Haagsche Conferentie. Een incident dat geen incident was. Verzorg uw Handen met Purol DONDERDAG 9 JANUARI 1930 VIERDE BLAD INTERVIEW MET BENESJ. De toekomst van Europa. NIEUWE POLITIEK EN ECONOMISCHE ORGANISATIE NOODZAKELIJK. Benesj in gesprek met minister Beelaerts. De Tsecho-Slowaaksche minister van Bui- teniandschc Zaken, de heer Benesj. heeft aan eenige vertegenwoordigers van het Persbu reau Vaz Dias Woensdagmiddag in Hotel Bellevue te 's-Gravenhage een speciaal in terview verleend. Wij stellen den heer Benesj de vraag of hij ons zijn meening wilde mededeelen om trent de toekomst van Europa, zulks in ver band met een artikel dat de minister on langs over het vraagstuk der Verecnigde Staten van Europa heeft gepubliceerd in de Neue Freie Presse. Het is zeer moeilijk een oordeel uit te spreken, zoo ving de Tsechisohe diplomaat aan over de ontwikkeling die Europa door maakt. Ideologische concepties zijn gemak kelijk te maken, maar daarnaast moet de staatsman denken aan de practische politiek, want realiteit gaat voor alles in de politiek. Reeds het vinden van een formuleering, waarbij concreet wordt uitgedrukt wat de toekomst ons zal brengen, is zeer moeilijk. Daar spr. geen prophetische uitspraak wil geven, kan hij slechts als zijn gevoelen uit spreken, dat wij over 50 jaar met de oplos sing van het vraagstuk der federalisatie van Europa wel verder zullen zijn. De groote lijn, waarlangs de historie zich ontwikkelt, is ech ter reds duidelijk te zien. Ik ben er van overtuigd preciseert de minister dat een nieuwe economische en politieke organisatie van Europa nooclig is en komen zal. Hoe dit precies komt is bijzaak, maar de Haagsche conferentie, die een eco- nomisch-financieele conferentie is. duidt er reeds op, dat die terdege bestaat. Hoe langer meer. gaat de politiek over in economie en de economische quaestles komen meer en meer in het brandpunt en zullen de politieke vraagstukken overvleugelen. Economische samenwerking zal een ..rapprochement" tus- schen de staten moeten doen groeien. Daar bij echter politiek en economie te schelden is onmogelijk, want alle economische vraag stukken zijn tegenwoordig verpolitiscerd. Te voorspellen hoe de Juridische vorm der toe komstige federatie zal zijn, is onmogelijk en daarom is de term „Verecnigde Staten van Europa" zeer gevaarlijk. De samenwerking moet bovendien zoo worden geconstrueerd, dat de nationale persoonlijkheid en de eigea cultuur der verschillende volken gehandhaafd blijft. Dit is absoluut, noodzakelijk. Een 2000 jarige cultuur is niet weg te rekenen. Ge heel anders was het in Amerika en daarom konden in Amerika ..Vereenlgde Staten" ont staan, zooals deze in Europa wel nimmer zul len komen. Ondcrtusschen ging de heer Benesj voort moet natuurlijk gezorgd worden, dat de vredesbeweging niet stil blijft liggen. Met voorbeelden toonde spr. daarna aan, dat wij wat dit betreft zeer veel gevorderd zijn tegenover 40 jaar geleden. Zoodra echter een nieuwe generatie de gruwelen van den oor log vergeten is, zijn wij weer achteruit en daarom moet de herinnering aan de oorlogs ellende levendig worden gehouden. Daarna op de conferentie van Den Haag komende, deelde de minister Benesj mede, dat z.i. deze conferentie met de ontwape ningsconferentie de laatste groote liquida tieconferentie van na den oorlogstijd zullen zijn en wij dan weer tot normale conferen ties terug zullen keeren. Het slagen van de huidige conferentie, acht spr. zeker, want de groote mogendheden wcnschen dit. Ook de quaesties Hongarije en zijn buren is niet zoo moeilijk als dit wel heeft geschenen. Honga rije kan zijn invloed op den duur niet hand haven en moet tot practische samenwerking met. de landen der kleine entente komen. Dan eerst komt er teekening in de constellatie van Contraal-Europa. Binnen enkele dagen zullen dan ook deze quaestles wel beslist zijn, bij welke regeling ook de optanten-quaestie zal zijn inbegrepen. Dat de buurstaten daar bij afstand zullen doen van hun deel van hun vorderingen zal geen sprake kunnen