HAARLEM'S DAGBLAD WOENSDAG 5 FEBRUARI 1930 EEN ABNORMALE JANUARI-MAAND IN DE VOLKENBONDSSTAD. Een maand met veel conferenties en geen sneeuwstormen en „bise". De half mislukte steenkolenconferentie. De zit ting der opiumcommissie. Afrika en Azië klagen Europa aanDe „Commissie van Dertien" voor de reorganisatie van het Volkenbondssecretariaat. Het nieuwe geschil tusschen Bolivia en Paraguay. Genève, 1 Febr. 1930. Januari is dit jaar in de Volkenbondsstad geheel anders verloopen dan andere jaren. Meestal ls het ln Januari te Genève niet te harden van de koude. Niet, dat de tempera tuur zoo buitengewoon laag pleegt te zijn, doch de „bise", een bijtende Noordenwind, die ■wanneer hij eenmaal te Genève ls aangeko men, er naar gelang van zijn stemming steeds drie, zes of negen dagen blijft, heeft in de maand Januari ln den regel een voorkeur voor veelvuldige en langdurige bezoeken. En wanneer het dan gelijktijdig sneeuwt, wat in Januari in de Volkenbondsstad ook niet zeldzaam is, dan is het werkelijk heel wat aangenamer onder een 5 graden lagere temperatuur ln het windstille Bern te ver toeven dan in een sneeuwjacht langs den in de andere Jaargetijden zoo lieflijken Quai Wilson naar het Volkenbondssecretariaat te wandelen Dit jaar was er echter nóch bise, nóch sneeuw. Het was een abnormaal zachte maand, waarbij men alleen over de afwe zigheid van de zon te klagen had, die welis waar op den Salève boven Genève in vollen glans te genieten was, doch door een „zee van mist", zooals men hier zegt, Genève niet bereiken kon. De abnormale mildheid van het weder was des te welkomer, omdat ook wat den Volkenbond betreft, de maand Januari even abnormaal was als uit meteo rologisch oogpunt. Terwijl meestal in Ja nuari alleen de opiumcommissie zich opoffert om, weer en wind trotseerend. in de tweede helft der maand haar jaarlijksche zitting aan te vangen, hadden wij thans van 6 Ja nuari af, voortdurend bijeenkomsten vanVol- kenbondsorganenVolkenbondsraad, econo misch comité, financieel comité, landbouw deskundigen, voorbereidende steenkolen- conferentie, commissie voor de reorganisa tie van het volkenbondssecretariaat, opium commissie, zij allen kwamen in Januari al hier bijeen en verheugden zich over het ge lukkig samentreffen van twee abnormale verschijningen ln Januari: aangenaam we der en drukke arbeid. De voorbereidende steenkolenconferentie, die na de door mij reeds behandelde 58ste zitting van den Volkenbondsraad wel de be langrijkste Januari-bijeenkomst te Genève geweest is, is zooals de telegrammen reeds lang geleden vermeld hebben, met een halve mislukking geëindigd. De conferentie heeft weliswaar verklaard dat de tijd aangekomen Ls voor een internationale regeling van den arbeidstijd in de mijnen, doch het bleek on mogelijk ook zelfs maar een meerderheid van één stem te verkrijgen voor één van de vele voorstellen betreflende den duur van den arbeidstijd. Deze onmogelijkheid, om een .ge overeenstemming omtrent den duur van den arbeidstijd te verkrijgen, stond zoodanig ln tegenstelling tot de eerst uitge sproken verklaring, dat deze kwestie rijp is voor een internationale regeling, dat het waarlijk niet te verwonderen was, dat de Belgische rcgeeringsgedelegeerde aan het slot der conferentie, toen ook de laatste be middelingsvoorstellen, om tot de een of an dere aanbaveLing inzake den arbeidsduur te lcomcn, wederom verworpen waren, de vraag stelde, of de conferentie nu ook het bevesti gend advies over de wenschelijkheid van een behandeling der kwestie reeds op de inter nationale arbeldsconferentie van Juni aan slaande wel kon handhaven. De vraag van den Belgischen vertegen woordiger bracht een oogenblik verwarring in de conferentie. Het scheen, alsof Monseig neur Nolens gelijk zou