"mi BIJ DE GEBREKKIGEN. BERBER UIT DE OMSTREKEN EMSER-PASTILLES HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 1 FEBRUARI 1930 TWEEDE BLAD Het onderzoek naar de onvolwaardige arbeiders te Haarlem ONZE REDACTEUR VERGE ZELT DE ENQUETEURS. Door een fout ter zetterij, het verkeerd plaatsen van eenige regels, is een stukje van 1 het eerste artikel onduidelijk geworden. Wij herplaatsen dit daarom: Let op de kinderen! In een slop waar minstens een dozijn krot ten staan die gesloopt moeten worden De man is schilder, maar de werkverdeellng in dat vak is nog zoo slecht, dat het grootsie deel der schilders 's winters zonder werk loopt. De vrouw zegt: „mijn man is stempelen", dat wilde dus zeggen: „hij is zonder werk en is nu naar de controle". Maar wij kwamen hier niet voor den man. j Onze belangstelling ging uit naar een meisje I van 5 jaar, dat in een kinderstoel zat. Hoe gaat het met de kleine? vroeg de dok ter. De moeder zuchtte: Nog slecht. De beentjes willen maar niet, van staan is nog geen sprake en van loopen heelemaal niet De moeder wees op een zusje van 2 jaar, J dat vroolijk de kamer rondhuppelde. „Met I haar gaat het gelukkig beter!" De dokter: Ja, maar er is toch wel iets aan uw kind te doen. Het is heel goed mogelijk dat een kleine operatie tot resultaat heeft, dat het meisje gaat loopen. In het moederoog kwam een blijde glans. „O, als dat eens mogelijk was!" De dokter troostend: nu ik kom nog wel eens! Later vertelde de dokter mij: Het is zoo noodig, dat er aandacht gewijd wordt aan het opgroeiende geslacht. De medische weten schap is in de laatste jaren zooveel vooruit gegaan, dat vele gebreken verholpen kunnen worden, mits tijdig ingegrepen wordt. Neem nu dit meisje, als zij niet geopereerd wordt, zal er van leeren loopen niet veel komen. Dan blijft het een stumper, in het donkere krot, dat „woning" genoemd wordt. V,an onderwijs zou dan naturulijk ook niet veel komen, in het gunstigste geval wat huisonderwijs, maar dat zal voor dat kind wel niet voldoende Z'Door den chirurg in het ziekenhuis is hier een menschenleven voor de toekomst te red den! Tot zoover de herplaatsing. Ik kan er nu nog aan toevoegen, dat het kind reeds in het ziekenhuis opgenomen is. Klompvoeten zijn niet meer noodig! Onze dokter gaf mij college: Het is absoluut niet meer noodig, dat er menschen met klompvoeten rondloopen. De wetenschap is nu zóó ver, dat met absolute zekerheid te zeggen is. dat die gebrekkige voeten door een operatief ingrijpen in nor male voeten te veranderen zijn. Indien de ouders komen als de kinderen nog klein zijn, dan kan de behandeling zoo geschieden, dat de voeten normaal zijn als de kleinen op den leeftijd komen dat zij moeten gaan loopen. In de laatste jaren zijn er zoo tientallen gevallen met volledig succes in de Haarlemsche ziekenhuizen behandeld. Wij hebben hier onze mooie, goed-lngerxchte ziekenhuizen, beschikken over doktoren, zoo dat het een aanklacht is tegen de samenleving als zulke kinderen misvormd het leven in gestuurd worden. De kosten zijn nooit hst overwegend bezwaar. Menschen die niet be talen kunnen worden immers kosteloos in onze ziekenhuizen behandeld. Geen operateur zal weigeren om een mismaakt kind te hel pen ook al kunnen zijn ouders slechts weinig of niets betalen. Een groot deel van de Haar lemmers is bovendien voor ziekenhuisverple- ging bij de gemeente verzekerd. Het is meestal onbekendheid met de moge lijkheid van herstel, of en dat is sterk af te keuren! onverschilligheid der ouders. Nazorg voor gebrekkigen. BIJ de tochten door de stad bleek, dat er nog verschillende menschen ook kinderen met klompvoeten