BRIEVENBUS
Brieven aan de R edactle van de
Klniier-Afdeellng moeten gezonden
worden aan Mevrouw BLOMBERG
ZEEMAN, MarnLxstraat 20.
W. L. 'k Zal er voor zorgen, dat
ik jouw briefje niet meer vergeet.
Als O. B. maar op peil blijft, moet
Je maar tevreden zijn. JIJ doet je
best en dat ls voldoende. Hoe gaat
het nu met Je? 'k Hoop, dat Je nog
wat boeken zult ontvangen.
M. v. d. S. Aardig, dat de kin
deren elkaar voorlezen. En nog aar
diger van moeder om nu hun werk
maar over te nemen. Ze wa<ren er
heerlijk vroeg bij. Zou R. een goed
rapport thuis brengen? 't Is wel goed,
dat U den Zondag voor 't Rubriek-
werk houdt.
WOLLY R. Je hebt Je verhaaltje
zeker zien staan. Zit je ln de 2de
klas van de Kweekschool? 't Ls wel
een eindje uit Je buurt. Kom Je nog
wel eens in den Haarlemmermeer?
Zijn jullie thuis met zijn drietjes?
In welke klas zit Map op de II. B. 8.?
Je mag nog wel eens een verhaaltje
inzenden. Veel groeten voor je
ouders.
BEP 8. Arme Bep, wat heb je
een moeilijken tijd achter den rug.
Beu je nu alleen thuis? Waar wer
ken do broers? Tracht voor hen nu
een lief, zorgzaam moedertje te zijn.
Zoo werk je zeker ln moeders geest.
Moeder tc zien lijden en niets voor
haar te kunnen doen, ls toch nog
veel vrceseiyker. Als 't je goed doet
kind, stort dan gerust Je hart nog
maar eens bij me uit. Ik herinner
me. hoeveel moeder altijd van de
Rubriek hield.
GRASPIEPER. Ik neem 't je
heelemaal n'.et kwalijk, dat Je een
paar koer hebt overgeslagen. Al heb
Je 1 of 2 raadsels, toch maar Instu
ren. Alle beetjes heioen.
ZIN IA. Je moogt dezen schuil-
naam houden. Gezellig voor je, dat
Je vriendin ook meedoet. Ze zal Je
in 't begin wel wat op wog willen
helpen.
VER3EET MIJ NIETJE. Zoo zie
Je al weer: de beste boodschapster
is de vrouw zelf. Al Je raadsels heb
Ik nu toch mee laten rekenen. En nu
moet Je maar denken: vergeten is
mcnschelijk.
KRUIMELTJE. 'k Was blU weer
eens wat van Je te hooren. JIJ dacht
bij Vergeet mij nietje wordt er niets
vergeten. Omdat 't bulten jullie
schuld ls, zal ik de raadsels toch re
kenen.
JUFFERTJE WILDZANG. Waar
had Je hot de vorige week zoo druk
mee? Met stoelen en bulten spelen?
ALBA. Die krantenmenschen
kunnen maar leuke grappen beden
ken. hè? Ik kan me begrijpen, dat Je
hebt moeten schateren van 't lachen
om Dik Trom. Die deed net, of 't
olie dagen 1 April was, hè?
W. v. d. L. Dat was een buiten
gewoon goed opstel over Paschen.
Laten we hopen, dat de Paaschdagen
werkelijk Lentedagen zullen zijn.
Heb Je nog ultgaansplannen?
KOEKOEKSBLOEM. Je mag
best eens overslaan. Leuk, dat Rid
derspoor bij je in de klas zit. Wie Is
't braafste bloemetje?
BLOZE KRIEKSKE. Je briefje
van de vorige week heb ik niet ont
vangen. Ik zal er eens naar infor-
imeeren. Heb Je Zondag prettig met
moeder en broer in den Hout gewan
deld? Heb Je geen regenbultje ge
had?
SNEEUWWITJE. Dat lijkt me
wel gezellig, zoo drie Rubrlekertjes ln
één klas Wordt er wel eens een bab
belpraatje gemaakt? Al behooren zij
in AfdeelIng I, ik denk. dat ze je
toch wel helpen willen met je raad
sels. Om aan 't eind van de maand
mee te mogen loten, moet ;e min
stens 13 raadsels hebben goed gehad.
