LETTEREN HET TOONEEL. EN KUNST MUZIEK. STADSNIEUWS HAARLEM'S DAGBLAD VER. ROTTERDAMSCH-HOFSTAD- TOONEEL. DE GROENE PLEUREUSE. Er is een prachtige kern in de Êpaansche Komedie, die Zaterdagavond door het Ver. Rotter damsch -Hofst-ad Tooneel in onzen Stadsschouwburg werd opgevoerd: de groote. tot elke opoffering in staat zijnde liefde van eon vrouw! Carolina Arrute heeft liefde opgevat voor den ingenieur Pedro Bellido, maar haar lief de wordt niet beantwoord. Pedro Bellido ver moedt nauwelijks iets van Carolina's gevoe lens en bespot haar zelfs om haar potsierlij- ken hoed met de groene pleureuse, dien zij bijna twee jaar lang reeds tot vermaak van heel Sevllla in het openbaar draagt. Bellido beseft allerminst, dat die groene pleureuse het offer is, dat de Jonge vrouw hem brengt. Want toen hem een ongeluk had getroffen en hij met den dood streed, had Carolina blootsvoets in de processie door Sevilla's straten geloopen om voor zijn leven te bid den en overtuigd, dat dit nog niet vol doende was had zij, voor het Christus beeld neergeknield, de gelofte afgelegd twee jaar lang den carnavalshoed van een rijke vriendin, den hoed met de groene pleureuse, "waarom heel Sevilla haar eens had bespot, te zullen dragen, wanneer Bellido mocht ge nezen. De jonge ingenieur herstelt en Carolina brengt het offer, dat zij zich terwille van hem heeft opgelegd Zij draagt den hoed met de groene pleureuse tot spot van oud en jong en Bellido is de eerste, die er haar in een liedje om hoont. Geen man ziet anders dan spot tend meer naar Carolina, totdat zij met haar vader komt bij den drlftigen. altijd bulde renden en vloekenden Don Sixto. die afge zonderd op een eiland in de Guiadalquivir op zijn landhuis woont. Sixto, die van modes niets afweet, ziet niet den hoed met de groene pleureuse, hij ziet slechts de vrouw c-n hij herkent in haar het liefelijke, zachte wezen, dat eens bij de Mis in dc kerk naast hem geknield lag. De bulderbassende Sixto voelt zich plots als een kind; al zijn drift valt van hem af, hij buigt deemoedig voor haar en noodigt haar met haar vader aan zijn disch. Bij den uiterlijk ruwen en geweldigen Sixto vindt zy de liefde, waarvan zij door haar offer nauwelijks meer durfde droomen. Doch dan komt Pedro Bellido terug. Hij heeft van een oude meid gehoord, waarom Caro lina twee jaar lang de spot van de wereld heeft verdragen en, ontroerd door zulk een offer, vraagt hij haar ten huwelijk. Maar Pe dro komt te laat! De liel'de voor Bellido is bij Carolina gestorven; zij heeft het groote en nobele hart van Sixto leeren kennen. Van Bellido keert zij zich af cn zij kiest den man met het kinderlijk gemoed, die haar in zijn liefde en dat is een tweede mooie vondst in het stuk een even groot offer bracht door haar aan Bellido te willen schenken, omdat hij meende, dat zij den jongen inge nieur en niet hem lief had Dit spel van offerende liefde is door Fie Carelsen en Anton Roemer ontroerend mooi gespeeld. Fie Carelsen was als Carolina van het eerste oogenblik af de vrouw, die veel ge leden heeft. Heel haar gezicht droeg de spo ren van het geduldig gedragen leed. in haar donker-fluweelen stem klonken aldoor de weemoed en de resignatie door. Haar spel was heel sober en ingehouden, maar diep door voeld en maakte juist daardoor zulk een in druk. De smart van de onbegrepen liefde der vrouw heeft Fie Carelsen met groote innig heid gegeven. Het was heel, heel mooi! En hoe heb ik Zaterdag ook Anton Roemer bewonderd! Hoe prachtig was zijn overgang aan het slot van het eerste bedrijf, wanneer de bulderbassende Don Sixto plotseling als een kind wordt op het oogenblik, dat de lief de z;jn hart beroert. Het groote kind in cïezen