rondloopen. Waarom laten die ouders hun kinderen dien last door het leven sleepen? De moeilijkheid is, dat in ons land de ouders niet verplicht kunnen worden hun kinderen te laten behandelen. Alleen met overreding kan iets bereikt worden. Het klinkt vreemd, maar het is een feit. dat de doktoren soms tegenwerking van ouders ondervinden. Een s erk staaltje bleek ons bij een kindje met een verlamd beentje. De dokter had voor dit meisje een beugel laten maken. Nu moest ae moeder het kind leeren om met dien beugel te xc^en. Een geduldwerkje, maar wie heef dat niet over voor zoo'n arm mismaakt kindje. Wie.deze moeder blijkbaar niet! Toen wij onverwachts binnen stapten, kroop het kind op handen en voeten de kamer rond, de beugel stond in de kast. Moeder waarom leer Je het meisje nu niet met dien beugel loopen? Er kwamen 1001 zoogenaamd excuus- Vrienden van onzen dokter weten dat hij in zoo'n geval gewoon is te zeggen .De Apostel Paulus zegt in de veelheid der woorden ligt de zelfbeschuldiging". Ook nu bracht hij daar mee die moeder tot beschamend zwijgen. Het slot was. dat zij beloofde weer te zullen gaan oefenen. Eiken Zaterdag zou zij met het kind naar de kliniek komen. Laten wij hopen, dat zij nu woord houdt! Het arme kind heeft het zoo noodig. Nu ontvangt zij. omdat het voor haar niet moge lijk is om naar school te loopen. van de Ver een.ging voor huisonderwijs les aan huis. Maar als het meisje goed oefent kan zij bin nenkort zelf naar school loopen. De heer Schuyt merkte op: Er ls nazorg voor zwakzinnigen, maar dit geval illustreer., dat het noodig is. dat er ook geregeld toe zicht gehouden wordt op de onvolwaardige arbeiders en vooral op de kinderen die dreigen onvolwaardige arbeiders te worden. Als wij er nu niet toevallig achtergekomen waren, zou die moeder dat kind voor het verder leven verknoeien. Nu is het, zooals de dokter constateerde, nog mogelijk dat het kind leert loopen, maar als die kans onbenut blijft, is het kind voor altijd Invalide. Kheumatiek-lijders. Helaas niet alle onvolwaardige arbeiders zijn door hulp van medici of nazorg te hel pen. Er is bijvoorbeeld weinig te doen voor de rheumatieklij ders. Rheumatlek is een vreeselijke ziekte, vooral omdat de wetenschap tegenover de ernstige gevallen vrijwel machteloos staat. Wij vonden een vrouw van 58 jaar, die al 20 Jaar op het ziekbed ligt. Al haar gewrich ten zijn in den loop der jaren verstijfd, zoo dat zij zich nu niet meer bewegen kan, zon der het uit te schreeuwen van pijn. Als een hulpeloos kind moet zij met alles gehol pen worden. Alleen haar spraak- en denk vermogen zijn onaangetast. Dat is soms juist een van de zwaarste kanten van het lijden om eigen hulpeloosheid zoo goed te beseffen.. Wat een berusting is er voor zoo'n lijderes noodig! Toen kwamen wij bij een vrouwtje van 29 jaar, ook al voor een deel krom van de rheu- matiek. Op een stoel bij de kachel zat zij, ook al doet elke beweging haar pijn, aard appelen te schillen. Zoo zittend kan zij nog iets voor haar jong huishoudentje doen Op de vraag van den dokter hoe het ging zuchtte het menschje: Aldoor achteruit, steeds word ik stijver, mijn beenen, mijn handenWordt het nu op den duur nóg erger dokter? De eenige troost die de dokter geven kan was: Het gaat soms zoo eigenaardig met rheumatiek, in veel gevallen gaat de verstij ving der ledematen door, maar in enkele ge vallen wil je wel eens zien, dat het proces plotseling tot staan komtMisschien, misschien, geef de moed nog maar niet opje bent nu in een droger huis komen wonen, wie weet of dat geen goeden invloed op je heeftAls het niet beteren wil, zal je beugels voor de beenen moeten