RAADSELS RUILRUBRIEK NA SINT-NICOLAAS. Hebben Jullie Vrijdagmiddag al die fabrieksfluiten en kanonschoten ook gehoord. Over heel Nederland was het en zelfs ln ons Indië. Dat was bedoeld als een afscheid aan Sint Nicolaas zie je. die op dat tijd stip aan boord gegaan was en den terugweg naar Spanje opzocht Wij hebben den goeden Sint na tuurlijk een aangename reis en een behouden thuiskomst gewenscht. Het is hem zeker wel gegund na al de pret en vreugde, die hij in het land gebracht heeft. En zoo behoort het feest zelf ook al weer tot het verleden. Hoe hebben jullie het gehad? Ik hoop goed! En heb je nog geschen ken ontvangen? Het zal wel want Sint Nicolaas slaat maar heel wei nig kinderen over. In de straat waar ik woon, ken ik een zekeren Jan Smulders. Die heeft van Sinterklaas maar eventjes een auto-ped gekregen met echte ban den. Het had echter maar weinig gescheeld of het geschenk was zijn neus voorbij gegaan. Dat zat zoo! Je weet wel. Sint Nicolaas houdt er van zijn geschenken als echte verrassingen bij Je binnen tee smok kelen. Het komt altijd op een oogenblik dat je er net even niet aan denkt. Zoo ging het ook bij Jan Smulders. Dia zat den geheelen avond al bij den schoorsteen en tel kens keek hij boven de kachel in de pijp. Hij dacht zeker, dat Sinter klaas op die manier te zien was en daarom had zijn moeder al eens ge zegd, dat hij toch niet zoo dwaas moest doen. Maar weet je, Jan had vaak genoeg gehoord, dat de ge schenken wel eens door den schoor steen worden geworpen. En nu dacht hij, als dat mij overkomt en mijn cadeau valt op de gloeiende kachel, dan verbrandt het en dan ben ik meteen bokkie. Nu. dat was zeker zoo dom nog niet bedacht en daarom zat Jan bij de kachel, klaar om dadelijk het pak op te vangen als het soms uit den schoorsteen zou komen vallen. Van lieverlede echter begon hij te suf fen, zeker door de warmte, en hoe het nu kwam weet ik niet, maar hij moest ineens denken aan een paar honderd strafregels, die hij nog op zijn geweten had. En op dat oogen blik gebeurde het Ring, ring, ring, ring, ring. Zoo hard was nog nooit op de we reld een- huisschel overgegaan! Jan zat stijf van den schrik. Maar daar drong het tot hem door. dat dit vriendelijke belletje misschien van zwarten Piet of misschien zelfs wel van Sint Nicolaas afkomstig kon zijn. Hij sprong op en holde als een dolleman naar de gang. Hij rukte de deur open enzag niets! Snel keek hij de straat in. Ja, heel ln de verte, was het alsof hij iemand heel hard weg zag loopen. Het kon zwarte Piet wel zijn. die kan immers zoo geweldig hard loopen. Jan keek eens goed op den drempel, daarna op zij van de huisdeur, tenslotte in de kozijnen, maar hij vond niets. Nou, dacht hij, dan weet ik het ook niet, hoor! En hevig teleurge steld ging hij weer naar binnen. Daar keken vader en moeder hem verbaasd aan. Wat is er Jan? vroeg vader. Was het zwarte Piet niet, die daar belde? Ik weet het niet zeker. Ik meen de dat ik hem hard de straat uit zag loopen, maar er ligt niets voor de deur Ach, jongen, riep moeder ter wijl zij haastig opsprong, dan heb Je natuurlijk niet goed gekeken. Zwarte Piet ls geen bengel, die zoo maar aan den bel trekt- En haastig liep het goede mensch de gang in om zelf eens te kijken of er niets voor haar Jan lag. Jan en vader volgden haar en met hun drieën zochten zij goed. Wel vijftig meter aan beide kanten van het huis zochten zij de straat af, maar zij vonden niets! Eindelijk