Ben Je al aan het wedstrtjdwei k be
gonnen? 15 April moet 't al klaar
Zijn.
DE KLFINE ZEEMAN. 't Is best
te begrijpen. dat je iedere week geen
grootfn brief kunt scnrljven. Zoodra
ik Je Ingezonden raadsels tegenkom,
zal Ik ze plaatsen. Je mag de vol
gende week wel woer raadsels instu
ren.
ZWARTKIJKERTJE. Ben Je nog
aan 't Wcdstrljdwerk begonnen? An
ders maar wachten op een volgen
den wedstrijd.
ELFENBLOEMPJE. Hoe is het
jnet Eikeltje? Gaat ze bU Jou op
school? Heeft Stijntje nog een kran
tje van Je gekregen?
MIMI POESEKAT. Je raadsels
zijn goed.
KOEKOEKSBLOEM. Nu was Je
goed op tijd Nog wel gefeliciteerd
met vaders verjaardag. Jammer, dat
je niet mee hebt gedaan aan den Op
stellenwedstrijd. Je raadsels moeten
Woensdags in mijn bezit zijn.
DOCTOR MYSTERO. Heb je
ook helpen schoonmaken? Je kijkt
zeker alle dagen naar de kleine duif
jes. Groeien ze flink? Fijn, dat de
twee broers nu ieder een tuintje
hebben. Ja, ik heb ook al vlinders
zien zweven.
VERPLEEGSTERTJE. Dat ls
een goed teeken, kind, dat Je niet
meer terug hoeft te komen in de
Marla-Stichting. Wel jammer, dat
de medicijnen niet geholpen hebben
Als Jij twaalf Jaar bent, vraag Je ook
maar om een tuintje. Je raadsel is
goed.
SNEEUWWITJE. Draak is geen
dierennaam en komt dus niet in aan
merking. Leuk, dat je tante uit Zand-
voort alle weken onze Rubriek leest.
Ls ze Maandag ook op de verjaars-
partlj geweest?
JANTJE M. Je bent welkom.
Wat je nog niet begrijpt, vraag Je
maar aan Rietvoorntje. Den ge-
wenschten schuilnaam mag je hou
den, maar denk er om dat je keeper
met twee ee's schrijft. Gezellig, dat
Rietvoorntje je overbuur is. Had
moeder je briefje geschreven?
HET RIETVOORNTJE. Jij bent
al heelcmaal ingeburgerd, hè? Draag
je alle dagen de mooie nieuwe das?
Een visch met een das, dat lijkt wel
grappig. Wat hebben jullie Zondag
fijn gewandeld. Flink zoo, dat je je
niet aan de donkere wolken hebt ge
stoord. Heb Je Juffrouw Kcrkmuis
gezien? Heb Je moeten lachen?
'T EPENAARTJE. Je raadsel is
goed. *k Vind het niets erg, als je
eens verandert van schuilnaam. Als
'b geen schuilnaam meer is, dan moet
het wel. hè?
HET ZAANDAMMERTJE. Ik zal
12 April eens naar Je kijken, of mis
schien wel naar Je zoeken, want er
zullen wel heel wat kinderen tuln-
waarts gaan. Hoe staat het met je
eigen tuintje? Heb je weer een nieuw
plantje van Fïoralia?
KORENBLOEM. Wat aardig, dat
de kip Je zoo goed kent. Heb jij ook
al een plantje van Floralla gekre
gen?
EGMONDERTJE. Nu zul Je ze
ker voortaan nooit meer je naam
vergeten. Je hebt immers een veel te
mooien naam.
KRIELKIP. Nu de zomer aan
breekt, ls 't maar prettig voor Je, dat
je niet meer naar Heilgymnastiek
moet. En ook een goed teeken. Je
bent nu zeker weer zoo recht als een
kaars.
APPELTJE. Je raadsels zijn
goed. Wat heb jij het druk gehad. Is
de schoonmaak nu achter den rug?
Zitten jullie nog fijn ln de bloeme
tjes? En smaakte de taart lekker?
APPELMOOTJE. Ik dacht wel.
dat JU in je sas zoudt zijn. Maar je
moet niet zooveel lawaai maken, dat
moeder er hoofdpijn van krijgt. Ik
hoop. dat het boek zoo mooi ls. dat
je er heusch een middag Je voetbal
voor laat rusten.
