Vfhkad&i Qemmqck (SueuCU
H. D. VERTELLINGEN.
STADSNIEUWS
FEUILLETON
MET VERLOF NAAR HUIS
HAARLEM'S DAGBLAD
WOENSDAG 5 FEBRUARI 1930
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden).
Niquette
naar het Fransch, door
PAUL. LOUIS HER VIER.
Mnuett* heb ik mijn fortuin te dan
ken zei Paul Duprémiet tot het gezelschap
in 't logement en de omstandigheid waaronder
ik in 't bezit hiervan ben gekomen is zoo bij
zonder dat ze het vertellen zeker waard is.
Ik heb jullie dikwijls gesproken van La-
zenay-sur-Auron, waar ik mijn huisje heb
staan, wanneer mijn oude dag aanbreekt.
Het is een eenvoudig, rustig plekje grond,
waar jullie allen, waneer je eens lust zoucit
gevoelen om mij te willen bezoeken, op een
hartelijke ontvangst kunt rekenen, maar lk
zou jullie alleen willen aanraden niet allen
tegelijk te komen, want het is het huis van
een wijs man. De goede wil is er groot, maar
de ruimte is er beperkt". ..En Niquette?"
vroeg er een. ..Niquette gaat natuurlijk ook
mee. Toen de gedachte bij mij opkwam om
zoo'n rustig gelegen huisje te koopen, raad
de mij een neef om ook eens te gaan kijken
te Lazenay-sur-Auron; ik zocht een notaris
op, wien ik mijn wensch te kennen gaf; maar
deze schudde ontkennend zijn grijzen kop.
„Er is hier in de geheele omgeving niets te
koe* of te huurt, mijnheer, absoluut niets.
Dit zijn hier alle familiehuisjes, die nooit
leegkomen. Het spijt mJJ zeer, maar mocht de
mogelijkheid zich eens voordoen, dat er iets
leeg komt, geloof mij, mijnheer, dan zal ik
u dit ten spoedigste doen weten. Maar wacht
eens, daar schiet me iets te binnen.
„Bent u bijgeloovig?" „In 't geheel niet.
Wel hecht ik aan eenig volksgeloof. Ik zal
bijvoorbeeld nooit onder een ladder doorloo-
pen en ik zal dadelijk een houten voorwerp
aanraken wanneer het woord ongeluk ge
bezigd wordt". „Geloof u ook aan booze gees
ten?" vroeg de notaris nu. Hij had zijn stoel
wat dichter naar mij toegeschoven, teneinde
fluisterend en op vertrouwelljken toon te
kunnen spreken. Ik begreep niet wat hij mij
eigenlijk wilde zeggen. „Wij hebben te Laze
nay-sur-Auron wel een huisje te koop, maar
het is alom bekend, dat het ongeluk brengt
en dat het er spookt. De eigenaar is er eenlge
maanden geleden dood op den grond gevon
den". Hoe oud was die man?" „87 jaar". „Dan
vind ik hier niets vreemds in". „Zeker is dit
niet vreemd, maar toen de oude man nog
maar nauwelijks onder den grond lag, en een
neef het huls kwam bewonen, stierf deze vijf
tien dagen later even plotseling en even ge
heimzinnig. Daarna werd het huis verkocht
aan een vrijgezel die nu veertien dagen ge
leden door een ongeluk het leven verloor.
Dat huis kunt u koopen wanneer u er .zin in
hebt, maar ik zeg u, het heeft een slechte
reputatie". „O", zei ik „daar geef ik niets om,
en als het huls lief en rustig gelegen is, en
het bevalt me, dan wil ik er best met u over
in onderhandeling treden, wanneer de prijs
mij tenminste niet te hoog is".
