BRIEVENBUS Brieven aan de Redactie van de Kinder-Af deeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG- ZEEMAN, Marnixstraat 20. (In de bus gooien zonder aan bellen.) WEND ADat raadsel was ook onvindbaar. Natuurlijk reken ik het ook niet mee. JAAP S. Die kleine slager is nog geen groote slager geworden. En hij zou 't misschien heel jammer vinden, als ik zijn schuilnaam weg gaf. Zet nu de volgende week den anderen naam maar onder je werk. PRINSES LIBELEE. 'k Hoop. dat Jij ook heerlijke Kerstdagen hebt gehad. Heeft de kerstboom mooi ge brand? Wat zal die kTans mooi ge weest zijn. Is de theemuts nog klaar gekomen? W. L. - - Als je bemerkt, dat 't be ter is tot den vorlgcn toestand te rug te koeren, zou lk 't zeker doen. Ik kan me begrijpen, dat je heel wat administratie hebt gehad. DE SCHIPPERIN. Uit Italië kroeg ik een kaart van de oude Schipper in. waar ik heel blij mee was. Als ze thuis komt, moet je er haar namens mij maai* eens harte lijk voor bedanken. Is zus soms al thuis? Ik vind het een alleraardigst Wee. dat je haar met een muziek stuk wilt verwelkomen. INTERIEUR. Wat hob Je aller aardigst postpaoier. Zijn er ver- schillende sprookjes bij? Draag je alle dagen de wollen handschoenen? DE KLEINE VIOLIST. Ja jon gen. de dagen van het oude Jaar zijn geteld. Ik geloof, dat 1929 voor jul lie een goed jaar ls geweest. Van harte hoop ik. dat 1030 Jullie veel geluk en voorsooed mag brengen. BLO ZE KRIEKSKE. Wat pret tig voor grootmoeder, dat de familie uit Bussum op haar verjaardag over- pracltig cadeau "gctëiofêfèfi. "ffft Je er niet van? Hoe was het Kerst feest van de Zondagsschool? En heb Je Zondag een prettig dagje ln Am sterdam gehad? Heb Je met de mooie pop van Je nichtje mogen Spelen0 MEVR. v. d. L—D. Hartelijk dank voor uw vriendelijken Kerst groet. Ik hoop, dat de Kerstdagen voor U ook gezegende dagen zijn ge weest. W. v. d. L. Ik ben heel be nieuwd te vernemen, hoe jij je kerst dagen hebt doorgebracht. Al merken we het nog niet dadelijk, toch is het zoo. dat de dagen lengen. De zon krijgt meer kracht, 't Wordt lich ter Ik hoop ook voor Jou, Jongen. Heb je thuis kerstmis gevierd. Zie ik Je som. Zaterdagavond on Vrienden kring? Ik zou daar komen vertellen en 'k vijirf het altijd prettig beken den te zien. vooral zoo'n oude ge trouwe. RIEKJE en JOOP v. d. St. Jullie r.ijii hartelijk welkom. GezeUIg dat jullie zoo di"ht tn mijn buurt wonen. Willen jullie ook een schuil naam hebben? 't Is niet noodlg hoor. DENAPPELTJE. Kind. wat heb JIJ me alleraardigst verrast met dat mooie kerstbakje, 't 8taat zoo vroo- ltjk op o' tafel en nu moet lk telkens aan mijn kleinen donanpel denken. Je vost en mutsje bracht ik naar de Lichthoeve. Ga daar zelf maar eens een kijkje nemen. Wat heb JIJ toch veel schatten van Sint gekregen. Heb je de chaatsen nog even onder gehad? Heeft de kerstboom mooi ge brand? Wil je moedor ook hartelijk bedanken. MARTETJE Maak maar eens een voorraad raadsels voor me. Daar heb ik nooit te veel van. Heb Je geen pUr. meer ln Je been? Mag je er nu weer gewoon op loepen? GERARD TEN H. Jij moet me toch eens schrijven, hoe Jullie in Duitschland Kerstmis hebben ge vierd. Lag er sneeuw? Het hoort zoo bij Kerstmis. Hoe was Je rapport? Waren ze er thuis tevreden over' DRAAITOL. Hartelijk dank voor dat snoezige kerstbakje. Ik was er heel erg blij mee. Hoe heb Jij je Kerstdagen doorgebracht? Is tante Jo nog over geweest? MOEDERS GROOTSTE HULP. 1 Was natuurlijk voor Jullie allen een groote teleurstelling, toen