HISTORISCHE FIGUREN. Electrische ontladingen. r De film „Atlantic". "l ZATERDAG 1 FEBRUARI 1930 BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD VIJFDE BLAD Generaal Boulanger. Generaal Boulanger. Het is nu ruim veertig Jaar geleden dat het Fransche volk, voor een groot deel al thans, ln beroering werd gebracht door een man, die door zijn uiterlijk, zijn optreden, zijn geheele verschijning voor de licht onder den indruk komende Franschen een bijzon dere aantrekkelijkheid had en zich, zij 't ook slechts voor korten tijd, een geweldige popu lariteit wist te verwerven; erkend moet wor den dat de tijdsomstandigheden daarvoor buitengewoon gunstig waren. Georges Ernest Jean Marie Boulanger, Fransch generaal, werd op 29 April 1837 ge boren te Rennes, de plaats die later zekere vermaardheid zou krijgen doordat de tweede krijgsraad, die over een ander Fransch offi cier, Alfred Dreyfus, recht spreken moest, er zijn zetel had. Hij ontving zijn opleiding tot officier aan de bekende militaire school van St. Cyr, maakte de militaire expedities in Afrika, (Italië 1859) en Cochinchina (1858'62) mee en was tijdens den oorlog van zijn vader land tegen Duitschland, 1870'71, regiments commandant te Parijs. In 1884 was hij opperbevelhebber van het Fransche bezettingsleger in de Afrikaansche kolonie Tunis en begon zich omstreeks dien tijd met de politiek in te laten. Twee jaar later werd hij voor de eerste maal minister van oorlog in het kabinet-de Freycinet waar hij de aandacht trok door de krachtige wijze, waarop hij van zijn republikeinsche begin selen getuigde. Vooral deed hij zeer veel van zich verwachten toen in April 1887 een vrij ernstig grensincident met Duitschland ont stond: een Fransch commissaris van politie, Schnaebee, die de Duitsche grens even was overgetrokken, werd, op last der Duitsche autoriteiten, onmiddellijk gevangen geno men. Dergelijke moeilijkheden hadden zich reeds ettelijke malen voorgedaan daar de Duitsche grens aan de zijde van Elzas-Lotha- ringen streng bewaakt werd en ieder, die niet van een behoorlijk paspoort voorzien was. streng teruggewezen werd. Ditmaal wekte het voorval echter meer be roering dan anders misschien het geval zou zijn geweest, omdat de Franschen het als een uitdaging van de zijde van Duitschland be schouwden. Echter werd het geschil vrij spoe dig door diplomatieke onderhandeling tot een oplossing gebracht maar in hun opge wondenheid en verontwaardiging hadden vele Franschen In Boulanger reeds den red der gezien, die hun de zoo vurig verlangde revanche voor 1870 zou verschaffen! Want reeds maakte deze er veel werk van later heeft hij dat op reclameachtige wijze voortgezet om zich bij leger en volk popu lair te maken; vooral trachtte hij den haat tegen de Duitschers wegens den verloren oor log levendig te houden en moedigde hij de revanche-idee aan Den 7den Mei moest hij echter met Goblet aftreden als minister. De bekende „Ligue des Patriotes" beijverde zich de oorlogzuchtige stemming, waarin het Fransche volk toen verkeerde, nog sterker op te zweepen. Mannen als Rochefort en Paul Deroulède, de leider van de L. des P., beijverden zich om geestdrift te wekken voor den Revancheoorlog: aan Boulanger was daarin de rol van militairen dictator toege wezen, waardoor men tevens een einde hoop te te maken aan het in hun oogen nuttelooze parlementarisme; men droomde zich de glo riedagen van den grooten Napoleon te zien herleven! Boulanger had intusschen langzamerhand een vrij grooten aanhang om zich heen we ten te verzamelen en werd het middelpunt van een tamelijk uitgebreide massa ontevre denen van allerlei politieke kleur, die zich weldra Boulangisten gingen noemen. De Republikeinen waren echter ongerust geworden door de luidruchtige propaganda vóór en van den generaal (de beeltenis van den mooien opperofficier werd met ruime hand overal verspreid en vooral bij het leger was hij bijzonder geliefd!) en toen het be kend werd dat hij er naar streefde dictator te worden achtten zij hem gevaarlijk