DUIZENDSCHOONTJE.. Na
tuurlijk kon Je niet zooveel woorden
vinden, want je was ln Je keus be
perkt. Vast wel gefeliciteerd met
moeders verjaardag. Is 't cadeau al
gekocht? Als Je in mijn buurt komt,
breng Je Je poesie-album maar.
ZANGVOOELTJE. Hartelijk ge
feliciteerd met je verjaardag, 't Is
dan toch eindelijk zoo ver. De vol
gende week vertel je me zeker van
alles over Je cadeaux. Hebben de
poppen ook feest gevierd? Zijn de
scrvctrlngetjes klaar gekomen? De
vlekjes worden Je vergeven.
DE KLEINE VIOLIST. Je kunt
wel aardig raden, maar hebt toch
niet goed geraden. Jan was wel de
held. 't Overdoen zou toch ook niet
goed zijn geweest. Verbeeld Je. dat
h!J 't dan weer eens verloren had-
Zijn we 't eens?
BALLENBREISTERTJE. t Doet
me plezier, dat JIJ het zoo naar Je
zin hebt op school. Wat prettig, dat
er zoo'n mooie bibliotheek op school
is. Wolk bock heb Je nu? Ga Je mor
gen naar grootmoeder? Heeft vader
al ve.l kievitseieren gevonden? De
volgende week hoop ik den uitslag
van de wedstrijden mee te deelen.
ROODSTERRETJE. 'k Ben niet
boos, omdat Je een poosje niet hebt
geschreven. Dat ls zoo erg niet. Ik
ben wel een klein beetje boos, om
dat je zoo slordig gaat schrijven. Je
verlangt zeker wel naar 29 April. Wat
zal 't cadeau worden?
DE KLEINE VOETBALLER. Hoe
gaat het met Je duiven? Wat aardig,
dat Opa er een hok voor heeft ge
maakt. Met 't mooie weer zijn ze
zeker telkens uitgevlogen. Wat voor
kleur hebben ze?
ROZENKNOPJE. Natuurlijk mag
JIJ ook een raadsels inzenden. Stuur
het de volgende week maar. Komt er
al wat op van 't zaad ln je tuintje?
Wat heb je al zoo gezaaid? Nu vooral
maar op 't onkruid letten.
VIOLETTA. Ben Je nu weer
heelemaal beter? Wat heeft er aan
gescheeld? Hoe is 't met je zus? Je
doet toch zeker ook mee aan 't wed-
strijdwerk?
VERGEET MIJ NIETJE. Hoe ls
nu met jou? En hoe gaat 't met moe
der? Wat zal moeder geschrokken
zijn, toen Je zoo huilend binnen
kwam. Doet je hoofd nog pijn? En
ls de bult bont en blauw geworden?
Ik hoop, dat je Zondag toch mee
kan zingen op de uitvoering.
FRANCIS VERE. Je raadsel ls
goed.
EEN NAAMLOOZE zendt me een
rail-aanvraag, die ik natuurlijk niet
plaatsen kan.
LEERGRAAG. 't Gaat al heel
goed met 't oplossen van je raadsels.
Je moogt do antwoorden wel beknop
ter opschrijven.
BLONDINE. Misschien plaats Ik
deze week nog wel enkele van je
grappen. Dat lijkt me een gezellig
boek, Juist geschikt voor een herstel
lend patientje. Je raadsel ls goed.
KLEIN DULMPJE. Wat jammer,
dat je zooveel kettingwoorden ver
keerd hebt. Je hebt de opgave niet
goed gelezen. Ik zou zeggen: stuur
ze toch maar in. dan zal ik eens kij
ken hoeveel goeds er overblijft. Mis
schien valt 't mee.
REKEL. Je raadsels zijn goed.
GOUDELSJE. JIJ krijgt door
onze Rubriek nog een mooie biblio
theek. En je houdt veel van lezen,
hè? Hoe vind je je nieuwe boek? Je
raadsels zijn goed. Heb je ze zelf be
dacht?
GOUDSBLOEM. Misschien
plaats lk deze week al'Je moppen.
ROODKAPJE. Je hebt die twee
brieven maar keurig geschreven.