uiterlijk barbaarschen man. Roemer heeft ons dat aldoor zeer fijn en zuiver laten voelen. Door deze hoofd-intrige hebben de Spaansche schrijvers nog een bij-intrige geslingerd, die op zich zelf de stof voor een afzonderlijke satire had kunnen zijn. Het dienstpersoneel van Don Sixto, misleid door Pedro Bellido. denkt, dat de dag van de groote revolutie is aangebroken en de ver deeling der goederen en de verloting der vrouwen aanstaande is. Het gaat er Spaansch toe bij deze wild geworden Joon- dienaars en dat woest-Spaansche detoneert nu en dan naast het spel van hooge liefde tusschen Sixto on Carolina en werkt een enkelen keer zelfs even verwarrend. Maar het bicut ook geestige momenten, wel het meest aan het slot, van II, wanneer Dona Pepa Pilares, do geëxalteerde eigenares van het landgoed, bij de verloting door de woe.s- ten werkman Ranos getrokken wordt. Dit werkte zeer komisch, en heel raak zijn de schrijvers ook in hun spot, wanneer zij Ra nos plots van standpunt doen veranderen, zoodra hij zich den man van de eigenares van het landgoed waant. Een merkwaardige en interessante kome die, die wij mot voel genoegen hebben ge zien cn die hoogere waarde kreeg doo- het spel der opofferende liefde, dat ons in Caro lina en Don Sixto werd gegeven. Het spel van Fie Carelsen en Anton Roe mer besprak ik reeds. Ook in de verdere be zetting schonk ons deze door Eduard Veter man geleide opvoering veel vreugde. Louise Kooiman had een zeer gelukkigen avond als de geëxalteerde, half dwaze- Don-. Pcpina, waarvan zij een voortreffelijk volgehouden caricatuur maakte. Haar hoekige gebaren waren werkelijk nu en dan grotesk! Het moment waarop zij vol bewondering uit roept: „Dat is nog eens 'n man!'' was koste lijk en ook haaf schrik na de verloting, waarmee het tweede bedrijf sloot, werd dank zij haar spel een oer-komlsch mo ment! Alex Faassen vond ik als den ingenieur Bellido wat vlak. maar heel goed was Daan van Ollefen Jr. als de door zorgen gedrukte vader van Carolina! De groep werklieden en dienstboden liet uitstekende dingen zien. al was de massa soms in haar ui'bondigheid w>* ongedisciplineerd en nadrukkelijk. Uit wekend was bet s'ottafereel van I! Die g-oeu •,an de M «rsellaite zingende mannen en v -wen was werkelijk suggestief. He* zeer talrijk opgekomen publiek toon de zich aan het slot heel enthousiast. Voor het Toonee!verbond, dat dit stuk voor zijn eerste. twee-guldenvoorstelHng in dit sei zoen 'nad uitgekozen, een zeer gelukkigen avond. E. SCHT7IU MAANDAG 20 JANUARI 1930 MUZIEKVER. „HARMONIE-CRESCENDO". Het oogenblik dat ik deze muziekvereeni- ging voor den laatsten keer hoorde, herinner ik me niet meer, het moet wel een heelen tijd geleden zijn. In hoeverre het korps vor deringen heeft gemaakt, kon ik daarom moei lijk beoordeelen. Maar wel kan ik consta- teeren, dat het in de stukken, die we op de laatste wedstrijden bij herhaling en dikwijls zeer goed hoorden uitvoeren, ditmaal niet bijster gelukkig was. Weber's ouverture bv. (Peter Schmoll und seine Nachbarn) werd op die wedstrij den meermalen zóó gespeeld, dat we daar aan heel prettige herinneringen hebben be waard, ook in de bezetting voor fanfare. En vooral de „Suite oriëntale" van Francis Popy maakte ook meer dan eens een buitengewoon goeden indruk. Harmonie-Crescendo nu had ook deze twee stukken gekozen, om er het programma voor dit concert mee te kunnen sieren. Men mocht dan verwachten, dat het goed bezette korps ons in dezen niet zou teleurstellen. Hadden we nu onze verwachtingen te hoog gespannen? We gaan uit van de meening, dat onder leiding van den serleuzen musicus den heer H. W. Hofmeester, van wien we zoo tallooze goede uitvoeringen bijwoonden, het