,Die zal u, geloof ik wel meevallen, want
u is de eenlge kooper. Maar lk vergat, u nog
iets te zeggen: u Is verplicht er een vrouwe
lijke politiehond bij te nemen. Deze wil het
huls beslist niet verlaten, sinds haar baas, de
eerste bewoner hierin gestorven is". „Nu daar
heb lk niets op tegen. Ik houd heel veel van
dieren". Ik kocht dus het huis want het lag
er rustig en zag er keurig onderhouden uit,
en lk maakte al dadelijk kennis met Niquette,
een aardige hond. maar waarmee ik door
haar allerlei Jekernijen te geven eerst moest
trachten goede vrienden te worden, want zij
bromde den eersten tijd niet al te lieflijk te
gen mij, volgde mij overal en had heelemaal
geen vertrouwen ln mij. Maar was ik het niet,
de vreemde indringer, die hier geduld moest
oefenen, en haar bewijzen moest-, dat ik het
goed met haar meende? Niquette hechtte
zich nog spoediger aan mij, dan ik verwacht
had.
Ik wist van mijn buren, dat mijn belde
voorgangers niet zoo gelukkig waren geweest
als lk, maar ze hadden het arme dier dan ook
ruw behandeld, omdat ze er bang voor wa
ren. De laatste bewoner vooral was bang ge
weest. HU had een groote zweep gekocht om
de trouwste bewaakster van het huis te ver
jagen. Men had hem in de naburige tuinen
tegen het dier te keer hooren gaan en gezien
hoe hij er met de zweep op los geslagen had,
waarop de hond woest geworden was. Op een
avond, toen de man laat was thuisgekomen
en naar binnen wilde gaan, gevolgd door de
dreigende Niquette, struikelde hij over een
steen, waarbij hij zoodanig het hoofd wond
de, dat hij geen stap meer verder kon doen.
Den volgenden morgen zagen eenlge voor-
bUgangers een groot lichaam met een zweep
er naast, dood op den weg liggen.
Ik had dus 't huis gekocht cn Niquette In
cluis. Na eenige dagen, volgde zU me overal
als een schaduw, sloeg al mUn bewegingen
nauwkeurig gade, stond stil, wanneer lk stil
stond en liep weer wanneer ik ook weer be
gon te loopen. Ik haalde haar dikwUls aan
en sprak haar vriendelijk toe. om haar aan
mijn stem te laten wenen.
's Avonds wilde ze beslist niet binnen ko
men en ging zij liggen ln een oud honden
hok. Zij demonstreerde hiermee haar onaf-
hankelijkheidsgevoel en wilde er blijkbaar
mee zeggen dat ze haar eigen „home" had en
het nutteloos zou zijn om pogingen te doen
om haar te doen veranderen van woonplaats.
Wanneer het mooi weer was, zette ik een rie
ten fauteuil op de plaats neer en verdiepte
mij in lectuur. Ik had opgemerkt, dat Ni
quette altijd ging liggen op een grooten vier
kanten steen, die bij den seringenboom lag.
Zij besnuffelde hem alttjd eerst eenige ma
len. voor ze er op ging liggen, en lag altijd
met haar kop in mijn richting. Ze bleef dan
voortdurend naar mij kijken en lk dacht niet
anders, dan dat ik een vredig object was
voor haar voortdurende spionnage. Eens toen
ik weer zoo op de plaats in mijn lectuur ver
diept was, kwam zij naar me toe, blafte zacht
jes en begon toen den steen te besnuffelen.
ZU keek daarbU telkens mij nrichtdng uit en
zag dat ik acht sloeg op haar manier van
doen. Zij berook den steen nu nogmaals en
blafte weer. De uitnoodiging was nu te dui
delijk, om er geen gevolg aan te geven. Jullie
raadt misschien al, wat ik toen gedaan heb.
Ik heb natuurlijk den steen weggehaald en
ben aan 't graven gegaan en vond in een
hoekje diep onder den grond een waterdichte
geldkist. In die geldkist zat een onduidelijk
geschreven brief, maar niettemin nog zeer
goed leesbaar. Ik kan jullie uit het hoofd den
korten inhoud hiervan meedeelen.
Wanneer u dezen brief vindt dan bent u
waardig Niquette tot vriendin te hebben. Heb
mUn huis lief, evenals ik het heb lief gehad,
ik schenk het u; hierbij het geld voor uw le
vensonderhoud. Het is niet noodig melding
te maken van deze vondst, want er rijn geen
erfgenamen. Zorg zoo goed mogehjk voor Ni
quette".