op Kerstmorgén de sneeuw wco- ver dwenen was. Nog heel hartelijk ge feliciteerd met moeders verjaardag. Heb Je moeder op dien dag flink ge holpen? BLOEMEND AALSTERT JE. Zijn er veel kinderen op de Gymnastiek- vereenlging? Is er net zoo lang va- cantle als van school? Toch fijn he, dat je even schaatsen hebt kunnen rijden. Was het Kerstfeest van de Zondagsschool mooi? En hoe was het Kerstfeest in het Ziekenhuis? BALLENBREISTERTJE. Heb Je fijne vacantiedagen achter den rug? Heeft Jullie kerstboom mooi ge brand? Je rapport was maar prach tig. Ik merk wel, dat Je meer kunt dan ballen breien. Ben je al aan den schrijfwedstrijd begonnen? Ik hoop voor Je dat je van den winter ie schaatsen nog eens noodig hebt. Wat hebben Jullie een mooi cadeau aan Je onderwijzer gegeven. POESENMOEDERTJE en ROOD KAPJE. Wat hebben jullie veel kerstcadeautjes gekregen. Staat de kerstboom er nog? BOERINNETJE. Ja hoor, lk zaJ je schuilnaam trouw bewaren, ook al doe je eens een poosje niet mee. Je hebt een reuze-lange vacantie. Ik hoop, dat 't met moeder steeds be ter mag gaan. Je raadsels zijn goed. Je hebt snoezig postpapier. Wees er maar een beetje zuinig op. Heb je genoeglijke kerstdagen gehad? ZEVENSTER. Heb Je ook een fijne vacantie? Wat ben jij toch ook een knappertje met Je 5 negens oo je rapport. Blijf maar zoo door gaan. De winter ls eigenlijk nog maar net begonnen, dat we kunnen nog sneeuw en lis genoeg krijgen. Heb je al keus gemaakt uit de wedstrijd- opgaven? DAMIAATJE. 't Doet me plezier, dat je in je schik bent met Joost Bosch boom. Jammer hè, dat de sneeuwpret zoo gauw voorbij was. Ben Je ni de vacanMedagen flink op geschoten aan de das van zus? DE KLEINE KAPITEIN. Ja, tk Elspeet een mooi boek zou°^™Fen Aardig, dat moeder het ook heeft ge lezen. Leest de juffrouw het oo school nog voor? Dat zou gezellig wezen. Heb je heerlijke Kerstdagen gehad? HET TIMOREESJE. 't Hindert, niets, of je eens een raadsel hvat zitten. Je Ingezonden raadsels zijn goed. DUrZENDSCHOONT.TE. Harte- 'ilk dank voor je beeldige kerstkaart. Wat mooi hè zoo'n sneeuwland- schao? DOCTOR MYSTERO Wel jam mer, dat je zoo weinig tijd voor lezen hebt. Lezen Ls zoo'n genot en tevens een middel om ie te ontwikkelen. De 'vchaatsenrUderiJ is voor Jullie he laas van korten duur geweest. Wat heb je het er kranig afgebracht met den winter-wedstrijd. Ik vond ie teekening heel mooi. Leuk. dat Ge rard al zoo aardig raat babbelen. DROOMKONINKJE. Glijden ls ook fijn. maar moeder zal misschien wel zeggen, dat het verkeerd is voor ie schoenen. Nog heel hartéllik ge feliciteerd met moeders venaaiilag. Hoe ls Je vacant Ie geweest? ALBA. Die Baron van Münch- hausen is een echte granjas. Ik denk dat Je bij 't lezen dikwijls hebt moe ten lachen. RANGEERDERTJE. Heb je flinke opruiming gehouden in de va cantie? Ja, dat was een reuze teleur stelling, dat de ijsbaan ooen was en de vorst afscheid nam. Maar. 't ls nog lang geen Lente, hoor! Heb Je alle dagen prettig met Je Mecano ge spoeld? Wat zal de kraan dikwijls ge draald hebben! TEEKEN AARSTER. Hartelijk dank voor je goede wenschen. Tk hoop, dat ze in vervulling moeren gaan. De witte Kerstmis kwam een dag te vroeg, hè? 