BRIEVENBUS
Aan Allee!
Toen 't Zonnetje scheen.
EEN SPOORWEGAVONTUUR.
Brieven aan de Redactie van de
Klndcr-Afdeeling moeten gezonden
worden aan Mevrouw BLOMBERG
—ZEEMAN, Marnlxstraat 20.
De KLEINE VIOLIST. Ik merk
wel, dat jullie met den wedstrijd op
den goeden weg zijn. Nu zijn er ze
ker weer nieuwe namen bij geko
men. Als 't wat moeilijker is, is de
voldoening van ze gevonden te heb
ben, des te grootcr.
GOUDEN REGEN. 't Doet me
genoegen, dat je in je schik bent met
Je prijs. Mijn gouden regen zit nog
in knop. Ik denk, dat Je in plaats
van paarsen, blauwen regen bedoelt,
die klimt zoo mooi tegen den
muur op.
BLOZE KRIEKSKE. Dat was
voor jou Zondag maar weer een ex
tra heerlijk dagje. Je neefje zal 't
ook wel gezellig vinden, als Je eens
komt overwaaien. Leuk, dat zoo'n
kleine baas al zoo goed kan fietsen.
Wat zag Je op de tooverlantaarn-
plaatjes?
KRIELKIP. 't Is Juist kranig,
dat Je met de wedstrijden zooveel
prijzen hebt gewonnen. RaadselpriJ-
zen hangen af van 't lot. 't Doet me
plezier, dat je blij bent, dat er weer
een nieuw vcrvolg-verhaal is.
T ZAANDAMMERTJE. Heb Je
een vliegende Hollander? Moesten
jullie er nu om 't hardst mee rij
den? Komt die bijenhouder jullie de
kasten laten zien? Heeft de tuinkers
lekker gesmaakt? Wat fija» dat je
doperwten zoo hard groeien. Komen
de wortelen en bicten ook op? Bieten
staan zoo mooi met die donker-
roode bladen, 't Is wel aardig, dat
je ook wat snijbloemen hebt gezaaid.
EPENAARTJK. Nu schreef Je
netjes en duidelijk. Dat kwam ze
ker van de nieuwe inkt. Wat zijn
dat voor sommen, factorsommen?
Als Je zooveel van rekenen houdt,
krijg je er zeker ook wel een goed
cijfer voor op school.
LEZERESJE. Help Je voor het
eerst aan de schoonmaak? Gaat
't naar Je zin? Misschien heeft broer
na jc atlas gehaald. Ik kende dat
vorhaaltje ook wel van 't spoorweg-
avontuur. 't Is niet door mij geschre
ven, wel Knipperdolletje. Ja, 't wordt
een lang vervolgverhaal. Aardig, dat
zus het in een schrift gaat over
schrijven. De foto's waren over 't al
gemeen niet scherp genoeg, daarom
hebben we 't niet langer voortgezet.
SNEEUWWITJE. Is er nog een
lltteekcn overgebleven? De raadsels
waren dezen keer vrij moeilijk. Er zijn
er verschillende die er een of meer
hebben laten zitten. Jc raadsel ls
goed.
KOEKOEKSBLOEM. Je raadsel is
goed.
DRAAITOL. De raadséls waren
dezen keer afzonderlijk gezet, omdat
er voor jullie anders zoo weinig tijd
voor oplossen overbleef. Je Ingezon
den aadsel is goed.
KONIJNTJE. Nu groeien de kui
kentjes zeker bU den dag. Ze lusten
vast aardig wat. Wat aardig, dat
moeder een warm bedje voor hen
heeft gemaakt. Gaan ze er alle avon
den op slapen?
KLEINE ULBO. Hoe ls 't er nu
mee? Had je kou gevat? t Doet me
genoegen, dat Je zoo van Je prijs
hebt genoten. Dat was een mooie
afleiding in de zieke dagen. Hoeveel
Droste-plaatjes moet Je nog hobben?