krijgen, die reeds op den eersten dag der conferentie gewaar schuwd had tegen het streven van den Di recteur van het internationale arbeidsbureau Albert Thomas, om deze voorbereidende con ferentie al het werk te laten doen, wat van de internationale arbeidsconferentie in Juni zal worden verwacht, nl. het oplossen van alle twistvragen over den inhoud der te ma ken conventie inzake den arbeidstijd der mijnwerkers. Beid uw tijd! riep mgr. Nolens aan Albert Thomas toe. Laten wij nu eerst beslissen, dat de kwestie internationaal moet geregeld worden! dan kunnen wij in Juni de bijzonderheden der regeling bespreken. De echo, die de vraag van den Belgischen rcgeeringsgedelegeerde in het laatste uur der conferentie verwekte, had bijna tot re sultaat, wat Mgr. Nolens vreesde, dat het gevolg van den al te groofen ijver van Albert Thomas zou kunnen zijn. Doch op het aller laatste oogenblik schrok men toch terug voor een negatief advies, waardoor alle arbeid van 14 dagen vergeefsch zou zijn geweest, en hield men vast aan de wenschelijkheid van een bespreking der kwestie op de arbeids conferentie van Juni, zooals de Volkenbonds vergadering op aandringen van minister Graham gewenscht had. De arbeldsconfe rentie moet nu maar trachten een uitweg te vinden uit de meenlngsverschlllen inzake den arbeidsduur. Waar vier regeeringen jnèt de werkgevers den acht-urigen arbeidsdag voor de mijnwerkers wenschten en vier andere regeeringen mèt de mijnwerkers den arbeids dag van 7 1 2 uur wenschten met desnoods een overgangstijd van 7 3/4 uur per dag, zijn de Inzichten niet zoo van elkander verwij derd, dat een overeenstemming reeds van te voren onmogelijk moet worden geacht! Ook de opiumcommissie van den Volken bond, die voor de derde maal in tien jaren den Nederlandschen gedelegeerde Van Wet- tum tot voorzitter koos, hoeft dit jaar een belangrijke taak. Zij moet een plan ont werpen voor de beperking van de wereldfa- bricage van morfine, heroine, cocaine en an dere gevaarlijke verdoovende middelen tot die hoeveelheid, die noodig is voor de voor ziening in de wereldbehoefte aan deze mid delen voor medische en wetenschappelijke doeleinden. Na een algemeene discussie hierover heeft de commissie een ondercommissie benoemd voor de uitwerking van een plan. In af wachting van de uitkomsten van het werk dier ondercommissie hebben intusschen reeds eenige discussies over de tegenwoordige praktijken plaats gevonden, di* opnieuw leerden, hoe noodzakelijk het is, dat heel wat minder morfine, enz. zal worden voort gebracht dan tot dusverre. Het. waren ditmaal de vertegenwoordigers der niet-Europeesche landen, die tot den aanval overgingen en aantoonden, hoe hun land lijdt onder de overproductie der Euro- peesche morfine-en-cocaine-fabrieken. Ge neraal Russell Pasja, de uit Cairo naar Ge nève gereisde vertegenwoordiger der Egyp tische regeering, en Woo Kal Seng, de nieuwe vertegenwoordiger van China in de opiumcommissie, hadden weinig vriendelijks aan Europa te zeggen. Terwijl de regeerin gen van Engeland en Nederland (de onze eerst sedert een paar jaren na de ontdek kingen van den ongeoorloofden handel der chemische fabriek Naarden met buitenlan ders in China) door een streng toezicht op den uitvoer van de producten hunner fabrie ken geen reden tot klachten gaven en ook Duitschland er ditmaal vrij goed afkwam, hadden de regeeringen van Frankrijk en Zwitserland heel wat harde woorden te slik ken voor hun onvergeeflijke slapheid bij de naleving der Geneefsche opiumconventie van 1925, waardoor het mogelijk is, dat men op iederen hoek van een straat in China zich natuurlijk tegen grof geld! een dosis morfine in de hand kan laten stoppen, en dat in Egypte niet minder dan 500.000 bur gers als verslaafd aqn verdoovende midde