en he ten hem als minister vallen. Een onverkwikkelijke gebeurtenis droeg er toe bij om de regeering in een kwaad dag licht te stellen: de ontdekking, dat Wilson de schoonzoon van den President der Repu bliek. Grévy, op uitgebreide schaal handel in ridderorden dreef: Grévy moest dienten gevolge zijn ontslag nemen. In Dec. 1887 werd tot zijn opvolger Sadi Carnot, de can- didaat der Radicalen gekozen; de opportu nistische Republikeinen hadden Jules Ferry gewild. Boulanger zelf was intusschen weer in actieven dienst hersteld en benoemd tot com mandant van het Xllïe Legerkorps te Cler mont-Ferrand; van daar uit bleef hij voort durend in allerlei verwikkellingen met de Radicalen. Tijdens de eerste jaren van het president schap van Carnot ontwikkelde zich de strijd van de gezamenlijke Republikeinen tegen de Boulangisten achter welken naam zich alle vijanden der Republiek verborgen. Boulanger begon openlijk naar de dictatuur te ftreven; hij elschte grondwetsherziening en daarmede gepaard gaande vergrooting van het uitvoe rend gezag; de verkiezing van den President moest aan het geheele volk worden opge dragen. In zijn ijdelheid was hij overtuigd dat het algemeen kiesrecht hem met de hoogste waardigheid zou bekleeden! Alle monarchisten, die hem alleen als een werktuig benutten om te trachten de Re publiek ten val te brengen, alsmede de aan hangers van den graaf van Parijs sloten zich aan bij de Boulangisten, die zich nu tooiden met den naam van Revisionisten of Natio nalisten, wat beter klonk! Tenslotte gedroeg de generaal zich op zulk een ondisciplinaire wijze, dat hij door den minister van oorlóg Logerot op non-activiteit werd gesteld. Hij vestigde zich nu te Parijs. Sinds 1888 hadden de Boulangisten hem candidaat voor de Kamer gesteld bij tusschentij dsche ver kiezingen om aldus geleidelijk voor een ple- biscist ten zijnen gunste te werken, doch uit sluitend in die districten, waar zij op een meerderheid konden rekenen. Nadat hij gekozen was en zitting genomen had diende hij den 4den Juni 1889 het bo venvermelde voorstel tot grondwetsherziening in, dat echter niet in behandeling kwam. Boulanger legde daarop zijn mandaat neer maar werd in Januari 1889 in het departe ment der Seine met een- overweldigende meerderheid herkozen. Had hij op dien dag naar het hoogste ge - zag durven grijpen dan zou de geschiedenis van Frankrijk wellicht anders geluid hebben! Maar behalve dat hij diens eerzucht had was Boulanger geen Napoleon! Het grootste gedeelte van het Fransche volk voelde echter weinig voor een coup d'état a la Napoleon 3H. Gedurende den laatsten tijd had de gene raal steeds meer van zich doen spreken en overal opschudding teweeg gebracht door de redevoeringen van hem en zijn aanhangers. Zijn heetbloedige, onbesuisde partijgenooten, die een geweldige vereering voor zijn persoon hadden, gingen er wel toe over er bij hem op aan te dringen dat hij zich met geweld aan het hoofd van den staat zou stellen maar Boulanger durfde niet doortasten en weiger de, waardoor hij vermoedelijk een burgeroor log heeft voorkomen. Toch had zijn optreden in het openbaar half Frankrijk in opschudding gebracht; het Fransche volk, zoo bijzonder gevoelig voor uiterlijkheid en militair vertoon, juichte, voor zoover het tot zijn aanhangers behoor de, den ij delen, mooien generaal met zijn fraaien baard, zijn schitterende uniform en op een prachtig zwart paradepaard gezeten, geestdriftig toe, wanneer hij zich op een re vue door het- publiek liet bewonderen. Maar dikwijls waren ook troepjes van zijn tegen standers in de buurten telkens las men in de couranten van Boulangistische opstootjes en vechtpartijen. Boulanger werd in een volks liedje: „Père la Victoire" naar ik meen, ver heerlijkt. (Later in het Hollandsch door Pau- lus bewerkt onder den titel „Naar de Parade") Maar in Februari 1889 trad het krachtige, tweede ministerie Tirard op, met als minister van binnenlandsche zaken Constans. De spanning was nu zoo hoog gestegen dat men het ergste begon te