BRIEVENBUS Aan Allee! Toen 't Zonnetje scheen. EEN SPOORWEGAVONTUUR. Brieven aan de Redactie van de Klndcr-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG —ZEEMAN, Marnlxstraat 20. De KLEINE VIOLIST. Ik merk wel, dat jullie met den wedstrijd op den goeden weg zijn. Nu zijn er ze ker weer nieuwe namen bij geko men. Als 't wat moeilijker is, is de voldoening van ze gevonden te heb ben, des te grootcr. GOUDEN REGEN. 't Doet me genoegen, dat je in je schik bent met Je prijs. Mijn gouden regen zit nog in knop. Ik denk, dat Je in plaats van paarsen, blauwen regen bedoelt, die klimt zoo mooi tegen den muur op. BLOZE KRIEKSKE. Dat was voor jou Zondag maar weer een ex tra heerlijk dagje. Je neefje zal 't ook wel gezellig vinden, als Je eens komt overwaaien. Leuk, dat zoo'n kleine baas al zoo goed kan fietsen. Wat zag Je op de tooverlantaarn- plaatjes? KRIELKIP. 't Is Juist kranig, dat Je met de wedstrijden zooveel prijzen hebt gewonnen. RaadselpriJ- zen hangen af van 't lot. 't Doet me plezier, dat je blij bent, dat er weer een nieuw vcrvolg-verhaal is. T ZAANDAMMERTJE. Heb Je een vliegende Hollander? Moesten jullie er nu om 't hardst mee rij den? Komt die bijenhouder jullie de kasten laten zien? Heeft de tuinkers lekker gesmaakt? Wat fija» dat je doperwten zoo hard groeien. Komen de wortelen en bicten ook op? Bieten staan zoo mooi met die donker- roode bladen, 't Is wel aardig, dat je ook wat snijbloemen hebt gezaaid. EPENAARTJK. Nu schreef Je netjes en duidelijk. Dat kwam ze ker van de nieuwe inkt. Wat zijn dat voor sommen, factorsommen? Als Je zooveel van rekenen houdt, krijg je er zeker ook wel een goed cijfer voor op school. LEZERESJE. Help Je voor het eerst aan de schoonmaak? Gaat 't naar Je zin? Misschien heeft broer na jc atlas gehaald. Ik kende dat vorhaaltje ook wel van 't spoorweg- avontuur. 't Is niet door mij geschre ven, wel Knipperdolletje. Ja, 't wordt een lang vervolgverhaal. Aardig, dat zus het in een schrift gaat over schrijven. De foto's waren over 't al gemeen niet scherp genoeg, daarom hebben we 't niet langer voortgezet. SNEEUWWITJE. Is er nog een lltteekcn overgebleven? De raadsels waren dezen keer vrij moeilijk. Er zijn er verschillende die er een of meer hebben laten zitten. Jc raadsel ls goed. KOEKOEKSBLOEM. Je raadsel is goed. DRAAITOL. De raadséls waren dezen keer afzonderlijk gezet, omdat er voor jullie anders zoo weinig tijd voor oplossen overbleef. Je Ingezon den aadsel is goed. KONIJNTJE. Nu groeien de kui kentjes zeker bU den dag. Ze lusten vast aardig wat. Wat aardig, dat moeder een warm bedje voor hen heeft gemaakt. Gaan ze er alle avon den op slapen? KLEINE ULBO. Hoe ls 't er nu mee? Had je kou gevat? t Doet me genoegen, dat Je zoo van Je prijs hebt genoten. Dat was een mooie afleiding in de zieke dagen. Hoeveel Droste-plaatjes moet Je nog hobben? W. L. Zijn Jullie nu al wat op orde? Alles kan nu weer op zijn plnats staan, als Je tante ln Holland arriveert. Heb je nu al eens een vi site bU Je dokter afgestoken? Er niet te lang mee blijven loopen. Jongen. Prettig voor Je. dat er Zaterdag weer drie nieuwelingen te boeken waren. BLOEMENFEE. Knappe meid., dat JU al een heelen dag op Je zusje kunt passen Zoo kunnen vader en moeder nog eens rustig uitgaan. Het was gezellig voor Je. dat Hageroos een bezoekje kwam brengen, 't Ging deze week een beetje raar met de raadsels, zoodat Je niet de eenlge bent, die de kluts kwijt was. Heb Je Woensdag een lekker puddinkje mee genomen? Hoe is 't met Je examen afgeloopen? Kun Je al seinen geven met de fluit? EIKELTJE. 