H. D.-VERTELLINGEN FEUILLETON De Gesto!en Diadeem STADSNIEUWS HAARLEM'S DAGBLAD Uit het Engetsch van ARCHIBALD EYRE. 18) ..Ik dacht anders van wel!" Hij gluurde onbeschaamd naar haar. Op dat oogenblik ging de deur van den winkel open; een man stak zijn hoofd naar binnen en trok het di rect weer terug. Op Warden's gezicht kwam een uitdrukking van doodsangst en hij stond gejaagd op. ..Ik moet weg", zei hij haastig, „mijn vriend zal wel betalen". Onzeker liep hij den winkel door. bij de deur aarzelde hij even en toen stormde hij plotseling naar buiten. Lord Harlsmore had zich in den uitersten hoek van het zitje te ruggetrokken. Zijn gezicht was vertrokken van vrees; hij zag akelig en staarde Lilian mei holle oogen aan. nU bentu bentheelemaal buiten u rW van angst", zei het meisje medelijdend. „Wilt u dit voor mij onder uw hoede ne men? In 's hemelsnaam", hij stak haar het bruine pakje toe,- „weiger het niet. Stop het vlug ergens weg. Verberg het, in godsnaam, verberg het!" Lilian nam het pakje aarzelend aan. „Zal ik het doen?" mompelde ze in zichzelf. Toen kwam ze tot een besluit. „Ja. ik zal het voor je bewaren", zei ze tcè'en den jongen, „omdat je zoo dom en zoo zielig jong ben Het zal een goede les voor 3® 7-ün" Ze schoof het pakje snel onder haar boe- WOENSDAG 11 DECEMBER 1929 zeiaar. ..Nu moest u maar gauw naar huis gaan. Kom, dan zal ik u door de achterdeur uitlaten". Hij stond op en volgde haar. Ze voerde hem door de woonkamer van haar tante naar den achter het huis gelegen tuin. De frissche lucht bracht weer een spoor van kleur op zijn gezicht. „Dank u wel", mompelde hij nauwelijks verstaanbaar. „U gaat nu in eenen door naar huis", zei ze op een toon, die geen tegenspraak toe liet, „en u vertelt alles aan uw moeder alles, begrijpt u?" Hij keek haar met een vragenden blik aan, alsof hij maar half verstond wat ze zei; toen draaide hij zich om en ging heen. Voor ze de kleine deur van de tuinpoort achter hem sloot, bleef ze hem een paar seconden nakij ken, daarop staarde ze met een matten glimlach naar het pakje in haar hand. „Wij vrouwen zijn toch allemaal precies eender", zuchtte ze halfluid. „Ik geloof vast dat ik, als hij niet zoo aandoenlijk jong en mooi was geweest, ernstige moreele bezwaren zou hebben gehad om hem te helpen! Voor „meneer" Warden zou ik het tenminste niet hebben gedaan!" HOOFDSTUK XI. Het Dubbelspel. Ondanks Lilian's vaste voornemen om niet mee te spelen, eindigde zij met zich gewon nen te geven toen mevrouw Amherst haar den volgenden morgen kwam opzoeken en een stroom van vriendelijke verwijten over haar uitstortte. „U zult ons spel bederven", protesteerde de doktersvrouw. „Als ik het eerder geweten had dan had ik voor een plaatsvervangster kun- HAARLEMSCHE KAMER VAN KOOPHANDEL. Dank aan den heer Weijburg. Verlaging sluïsgelden Spaarndam. Verleende subsicliön. Tegen opne ming advertentieberoepenlijsten in Telefoongidsen. Dinsdagavond vergaderde de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en omstreken onder voorzitterschap van den heer E. H. Krelage. De zitting begon met een erkenning van de Verdiensten van het afgetreden lid A. H. Weijburg. naar aanleiding van een ingekomen brief van genoemden heer. De heer Weijburg deelde in dien brief mede, dat hij tot zijn leedwezen de zitting der Kamer niet kon bijwonen. Verder bracht hij den leden dank voor de aangename uren in haar midden doorgebracht. De Voorzitter zeide: Wij zijn den heer Weijburg dankbaar