hebben, want als die zoo stijf worden, dat je die niet meer buigen kan, wordt het te lastig Het vrouwtje: ik kan nu nog staan, zoo aan tafel steunend, maar loopen gaat niet meer Buiten gekomen verklaarde de idokter: Die vervloekte rheumatiek, dat is een geesel onzer maatschappij. Ik ken een dokter in onze omgeving rV#e er ook aan lijdt. De man stijft geheel en al. Hij is de wereld al door getrokken, om overal waar slechts een schijn van kans was, genezing te zoeken. Het heeft niet mogen batenHet genees middel is nog niet gevonden. Onze tempera tuur is ook wel ongunstig voor menschen die rheumatisch aangelegd zijn. In het Zuiden heb je nog wel, dat lijders aan die ziekte ge nezen, maar bij ons niet. In het gunstigste geval komt er een stilstand in het proces. Natuurlijk hebben ongunstige woningtoe standen een slechte uitwerking op rheuma- tiek-lijders. Het is vooral noodig, dat zij in droge, frissche huizen verpleegd worden. Niets is zoo funest voor een rheumatieklij - der dan een donkere, vochtige woning Voor de rheumatieklijders onder de on volwaardige arbeiders is, tenzij dat de we tenschap nieuwe vondsten doet, dus niet veel te doen. Been- en gewrichtstuberculose. De Haarlemsche vereeniging ter bestrijding van de tuberculose verricht ongetwijfeld uit stekend werk. Maar zij beperkt zich tot long aandoeningen. Er zijn evenwel óók andere vormen van t. b. c., namelijk die waarbij beenderen en gewrichten worden aan getast, speciaal het ruggemerg, de heup en de knie. De uitwerking is niet minder ont zettend dan bij longtuberculose. De lijders worden, als de sleepende kwaal wat inge vreten is, op het ziekbed geworpen om slechts enkele gelukkige uitzonderingen daar gelaten na jaren pas op te staan. Allertreurigste gevallen hebben wij op onze tochten gevonden. Volwassenen, ook zelfs kinderen, die al jaren bedlegerig waren. Mannen die klaagden, dat zij nu niet meer in staat waren om voor hun gezin het brood te verdienen, vrouwen die jammerklachten aan hieven, dat rij op bed lijdelijk moesten toe zien dat het huishouden naar zij meenden in de war liep. Het eenige wat de stakkers kun nen doen. is aan de hulp, soms een „dienst meisje" dat pas van school is, wat raad te geven. Maar dan ligt op het gelaat de onuit gesproken wensch: „ik wou dat ik het zelf nog maar kon doen De blik van de lijderes, die al jaren ln het ledikant in de huiskamer ligt, om vandaar, sooals zij zei, het huishouden nog te besturen, zal ik niet gauw vergeten. Ik zou zoo zucht te zij zoo graag weer zelf mijn huishouden tje doen, ik moet nu alles aan vreemden over laten, die doen zooals zij willen.... Mijn metgezel de dokter zei: Het Is zoo Jammer, dat er geen afdoende maatregelen genomen worden om de been en gewrichts tuberculose te bestrijden. Genezing toch is best mogelijk. De lijders moeten daartoe in een sanatorium aan zee verpleegd worden. Laten wij toch profiteeren van de gunstige gelegenheid, dat wij die weldadige zee zoo dicht bij hebben. Bij de(n) een zal de verple ging langer duren dan bij de(n) ander, maar voor allen bestaat een zeer groot percentage kans op herstel. Tot zoover deze deskundige. De stichting Kennemerland voor gebrek kigen moest in staat gesteld worden om in Zandvoort een sanatorium te openen. In het bestuur dezer stichting hebben zitting: Dr. L. C. Kersbergen. Dr. W. Mol, A. W. Michels en E. P. Schuyt, terwijl het binnenkort be langrijk uitgebreid zal worden. Er is ongetwijfeld wel een groote villa voor dat doel geschikt om te koopen. De inrichting behoeft niet zoo kostbaar te zijn. Met een ton doen we ongetwijfeld al heel veel. Een ton.. zoo hoor ik al zeggenja, maar