zyn, tenzij tegen behoorlijke compensatie. Gevraagd, waarom spr. denkt, hoe de be doelde schuldregeling op deze conferentie in enkele dagen kan worden opgelost, terwijl men in Genève na jarenlange discussies tot geen enkel resultaat is gekomen, zelde de heer Benesj. dat in den Volkenbond de re- eeeringen als partijen in een proces tegen over elkander staan en ieder weet hoe lang processen kunnen duren terwijl het in Den Haag een zuivere strijd is om he0 geld waarbij men tracht te komen tot. een onderlinge regeling waarbij wederzijdsche claims in compensatie moeten worden ge bracht. Elkanders argumenten kent men nu wel. En dan kan men het. desnoods in en kele dagen over een afrekening eens wor den. Verkeerd begrepen woorden van Tardieu. De Duitsche delegatie in eere hersteld. Geen verdere gevolgen. Een incident. 's-Gravenhage, 8 Jan. 1930. Van Duitsche zijde is medegedeeld, dat in een Havas-telegram in de Parijsche ochtend bladen verslag :s gedaan van de zitting van gisteren van de zes uitnoodigende mogend heden, volgens welk telegram Tardieu in die zitting gezegd zou hebben: Gij wilt, dat uw plechtige verbintenissen om net Your.g-plan uit te voeren alleen voldoende zijn om alle panden te doen vervallen, die wij vroeger in hand hadden. Wij hebben allen vertrouwen in de plechtige verbintenissen der Duitsche ministers, die hier tegenwoordig zijn. doch in onze beraadslagingen duiken telkens mislei dende mededeelingen op Wel eischt gij, dat men vertrouwen in u stelt, maar gij schijnt geen vertrouwen in u zelf te hebben. Toen er gisteren sprake was van het definitieve ka rakter der te sluiten overeenkomst kon men in de algemeene discussie voortdurend be merken. dat gij verontrustende voornemens tot revisie koest ert. Vanmorgen was dit weer het geval bij de bespreking der betaling van het achterstallige in geval van een morato rium. Hetzelfde geschiedt hedenavond weer met betrekking tot de gereserveerde inkom sten. Gij zegt het Young-plan te aanvaarden en telkens wanneer de nauwkeurige uitvoe ring daarvan is vastgelegd, zi.it gij weigerach tig. Een dergelijke houding brengt ons er toe, te twijfelen aan uw geschiktheid te onder handelen. Deze vraag moet ik vroeg of laat stellen en ik geef er de voorkeur aan dit heden te doen, daar uw houding den grond slag onzer onderhandelingen zou kunnen wij zigen. Toen de tekst van dit telegram heden ochtend bij de Duitsche delegatie bekend werd, heeft Curtius Tardieu om opheldering doen vragen. Deze verklaarde het communi qué niet gezien en niet goedgekeurd te heb ben. De Duitschers constateerden, dat Tardieu niet heeft gezegd „gij hebt geen vertrouwen in u zelf", maar „in uw betallngsmogelijk- heid". De woorden over de geschiktheid tot onderhandelen heeft Curtius niet gehoord Hij heeft aan Tardieu verzocht het telegram officieel te dementeeren. Anders zcu de Duitsche delegatie haar consequentie trek ken. Omtrent het incident dat gerezen Is uit de publicatie van het bekende Havas-telegram is in de Duitsche persconferentie meegedeeld, dat betreffende zekere uitlatingen die den heer Tardieu zijn toegeschreven en die hij tijdens de laatste zitting der commissie voor de Duitsche herstelbetalingen zou hebben ge daan, het volgende van Fransche zijde wordt vastgesteld: „Eenige Duitsche couranten hebben een emotie aan den dag gelegd die men ove rigens aan hun politieke richting mag toe schrijven ten opzichte van zekere aan minister Tardieu toegeschreven bewoordingen in den loop van de laatste zitting van de com missie voor de Duitsche herstelbetalingen. In werkelijkheid, gelijk ten overvloede de afwezigheid van elk incident in de commissie bijeenkomst zelf bewijst-, heeft minister Tardieu met verwijzing naar het wederzijdsch vertrouwen, dat de debatten in Den Haag be- heerscht, zich er toe bepaald zijn Duitsche colleea's te wijzen op de bezwaren van een te gerekte discussie over detail-kwesties. Hij be toogde. dat dergelijke discussies het gevaar met zich mee brengen de goede stemming die voor het succes der conferentie