TWEEDE KAMER
UIT DE OMSTREKEN
RAADSVERGADERING
Bezoekt onze DEMONSTRATIES
Fa. VOS ROUWENS
EERSTE KAMER
HAARLEM'S DAGBLAD
WOENSDAG 12 MAART 1930
VELSEN.
Openbare vergadering van den gemeente
raad van Velsen op Dinsdag 11 Maart, des
avonds zeven uur.
Onmlddelijk na de opening gaat de raad
in geheime zitting.
Te 7.40 uur wordt de openbare vergadering
heropend.
Ingekomen stukken
Naar aanleiding van een verzoek van de
oudercommissie van School L te IJmuiden.
om het plein bij deze school zoo spoedig mo
gelijk te doen bestraten, stelt de heer De
Nobel voor, het verzoek in te willigen en
dit ook bij School F te doen.
Wordt zonder hoofdelijke stemming goed
gekeurd.
Hamerstukken.
De volgende agendapunten worden zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurd:
Machtiging tot onderhandsche verpachting
van de standplaats voor rij- en voertuigen
er. rijwielen nabij het zeestrand.
Verleenen van machtiging en toestaan
van het noodige crediet voor het aanleggen
van rioleering, bestrating en een plantsoen
in en op een terrein, liggende ten Westen
van het station Velsen-IJmuiden (Oost) en
ten Oosten van de Briniostraat.
Verkoop van grond.
Toestaan van een crediet voor afscheiding
van een terrein van het gasbedrijf en voor
uitbreiding van de kantoor- en archief
ruimte voor de bedrijven voor gas en water.
Vaststelling van de le suppletoire begroo
ting der gemeente, dienst 1930 en van de le
suppletoire begrootingen van het gasbedrijf
en de waterleiding, dienst 1939.
Verhuur van de woning Kanaalstraat no.
238 te IJmuiden.
Verleenen van bijdragen uit de gemeente
kas aan besturen van bijzondere niet gesub
sidieerde bewaarscholen.
Aanvragen van besturen van bijzondere
bewaarscholen om subsidie over 1930.
Vaststelling van de over 1930 aan de bestu
ren der bijzondere scholen te verleenen voor
schotten op de vergoeding, bedoeld bij arti
kel 101 der Lager-onderwijswet, zoomede van
de regelen, volgens welke de uitbetaling zal
plaats hebben.
Vaststelling van de vergoeding, bedoeld in
art. 101, le lid der Lagex-onderwijswet 1920,
uit te keeren aan eenige besturen van bij
zondere scholen, over de jaren 1926 en 1927.
Aankoop van grond voor wegverbreeding.
Verleenen van crediet voor verbetering van
het sportterrein bij de Rijks Hoogere Bur
gerschool.
Benoeming van een lid van de Commissie
van toezicht op den Dienst der Arbeidsbe
middeling en Werkloosheidsverzekering.
De klachten tegen den directeur
van Openbare Werken.
B. en W. stellen thans voor, het bekende
adres van het bestuur der Vereeniging tot
behartiging van Bouwbelangen in de ge
meente Velsen, houdende klachten inzake
Openbare Werken en waarbij verzocht werd
een commissie van onderzoek te willen be
noemen, ter zijde te leggen.
De afdeeling Kennemerland van den Ned.
R.-K. Bond van Bouwpatroons en de afdee
ling IJmuiden en Omstreken van den Ned.
Aannemersbond betuigden aan dit adres haar
adhaesie.
Hierover ontstaat een langdurige gedach-
tenwisseling.
De heer Bosman meent, dat het in
het belang van het px-estige van B. en W. en
van den Raad is, als de grieven toch onder
zocht worden. Hij kan dus het voorstel van B.
en W. niet steunen. Het zou onverantwoor
delijk zijn om dit adres zoo maar zonder
meer ter zijde te leggen, waardoor aan de
mildste fantasieën de vrije loop gelaten zou
worden. Met het ter zijde leggen zou deze
zaak toch de wereld niet uit zijn. In ieder
geval zal het wantrouwen in dezen dienst
blijven bestaan.