len te beschouwen zijn, vooral verslaafd aan heroine, dat misschien van al dat geest en lichaam-sloopende „witte vergift" nog het allerverderfelijkst werkt. Eén troost kregen wij, die onder al die gerechtvaardigde aan klachten van Egypte en China tegen de mis dadige geldmakerij van Europeesche fabrie ken waarlijk weinig reden hadden op ons oude werelddeel trotsch te zijn, nl. dat den volgenden dag de gedelegeerde van Britsch- Indië dergelijke aanklachten tegen Japan uitbracht! Zoodat het kwaad van de vergif tiging der Oostersche volkeren met verdoo vende middelen geen monopolie althans voor Europa is! En nog dezen troost konden wij mede naar huls nemen: dat de openbare be spreking van dergelijke klachten in de oplumcoinmLssie toch niet zonder uitwer king blijft. Geen land wil gaarne leder jaar gebrandmerkt worden als een der ergste verspreiders van dit vergift! Zoo verzekerden de gedelegeerden van Frankrijk en Zwitser land ons thans, dat hun wetgeving nu zoo verbeterd is, dat herhalingen ran de door Egypte en China gewraakte praktijken niet meer mogelijk zijn. En de Japansche gedele geerde gaf ook al de verzekering, dat gedu rende vier jaren de vervaardiging van co caine met 10 pet. jaarlijks zal verminderd wor den, waardoor aan de gevaarlijke overpro ductie, waardoor de cocaine een uitweg in den ongeoorloofden handel vindt, een einde zal worden gemaakt. In de laatste dagen der maand hebben nog twee gebeurtenissen van zich doen spra ken: de bijeenkomst der „commissie van der tien" voor de reorganisatie van het secreta riaat van den Volkenbond en van het inter nationale arbeidsbureau om de veelvuldige telegrammenwisseling tusschen den Volken bond en de regeeringen van Bolivia en Para guay. Over het werk der commissie van 13, die den Pool Sokal tot voorzitter heeft, is nog niets te vermelden. Zij vergadert achter dubbel-gesloten deuren. Den geheelen dag staat zelfs een wachter voor de deur, om lederen buitenstaander te weren. Dit is een maatregel, die vermoedelijk niet tegen de journalisten of het gewone publiek gericht ls, voor wie deze commissie volstrekt niet een bijzondere bekoring heeft. De voorzorgs maatregel schijnt meer genomen met het oog op de hoogere ambtenaren van den Vol kenbond zelf, die gewoonlijk tot vergade ringen, ook achter gesloten deuren, wel toegang hebben, en dus, te goeder of te kwader trouw, wel eens lust zouden kunnen hebben hier binnen te loopen, waar de dis cussies voor een belangrijk deel hun eigen wel en wee betreffen. De commissie heeft echter besloten, dat alleen Sir Eric Drum mond persoonlijk aanwezig zal mogen zijn. De telegrammenwisseling over het nieuwe Chaco-incldent tusschen Paraguay en Boli via heeft hier maar matige belangstelling ge wekt. Heel gevaarlijk scheen de toestand van den aanvang af niet. Het nut van het bestaan van den Volkenbond kwam ook dit maal weder duidelijk aan den dag. Beide landen wisten, dat iedere agressieve daad onmiddellijk door de tegenpartij aan den Volkenbond zou worden getelegrafeerd en door den Bond aan de geheele wereld bekend gemaakt. Deze wetenschap legde beide par tijen een groote voorzichtigheid op, daar geen van beiden als de vredestoorder wilde komen bekend te staan. Zoo ging van de openbaarheidspolltiek van den Volkenbond een groote preventieve werking ten goede uit. Slechts één oogenblik bestond er bij de Volkenbondsjournalisten eenige ongerust heid. Terwijl zij Zaterdagmiddag een verga dering te Montreux hielden, werd uit Genève getelefoneerd, dat de regeering van Para guay een telegram zou opgevangen hebben van den chef van den generalen staf van Bolivia, waarbij hij den commandant der vierde divisie zou bevolen hebben de voorbe reiding van een „algemeen offensief'. Dit klonk nogal bedenkelijk. Gelukkig bleek den volgenden morgen, dat degene, die het tele foongesprek met Genève gevoerd had, ver keerd had verstaan. Geen „offensive", doch alleen nog een „avance" (voorwaarts gaan) moest worden voorbereid, hetgeen heel wat onschuldiger kan zijn! B. DE JONG VAN BEEK EN DONK. BOUWTERREINEN. B. en W. stellen aan den gemeenteraad voor de volgende bouwterreinen te verkoopen: 1363 M2. aan de Dr. Schaepmanstraat aan de N.V. bouw- en aannemersbedrijf „Per- severo", tegen f 11 per M2„ om daarop 11 woonhuizen en een winkelhuis met boven woning te bouwen. 