is dat nu zoo vreeselljk. Wat gaat er nu niet heen aan armenzorg, verpleegkosten, geneeskundige hulp, enz. Een gedeelte van de ongeveer 200 lijders aan been- en gewrichtstuberculose in onze stad zou kostwinner voor het gezin moeten zijn. Nu moet het Armbestuur in zeer veel gevallen bijspringen. Het is financieel heel wat voordeeliger voor een lijder eenige honderden guldens aan verpleegkosten ln het sanatorium uit te geven, dan hem jarenlang te ondersteunen. Het is wel met zekerheid te zeggen, dat een groot gedeelte van de lijders die nu aan het bed gekluisterd zijn, weer geschikt zul le» weiden om voor zich zelf en anderen te zorgen. Bovendien moet men niet alleen op het financieele voordeel letten. Er is ook nog veel wat niet in centen of guldens uit te drukken L% Wat een zegen voor het geheele gezin, als vader of moeder, die nu het leven op bed slijt en daardoor een deprimeerenden invloed op zijn omgeving uitoefent, weer ge nezen zou terugkeeren! De exploitatie van het Sanatorium zou zoo kunnen geschieden, dat onze geheele omge ving daarvan zou kunnen profiteeren. Wel ln den eersten tijd, maar op den duur zou Haar lem niet voldoende lijders hebben om alleen zoo'n sanatorium te vullen. Juist daarom zou het zoo goed zijn als de exploitatie uitging van de stichtine Kennemerland voor Licha melijk Gebrekkigen. Maar die zeer jonge stichting zou door de gemeentebesturen in staat gesteld moeten worden om dit sanato rium te openen. Kan van Haarlem ln deze de stoot niet uitgaan'' Er is hier voor de honderden lijders aar deze vreeselijke ziekte een mooi werk te doen. Het zou toch beschamend zijn als aan die lijders niet de reddende hand werd toege stoken! Penningmeester van deze stichting Is Dr. W. Mol, Kinderhuisvest 17 Haarlem. Ook kunnen gelden met vermelding van het doel gestort worden od Postrekening: 144493 Ver- bondscommissie Nazorg te Haarlem. In een slotartikel volgen nog eenige bij zonderheden over de enquete. C. J. VAN T. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct*. oer repel» Ook Uw Radio^ Als U tevreden Is over de plano i die wij U leverden, waarom I dan ook niet L'w radiotoestel I van ons betrokken? Wij weten welke eischen de muziekkenner aan de overbrenging stelt. BEURSPASSA-jE - AMSTERDAM Rotterdam - Arnhem - Breda - Lelden BLOEMENDAAL. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Terug te bekomen bij: G. Zwarteveen, Lage Duin en Daalsche- weg 15, Bloemendaal, drie tochtlatjes; N. Z. T. Tempeliersstraat Haarlem, een bruine glacé heerenhandschoen; B. van Kam pen, Emauslaan 6, Haarlem, een autoplaid; van Oordt, Bloemendaalschestraatweg 74, Santpoort, een paar kinderhandschoenen: Windy, Platanenlaan 87, Bloemendaal, een zandschopje; C. J. Staphorst, Zoutman straat 6, Haarlem, een Iersche setter; S. Roozen, Middentuindorplaan, 9, Overveen, een rozenkrans; H. A. de Ruiter, Juliana- laan 94, Overveen, een vulpenhouder; H. Zwiersen, Rollandspad 17, Haarlem, een ewart koralen rozenkrans in etui; v. d. Broek Rijperweg 16 Bloemendaal, een blauw grijs kinderhandschoentje; Witkop, Bloemendaai- sche weg 269, Overveen, twee reservewielen met banden, opgeborgen in de garage van Backhuis aan den Zeeweg; aan het bureau van politie te Overveen, een bruine hand schoen, een blauwe gonjezak en een beenen ring. VELSEN. AANNEMERS EN OPENBARE WERKEN. Het door.de „Vereeniging tot Behartiging van Bouwbèlangen in de Gemeente Velsen" cot den Raad gericht adres inzake het bedrijf Openbare Werken, was vergezeld van een uit voerige memorie van toelichting. In deze memorie wil adressante verschillende tekort komingen van het bedrijf aantoonen. Gewe zen