voor het vele goede, dat voor de Kamer door hem is verricht. De heer Weijburg was onder meer lid der commissie van financiën en heeft in die quallteit meer malen de rekening der Kamer nagezien. Ik hoop dat het hem gegeven moge zijn, zij het dan niet meer als lid der Kamer, nog vele jaren met belangstelling hare werkzaamhe den te mogen gadeslaan. Verder bracht de Voorzitter dank aan den heer J. W. Bijvoet, die doordat hij veel in het buitenland vertoefde, de zittingen der Kamer niet zoo druk als de heer Weijburg kon bijwonen en die mede niet meer herbe noemd wenschte te worden, voor hetgeen ook door hem als lid der Kamer is gedaan. Onder de mededeelingen was er een ter zake van het Siuisgcld der Groote Sluis te Spaarndam. Op 15 April j.l. deelde de Kamer aan het Hoogheemraadschap voor Rijnland mede, dat het haar alleszins billijk voorkwam voor het geval de kleine sluis niet meer geregeld in gebruik zou worden genomen, een com- penseerende tariefswijziging in te voeren ten behoeve van hen, die nu noodgedwongen het hoogere sluisgeld van de groote sluis moe ten betalen. Het Hoogheemraadschap van Rijnland antwoordde op 1 Mei, dat het besloten had de Kolksluis voorloopig buiten gebruik te laten en dat het voorshands geen termen vinden kon om bij de schutting van kleine vaartuigen door de groote sluis een lager tarief toe te passen dan de geenszins hooge tarieven, welke voor het schutten door de groote sluis gelden. Ook pogingen, aangewend door het ge meentebestuur van Haarlem om voor kleine schepen de sluïsgelden verlaagd te krijgen, hadden geen succes. Bij een dezer dagen met den secretaris van het Hoogheemraadschap gehouden bespre king deelde deze mede, dat, behoudens goed keuring door de Kroon, de sluisgelden voor het schutten van schepen beneden 25 ton verlaagd zullen worden van 45 cent tot 25 cent. De sluisgelden voor het schutten van sche pen grooten dan 25 ton blijven echter onge wijzigd, zoodat schepen van deze grootte, welke vroeger gebruik maakten van de Kolk sluis, ook in het vervolg de hoogere sluis gelden van de groote sluis zullen moeten blijven betalen. Enkele ingekomen stukken werden voor kennisgeving aangenomen. Nadat onderzocht en in orde bevonden wa ren de geloofsbrieven der nieuw gekozen le den der Kamer, werd tot hun toelating be sloten. De installatie zal plaats hebben in de volgende vergadering. Goedgekeurd werd de reeds verleende sub sidie aan de IJsbestrijdingscommissie te Amsterdam van f 100, Besloten werd aan het Koloniaal Instituut te Amsterdam voor 1930 te verleenen f 50 subsidie. Het Bureau der Kamer stelde voor te be sluiten voor 1930 te verleenen aan het Station voor Maalderij en Bakkerij te Wageningen f 50 subsidie. In verband met de reeds verleende subsi dies voor het volgende jaar kon het Bureau geen termen vinden een hooger bedrag voor te stellen. De heer M e ij e r, die deed opmerken, dat deze instelling groot nut afwerpt, was door het voorstel van het Bureau teleurgesteld. Spr. had gedacht, dat zou zijn voorgesteld te verleenen f 150 subsidie en verzocht voorle zing van een door hem geriohten brief tot het Bureau der Kamer. Nadat aan dit verzoek was voldaan, zeide de Voorzitter dat het Bureau der Kamer aanvankelijk had geaarzeld of wel subsidie moest gegeven worden. Naar aanleiding van de aanbeveling van den heer Meijer was het gekomen met het voorstel te verleenen f 50 subsidie. Maar verder kan het Bureau in geen geval gaan. Verscheidene subsidies