zei moeder: Maar vader, dat kan toch niet! Als zwarte Piet- nu bij ons gebeld heeft, en dat hebben wij toch alle maal gehoord, dan moet er toch iets zijn. Weet je wat. zei ze opeens, ik zal even bij de buren vragen En nog voor vader of Jan haar r konden tegenhouden had zU reeds bij buurman Jansen aan den bel ge trokken. Meneer Jansen deed zelf open. Ach. meneer Jansen, zei moeder vriendelijk, heeft Zwarte Piet hier misschien iets gebracht wat niet voor U of uw zoon bestemd was? Dat is te zeggen, antwoordde de heer Jansen, terwijl hij een knikje gaf in de richting waar vader en Jan stonden toe te luisteren, er is bij ons een auto-ped gebracht! Ach, ja, natuurlijk, ziet U wel, viel moeder haastig in, dat is ver keerd. Die auto-ped was voor onzen Jan bestemd: Jan stond paf van verbazing. Hoe kon moeder nu weten welke ge schenken Sint Nicolaas bij Wil lem Jansen zou brengen? Zou zij Sint Nicolaas dan van tevoren ge sproken hebben? Maar reeds kwam de oplossing van het raadsel. Het kan, dat geef ik toe, ant woordde de heer Jansen. Ziet U, wij hoorden vreeselijk hard bellen, maar twijfelden er toch aan of het wel bij ons was. Toen wij echter gingen kij ken, zagen wij dat bij U niet open gedaan werd en toen vonden wij het pak daar En de heer Jansen wees een plaats aan voor het raamkozijn, precies tusschen zijn huisdeur en die van Smulders. En hij ging voort: Ik twijfelde wel even, natuur lijk, want het pak stond hier zoo, dat het evengoed voor U als voor ons bestemd kon zijn maar zooals ge zegd, het duurde nogal eenigen tijd voor er bij u werd opengedaan. Toen heb ik het maar mee naar binnen genomen? Jan dacht: dat heb je er nu van. Ik zat natuurlijk zoo te suffen bij de kachel en ik schrok zoo, dat ik door alles tezamen te laat bij de deur kwam. Enfin, hij kon gerust zijn, er was toch blijkbaar een ge schenk voor hem al was het dan bij Jansen gebracht. En nog wel een auto-ped. Willem, riep nu de heer Jansen naar binnen, Willem breng vlug die auto-ped beneden. Die is niet voor jou. maar voor Jan Smulders! Maar dat- was toch alles behalve prettig voor Willem. De jongen kwam met- een ontdaan gezicht te voor schijn, doch de auto-ped bracht hij wijselijk niet mede. Een beetje bru taal vroeg hij: Wie zegt dat? Ik. antwoordde zijn vader kort, maar Willem was zoo teleurgesteld, dat hij den strijd nog niet opgaf. Jan Smulders kan zoovee.1 zeg gen. Als Sint Nicolaas hier een auto ped laat brengen, waarom mag ik die dan niet houden? Hoe weet Jan dat het voor hem ls. En waarom brengt Sint Nicolaas het ding dan hier? Jan Smulders begon een beetje zenuwachtig te worden. In zijn hart moest hij Willem gelijk geven. Na tuurlijk, als Sint Nicolaas een auto ped voor hem bestemd had moest hij hem niet- bij Willem brengen. En 't was nogal wat leuks om een eens ge kregen cadeau terug te moeten ge ven! Hoor eens even. mannetje, be gon nu de heer Jansen streng tot zijn zoon te spreken, als ik je zeg, dat de auto-ped niet voor jou is, dan kun je dat gerust gelooven. Kijfc eens, er werd bij de familie Smulders gebeld en wij dachten slechts dat het bij ons was. Je weet toch zelf ook wel dat wij er aan twij felden of er wel bij ons gebeld werd. Nu en het pak stond daar Dan kan het toch evengoed voor Jan Smulders zijn geweest! Willem zweeg. Hij voelde wel dat zijn vader gelijk had. Maar daar kwam Jan's moeder opeens met het ei van Columbus voor den dag. Maar meneer Jansen, wat pra ten we