korps H. Cr. dus een veelszins loffelijke ver tolking dezer twee goed geschreven muziek stukken zou geven. Evenwel gaf de weergave ons niet altijd onverdeelde vreugde. Ten eer ste was het klankgehaltc niet immer schoon te noemen, en de bespelers der instrumen ten, die hieraan schuld droegen gaven zich dikwijls genoeg bloot cn waren dus door den hoorder gemakkelijk te herkennen. Ten tweede vond ons gevoel voor klankkleur en kleurcontrasten niet altijd bevrediging. Daar wij vrijwel immer misten het solo-instru ment, dat tusschen de groote forti die mooie momenten van verstilling geeft, en die nu eens door de hobo, dan weer door de fluit zoo treffend kunnen worden opgeroepen, werd de uitvoering meermalen „grau in grau". De ballet-pantomime ..Arlette" ook had te veel noten die onder den lessenaar bleven, en andere die te hoog groeiden om nog als deze smakelijke vruchten te worden herkend: anders was hier gelegenheid geweest, een stuk te geven, dat meer bevrediging kon schenken. Ook de ouverture „Stradella" een prettig geschreven stuk, had meer kleurverdeeling, meer klankbeschaving, meer voord rachts- nuances kunnen verdragen. Nu werkte ook de houding van den door snee-luisteraar (inzonderheid) in het achterste zaalgedeelte) niet mee, om het ge not van het aanhooren te verhoogen. Ik wil aannemen, dat er hier velen waren, die in 't geheel niet kwamen om naar de ver richtingen van H. Cr. te luisteren, maar enkel en alleen om den dans. Toch kan ik mij niet uit de gedachte zetten, dat men van den kant der concerteerende vereeniging ook niet dat gene doet, wat strekt om het peil dei' uitvoe ring te verhoogen. Daar wij zelf in de mee ning waren, dat de medewerking was inge roepen van goeden zang, bleek alweer het leeuwendeel van den avond te zijn afgestaau aan z.g. „humoristen". Daarover te schrijven valt buiten mijn bestek. G. J KALT. PROTESTANTENBOND AFD. BLOEMEN- DAAL. Concert in het kerkgebouw Potgieterweg. Om en bij achten was in de kerkruimte de laatste plaats bezet, en het met planten en bloemen gesierde platvorm, waarop een kos telijke Feurig-vleugel prijkte, wachtte nog slechts op zijn meest waardevolle stoffee ring. Deze liet niet lang op zich wachten en weldra was het kunstzinnig trio. gevormd door de dames J. A. Verschuyl. F. de Ciercq en E. A. Verschuyl bereid om het. veelbeloven de programma tot uitvoering te brengen. Bij hen had zich gevoegd de heer Mr. A- Stoop Jr.. die door den sclioonen klank zijner uit nemend bespeelde viool zeer bijdroeg, het ge halte der uitvoering, waar mogelijk of noo- dig. nog hooger op te voeren. Want wij hebben zeer genoten van de in overtuiging geboden kunst. Mej. E. A. Ver schuyl. die den Feurlg besoeelde. deed dit heel den avond met een agiliteit. die prettig was om te zien en te hooien. Waar zij de soli voor violoncel begeleidde, door mej. J. A. Verschuyl uitgevoerd, wist zij als bij intuï tie de onderscheiden registers van het edele strijkinstrument te orneeren met den meest passenden klank; waar dc cello in overmoe dige rvthmiek dc schoone melodievormen van Handel's sonate of wel van Somartini deed opdartelen. was ook zij al weer paraat om in nog overmoediger fior.turen uit te lokken tot immer blijder spel van maat en klank. En tenslotte wist zij in de liederen, waaronder zeer mooie antieke Italiaansche aria's, alweer de plaats te vermoeden, waai de zangeres (het was mej. F. de Ciercq) de klank van den vleugel behoeft om aan haar klankkarakter die modulatie te geven, die od eenmaal het lied stolt in zijn volle licht. Wie denkt, hier niet gaarne aan Willem Pij- per's bewerking der Oud-Hollandsche liede ren? Ieder kent het lied „Heer Jesus heeft een hofken". Maar