voor 1930 zijn reeds verleend. Het jaar 1930 moet nen zorgen, maar dat is nu te laat. Ik vind heusch, juffrouw Turner, dat ik niet verdien, dat u mij zoo behandelt. Ik heb zoo mijn best voor u gedaan Lilian aarzelde. De gedachte dat een in bruin papier gewikkeld pakje dan in haar hoedendoos lag, bracht haar uit haar even wicht. Wat moest zij er mee beginnen, het kon daar toch niet in de eeuwigheid blijven. „Denkt u dat Lord Harlsmore komt?" vroeg zij ten slotte. „Natuurlijk komt hij". „Maar ik heb hem gisteren gezegd dat ik niet zou komen." „Dat is geen reden voor hem om weg te blijven", antwoorde mevrouw Amherst scherp. „Ik bedoel", vulde Lilian aan, „dat hij mis schien denkt dat de wedstrijd niet doorgaat". „Wanneer hebt u hem gesproken?" „Gisterenmiddag om eeD uur of zes, toen hij hier kwam theedrinken". „O, ik heb hem daarna nog ontmoet", zei mevrouw Amherst triomfantelijk. „Hij was op weg naar het kasteel en ik herinnerde hem aan zijn afspraak. „O ja, dat is ook zoo", zei hij toen. „Nu, dan zal ik meegaan". Mevrouw Amherst wachtte terwijl Lilian zich gereed maakte. De „kellnerin" had het bij de doktersvrouw verbruid. Het was voor haar een les geweest, zei ze bij zichzelf, om nooit meer menschen die niet tot hun stand behoorden in de club te halen; zij werden er maar veel te vrij door. Zwijgend liepen ze naar het golfterrein. Na een poosje verbrak mevrouw Amherst de drukkende stilte en zoi: ..Ik hoop dat we een prettigen wedstrijd zullen hebben". „Ik vrees er voor", antwoordde Lilian ge- nog beginnen. Er kunnen nog andere aan vragen komen en dan zou er geen geld meer zijn. De heer Deddens kan zich vcreenigen met den gedachtengang van den heer Meijer. Spr. zet uiteen dat de Maalderij en Bakkerij bijzonder goed werk doen. Hij zou voor één jaar willen verleenen f 150 subsidie. De heer Van Liemt zegt, dat, indien de Kamer besloot meer dan f 50 subsidie te gaan geven, zij zou gaan doen wat de Regee ring moet doen. Daar bijzondere omstandig heden zal de Maalderij thans geen Rijks subsidie krijgen. Maar het zal met de Regee ring tenslotte wel weder in orde komen. De Voorzitter adviseert te besluiten voor 1930 te verleenen f 50 subsidie. Later kan verder gezien worden. Spr. kan mededeelen, dat voor 1930 reeds zijn verleend subsidies tot een gezamenlijk bedrag van f 2300. Voor dat jaar is in het geheel voor subsidie be schikbaar f 3000. Over een voorstel van den heer Meijer om te besluiten te verleenen f 100 subsidie sta ken de stemmen. Volgens het Reglement van Orde der Kamer is het dan verworpen. Er zal verleend worden f 50 subsidie. Besloten werd geen subsidie te verleenen ten behoeve van het 5e Internationaal Luchtvaartcongres te Den Haag en geen subsidie aan de Ned. Amerikaansche Kamer van Koophandel. De verzonden brieven aan de Raden der gemeenten Haarlem en Velsen ter zake van het Werktijdenbesluit voor Winkels, werden goedgekeurd. Benoemd werd tot leider van den cursus Handel en Recht der Kamer Mr. F. J. Gerrit sen te Haarlem. Aan de orde is het concept-schrijven der Kamer aan den minister van Financiën ter zake van Afschaffing opcenten op den Suikeraccijns. Het adres betoogt de wenschelijkheid ervan dat ook belastingrestitutie zal verleend worden voor die voorraden suiker en suiker houdende artikelen, welke voor de binnen- landsche consumptie bestemd zijn en voor de voorraden suiker, welke als grondstof in fa brieken aanwezig zijn. De heer Van den Burg vraagt of niet aan de Regeering