onontbeer lijk is. te bederven. De Duitsche gedelegeerden, wier persoon lijken goeden wil en activiteit als onderhande laars Tardieu onderstreept had. onder her innering aan de moeilijke taak, welke op hen rust, hebben trouwens, terwijl zij hun in de zaak zelf ingenomen standpunt hand haafden. geen enkel protest tegen de door den Franschen Minister-President gebezigde ter men doen hooren. De geheele discussie heeft van het begin tot het einde een volkomen hartelijk karakter ge dragen". Naar aanleiding van dit communiqué Is in de Duitsche perconferentie nog meegedeeld, dat er voor de Duitsche gedelegeerden tn de zitting geen aanleiding was op te komen tegen de bekende woorden, daar Tardieu in de zit ting niet heeft gezegd dat de Duitschers niet tot onderhandelen in staat waren, maar dat hij betwijfelde of saj het Youngplan zouden kunnen doorzetten, wat geacht, werd betrek king te hebben op de mogelijkheid, om het in den Rijksdag erdoor te krijgen. Curtius heeft hierop geantwoord, dat de Duitsche regeering dat kan. als Duitschland maar geen nieuwe lasten werden op opgelegd. Tardieu heeft daarop uiting gegeven aan zijn verbazing, waarop Moldenhauer opmerkte dat de verwondering eerder aan de zijde der Duitschers bestond. Curtius voegde hieraan toe, dat. de houding der delegatie haar door haar opvatting van plicht is voorgeschreven. Een Duitsche minister van financiën is er om ieder millioen voor zijn volk te redden. Een raad van buitenstaanders. De Vereeniging Effectenbescherming Den Haag deelt ons mede dat zij een schrijven richtte tot de vertegenwoordigers der mo gendheden op de Tweede Haagsche Confe rentie. waarvan de Nederlandsche tekst luidt als volgt: Excellentie. WIJ lezen in de dagbladen, dat er door U in twee groote commissies gevormd zijn. en wel cën ter regeling der Duitsche schadevergoedingen en één voor de ocs'elijke 'schadevergoeding, waaronder de kwesties ge rekend zullen worden, die verband houden Tardieu. met het uit elkander vallen van de oude Donau mon archie. Wij lezen verder, dat bij de Duitsche schuldregeling als waarborg voor de richtige nakoming der betalingen de keuze staat tus- schen sancties en goede trouw bij Duitsch land. Onze vereeniging is geen voorstandster van sancties, gevoelt alles van goede trouw bij Duitschland, maar meent wat dit betreft te moeten opmerken dat die goede trouw toch zeker niet blijkt uit de valorisatiewet van 1925, waardoor ook buitenlandschc crediteu ren ernstig getroffen zijn: wij vragen ons dus ook af met deze feiten voor oogen wat Duitschland beletten zal ook deze schul den, in handen van buitenlanders, te valori- seeren. Wil Duitschland geen sancties, maar wenscht het, dat men aan zijn goeden trouw gelooven zal, dan dient het te beginnen met voor vreemdelingen zijn valorisatie wel op te heffen. Doet Duitschland dit niet. dan valt aan zijn goede trouw niet te gelooven en zullen de beleggers in alle landen zich ver zetten tegen de Duitsche internationale lee ningen volgens het plan-Youn'g. Voor wat betreft de schuldregeling der Oostenrijksch-Hongaarsche monarchie, zoo brengt ook hier de goede trouw mede, dat de successie-staten het hun toegewezen aandeel zoowel van papier- als goudleenlngen ten volle rekenen en betalen in de pariteit van voor den oorlog. Mochten deze successie-staten gedurende korteren of langeren tijd niet aan deze ver plichtingen kunnen voldoen, dan zuilen zij geen regeling treffen met bankiers, die den crediteuren wordt opgedragen onder de be dreiging. dat zij anders niets ontvangen zul len, doch dan zullen deze debiteur-landen zich tot den Volkenbond moeten wenden, op dat deze door haar economische commissie zal laten bepalen hoeveel procent der renten der oude schulden In de drie volgende jaren, door het debiteur-land zal worden betaald. Nu de internationale geldhandel zulk een groote vlucht neemt en de uitvoering van het plan-Young zulk een intensief nerocp zal doen op de beleggers aller landen, moet geëischt. worden, dat eer en fatsoen bij het aangaan van verplichtingen wordt hoog ge houden en dat niet alleen voor leeningen eter toekomst, doch ook voor de oude schulden- Men moge niet vergeten, dat ook voor lan den het spreekwoord geldt: eerlijk cuurt het langst. Wij meenen in het belang van het slagen van Uw arbeid het bovenstaande onder Uw aandacht te moeten brengen. 