kent ieder het ook. zoo als een onzer meest talentvolle jonge Neder landers, Willem Pijper, dit. oude melos in zich opnam en in ongekende licht- en kleur- brekingen terug gaf aan de piano? Zulk een bewerking maakt heel een liederenbundel hoogst waardevol, en zooals ditmaal zangeres en pianiste het weergaven, is het in staat, zelfs een minder geslaagd concert op hooger peil te brengen. Hoeveel te meer genoten dan wij er van, waar dezen avond zoo uit stekend werd gemusiceerd. Niet in de laatste plaats denk ik hier aan het cellospel van mej. J. A. Verschuyl, zoo geacheveerd, zoo innig muzikaal. Niet slechts dat Bach, Handel en Brahms in haar ren kundig vertolkster vonden: maar ook in Fauré. die als Ravel dc tegenstelling vormt met de oude meesters, zooals gestyleerde bloem met weeidrig uitbloeiende roos. in deze Jongere kunst dan kwamen de aangeboren 'alenten. door perfecte leiding ontbloeid. tot heerlijke uiting. Droeg ook de zangeres veel bij tot het welslaeren van dit concert (Inzon derheid in haar Hollandsche liederen, waar het feit dat nog niet alle adem wordt omeezet in puren klank, minder de aandacht afleid de dan bij de oude Italianen en by Bach), zoo zal men om haar toch niet de celliste vergeten, zulk een waardevolle representante dier kringen, waar dc muziek wordt beoefend louter om der muziek wille. i (L 2. KALT* MARIONETTEN. DE OLIJFTACK. Er is veel moed voor noodig om in Ne- lerland met een marionettentheater voor den dag te durven komen. De beste buiten- landsche troepen bezochten ons land. Wij weten hoe het zyn moet en het was dan ook geen wonder dat de vertooning die de heer Brugman geruimen tijd geleden in Haar lem gaf, moest mislukken door een volkomen gemis aan routine. Maar de heer Brugman hield vol. Geluk kig! Want by de vertooning van jJ. Zater dagavond voor het „Algemeen Nederlandsch Verbond" bleek, dat het gezelschap „De Olyftack" aan algemeene vaardigheid veel gewonnen heeft, en dat het, mits yverig ver der gewerkt wordt, eens iets moois tot stand zal kunnen brengen. Wy wetèn welke enorme moeiiykheden de marionettenspeler overwinnen moet.Wij we ten welk een virtuositeit er voor noodig is, om de pop goed te kunnen bespelen en om dat by deze verooning bleek dat in enkele gevallen die moeiiykheden overwonnen kon den worden, gelooven wy ook In een gelei- delyke ontwikkeling van „de Olyftack". Een ontwikkeling die eens zeker tot een mooi resultaat zal leiden. De heer Brugman ver dient voor zijn dapper streven alle hulde. In het eerste spel. dat van het „eigenwy- ze Zeemeerminneke" werden wy al dadelijk verrast, door de buntengewoon goed ge slaagde verbeelding van het water, waarin de sprookjesvisschen rondzwommen. Dank zy een fijne harmonische verlichting werd de illusie mooi. De zilvertintigc visschen be wogen zich gracieus en het fraaie „Zee meerminneke" licht als een waterbel, zweefde elegant en gebaarde sierlijk. En in het- volgende tafereel, dat ons by den ko ning „intkvisch" bracht, genoten wy waar lijk van die heerlijke sprookjessfeer, half griezelig, half grappig, die der marioneo eigen kan zyn. Naast veel goeds dat van dit spel gezegd kan worden rijzen echter eenige bezwaren. Was het niet mogelyk om aan het „zeepaard je" (een aller dankbaarst object voor het marionettentheater!) iets meer leven mee te geven? Het treedt hier op in een zeer lange dialoog met de zeemeermin, en het hangt ge durende het lange gesprek (dat nog wel by- na het belangrijkste is van het heele stuk) als een volkomen overbodigheid, onbewege lijk, aan ae draden. Zoo fijn als het zeemeer minneke was. zoo grof en zoo vervelend was het zeepaardje. Dit gebrek demonstreerde zich trouwens herhaaldelijk: wanneer