W. L. Zijn Jullie nu al wat op
orde? Alles kan nu weer op zijn
plnats staan, als Je tante ln Holland
arriveert. Heb je nu al eens een vi
site bU Je dokter afgestoken? Er niet
te lang mee blijven loopen. Jongen.
Prettig voor Je. dat er Zaterdag weer
drie nieuwelingen te boeken waren.
BLOEMENFEE. Knappe meid.,
dat JU al een heelen dag op Je zusje
kunt passen Zoo kunnen vader en
moeder nog eens rustig uitgaan. Het
was gezellig voor Je. dat Hageroos
een bezoekje kwam brengen, 't Ging
deze week een beetje raar met de
raadsels, zoodat Je niet de eenlge
bent, die de kluts kwijt was. Heb Je
Woensdag een lekker puddinkje mee
genomen? Hoe is 't met Je examen
afgeloopen? Kun Je al seinen geven
met de fluit?
EIKELTJE. 'k Vond het leuk
weer eens wat van Jou te hooren. Je
bent er op vooruit gegaan met scJirU-
Genlet nu maar zooveel mogelijk van
't mooie weer. Je hebt die Engelsche
^oorden verkeerd overgeschreven
Zoo bcteckent het niets. Hoeveel na
men heb je al van den wedstrijd?
Wat hebben jullie veel kuikens.
WILLEM VAN DER L. Heb JU wel
eens op school dien regel moeten
schrijven: Schrijf beleedlglngen in
zand, maar weldaden in marmer? Als
Je dat kunt, bespaar je jc zelf veel
leed. Wat prettig, dat je kleine neef
het zoo goed maakt. Vast hartelijk
gefeliciteerd met vaders verjaardag
Komt zus over? Ga je op Hemel
vaartsdag naar Leeuwarden? Of is
de reis Je te ver en te duur?
HUMPIE en LÜESJE. Lezen Jul
lie alle weken zoo trouw Onze Jeugd?
Dan had je me al lang eens moeten
schrijven. Een jongen van 10 jaar
kan toch zeker wei een grooten brief
schrijven. In welke klas zit Humpie?
Houden jullie zooveel van bloemen?
Ik ook hoor. Hebben Jullie een groo
ten tuin? Doet poes ook wel eens
kattckwaad ln den tuin? Tante uit
Haarlem komt 's zomers zeker altijd
bij jullie logceren. Hoe gaat 't met 't
kleine zusje? Lacht ze al tegen Jul
lie? Wonen Jullie dicht bij groot
moeder? Je kunt er zeker fijn fietsen.
Hoe gaat 't nu met moeder? 't Was
saai in de huiskamer hè, toen moe
ders plaatsje leeg was? Ik denk, dat
Loesje toen wel eens extra op vaders
knie heeft mogen zitten, 'k Hoop,
dat jullie me nu spoedig zullen
schrijven, dat moeder weer heele-
maal beter is.
ZWARTKIJKERTJE. Heb je het
boek al uit gelezen? Leuk, dat je di
ploma nu op je kamertje hangt. Dat
is altijd een aardige herinnering.
Heb je veel boeken en lees Je graag?
DE KLEINE ZEEMAN. Je schreef
keurig met de nieuwe pen. Neen, 't
was maar voor een keertje, dat Onze
Jeugd op Maandag kwam. Ik hoop
voor jullie, dat ze nu weer Vrijdag
verschijnt. Ben Je al aan 't fietsen
leeren? Je raadsel is goed.
RANGEERDERTJE. je mag al
tijd wel zonder enveloppe je brlefjo
insturen. Woensdag heb Je zeker
weer fyn buiten gespeeld. Hoe was
je rapport? Ben je vooruit gegaan?
V/at hebben jullie heerlijke plannen
voor de groote vacantie. Speel Je nog
veel met je trein? Wat knap, dat je
ook tunnels kunt maken.