„MUnheeren", riep Olitze met zUn zware
stem: „ik heb jullie een prettige mededee-
ling te doen: Onze vriend Paul zal een fijne
flesch betalen". „We zyn met ons vijven,"
riep Delabard! De herbergier bracht met
den meesten spoed een gelegenheidswijntje,
wel te verstaan een vurige, volle wUn.
DE NIEUWE DIRECTEUR VAN
HET POSTKANTOOR.
DE HEER J. H. T. .PFAFF.
Zooals wij reeds hadden gemeld zou tot
directeur van het postkantoor te Haarlem,
als opvolger van den heer H. J. M. A. Jans
sen benoemd worden dé heer J. H. T. Pfaff,
thans directeur van het postkantoor te
Zwolle. Dinsdag is de officiëele benoeming
afgekomen. De heer Pfaff is een ambtenaar,
die den dienst in al zijn geledingen kent,want
na het eindexamen van de vUf-Jarlge H B. S.
te Tilburg, in het Jaar 1892, in dienst ge
komen als surnumerair te Eindhoven, door
liep hU alle rangen. HIJ werd commies vierde
klasse in 1895, was achtereenvolgens commies
derde, tweede en eerste klasse te Eindhoven,
Winschoten en Rotterdam en daarna hoofd
commies en adjunct-Inspecteur der Poste
rijen en Telegrafie te 's-Gravenhage, waar
hU tevens de functie vervulde van beheerder
van bükantoren. Sinds 2 1/2 jaar is hU direc
teur van het postkantoor te Zwolle. Tevens
heeft hij als reserve-ambtenaar meermalen
dienst gedaan als waarnemend directeur, o.a.
te Hillegom.
De heer Pfaff is 57 jaar oud. HU treedt te
Haarlem in functie 1 Maart.
„OOST EN WEST".
„Atjeh voor en na de pacificatie".
De heer J. C. Lamster, conservator aan het
Koloniaal Instituut te Amsterdam zal Vrijdag
dagavond in den Schouwburg aan den Jans-
weg voor „Oost en West" een lering met
lichtbeelden houden over „Atjeh voor en na
de pacificatie", een lezing die zeker interes
sant zal zijn.
DE KLEINE STEM.
Er werd onlangs gemeld, dat het kinder
koor „De Kleine Stem" binnenkort zijn 10-
jarig bestaan zal herdenken.
Het bestuur deelt ons thans mede. dat dit
jubilé pas valt op 23 Maart 1931.
VEILIG VERKEER.
DE OPLEIDING VAN DEN
CHAUFFEUR.
Het vraagstuk van een veilig verkeer is een
vraagstuk van algemeen belang.
Het veilig verkeer is niet alleen afhanke
lijk van den toestand van den weg, doch het is
mede (en niet in de laatste plaats) afhan
kelijk van de wegverbrulkers zelf.
Van zeer groot belang is in dit verband
de opleiding van den chauffeur. Nu is er al
een belangrijke verbetering gekomen door het
voorschrift dat ieder bestuurder van een auto
in het bezit moet zijn van een rijbewUs, doch
niemand en ook niet de examinatoren zelf
zouden gaarne al degenen die in het bezit
zijn van een rijbewijs, bekwame autobestuur
ders noemen. Het zou dan ook van buiten
gewone beteekenls zijn als de overheid rioh
de opleiding tot chauffeur meer aantrok en
(evenals dit voor den timmerman, smid enz.,
via de Ambachtsschool geschiedt, zou trach
ten meer bekwame vakmenschen als chauf
feur de maatschappij ln te doen gaan. Hier
mede is reeds een klein begin gemaakt, doch
dit betreft meer het bUbrengen van meer vak
kennis ln het bijzonder bU den overgang van
chauffeur tot monteur.