De Voorzitter merkt op, dat het
beneden de waardigheid van den raaa zou
zijn, als aan het verzoek van adressanten
wordt voldaan. Het is ook overbodig, want B.
en W. en de bestaande raadscommissie heb
ben reeds lang geleden zelf een onderzoek
ingesteld en vele verbeteringen tot stand ge
bracht.
De heer B a a r d a zou het tegenover
den directeur onbillijk vinden als de raad het
voorstel van B. en W. aanneemt, want dan
wordt hem de gelegenheid ontnomen, zich in
het openbaar te verdedigen.
De heer Vermeulen is het eens met
den heer Bosman. Ook spreker keurt het af,
dat de adressanten zulk een toon hebben
aangeslagen dat de zaken veel te scherp ge
steld zijn. Toch meent ook spreker, dat men
er niet mee af is met deze zaak ter zijde te
leggen. Er moet een oplossing gezocht wor
den. Er wordt den directeur te veel verwe
ten, waarmee hij niets te maken heeft, maar
waarvoor B. en W. en de raad verantwoorde
lijk zijn. De adressanten moeten op hun
beurt ook niet het gevoel krijgen, dat zij niet
tot hun recht kunnen komen. Het is in het
waarachtig belang van de gemeente, om de
zaak finaal en tot in de kleinste finesses te
onderzoeken.
De Voorzitter merkt op, dat de
bouwexploitanten niet in hun recht geschokt
zullen worden, als de raad het voorstel van
B. en W. aanneemt, want zij zullen er mee
geleerd hebben, dat zij niet een adres in zulk
een toon moeten inzenden.
De heer Vermeulen maakt uit deze
woorden op, dat een eventueel nieuw adres
van de belanghebbenden meer succes zal
hebben, ais het scherpe persoonlijk karakter
er aan ontnomen wordt.
De Voorzitter: „Natuurlijk! Het
zou onbillijk zijn, om een behoorlijk adres
zoo maar ter zijde te legger.. Maar zulk
een adres wensch ik niet te ontvangen!"
Geroep: „Juist!"
De heer Visser acht het in het be
lang van den directeur, als zijn verweer
schrift gepubliceerd wordt. Er worden hem
dingen verweten, die bewezen dienen te wor
den.
De Voorzitter herhaalt nog eens,
dat de bouwexploitanten wel met een nieuw
adres zullen komen, als dit adres ter zijde
wordt gelegd. Spreker is er van overtuigd,
dat er dan heel wat minder grieven in ge
noemd zullen worden.
Wethouder Schilling verdedigt het
standpunt van B. en W. Hij zal rustig het
rapport van de commissie van Openbare
Werken afwachten.
De heer Groeneveld zegt met na
druk. dat de directeur gerehabiliteerd moet
worden. Hij is ai te zeer belasterd.
De Voorzittei heeft er niets op
tegen, dat de directeur het aan B. en W. ge
richt rapport publiceert, als de raad dit
wenscht.
De heer Sluiters adviseert den raad,
het voorstel van B. en W. aan te nemen.
Men moet rustig het rapport van de raads
commissie afwachten; dan zal men wel con-
stateeren, dat er nog veel terecht komt.
De heer Vermeulen acht het ook
het best, als de directeur van B. en W. ver
gunning krijgt om zijn verweerschrift te pu-
bliceeren. Dat zal het publiek gerust stellen.
ZONDER HOOFDELIJKE STEMMING
WORDT BESLOTEN, HET ADRES TER ZIJ
DE TE LEGGEN.
Verbreeding spoorwegovergang
B. en W. vragen een crediet van 5360 te
vergoeding aan de Nederlandsche Spoorwe
gen voor de kosten van het verbreeden en
voor meerdere kosten voor onderhoud van
den spoorwegovergang in den Groote Hout-
of Koningsweg.
Wordt goedgekeurd.
Overdracht van woningen.
B. en W. stellen voor, hun een crediet te
verleenen van 50.000 voor verbetering van
de 90 woningen der Woningstichting „Patri
monium" en de exploitatie dezer woningen op
te adregen aan de Woningbouwvereeniging
„Velsen", welke vereeniging haar medewer
king heeft toegezegd.