Heeft Poesenmoedertje een taschje
van je gehad, om haar tec-keningen
in te bewaren? Had je het zelf ge
maakt?
POESENMOEDERTJE. Prettig
kind, dat je verjaardag zoo genoeg
lijk vcrloopen ls. Je raadsel ls goed.
WIELEWAAL. 'k Had in langen
tijd niets van je gehoord. Ik aan me
begrijpen, dat je postzegelverzame
ling veel tijd kost. Heb Je er een
mooi album voor? Hoeveel zitten er
al ln?
ZOMERBLOEMPJE. Al heb je
nog zoo weinig raadsels, stuur ze dan
toch maar in. Alle beetjes helpen.
KERSTROOSJE. Nu niet meer
ziek worden, 't Is veel te mooi weer
om op bed te liggen. Was Je veel ach
ter gekomen op school? Hoe is 't nu
met Paaschhaasje? Vast wel gefeli
citeerd met vaders verjaardag. Ik
hoop, dat 't een heerlijk dagje voor
Je zal worden. Heb je met moeder al
een mooi cadeautje gekocht? De vol
gende week schrijf je me er zeker
van alles over.
VICE-ADMIRAAL. Grootvader
heeft een drukken tijd achter den
rug, hè? Gezellig voor je. dat Je nog
een zusje hebt. Hoe heet ze? Ze gaat
toch zeker ook al op school?
DAMIAATJE. Je raadsels zijn
goed.
BOTERBLOEMPJE. Je was nog
wel op tijd met je raadsels. Ik ken je
onderwijzeres wel. Als ik haar eens
spreek, zal ik vragen, of Je een knap
Boterbloempje bent. Je mag ook wel
zelf raadsels maken en ze aan mij
Inzenden.
RADIOMONTEUR. Je hebt de
raadsels kranig opgelost. Juffrouw
B. ken ik niet. Voor een jongen uit
de 2de klas schrijf je maar wat keu
rig. Wat was dit ook snoezig post
papier.
ZEVENSTER. Ik was plotseling
verhinderd om op de tentoonstel
ling te komen. Moeder was zeker wel
b'.lj. toen je mooie kussen op de divan
prijkte. Is de jurk klaar gekomen?
Wanneer moet je hem aan hebben?
KRULLENJONGEN. Denk Jij er
om. dat geschreven met soh wordt
geschreven en niet met sg. En tijd
eindigt op een d. En gauw moet met
au en niet met ou. Gelukkig maar,
dat je brief geen dictee was, andera
had je er vast geen mooi cijfer voor
gehad.
BABBELKOUSJE. Je raadsela
zfjn goed.
LEZERESJE. Kom jij nog eens
dien atlas bij me halen. Dat was Za
terdag een heerlijk avondje voor je.
Die mop wa Igenlijk wel flauw, hè?
Als zoo'n humorist het vertelt, moet
je er tooh om lachen. Je verlangt
zeker al naar 3 Mei.
MAGNOLIA. Als Je naar een;
ver jaarspartijtje gaat, schiet de Ru
briek er natuurlijk bij ln. Heb Je een
plezierigen middag in Santpoort ge
had? Stuur je woorden maar den
laatsten dag in.
PAASCHHAASJE. Is Je prijs
naar je zin? Bevalt het je weer goed
op school? Hoe is het met de oog
ontsteking van je broertje? Heeft hij'
er pijn aan? Moet hij nu thuis blij
ven?
KAREL I. Hoe vond jij Je boek?
Ik zag Je oogen glinsteren van pret.
GRAAF LODEWIJK. Heb Jij
het boek van broer ook al gelezen?
PRIMULA. Nu zal je wel eens
meer groen voor je visschen halen.
Wel jammer, dat dat eenige stekeltje
ls doodgegaan. Gaat dat andere ste
keltje al een nestje bouwen? Dat is
toch zoo'n aardig gezicht. Je raadsel
is goed.
GOUDEN REGEN. Houd jij er
de vroolijkheld maar in thuis. Je
moet denken aan wat een Duitsch
liedje zegt: Böse menschen slngen
keinen lieder. Maar jij bent een
stralend bloemetje, hè?