'k Ben maar blij, dat Je de Rubriek een prettige af wisseling vindt voor sombere dagen. Is de teekenwedstrijd niet wat voor Jou? Fijn, dat vader en moeder te- .vredon waren over je raono-t. JUFFERTJE SCHRIJFGRAAG. Dat was nog eens een echte groote vacantlebrief. Het sleetje is helaas maar van korten dienst geweest, hè? Heb Je toch gezellige kerstdagen ge luid? Hebben jullie mooie kerstlied les gezongen bij de plano? Je rapport zag er goed uit,. Dat was alweer een nak van 't hart. hè? Ik begrijp niet. dat je onvoldoende voor gymnastiek hebt. Ik dacht, dat dat nooit gege ven werd. Dat kan een volgend keer gemakkelijk een paar cijfers meer worden. Doe Je aan den teekenwed strijd mee? KERSTROOSJE. Ja, ik zag wel, dat je je best had gedaan, 't Gaat maar wat goed met je raadsels op lossen. Heeft het Ker9tnoosje vroo- lijk opgebloeid in de Kerstdagen? ZOMERBLOEMPJE. Heb je ook genoeglijke Kerstdagen gehad? Ik wens oh je ook een heel goed einde van 't jaar toe. VERGEET MIJ NIETJE. 't Gaat kranig met je raadsels. Ben je al aan het opstel over den Winter begon nen. Je kunt er in de vacantie nu rustig aan werken. Als je zooveel van opstellen-maken houdt, zul je het zeker wel goed doen. ROZENKNOPJE. Heb lil ook eenoeglittce kerstdagen gehad? Heeft de kerstboom mooi gebrand? Dus jij vond Jij het ook Jammer, dat sneeuw en ijs verdwenen waren. Nu je zult de eenige zijn geweest, die er zoo over dacht. Broer mag de kleine Voetballer heeten, De kleine Chauf feur is er al. MICHIEL DE RUYTER. Dat kan hpst een vlaamsche gaai zijn geweest Het is zoo'n mooi glanzend vogeltje. De vleueels zijn blauwachtig en de borst wijnrood, 't Is een slim dier tje. Hij zorgt in den Herfst al voor den winter. Hier en daar in 't bosdh heeft hij onder de dorre blaren wat voedsel neergelegd. Eikels, beuke- noten, hazelnoten. In dezen tijd zoekt hij de geheime plekjes on. Het gebeurt natuurlijk wel eens, dat een ander hem voor is geweest. De ek ster ls hem vaak te slim af. KERSTKLOKJE. Zijn vader en moeder nog naar Londen geweest? Dan zullen ze Jullie zeker wel ver- feilen. hoe de Rngelschman Kerstmis viert. Dat is weer even anders dan bij ons. Misschien hebben ze ook wel kalkoen gegeten en plumpudding. yADTns Je rnoogt best onder teekenen met Je eigen naam. W. BLOMBERG—ZEEMAN. Marnixstraat 20. Haarlem, 28 December 1929. POSTZEGELRUBRIEK TSJECHO-SLOWAKIJE 40 A s&A S*A /pf- ja A /fA JOA 40 A óaA j At-- jAa yAt Ter gelegenheid van de herden king van 't 10-jarlg bestaan der re publiek verscheen ln 1928 een prach tig uitgevoerde serie met gezichten uit verschillende plaatsen o.a. 30 heller (zwart het oude slot Gratz bij Troppar.). 40 heller (roodbruin het raadhuis te Lentschau), 50 heller (groen de nieuwe telefoon centrale in Praag-Zlzkov), 60 heller (roodoranje gezicht op Jasinja (Körösmezö), de oostelijkste stad der republiek in Karpathorusland), 1 kroon (karmiju het slot Frauen- berg ln Zuid-Rohemen)', 1 ler. 20 (lila het Velehrad naar een schil derij), 2 kronen (ultramarijn da St. Peter-kathedraal in Brünn), 2 kr. 50 (blauw de Hooge Tatra), 3 kronen (grijsbruin president Ma- sarijik) en 5 kronen (violet gezicht op de Teynkerk in Praag en links de toren van het stadhuis). Grootte van de vakjes 2.8 bij 3.3 c.M., voor de 2, 3 en 5 kronen 3.3 bij 2.8 c.M. In 1929 verschenen de lagere waarden ln een nieuwe teekening. voorstellende het rijkswapen. Het zijn 20 heller (rood), 25 heller (groen), 30 heller (lila) en 40 heller (bruin). Grootte van de vakjes 2.8 bij 2.4 cM. Bij de herdenking van Winccslaus I, hertog van Bohemen, die 1000 jaar geleden stierf, verscheen in 1929 een herinneringsserie. De motieven zijn ontleend aan schilderijen, voorstel lende episoden uit zijn veelbewogen leven. Op de zegeLs zijn de jaartallen 9291929 vermeld. De waarden zijn: 50 heller (groen), 60 heller (grijs- violet), 2 kronen (blauw Stichting der kerk St. Vitus), 3 kronen (bruin) en 5 kronen (lila beiide laatste St. Winceslaus' marteldood). Grootte van de vakjes 3.3 bij 2.8 c.M. In 1929 verscheen nog de 2 kr. 50 (blauw) ln nieuwe teekening, met het Nationaal Museum en het stand beeld van Winceslaus, ter ver gan ging van de 2 kr. 50 (Karlstein zie serie 1926). Grootte van 't vakje 2.8 bij 2.4 c.M. Nieuwe deelnemers: 94. G. Ellem, Tamarindestraat 11. 