kan worden verzocht te maken, dat Maandag 30 December aan de winkeliers suiker vrij van heffing van op centen op den suikeraccijns wordt verzon den. De heer Hooij merkt op, dat het adres eenigszins sober is. Het is goed in het adres er de aandacht op te vestigen, dat vroeger in soortgelijke gevallen ook restitutie van belas ting is verleend terzake van artikelen be stemd voor binnenlandsche consumptie. Aan den wensch van den heer Van den Burg zal niet kunnen worden voldaan zet spr. uiteen, omdat de minister dan gelden missen zou op zijn Begrooting waarop is ge rekend. Nadat de Voorzitter heeft opgemerkt, dat naar aanleiding van de opmerking van den heer Hooij een aanvulling in het concept zal gebracht worden, wordt besloten tot ver zending van het aangevulde concept. Een ander concept-adres van het Bureau der Kamer dat ter tafel komt, is er een aan den Directeur-Generaal der Posterijen Tele grafie en Telefonie ter zake van Opnemen van een advertentie-beroe- penlijst in Telefoongidsen. De Kamer merkt in dat adres onder meer het volgende op: Het opnemen van een advertentie-beroe- penlijst in de Naamlijst voor den Interloka len Telefoondienst en van de grootere lokale netten is naar de meening van onze Kamer niet zoozeer van belang voor het publiek, of voor de handeldrij venden en neringdoenden, die zich daarin doen opnemen, dan wel voor den exploitant der advertentierubriek. Het eigenaardige kenmerk van een der gelijke rubriek is, dat wanneer er een begin mede gemaakt is, zij het ook met een be trekkelijk gering aantal adressen in bepaal de rubrieken, de overige zaken, tot diezelfde rubrieken behoorende, zelfs tegen hun zin en overtuiging in, gedwongen worden ook hun namen in die rubrieken te doen opnemen, op dat hunne vakgenooten en/of concurrenten er in vermeld staan. Want ook al acht men het nut van een vermelding in de beroepen- lijst van nul en geener waarde, dan is men toch gedwongen tot het doen opnemen van zijn naam, wegens de vermelding van con currenten. Dit maakt een dergelijke rubriek zeer on sympathiek, omdat het wegens de bovenge noemde reden vele handeldrijvenden en ne ringdoenden dwingt tot uitgaven voor ad vertentiedoeleinden, die zij waarschijnlijk op andere wijze met meer nuttig effect had kunnen besteden. De Kamer verklaart zich verder tegen het opnemen van de advertentieberoepenlijsten in de Telefoongidsen. De heer Enschedé merkt op, dat het hebben van de gewraakte opgaven in de Te lefoongidsen nut kan hebben en dat als de gids typografisch goed verzorgd wordt van een ontsiering geen sprake behoeft te zijn. melijk. Ze dacht aan de eigenaardige ver houding waarin ze tot haar partner en tot haar tegenspeler stond. Blijft u bij uw besluit om niet met meneer Hemmings in de eindwedstrij den mee te spelen?" vroeg mevrouw Amherst, die moeite deed om het gesprek gaande te houden. „Ik weet dat meneer Hemmings het dolgraag zal doen als hij een geschikte partner kan vin den". „Neen, onder geen voorwaarde. Ik kan golf niet meer uitstaan!" Mevrouw Amherst begon het jonge meisje buitengewoon grillig, humeurig en onsympa thiek te vinden en in een geprikkelde stem ming ging ze haar voor naar het clubhuis. „Ze zijn er nog niet", zei Lilian met een gevoel van opluchting. „Jawel, daar komen ze aan. Laten we maar geen tijd verliezen". Ze liepen de twee jongemannen tegemoet. Lilian knikte kort tegen lord Harlsmore, maar negeerde George Hemmings. „Ik dacht dat u gezegd had, dat u niet