wordt er op, dat aan het bedrijf ln ver band met den snellen groei der gemeente, hooge eischen worden gesteld. Adressante wil ook trachten aan te toonen, dat de tegen woordige directeur van Openbare Werken te Velsen daarin tekort schiet, door na te gaan hetgeen vooraf ging vooraleer hij zijn tegen woordige functie kwam vervullen en hoe hij zich tot heden van die taak gekweten heeft. „Het zou ten slotte eentonig worden", al dus besluit het rapport, „indien al het voor handen zijnde feitenmateriaal in deze me morie zou worden verwerkt, er kan nu worden volstaan met de vermelding, dat verschillende personen van gezag zich bereid hebben ver klaard hun bezwaren tegen den heer Brader voor een officieele commissie te willen open baren. Verder behoeft hier niet te worden stil gestaan bij al hetgeen te dezer zake door de oers ls gepubliceerd. Adressanten vermeenen niettemin in deze memorie wel zoodanige feiten te hebben behandeld, dat het den Raad niet moeilijk zal vallen temeer daar dit feiten materiaal voor het grootste gedeelte is ont leend aan officieele stukken, de juistheid er van te kunnen toetsen. Zij vertrouwen er mits dien op, dat door den Raad zal worden be sloten, den dienst van Openbare Werken zoo danig te reorganiseeren, dat hij in overeen stemming wordt gebracht met de eischen, die een zich snel uitbreidende gemeente nu een maal stelt. Moge de directie wellicht voldoen de zijn voor een plattelandsche gemeente, de gemeente Velsen stelt nu eenmaal andere en hoogere eischen, het niet voldoen daaraan moet zich wreken ten koste van de meest primaire gemeentebelangen. In verband met de in de memorie genoem de feiten hadden wij een onderhoud met den heer Brader. Deze deelde ons mede, voor nemens te zijn binnenkort de memorie te be antwoorden. Categorisch ontkende de neer Brader alle fouten, die door hem in Veen- dam, zijn vorige standplaats, zoowel als in Velsen zouden zijn gemaakt- SPAARNDAM JUBILEUM. Op 15 Februari hoopt de heer J. van Geem, werfbaas bij de firma Gebr. Visser te Spaarn- dam, zijn 40-jarig jubileum aldaar te vieren. De heer Van Geem, die zich in de sympa thie van het personeel mag verheugen, heeft zich door zelf-onderricht van scheepstim merman tot ijzerwerker opgewerkt. DE EERE-PROMOTIE VAN PRINSES JULIANA. EEN DINER IN HET PALEIS IN DEN HAAG. In aansluiting op hetgeen wij gisteren reeds mededeelden over de plechtige eerepro motie van Prinses Juliana kunnen wij nog het volgende melden. In zijn rede zeide prof. Huizinga, de promo tor, verder: Gij hebt de gelegenheid tot wetenschappe lijke vorming, die U open stond, zoo gebruikt, dat het bereikte zijn waarde niet zal verlie zen. U was geen vast program van studie voorgeschreven. Na eenlg tasten heeft Uwe belangstelling de richting gekozen, waarin aard en aanleg haar trokken, De plicht om U te bekwamen in die kundigheden, welke voor de Prinses der Nederlanden op Haren weg liggen, is niet verzuimd. Aan het leggen van een stevigen grondslag van staatsrecht en volkenrecht is een groot aantal Uwer col lege-uren gewijd geweest, voorzeker niet uit plichtsbesef alleen! Van de Nederland- sche beschaving was het vooral de kennis onzer letterkunde, die U begeerlijk scheen. Gij hebt haar kunnen vernemen van den man, bij wlen ln den hoogleeraar de echt Ne- derlandsche dichter niet is schuilgegaan Van Nederlandsche onderwerpen had daarnaast het Zuiderzeewerk in wording Uwe belang stelling, het oude Vaderlandsche recht, het adatrecht van Nederlandsch-Indlë. Gij hebt niet verzuimd, het woord te hooren van den oud-hoogleeraar, in wiens naam Leiden's oude roem als middelpunt van Oostersche studiën zoo