toch. Kijkt U het pakpapier eens even na. Misschien heeft Sint Nicolaas het adres er wel opgeschre ven. Willem was al weg. Dat was een idéé en hij was zoo vast overtuigd, dat de auto-ped voor hem bestemd was, dat hij er niet aan twijfelde of op het pak zou zijn naam wel staan. Binnen zocht hij haastig tus schen de bergen papier, die daar door het uitpakken van vele pakjes gekomen waren. Het duurde niet lang of hij vond het groote papier, waar de auto-ped ingezeten had- En ja, hoor. daar stond het met groote drukletters: „Voor Jan!" Teleurgesteld pakte Willem de auto-ped op en slenterde langzaam de gang in. Buiten gekomen liep hij op Jan toe en gaf het mooie ge schenk aan hem over: Hier, zei hij, 't was voor Jou! 't staat op het papier! Hoera, schreeuwde jan, zie Je wel! Dank je wel. hoor! Dank u wel, meneer Jansen, zeiden nu ook vader en moeder, ter wijl zij met hun Jan, die opgetogen van blijdschap was, naar binnen gingen. Nog juist hoorden zij hoe de heer Jansen tot zijn zoon zei: Wees jij nu maar niet ontevre den. Je hebt toch waarlijk mooie geschenken genoeg gehad! Ach, dat die Willem een beetje te leurgesteld was, kunnen wij nu wel begrijpen, hè. Maar je ziet het, liet had maar een haartje gescheeld of hij had zijn auto-ped niet gekregen! Die domme Zwarte Piet ook. Enfin misschien had de zwartkop het wel zoo druk, dat hij geen raad wist om klaar te komen. Reken maar, dat het een zwaar baantje is om de' knecht van Sinterklaas te zijn! In tusschen houdt Sint er toch wel bijzondere manieren op na. Verbeeld je, toen Jan met zijn auto-ped bin nen kwam lag er op tafel weer een reusachtig pak. Wie had dat daar nu gebracht? Hij stond verbaasd, die Jan en vragend keek hij zijn ouders aan. die er eerlijk gezegd, ook niets van begrepen. Maar va der kwam op het idée. Je kunt er van op aan, Jan, dat dit pak door de schoorsteen ge komen is, terwijl wij buiten stonden. Ik was er al bang voor dat je niets zou krijgen omdat je voortdurend bij de -kachel bleef zitten en je weet wel: Sinterklaas geeft nooit Iets, als hij merkt dat je het ziet! Maar vader, als het door den schoorsteen gekomen is. moet het toch op de kachel gevallen zijn. Waarom Is het pak dan niet ver brand? Ha, ha, lachte vader, jij denkt geloof ik, dat- Sint. Nicolaas een dom mannetje is. Neen. vriendje, dan vergis je je wel een beetje. Geloof maar dat de Sint heusch wel op onze kachel gelet heeft- Jan zweeg beschaamd. Ja, hij moest zijn vader wel gelijk geven. Maar wat deed het er eigenlijk toe? Hij nam vlug moeder's schaar en be gon de touwen van het groote pak door te knippen. En wat denk je dat het was? Een pracht van een me- cano-doos. Met een rijm je er bij. Van Sint Nicolaas aan Jan Smulders: Is het weertje net: Dan speel je buiten met je auto-ped! Is het weertje boos: Dan speel je binnen met deez' doos! Jan schoot in een lach. Wat een loülg rijmpje! Die Sint Nicolaas moest reusachtig goed kunnen rij men want anders zou hij met al die gedichten toch niet op tijd klaar ko men, nietwaar? Zeg, Jan, zei vader nu, zou je niet eens even door den schoorsteen roepen om Sint Nicolaas te bedan ken? - O, ja, zei Jan en dadelijk ging hij weer bij dé Icaohel staan en ter wijl hij het hoofd wat schuin hiclcl en in den pijp keek schreeuwde hij zoo hard hij kon: Dank U wel, Sinterklaaaaaaas! Maar wat was dat. Jan sprong van schrik twee passen achteruit. Daar zit een echo in dien schoorsteen, stamelde hij. Weineen, kuchte