KERSTROOSJE. Jij hebt nog
eens een fijnen verjaardag gehad.
Heb Je al een fietstochtje gemaakt
o]) Je nieuwe karretje? Hoe heet Je
nieuwe book? Is al 't lekkers al op?
De atlas zal je bij de raadsels ook
goed te pas komen. De schoolvrien
dinnen genieten zeker ook van Je
springtouw.
ZINIA. Hoe maakt Je poesje
het? Heb je haar een naam gege
ven? Wat heb Je een schitterend cij
fer voor schrijven gehad. Je schrijft
ook keurig. De maand Mei was niet.
zoo lief en zacht als we haar wel
eens bezingen. Je raadsels zijn goed.
FREESIA. Zitten er al kippen
ln 't nieuwe hok? Komt cr al veel op
in je tuintje? Ga jc nog wol eens met
den poppenwagen rijden? Ik felici
teer je vast hartelijk met je verjaar
dag. Wat een bof, dat 't op Zondag
valt. Pop krijgt zeker ook wel een
cadeaut je, omdat ze twee jaar wordt.
VIOLETTA. Als Je de volgende
weck Jc raadsels brengt, kun Jc Je
Poesie-Album meteen meenomen. Is
er nu bericht van zus gekomen? Ik
hoop 't maar, want ln afwachting
leven is moeilijk, hoewel moeder toch
maar aan 't oude spreekwoord moet
denken: geen tijding, goede tijding.
HET TIMOREESJE. Wat schiet
Je verjaardag nu al gauw op. Je
telt de dagen zeker. Gaan jullie nog
verhulzen? Dan kon je dicht in mUn
buurt. Ik wist niet eens, dat or in
jullie leesboekje een versje van mij
stond. Hoe heet dat leesboekje? Hoe
heet Je grootvader? Als de Zwem
school geopend ls. zal 't nog wel geert
zwemweertje zijn. Wat leuk. dat
moeder Jou ook knipperdolletje
noemt.
MONTBRETIA. Hoe langer Je
meedoet, hoe minder hulp Je zult
noodig hebben. Alle begin is moei
lijk- Dus volhouden maar. Wat heb
ben jullie al heerlUke groote-vacan-
tle-plannen. En naar welke streek iQ
OveriJsel wou je gaan?
MAGNOLIA. Feliciteer zusje
Zondag maar van me. 't Is maar
gemakkelijk voor jullie, dat vader
voor brievenbesteller s]>eelt. 't Is nog
een heel eindje van Jullie huls af, hè?
GOUDEN REGEN. t Doet me
plezier, dat het boek naar je zin is
Wat jammer, dat je toen je brief
vergat. Maar ik heb hem toch wel
gekregen. Heb je Woensdag heerlijk
bulten gespeeld?
ZANGVOGELTJE. Ik denk, dat
je kleine nichtje nog niet veel be
grepen zal hebben van die ansicht
kaart, maar misschien bewaart je
zuster haar tot ze groot ls. Ik hoop
voor je, dat het spoedig zwemweer
zal worden. Zwem je op de Klever
laan? ik mag niet zeggen, wie Zwart-
kljkertje ls.
AMICO. Ben Je Woensdag nog
een uur vroeger naar bed gegaan?
't Was wel een verstandig voornemen
van Je.
DROOMKONINKJE. Wanneer
ga je met de klas naar Marken? Je
hebt gelijk, dat Je met de mooie da
gen liever buiten speelt, ik kan me
begrijpen, dat moeder blij is, dat de
zandboel weggaat. Heb je al van je
eigen radijs gegeten?
MOEDERS GROOTSTE HULP.
Wat fijn, dat Jullie ook een school
reisje gaan maken, je bent natuur
lijk erg verlangend om te weten
waarheen. Komt moeder uit Soest-
dijk? Daar is het toch ook zoo mooi.