95. Monderman, Amsterdamstr. 32. 97. Evert v. Offeren, Schotersin gel 89A. 104. Martin Mulder, Pijnboom straat 72. 106. Dirk Bos, Indischestraait 44. 108. Piet Veen, Zijlweg 288. 109. Gerard v. d. Nieuwenhof, J. Nieuwenhuizenstraat 13 rood. Van No. 94 en 95 was de naam niet duidelijk of onvolledig. Hier over krijg ik zeker nog wel bericht. S. Rustenburgerlaan 23. 1 JANUARI 1930. ..Wat is dat?" vroeg kleine Lien, „Moeder, hebt U 't wel gezien? Al de blaadjes zijn er af Van het bock dat U mij gaf!" „Eerst nog was het boordevol, 't Stond van blaadjes heelemaal bol, Maar nu lk hot hebben mag Blijft er zelfs niet eene dag!" „Maar m'n kind, dat is toch klaar, 't Is het einde van het Jaar! Anders gaf ik Jou toch niet, 't Boek waar men den dag op zien! Morgen komt daar ln dien hoek Weer een nieuw ka lend er-boek. Een Januari is weer daar: Het begin van 't nieuwe jaar! IN DE LICHTWEEK Een Jongen roept een taxi aan en vraagt aan den chauffeur: „Wat kost het, als Je me naar den Dam rijdt?" „Een rijksdaalder, Jongeheer," antwoordt de chauffeur, „Laat mij dan maar eens achter 't stuurrad zitten, dan breng ik je er voor twee kwartjes," antwoordt de jongen gewiekst. BIJVOEGSEL VRIJDAG 27 DECEMBER 1929 No. .158 AAN ALLEN! Van harte hoop lk, dat jullie allen gezellige Kerstdagen achter den rug hebben. Misschien heeft er ln menig huis een kerstboom gebrand, met vele stralende kaarsjes. Men viert nergens gezelliger kerstfeest dan thuis in het bekende woonvertrek met de mensehen om ons heen, die ons 't liefst zijn. Zoo ls 't straks ook op den Oudejaarsavond. Ieder volk viert op eigen wijze dergelijke feesten, 's Lands wijs 's Lands eer, zegt het spreekwoord. Daar dacht ik aan, toen ik hoorde, hoe b.v. in Weenen Kerstmis is ge vierd. Vóór ze het feest vieren ln den hulselijken kring, gaan ze met kleine kerstboompjes naar buiten, naar de kerkhoven. Op de graven van lieve dooden zetten zij een boompje neer en steken de kaarsjes aan. Ook heb ben zij brood of zaad bij zich voor de vogels, die hongerig langs de paden zwerven. Dan gaan ze huiswaarts en ontsteken den kerstboom en zingen hun kerstliederen. Ten slotte zetten zij zich aan het kerstmaal, waarvan de hoofdschotel uit karper bestaat. De vrouw des huizes neemt dc blaas van den kar per en werpt die tegen het plafond. Blijft de karper eraan kleven, dan zal 't nieuwe jaar geluk aan het. ge zin brengen. Aan vrienden en goede bekenden worden geschenken ge stuurd, zooals bij ons op St. Nicolaas. De winkels in Weenen zijn nu ex tra-mooi geëtaleerd. Zondag vóór en Zondag na Kerstmis zijn alle win kels geopend. Men spreekt dan van zilveren en gouden Zondag. Gedu rende de Kerstdagen zijn schouw burgen en bioscopen gesloten. De versiering van .de kerstboomen geschiedt net als bij ons. Tot Drie Koningen blijven de boomen staan. Dan worden ze met den bijl bewerkt cn verdwijnen in den kachel. Vroeger liicld men in Weenen om trent Kerstmis ook nog wel de klop jachten. Deze bestaan thans nog in Zuid-Duitschland. Op zulke avon