Wordt goedgekeurd.
Uitbreiding prise d'eau.
Aan de orde komt het bekende voorstel van
B. en W. tot uitbreiding van de prise d'eau
der Waterleiding, waarvoor B. en W. een cre
diet van 80.000 vragen.
Het wordt zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd.
Nazorg voor volwassenen.
Behandeld wordt het rapport van de com
missie belast met het instellen van een on
derzoek, op welke wijze voor de gemeente
Velsen het best de nazorg voor volwassenen
ter hand zou kunnen worden genomen. De
commissie stelt voor, met het bestuur van
„Do Lichthoeve" een overeenkomst aan te
gaan voor het opnemen a f 1.25 per dag
van ouden van dagen of rusibehoevenden
en a f 5 per week voor plaatsing van kinde
ren, enz-
De meerderheid van B. en W. stelt voor.
dit vorostel niet aan te nemen, omdat zij
deze overeenkomst als een verkapt subsidie
beschouwt.
De heeren De Nobel, Homburg en
Maas kunnen zich met de zienswijze van
B. en W. vereenigen. De heer Maas zou er
wel voor zijn om te onderzoeken of „De Licht
hoeve" voor een gemeentelijk subsidie in
aanmerking kan komen.
Mevrouw Van Veen verdedigt het rap
port der commissie. Hier kan volgens haar
niet gesproken worden van een verkapte sub
sidie. Integendeel, het is een openlijke sub
sidie. Spreekster meent, dat het niet meer
dan billijk is, dat de gemeente, die de kin
deren, waar ze geen raad mee weet, naar
„De Lichthoeve" stuurt, deze inrichting fllr.k
financieel steunt, want zij heeft altijd met
financieele moeilijkheden te kampen gehad.
In Velsen bestaat geen wees- en rusthuis;
men wendt zich dus maar, als men geen
raad meer weet, tot „De Lichthoeve". De
gemeente heeft die inrichting geëxploiteerd.
Wethouder Tusenius betreurt het, dat
mevrouw Van Veen de door haar genoemde
cijfers niet in haar rapport heeft meege
deeld. Als die cijfers juist zijn en als het waar
is, dat de gemeente tot dusver bij „De Licht
hoeve" heeft klapgeloopen, dan is spreker
vóór het verleenen van een subsidie, maar
eerst moet hij van de juistheid der door Me
vrouw Van Veen genoemde cijfers overtuigd
worden.
Wethouder Schilling merkt op, dat van
de zestig kinderen, die gemiddeld in „De
Lichthoeve" verpleegd worden, inderdaad het
grootste gedeelte uit Velsen afkomstig is.
Nu Ls het wel waar dat deze stichting van
de f 3000 subsidie voordeel zal genieten, maar
daar staat tegenover, dat de gemeente er wat
voor terug krijgt. De verpleging is daar goed
en daar komen dikwijls kinderen, die niet
gemakkelijk in een weeshuis opgenomen
kunnen worden, omdat het geen weeskin
deren zijn. De raad moet „De Lichthoeve"
financieel steunen. Spreker wekt de raads
leden op, er eens een bezoek te brengen. Hij
is er van overtuigd, dat ze dan wel een
proef voor een jaar willen nemen.
De heeren Ten Broeke c.s. stellen voor,
B. en W. uit te noodigen, met- het bestuur
van „De Lichthoeve" in onderhandeling te
treden om te komen tot de indiening van
een ander en aannemelijker voorstel en een
subsidie, zoo noodig, te verleenen.
De heer Sluiters is van meening, dat
„De Lichthoeve" een subsidie moet hebben
en niet voor één jaar. Ze 'heeft daar recht
op.
De heer Roel se zegt ook, dat de in
richting aan een proefneming voor één jaar
niet veel heeft.
Het voorstel Ten Broeke wordt aange
nomen met 14 tegen 10 stemmen.
Tot lid van de commissie van toezicht op
den dienst der Arbeidsbemiddeling en werk
loosheidsverzekering wordt benoemd de heer
E. Luikman.
Vragen van den heer Roclse.