POPPENKIND. Je bent in de
war, want 'k heb heusch nooit op
het Wilsonsplein gewoond. Knappe
meid, dat je zoo netjes op je speel
goed bent. Hoe gaat 't met de big
getjes? Wat zal je in je schik zijn,
als er jonge biggetjes komen. Dan
schrijf je liet me maar gauw.
UITLOOPER. Kent Johan de
letters al? En kan hij al schrijven?
Hij maakt zeker dikwijls verre rei
zen met zijn spoor. Mag je ook wel
eens mee?
ALBA. 't Moest toch Wipneusje
zijn. De cijfers zijn wel eens ver
keerd, maar met een beetje goeden
wil is 't raadsel in den regel wel te
vinden. Wat kun je al knap typen.
A. B. C Ja, Fridjof Nansen was
een Noor. Ik kan me best begrijpen,
dat je wel een heel boek over hem
zoudt willen lezen, 't Was een man,
die geen vrees kende. Hij was niet
alleen de groote ontdekkingsreiziger,
maar ook een man, die heel veel ge
daan heeft voor de Russische vluch
telingen. Ook Grieksohe, Buigaar-
sche en Armeensche vluchtelingen
heeft hU gesteund, zooveel hij kon.
Ik vermoed wel, dat er binnenkort
een bock zal verschijnen, waarin je
zijn levensgeschiedenis kunt lezen.
Jo weet toch, dat hij verschillende
boeken geschreven heeft over zijn
onderzoekingen.
JAN TEN H. Dat lijkt me heel
interessant om zoo'n lucifersfabriek
te mogen bekijken, 't Is niet waar,
zooals JIJ dacht, dat een Zweed de
lucifers heeft uitgevonden, 't Moet
een Engelschman zUn geweest, een
zekere Jones. Later heeft een Dult-
scher, Böttger de lucifers verbeterd
minder gevaarlijk gemaakt en toen
heeft hij ln Jonköping, in Zweden
een fabriek gesticht. Het gevolg hier
van is geweest de Zweedsche luci-
fer-fabricatie. Nu zijn er in andere
landen, zoo ook bij ons, wel luci-
ferfabrieken, maar Zweden staat
toch bovenaan. Alleen ln de fabriek
te Jonköping worden per dag meer
dan 1 millloen doosjes vervaardigd.
MARIETJE G. 'k Zou me dan
vooral maar oefenen in 't schrijven
van vreemde woorden. Misschien
kan je groote broer je ermee helpen.
W. BLOMBERG—ZEEMAN
Marnlxstraat 20
Haarlem, 18 Mei 1930.
Knipperdollet j e.
door
W. B.—Z.
HOOFDSTUK I.
(Vervolg)
2)
,,'k Ben nu toch al twaalf geweest"
vleide Mies. Moeder keek eens naar
haar oudste. Mies was den laatsten
tijd gegroeid in alle opzichten. Moe
der herinnerde zich vele dagen,
wjarop Mies als een zorgzaam moe
dertje de broertjes had beziggehou
den en allerlei werkjes had gedaan,
die niemand haar eigenlijk had ge
leerd.
„We moesten 't maar wagep, kind,"
zei Moeder zacht.
„Moesje! Lieve, lieve moesje."
Micsjes hoofd Lag bU moeder op 't
kussen en moeders wang werd met
èeri paar hartelijke kussen bedekt.
..Nu zullen we vanavond alles eens
rustig met vader bespreken en dan
moet er maar meteen bericht naar.
grootmoeder."
Mies was den koning te rijk. Op
gewonden kwam ze beneden enj
maakte tante Jet deelgenoot van
moeders toestemming.
„Ik had er je nog te jong voor ge
vonden," zei tante met bijzonderenl
nadruk op het woordje ik.
Jan en Her de onafscheidelijke
tweelingen namen het heel nuch
ter op.
„Grootmoeder heeft todh geert
speelgoed?" vroeg Jan, die een hee
len middag zich vermaken kon metl
zijn spoor.