vreezen doch de Regee ring nam een krachtige houding aan en be gon onmiddellijk een gerechtelijke vervol ging tegen de rumoerige Ligue des Patriots. De Senaat maakte gebruik van zijn grond wettig recht om als Hoog Gerechtshof recht te spreken over aanslagen tegen de veilig heid van den Staat- De parade-generaal, die dit natuurlijk wel verwacht moest hebben en bijtijds gewaar schuwd w^s, pakte zijn biezen en vluchtte den lsten April naar het veilige Brussel. Veertien dagen later werd hij in staat van beschuldiging gesteld ter zake van samen spanning en aanslag tegen de veiligheid van den Staat. Diepe teleurstelling, groote ontnuchtering bij zijn aanhangers, die zulke hooge verwach tingen van hem hadden gekoesterd en nu hun afgod van zijn voetstuk zagen vallen! Hevige vreugde bij de tegenstanders, die in liedjes en op andere wijze hun spot en min achting voor ,mot' brav' général Boulanger" botvierden. i Bijna even snel als het Boulangisme op gekomen was, ja met nog grooter spoed, ver liep het ook. vooral door de krachtige hou ding der Regeering. In Juli 1889, bij de ver kiezingen voor de Algemeene Raden, werd Boulanger slechts gekozen in 12 van de 400 kantons, waarin hij candidaat gesteld was. Maar nog vestigden de Boulangisten hun hoop op de verkiezingen voor de Chambre des Députés in September en October te hou den, doch nogmaals kwamen zij bedrogen uit: er werden 366 Republikeinen, 210 Reac- tionnalren doch slechts 22 Boulangisten ge kozen! Ook in andere bestuurscolleges leden zij de nederlaag. Inmiddels was de voortvluchtige generaal bij verstek door den Senaat, bij arrest van 14 Augustus 1889, tot levenslange vestingstraf veroordeeld. Er kwam nog iets bij om het Boulangisme te vernietigen. Zekere Mermeix had in zijn ..Coulisses du Boulangisme" duidelijk bewe zen dat deze partij gedurende zekeren tijd belangrijke geldsommen van de monarchisten tot steun in haar verzet tegen de Repuliek ontvangen had, waardoor haar bedoelin gen minder zuiver bleken te zijn dan zij het wilde doen voorkomen. Dit deed het overige om de beruchte bewe ging te doen verloopen en onschadelijk te maken. Bij troepjes lieten zijn aanhangers hem aan zijn lot over en weldra leefde de eens zoo po pulaire generaal als vergeten burger te Brussel. Zijn laatste levensjaren waren weinig ver heven, zijn dood had iets melodramatisch. Hij leefde te Brussel samen met de eertijds rijke, zeer eerzuchtige Marguerite Crouset, gescheiden echtgenoot van den heer de Bon- nemain. Deze dame stierf in Juni 1891; op den 30sten September dst.v. maakte „not* brav' général" door een revolverschot op haar graf een einde aan zijn veel bewogen leven. Dr. J. WACKIE EYSTEN. KUNSTENARES EN ACROBATE, Wat een man kan, dat kan een vrouw ook is de meer en meer geldende stelregel. Het zijn niet alleen meer mannen, die het Ka naal overzwemmen, ook vrouwen leveren 'm dit tegenwoordig- En wordt er niet gezegd, dat ook de Fransche vrouw, die altijd wat „achterlijk" is geweest in het op zijde stre ven van den man, nu ook spoedig in het Parlement zal gezien worden, misschien wel eerlang deel zal uitmaken van de Regeering? Zoo heeft Engeland op het oogenblik zijn decoratie-schilderes: Miss Whinfield, te Lon den, heeft daar al heel wat groote hulzingen van muurschilderingen vooralen. En op het oogenblik werkt zij aan de decoraties van een groote bioscoop. Wanneer zij een opdracht heeft ontvan gen, laat zij zich door niets weerhouden, om die uit te voeren, zelfs al zijn er gevaren aan het werk verbonden. Eens moest zij het pla fond beschilderen van een groote music-hall. Daarvoor moest zij eerst over eenige daken klimmen, daarna over een ladder loopen die over een gapenden afgrond tusschen twee huizen was gelegd om daarna aan een touw te worden neergelaten door het dak van den koepel van het gebouw. Zelfs toen het sneeuwde nam deze acrobate-kunstenaresse denzelfden weg. VOGELS ALS DUIKERS. Het is misschien niet algemeen bekend dat er onder de vogels uitstekende duikers zijn. De papegaaiduiker