's-Gravenhage, 8 Jan. 1930. Omtrent het noenmaal der journalisten, dat Vrijdagnamiddag in het hotel de Witte Brug zal plaats hebben, vermeldt het tijde lijke Conferentie-blad „Bulletin des Journa listes" nog eenige bijzonderheden. Dr. Van Blankenstein heeft bericht ont vangen dat de uitnoodiging tot deelneming aan het dejeuner is aangenomen door den Nederlandschen Minister-President en onzen Minister van Buitenlandsche Zaken. Tevens zijn de uitnoodigingen aangenomen door de heeren Tardieu, Briand, Snowden, Graham, Mosconi, Pirelli, Adaci, Nagaï, den Bonds kanselier Schober, de heeren Benes, Bouroff en bijna alle hoofden der andere delegatie. Het noenmaal zal wor den gepresideerd door den Poolschen journa list, den here Vlasistas Oryng. den tegen- woordigen president van de Internationale Vereeniging van Volkenbondsjournalisten, die heden uit Genève verwacht werd en door don heer Paul Hymans, cere-voorzitter dier vereeniging. De hoofdfiguren van de Conferentie zullen het woord voeren. De prins in de Grafeliike zalen. Hedenmiddag heeft Prins Hendrik, verge zeld van zijn adjudant jhr. Laman Trip, een bezoek gebracht aan de grafelijke zalen. De voorzitter van het Perscomité, de here mr. L. J. Plemp van Duiveland, en de secre taris-generaal, de heer Dr. M. van Blanken stein, ontvingen den Prins die te 12 uur ar riveerde bij den ingang. Door de Rolzaal, waar de Prins de inrich ting van den telegraaf- en telefoondienst be langstellend bezichtigde, begaf men zich naar de Lairessezaal, waar het Perscomité zetelt. Z.KH. nam hier plaats aan de bestuurstafel, waar hij zich op de hoogte liet brengen van den arbeid van het comité en o.a. kennis nam van het dagelijks verschijnende ,3ulle- tin des Journalistes". Verschillende leden van het comité werden hier aan Z.K.H. voorgé- steld. Vervolgens werd een bezoek gebracht aan de hooger gelegen Weeskamer, die als werkzaal voor de journalisten is ingericht. Daar werden Z.K.H. een serie van de kin derpostzegels en een serie gewone postzegels aangeboden, alle voorzien van het stempel der Conferentie. Ook de Hoogerbeets-zaal, waar gewoonlijk de Engelsche persconferenties worden gehou den, werd bezichtigd. Het bezoek eindigde in de zaal van den kunstkring, ingericht als journalisten-socie- teit, waar champagne werd aangeboden. Hier onderhield Z.K.H. zich geruimen tijd met den voorzitter en den secretaris-generaal van het perscomité en enkele andere leden van dat comité. Hij gaf uiting aan zijn bewondering voor de inrichting en aan zijn waardeering van de wijze waarop het comité zijn arbeid verricht. Te kwart voor een verliet de Prins de gra felijke zalen. Briand gehuldigd. Zooals reeds is gemeld hadden verschillen de landgenooten zich vereenigd tot een co mité om aan den heer Briand ter gelegen heid van diens tweede verblijf in Den Haag als herinnering een tegeltableau aan te bie den. Gisteravond is dit in de salons van het Hotel des Indes geschied. Op uitdrukkelijk verlangen van den heer Briand waren bij de overdracht van het geschenk weinig personen aanwezig. Behalve de comité-leden was de Fransche gezant, de heer Kammerer, tegen woordig, aldus het Hbld. De voorzitter van het comité, dr. Soesman, zeide dat vele Nederlanders behoefte gevoeld Rebben om door middel van een geschenk eenigszins uiting te geven aan hun bewon dering voor den reusachtigen arbeid in het belang van den vrede door den heer Briand verricht. Spr. overhandigde het geschenk, een afbeelding van het Binnenhof met het ge bouw van de Eerste Kamer, het Torentje en het Mauritshuis- Ds. Soesman herinnerde er aan, dat op deze plaats de heer Briand vele uren gewerkt heeft. Minister Briand gaf in zijn antwoord zijn hartelijken dank te