Er ls thans van een door de overheid ge
steunde opleiding tot chauffeur geen sprake
en men leert het autorijden thans door bU
particulieren of z.g. opleidingscholen les te
nemen waarvoor ook weder verschillende be
dragen als lesgeld betaald worden. Veelal
wordt dan den candidaat zoo vlug mogelijk
even-voldoende rijkennis bUgebracht, zU ont
vangen een rijbewUs en zitten den volgen
den dag als chauffeur op een zware vracht
auto, want vooral bij de bestuurders van
vrachtauto's komt dit euvel sterk voor. De
bestuurders van de taxi's en ook wel die der
autobussen zijn meestal ervaren be stuurde is,
wat niet in gelijken mate geldt van de chauf
feurs der vrachtauto's, de goeden niet te na
gesproken. Trouwens de statistiek bewUst
dat de meeste verkeersongevallen door deze
groep worden veroorzaakt en het zou een stap
in de goede richting zUn, als de overheid aan
den hierboven geulten wensch zou kunnen
voldoen.
Ten slotte willen we ook nog de aandacht
vragen voor wat men ons van werknemers-
rijde verklaarde, namelijk dat er bU vele
chauffeurs in het transportbedrijf sprake is
van oververmoeidheid. Het bestuur der or
ganisatie van chauffeurs beschikt over staten
waaruit blijkt dat er chauffeurs zUn die ge
regeld arbeidsdagen maken van 6 uur v.m. tot
9 uur n.m„ afgebroken door een half uur voor
boterham eten. Ook door een dergelijken
arbeidstijd wordt- het veilig verkeer in gevaar
gebracht, doch dit is meer een kwestie voor
een regeling voor het geheele land.
HET ORGEL IN DE GROOTE
KERK.
DE RAPPORTEN DER DES
KUNDIGEN.
Thans zijn bU het gemeentebestuur ingeko
men de rapporten van de leden van de inder
tijd na de aanvallen van den heer Dekker
in zijn orgaan ..Het Kerkorgel" door het
gemeentebestuur benoemde commissie van
onderzoek naar den toestand van het orgel
in de Groote Kerk. De leden der commissie,
de heeren Prof. dr. N. Schweitzer te Straats
burg, dr. Joh. Wagenaar te 's-Gravenhage en
C. de Wolf. te Arnhem, hebben zich, naar wU
vernemen in gunstigen zin over het orgel
uitgesproken. De rapporten zullen ter inzage
gelegd worden bij de raadsstukken voor de
vergadering van den gemeenteraad op 19
dezer.
HET HEK VAN HET BRONGEBOUW.
WU hebben medegedeeld, dat het raadslid
de heer M. L. A. Klein vragen aan B. en W.
heeft gesteld over den slechten toestand van
het afsluithek en van het Brongebouw zelf.
De pachter van het Brongebouw, de heer G.
S. Kos. verzocht ons mede te deelen, dat het
hek van het Brongebouw nog in goeden staat
is. Alleen het hek van den tuin van de dxink-
hal is minder goed. Dit wordt nu evenwel voor
den zooveelsten keer hersteld. Pas is het ge
maakt of straatjongens vernielen het weer.
Wij hebben ons overtuigd, dat het hek van
het Brongebouw inderdaad nog in behoorlij
ken toestand verkeert.
OPMERKINGEN VAN LEZERS.
EEN ONNOODIG DWANGBEVEL.
Een lezer zendt ons een afschrift van een
door hem aan den Ontvanger der Directe Be
lastingen alhier gezonden klacht over het
volgende.
Inzender heeft een dwangbevel ontvangen
(kosten 40 cent) wegens een belastingschuld
van 25 cent, die niet bestaat, daar de ge
heele belasting èn de vervolgingskosten be
taald waren per giro. De belastingambtena
ren óf de PosterUen moeten dus een fout be
gaan hebben. Maar indien inzender werke
lijk nog 25 cent (op een bedrag van ruim
f 100) had te betalen, dan nog vindt hU het
eigenaardig dat hij niet even is opgebeld of
hem bericht is gezonden, daar bij zoo'n
klein bedrag toch eerder aan een verzuim
dan aan opzet moet worden gedacht.
J. VAN DAALE.
De' heer J. van Daale, voorzitter van de
afdeeling Haarlem van den Christ. Nat.
Werkmansbond en tevens bestuurslid van
verschillende andere organisaties, zal op 8
Februari zUn öOsten verjaardag vieren. In
het orgaan van de afdeeling wordt een waar-
deerend artikel aan hem gewijd.