bij voorbeeld draagt zijn naam met eere- Hij duikt van groote hoogte en dringt ook tot groote diepte in het water door. Hij blijft wel een minuut onder water; de meeste duikvogels houden het niet langer uit dan 45 seconden. Het is een aardig ge zicht, een geheele zwerm van papegaai duikers tegelijk onder water te zien schieten; zij komen meestal op een geheel andere plaats weer voor den dag. De Jan van Geqt is ook een groot duiker. Hij stijgt soms eerst wel 50 voet hoog de lucht in. Hoe hooger hij gaat, des te dieper kan hij zijn prooi in het water zien. Wanneer de visch, dien hij wil vangen, tracht hem te ontsnappen, vervolgt hij hem met groote snelheid, ook in het water en slechts zelden gelukt het zijn prooi te ontkomen Ofschoon de Jan van Gent een groote vogel is, die ongeveer anderhalf (Engelsch) pond weegt, kan hij zich onder water bijna even snel bewegen als een visch. Wanneer hij duikt buigt hij zijn kop naar beneden, drukt hij zijn lange vleugels plat tegen zijn lichaam en schiet dan van groote hoogte het water in. Montage van foto's uit de geluidsfilm Atlantic", ontleend aan het Duitsche blad ,Jilmkurier". Deze buitengewone füm wordt elders in de Zaterdagavond besproken. On deraan ziet men scènes van het vergaan van den Oceaanstoomer, rechts-onder de men- schen die achterbleven op het zinkende schip, links de marconist die seinen blijft. S.OJS.S.OJS. Bovenaan twee fragmenten van het strijken der booten, daartusschen den kop van den kapitein, verder scènes van menschen die vechten om een plaats in red dingsbootenMidden-onder tenslotte den kop van Fr. Kortner aIs de schrijver Thomas Kathodestralen en Röntgenstralen. Wanneer twee geladen electrische geleiders zich op eenigen afstand van elkaar ln de lucht bevinden, zal de lucht zich als een goede isolator gedragen. Zoolang het span ningsverschil tusschen de twee geleiders klein Is, gaat er geen electriciteit van de eene naar de andere over. Maakt men het spannings verschil steeds grooter dan komt er een mo ment waarop de electriciteit van een van de geleiders begint af te stroomen. De lucht tusschen de geleiders wordt daardoor gelei dend en plotseling heeft er een sterke stroomovergang plaats, die echter zeer kort duurt; de electrische vonk. De vonk volgt daarbij een smalle, scherp begrensde weg door de lucht. De spanning die noodig is om een vonk te doen overspringen is heel groot. Tusschen twee bolletjes van een centimeter middellijn die een centimeter van elkaar staan, springt er pas een vonk over als het spanningsverschil ongeveer dertigduizend Volt bedraagt. Wanneer de lucht, waardoor de vonken springen, verdund wordt, treden er heel merkwaardige verschijnselen op. Om dat ge makkelijk te doen neemt men een glazen buis die aan beide uiteinden gesloten is en smelt aan ieder uiteinde een metalen staafje door het glas heen. Aan de gedeelten van de staaf jes die buiten het glas uitsteken kunnen de electrische toevoerdraden vastgemaakt wor den. Zoodoende kan er binnen de glazen buis een vonk van de eene draad naar de andere overspringen. Aan de buis bevindt zich nog een zijbuisje dat met een luchtpomp verbon den wordt. Pompt men de buis langzaam leeg dan verandert het uiterlijk van de vonk. De vonk verliest zijn grillige, hoekige vorm, en is ook niet langer scherp begTensd. Er ont staat een smalle roodpaarse lichtband in de buis. Tevens ziet men dat de lichtverschijn selen aan de beide toevoe-draden verschil len zijn. De negatieve pool of kathode, is om geven door een laagje blauw licht. Pompt men de lucht nog verder weg (tot een vijf enzeventigste atmosfeer bijvoorbeeld) dan wordt de lichtband breeder en rooder. Aan de kathode ziet men nu twee laagjes blauw glimlicht. Bij nog sterker uitpompen wordt de lichtband steeds breeder en bleeker. Bo vendien komen er dan afwisselend donkere en lichte gedeelten in voor. Ten slotte verdwijnt de lichte band bijna geheel, en als de buis zoo ledig gepompt is als men maar bereiken kan, gaat er geen ontlading meer door de