'k Vond het leuk weer eens wat van Jou te hooren. Je bent er op vooruit gegaan met scJirU- Genlet nu maar zooveel mogelijk van 't mooie weer. Je hebt die Engelsche ^oorden verkeerd overgeschreven Zoo bcteckent het niets. Hoeveel na men heb je al van den wedstrijd? Wat hebben jullie veel kuikens. WILLEM VAN DER L. Heb JU wel eens op school dien regel moeten schrijven: Schrijf beleedlglngen in zand, maar weldaden in marmer? Als Je dat kunt, bespaar je jc zelf veel leed. Wat prettig, dat je kleine neef het zoo goed maakt. Vast hartelijk gefeliciteerd met vaders verjaardag Komt zus over? Ga je op Hemel vaartsdag naar Leeuwarden? Of is de reis Je te ver en te duur? HUMPIE en LÜESJE. Lezen Jul lie alle weken zoo trouw Onze Jeugd? Dan had je me al lang eens moeten schrijven. Een jongen van 10 jaar kan toch zeker wei een grooten brief schrijven. In welke klas zit Humpie? Houden jullie zooveel van bloemen? Ik ook hoor. Hebben Jullie een groo ten tuin? Doet poes ook wel eens kattckwaad ln den tuin? Tante uit Haarlem komt 's zomers zeker altijd bij jullie logceren. Hoe gaat 't met 't kleine zusje? Lacht ze al tegen Jul lie? Wonen Jullie dicht bij groot moeder? Je kunt er zeker fijn fietsen. Hoe gaat 't nu met moeder? 't Was saai in de huiskamer hè, toen moe ders plaatsje leeg was? Ik denk, dat Loesje toen wel eens extra op vaders knie heeft mogen zitten, 'k Hoop, dat jullie me nu spoedig zullen schrijven, dat moeder weer heele- maal beter is. ZWARTKIJKERTJE. Heb je het boek al uit gelezen? Leuk, dat je di ploma nu op je kamertje hangt. Dat is altijd een aardige herinnering. Heb je veel boeken en lees Je graag? DE KLEINE ZEEMAN. Je schreef keurig met de nieuwe pen. Neen, 't was maar voor een keertje, dat Onze Jeugd op Maandag kwam. Ik hoop voor jullie, dat ze nu weer Vrijdag verschijnt. Ben Je al aan 't fietsen leeren? Je raadsel is goed. RANGEERDERTJE. je mag al tijd wel zonder enveloppe je brlefjo insturen. Woensdag heb Je zeker weer fyn buiten gespeeld. Hoe was je rapport? Ben je vooruit gegaan? V/at hebben jullie heerlijke plannen voor de groote vacantie. Speel Je nog veel met je trein? Wat knap, dat je ook tunnels kunt maken. KERSTROOSJE. Jij hebt nog eens een fijnen verjaardag gehad. Heb Je al een fietstochtje gemaakt o]) Je nieuwe karretje? Hoe heet Je nieuwe book? Is al 't lekkers al op? De atlas zal je bij de raadsels ook goed te pas komen. De schoolvrien dinnen genieten zeker ook van Je springtouw. ZINIA. Hoe maakt Je poesje het? Heb je haar een naam gege ven? Wat heb Je een schitterend cij fer voor schrijven gehad. Je schrijft ook keurig. De maand Mei was niet. zoo lief en zacht als we haar wel eens bezingen. Je raadsels zijn goed. FREESIA. Zitten er al kippen ln 't nieuwe hok? Komt cr al veel op in je tuintje? Ga jc nog wol eens met den poppenwagen rijden? Ik felici teer je vast hartelijk met je verjaar dag. Wat een bof, dat 't op Zondag valt. Pop krijgt zeker ook wel een cadeaut je, omdat ze twee jaar wordt. VIOLETTA. Als Je de volgende weck Jc raadsels brengt, kun Jc Je Poesie-Album meteen meenomen. Is er nu bericht van zus gekomen? Ik hoop 't maar, want ln afwachting leven is moeilijk, hoewel moeder toch maar aan 't oude spreekwoord moet denken: geen tijding, goede tijding. HET TIMOREESJE. Wat schiet Je verjaardag nu al gauw op. Je telt de dagen zeker. Gaan jullie nog verhulzen? Dan kon je dicht in mUn buurt. Ik wist niet eens, dat or in jullie leesboekje een versje van mij stond. Hoe heet dat leesboekje? Hoe heet Je grootvader? Als de Zwem school geopend ls. zal 't nog wel geert zwemweertje zijn. Wat leuk. dat moeder Jou ook knipperdolletje noemt. MONTBRETIA. Hoe langer Je meedoet, hoe minder hulp Je zult noodig hebben. Alle begin is moei lijk- Dus volhouden maar. Wat heb ben jullie al heerlUke groote-vacan- tle-plannen. En naar welke streek iQ OveriJsel wou je gaan? MAGNOLIA. Feliciteer zusje Zondag maar van me. 