de ééne marionet goed bediend werd faalde de andere. Wij denken byvoorbeeld aan de scèr.e in het woud. (In het bekendesprookje van de drie wenschen'. De houthakker is grotesk, geestig, hy leeft: de fee is dood. Zy staart béte naar de bladeren der boomen, beweegt af en toe (als een pop op draaior gel) den rechterbovenarm en dc lange mo noloog die ergens uit de coulissen klinkt, gaat haar niet aan! Wij twyfelen er niet aan of de heer Brug man. zal er in slagen dit bezwaar te onder vangen; het solistische gedeelte van het pro gramma in het byzonder het optreden van den pianist was af. De jachtige gesneden kop van deze ma rionet werkte als een levend masker en de bewegingen waren, zoo als zy zijn moesten, even carcatuur, fyntjes, vol van die ironie die de lippen doet krullen. Waar waarom toch moest aan dit optre den een zóó zoutelooze causerie voorafgaan. Een banale „geestigheid" als: „de muziek is van de gebroeders Vroom en Dreesman" hoort niet in het marionettentheater thuis. De marionet is geestig genoeg van haar zelf. Zij behoeft niet geïntroduceerd te worden. En zeker niet op zoo'n göedkoope manier als hier gebeurde. Hetzelfde geldt voor de paro die van de „Wolgaschlepper". De parodie in het marionettentheater dient fyn te zyn, vooral wanneer het een lied als de „Wolga schlepper" geldt en zeker als men een aardig idee heeft, zooals hier het geval was. Daar had iets van gemaakt kunnen worden wan neer men met meer zelf-critiek te werk ge gaan was. Het was dus een programma vol contras ter.. Een merkwaardige combinatie van re sultaten. beloften én van vergissingen. Eer. gedenkwaardige avond, omdat wy er leerden dat in ons land hard gewerkt wordt aan het verwezeniyken van een ideaal: een Nederlandsch marionettentheater. En wij zijn er van overtuigd dat de heer Brugman dit ideaal kan bereiken. Het- voorbeeld dat de Haarlemsche afdee- ling van het- Algemeen Nederlandsch Verbond gegeven heeft, verdient intusschen navol- ZESDE GEMEENTELIJK ORGEL CONCERT. MEDEWERKING VAN JACQUES VAN KEMPEN. Morgen. Dinsdagavond geeft George Ro bert. het zesde orgelconcert in de Gem. Con certzaal met medewerking van don beken den tenorzanger Jacques van Kempen. Het programma dal wordt uitgevoerd mag om meer dan ecu reden zeer belangwekkend cn aantrekkeiyk genoemd worden. Twee groote orgelwerken vormen in hoofd zaak het deel vóór de pauze, n.l. de 1ste So nate van P'. Mendelssohn Bartholdy cn het Symphonisch Koraal: „Nun ruben alle Wal- der" van Sigt'rid Karg-Elert. De componist stelt zich hierin niet tevre den met de kleuren van het orgel alleen, lïy voegt er aan toe de timbres van mensche- lijke stem en viool. Jacques van Kempen vervult hierin de obligaat zang, mej. Lous Stortenbeker, een violiste uit den Haag. de vioolpartij. De uitgebreide tekst by dit werk behoo- rend is in zyn geheel in het programma op genomen. Tusschen de Sonate van Mendelssohn en 't Koraal van Karg-Elert zingt J. van Kem pen twee eer schoonste liederen van Brahms Het zwaartepunt, van Van Kempen's voor dracht ligt echter in het tweede deel van den avond. Er wacht ons dan de Liederencyclus „Eliland" van Alxanaer von Fielüz. In tien, meerendeels in tecrc stemming ge houden zangen wordt ons hier het lijden en strijden van een jongen monnik geschilderd, een stryd, die in kalme berusting ten slotte zijn emde vindt. De ..Cortege et Litanie" van Marcel Dupré vormt daarna het imposante slot van het programma. Hieronder volgt het programma: 1. Eerste Sonate. orgeL F. Mendelssohn Bartholdy. 2. a. Feldeinsamkeit Wir wandelten. zang. Joh. Brahms. 3 Symphonlscher Choral: „Nun ruhen alle Walder". S. Karg-Elert. Orgel met obligaat zang en viooL Pauze. 