buis. Ondertusschen is er ook iets bijzonders met het glas gebeurd; dat is zwak groen licht gaan uitzenden. Naarmate de lucht sterker verdund wordt, wordt het licht ster ker. Dit verschijnsel dat de rechtstreeksche ontlading begeleidt, heeft tot één van de merkwaardigste ontdekkingen die er ooit ge daan zijn, aanleiding gegeven. Maar voor we er toe overgaan daar iets van mede te deelen is het noodig nog wat dieper in te gaan op dat groene licht en de manier waarop het ontstaat. Verschillende onderzoekers hebben er hun aandacht aan gewijd. Een daarvan zullen we met name noemen; n.l. Sir Wil liam Crookes. In het jaar 1879 hield hij een voordracht waarin hij de ontladingsverschijnselen in sterk verdunde gassen besprak en ze toelicht te met behulp van talrijke vernuftige instru menten. Hij kwam tot de conclusie dat het glas lichtgevend wordt doordat er iets van de kathode (of negatieve pool) uitgaat, dat op het glas valt. Onder invloed van dat „iets" straalt het glas licht uit (het fluores ceert). De oorzaak van de fluorescentie gaat in rechte lijnen van de kathode uit; vandaar de naam kathodestralen. Dat de kathode- stralen zich in rechte lijnen voortbewegen toonde Crookes aan door binnen in de buis een aluminium kruis te plaatsen. Dat houA. de kathodestralen tegen. Het gedeelte van het glas dat achter het kruis ligt, ontvangt geen kathodestralen meer en men ziet de schaduw van het kruis zich afteekenen op het groen lichtende glas. Glas is niet de eenige stof die onder invloed van de katho destralen fluoresceert. Andere stoffen doen het ook. Bovendien is de kleur van het fluo rescentie-licht voor verschillende stoffen verschillend, zoodat men daarmee bijvoor beeld echte diamant van valsche kan onder scheiden. Een ander voorbeeld is platina- bariumcyanure. Deze bleekgroen fluorescee- rende stof wordt dikwijls in een dunne laag op een scherm aangebracht, om daarmee de loop van de kathodestralen te kunnen vol gen. Voorloopig is het echter al voldoende het fluoresceeren van de glazen buis zelf te gebruiken om allerlei eigenschappen van de kathodestralen op te sporen. De eerste eigen schap was dat de kathodestralen zich in rechte lijnen van de kathode af bewegen. Daarbij verlaten ze de kathode loodrecht op haar oppervlak. Dit kan men laten zien door als kathode een schijfje aluminium te ge bruiken. Is het schijfje vlak, dan vormen de kathodestralen een nagenoeg evenwijdige bundel. Is het schijfje hol, dan loopen de stralen naar elkaar toe. Ze komen bijeen in een heel klein gebied, het brandpunt van de bundel. Als men het toestelletje zulke afme tingen geeft dat dat brandpunt juist op de wand van de buis valt. dan ontstaat daar een kleine, sterk stralende groene vlek. De rest van het glas blijft nagenoeg donker. Bo vendien wordt het glas op die plek zoo heet dat het er zelfs door zou kunnen smelten. Daaruit volgt dat de kathodestralen heel wat arbeidsvermogen bezitten. Wanneer de stralen tegen een voorwerpje aan botsen oefenen ze daar een kracht op uit. Om dit overtuigend te laten zien plaatste Crookes een klein molentje in de ontladings buis. Zoodra de kathodestralen op de wie ken vallen gaat het snel draaien. Keert men de richting van de stroom om, dan keert ook de bewegingsrichting van het molentje om. De tweede belangrijke eigenschap van de kathodestralen neemt men waar met behulp van een magneet. Als men vlak bij het bo vengenoemde aluminium kruis een magneet houdt, ziet men dat de schaduw van het kruis zich op het glas verplaatst. Houdt men een staaf magneet zoo dat de krachtlijnen ongeveer in de richting van de kathodestralen loopen, dan ziet men het kruis draaien. Staat de staafmagneet lood recht op de kathodestralen dan schuift het kruis zijwaarts. Om precies aan te geven hoe het kruis zich verplaatst denke men eens dat men met de kathodestralen meeloopt, Wijzen de magne-1 tische krachtlijnen (die van de Noordpool uitgaan) van het hoofd naar de voeten van den waarnemer, dan wijken de kathodestra len naar rechts af. De