DE S.D.A.P. EN DE GEMEENTEPOLITIEK.
Door alle drie de afdeelingen van de Federatie
Haarlem der S.D-A.P. wordt op Vrijdag a.s.
op drie verschillende plaatsen een vergadering
gehouden. Op iedere vergadering zal door twee
leden van de soc. dem. raadsfractie een in
leiding worden gehouden welke verband houdt
met de gemeentepolitiek.
PERSONALIA.
Donderdag 6 Februari zal het 25 jaar ge
leden zijn, dat de heer J. Smit in dienst trad
bU de boekbinderij W. Knoop en Zonen, An-
tonlestraat.
De heer J. J. B. H. Wijsman, thans korpo-
raalschrijver bij de huzaren, alhier, is met in
gang van 17 Februari a.s. benoemd tot agent
van politie te 's Gravenhage-
Zaterdag 1 Maart herdenkt de heer W.
Martens den dag waarop bU vóór 40 jaar bU
de firma Joh. Enschedé en Zonen in dienst
trad als drukker op de afd. plaatdrukker^.
FRITZ HIRSCH OPERETTE.
Wegens het enorme succes van „Wenn der
weisse Flieder wieder blüht", dat Zondag
avond in den Stadsschouwburg voor een uit
verkochte zaal werd gegeven, zal deze Ope
rette nogmaals worden opgevoerd op Zon
dag 23 Februari.
Dit zal tevens de laatste maal zijn dat het
gezelschap Fritz Hirsch dit seizoen te Haar
lem kan optreden.
WINKELIERS VEREENIGIN G
„EENDRACHT MAAKT MACHT".
De Winkeliersvereniging „Eendracht
maakt Macht" Haarlem-Noord houdt haar
jaarlUksch feest in den Schouwburg aan den
Jansweg op 27 Februari a.s.
..Haarlem's Tooneel" zal dan opvoeren
„Phyllis", Comedie in 3 bedrijven door Mr- C.
P. van Rossem, onder regie van Joh- Kaart Jr.
Na afloop bal met medewerking van Stof-
fer's Band.
HET DIRECTORIUM VAN HET
VEREENIGD TOONEEL.
WIJZIGING DER VERHOUDING
TUSSCHEN VERKADE EN VERBEEK?
In verband met geruchten omtrent het be
ëindigen van het directorium Verkade
Verbeek, bij het Vereenigd Tooneel, althans
omtrent een overeenkomst tusschen de beide
directeuren de bestaande verhouding te wij
zigen, had de Tel. een onderhoud met den
heer Verkade, die ook namens zijn mede
directeur. den heer Verbeek het volgende
mededeelde:
„Er heeft inderdaad een bespreking tus
schen de beide directeuren plaats gevonden.
Het bezwaar werd gevoeld dat aan eventueele
voortzetting der bestaande verhoudingen was
verbonden. Comoedia werkte op zich zelf even-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
i 60 Cu per regel
wichtiger de Haghespelers werkten op rich
zelf evenwichtiger, dan de combinatie van
deze beide gezelschappen kon doen. Overwo
gen is of er niet een overeenkomst getroffen
kon worden waarbij dit beswaar opgeheven
werd. Want een gebouw als den Stadsschouw
burg is ten slotte een eenheid van exploitatie.
..Dit alles is slechts theorie voorloopig,
want de sollicitatieoproep' is er nog niet en
niemand weet hoe het cahier des charges zal
uitvallen. WU weten nog niet of wij kunnen
doorgaan en voor wij weten of wij den Stads
schouwburg krijgen en op welken basis, kan
er niets gezegd worden. Niets staat vast en
niemand kan iets positiefs zeggen. Iedereen
bevindt zich in de positie vaar iemand die
een huis wil huren en nog niet weet hoe het
gebouwd en ingericht zal worden, en wat het
zal kosten, want het cahier des charges be
paalt en zal bepalen wat er gebeurer? gaat".
„Ik kan u wel zeggen, dat het bericht als
zouden Verbeek en ik uit elnaar gaan een
canard Is, of minstens genomen van een
voorbarigheid waarmede niemand gebaat is.