kennen voor het ge- schen. dat hij op hoogen prijs stelde. Hij her innerde aan de vele moeilijkheden, welke op de vorige bijeenkomst te overwinnen waren. Veel steun heeft hij daarbij in Nederland ondervonden. Met bijzondere welwillendheid is men hem hier steeds tegemoet getreden en spr. wilde daarvoor hartelijk dank bren gen. Daarna bracht minister Briand nog hulde aan de nagedachtenis van dr. Stresemann, doen hij een van de groote figuren noemde, wiens dood hij in hooge mate betreurde. Hij verklaarde ten slotte dat hij het tegel tableau een plaatsje zou geven in zijn on middellijke nabijheid. Men bleef vervolgens nog eenigen tijd bijeen. HET VONNIS TEGEN BESSADOWSKI. KOWNO, 8 Jan. (VD.) Naar uit Moskou gemeld wordt, heeft heden voor het hoogste gerechtshof van de Sovjet-Unie het proces plaats gehad tegen den voormaligen gezant- schapsraad van de Sowjet-Unie in Parijs, Bessadowski. De officier van justitie las de aanklacht voor, waarin Bessadowski beschul digd wordt staatsgelden ten bedrage van 15.270 dollars te hebben verduisterd en geheel te zijn overgegaan tot de vijanden van de Sovjet-Unie. Nadat verscheidene getuigen gehoord waren, o.a. Reisemans, die in Parijs het onderzoek tegen Bessadowski wegens ver duistering van staatsgelden 10 jaar gevan genisstraf met verzwaarde eenzame opslui ting. De rechtbank sloot zich in haar vonnis hierbij aan. Hierbij moet worden opgemerkt, dat Bessa dowski ter dood veroordeeld was door het feit, dat hij geweigerd had naar Moskou terug te keeren en een besluit van het presidium van de plenaire commissie der Sovjet-Unie iederen Sovjet-beambte, die zich in het bui tenland bevindt en die weigert naar Moskou terug te keeren ter dood veroordeelt. Bij het uitspreken van het vonnis werd nog vermeld, dat de regeering tweemaal gepoogd heeft Bessadowski te bewegen naar Moskou terug te keeren, hetgeen Bessadowski telkens heeft geweigerd. DE MOORDENAAR VAN RATHENAU BEGENADIGD. BERLIJN, 7 Jan. (Wolffbureau). Naar ge meld wordt is Ernst Techow, die indertijd in verband met den moord op Rathenau werd veroordeeld, na een gevangenschap van 7 1/2 jaar uit de strafgevangenis te Ha 11e ontsla gen. Een Joto van Marie-José en Umberto geno men tijdens het voorlaatste bezoek van de Prinses aan Rome. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN k 60 Cts. per regel INTERVIEW MET MIRONESCO. De Europeesche Statenbond VERWEZENLIJKING IN ETAPPES. EEN 100 JAAR OUDE DROOM. Mironesco. Door bemiddeling van de Roemeensche le gatie te Den Haag hebben twee vertegenwoor digers van het Persbureau Vaz Dias te Am sterdam, Woensdag een onderhoud gehad met den Roemeenschen Minister van Buitenland sche Zaken, Zijne Excellentie M. Georges G. Mironesco, voorzitter van de Roemeensche delegatie ter Haagsche Conferentie. Gedu rende de conferentie houdt Mironesco ver blijf in „Hotel des Indes" en daar was het ook, dat de Minister de beide journalisten ontving. Mironesco was verscheidene malen lid van het Roemeensche Parlement, Oud-Vicepresi- dent van den Senaat en Oud-Minister van Onderwijs was oorspronkelijk rechtsgeleerde en gedurende vele jaren Hoogleeraar in ae Encyclopaedic van het Recht aan de Juri dische Faculteit der Universiteit te Boekarest Uit dien hoofde kent hij grondig de juri dische en sociale verhoudingen tusschen da verschillende volken. Dit bedenkende, hebben zij den heer Miro nesco verzocht zijn ideeën uit een te zetten be treffende de mogelijkheid van de vorming van een Europeeschen Statenbond. Gelooft gij vroegen zij dat de Pan- Europeesche idee, ontvouwd en nader uiteen gezet door Stresemann en Briand practisch uitvoerbaar is? Zeker antwoordde de diplomaat ik geloof dat binnen vijftig jaar Europa zal zijn. herschapen in een Internationale Federatie. Ik ben het volkomen eens met wijlen mijn zeer betreurden Duitsehen collega Stresemann, dat de volken gaan begrijpen, dat het nood zakelijk is de politieke en economische be langen, die maar al te dikwijls in botsing komen, in harmonie met elkaar te brengen. Wanneer de „Entente