„Nee, grootmoeder heeft geert
spoor," vervolgde Henk.
„Wat kan mij speelgoed schelen/'
deed Mies uit de hoogte.
,,'k Zal jou missen, Fransmanne
tje," zei ze tegen haar Jongste broer
tje Driejarig Fransje was de bijzon
dere lieveling van Mies.
De meisjes van de 6de klas, waafl
Mies in zat, wisten het dien dag na-,
tuurlijk allemaal, dat Mies heel al
leen naar Schoorl mocht reizen, waar
haar grootmoeder woonde. Mies was
maar blij. dat ze 't ook aan den on
derwijzer verteld had, nu zei hij,
toen ze haar leesbeurt niet wist:
„Miesjc zit over de groote reis na te
denken." Anders zou er zeker school
blijven op gevolgd zijn.
Toen Mies thuiskwam, was vadeü
er al. Hij had den vroegen trein kun
nen halen.
„Zoo reizigster," verwelkomde hU
zijn dochter.
„*k Mag hè." zei Mies maar dade-
UJk.
„Weet Je wel, hoe je reizen moet?"
„Daar is ook wat aan."
„Noem op."
„Eerst naar Alkmaar."
„Zoo maar Ineens".
„O nee, meestal overstappen ln'
Uitgeest."
„Verder."
„Dan met t treintje of met den
auto-bus."
,,'k Zou maar met 't treintje gaan.
Anders moet je de stad in en ga je
misschien aan 't dwalen.
,,'k Moet van 't stationnetje nog
zoo'n eind loopen naar Oma."
„Dat 's gezond."
„En mijn koffer dan?
„Zoo'n garderobe neem je toch niet
mee voor zoo'n korten tijd."
„Een daagsche jurk, een beste Jurk
een
„Twee Jurken is voldoende. Je
weet wel, dat oma niet van uitgaan
houdt. Schrijf nu maar gauw, dan
zal ik vast den trein opzoeken. Als
't mooi weer Ls, komt Oma je dan
vast van 't stationnetje halen."
Mies haalde vlug haar nieuwe doos
postpapier voor den dag, zocht een
rose velletje uit en schreef eerst
vlug, toen al langzamer, tot de pen
aan 't eind van de eerste bladzijde
al rustte.
,,'k Weet heusch niks meer."
,,'t Hindert niet. Bewaar je nieuws
maar tot Woensdag. Eindig maar,
dan zal ik 't adres even schrijven.
Geen kwartier later was de brief al
gepost.
De dagen, die nu volgden leken
Mies al heel lang te duren, 't Was
een heerlUke afwisseling, dat moeder
af en toe beneden mocht komen en
Mies nu voor verpleegstertje mocht
spelen.
„Als lk terug kom, Is U misschien
heelemaal beter," zei Mies.
„Heelemaal is wel wat veel gevergd
maar ik hoop toch, dat 'k dan weer
aan tafel zit en wat zal mUn Miesje
me dan veel te vertellen hebben."
„Maar 'k schrUf U ook."
..Daar reken ik ook op."
ElndelUk werd het dan toch
Woensdag. Mies was in haar beste
humeurtje en toen tante Jet aan de
koffietafel voorstelde, dat Antje de
werkster, Mies wel naar 't station
kon brengen, omdat de dokter bU
moeder verwacht werd, schaterde
Mies het uit.
,,'k Zal wel alleen naar Schoorl
kunen reizen en niet eens naar t
station?"
,,'k Deed 't voor de gezelligheid en
dan kan Ant Je koffertje dragen."
Mies wou er niet van weten. Veel
te vroeg begon ze van allen af
scheid te nemen en oen half uur te
vroeg, ging ze de trappen van 't sta
tion op.
(Wordt vervolgd.)