vader, die krom stond van 't lachen. Het toeval wil dat Willem van hiernaast op hetzelfde oogenblik zijn bedankje door den schoorsteen riep. Die zal ook wal geschrokken zijn.... van jou, natuurlijk! En vader had gelijk, want den vol genden dag vertelde Willem Jansen dadelijk aan Jan, dat hij geweldig geschrokken was van den schoor steen. Daar zit een reuze echo in, jo, zei hij nog verbaasd. Jan lachte, Hij zag wel in. dat de familie Jansen de zaak niet begre pen had en daarom vertelde hij maar gauw dat hij voor echo ge speeld had, zonder het te willen. Je ziet uit dit alles wel, dat Jan Smulders een geweldig avontuur lijken Sinterklaasavond gehad heeft. Maar het toppunt van alles was, dat er op school nog een boel jongens waren, die kalmweg beweerden dat Sint Nicolaas niet eens bestond. Neen, zei Jan, wij krijgen die geschenken dan zeker van de musch- jes. Daar zijn genoeg menschen, die je geschenken kunnen geven: dat behoeft Sint Nicolaas niet te doen en ook zijn er geen muschjes voor noodig merkte Koen Vermeulen wijsgeerig op. Zoo zei Jan kwaad, maar dan zal ik toch vertellen, dat mijn vader en mijn moeder en ik met ons drieën op Sinterklaasavond bij Wil lem Jansen aan de deur gestaan hebben. Er was niemand bij ons thuis en toen wij weer binnen kwa men lag er opeens een mecano-üoos op tafel. Wie heeft die dan ln ons huis gegoocheld? Daar stond Koen Vermeulen. Hij wist niets meer te zeggen en ook de andere jongens zwegen, behalve dolle Kareltje, die brutaal uitriep: Jö, je houd ons voor den gek! Neen, zei Willem Jansen toen, dat doet hij niet. Ik weet dat het v/aar is wat hij zegt. Dat. pak is in zijn huis gekomen toen er niemand binnen was! En hiermede waren alle twijfe laars beschaamd gemaakt, want in derdaad hadden zij hier toch wel het bewijs, dat Sint Nicolaas echt be staat! ONZE BIBLIOTHEEK. WEER EEN NIEUWIGHEID JE Met ingang van 7 Dec. zal uit O. B. geleend kunnen worden het puzzle boek en het spellenbcek van Daan Hoeksema. Bij dit puzzle-boek is nog iets ver bonden. Iedere lezer of lezeres kan dit boek tegen 3 ets per week leenen, tenvijl de puzzles opgelost en inge zonden kunnen worden. Enkele puzz les. zooals doolhoven e. d. moeten op dun papier (z.g. boterhampapier) wo'/den overgetrokken. Om de twee maanden wordt een prijsje uitgeloofd aan hem, die de meeste puzzles instuurt, terwijl de voorkeur wordt gegeven aan ge kleurde en dergelijke netjes uitge voerde puzzles. Zij, die het boek zelf hebben, moeten natuurlijk het boek uit O. B. leenen om mee te mogen dingen naar een prijsje. Het schrijven In het Puzzle boek is natuurlijk ten strengste verboden Wie zich hier niet. aan houdt kan natuurlijk geen prijsje worden toe gekend. Er is slechts één zoo'n boek in O. B. en zal het worden uitgeleend naar volgorde der aanmeldingen. Volgende week de Dec.-aanvulling der catalogus. Lezers, leest uit O. B. er zijn mooie boeken van J. Verne. Kieviet. Been Abcoude enz. enz. Leenpriis 3 ets. Opgave: Groote Houtstraat 155 zwart 'egenover Proveniershuis tut nam. 6 uur. Vanaf 4 Dec. Is mijn adres: Gr. Houtstraat 155zwart. W. LASSCHUIT. ;j HUISVLIJT. BLOEMENIIANGER (Vervolg.) We zullen de bloemenhanger, waaraan wc de vorige week begon nen zijn, afmaken en krijgen eerst de t-eokenlngen op tlo zijkanten van. bakje. "We zorgen, dat ze op de zelfde plaats komen te staan als die van de eerste zijkant, de vorige week aangegeven. We maken 't bakje af door op den bovenkant