NACHTEGAALTJE. Zou je jurk
voor Paschen klaar komen? Ben je
nu weer op school? Bloemetjes ver-
koopen is ook wel vermoeiend, daar
om raadde de dokter het zeker af.
Heb je het kussen nu .aan een vrien
dinnetje geleend?
KONIJNTJE. Komt cr al wat op
ln je tuintje? Hoe gaat 't met moe
der?
COR J. Heb jij ook maar eens
een paar weken vacantle genomen?
Dat mag wel. Kon je Guus 't wed-
strijdwerk niet uitleggen? Er was
toch heusch niet veel aan te begrij
pen. Doe jij nu alleen mee? Denk
je er aan, dat ik 15 April Je werk
moet hebben.
HET TIMOREESJE. 't Deed me
genoegen ook weer eens wat van jou
te hooren. Heb je Woensdag gezel
lig bij je vriendinnetje gespeeld?
Stuur maar eens zoo'n zelf gemaakt
verhaaltje In. Als 't geschikt ls, zal
lk het plaatsen. Wat ben je ln een
mooien tijd jarig. Weet Je al, welke
vriendinnen je vragen zult.
SPRINKHAANTJE. Je raadsels
zijn goed. 't Spijt me voor zus, dat
ze zooveel woorden verkeerd had. Er
stond heel duidelijk in de opgave:
plant- en diernamen. Is Sprink
haantje ook over dien zin heen ge
sprongen?
KORSTJESKNAGER. Als je
's Woensdags geen tijd hebt, moet je
ook niet aan de tuintjes beginnen.
Wat je begint moet je voleindigen.
Ik begrijp wel. dat Je je voetbal niet
vergeten kunt. In welke klas zit
je nu?
JUFFERTJE Schrijf graag. Ik
dacht wel. dat je 't prachtig zou vin
den op de bloemententoonstelling.
Heb je er een goed opstel over ge
maakt? Wat trof dat, dat de konin
ginmoeder en de prinses er Juist
waren,
W. BLOMBERO—ZEEMAN
Marnixstraat 20
Haarlem, 11 April 1930.
LUCIFERS
Dagelijks worden in de Zweedsche
fabriek te Jongköping 50 mllhoen
lucifers vervaardigd. In 1933 kunnen
we het eeuwfeest van de lucifer vie
ren.
MENSCHEN EN DIEREN
Op de heele wereld leven 1600 a
1800 mllüoen menschen en 1500 mil-
lioen nuttige huisdieren.
BIJVOEGSEL
VRIJDAG 11 APRIL 1930
No. 173
Aan Allen!
t Is Zondag Palm-Zondag en lk
heb van sommige Rubriekertjes ge
hoord, dat ze weer een Palm-Pa-
sohenstok gaan versieren. Leuk, dat
't weer in gebruik komt. Als Je nu
Zondag eens een kijkje kon gaan
nemen in 't OveriJselsche dorpje De
nekamp, dan zou je misschien mee
gaan loopen in den optocht door 't
dorp. Jongens en meisjes met de Zon-
dagsche kleeren aan en den versier
den Palmpaschenstok in de hand.
't Is wel merkwaardig, dat er juist
tegen Paschen zooveel feesten zijn ln
de provincie Overijsel. Straks worden
ook weer karrenvrachten aangesleept
yoor de Paaschvuren.
Nu Zondag zie je de mooiste stok
ken met de kukclhaantjes ln 't mid
den en daarom heen de broodkran-
sen. In iedere streek is weer een
andere Palmpaschenstok. overal
prijkt er frisch groen aan, ten teeken
dat de natuur ontwaakt is. Dan mo
gen ook de versierselen en lekker
nijen niet ontbreken. Molentjes en
vlaggetjes van gekleurd papier, kra
kelingen of krentebollcn. Ook si
naasappelen en mooie glimmende
bellefleurs prijken wel onder 't haan
tje. 't Haantje van krentenbrood of
ander deeg moet in den top. Is de
palm het zinnebeeld van overwin
ning. de haan verkondigt, dat het
v.eer licht Ls geworden en de duis
ternis is geweken.
En de kinderen loopen vroolijk met
hun Palm-Paasch en zingen:
Haenlien op ien stokkien
Bedelt um len brokkien,
Bedelt um ien stukkien brood
Aenders gaet mlen haentien doodl
In sommige streken heeft men een
zwaantje in plaats van een haantje.