Tenslotte komen aan de orde eenige vra
gen van den heer Roelse. betreffende te
kortkomingen in de regeling der school-
voeding en kleeding. Hij vraagt of het met
voorkennis van B. en W. is geschied, dat
er door of namens de vereeniging. welke B.
en W. als proef in de verstrekking van
schoolkleeding van overheidswege hebben be
trokken, oude gedragen kleeding verstrekt
is aan schoolgaande kinderen, voor welke
door hoofden van scholen of onderwijzers
schoolkleeding bij het gemeentebestuur was
aangevraagd.
„Naar welken maatstaf hebben B. en W.
zoovele aanvragen voor schoolvoeding van
kinderen uit gezinnen met een zeer be
scheiden inkomen geweigerd?", vraagt spre
ker.
Spreker concludeert, dat in Velsen de
schoolvoeding en -kleeoing onder de eischen
zijn gebleven.
Wethouder Tusenius antwoordt, dat het
aan B. en W. niet bekend is, dat de betrok
ken vereeniging oude kl eed in gs tukken ver
strekt heeft. De gemeente heeft daar nimmer
geld voor verstrekt en zij acht dit ook be
neden haar waardigheid. Mocht het toch
gebeurd zijn, dan hoopt spreker, dat men dit
met bewijzen kan staven. Dit zouden B. en
W. ook zeer zeker afkeuren. Spreker betreurt
het, dat men politieke propaganda maakt
met de ellende van anderen. Als er fouten
gebeurd zijn, dan is dat buiten medeweten
van B. en W. gebeurd.
De heer Roelse handhaait zijn bezwa
ren. Het is volgens hem komen vast te staan
dat de Vereeniging „Weldadigheid naar
Vermogen", oude kleeren verstrekt heeft.
De Voorzitter geeft den heer Roelse
in overweging, eerst met bewijsstukken te
komen. Dan kan er overleg plaats hebben.
Wat de één als vaststaande aanneemt, worclt
door den ander ontkend. Zonder bewijsstuk-
kan men geen oordeel vellen.
De heer Roelse zegt toe, aan den wet
houder de betrokken adressen te doen toe
komen. De fout zit volgens hem in de rege
ling. Er is een vereeniging tusschen gehaald,
die er niets mee te maken heeft.
De heer Vermeulen stelt een motie van
orde voor, om de discussies te sluiten. Dan
kan de heer Roelse eerst met bewijzen ko
men.
Deze motie wordt zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Daarna wordt de vergadering gesloten.
SANTPOORT.
Ds. J. L. JASPERS.
Men schrijft ons:
Op 12 Maart a.s. zal het 25 jaar geleden
zijn dat onze vroegere plaatsgenoot Ds. J. L.
Jaspers, na in 1904 aan de Vrije Universiteit
te Amsterdam candidaat te zijn geworden,
te Uselstein het predikambt aanvaardde. Na
onderscheidene gemeenten te hebben gediend
is hij thans sinds 1924 emeritus-predikant
van de Geref. Kerk van Lunteren. Hij woont
te Zeist.
Het was zijn voornemen ter gelegenheid
van dit jubileum, inplaats van de gebruike-
lenke gedachtenisrede een eenigszins uit
voerig geschriftje te doen verschijnen over de
kerkelijke toestanden in verband met zijn
bekende brochures tegen de beslissingen der
Asser Synode (zaak-Geelkerken), maar door
ongesteldheid is hij daarin verhinderd.
Thans wenscht hij dat deze gedenkdag in
alle stilte zal voorbijgaan.
HILLEGOM
EEN HERHALING.
De opvoering van „Eva Bonheur", door
Hito is zoo'n succes geweest, dat door het be
stuur vele verzoeken zijn ontvangen om dit
stuk nogmaals op te voeren. De hieraan ver
bonden onkosten zijn echter zeer groot en
daarom is besloten indien van de zijde van
het publiek tijdig werkelijk zooveel belang
stelling blijkt, op 23 April as- een herhaling
van dit spel te geven. Het stuk gaat dan
in dezelfde bezetting als de eerste maal.
WERK BIJ DE GEMEENTE.