kleine plankjes te timme ren (zie fig. 1) Het gearceerde ge deelte komt op den rand van 't bak je; ln do uitgezaagde gleufjes past 1 de banger. De punt van den hanger maken we van een blokje hout, dat we in den aangegeven vorm bijvijlen, ter wijl ln de bovenzijde twee keepjes komen, ter dikte van 't hout en pl.m. 3 m-M. diep (Zie fig. 2) Met houtlijm wordt de punt aan den hanger ver bonden. In de gaatjes van den hanger wor den ringetjes aangebracht, waaraaai een ketting of koord om 't geheel op te hangen. (Zie fig. 3). (Deze raadsels zijn Ingezonden ■oor Jongens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen.) Iedere maand worden onder de beste oplossers vier boeken »erloot AFDEELING I (Leeftijd 10 Jaar en ouder.) 1. a. (Ingez. door Hunkerhartje.) Strikvragen. Ik ben slechts een arme bloed Zeer kalm en zeer bescheiden, Alleen het wrijven op mijn kop Kan ik beslist niet lijden. Als men dat doet, word ik verwoed En kan, als men mij niet verdrinkt Op stear.den voet vernielen Mensch, dier, huis en goed. b. Wie het kont, wil het niet, Wie het weet, zegt het niet. Wie het neemt, weet het niet. 2. (Ingez. door Moeders Oudste). Mijn geheel is een spreekwoord van 61 letters. 4 5 6 is een deel van een schip. 9 10 11 is 15 16 17 Ls 39 40 41 is 43 32 33 Js een lidwoord. 43 44 45 8 draagt men aan de handen. 25 26 47 38 is schrijfmateriaal. 33 40 23 33 is een ontkenning. 48 19 19 24 is een voorzetsel. 12 13 14 is in Artis. 28 29 is een persoonlijk voornaam woord. 7 19 20 21 is een metaal. 18 30 31 38 gebruikt men bij het bakken. 46 31 heeft men 's winters. 42 49 37 38 vindt men in groote Baken. .18 33 36 39 50 doet men 's winters. 34 12 33 47 32 23 vindt men in scholen. Een 51 6 50 27 vindt men ln elk huis. 18 19 22 21 is het tegenoverg«j«5telde van slecht. 3 12 ligt tusschen bergen. Diamant is 21 20 20 24. 3. (Ingez. door Appeltje.) Ik besta uit 2 deelen. Mijn 1ste is niet lang. Mijn 2de is niet arm en mijn geheel is een stad in België. De volgende letters moeten zoo ge schikt worden, dat ze noemen: een stad in Rusland, een stad in Neder land, een stad in Spanje, A a a b d dddeeelkllmmmnno. oor r r s s t u ij. 5. (Ingez. door Appeltje.) Verbor gen plaatsen. a. Ik ga tante weer thuis brengen. b. In de gang hingen Jassen en petten. c. Dit Is wel een balk, maar geen lat. d. Men kwam uit huizen en hutten geloopen. 6. 'ingez. door Hunkerhartje.) Wie kan van dit potjeslatijn een spreekwoord maken? tienrednaneeybdruiknotehteizüdeiw e j lnuitne gein ij zn iei w. AFDEELING H (Leeftijd 9 Jaar en Jonger.) 1. (Ingez. door Appeltje.) Ik ben een stad in Zuid-Holland van 5 letters. 2 3 is een maat. 2 3 4 is een getal. 2 3 4 5 is een visch. 1 2 2 3 is niet geheel, 2. (Ingez. door Appeltje Ik ben een vogel van 6 letters, waarvan de eieren duur betaald worden. 1 2 6 ls een soort kan. 1 3 3 is een meisjesnaam. 4 3 3 zijn dieren. Wie 4 5 6 is kinderachtig. 3 (Ingez. door Jerrie.) Mijn geheel bestaat uit 10 letters en is een dorp dicht bij Haarlem. 1 2 3 is een verkorte jongensnanm. 4 5 2 3 is niet ja. 6 7 8 9 10 ls een kleedingstuk. 2 5 3 is een getal. 4. (Ingez. door Duinroosje.) Strik vragen. a. Waarom zit de keizer van Oos tenrijk altijd te weenen? b. Wat lijkt het meest op een hal ven sinaasappel? c. (Ingez. door Jerrie). Ik ken een land met witte paal tjes, het regent er nooit en toch wordt het er nat. d. Welke bus rijdt niet? e. Welken hoed zet men niet op het hoofd? f. (Ingez. door Appeltje Hooger dan een huis lijkt 't kleiner dan een muis. 6. (Ingez. door Appelmootje) Ik ben een woord van 4 lettergre pen en ben vooral 's zomers een ver koelende drank. De 1ste en 3de lettergreep noemen een meisjesnaam. De 2de en 4de let tergreep noemen iets, waar dames zich meestal aan storen. 