Ook heeft 'men aan 't uiteinde van
den stok wel eens een dwarsstok ge
spijkerd, waarop men een krans van
brooddeeg heeft gehangen. Die kra
keling, in Overijsel zegt men krèke-
Bng is dan nog versierd met slingers
of ketting van gekleurd papier. Hoe
bonter, hoe mooier. Dan zingen ze
ook wel dit liedje:
Palm, Palmpasc-hen,
De koetjes, die gaan grazen.
De schaapjes ln de wel
Als het Paasch ls, krijgen wij
een el
In mijn jeugd zongen we nog een
ander liedje:
Palm, Palmpaschen!
Hel Koerei!
Nog een Zondag,
Dan krijgen wij een eL
Eén ei is geen ei
Twee cl ls een half el.
Drie el is een paaschel.
Koerei ls afkomstig van een
Grlek<"*h voord, dat ontferming bc-
teekent. Misschien zijn er onder jul
lie die als padvinder of padvindster
Zondag een Palmpaschenstok naar
een onzer ziekenhuizen brengen. Ik
ge'.cof zeker, dat die Palmpaschen
stok dan een tooverstokje van vreug
de zal zijn.
W. B.—Z.
Het hongerige vogeltje.
't Puddinkje van witte gries.
Was wel smakelijk, vond Lies.
Hap voor hap eet zij maar voort,
Niemand komt er die haar stoortI
Toch, een zwaluw, slank en zwart,
Voelt den honger als een smart.
Gaarne zou hij 't willen wagen,
Om aan Liesje Iets te vragen.
Maar hij weet toch heusch niet hoe,
En kijkt daarom hong'rig toel
Liesje eet haar buikje rond,
Zet dan 't schaaltje op den grond....
Maar, nog ligt iets op den schaal.
Juist genoeg voor 'n vogelmaal.
Zwaluw schudt wat met zijn kop
Enslikt fluks de kruimpjes op!
Hoe het arme jongetje rijk werd.
Op 'n goeden avond bracht hij ech
ter 'n paar plankjes mede van zijn
werk. En daarmee ging tij na 't eten
stilletjes naar den zolderEven
later hoorde Sientje beneden oen
zaag knarsen en een hamer kloppen.
Het was haar man, die speelgoed
ging maken voor het kleine kereltje
dat in hun huis zou komen
Toen aoo de eerste dag kwam, dat
Slentje haar Jongen in het ziekenhuis
mocht bezoeken, pakte zij al vroeg
alles wat zij gemaakt had in een
mandje. Een half uur te vroeg stap
te zij al op de stoomtram, die haar
naar Middelburg moest brengen en
ook veel te vroeg belde zij aan. Maar
toch deed men haar open en liet men
haar binnen. Alleen mocht zij niet
dadelijk naar de ziekenzaal toe,
maar beduidde haar de zuster, dat
zij eerst even bij den directeur moest
komen.
En zoo betrad zij verlegen en een
beetje bang slecht nieuws tc zul
len hooren, het stemmige vertrek,
waar de directeur in zijn langen
wiWen doktersjas aan een tafel zat.
Maar de directeur was heel vrien
delijk voor haar. Hij gaf haar een
stoel en toen zij eenmaal op haar ge
mak zat begon hij alles te vertellen.
Kareltje was al een stuk beter en
had hem verteld wat er met zijn
ouders en zijn zusje gebeurd was. Rn
nu hoorce Sientje het versclirlkke-
lijke verhaal ook. Het vrouwtje
beefde van ontzetting. Dat er aoo
iets ergs met het jongetje gebeurd
was had zij niet vermoed, maar het
was alsof zij nu nog veel meer van
hem moest houden
En vrouwtje, zei de directeur
eindelijk, nu moet U eens zeggen wat
ge wilt-. Het ventje heeft blijkbaar
geen familie meer of misschien ook
wel, dat weet lk niet, maar ln ieder
geval, wilt gij hom als pleegkind heb
ben. dan moet ge het mij nu zeggen.
Sientje knikte. Ja. dat wiMe zij
Goed, zei de dokter, gaat dan nu
maar naar hem toe, dan zal ik die
zaak voor U wel in orde maken!