't Is maar gemakkelijk voor jullie, dat vader voor brievenbesteller s]>eelt. 't Is nog een heel eindje van Jullie huls af, hè? GOUDEN REGEN. t Doet me plezier, dat het boek naar je zin is Wat jammer, dat je toen je brief vergat. Maar ik heb hem toch wel gekregen. Heb je Woensdag heerlijk bulten gespeeld? ZANGVOGELTJE. Ik denk, dat je kleine nichtje nog niet veel be grepen zal hebben van die ansicht kaart, maar misschien bewaart je zuster haar tot ze groot ls. Ik hoop voor je, dat het spoedig zwemweer zal worden. Zwem je op de Klever laan? ik mag niet zeggen, wie Zwart- kljkertje ls. AMICO. Ben Je Woensdag nog een uur vroeger naar bed gegaan? 't Was wel een verstandig voornemen van Je. DROOMKONINKJE. Wanneer ga je met de klas naar Marken? Je hebt gelijk, dat Je met de mooie da gen liever buiten speelt, ik kan me begrijpen, dat moeder blij is, dat de zandboel weggaat. Heb je al van je eigen radijs gegeten? MOEDERS GROOTSTE HULP. Wat fijn, dat Jullie ook een school reisje gaan maken, je bent natuur lijk erg verlangend om te weten waarheen. Komt moeder uit Soest- dijk? Daar is het toch ook zoo mooi. POPPENKIND. Je bent in de war, want 'k heb heusch nooit op het Wilsonsplein gewoond. Knappe meid, dat je zoo netjes op je speel goed bent. Hoe gaat 't met de big getjes? Wat zal je in je schik zijn, als er jonge biggetjes komen. Dan schrijf je liet me maar gauw. UITLOOPER. Kent Johan de letters al? En kan hij al schrijven? Hij maakt zeker dikwijls verre rei zen met zijn spoor. Mag je ook wel eens mee? ALBA. 't Moest toch Wipneusje zijn. De cijfers zijn wel eens ver keerd, maar met een beetje goeden wil is 't raadsel in den regel wel te vinden. Wat kun je al knap typen. A. B. C Ja, Fridjof Nansen was een Noor. Ik kan me best begrijpen, dat je wel een heel boek over hem zoudt willen lezen, 't Was een man, die geen vrees kende. Hij was niet alleen de groote ontdekkingsreiziger, maar ook een man, die heel veel ge daan heeft voor de Russische vluch telingen. Ook Grieksohe, Buigaar- sche en Armeensche vluchtelingen heeft hU gesteund, zooveel hij kon. Ik vermoed wel, dat er binnenkort een bock zal verschijnen, waarin je zijn levensgeschiedenis kunt lezen. Jo weet toch, dat hij verschillende boeken geschreven heeft over zijn onderzoekingen. JAN TEN H. Dat lijkt me heel interessant om zoo'n lucifersfabriek te mogen bekijken, 't Is niet waar, zooals JIJ dacht, dat een Zweed de lucifers heeft uitgevonden, 't Moet een Engelschman zUn geweest, een zekere Jones. Later heeft een Dult- scher, Böttger de lucifers verbeterd minder gevaarlijk gemaakt en toen heeft hij ln Jonköping, in Zweden een fabriek gesticht. Het gevolg hier van is geweest de Zweedsche luci- fer-fabricatie. Nu zijn er in andere landen, zoo ook bij ons, wel luci- ferfabrieken, maar Zweden staat toch bovenaan. Alleen ln de fabriek te Jonköping worden per dag meer dan 1 millloen doosjes vervaardigd. MARIETJE G. 'k Zou me dan vooral maar oefenen in 't schrijven van vreemde woorden. Misschien kan je groote broer je ermee helpen. W. BLOMBERG—ZEEMAN Marnlxstraat 20 Haarlem, 18 Mei 1930. Knipperdollet j e. door W. B.