6. (Ingez. door Appeltje.) Mijn 1ste is een groote rivier. Mijn 2de Is een plaats bij Geldermalsen. Mijn geheel is een hoofdstad van een provincie. Raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorige week zijn: AFDEELING I. 1. a. De tijd. b. Sneeuwklokje, Een roomhoorn, d. Wanhoop, e. Ek- steroogen, f. houtwol, g. gaskousje. h. veter. i. kachelpijp, j. schoen, k, sneeuw, 1. op 31 December. 2. Johannes. 3. Het oog van den meester maakt het paard vet. 4. Camperduin. 5. Overflakkee. 6. Theeblad. AFDEELING II 1. a. Schoenzool, b. 4 letters. 0. mark, d. niemand-iemand. e. noten f. een kapel is twee letters grooter, g. een kous, h. aan den stam, i. de letter r, j. klopjacht, k. dobbelsteen, 1. Donderdag m. vergeven. 2 Winterswijk. 3. VinkZink. 4. Vulkachel. 5. Tilburg. 6. Potlood. Goede oplossingen ontvangen van? Wenda 6 De kleine Violist 6 De kleine Vogelvriend 6 Amco 6 Zangvo geltje 6 Bloze Kriekske 6 Azalea 4 Droomkoninkje 5 Moeders grootste Hulp 3. Wielewaal 4 Appeltje 6 Appel mootje 6 Ballenbrelstertje 4 De klei ne Stoffeerder 6 Interieur 5 Brillant- ster 5 Obione 6 Zevenster 6 Graaf Lodewijk 5 Karei I 6 Katuil 6 Kriel kip 5 Violetta 6 Francis Vere 4 Korst jesknager 3 Floris V 6 De klei ne Bouwer 5 Blauwoogje 5 Damiaatje 6 De kleine Kapitein 6 Graspieper 1 Alba 6 De Woudlooper 6 De kleine Fluitspeler 6 Poesen moedertje 2 Roodkapje 2 Gouden regen 6 Blauw oogje 6 Zeeuwsch Boerinnetje 4 Babbelkous 4 Blauwdruifje 5 Vlin derfee 6 Ster van Bethlehem 5, Roodsterretje 5 Wipneusje 6. Tram bestuurder 6 Zilverster 5 Tilburger- tje 6. Roodwangetje 6 Pioenroos 6 Don Frederik 6. Raadselprijzen voor de maand No vember zijn bij loting ten deel ge vallen aan: MOEDERS GROOTSTE HULP KAREL I, TRAMBESTUURDER en DE KLEINE KAPITEIN die ze Woensdag 11 December bij mij mogen afhalen. SUZE VAN GRAAS, Karolingen- straat 39, heeft Hille-bonnen, Delft's bonnen, Dik Trombonnen, Sickesz- wapens, Kwatta-soldaten en sterren, sigarenbandjes, postzegels enz. Dit alles wil zij ruilen voor cigaretten- bons. MEVR. v. ECK, Westerhoutstraat 10 (tel. 15043) verzoekt dengene, die Zaterdag 1.1. Nofbonnen kwam ruilen, haar adres en de gewenschte bonnen op te geven. H. KRUYER. V. Oosten de Bruyn- straat 224, heeft Nof-wapens, Haka- punten en Hillesbons. Graag wou ze daarvoor Kamerplanten-bons of plaatjes hebben. MEVR. STOLP, Rustenburgerlaan 23 bij den Kleinen Houtweg heeft: 114 Driessen omsl. 3 en 5 van Vader Haas, 1ste deel, 4, 6, 13, 16. 19 Vader Haas 2de deel, 25 Victoria Jeugd- blbl. punten. 3 Meco-omsl. 10 H. O. punten, 2 Hilles-kaartjes, 3 Haust- kaarten, 1 Mercurius-kaartje, 1 Scheepvaartpl. 32, 1/10. 1 4 en 12 van Houten'sbon, 2 Erdalpl. Gaarne hier voor terug: Sunlight, Vim, Nof en Drostebonnen. Papavertje mag haar verloren nummer van Onze Jeugd gaan halen bij MEJ. POSTHUMUS, Juliana- park 6. RUBRIEKERTJES. die een of an der muziek-instrument bespelen, v/orden verzocht zich te vervoegen bij W. Lasschuit, Gr. Houtstraat 155z, tegenover Proveniershuis, voor ver sterking van een strijkje. Aangifte Maandag van 6.007.30, Gr. Hout straat 155.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 12