kwam", zei de graaf tegen Lilian. „Ik was het ook niet van plan, maar me vrouw Amherst heeft me tenslotte overge haald, bovendien ze keek rond, om zich te overtuigen dat de anderen haar niet Kon den hooren zou ik graag even met u wil len praten. Hebt u het uw moeder verteld?" De jonge graaf voelde zich verre van op zijn gemak. „Ik heb nog geen gelegenheid gehad", antwoordde hij aarzelend. „Nu, haast u dan wat. Ik wil dat ding niet langer houden". „U kunt het beter aan mij teruggeven". Lilian staarde hem aan. „Ik denk er niet over". „Bedoelt u dat u van plan bent het te hou den?," De Voorzitter merkt op, dat er een groot onderscheid is of een particulier iets gaat doen of dat de Staat het doet. Indien een advertentieberoepenlijst in den gids voor komt wordt allicht gedacht, dat die lijst min of meer tot heb officieel gedeelte van den Gids behoort. Er wordt dan gedacht dat het zijn advertentiën met een officieel cachet. Bovendien, advertentiën tusschen den tekst in zijn steeds onaangenaam. De heer Van Hardenbroek zegt, dat hij niet aanwezig is geweest ter vergade ring van het Bureau, waarin het concept is samengesteld. Het concept vindt spr. zeer goed, „een stuk dat den auteur er van alle eer aandoet." Het. zou een schandaal zijn in dien het F.ijk in de gidsen advertentieberoe penlijsten liet opnemen en daarmede zou gaan trachten iemand te doen adverteeren ter wil le van de concurrentie De heer Bückmann verzoekt nog in het concept op te nemen, dat door de lijstende uitgaven niet alleen worden ontsierd, maar ook, dat die lijsten aan de duidelijkheid te kort doen. Aan dat verzoek zal worden voldaan. Aldus aangevuld zal het adres worden verzonden. Aangenomen werd het voorstel van de afdeeling Kleinbedrijf tot het instellen van een onderzoek naar het incasseeren van kleine vorderingen. Na de rondvraag die niets opleverde, gaat de Kamer over in een zitting met gesloten deuren. VISSCHERIJ-OPBRENGST. DE BESOMMINGEN. Heden waren aan den Rijksvischafslag te IJmuiden 15 stoomtrawlers, 1 stoomlogger en 2 zeilloggers. De besommingen waren: Trawlers: Alma f 4800, Jacqueline Kla- zina 4700, Derika 2 3700, Poolzee 4500, Invierno 3000, Amstelstroom 32000, Pro- tinus 4400, Ecliptica 2500, Emerald f 2300, Corrie f 5800, Urania f 3100, Adriatic 6300, Flamingo 2700, Zeeleeuw 2800, Emma 2400. Stoomloggers:' Jhr. C. H. van de Brandeler 336. Loggers; SCH. 5 1540, IJM. 33 5190 (pekelharing). JANSSTRAAT-VEREENIGING. De uitslag van het puntenstelsel der Jans- straatvereeniging is: A. F. Misset, Laurens Costerstraat 16, 3714 punten, f 40; M. Kooy, Hagestraat 3, 2693 punten, f ?5; St. Elisa beths-Ver een. Jansstraat 49, 2318 punten, f 10; Tinï Schouten, Korte Jansstraat 8, 1725 punten, f 5; J. Lokerse, Rustenburger laan 60, 1440 punten, f 5; de Boer, Bakenes- sergracht 43, 1348 punten, f 2.50; W. Boo gaard, Bilderdijkstraat, 1261 punten, f 2.50; Lamé, Begijnhof 1517, 876 punten, f 1; Ma- ria-Stichting Kamperlaan, 837 punten, f 1; Mej. Hagen, Jansstraat 25 rood, 741 punten, f 1; G. W. Bout, Hofdijkstraat 50, 693 pun ten, f 1; Smits, Westerparkstraat 19, Zand- voort, 684 punten, f 1; Mevr. v. Meeuwen, Adriaan Fauwlaan, 660 punten, f 1; Mej. Paardebek, Nieuwe Gracht, 462 punten, f 1; Mej. Stiphout, Hooimarkt 14, 426 punten, f l;Wed. Wesseling, Kokstraat 9, 425 punten, f 1; A. J. Cramer, Jansstraat 10, 418 punten, f 1. Er waren 74 inzenders. De prijzen kunnen afgehaald worden Don derdag 12 December, 8uur des avonds