schitterend als ooit is begrepen. Van de academische vrijheid hebt Gij bij de keuze van velerlei stof een ruim gebruik gemaakt. Zeer diep liggende en algemeene vragen hebben U beziggehouden, als de be ginselen der godsdienstgeschiedenis. Van verre en vreemde dingen hebt Gij willen ken nisnemen; van Chineesche toestanden, van Russische zoo goed als van Fransche letter kunde, van Oud-Germaansche mythologie, van verschillende tijdperken en onderwerpen uit de geschiedenis. Oogenschijnlijk wellicht een al te bonte keuze, maar die toch eeniger- mate werd bepaald en bijeengehouden door den eigen aard van uw levenden drang tot kennis. Een programma niet van vakweten schap, maar van wetenschappelijke ontwik keling, gericht op het begrijpen van bescha vingsverschijnselen. Ook in dit opzicht zou men in uwe studie aan deze universiteit een teeken willen zien van iets van meer dan persoonlijke strek king en beteekenis. Vergun ons, deze promo tie ook te zien in het licht van een bevesti ging en bekroning van een tijdperk, dat wij sinds een menschenleeftijd zijn ingegaan, de dertig jaren, die Gij Juist, met Uwe studie gen ooten hebt gevierd het tijdperk van de volledige intrede der Vrouw aan de Univer siteit. Het verschijnsel bepaalt zich niet tot Nederland, het vervult de wereld, en legt reeds daarmee het zwijgen op aan hen, die aan zijn heilzaamheid twijfelen. Het Is onze beschaving zelf, die hierin zich nieuwe ba nen breekt. De stemmen rijn zoo goed als verstomd, die vroegen, of het nuttig, of het noodig was. dat ook de Vrouw zou studee- ren. ZU wilde het, aldus moest het. Doch in haar onweerstaanbaren drang naar de Uni versiteit heeft de Vrouw tevens van deze de richting en de reden van bestaan omgebo gen Het is niet de vraag, of alle vrouwen, die ter studie gaan, ook afstudeeren, noch of zij even goede vaklieden zullen zijn als de mannen, maar of de Universiteit haar bieden kan, wat zij begeeren en behoeven: een hoo gere, wetenschappelijke ontwikkeling, die kan bijdragen, om door haar draagsters de maat schappij te behoeden voor de vervlakking en vergroving, die haar bedreigen. In dien zin van een kweek nlaats te vormen van hoogere wetenschappelijke cultuur, reeds lang een functie der Universiteit in de Engelsch spre kende landen, riet ook de Nederlandsche zich een taak voorgeschreven en een recht van bestaan te meer verzekerd. Koninklijke Hoogheid, lid der Vereeniging van Vrouwelijke Studenten te Leiden, Gij zult het billijken, dat dez eafscheidsgroet aan U, onze meest doorluchte vrouwelijke leer ling. ook in dezen toon heeft willen klinken. Nog slechts één woord, eer GU uit de hand van den rector het teeken Uwer nieuwe waar digheid aanvaardt. Het is een doctoraat in de Letteren en Wijsbegeerte, dat de Senaat U heeft verleend. De faculteit, op wier gebied Uwe belangstelling zich in hoofdzaak heeft gericht, is er trotsch op, dat rij het mag zijn, die in de lijst van haar Doctores den naam van de Prinses der Nederlanden opneemt. Aanvaard dan haar gelukwensch, bewaar haar Uw hooge genegenheid. Wat Lelden U heeft mogen bieden aan kennis en aan le vensvreugde. dat het blljve bloeien en gedijen ln Uw hoofd en in Uw hart. tot heil van U zelve, tot vreugde van die om U rijn, tot ster king van ons Land, tot eer en tot blijdschap van deze Uwe Alma Mater Lugduno-Batava! Nadat hierop de rechtor aan Hare Ko ninklijke Hoogheid het doctor-diploma over handigd had, sprak de Prinses en woord van dank tot den Senaat. Daarna nam wederom de rector het woord en zeide: Ik kwijt mij van een aangenamen plicht. Zeer geleerde Vrouwe, door U ook namens den Senaat der Universiteit met de