De walbeschoeiïng van de Haven zal nabij
de vuilnisbelt een paar honderd meter ver
lengd worden. Het wordt een houten be
schoeiing, die gemakkelijk te veranderen is
in een van beton.
De gemeente, die onlangs de onbewoon
baar verklaarde woningen aan de Hofstraat
heeft gekocht, zal weldra overgaan tot het
afbreken dezer perceelen en wel de nummers
Hofstraat 3, 5, 7 tot een met 31 en de num
mers Middenstraat 7—15. Op een gedeelte
van 't vrijkomende terrein zullen 15 arbeiders
woningen gebouwd worden.
De aanbesteding van het beschoeiïngswerk
en de bouw der 15 arbeiderswoningen za!
plaats hebben op 21 Maart a.s. door B. en
W. in het Gemeentehuis.
HAARLEMMERMEER
GYMNASTIEKVEREEN. „HOOFDDORP"
Bovengenoemde Vereeniging geeft op 14
Maart a.s. een gymnastiekuitvoering in hotel
„De Beurs".
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
op 13 en 14 Maart in het
GEMEENTELIJK CONCERTGEBOUW
met de SAVAGE WASCH EN STRIIKMACHINE
en met de GENERAL ELECTRIC STOFZUIGERS
GROOTE HOUTSTRAAT 15
NU DE WIERINGERMEER
DROOG KOMT.
De Sport neemt er bezit van.
Men schrijft uit Aartswoud aan de Te!.;
Het drooggejeomen deel van den Wierin-
germeerpolder is hier met de plaatsing van
een stel goalpalen door de jeugd in gebruik
genomen.
Terwijl Zondag het halve dorp zich op het
droogkomende meer vermaakte, vond er een
geanimeerde voetbalwedstrijd plaats.
DE BADHUIZEN VAN HET „WITTE KRUIS"
Het aantal genomen baden in de maand
Februari was:
Badhuis Koudenhorn: mannen 1173, vrou
wen 505, totaal 1678.
Badhuis Leldscheplein; mannen 2063. vrou
wen 1074, schoolbaden 875, totaal 4012.
Badhuis Schotersingel: mannen 2419.
vrouwen 1173. schoolbaden 628, totaal 4220.
Badhuis Hofdijkplein: mannen 1714. vrou
wen 739, schoolbaden 1126, totaal 3579.
Eadhuis Haarlem-Noord (22 Febr. voor *t
publiek open gesteld): mannen 3C2, vrouwen
180. totaal 532.
Als Haarlem's Dagblad
niet in Haarlem en Omstreken de
algemeene Huisvriend was, zou dit
dagblad niet
meer dan 18.500 abonnés
hebben. Hieruit volgt, dat wie nog
niet op Haarlem's Dagblad geabon
neerd was, zichzelf te kort doet.
11 Maart 1930.
De Winkelsluitingswet. Verkoop van sigaren in
hotels en restaurants. Dag- en weekbladen, De
dominees over den Zondag.
Vandaag is de Kamer begonnen met de
amendemontsbehandeiing van de wirrkels.ui-
tfcngswet.
Om te beginnen werd oogenblikkelljk bij
den aanvang der vergadeiing art. 2 met 73-9
stemmen aangenomen. Die 9 stemmen waren
de stemmen der liberalen en die van com
munist Wijnkoop. Men weet, dat de liberale
fractie de eenige was, die principieeie bezwa
ren had tegen een wet, welke de winkets ge
dwongen zou doen sluiten op Zondag en des
avoncis na 8 uur. En nu was art. 2 het arti
kel, dat deze mogelijkheid in principe heeft
vastgelegd.
De op art. 2 volgende artikelen der wet
moesten „de uitzonderingen" vastleggen;
art. 3 de algemeene uitzonderingen, art 4
de uitzonderingen voor den Zondag en die
op de avondsmiting.
De Kamer is gisteren niet verder gekomen
dan de aanvaarding van art. 3. Daarover is
zoolang gediscussieerd, niet om de amende
menten van de heeren van Rappard en van
Hellenberg Hubar, maar om het amendement,
ran den heer van Dis, dat wilde doorvoeren,
om het in enkele woorden te zeggen, den En-
gelachen, zeer puriteinschen Zondag. En
aaarover hebben vrijwel alle dominees in de
Kamer het hunne moeten zeggen. En dat.
duurde met ahe eerbied voor de predikan
ten ietwat lang!