in het restaurant Köhlinger, Jansstraat 55. DOOR EENDRACHT STERK De vereeniging van Haarlemsohe markt kooplieden „Door Eendracht Sterk" hield Dinsdagavond in he$ gebouw van den Kegel bond haar 9de jaarvergadering, die opgeluis terd door muziek, voordrachten en dans, uit stekend slaagde. Aan den voorzitter, den heer L. J. van Nofde, werd een voorzittershamer aangeboden. JUBILEUM A. J. P. DINNEWET 2 Januari a.s. zal het 40 jaar geleden zijn dat de heer A. J. P. Dinnewet, sedert tal van jaren Kassier aan de NV. „Werf Conrad" te Haarlem, bij genoemde vennootschap in dienst trad. GEZONKEN ZANDBAK GELICHT Door den geweldigen golfslag als gevolg van den storm is Zaterdagnacht een met zand geladen bak van de Duin Exploitatie Maatschappij in het Noorder Buiten Spaarne volgeloopen en gezonken. Daar de bak ge meerd lag vóór den loswal tegenover de voor malige Schotensche gasfabriek, kon zij niet diep zinken. Dinsdagmiddag is de bak met be hulp van de hefbok der Haarlemsche Machi nefabriek gelicht. Het werk trok veel belangstelling op den Spaarndammerweg. 80 JAAR- De heer Ph. Dodenhuis, oud-stationschef te Haarlem, zal op 17 December zijn 80 sten verjaardag vieren. „Voorloopig wel". Het spel begon inmiddels en het duurde een poosje voor hij weer gelegenheid had om tegen Lilian te spreken. „Het zou onplezierige gevolgen voor u kun nen hebben als het ding in uw bezit gevon den werd. Ik denk alleen aan uw belang als ik u aanraad om het niet langer te houden". „Ik ben ook niet van plan het lang te hou den. Uiterlijk morgen ga ik uw moeder op zoeken". „Mijn moeder!" riep de jongen onthutst „Ja, ik geef u vier en twintig uur voor uw bekentenis. Morgen tegen vier uur ga ik naar haar toe met het pakje. Dat is mijn laatste woord". „Mijn moeder is naar de stad terug ge gaan. Ik weet niet wanneer ze weer hier zal zijn. Als ze terugkomt zal ik haar alles op biechten". Lilian geloofde hem niet. „Als ze er niet is, moet u haar telegrafeeren". „Zoo iets kan men niet telegrafeeren. Het is al erg genoeg om het haar te moeten zeg gen. Ik weet dat ik een idioot ben geweest, maar ik moet mijn moeder zooveel mogelijk sparen". „Na vier uur morgen", hield Lilian on barmhartig vol, „voel ik mij volkomen vrij om het zelf aan uw moeder te vertellen La ten we nu maar over iets anders praten. Hoe staat het spel eigenlijk?" „Ik heb er geen flauw idee van". Toen George Hemmings in de buurt kwam riep Harlsmore hem toe: „Hoe staat het spel?" „Ik weet het heusch niet", klonk het neer slachtige antwoord, „vraag het maar aan mevrouw Amherst". (Wordt vervolgd). (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden). foor MARGUéRITE COMERT. (Naar het Fransch). De Bekeering Moe van het dansen of misschien ook wel Ui', medelijden voor mijn slaperigheid was Liliane in mijn hoekje bij me komen zitten. En daar ze bemerkte, dat ik geen lust had om te luisteren naar haar kinderachtig en onsamenhangend gebabbel, probeerde ze met een ander onderwerp mijn belangstelling op te wekken. „Als je naar me luisteren wilt", begon ze, „zal ik je eens vertellen, welke interessante geschiedenis er eigenlijk aan mijn huwelijk verbonden is". „Die geschiedenis van jouw huwelijk ken lk reeds." „Neen, die ken je niet. En ze is daarom zoo interessant, voor jou, omdat je zelf een soortgelijke geschiedenis beschreven hebt." Toen ik je leerde kennen, was je roman schrijfster en ik herinner me nog heel goed, dat je, wanneer je een verhaal schreef, al tijd