—Z. HOOFDSTUK I. (Vervolg) 2) ,,'k Ben nu toch al twaalf geweest" vleide Mies. Moeder keek eens naar haar oudste. Mies was den laatsten tijd gegroeid in alle opzichten. Moe der herinnerde zich vele dagen, wjarop Mies als een zorgzaam moe dertje de broertjes had beziggehou den en allerlei werkjes had gedaan, die niemand haar eigenlijk had ge leerd. „We moesten 't maar wagep, kind," zei Moeder zacht. „Moesje! Lieve, lieve moesje." Micsjes hoofd Lag bU moeder op 't kussen en moeders wang werd met èeri paar hartelijke kussen bedekt. ..Nu zullen we vanavond alles eens rustig met vader bespreken en dan moet er maar meteen bericht naar. grootmoeder." Mies was den koning te rijk. Op gewonden kwam ze beneden enj maakte tante Jet deelgenoot van moeders toestemming. „Ik had er je nog te jong voor ge vonden," zei tante met bijzonderenl nadruk op het woordje ik. Jan en Her de onafscheidelijke tweelingen namen het heel nuch ter op. „Grootmoeder heeft todh geert speelgoed?" vroeg Jan, die een hee len middag zich vermaken kon metl zijn spoor. „Nee, grootmoeder heeft geert spoor," vervolgde Henk. „Wat kan mij speelgoed schelen/' deed Mies uit de hoogte. ,,'k Zal jou missen, Fransmanne tje," zei ze tegen haar Jongste broer tje Driejarig Fransje was de bijzon dere lieveling van Mies. De meisjes van de 6de klas, waafl Mies in zat, wisten het dien dag na-, tuurlijk allemaal, dat Mies heel al leen naar Schoorl mocht reizen, waar haar grootmoeder woonde. Mies was maar blij. dat ze 't ook aan den on derwijzer verteld had, nu zei hij, toen ze haar leesbeurt niet wist: „Miesjc zit over de groote reis na te denken." Anders zou er zeker school blijven op gevolgd zijn. Toen Mies thuiskwam, was vadeü er al. Hij had den vroegen trein kun nen halen. „Zoo reizigster," verwelkomde hU zijn dochter. „*k Mag hè." zei Mies maar dade- UJk. „Weet Je wel, hoe je reizen moet?" „Daar is ook wat aan." „Noem op." „Eerst naar Alkmaar." „Zoo maar Ineens". „O nee, meestal overstappen ln' Uitgeest." „Verder." „Dan met t treintje of met den auto-bus." ,,'k Zou maar met 't treintje gaan. Anders moet je de stad in en ga je misschien aan 't dwalen. ,,'k Moet van 't stationnetje nog zoo'n eind loopen naar Oma." „Dat 's gezond." „En mijn koffer dan? „Zoo'n garderobe neem je toch niet mee voor zoo'n korten tijd." „Een daagsche jurk, een beste Jurk een „Twee Jurken is voldoende. Je weet wel, dat oma niet van uitgaan houdt. Schrijf nu maar gauw, dan zal ik vast den trein opzoeken. Als 't mooi weer Ls, komt Oma je dan vast van 't stationnetje halen." Mies haalde vlug haar nieuwe doos postpapier voor den dag, zocht een rose velletje uit en schreef eerst vlug, toen al langzamer, tot de pen aan 't eind van de eerste bladzijde al rustte. ,,'k Weet heusch niks meer." ,,'t Hindert niet. Bewaar je nieuws maar tot Woensdag. Eindig maar, dan zal ik 't adres even schrijven. Geen kwartier later was de brief al gepost. De dagen, die nu volgden leken Mies al heel lang te duren, 't Was een heerlUke afwisseling, dat moeder af en toe beneden mocht komen en Mies nu voor verpleegstertje mocht spelen. „Als lk terug kom, Is U misschien heelemaal beter," zei Mies. „Heelemaal is wel wat veel gevergd maar ik hoop toch, dat 'k dan weer aan tafel zit en wat zal mUn Miesje me dan veel te vertellen hebben." „Maar 'k schrUf U ook." ..Daar reken ik ook op." ElndelUk werd het dan toch Woensdag. Mies was in haar beste