Het amendement-van Rappard had de be
doeling op Zondag en in de week den ver
koop van sigaren, sigaretten en tabak mo
gelijk te maken in café's en restaurants. Dit
amendement vond aanhang bij de vrijzin
nig- en sociaal-democraten. Niet bij dooi
heer Schokking.
De heer van Rappard en zijn medestanders
waren ervoor bevreesd, dat er allerlei soort
van fraude en ontduiking zou worden ge
constateerd bij aanvaarding van het wetsar
tikel, hetwelk den verkoop van tabaksartike-
len in de café's en restaurants aan dezelfde
voorschriften onderwierp, als de verkoop in
winkels. De heer Schokking had plattelands-
bezwaren. Hij was bevreesd, dat-, zou het
amendement aangenomen worden, het café
ten plattelamde eenvoudig in een tabakswin
kel zou ontaarden.
Ook de minister bestreed het amendement
dat naar zijn overtuiging volkomen in strijd
komt met het karakter van de wet. Tegen
geen bepaling zoo deelde hij mede heb
ben de sigarenwinkeliers zóó geopponeerd als
tegen een mogelijk maken van den verkoop
van tabaksartikclen in sluitingstijd door ca
fé's en restaurants.
Het amendement-Rappard is verworpen
met 4436 stemmen.
Eén amendement-von Hellenberg Hubar
is aangenomen. Met 4635 stemmen. Dit
amendement had de bedoeling om den ver
koop van drukwerken in stations te bin
den aan de bepalingen der wet, zoodat op
tijden, dat boekwinkels volgens de wet moe
ten gesloten zijn, ook in stations geen druk
werken kunnen worden verkocht. Dit was na
tuurlijk om den winkeliers in boekwerken
geen concurrentie aan te doen. Veel oppo
sitie tegen dit amendement werd er niet ge
voerd: de minister liet de beslissing gaarne
aan de Kamer over.
Volgens het ontwerp was de verkoop van
dag- en weekbladen tijdens den wettel ij ken
sluitingstijd te binden zijn bedoeling was,
door dezen verkoop uit art. 3 te halen, en
een nieuw amendement op art. 4 voor te stel
len, den verkoop op Zondag van dag- en
weekbladen onmogelijk te maken. De Kamer
wilde zoover niet gaan. Het amendement-
Prof. Visscher is verworpen met 63—17 stom
men. De minister van Arbeid wilde er ook
niets van weten.
Een tweede amendement-Hellenberg Hubar
vond niet zooveel genade in de oogen van de
Kamer. Het is gevallen met 5127 stemmen.
Meerdere leden van des heeren Hellenberg
Hubar's fractie stemden tegen.
Wat het amendement irüileld, waartegen
zich de heeren van Rappard, Kortenhorst, v.
d. Bergh, Schokking en vooral sterk do mi
nister verklaarden?
Het tweede amendement-von Hellenberg
Hubar wilde het namelijk ook verbieden om
door middel van automaten sigaren, sigaret
ten en tabak te verkrijgen. Dit zag men al
gemeen in ais te vérgaand. En wel. omdat
het winkelsluitlngsontwerp er gekomen ls om
den winkelier, niet om den consument te
helpen. Men moest zoo werd geredeneerd
nu niet den consument aan banden gaan
leggen wanneer 't niet noodig is. En wan
neer deze nu door middel van een automaat
zijn tabakje zou kunnen krijgen, dan moest
dat niet verboden worden. Een andere over
weging van den minister was, ook van Mr.
Kortenhorst, dat men op het oogenblik niet
weet, welke ontwikkeling het automaten-ge
bruik zal gaan nemen.
Er was dan ook nog het amendement-Van
Dis, waarover wij boven reeds enkele opmer
kingen maakten.