555 M2. aan de Van der Meerstraat aan M. A. Scheffers. tegen f 15 per M2. om daar op 4 woonhuizen te bouwen. Aan J. Bennik 410 M2. aan den Midden weg tegen f 13 per M2. om daarop 4 woon huizen te bouwen. DE MARNIX-SCHOOL IN NOORD-HAARLEM. DE OFFICIEELE INGEBRUIKNEMING. Onder zeer moeilijke omstandigheden werd al gedurende vijf maanden les gegeven in de Marnix-School, de nieuwe Christelijke Lagere School ln de Van Egmondstraat, terwijl er nog druk gebouwd werd. maar nu is Dins dagavond de school, die thans geheel gereed te. officieel in gebruik genomen in tegen woordigheid van een buitengewoon groot aantal belangstellenden, onder wie waren ae wethouder van Onderwijs, de heer W. Roo- denburg. de Inspecteur van het L. O. de heer G. H. Weustink, de heer P. Kalbfleisch, chef der afdeeling Onderwijs ten Stadhuize en de heer L. C. Dumont, de onlangs afgetreden Directeur van Openbare Werken. Nadat gezamenlijk Psalm 103 vers 1, ge zongen was, opende Ds. CL J. van Paassen de bijeenkomst met gebed, waarna spr., als voorzitter der „Vereeniging tot stichting en instandhouding van scholen met den Bijbel in Haarlem en omstreken", in een toespraak de moeilijkheden schilderde, waarmede het personeel in het begin te kampen had en dank bracht aan de verschillende autoritei ten en personen, door wier mede- en samen werking de totstandkoming der school moge lijk is geworden: B. en W. van Haarlem, in zonderheid den wethouder van Onderwijs, de heeren Dumont, en Kalbfleisch, het bestuurs lid van bovengenoemde vereeniigng Ds. M. G. Blauw, Ned. Herv. predikant in Noord-Haar lem; het hoofd der school den heer J. Schreu- der en allen die met hem arbeiden, mevrouw Schreuder, die haar man zoo dapper heeft terzijde gestaan en zelfs tijdelijk haar oude taak van onderwijzeres weer heeft opgevat; den architect den heer J. C. Slagter en de aannemers, de Gebrs. De Vries. Dit is nu de 5e school der Vereeniging in Groot-Haarlem en de 2e in de Kerkelijke Ge meente Schoten. In September werd begon nen met 100 leerlingen, nu zijn er reeds 178. Spr. eindigde met. den wensch dat de school tot zegen zal zijn voor het opkomend geslacht. Hierna sprak de wethouder van Onderwijs. De heer Roodenburg wenschte als vertegen woordiger van het college van B. en W. de vereeniging geluk met de totstandkoming van deze mooie school. Het gemeentebestuur stelt belang in en heeft belang bij het bouwen van goede scholen. De gemeente ziet gaarne, dat de door haar voor het onderwijs beschik baar gestelde bedragen goed besteed worden. Spr. prees de aangename samenwerking met het schoolbestuur, dat altijd er naar ge streefd heeft, het onderwijs op hoog peil te houden. Deze reeds betrekkelijk oude ver eeniging is in haar werk nog jong: Met woorden van gelukwensch tot de ouders, den architect, het hoofd der school en het personeel endigde spr. „Moge God uw werk zegenen", aldus de heer Roodenburg „en moogt gij nog lang werken in het be lang van de Haarlemsche jeugd!" De heer Weustink sprak eveneens woorden van hartelijken gelukwensch. Spr. trok een vergelijking tusschen het onlangs te water gelaten schip „MamLx van St. Aldegonde" en deze Marnix-School. Toen de reeders het schip dien naam gaven, zullen