den trekken de kinderen langs de huizen en kloppen aan vensters en deuren om iets te mogen ontvangen. Dan zingen ze: Klop, klop, klop. Wie klopt er aan mijn huis? Klop, klop, klop, Het ls Sint-Nicolaas. Deze klopjachten zijn waarsohljn- lljk nog een overblijfsel uit den tijd van de oude Germanen. Ze vierden dan twaalf nachten lang hun mid winterfeest. Het eindigde met den Dertiendag of Driekoningendag. De Twentenaar blaast nog heden ten dage op zijn midwinterhoorn. Liefst doet hij dat over een waterput om dat het geluld zich dan verder voort plant. Ook het lulden der klokken ls waarschijnlijk nog een overgenomen gebruik uit oude, oude. tijden. En onze voorkeur voor de roodc kleur ln deze dagen moet daaruit voortsprui ten, dat rood ons denken doet aan morgen- cn avondrood, dus aan zon netinten. Dat de zon voor ons maar schijnen mag, buitenshuis, maar vooral binnenshuis. W. B.—Z. EEN WOELIGE OUDEJAARSAVOND. Cotjc was een meisje van nauwe lijks drie en half jaar, heel lief en ook heel aardig om te zien, maar tevens erg bij de hand. Nu, gelukkig ls dit laatste niet zoo erg, als het maar niet betcekent: brutaal. En dat was Cotjc gelukkig niet» Zij was het eenige kindje van haar ouders. Wel had zij een broer gehad, maar die was dood. Daar wist Cot Je echter niets meer van, natuurlijk: zij was ook nog te klein! Het was de laatste dag van het Jaart 31 December dus. Cotje wist nog wel niet precies wat dat betee- kendo, maar zij begreep toch wel. dat er des avonds een feestje zou zijn, thuis. Daar had zU vader van hooren spreken en bovendien was zij bijna den geheelen middag met haar moeder ln de keuken geweest en moedor had een massa lekkere dingen gebakken. Cotje had al een snoepje vooraf mogen nemen Wie komen er nu vanavond, moes. vroeg het kleine ding nieuws gierig. Alleen groote menschen, Cotje. Oom cn tante, grootvader cn groot moeder en nog een paar meer. O, zei Cotje spijtig, mag ik dan opblijven? JU mag opblijven tot alle men schen er zijn en je gezien hebben, maar dan moet je naar bod! Klein Cotje stond een beetje op haar hakjes te draaien en dacht na. Tot alle menschen er zijn. had moes gezegd. Hoe laat zou dat zUn? ZU moest er meer van weten cn daarom vroeg zij met haar hoo?c stemmetje: Hoe laat komen alle menschen dan! Dat weet lk niet prec'es. lachte moc3, maar in leder geval heel laat. veel te laat voor Jou eigen- UJk. Moes begreep natuurlUk wel wat haar kindje weten wilde maar zij vond het verstandiger om verder maar niets meer te zeggen. En dat was maar goed ook, want Cotje was al meer dan tevreden. Heel laat im mers, had moes gezegd en lveel laat opbiytfen was erg prettig. Tenminste voor een klein meisje! Maar de gaston kwamen noot zoo erg laat als je zou denken. Om kwart over acht kwamen grootmoeder en grootvader en die waren de laatsten. En Cotje moest natuurlijk de ronde doen, zooals dat heet. BIJ alle ooms en tantes zat zU even op de knie en door iedereen werd zij eens lekker aangdiaald en geknuffeld. Het meest door grootvader natuurlijk, daar was zU altijd dolletjes mee. En waarem pel, hij had weer wat meegebracht ook. die opa. Een doosje chocolade sigaretten Daar, rook ook maar eens. Cotle zei hij. Je bent wel oen meisje maar een goed sigaretje zal ook wel sma ken. En of het haar smaakt. In een wip waren vier sigaretjes heelemaal op. zoodat moeder het maar het beste vond tusschenbeide te komen ora de rest in veiligheid te brengen. Voor morgen, weet je. Om kwart voor negen bracht grootvader klein