4. Eliland, zang. Alexander" v. Fielita 5. Cortege ei Litanie, orgel* M. Duprc. INVOER VAN BLOEMBOLLEN IN DE VER. STATEN. Toeneming met 3.000.000 stuks. Het jaarlijksch rapport over het werk van de Plant Quarantaine and Control Admini stration in de Vereenigde Staten over het dienstjaar 19281929. dat, voor zoover het bloembollen betreft, bevat o.a. een opgaaf van de aangetroffen plantenziekten en schadelijke insecten en een overzicht van de ingevoerde hoeveelheden bloembollen, meldt dc N. R. C. De kleine narcisvlieg (Eumerus strigatus) werd gevonden op uien, lelies, hyacinthen, irissen en narcissen, een andere Eumerus- soort op uien, hyacinthen en narcissen, de groote narcisvlieg of althans een merodon- soort op hyacinthen, alles uit Nederland. Het bollen aaltje (Tylenchus Dipsaci) werd gevon den in uien en narcissen uit Nederland. Uit het verslag blijkt niet, in welken omvang deze deze insecten werden aangetroffen. Het geel ziek der hyacinthen komt in de opgave in 't geheel niet voor. De invoer van bloembollen uit Nederland nam in 1928 met 30 millioen stuks toe, wat ongeveer overeenkomt met de toeneming van de hoeveelheid in de VJS. ingevoerde tulpen. Van de overige artikelen, waarvan de invoer in de V.S. nog vry is, nam de invoer van hyacinthen en convallaria af. die van crocus, seilla, muscari, galanthus, chionodoxa, ixia, lelies, eranthis en frittillaria toe,, zy het ook niet in zeer sterke mate. Van de bolgewassen, die alleen onder „special permit" mogen worden ingevoerd be droeg de invoer in het verslagjaar: narcissen 12.769-835 stuks (tegen belemmering''. bol- irissen 4.119.775 stuks (in 1927 6.349.134 stuks», gladiolussen 463.087 stuks (in 1927 1.598.697 stuks en in het laatste jaar vóór ae invoer- belemmering ruim 8 millioen stuks). Deze borensoorten kwamen in hoofdzaak uit Neder land. Voorts werden in het verslagjaar in de Ver eenigde Staten ingevoerd 191.596.408 tulpen-, 20.765.100 hyacinthen- en 9.882 486 crocussen- bollen- De invoer van convallaria's uit Duitsch- land liep ongeveer 1 millioen stuks achteruit, die van lelies uit Japair vermeerderde met ruim 1 mililoen stuks. HET HUIS TE ZAANEN. ALS FILIAAL DER BIBLIOTHEEK EN LEESZAAL. Bij besluit van 9 October jl. werd voor de inrichting van de benedenverdieping van het „Huis te Zaanen" tot filiaal der Stads-bibilo- theek en leeszaal, alsmede voor de verbete ring van den bestaanden toegangsweg door den gemeenteraad een crediet van 2650 be schikbaar gesteld. Het is echter wensclielyk gebleken in en aan het gebouw enkele verbeteringen te doen aanbrengen door het schoonmaken van den eiken zaalvloer, het maken van een afschei ding in de hal, het wegbreken van een pomp met aanrecht, het kleuren van de wanden, het aanleggen van gas- en electrische leidin gen, het maken van een closet, alsmede het 'oestryken van de buitengevels met selicaat, terwyi het bovendien noodzakelyk is eenige borden met opschriften aan te brengen. De kosten hiervan zullen ongeveer 1200 bedra gen. Verder verdient het aanbeveling een geheel nieuwen toegangsweg te maken van den openbaren weg af naar het „Huis te Zaanen" en dezen weg 1e beleggen met trottoirtegels, inpiaats van te benarden met grind. De kos ten hiervan worden begroot op 645. B. en W. stellen daarom aan den raad voor de toegestane credieten te verhoogen. EEN ECHTGENOOT DIE ZOEK IS. Namens de echtgenoote verzoekt de Com missaris van Politie te Nooröwyk te worden bekend gemaakt met de verblijfplaats van Laurens Moene geboren 21 Januari 1902 te Leiden. Signalement: gekleed met donkerbruin pak met licht streepje, gryzen hoed, overjas met lichte ruit, op de linkerwang een litteeken. Hy heeft zyn vrouw en kind in hopeloozen