zij in de eer ste plaats aan het stoffelijke hebben gedacht; zij die deze school doopten hebben gedacht aan geestelijke waarden. In 't bijzonder wenschte spr. het hoofd der school toe, dat hij al zijn idealen verwezen lijkt zal zien. De heer Sloos bracht namens de ouders het bestuur hulde en dank, ih 't bijzonder Ds. Blauw. Het hoofd, de heer Schreuder, hield een toespraak, waarin hij dank bracht aan het bestuur en de ouders voor het hem geschon ken vertrouwen en aan het personeel voor den steun in de moeilijke beginmaanden on dervonden. Voorts aan zijn collega's, die hem hier zoo hartelijk zijn tegemoetgetreden, aan den heer Pijzelman, hoofdcommies der afd. Ondex-wijs en aan den Inspecteur. De naam Marnix vertegenwoordigt een program, waarnaar spr. volgens zijn beste kun nen hoopt te handelen. „Moge de school haar naam met eere dragen en moge God ons sterken, om daaraan mede te werken!" Namens het personeel bood daarna de heer J. Versluis den heer Schreuder een bloemen mand aan. hem prijzende voor de aangename •wijze, waarop hij leiding geeft en met zijn pei-sonee! omgaat. Nadat Ds. van Paassen nog had medege deeld dat de penningmeester van het Hoofd bestuur, de heer Smit, te Amsterdam, even als de voorzitter van den Kerkeraad, verhin derd was voerde Ds. M. G. Blauw, bestuurs lid en voorzitter van den Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente Schoten, het woord. Spr. bracht den dank van den Kerkeraad aan de Vereeniging over, vestigde de aan dacht op den grooten bloei der scholen van de Vereeniging en uitte den wensch, dat spoedig een 3e school noodig zal zijn. Ds. Blauw hoopt dat het personeel zich met alle bracht aan zijn taak zal geven en sprak het hoofd der school nog afzonderlijk toe. Nadat de aanwezigen gezamenlijk Gez. 180 vers 1 gezongen hadden, sloot Ds. Blauw de bijeenkomst met dankgebed. In een pauze bezichtigden de aanwezigen het mooie schoolgebouw. De bijeenkomst werd opgeluisterd met een fluitsolo van den heer De Zwart (door den heer Schreuder op het orgel begeleid) en de voordracht van eenige verzen door den heer Zwankhuizen. POLITIE HAARLEM. Uit een magazijn te Nijmegen is vermist- een hoeveelheid nieuwe kleeding, bestaande uit 3 jongens winterjassen, 2 heerenjekkers, 20 kin derpakjes, 13 kinder jekkers, 7 damesmantels, 4 kindermantels, 16 heerenwinterjassen, 39 janonnen, 32 regenjassen en 23 costuums. De vermissing dier goederen is gelegen tusschen Augustus 1929 en 15 Januai'i 1930. Zij, die hieromtrent inlichtingen kunnen verstrekken, worden verzocht zich tot den Commissaris van Politie te Nijmegen te wen den. De bi'igade-commandant der Koninklijke Marechaussee te Steenbergen waarschuwt niet in te gaan op relaties of correspondentie van Willem Verschuren, wonende te Dintel- oord, Wilhelminaweg 273. Momenteel zoekt hij relatie met adverteer ders, die een betrekking zoeken, en voorheen maakte hij veel slachtoffers onder personen, die geld wilden bekomen zonder borgen, op zijn advertentiën. MIDDELBAAR ONDERWIJS. Dr. H. van Erp, leeraar in Chemie aan het Gemeente-Lyceum te Haarlem, verzoekt, wegens het bereiken van den pensioengerech tigden leeftijd in Mei a.s., hem uit boven- aangeduide betrekking ontslag te verleenen, ingaande 1 September 1930. ZANDVOORTSCHE CAUSERIE. De a.s. raadszitting. Een belangrijke agenda. Geen gemeentelijke radio-distributie. Dit jaar nog geen volksbaden. Verhooging huren gemeente, woningen, De winkelsluiting. De nieuwe wet houder. Donderdag, 5 Februari as. komt de Raad voor het eerst ln 1930 bijeen en de raadsleden krijgen een belangrijke en lange agenda door te werken, terwijl men aan het slot „even" een plaatsvervanger voor den heer Padt zal kiezen. Zooals wij zeiden is de agenda belangrijk; B. en W. doen bovendien