Het amendement-Van Dis bedoelde, door
een duidelijke regeling van alle uitzonde
ringsbepalingen van art. 3, dus van de alge
meene bepalingen, elke verkoop op Zondag
uit te sluiten van alles, wat niet behoorde
tot genees- en verbandmiddelen en tot de le
veringen aan logeergasten in hotels.
En over dl.t amendement hebben de pre
dikanten Kersten en Zandt (van de heeren
van Dis' partij: de Staatkundig Gereformeer
de), Prof. Hugo Visscher en Ds. Severijn (van
de a.r. fractie), Ds. Schokking (van de C.H.
groep) en Ds. v. d. Heide (van ae S. D. groep)
zeer langdurig gedebatteerd. Gedebatteerd in
ean dispuut, dat heel veel weg had van een
theologische debatingclub. Het ging uitvoe
rig over wat men wel en wat men niet geoor
loofd achtte. Er werden historische beschou
wingen gehouden over de Zondagsbeschou
wing van Calvijn en Luther, Voetius en Tee-
lingh. Zelfs Pllnius bracht Ds Zandt er bij
te pas. En de socinianen en derzelver dwa
lingen deed Ds. Kersten de revue passeeren.
Het was duidelijk te bespeuren, dat heel dit
debat de Kamer verveelde en toch, er was
zoo weinig aan te doen. Men kan een onder
werp breed en beknopt behandelen. Hoe ook
de voorzitter op beknoptheid aandrong, de
heeren waren heel uitvoerig. En het woord
ontnemen ging ook niet: zij bleven bij den
Zondag, al werd het verband met het wets
ontwerp wel eens wat los.
Wij zullen alle verschillen over wat op Zon
dag mag en wat niet mag, niet uitstippe
len, niet uitputten. Het is nu eenmaal een
feit, dat er buitengewoon veel verschilien zijn
over de wijze, waarop men den Zondag vieren
moet.
Maar dit is wel vast komen te staan, dat de
Kamer van de buitengewoon strenge opvat
ting van de Staatk. Geref. groep niets moet
hebben: het amendement-van Dis viel met
niet meer dan twee stemmen vóór. Het was
we! wonderlijk. maar bij de stemming was
Ds. Kersten alweer verdwenen.
De linkerzijde van de Kamer wilde natuur
lijk niet. van de strenge Zondagsopvatting
van de St. Geref. weten. Het ontwerp staat
voor hen volledig in de sociale sfeer.
En de rechterzijde van de Kamer (behalve
de groep Kersten) werd het eens over het
standpunt, dat men bij aanwezigheid van de
vele zienswijzen over de persoonlijke
Zondagsviering, het nog wel mogelijk was
bij een wetsontwerp tot overeenstemming te
komen. Een wetsontwerp, dat beteekent im
mers dat men rekening moest houden met de
realiteit, en dat men geen dingen in de wet
moet gaan brengen, waarvan men van te vo
ren zegt. dat ze niet zijn uit te voeren. Zoo
spraken de heeren Visscher, Schokking en
Severijn.
En minister Verschuur wees er nog eens
op. dat het wetsontwerp, wijl sociaal bedoeld
zeer moet worden onderscheiden van een
Zondagswet. Hij wees er op, dat men de
Zondagsrust, neergelegd in een wetsontwerp,
niet in het belachelijke moest gaan trekken,
omdat daardoor menigeen van den gods
dienst wordt afgeschrikt. Hij wilde het goede
midden houden tusschen regel en uitzonde
ring. tusschen verbod en vergunning.
Hot was te voorzien, dat het amendement-
van Dis kelderen zou.
Waterstaat.
De Eerste Kamer heeft den geheclen mid
dag aan de Waterstaatsbegrootlng besteed
zonder er door heen te komen.
Er gaat zoo langzamerhand in de Eerste
Kamer de overtuiging groeien, dat de oude
Waterstaatsregei: „wien water deert, die wa
ter keert", de grondslag eigenlijk van onze
geheele waterstaatswetgeving, moet gewijzigd
worden. De heeren v. d. Lande, van Sasse van
IJsselt en dc Gijselaar willen dezen ouden
stelregel loslaten en overgaan tot het crite
rium van het algemeen belang, m. a .w. dan
worden de kosten van het behouden der dij
ken in welstand voor een deel op den Slaat
gebracht.