kathodestralen gedragen zich in dit op zicht als een geleidingsdraad waardoor een electrische stroom gaat. Die verplaatst zich ook onder invloed van een magneet. Uit de richting waarin de kathodestralen zich ver plaatsen moet men besluiten dat de kathode stralen negatief geladen zijn. Zoo komt men ten slotte tot het besluit dat de kathodestra len bestaan uit een stroom van negatief gela den deeltjes. Dit zijn de deeltjes die men te genwoordig electronen noemt. Boven is al opgemerkt dat het onderzoek van de kathodestralen aanleiding heeft ge geven tot een van de merkwaardigste ont dekkingen, en wel van de Röntgenstralen of X-stralen- In 1895 publiceerde Röntgen zijn ontdekking: „Laat men door een vacuumbuls volgens Hittorf, of een voldoende uitgepompte buis van Lenard of Crookes de ontlading van een groote Ruhmkorff gaan, en bedekt men do buis met een tamelijk nauwsluitend omhul sel van dun, zwart karton, dan ziet men ia de volkomen donkere kamer een ln de buurt van het toestel gebracht, met platlnaba- riumcyanure bestreken, papieren scherm bij iedere ontlading licht geven, fluoresceeren; onverschillig of de bestreken kant of de an dere kant van het scherm naar het toestel gekeerd is. De fluorescentie is nog op twee Meter afstand van het apparaat merkoaar. Men overtuigt zich gemakkelijk dat de oor zaak van de fluorescentie uitgaat van het ontladingstoestel en niet van een andere plaats in de leiding." Op dezelfde preciese manier gaat Röntgen voort de door hem ontdekte eigenschappen van deze stralen, die hij X-stralen noemt, mede te deelen. Hij vindt dat de stralen door verschillende stoffen ln verschillende mate tegengehouden worden, al naar hun dicht heid. Dit heeft merkwaardige gevolgen, die Röntgen in zijn publicatie eenige pagina's verder beschrijft: „Het recht om de naam „stralen" te gebrui ken voor de van de wand van het ontla dingstoestel uitgaande werking, ontleen ik ten deele aan de zeer regelmatige schaduw vorming die zich vertoont wanneer men tus schen het toestel en het fluorescccrendo scherm (of de fotografische plaat) meer of minder doorschijnende voorwerpen brengt. Vele van dergelijke schaduwbeelden, die een groote bekoring bieden, heb ik waarge nomen en ten deele ook fotografisch opgeno men. Zoo bezit ik bijvoorbeeld fotografieën van de schaduw van het profiel van een deur welke de kamers scheldt waarin ln de eene het ontladlngstoestcl stond en ln de andere de fotografische plaat: van de schaduwen van de beenderen van de hand De laatst genoemde eigenschap, een scha duw van de beenderen in het levende lichaam te kunnen geven, heeft van alle eigenschappen der Röntgenstralen den sterksten indruk gemaakt. Röntgen zelf heeft zich daarmee niet verder ingelaten. Met groote scherpzinnigheid en nauwgezet heid heeft hij de natuurkundige eigenschap pen der stalen verder opgespoord- Anderen hebben zich geworpen op de mogelijkheid om het inwendige levende lichaam uit die scha duwbeelden te leeren kennen. Voor de chlru- gie van beenbreuken openden zich ongekende moge lij kli eden. Immers nu kon men zonder al te veel ongemak voor den patiënt een gron dig onderzoek instellen voor men tot opera tief ingrijpen overging. Gelukkig heeft men de methode niet tot de beenderen hoeven te beperken. Er zijn ook middelen bedacht om de weeke lichaamsdeelen, die veel zwakkere schaduwbeelden geven, goed zichtbaar te maken op de Röntgenfoto's. Ook voor het zuiver natuurkundig onder zoek bleken de Röntgenstralen een machtig hulpmiddel te zijn. Ze maakten het mogelijk de ingewikkelde bouw der kristallen te ana lyseeren. Zondag aanstaande is Teyler's Museum van één tot drie geopend. Dan hoopt onder- geteekende eenige der beschreven verschijn selen te laten zien. V. Natuurkundig Laboratorium van Teyler's Stichting. Dr. N. W. DOORN. Bezoeker achter het tooneel)„Wat doen die kerels daar in 's hemelsnaam?" Regisseur van de revue: „O, die laten de fee op het tooneel zakken". (London Opinion)*

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 15