een aantal minder belangrijke mededeelingen. Zoo wordt bijv. medegedeeld, dat B. en W. meenen niet me. voorstellen te moeten komen tot oprichting eener gemeentelijke radiocentrale maar dat de exploitatie aan een particulier zal moeten worden opgedragen. We herinneren er in dit vei<band aan, dat eenige maanden geleden bij de behandeling van een verzoek om concessie voor een radio- centrale, waarbij B. en W. adviseerden daar op niet in te gaan, de Raad besloot het ver zoek aan te houden en B. en W. op te dragen een onderzoek in te stellen naar de mogelijk heid van gemeentelijke exploitatie. B. en W. hebben terzake blijkbaar een on derzoek ingesteld en zijn daarbij dan tot de conclusie gekomen, rekening houdende met- het feit dat de Raad wel een radiocentrale wil toestaan, dat het beter is* dat de exploi tatie aan een particulier wordt opgedragen. Of hierbij financieele overwegingen een rol hebben gespeeld weten we niet, maar het laat zich aanzien dat de raad in meerderheid B. en W. wel zal volgen. Toch zouden we wel eens een financieele en commercieele berekening hebben willen zien van gemeentelijke exploitatie. Er zijn n-1. den laatsten tijd eenige gemeenten die een dergelijke instelling zelf exploiteeren, bijv. Arnhem en Den Bosch en voorstanders voor gemeentelijke exploitatie beweren dat dit laatste voordeeliger is en voor de gemeenten nog winsten op kan leveren tevens. Wellicht dat de voorstanders van gemeente lijke exploitatie cijfers bezitten en we zijn wel nieuwsgierig of deze in het eventueele debat naar voren zullen worden geschoven. Een andere belangrijke mededeéling is, dat er volgens B. en W. dit jaar nog weinig kon komen van de volksbadinrichting aan het strand. Een mededeeling die zeker in breeden kring en ver buiten onze gemeente, groote teleurstelling zal veroorzaken. B. en W. deelen n.l. mede, dat de onderhandelingen met 's Zomers Buiten, nog niet geëindigd zijn, onderhandelingen waarbij het gaat over de garantie van een bepaald aantal baden tegen een nader te noemen prijs, en dus niet over 'aet samen exploiteeren van deze badinrichting zoodat het dus niet de bedoeling schijnt te zijn een gemengd bedrijf te stichten. Echter deze onderhandelingen zijn niet het belangrijkste argument tot nieuw uitstel. Het volgend jaar loopen de contracten n.l. af met de overige badexploltanten en B. en W- meenen nu juist te handelen tijdens den duur der loopende contracten het volksbad niet tot stand te brengen, omdat de pachters daarmede geen rekening hebben kunnen houden bij hun inschrijving. Een redeneering die zeker steekhoudend kan worden genoemd al willen we er onmiddellijk aan toevoegen dat het ons wel wat duister is dat dit argu ment nu geldt en niet ongeveer 2 jaar geleden -oen B. en W. zelf de stichting van het volks bad-hebben voorgesteld en hun voorstel heb ben zien aangenomen, gegolden heeft. Maar hoe jammer we dit nieuwe uitstel op zich zelf ook vinden, ook wij zijn natuurlijk van mee ning, dat als de Icopende contracten zich er tegen verzetten het gemeentebestuur daar op geen inbreuk mag maken- Vooral over heidslichamen hebben aangegane overeen komsten te eerbiedigen. Voor de bewoners der gemeentewontngen aan de 1' Amlstraat, Hulsmanstraat, Hobbe- mastraat, Jan Steenstraat, Koningstraat, Van Ostadestraat en Prinsesseweg is er een min der aangename boodschap, en wel deze, dat op aandrang der Regeering de huren dezer woningen geleidelijk verhoogd moeten worden met een niet onaanzienlijk bedrag. B. en W. stellen nu voor de verhoogde huren in verschillende étapes te doen ingaan en wel op 1 Mei as. het eerste gedeelte van f 0.40 per week. Hoewel toegegeven zal moeten worden dat de huren voor verschillende woningen laag zijn te noemen, is verhooging van den huur