toestand achtergelaten en dient dientenge volge te worden gehoord. JAARVERGADERING V.AJR.A- Door de afdeeling Haarlem van de V.A.RA. wordt op Vry dag '24 Januari de jaarvergade ring gehouden in De Centrale. Op deze verga dering zullen aan dc orde komen de jaar verslagen van afdeelings- en hoofdbestuur ver kiezing van afdeeling- en hoofdbestuur cn het omroeprapporl 2e halfjaar 1929. Voorts de candidaatstelling voor den Vereenigings- raad. DE CATHERIJNEBRUG GEREED GEKOMEN De werkzaamheden aan de Catherynebrug zyn geheel klaar gekomen. Het houten brug dek is thans eveneens vernieuwd en het ver keer kan weer gewoon zyn weg vervolgen. By na zeven weken hebben de verkeers moeilijkheden over deze brug, tydens de repa ratie geduurd, daar de helft van het ryvïak op de brug voor het verkeer was afgesloten. VOOR DE BRANDWEER. B. en W. stellen voor de gemetselde garage met omliggenden grond aan de Preangerstra at 2 A (oppervlakte 6.90 bij 4 Maan te koopen voor f 4000. De garage is bijzonder geschikt om te ge bruiken als brandspuithuisje voor de brand weer. De grond die om het huisje ligt kan dienen om door jruiling met eigenaren der aan grenzende gronden ter plaatse een goeden toestand te verkrijgen. SCHOONSCHRIJVEN. Voor het examen „Handelsdfploma" van de Vereeniging van Leeraren in het Schoon schrijven zyn geslaagd uit Haarlem, de hee- ren: P. A. F. J. Emans, J. Klein, S. E. Moo- lenaar. T. P. E. Massaro, Th. D. Vink en L. J. Koning. De examencommissie bestond uit de hee- ren; P. H. van Gestel, Amsterdam. G. G. Kramer en P. B. van Eerdenburg, Haarlem. HET 25-JARIG BESTAAN VAN ST. RAPHAëL. RECEPTIE EN FEESTAVOND. Deze maand viert de Haarlemsche afdee ling St. Augustinus van den Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel St. Raphael haar 25-jarig bestaan. Zaterdag 18 Januari had er van 3 tot 5 uur een druk bezochte receptie plaats in ge bouw St.. Bavo. Het bestuur der feestvieren de afdeeling bestaande uit de hceren Do Rooy, Alleman, Velt man, v. Emmerik, Remmè, Geerlings, Paap, Rombouts ea Fcr- ron en de adviseur, kapelaan Th. de Lugt, zaten achter de bestuurstafel, rykelyk in het groen. De voorzitter der feestcommissie opende de rij der sprekers, daarna volgden de heeren Hellemons en Timmermans, voor zitter en secretaris van het hoofdbestuur van St. Raphael, dc heeren Steetskamp en De Vries voor den Protestant Christelijke» bond, de heer Hooy, lid van de Prov. Staten, de heer C. v. d. Bilt lid der Tweede Kamer, de heeren Elfrink en Leeflang voor de Rede- ry kerskamer „Alberdingk Thym", mevr. Sormani de Voogd voor den R.K. Vrouwen bond, de heeren Van der Hulst en Koster voor de RK. Politievereeniging, de heeren Castricum en Keesen, voor den R K. Volks bond, R.K. Spaarkas en Arbeid Adelt, de hee ren de Bie en Andekerk voor de R.K. Me taalbewerkers. de heer Mulder namens de afdeeling Hoofddorp van St. Rafael, de hee ren Beister en Bekelaar voor do R.K. Bak kersgezellen, de heeren Verbeek en Tabak namens de afdeeling Halfweg van St. Ra phael. de heer Van der Weiden voor R.K. Overheidspersoneel, de heeren Hesseling en Van Laar voor de zangvereeniging St. Cae- cilia en R.K. Meubelmakers en Behangers, de heeren Zegwaard en de Munnïk voor den R.K. Bouwvakbond, de heeren Zeihorst en Mol voor den R.K. Grafischen Bond, de heer Klein, lid van den gemeenteraad en nog vele particulieren en leden der afdeeling. De voorzitter der afdeeling bedankte telkens hartelijk voor de talrijke toe spraken. Bloemen, telegrammen en brieven waren door verschillende vereenigingen en perso nen gezonden. Zondagmorgen naderden ongeveer 85 le den ter H. Communie, gezamenlyk werd daarna ontbeten in het bondsgebouw, waar gesproken werd door