Men kan evengoed zeggen, dat andere direc
toria uit elkander gaan. WU hebben onder
de oogen gezien wat wij, met onze respec
tievelijke gezelschappen zouden doen vojr
het geval wy niet samen in den Stads
schouwburg zouden komen of begeeren te
komen, en dat is een kwestie van voorzichtig
heid, die geboden wordt dor de onzekerheid,
waarin iedereen met betrekking tot den Stads
schouwburg verkeert".
DE MEXICAANSCHE
OPLICHTERSBENDE.
DRIE LEDEN VERDWENEN.
Dinsdagochtend zijn de beide Mexicanen
Vigil en Hernandez, die gepoogd hebben ver
schillende bankinstellingen op te lichten voor
belangrijke bedragen, door den hoofdinspec
teur den heer Broekhoff, den chef van de
Nederlandsche Centrale in zake falslflcaten,
aan een langdurig verhoor onderworpen,
waarbij zij een en ander moesten toegeven.
Heden zouden zU ter beschikking van de
justitie worden gesteld.
Uit het onderzoek is gebleken, dat Vigil en
Hernandez, als het ware de vooruitgescho
ven posten waren van de bende, die in Europa
allerlei oplichtingen wilde plegen. Men
werkte van elkaar gescheiden.
Zoo waren in een ander hotel ln de buurt
van dat, waar de gearresteerden logeerden,
ook twee Spaansch sprekende menschen af
gestapt, Parcia en Parol jjeheeten. Na de
arrestatie van Vigil en Hermandez is dit
tweetal spoorloos verdwenen.. In het hotel
hebben zij eerst de noodige paperassen ver
brand. Daarna zijn ze vertrokken. ZU hadden
nieuwe leeren koffers bU rich. ZU waren met
denzelfden trein aangekomen en hadden ook
dezelfde boot uit Mexico gehad. Ook moet er
een Engelschman ln het complot rijn, dl»
Wilson schijnt te heeten en ook verdwenen is,
meldt de Tel.
Ook in Rotterdam was men op zijn
hoede.
De Rotterdamsche Bankveteeniging te Rot
terdam en de American Express Company
ontvingen de vorige week een gefingeerden
brief van de Banc of Montreal in Mexico,
waarin verzocht werd aan A. J. Vigil en M.
M. Hernandez uit te betalen resp. 15.000 en
18.000 Dollar. Onafhankelijk van elkaar heb
ben de directies dezer instellingen de fraude
ontdekt. De Centrale Recherche te Rotter
dam werd op de hoogte gebracht, waarna on
middellijk zoowel bij de Rotterdamsche
Bankvereeniging als bU de American Express
rechercheurs werden geposteerd, daar men
vermoedde, dat de heeren zouden trachten
hier eerst hun slag te slaan.
Buiten de verwachting hebben zij hun
eerste poging bij de firma Cook te Amster
dam gewaagd, met het bekende gevolg. Zoo
dra de Centrale Recherche van den heer
Broekhoff te Amsterdam vernam, dat de op
lichters geknipt waren, is de speciale bewa
king van Rotterdamsche Bank en American
Express opgeheven.
INGEZONDEN MEDEDEEL!NGF.N 60 CU. per refel.
Vrij bewerkt naar
PAUL OSKAR HÖCKER.
Vertaling van Christine Kamp.
8)
Hij was ongelukkig, diep ongelukkig, haar
arme Hubert!
Het jonge paar beleefde in het begin een
verloving door geen zorgen of bezwaren ver
duisterd. Overdag hadden zU beiden hun
werkzaamheden. Zagen zU elkander 's avopds
niet meer in de kamer van moeder Schratt
dan hadden zU toch het half uurtje wandelen
in de stille paden van het park, of door de
smalle straten der stad.
MUnhéer Ruff had van den leeraar aan
de industrieschool gehoord, welke groote en
snelle vorderingen Frits Kehrbacher maakte.
Op zekeren dag kwam hU met- een voorslel,
waarvan hij al een woordje tegenover Louise
had laten vallen. Hij stelde den Jongen man
voor om het filiaal van de pianofabriek over
te nemen, want hijzelf was van plan aan een
nieuwe onderneming al zUn krachten te
wijden.