prijs voor de bewoners altijd een minder pret tige boodschap. De Raad zal echter moeilijk anders kunnen doen, dan aan den aandrang der Regeering tegemoet komen, omdat het Rijk de geldschieter is geweest. Een ander niet minder de belangstelling trekkend onderwerp is het voorstel van B. en W. om te komen tot een verordening op ae winkelsluiting. Het voorstel van B. en W. bevat een regeling voor den zomer en voer den winter. In den winter zullen, bij aanneming van het voorstel van B. en W., de winkels op werk dagen om 8 en op Zaterdagen om 10 uur ge sloten moeten zijn. Een speciale sluiting op den Zondag wordt niet voorgeschreven. Gedurende de Zomermaanden zuilen de- winkels tot 12 uur 's avonds geopend mogen blijven. Dit voorstel zal wel heftig verzet uit lokken. De verschillende organisaties der belang hebbenden hebben hun meeningen kenbaar gemaakt en feitelijk kon niemand zich _net de voorgestelde regeling vereenigen. De win keliers willen bijv. alleen een sluitingsuur ia het winterseizoen, de organisaties van de bedienden bepleiten de verordening te doen aansluiten bij het ontwerp winkelsluiting, het welk binnenkort in de Kamers der Staten- Generaal in behandeling zal komen en waar- In de Regeering voorstelt een sluit in f om 8 uur op werkdagen en 10 uur op den Zater dag verplicht te stellen. Verder verzoeken deze organisaties een mid dagsluiting, waartegen de andere belangheb benden zich weer sterk verzétten. We hebben een vorige maal naar aanleiding van de bepalingen van het werktijdenbesluit reeds onzen opmerkingen gemaakt en we zijn zeer belangstellend naar datgene wat de Raai tenslotte zal besluiten. En dan tenslotte krijgen we de verkiezing van een nieuwen wethouder, waarnaar we allen met zoo'n groote belangstelling uit zien. Niemand kan naar wij meenen op het oogenblik voorspellen hoe de uitslag zal zijn. Allerlei verrassingen zijn zeker mogelijk. Naar onze opvatting is de situatie zoo, dat als de heer Padt wilde, hij opnieuw gekozen zou worden. Men behoeft de uitingen van de raads leden in het gesprek met een onzer verslag gevers maar na te gaan om de juistheid van deze opmerking bevestigd te zien. Ais de heer Padt wil dan zal hij zeker kunnen zijn van de stemmen van de heeren Elf fers, Koning v. d. Meije, Zwaan, Termes en wellicht op die van den heer Forrer, al is deze laatste stem minder zeker dan die van de andere genoemde heeren. Dat is de meerderheid van den Raad, want ook al zou de heer Forrer niet weer opnieuw op den heer Padt stem men, dan zal hij zeer zeker zijn stem niet uitbrengen op een der andere heeren. Daar voor waren zijn uitlatingen aan onzen ver slaggever te positief. Een dergelijk stemmencijfer kan o.i. geen der andere candidaten halen. De heeren Mole naar en Siegers zijn beiden candidaat en of bijv. bij een herstemming tusschen de heeren Molenaar en Padt de heeren Gunther en Geers op den heer Molenaar zouden stemmen is oi. aan gerechten twijfel onderhevig. Als echt-er de heer Padt zich een herbenoe ming niet mocht laten welgevallen, dan is mogelijk dat er een wethouder wordt benoemd met een stem of 4, omdat wellicht een be langrijk aantal leden zich dan aan de stem ming zal onttrekken, althans blanco zal stem men. Zou dan wellicht de heer Koning de „lachende derde" worden?. We weten het niet. Zeker is echter, dat wel duidelijk gebleken is dat men gemakkelijker een wethoudersc-risis veroorzaakt, dan haar in een zoo heterogeen-samengestelden Raad tot oplossing brengt. Wanneer worden we te Zandvoort ook in politiek opzicht verstandig? Het belang onzer gemeente eischt dit van ons allen, zonder eenige uitzondering. Er zijn velen, die van ganscher harte willen medewerken Zandvoort vooruit te brengen. Maar eensgezind optreden in ongeveer alle belangrijke