eerst het begin en het slot, en op het laatst, om het zoo maar uit te drukken, „het middenstuk" bedaoht. „En juist dat middenstuk van je verhaal Is me altijd bijgebleven, omdat de inhoud ervan zooveel overeenkomst vertoonde met de ge schiedenis, die er aan het huwelijk van Charley en mij verbonden is." „Nu, ik wil eerlijk bekennen, dat ik me er niets meer van herinner." „Je man was toch, naar ik meen, de zoon van een jeugdvriend van je vader?" „Ja, dat is zoo." „Maar dat is dan toch een doodgewone ge schiedenis!" „Heelemaal niet doodgewoon." „Ik begrijp het niet. Jullie hebt elkandei op een reis door Italië leer en kennen, en tijdens je verblijf aldaar volop gelegenheid gehad om elkanders hoedanigheden te loe ren waardeeren en je te overtuigen, of je het samen zoudt kunnen vinden. Het resultaat- is geweest, dat je, in Parijs teruggekeerd, de mooiste huwelijksinzegening hebt te zien ge geven, die „de Madeleine" ooit had aan- schóuwd." Ja, onze inzegening was heel plechtig. Wat dat betreft, ben je goed op de hoogte. Maar wat het bewuste „middenstuk" van onze ge schiedenis aangaat, daar weet Je in 't geheel niets van. Daarom zal ik het Je maar eens vertellen, opdat je wanneer deze geschiedenis eens ter sprake komt, haar naar waarheid kunt mee- deelen. Ik ontmoette Charley voor het eerst als chauffeur op onzen eigen auto. Zijn vader had mijn vader gesmeekt om hem dit baantje te willen geven, omdat Charley z'n ouders slecht behandelde en ze telkenmale dreigde te zullen ruïneeren. Omdat Charley bijzonder knap van uiter lijk was, trok hij me zeer aan, ging ik me zelfs Interesseeren voor z'n minder goede eigenschappen en wekten ze mijn medelij den op. In den beginne keek ik hem af en toe eens verwijtend aan, om hem te laten ge voelen, dat deze minder 'goede karakterkwa- litelten mij bekend waren. Doch hij trok er zich schijnbaar niets van aan. Maar toen ik eens eenige malen met hem gesproken had en eens eenige zinspelingen had gemaakt op die minder goede elschenschappen, werd hij langzaam aan een heel ander mensch. Toen dan ook mijn ouders deze wonder baarlijke verandering in hem hadden opge merkt, gaven ze hun toestemming tot ons huwelijk, ofschoon ze het geenszins verstan dig hadden gevonden, daar ik zooveel betere partijen had afgeslagen. Maar ze vergisten zich hierin, want Charley was op dat. oogen blik zeker degelijker dan de meesten van die zg. betere partijen, en zijn vader was rijker geloof ik, dan mijn vader." Juist op dat oogenblik kwam Charley op ons hoekje toe en toen Liliane hem even op de hoogte had gebracht van de vertrouwe lijkheden, die ze me zoo luist had medege deeld, zag ik een trek van ongenoegen over z'n gezicht komen. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN n 60 Cts. per regel. \]oorkomQ/j f Zoo gauw hebt U kou gevat, lastig zijn de ge volgen. Neem steeds een paar Wybert-tabletten. In origin, doozen 3 45 en 65 cts. Toen ze afscheid van me genomen hadden, nam een oude dame, die geen enkele gele genheid voorbij liet gaan, om je over de laat ste nieuwtjes van vriendinnen en kennissen in te lichten of uit te hooren, in den fauteuil plaats, waaruit Liliane zoo pas was opge staan. „Ik hoop, lieve kind," zoo begon ze, „dat je geen woord geloofd hebt van die malle geschiedenis van Liliane. Ja, ja, ik kon aan haar opgewonden gezicht zien, dat ze je het beweerde avontuur verteld had. Mijn hemel, hoe is het mogelijk dat een jong en intelligent schepsel als zij is, zich