BIJVOEGSEL
VRIJDAG 16 MEI 1930
No. 178
'k Heb een heel aardige vraag ge
had van een kleinen natuurvriend,
die zooals iedere natuurvriend doet,
zijn oogen wijd opendoet, als hU
buiten is. Welnu, onze vriend heeft
achter zijn huis een bleekveldje,
waarin roode en witte klaverbloem
pjes bloeien. Nu heeft zijn buurman
bijen. Klaverbloempjes bevatten veel
honing, dus de bijen komen erop at
Maar 't wonderlijke was, dat het
bijenvolkje wel de witte klavers be
zocht, maar de roode links liet lig
gen. Onze natuurvriend is ervan
overtuigd, dat de roode bloempjes
ook honing bevatten. En nu vraagt
hij: Waarom lusten ze dezen ho
ning niet? De kleur kan ze toch niet
afschrikken?"
Neen, jongen, de kleur zou juist
aantrekken. De kleurigste bloemen
worden het meest bezocht. De oor
zaak ligt al heel voor de hand. De
nectar (want dat ls het eigenlijk,
wat bijen uit bloemen halen) is bij
de roode klavers onbereikbaar. Een
vlinder met zijn langen roltong kan
er bij, maar de bijtjes moeten zich
met den honing van den witten kla
ver vergenoegen. Deze ligt voor 't
grijpen. Je snapt wel, dat 't maar
een verschil van millimeters is.
Hoe ze dat nu eigenlijk weten? Ja,
'dat is weer een van die kleine en
to toch eigenlijk groote wonderen
der natuur. Hebben jullie wel eens
gepraat met een imker? Wat kan
zoo'n man je veel merkwaardigs ver
tellen van het bijenvolk. Nog steeds
worden nieuwe bijzonderheden waar
genomen. 't Is niet gemakkelijk om
imker te zijn. Er ls nog nooit een
imker rijk geworden door zijn be
drijf. Integendeel dikwijls moet er
geld bij. Vooral in ons land is bijen-
houden geen winstgeverd bedrijf. Dat
ligt aan ons klimaat. We hebben zoo
weinig zon en de zomer is zoo kort.
In den langen kouden winter moe
ten de dieren toch gevoed worden,
terwijl ze er niets voor terug geven.
En in 't vroege voorjaar moet er ex
tra voedsel wezen voor de jonge
bijtjes.
Bijen zijn pas winstgevend, als de
zon schijnt. In 't Middellandsche
Zeegebied gedijen ze beter dan bij
ons. De zomer duurt er langer, het
regent er minder. Een droge zomer
is voor 't bijenvolkje ook al weer
niet goed, want dan verdroogt de
nectar in de bloemen.
Nu zijn er bUenvolken, die bij
goed en slecht woer er toch op uit
trekken en altijd min of meer bela
den huiswaarts keeren. Maar 't ge
beurt ook, dat het eene bijenvolk,
dat dezen zomer veel binnenbracht,
een volgenden zomer lang niet zoo
werkzaam is. De imker weet vaak
zelf niet, waar dat aan ligt.
Een voornaam ding voor den im
ker ls een goede koningin te hebben.
In 't seizoen kan een goede konin
gin wel 2000 eitjes per dag leggen
Maar dan moet ze ook voortdurend
krachtig gevoed worden. Een konin
gin kan slechts drie jaar eieren leg
gen. Daar moet de imker rekening
mee houden. De oude koningin moet
dadelijk vervangen worden, anders
dooden de bUen haar. Een imker
merkt zijn koninginnen en houdt
ook aanteekening van haar leeftUd.
Je merkt wel, dat er heel wat aan
vast zit om een goeden imker te zijn.
W. B. Z.
Toen 't zonnetje scheen
En de regen verdween,
Gingen Hans en lk naar de welde
En we zongen zoo blU
Van een liedje in Mei
En ook van de bloempjes der weide.
Nu doen wc een dans
Die lk loerde aan Hans,
Het stelt voor de vreugde der Lente
Hans slaat vroolUk de maat.
Je ziet hier, hoe het gaat,
En lk toon Je bloomen der Lente.