humeurtje en toen tante Jet aan de koffietafel voorstelde, dat Antje de werkster, Mies wel naar 't station kon brengen, omdat de dokter bU moeder verwacht werd, schaterde Mies het uit. ,,'k Zal wel alleen naar Schoorl kunen reizen en niet eens naar t station?" ,,'k Deed 't voor de gezelligheid en dan kan Ant Je koffertje dragen." Mies wou er niet van weten. Veel te vroeg begon ze van allen af scheid te nemen en oen half uur te vroeg, ging ze de trappen van 't sta tion op. (Wordt vervolgd.) BIJVOEGSEL VRIJDAG 16 MEI 1930 No. 178 'k Heb een heel aardige vraag ge had van een kleinen natuurvriend, die zooals iedere natuurvriend doet, zijn oogen wijd opendoet, als hU buiten is. Welnu, onze vriend heeft achter zijn huis een bleekveldje, waarin roode en witte klaverbloem pjes bloeien. Nu heeft zijn buurman bijen. Klaverbloempjes bevatten veel honing, dus de bijen komen erop at Maar 't wonderlijke was, dat het bijenvolkje wel de witte klavers be zocht, maar de roode links liet lig gen. Onze natuurvriend is ervan overtuigd, dat de roode bloempjes ook honing bevatten. En nu vraagt hij: Waarom lusten ze dezen ho ning niet? De kleur kan ze toch niet afschrikken?" Neen, jongen, de kleur zou juist aantrekken. De kleurigste bloemen worden het meest bezocht. De oor zaak ligt al heel voor de hand. De nectar (want dat ls het eigenlijk, wat bijen uit bloemen halen) is bij de roode klavers onbereikbaar. Een vlinder met zijn langen roltong kan er bij, maar de bijtjes moeten zich met den honing van den witten kla ver vergenoegen. Deze ligt voor 't grijpen. Je snapt wel, dat 't maar een verschil van millimeters is. Hoe ze dat nu eigenlijk weten? Ja, 'dat is weer een van die kleine en to toch eigenlijk groote wonderen der natuur. Hebben jullie wel eens gepraat met een imker? Wat kan zoo'n man je veel merkwaardigs ver tellen van het bijenvolk. Nog steeds worden nieuwe bijzonderheden waar genomen. 't Is niet gemakkelijk om imker te zijn. Er ls nog nooit een imker rijk geworden door zijn be drijf. Integendeel dikwijls moet er geld bij. Vooral in ons land is bijen- houden geen winstgeverd bedrijf. Dat ligt aan ons klimaat. We hebben zoo weinig zon en de zomer is zoo kort. In den langen kouden winter moe ten de dieren toch gevoed worden, terwijl ze er niets voor terug geven. En in 't vroege voorjaar moet er ex tra voedsel wezen voor de jonge bijtjes. Bijen zijn pas winstgevend, als de zon schijnt. In 't Middellandsche Zeegebied gedijen ze beter dan bij ons. De zomer duurt er langer, het regent er minder. Een droge zomer is voor 't bijenvolkje ook al weer niet goed, want dan verdroogt de nectar in de bloemen. Nu zijn er bUenvolken, die bij goed en slecht woer er toch op uit trekken en altijd min of meer bela den huiswaarts keeren. Maar 't ge beurt ook, dat het eene bijenvolk, dat dezen zomer veel binnenbracht, een volgenden zomer lang niet zoo werkzaam is. De imker weet vaak zelf niet, waar dat aan ligt. Een voornaam ding voor den im ker ls een goede koningin te hebben. In 't seizoen kan een goede konin gin wel 2000 eitjes per dag leggen Maar dan moet ze ook voortdurend krachtig gevoed worden. Een konin gin kan slechts drie jaar eieren leg gen. Daar moet de imker rekening mee houden. De oude koningin moet dadelijk vervangen worden, anders dooden de bUen haar. Een imker merkt zijn koninginnen en houdt ook aanteekening van haar leeftUd. Je merkt wel, dat er heel wat aan vast zit om een goeden imker te zijn. W. B. Z. Toen 't zonnetje scheen En de regen