De heer v. d. Lande heeft een betoog ge
houden, dat- velen in den lande za! doen „uit
het vel springenHU zeide n.l. dat het ka
naal van Amsterdam naar den Rijn niet noo
dig is: de economische noodzakelijkheid ont
breekt z. i. Voordat hij tot den bouw wilde
overgaan, moest z. 1. de economische nood
zakelijkheid zijn aangetoond. Men begrijpt,
dat de heer Polak (die alleen had willen vra
gen bij het aanleggen van kanalen wat voor
zichtig te zfjn met het natuurschoon) als
Amsterdammer daartegen ln het geweer
kwam. Hij meende, dat de economische nood
zakelijkheid voor ieder vaststond. Het gaat
zei hij om de bestaansmogelijkheid van
Amsterdam tot zijn volle recht tc doen ko
men.
Evenals hU de maatregelen van onze re
geering vergeleek met die in het buitenland
(België's zorgen voor Lurk) zoo vergeleek de
heer de Zeeuw wat ons land doet met spoor
wegtarieven enz. voor Rotterdam, het het
geen Duitschland doet voor Hamburg en
België voor Antwerpen. Hij moest consta-
teeren, dat het stukgoederenverkeer in Rot
ierdag terugliep en dat vervulde hem met
groote zorg. Voorts zijn vele stationsproble
men ter sprake gebracht.
De slotrede van den middag hield de heer
Moltmaker. Waarvoor de Eerste Kamer steeds
moet oppassen, dat is voor Twecdo-Kamcr-
tje-spelen. De Waterstaatsbegrootlng brengt
hier vele verleidingen de heer Moltmaker
bezwijkt er wel eens voor. Talloos zijn de
personeelsvragen, die hij gedetailleerd ter
sprake bracht wij zien deze in het ant
woord van den minister terug.
INTIMUS.
DE SPAARNE-STICHTING.
WU ontvingen het jaarverslag der Spaarne-
Stichting over het jaar 1929 (afdeeling Haar
lem van de Centrale Vereeniging tot be
hartiging van de maatschappelijke belan
gen van Zenuw- en Zielszieken) waaraan het
volgende is ontleend.
Er is sterke vooruitgang te eonstateeren en
uitbreiding van de bemoeiingen der Spaarne-
Stichtlng werd mogelijk.
Het aantal nieuwe gevallen waarin raad
en hulp werd gevraagd steeg tot 90 perso
nen (50 mannen en 40 vrouwen), tegen 51
personen in 1928.
Met het Provinciaal Ziekenhuis werd de
band nauwer, doordat van alle patiënten,
die genoemd Ziekenhuis verlieten, opgave
werd gedaan aan den leider van het Con
sultatiebureau. voorzoover de patiënten woon
den in het gebied, dat door de Spaarne-
Stichtlng als haar werkterrein wordt be
schouwd. De Zuster van Maatschappelijk
Werk zorgt dan vbor verder contact.
Van vele zijden wordt steun en medewer
king verleend.
In April 1929 werd besloten tot opening
van een Consultatiebureau voor het moeilijk
kind. Als leidster werd aangewezen mevr. G.
S. E. MeesSchucklnk Kool, arts: mevr. E.
J. MeerlooKalf trad als maatschappelijk
werkster op. Met het houden van een vast
wekelijksch spreekuur werd een begin ge
maakt, op 25 September 1929.
Op 1 Januari 1930 strekten de werkzaam
heden van dit bureau zich ujt over 10 ge
vallen. Hiervan zijn twee gevallen gesloten;
de andere zijn nog slechts in het eerste
stadium van onderzoek. Met verschillende
vereenigingen en lichamen werd contact ge
zocht. Ieder geval vergt veel aandacht en
tijd. Het éérste onderzoek geschiedt in een
der lokalen van den Geneeskundigen Dienst,
alhier.
Oom: „Wel bedankt vor de twee ritjes in
je nieuwe auto".
Neef: „Twee, oom?"
Oom: „Ja, m'n eerste en laatste".
.(Passing Show),