den geestelijk advi seur den heer De Lugt. den voorz. der af deeling en der feestcommissie en den heer Castricum. Men bleef nog eenigen tyd ge zellig byeen onder het verdienstelyke piano spel van mej. De Beer. De feestavond op Zondagavond werd eveneens een succes. Het woorwerd nog gevoerd door den voorzitter der feestcom missie en der afdeeling de heeren Moser eri De Rooy. Het ensemble Schmidt trad op en hield de aanwezigen geruimen tijd gezellig bezig. Nu komt er nog een kinderfeest en een avondfeest en gezien het verloop van het eerste belooft het geheel wel te zullen slagen. VEREENIGING TOT BEVORDERING DEK GEZONDHEID JN DE GRAFISCHE VAKKEN* Ter herdenking van het twintigjarig be staan der Vex-eeniging tot bevordering der gezondheid in de grafische vakken had de afdeeling Haarlem Zaterdagavond in de zij zalen van het Gemeentelijk Concertgebouw een feestavond met attracties georganiseerd. Zoo was bijv. een der zalen herschapen in een marktterrein, waarop een en ander te koop werd aangeboden, terwyl het Oud-Hol landsche koekrad, sjoelbak, koekhakken cn draaibord niet ontbraken en de aankleeding te pry zen viel. De andere zaal bood gelegenheid tot een rustig zitje op het aanhooren van goede mu ziek en het luisteren naar den humorist, den heer Van Tongeren. Omstreeks acht uur opende de voorzitter der afdeeling de heer C. C. van den Bergh, met een welkomstwoord dezen feetavond, waarin hij memoreerde hoe voor twintig jaar eenige mannen den stoot gaven tot het op richten der Vereeniging. Hoe zy na taaf, volhoudend werken er in geslaagd waren van de in den aanvang kleine vereeniging een groote en bloeiende vereeniging te ma ken, welke thans in het bezit is van een eigen sanatorium en hoe er nu gewerkt wordt om te trachten een eigen rust- en her stellingsoord voor leden en hun vrouwen en kinderen te stichten. Was aanvankelyk de vereeniging opgericht om de aan tuber culose lijdende leden op haar kosten naar een sanatorium te zenden, door den gezonden groei was het mogehjk geworden thans ver sterkende middelen te verstrekken nfet al leen aan leden, doch ook aan hun vrou wen. Nog was dit niet genoeg. De zorgen der vereeniging strekken zich thans ook uit naar dc vrouwen en kinderen der leden, door. in dien noodig, ook die naar rust en herstel lingsoorden of vacantickoloniecs uit te zen den. Al deze zorgen aldus spreker, elschen echter veel geld. De afdeeling hoopte met het organiseeren van dezen avond voor al deze goede werkzaamheden der vereeniging een batig saldo te verkrygen en met een beroep te doen op dc talryke aanwezigen om eens extra in den zak te tasten opende hij deszen feestavond. Het is er zeer druk geweest. Tot laat in den avond bewoog zich een groote menigte in de zalen, terwyl van de attracties een druk gebruik gemaakt werd. Uit een en ander zou men mogen afleiden, dat de wensch van den voorzitter: een flink batig saldo, in vervulling is gegaan. ONS STADSVUIL. EEN BEWAARPLAATS BIJ SPAARNDAM. De gemeente Haarlem is voornemens op een perceel weiland aan den Lagendijk aan den Mooicn Hel naby Spaarndam ccn bewaar plaats op te richten voor vuilnis en big ger. Op Zaterdag 25 Januari 1930. des voormlci- dags 11 uur zal ten Raadhuize- :e Hah'v. eg gelegenheid bestaan om bezwafen tegen cat verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. KINDERVOEDING De vereeniging Kindervoeding reikte in de afgeloopen week aan warm voedsel uit in de Zoetestraat: Maandag 198. Dinsdag 223. Woensdag 205, Donderdag 211. Vrijdag 217. Zaterdag 186 porties, en in de Cron straat; Maandag 107. Dinsdag llu. Woens dag 99Donderdag 95, Vrijdag 101, Zate^ dag 98 porties,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 8