verdween, Gingen Hans en lk naar de welde En we zongen zoo blU Van een liedje in Mei En ook van de bloempjes der weide. Nu doen wc een dans Die lk loerde aan Hans, Het stelt voor de vreugde der Lente Hans slaat vroolUk de maat. Je ziet hier, hoe het gaat, En lk toon Je bloomen der Lente. Als 't zonnetje schUnt, En de regen verdwUnt, Kom gerust bij ons in de weide. Want daar speel je zoo vrtj En je voelt je zoo blij. O, 't is toch zoo mooi in de welde. De verschijning ging niet meer weg. ZU bleef zichtbaar en wenkte steeds maar door: „Stop! Stop". Ben had het gevoel alsof hij de vrouw hoorde roepen! De dag begon aan te breken. De eerste zonnestraal verlichte aarzelend de aarde Ben hield het niet meer uit! HIJ was op van de zenuwen. Met al zijn kracht drukte hU de remmen naar omlaag. Billy zette den uitlaat open. Met een oorverdoovend en knarsend geluid stond de Pacific stil.... Al les in den trein schrok wakker; de hoofdconducteur en de mannen van de reddingsbrigade wierpen de deu ren open en holden naar den loco motief om te vragen wat er aan de hand was Ben deed de oogen dicht en streek met de handen over het voorhoofd. Voor het eerst van zUn leven had hU de remmen aangezet zonder zicht bare noodzaakMaar het kon hem niet schelen. HU voelde zich nu weer rustig worden Plotseling hoorden de beide ma chinisten een luid geschreeuw en ge praat. ZU zagen vlak voor den loco motief een paar mannen van de red dingsbrigade cn een groepje passa giers. Over een lengte van wel veer tig meter was de geheele spoorbaan met groote rotsblokken bedolven Als Ben een seconde Later geremd had, zou zijn trein Jammerlijk ver ongelukt zijn! De passagiers renden dol van blijdschap naar den locomo tief om den belden mannen hulde te brengen voor hun tegenwoordigheid van geest. Het regende geldstukken op den vloer van de stuurruimte. Men wist niet hoe men Ben en Billy moest danken, dat zij ln het sche merachtige licht nog Juist den mis- dadlgcn treinaanslag hadden ont dekt.... De mannen van de reddingsbri gade togen aan het werk cn ln dien tyd loste Ben het raadsel van de wenkende vrouw op HU bekeek zUn kijkglazen oplet tend cn haalde er plotseling een grooten vlinder af! Deze heeft ons het leven gered. Bil. Het beest ls natuurlijk op mUn ruit terecht gekomen en Ls daar door de snelheid vastgezogen. Het bolle glas werkte aLs een lens en daardoor zagen wU het insect sterk vergroot. Dat cn het fladderen was oorzaak dat wij meenden met een vrouw te doen te hebben Voorzichtig stopte Ben het doode beestje in zijn tabakszak cn tot op den huldigen dag ligt het bU hem thuis in de mooie kamer op een stukje fluweel en onder glas te pronk! Zulk een begrafenis had het vlin dertje ook zeker wel verdiend, hè? DE WAARDE VAN EEN VOGELNEST In een oud Dultsch bL-iadje vond lk de volgende berekening over de waarde van een vogelnest. Stel dat een nestje 5 Jongen bevat. Ieder der Jongen verorbert dagelUks gemiddeld 50 rupsen of andere insecten, dat maakt per dag 250 stuks en daar deze voedering der ouden gemiddeld 4 a 5 weken duurt, maakt dat voor dit nestje, aLs we op 30 dagen reke nen 7500 stuks. Iedere rups vreet da gelUks zijn eigen gewicht aan bla deren of bloesems. Laten we aan nemen dat elke rups gedurende 30 dagen slechts één bloesem per dag verslindt, dan hadden die 7500 rup sen dus 225,000 bloesems verslonden en ons beroofd van evenzooveel ap pels of peren of andere heerlijke! vruchten., dus: „spaar dc vogels".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 19