Cordiale" der volkeren, ja de vrede een moreel vraagstuk is, dan is zij ook een organisatie-vraagstuk. De groote denkers uit het verleden, zooals Sully, Saint Pierre en Kant hebben reeds formules voor gesteld voor een internationale organisatie om den vrede en het geluk der menschheid te verzekeren, en thans is het Genève, waar deze permanente samenwerking der volke ren met het doel tusschen de staten onder ling een actieve en constante samenwerking te scheppen, wordt ontwikkeld. Zeker zullen verscheidene eeuwen moeten verloopen voordat deze organisatie zoo vol maakt zal zijn, dat men zal kunnen spreken van een wereldstaat, maar de gedachte, naar voren gebracht door de heeren Briand en Stresemann op het spreekgestoelte van den Volkenbond, de zoo groot-sehe idee een fede ralen, politieken en economisehen band te scheppen tusschen de verschillende staten van Europa, kan eerder verwezenlijkt worden. Het is vanzelf sprekend, dat wanneer men dezen Europeeschen Statenbond wil verwezenlijken dit niet gebeurt om hem tegenover andere werelddeelen te stellen; integendeel deze Federatie zal dienen om de samenwerking van ons werelddeel met de andere, vooral Amerika, zoo gemakkelijk, innig en doelmatig mogelijk te maken. Met een enkelen slag de belangen van zoo vele landen in overeenstemming brengen is naar ik meen, onmogelijk. Er zullen dan ook verschillende étapes moeten worden afge legd. Er zal dus getracht moeten worden aldus vervolgde de heer Mironesco allereerst de zuiver economische belangen van twee of drie naties met elkaar in over eenstemming te brengen, bijv. die van de Kleine Entente, vervolgens die van een vier tal andere landen en zoo geleidelijk verder. Op deze wijze zal men langzamerhand een economische regionale unie in het leven roe pen. Men zal vervolgens in den zelfden geest in een ander gebied moeten arbeiden. Wan neer aldus verscheidene gebieden econo misch geharmoniseerd zullen zijn, moet men trachten ze te vereenigen door zoo mogelijk eerst tusschen de regionale unies een en tente tot stand te brengen voor wat betreft bepaalde vraagstukken. Aldus zal men gera ken tot een zekere economische Europee sche Federatie. Let wel: het is absoluut noodzakelijk tot een economische unie te komen, alvorens een politieke unie in het leven te roepen. Om een politieke federatie, een soort superstaat, te stichten is het noodig dat men erin slaagt de tradities en de nationale eigenliefde te over winnen en te breken met de oude opvatting van de absolute souvereiniteit van den staat. Wanneer men eerst de economische federatie heeft gegrondvest, wanneer de douanebar- rières zijn verdwenen, wanneer de volkeren inzien dat de grenzen van weleer geen men- schen met werkelijk tegengestelde belangen scheidden, dan zal de politieke unie binnen korten tijd gevormd zijn. Het begrip absolute souvereiniteit heeft sedert de vorige eeuw reeds een weinig van zijn onaantastbaarheid ingeboet. De oorlog en de perioden na den oorlog hebben heele stukken van het oude absolutisme doen afbrokkelen. Binnen enkele decennia zal men met de internationale ge dachte aanmerkelijk verder gekomen zijn. De ontwikkeling der economische betrekkin gen en die van de federalisatie zullen gesta dig de onderlinge afhankelijkheid der volken accentueeren. De uitvinding van de draadlooze, de moderne transportmiddelen, de internationale pers dragen reeds er toe bij, geleidelijk een meer en meer gelukkige sa menwerking tusschen de naties te scheppen. Wanneer deze federatie gevestigd is," zal de Europeesche economie zich ontwikkelen in den zin van de grootst mogelijke efficien cy: de bedrijven, uitgezonderd de gewone be roepen zullen daar en alleen daar worden uitgeoefend, waar men de geringste kosten zal hebben, d.w.z. in de landen waar de grondstoffen, die voor de productie noodig zijn gevonden worden. In een woord: ae vrij handels-economie, het ideaal van Adam Smith, verwerkelijking van een reeds meer i dan 100 jaar ouden droom.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 14