hun spel de toeschouwers bij internationale wedstrijden te boeien. Ze hebben een goeden doelverdediger, die hen voor een veel zwaardere nederlaag heeft behoed. Dat tegenover dit spel het Duitsche elf tal zich niet geheel behoefde te geven, ligt voor de hand. Men stelde zich met een over winning met bescheiden cijfers tevreden. Het zou dan ook onbillijk zijn om over het Duitsche spel oen oordeel neer te schrijven. Er waren momenten, dat het vervelend was, zoodat het publiek vrijwel voortdurend rus tig zat toe te kijken. Het belangrijkste oogen blik van de eerste helft kreeg men toen een jongeling den in het publiek terecht geko men bal, in het veld terug trapte. Hij deed dat met zooveel ijver, dat z'n lakschoen den bal volgde en met een sierlijken boog binnen het speelterrein vloog. Dat was de eerste maal, dat het publiek geestdriftig in de han den klapte! Voor de rest genoten de 20.000 toeschou wers van het prachtige herfstweer en was het geroep van de jongens, die met chocola de, sigaretten, worstjes en bier ventten, het eenige, dat de kalme rust van den middag verstoorde. Neen, het was duidelijk, dat de Finsche voetballers nog niet de kunst verstaan, het verwende Europeesche voetbalpubliek in spanning te houden. Het is Engeland in de laatste jaren bij de wedstrijden om hc'i Internationaal kam pioenschap, waaraan wordt deelgenomen door de vier groote Britsche voetbalbonden, niet naar den vleeze gegaan. De Engelsche V. B. neemt tegenwoordig in den eindstand van dat- kampioenschap slechts een zeer bescheiden positie in, wat al tot heel wat op- en aanmerkingen in de pers aanleiding heeft gegeven. Over het algemeen bleek wel. dat de commissie, met de samenstelling van hc£ Engelsche elftal belast, veel te groot was. Het elftal, dat men voor den wedstrijd tegen Ierland op den jongsten Zaterdag had opgemaakt, werd over het algemeen niet be paald met instemming begroet. Togen veler verwachting in, heeft deze ploeg echter zeer goed voetbal laten zien. Niet alleen dat Ierland te Belfast met 3—0 word geslagen doch de meerderheid, of liever het beter spel, der Engelschen was zóó groot, dat Ierland eigenlijk een minderwaardige ploeg leek. Ivan Sharpe, de bekende voetbaljournalist verklaart, dat dit de beste wedstrijd was door Engeland na den oorlog gespeeld. Het spel was zelfs zóó goed dat hij, hoewel het pas de eerste wedstrijd van het seizoen is, zich afvraagt of Engeland eindelijk weer eens een kampioenschap zal winnen. In het laatste nummer van Athletic News vind ik oen belangwekkend artikel van iemand, die jarenlang het Engelsche voetbal heeft gevolgd en die, volgens Athletic News, geacht moet worden volkomen met het spel op de hoogte te zijn. Naar zijn meening zijn er veel te veel beroepsvoc'tballers. Hij wil een soort eere-divisie vormen van on geveer 18 clubs en verder geen beroepsspel toelaten. Deze 18 clubs zullen haar spelers behoorlijk kunnen betalen, wat met de honderden clubs, die Engeland thans rijk is, niet hot geval kan zijn. Voorts wil hij zoo spoedig mogelijk weer tot den ouden buiten- spelregel terugkeeren, daar de nieuwe regel de waarde van het doelpunt aanzienlijk heeft verminderd en ten slotte zal men er voor dienen to zorgen, dat handigheid in de eerste plaats komt en daarna eerst de snelheid. Iedereen, die hard kan loopen, kan tegen woordig eersteklas voetballer worden. Dat Schotland op het oogenblik boven Engeland staat, komt, volgens den schrijver, door dat men in Schotland niet doot aan de Engel sche snelhe'idsmanie. De schrijver van het artikel heeft eenige jaren de verrichtingen van Grimsby gevolgd en hij beweert thans dat het spel in de tweede en derde divisie van de League slechts zeer weinig en in de meeste gevallen heelemaal niet, met dat in de eerste divisie verschilt. Tenslotte wil hij de wedstrijden twee maal 55 minuten doen duren. Die extra 20 minu ten zouden voor de „hardloopers" doodelijk zijn doch de spelers, die hun spel uitsluitend op handigheid met den bal baseeren, zouden dan veel meer tot hun recht komen- Deze opmerkingen slaan natuurlijk hoofd zakelijk op het beroepsvoetbal als kijkspel maar toch zou het terugkeeren tot den ouden buitenspelregel ook voor ons voetbal van groot belang zijn. Ik ben er van overtuigd dat de wijziging in den buitenspehegel een vergissing is geweest, die men zoo spoedig mogelijk moet herstellen. Bilthoven, 25 October 1929. C. J. GROOTHOFF.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 10