zaken ontbreekt, helaas. Toch zullen we elkander hebben te vin den! En spoedig! Moge de wethouderscrisis ons dit nog eens duidelijk voor oogen gesteld hebben. HAARLEMSCHE WERELD- REIZIGERS TERUG. Ruim zeven jaar geleden ontvingen we op ons redactiebureau bezoek van drie heeren en een dame, die voornemens waren per auto een tocht door Afrika te maken. Zij ver zochten ons een stukje over de door hen te maken reis in ons blad op te nemen, maar omdat het aantal van dergelijke verzoe ken indertijd heel groot was. vroegen we hun, nog eens op ons kantoor terug te komen, als zij de reis volbracht hadden. En ze hebben woord gehouden. Dinsdag middag meldden ze zich bij ons aan, na een reis van 47.000 K.M. te hebben afgelegd. Die reis schijnt ze geen kwaad gedaan te heb ben, want ze zagen er welvarend en ge bruind uit. De leider van de expeditie is de Haarlemmer Gerbr. Wijdenes. In zijn ge zelschap waren zijn echtgenoote mevr. A. C. WijdenesHoogstraten en de heeren J. van Deventer en H. Haus. Dit gezelschap heeft op de groote reis, die ruim zeven jaar ge duurd heeft, elkanders lief en leed gedeeld. De leider deelde ons mede, van den Com missaris van Politie vergunning te hebben gekregen om met hun Studebaker, waarmee zij de reis volbracht hebben, een paar we ken door de Haarlemsche straten te toeren en boekjes, waarin hun reisavonturen be schreven zijn, te verkoopen. Hij hoopt zóó veel geld bijeen te krijgen, dat hij met zijn gezelschap ln begin April een tweede expe ditie kan maken en ditmaal naar midden- Azië. Ten bewijze, dat ze inderdaad overal geweest waren, liet de heer Wijdenes ons twee dikke folianten zien, die vol zaten met krantenknipsels, stempels van politie-bu- reaux, diplomaten en bladen uit alle landen, waar ze doorgetrokken zijn. Blijkens hun reisbeschrijving ging de tocht van Nederland door België, Luxemburg. Frankrijk, Zwitserland, Italië, Spanje, Por tugal, Marokko, Algiers, Tunis. Tripolis, door de Sahara naar Belgisch Congo, Kaapstad, Transvaal, Duitsch-Griekenland, Oostenrijk Tsjecho-Slowakije, Polen, Litauen, Zweden, Noorwegen, Denemarken en Duitschland. In Afrika bleven zij twee jaren en hebben daar steeds in een tent onder den blooten hemel geslapen, waar zij vaak last hadden van wilde dieren, giftige slangen en waar zij ook met zware ziekten te kampen had den. Eens werden zij door een wilden volks stam overvallen, waarbij zij veel ontberingen leden. Wie wat meer van hun interessante avonturen weten wil, moet dezer dagen maar hun boekje koopen. Ze zijn aan hun eigen aardige kleed ing, die veel overeenkomst met een padvinderscostuum heeft, gemakkelijk te herkennen. Als het gezelschap naar Azië gaat, wil het trachten in het land van Thibet door te dringen. Het doel van deze nieuwe reis is het onderzoeken der zeden en gewoonten van de Boeddhistische monniken. En voor wetenschappelijke doeleinden wil het gezel schap zooveel mogelijk foto's maken. Als reismakker neemt het een hond mee, die ook de reis naar Afrika meegemaakt heeft. HET EEUWFEEST VAN „ZANG EN VRIENDSCHAP", DE ONTVANGST DOOR HET GEMEENTEBESTUUR. De burgemeester deelt aan de raadsleden mede, dat Burgemeester en Wethouders op Donderdag 20 Februari 1930. des namiddags te 4.30 uur ten Stadhuize officieel zullen ont vangen de vereeniging Koninklijke Lieder tafel „Zang en Vriendschap", alhier, ter ge legenheid van de herdenking van het honderd jarig bestaan dier liedertafel. Het nodigt de raadsleden uit bij die ont vangst tegenwoordig te zijn. ONTSLAG GEVRAAGD. De heer F. F. Popraa. hoofd der school voor uitgebreid lager onderwijs, letter A, ver zoekt hem met ingang van 1 Maart 1930 eervol uit zijn betrekking te ontslaan, zulks om gezondheidsredenen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 10