De verloofden waren over dat aanbod zeer
gelukkig, want nu zouden zU spoedig kunnen
trouwen.
Mijnheer Ru ff stelde echter de voorwaarde
dat rijn opvolger dadelijk zich zou beUveren
om de noodige vakkennis, ook wat zakendoen
betreft, zich eigen te maken. Met grooten ijver
begon Frlts dat nieuwe werk. HU bezocht nu
pc Handelsschool om rich te bekwamen in
boekhouding; eenige uren per dag bracht hij
door ln de fabriek, ln Steln gelegen, waar hij
door de twee directeuren hartelijk ontvan
gen werd.
Van Januari af zou hU op proef agent in
het filiaal zijn.... Ruff wilde hem in den
eersten tijd met raad en daad terzijde staan
maar met Paschen zou hij zelfstandig
directeur worden. Eenige weken later zou hij
dan kunnen gaan denken aan het stichten
van een gezin.
Louise verklaarde, dat zU zooals tot nu toe
werkzaam wilde blijven Slechts de bezoeken
bU de klanten ln de stad zouden voortaan
door een bediende worden afgelegd.
„En je pianostudies?" vroeg Frits haar eens
Lachend. HU had haar in den laatsten tijd
zelden hooren oefenen.
ZU toonde hem haar vinger, die de sporen
van naaien aanwees, „Ik werk aan onzen uit
zet, Frits", zei zij zachtjes.
„Vindt je het niet erg treurig aan je groote
doel te moeten verzaken?
ZU schudde het hoofd. 'Tk werk toch aan
ons geluk!" kwam het vol ontroering van haar
lippen
Dat zij uit liefde tot hem en aan hun
gemeenschappelijke toekomst een zwaar of
fer bracht, dat zag Frits wel in. maar de
geheele grootte van dat offer vermoedde hij
niet. Ook was hU zelf in den laatsten tijd
tc sterk in conflict met zUn eigen ziel. Want
rijn nieuwe bezigheden bevredigden hem
heelemaal niet.
Op een avond, kort voor Kerstmis, toen zij
allen bij moedor Schratt in haar winkel
waren, bezig met pakken, opschrijven cn be
stellingen uitvoeren, kwam de eerste verzuch
ting hem over de lippen: De arbeid in dc fa
briek, ja, die beviel hem wel, maar al als
cUfers bij de boekhouding, dat werk vond hij
vervelend.
Tamelijk verschrikt zagen zij hem aan.
„Ruff vroeg mij vandaag, hoe het mU op
de Handelsschool beviel en toen kon ik niet
zwUgen.. Ik zou gestikt zijn als ik het langer
had moeten verbergen. Werken, iets maken...
dat. men met eigen handen en oogen kan
zien ontstaanJa, dat heeft bekoring voor
mij. Maar koopman zUn, ver koopen. wat an
deren gemaakt hebbendat vind ik op den
duur afschuwelijk!"
„Heb je dat aan mijnheer Ruff gezegd?"
vroeg Hubert met groote oogen.
„Ja. ik moet wel. Ik was zoo ellendig, zoo
wanhopig van de les gekomen, dat ik niet
kon liegen".
Louise stond achter ln den winkel. ZU had
de handen laten zakken en keek angstig haar
verloofde aan. Maar Frits zag over haar heen.
Moedeloosheid, ja zelfs smart lag in rijn uit
drukking.
Dunkt u dan niet, dat niet leder beroep
offers vraagt?" zei juffrouw Schratt op haar
zachte, altijd verzoenende manier. „Heeft u
voor uw zeemansberoep ook niet iets anders
geruild?"
„O. zeker", antwoordde Frits aarzelend, „den
vasten bodem onder de voeten".
„En een groot geluk naar ik meen", zei
Hubert.
Haastig reikte Frlts zUti verloofde de hand
toe. „Daarvan spreek ik niet", zei hU, verward
over den indruk, dien rijn zoo spontaan geuite
ontevredenheid op Louise had gemaakt. „Dat
staat immers boven alles".
Louise nam zUn hand niet aan.