zoo door haar ouders heeft laten beetnemen! Ze zou je haast doen gelooven, dat die goedige, dikke Charley er leelijke streken op na had gehouden. De waarheid is, dat zij beiden, evenals koningskinderen reeds van hun geboorte af voor elkander bestemd waren. Maar de ouders van Liliane, die het wispelturige en vreemde karakter van hun dochter kenden, hadden die heele geschiedenis, die zij Je ver teld heeft, zelf uitgedacht, om toch maar hun vurigen wensch, een huwelijk tusschen Charley en Liliane, vervuld te zien. Wanneer Charley een op en top braaf man was geweest, had Liliane nooit over een hu welijk met hem gedacht, dit wisten haar ouders maar al te goed, maar juist de min der goede eigenschappen, welke zij in hem veronderstelde, trokken haar aan en wekten haar medelijden op, zoodat ze door een hu welijk met hem ook een mooie levenstaak had te vervullen. Ze wenscht zichzelf nu isdcren dag geluk, dat ze een zoo „volmaakte" bekeering be reikt heeft „Te volmaakt," bracht ik hier tegen in, want het is lang niet zeker, dat de waarheid niet eens den een of anderen dag aan het licht zal komen. Het schijnt mij toe, dat haar ouders e'en gevaarlijk spel hebben gespeeld. Wanneer ze ooit tot de ontdekking komt, dat zij de dupe is van een comedie „Neen, neen, wees daar maar niet bang voor," protesteerde mijn mde vriendin, die gewoonlijk niet zoo optimistisch was. Ik ben overtuigd, dat de ouders van Liliane gelijk hebben gehad en dat hun succes zeker is. Het geluk van dit huishouden berust op de degelijkste grondslagen. De liefde is een gevoel, dat slijt: het ge voel van eigenwaarde nooit- Een vrouw, die er zoo trot-sch op is, een wonder te hebben volbracht, en denkt, of liever gezegd, over tuigd is van een deugniet een braaf man te hebben gemaakt, zal daar geneel haar leven tevreden over zijn. PAULUSVEREENIGING. De Paulusvereeniging (een organisatie die rich wijdt aan het jeugdwerk en daartoe in drie eigen lokalen onderwijs geeft in hout zagen, houtsnijden, teekenen, enz., en een maal per week de beschikking heeft over 6 schoollokalen om daarin lichtbeelden te ver- toonen) zal morgen, Woensdagavond een filmvoorstelling in het gebouw „St. Bavo" in de Smedestraat geven. Daar zal de film „Quo Vadis" vertoond worden, 's Middags wordt een speciale kindervoorstelling gege- FAILLIS SE AIENTEN Door de Arrondissements-rechtbank te Haarlem zijn de volgende faillissementen uit gesproken op Dinsdag 10 December 1929: 1. A. C. F. Prins, bloembollenhandslaar, wonende te Bennebroek, Scboollaan 30. Cu rator Mr. T. A. M. A. van Löben Seis. wond de te Haarlem. 2. J. van Duin, aannemer en koopman, wo nende te Heemstede, Zandvoortschelaan. Cu rator Mr. J. Deenik, wonende te Haarlem. 3. L. de Maaker; smidsbaas, wonende te Haarlem, Oranjeboomstraat 133. Curator Jhr. Mr. L. U. Rangers Hora Siccama, wonende te Haarlem. 4. Izak Adriaanse, winkelier in kruideniers waren, wonende te Oostzaan, Kerkbuurt 3 154. Curator Mr. J. van der Vegt, wonende te Haarlem 5. C. van Altena. koonrmn in houtwaren en aardappelen, wonende te Bennebroek School- laan 54. Curator Mr. T. A. M. A. van Löben Seis, wonende te Haarlem: Rechter-Commis- saris in al deze faillissementen Mr. A. L. M. van Berckel. VERNIETIGD werd het faillissement van: August Bieker, vroeger koopman in religieuse artikelen, vroeger wonende te Haarlem, thans verblijvend te Amstelveen. Curator Mr. S. Groen, wonende te Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 6