Cotje naar bed. Het was hoog tUd voor haar, maar Ja, het is ook maar eenmaal ln het Jaar oudejaarsavond hè? Grootvader bromde haar nog een heeleboel leuke dingen in het oor en ook beloofde die lieverd haar nog dat hij al zijn oliebollen voor haar zou bewaren. Maar dan moest zij ook direct gaan slapen, zie Je! Cotje beloofde het. En heusch, eerlijk, zU wilde ook wel gauw gaan slapenmaar zij kon het niet. Verbeeld je ook zoo- iets. Daar beneden in de kamer vlak ouder haar waren een heeleboel groote menschen bijeen cn die maak ten een pret van jewelste. Telkens schoot een van de mannen in den lach en dan dreunde de zwa^e stem door het huis en ook als de vrouwen lachten kon Cotje het goed hooren. Het arme kind kon niet slapen, hoo graag zij het ook wilde. ZU vond het natuurlijk ook wel prettig naar het lachen te luisteren, want dat is al tijd leuk, maar zU had grootvader beloofd snel onder zeil te gaan. An ders kreeg zij de oliebollen niet Het werd laier en later en zoo naderde langzamerhand, dat bijzon dere oogenblik, dat iedereen, zijn ge- hecle leven lang, altijd slechts met eenige ontroering doorleeft: oude jaarsavond twaalf uur. Nog een paar minuten en hei jaar zou tot de ge schiedenis behooren De menschen beneden dachten niet anders of Cotje sliep. ZU had den er geen flauw vermoeden van, dat het kind klaar wakker was en mot spanning lag te luisteren naar al de geluiden die van beneden tot haar doordrongen. Oom Hendrik had wel even gezegd: „zouden we niet even gaan kijken?" maar dadelUk had moeder geantwoord „Neen. hoor we zouden haar misschien Juist wak ker maken. ZU slaapt alttjd dade lijk en zU was ook vanavond zoo moe!" Nu dan. ging oom Hendrik voort, de revolvers Jongens! En daar kwamen de schietwapens voor den dag. De ooms gingen „het Jaar uitsohieten" zooals dat heet. Misschien heb je ook al eens ge hoord, dat geknal van revolverscho ten op oudejaarsavond en anders moet jc er dezen keer maar eens op letten. Het ls een oude gewoonte en de ooms van Cotje hielden ook wel van het grapjeOm even voor twaalf ging het gezelschap naar bul ten. En (oen van de kerktorens de eerste slag van twaalf viel zond oom Hendrik het eerste schot dc lucht in. En dc andere ooms volgden het voor beeld. terwUl zU elkaar tevens een zalig nieuwjaar wcnschten. Uit veto straten in dc buurt klonken nu ook de schoten op en overal kwamen er menschen naar buiten Even naar het pleintje, hoor. riepen zU en op een drafje holden zij de straat uit naar het pleintje, dat bij het kruispunt lag. Voor vijf mi nuutjes zou men de pret daar voort zetten. Het klonk leuk, al die scho ten tegelijk cn ook Cotje's familie ging er even heen Maar Cotje had alles gehoord en bU het vallen van de eerste schoten, bulten, schrok zij hevig. Maar toen zij vlak daarop het gelach der groote menschen hoorde, werd zij nieuws gierig. Wat zou dat nu zijn. Pang. pang. van alle zijden klonk het nu. En o. wat was er een pret. Slapen kon zij niet. dat bestond nlcL met al dat rumoer. Snel gleed zij uit haar bedje en vlug trippelde zij dc trap af. Even. heel even maar. wilde zij ook wat zien. Moeder en vader zouden wel niet kwaad zUn en als zij aan grootvader vertelde, dat zij toch niet .Japen kon, kreeg zij misschien toch wei z!Jn oliebollen. Grootvader was altijd zoo lief voor haar Maar de kamer was leeg. Wat was dat nu? Er brandde licht, de stoelen stonden in een kring, een schaal met lekker gebak midden op de tafel,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 15