En vriendelijk bracht hij haar
naar de zaal waar Karei Lag ZIJ
wist nu hoe hij heette want de dok
ter had het haar verteld; maar zij
kende hem niet meer terug, toen zij
hem in zijn bedje zag zitten, zoo was
hij veranderd. Ach. wat zag hU er
lief en knap uit en wat waren zijn
wangen weer dik en wat had hij een
leuk kleurtje
Verlegen keken Sientje en Karel
tje elkaar aan, want nu pas bleek
dat zij elkaar heelemaal niet kenden.
Maar de directeur bracht hen gauw
tot elkaar.
Kijk eens Karei, dit Ls nu Je
pleegmoedertje voortaan. BIJ haar
kom Je ln huis en zij zal voor je zor
gen hoor! Wel, hoe vind Je dat? Dan
behoef Je niet meer op str.iat te
zwerven en te bedelen, dan krijg Je
weer een thuis mot een vader en een
moeder en alles wat je noodig hebt
jongen!
Even was het nog vreemd, maar
toen Sientje eenmaal haar schatten
voor den dac gehaald had en al lea
aan Kareltje liet zien waren zij snel
goede maatjes. Blij liet Karei de
mooie kleeren door zijn handen gaan
en blij ook beloofde Karei dat hij
gauw beter zou worden en thuis zou
komen.
En zoo werd hij weer rijk! Niet
aan geld maar aan geluk! Zijn lieve
pleegouders verzorgden hem alsof hij
hun eigen kind was en zij maakten
dat hij opgroeide tot een flinke en
brave man, die hun zelf weer tot
een heerlijken steun werd toen zij
eenmaal oud en zwak geworden
waren.
We kunnen in onze groentcaN
deeling ook reeds vroeg zaaien:
Radijs.
De meeste kinderen zijn dol op d«
pittige roode- of witte bolletjes bij
hun boterham. Heb Je ze bovendien
zelf gekweekt, dan zijn ze dubbel
lekker. Probeer 't maar eens.
Van radijs bestaan heel veel ver
schillende soorten, verschillend ln
vorm en kleur. De gewone ronde
wordt heel veel geteeld. Zorg. dat
de grond goed doorgewerkt en voed
zaam is (geen versch bemeste
grond). In slechten grond wordt ze
voos. Het zaad wordt ruim uitge
strooid, want als de planten te
dicht op elkaar staan, schaadt dit
de knolvorming. Het moet onge
veer met een cM. aarde bedekt
worden en goed onder geharkt.
Wanneer je den grond dan nog
flink aanslaat, heb Je ook geen last
van vogels, die de zaadje* graag
lusten. Wil Je zoo lang mogelijk van
radijs proflteeren en heb je nog wat
ruimte, zaal dan eenige weken
echter elkaar een kleine hoeveel
heid. Heb Je later de radijs opgege
ten. dan kun Je op 't vrijgekomen
hoekje nog best andere groenten of
bloemen kweeken.
Kropsla.
Een zeer dankbaar gewas, dat ln
geen moestuin mag ontbreken. Wat
heerlijk op een warmen dag een
versch kropje sla bij 't middagmaal.
Om ze zoo lang mogelijk te kunnen
nuttigen is 't noodzakelijk herhaal
delijk kleine hoeveelheden met niet
te groote tu.vchenpoozen te zaaien.
Op een afzonderlik hoekje zaal Je
dun uit. Als Je te dik zaait, krijg Je
geen krachtige planten. De plant
jes worden later op een afstand van
20 a 25 c.M. uit geplant. Heb Je te
veel planten op Je bed staan, dan
laat je die maar groeien en gebruikt
ze voor snljsla. Donk er om, dat Jo
niet ln drogen grond uitplant. Van
te voren den grond flink vochtig
maken en de plantjes met een
vochtig kluitje overzetten. Ze heb
ben dan 't minst tc lijden en groeien
dadelijk door.
Er zijn een groot aantal soorten
kropsla ln den handeL De bekend
ste soorten zijn o.a.: Zwart Zccuw-
sche met groote, vaste, malscho
kroppen (zwart zaad); Groot geel
(Konlngskropi, een goede soort, dlo
niet spoedig doorschiet, daar ze veel
warmte kan verdragen (wit zaad).
TUINIER,