Als 't zonnetje schUnt,
En de regen verdwUnt,
Kom gerust bij ons in de weide.
Want daar speel je zoo vrtj
En je voelt je zoo blij.
O, 't is toch zoo mooi in de welde.
De verschijning ging niet meer
weg. ZU bleef zichtbaar en wenkte
steeds maar door: „Stop! Stop". Ben
had het gevoel alsof hij de vrouw
hoorde roepen! De dag begon aan
te breken. De eerste zonnestraal
verlichte aarzelend de aarde
Ben hield het niet meer uit! HIJ
was op van de zenuwen. Met al zijn
kracht drukte hU de remmen naar
omlaag. Billy zette den uitlaat open.
Met een oorverdoovend en knarsend
geluid stond de Pacific stil.... Al
les in den trein schrok wakker; de
hoofdconducteur en de mannen van
de reddingsbrigade wierpen de deu
ren open en holden naar den loco
motief om te vragen wat er aan de
hand was
Ben deed de oogen dicht en streek
met de handen over het voorhoofd.
Voor het eerst van zUn leven had hU
de remmen aangezet zonder zicht
bare noodzaakMaar het kon
hem niet schelen. HU voelde zich nu
weer rustig worden
Plotseling hoorden de beide ma
chinisten een luid geschreeuw en ge
praat. ZU zagen vlak voor den loco
motief een paar mannen van de red
dingsbrigade cn een groepje passa
giers. Over een lengte van wel veer
tig meter was de geheele spoorbaan
met groote rotsblokken bedolven
Als Ben een seconde Later geremd
had, zou zijn trein Jammerlijk ver
ongelukt zijn! De passagiers renden
dol van blijdschap naar den locomo
tief om den belden mannen hulde te
brengen voor hun tegenwoordigheid
van geest. Het regende geldstukken
op den vloer van de stuurruimte.
Men wist niet hoe men Ben en Billy
moest danken, dat zij ln het sche
merachtige licht nog Juist den mis-
dadlgcn treinaanslag hadden ont
dekt....
De mannen van de reddingsbri
gade togen aan het werk cn ln dien
tyd loste Ben het raadsel van de
wenkende vrouw op
HU bekeek zUn kijkglazen oplet
tend cn haalde er plotseling een
grooten vlinder af!
Deze heeft ons het leven gered.
Bil. Het beest ls natuurlijk op mUn
ruit terecht gekomen en Ls daar
door de snelheid vastgezogen. Het
bolle glas werkte aLs een lens en
daardoor zagen wU het insect sterk
vergroot. Dat cn het fladderen was
oorzaak dat wij meenden met een
vrouw te doen te hebben
Voorzichtig stopte Ben het doode
beestje in zijn tabakszak cn tot op
den huldigen dag ligt het bU hem
thuis in de mooie kamer op een
stukje fluweel en onder glas te
pronk!
Zulk een begrafenis had het vlin
dertje ook zeker wel verdiend, hè?
DE WAARDE VAN EEN VOGELNEST
In een oud Dultsch bL-iadje vond
lk de volgende berekening over de
waarde van een vogelnest. Stel dat
een nestje 5 Jongen bevat. Ieder der
Jongen verorbert dagelUks gemiddeld
50 rupsen of andere insecten, dat
maakt per dag 250 stuks en daar
deze voedering der ouden gemiddeld
4 a 5 weken duurt, maakt dat voor
dit nestje, aLs we op 30 dagen reke
nen 7500 stuks. Iedere rups vreet da
gelUks zijn eigen gewicht aan bla
deren of bloesems. Laten we aan
nemen dat elke rups gedurende 30
dagen slechts één bloesem per dag
verslindt, dan hadden die 7500 rup
sen dus 225,000 bloesems verslonden
en ons beroofd van evenzooveel ap
pels of peren of andere heerlijke!
vruchten., dus: „spaar dc vogels".