Zij had een aantal pakketten bij elkander ge
bonden en bracht die stilzwijgend weg.
HU wilde haar achterna gaan. maar de op
lettende blik van Hubert ergerde hem, daar
om liet hij het toe, dat moeder Schratt ln
zUn jlaats Louise ging troosten. De twee
jongelieden, die alleen in den winkel waren
gebleven, Spraken niet met elkander en uok
later kwam de rechte stemming niet terug.
Zelfs het Kerstfeest stond onder dien ban.
Eigenlijk was het maar een onbeduidend voor
val, maar een zekere verkoeling, zelfs tus
schen de verloofden was niet weg te cijfe
ren.
Frits Kehrbacher was een zeer openhartig
mensch. Wat hU op het hart had, dat moest
hij dadelijk uiten, of het verstandig was of
niet. Lang napiekeren. dat kon hij niet. HU
begreep ook niet, dat rijn meisje die in wrevel
vluchtig gesproken woorden zoo ernstig op
nam.
Maar bU Louise was het geen wrokken of
pruilen, wat haar in haar eerste geluk ge
stoord had, want kleingeestig was zU
niet, even min als hUzelf. Het had
haar meer verschrikt te bemerken, hoe vreemd
haar verloofde in zijn Innigste wezen nog voor
haar was.
Eens in tegenwoordigheid van moeder
Schratt sprak rij met Hubert over hem. Deze
had hun nog zoo weinig verteld van het vroe
gere samenzijn aan boord van de Herta. Nu
bracht zij hem ertoe daarover te spreken.
Hubert deed zijn gelukkiger medeminnaar
alle eer aan. HU zou zich ook voor rijn moe
der, die toch in rijn hart las, maar ook voor
zichzelf geschaamd hebben over een poging
om rijn vriend te kleineeren. Frits Kehr
bacher was altUd een goede kameraad ge
weest. een werkman, waarop staat, te maken
was, een moedige aanpakker in ieder kritiek
geval, daarover waren zU het aan boord altUd
eens geweest. Maar juist dat zün drang naar
daden, rijn energie, rijn rustelooze ijver hem I
onbestendig toonden in alles, wat niet tot rijn
beroep behoorde, daarover waren zij het ook
allen eens. Hij was en bleef altijd zeeman.
„Zeeman!" Louise herhaalde dat woord
dikwyls voor zich heeii. En de angstige twUfel'
werd in haar van dag tot dag grooter.
Oudejaar vierden zij weer gemeenschappe
lijk. Juffrouw Schratt had dank die onver
wachte hulp een zeer goede verkoop in haar
zaak gehad. Met haar goedhartige vriende
lijkheid begon 'rij nog voor den feestavond een
lang, zeer nadrukkelijk gesprek met den
vriend van haar zoon. Hy zou toch Louise
haar neerslachtigheid niet kwalijk nemen in
tegendeel moest hü alles doen wat mogelijk
was om haar weer opgewekt en vol vertrouwen
ln de toekomst te doen zien.
„Het is toch geen eigenbelang, dat zy be
zorgd is", zei zij ten iaatst.e op haar aityd
verzoenenden, bijna smeekenden toon. ..Zij is
eerder bang voor jou geluk, beste Frits".
„Mijn geluik?" antwoordde. Kehrbacher ver
wonderd. „Twijfelt zij dan aan mU? Vertrouwt
zU mU niet? Denkt zij dan. dat ik mU zelf
niet duidelijk voorstel, wat de toekomst van
mU eischt?"
„Zy weet. dat je strijd met jezelf te voeren
hebt en het doet haar pUn, darij daarvan
de oorzaak is".
Weer dreigde de driftkop op te stuiven. ..Wat
voor strijd zou da; zijn? Bij mU gelden slechts
besluiten. Een weifelen daarna ken :k niet".
„Ja, dat is het juist: Jc spring! met beide
voeten en gesloten oogen over alle hinder
palen die zich op je weg vertoonen. D it
is dapper, dat is moedigmaar niet altijd
verstandig".
„Ik bemin Louise. Wat behoef ik dar. te
overleggen" Het verstand vergist zichhet
gevoel niet".
(Wordt vervolgd.)