verwor ven waardigheid gelijk te wenschen. Koninklijke Hoogheid! Evenals de Jonge doctor bij een eere-promotie het recht heeft de gebruikmaking waarvan door den Se naat hoogelijk pleegt te worden gewaardeerd om na de toespraak van den promotor zelf het woord te voeren, zoo heeft ook de rector het recht aan de officieele woorden, die tot eiken jongen doctor worden gericht, nog eeni ge andere toe te voegen. In de eerste plaats zij dit thans de eerbie dige gelukwensch namens den Senaat aan Uwe Koninklijke ouders en grootmoeder, voor wie deze dag ln niet mindere mate een be kroning is van daden en verwachtingen, dan voor U zelf. En daarnaast een betuiging van eerbiedi gen dank voor de schoone en vriendelijke woorden, die Gij tot den Senaat hebt willen ri eten, daarmede toonendc. hoezeer GIJ den band, die U en de Universiteit verbindt, voelt als een hechten band. Uwe Koninklijke Hoog heid moge overtuigd zijn, dat de Senaat zij nerzijds den levensgang van de Eere-doctor van heden met zeer bijzondere gevoelens van verknochtheid zal blijven gadeslaan, den wensch koesterend, dat, zoo zonnig als Haar welbestede studietijd was, ook Haar verdere leven zijn moge. En hiermede verklaar ik deze plechtigheid geëindigd. Na de plechtigheid. Na de sluiting van de plechtigheid verlieten de Prinses en haar paranymphen de Senaats kamer, voorafgegaan door den pedcllus ma jor. In de gang werd aan Prinses Juliana een bouquet aangeboden door Hcnrlette van Eyslnga. Toen begaven de Prinses en haar paranymphen zich naar het Klein Audito rium, waar de jonge doctor verwelkomd werd door de dames Van Eyslnga, Vogel en Krom en door een aantal vrouwelijke studenten, onder wie de leden van de jaarclub en van het. dispuutgezelschap der Prinses. Weldra kwamen ook de Koningin en de Koningin-Moeder en de Prins naar het Klein Auditorium. Nadat eerst de vorstelijke perso nen en daarna allen, die de plechtigheid in de Senaatskamer hadden bijgewoond, de P-inses hadden gelukg-wenscht. werd de thee gebruikt. De Senaat trad daarbij als gastheer op. De vorstelijke personen onderhielden zich met verscheidene der aanwezigen. Na het vertrek van Hare Majesteiten en Z.K.H. den Prins begaf de Prinses rich met haar paranymohen per rijtuig naar het club gebouw der V.VBi. Het promotie-d'ner In Den Haag. Vrijdagavond om half acht werd ter ge legenheid van de eere-promotie van prinses Juliana ten paleize te Den Haag een maaltijd, gehouden, waarbij met de koninklijke fami lie aanzaten enkele curatoren en hoogleera ren der Leldsche universiteit, vertegenwoor digers van de vrouwelijke studenten te Lei den en van andere studentencorporaties, alsmede de intieme studievriendinnen van de prinses. Naar het Hbld. verneemt, droeg deze maal tijd volkomen het karakter van een gewoon promotiediner. Zooals gebruikelijk fungeerde een der paranymphen van de prinses als ta felpresidente, terwijl tot de taak van de an dere paranymph behoorde de Koningin en den Prins geluk te wenschen met het be halen van den doctorsgraad door hun doch ter. Ook de gebruikelijke promotie-taart van nougat prijkte hier als tafelstuk. Deze pro- motie-taart is het product van den in de Leidsche studentenkringen zeer bekenden banketbakker G. Hulst en bracht in beeld de woning van de prinses in Katwijk a. Zee met omgeving: de zee. het strand, het duin, de boulevard, de Katwljksche visschers en vls- schersvrouwen en de villa ,,'t Waerle". INCEZONDEN MEDEDEELINGEN f>0 Cu per regel. Het afdoende middel tegen hoest en verkoudheid en alle aandoeningender slijmvliezen. Prlj» por alumlnlumkokertjo SO oont.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 5