J. Lottgering
GERRY RICKEBERG
Groote Markt 1-7
HAARLEM'S DAGBLAD
VRIJDAG 16 MEI 1930 SLECHTHOORENDE KINDEREN.
STADSNIEUWS
DE AANGIFTE VOOR DE RIJKS-
EN GEMEENTE-INKOMSTEN
BELASTING.
Zooals bekend is, loopt het belastingjaar
voor de Rijks: en Gemeente-Inkomstenbe
lasting van 1 Mei tot 30 April. Op 1 Mei 1.1.
is derhalve weer een nieuw belastingjaar
Ingetreden. Dezer dagen zijn of worden dan
ook de belastingplichtige burgers weder
verblijd met de toezending vaar een aan
gifte- of beschrijvingsbiljet voor de Inkom
stenbelasting. Voor menigeen is de invulling
van dat biljet een niet gemakkelijke taak.
Door velen wordt er maar een slag naar ge
slagen. Toch is een juiste aangifte van het
grootste belang voor het Rijk en de Ge
meente en ook den belastingplichtige zelf.
Wij willen met betrekking tot deze aangifte
ten*verduidelijking het een en ander mee-
deelen.
Er wordt van ons gevraagd aangifte te
doen van het inkomen, dat we in het be
lastingjaar 1 Mei 193030 April 1931 zullen
genieten. Daartoe is het noodig op te geven
het inkomen dat van iedere bron van inkom
sten, die op 1 Mei 1930 bestaat, zal worden
genoten.
Niet altijd kan men weten hoeveel iedere
bron zal opleveren.
In zoo'n geval wordt dit gesteld op hetzelfde
bedrag dat die bron in het voorafgaande
jaar heeft opgebracht. En wanneer die bron
van Inkomsten nog niet gedurende een ge
heel jaar heeft bestaan, dan moet het be
drag begroot worden naar omstandigheden,
zooals die bij het begin van het belasting
jaar op 1 Mei 1930 zijn.
De belastingplichtige moet dus nagaan,
welke bronnen van inkomen hij bezit op 1
Mei 1930, als bijv. het bezit van een huis, ef»
fecten, verhuur van landerijen, vervullen
eener betrekking, uitoefenen van een bedrijf
enz.
Bij de aangifte behoeft dus niet te worden
vermeld de bron van inokmsten, die vóór 1
Mei 1930 voor de belastingplichtige bestond,
doch op 1 Mei 1930 voor hem heeft opge
houden te bestaan.
Een tijdelijk onderwijzer, die van 1 Augus*
tus 1929 tot 1 April 1930 in functie is ge
weest en sindsdien niet meer, behoeft over
dat tijdvak geen inkomstenbelasting te be:
talen. Indien iemand op 1 April 1930 uit zijn
betrekking is ontslagen en op 1 Mei 1930
geen uitzicht heeft op een anderen werkkring,
wordt hij voor 't j,aar 19301931 aniet aange
slagen. Hij had immers op 1 Mei 1930 geen
bron van Inkomsten. Aanvaardt hij nu op 1
Juni 1930 weer een nieuwe betrekking, dan
behoeft hij over het belastingjaar 1930'31
evenmin inkomstenbelasting te betalen, ook
alweer omdat hij op 1 Mei 1930 geen bron van
inkomsten had.
Speculatie-winst.
Winst ontstaan enkel door speculatie in
fondsen of goederen, anders dan in de uit
oefening van een bedrijf, wordt niet tot
het inkomen gerekend. Wanneer dus een
particulier een zeker bedrag b-v. f 2000 ver
dient wegens verkoop van een huis ,een stuk
grond etc. clan valt die winst niet onder de
Inkomstenbelasting.
Een handelaar ln huizen, effecten e.d. die
dus een bedrijf uitoefent is wel belasting
verschuldigd.
Niet alleen dat speculat.iewlnsten voor den
particulier vrij zij n van de inkomstenbelasting,
ook andere kapitaalsvermeerdetrimgen vallen
niet onder de Inkomstenbelasting
Voor een erfenis, een prijs gewonnen uit een
loterij, een eventueele winst verkregen wegens
den verkoop van "het bedrijf, behoeft evenmin
inkomstenbelasting te worden betaald.
Van de hier bedoelde inkomsten behoeft
dan ook geen aangifte te geschieden.
Aftrek.
We zijn nu genaderd tot de vraag, die velen
zich bij de aangifte stellen zullen, de vraag
n.l. wat van het inkomen mag worden af-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a CO Cts- per regel.
getrokken. We onderscheiden zakelijke en
persoonlijke aftrek.
Zakelijke aftrek.
Hieronder vallen de kosten noodig voor ae
uitoefening van een bedrijf of beroep of
rechtstreeks daartoe betrekking hebbende, met
inbegrip van kosten van onderhoud, ver
schuldigde renten en belastingen die op het
bedrijf of beroep drukken. Ook de kosten
van verzekering, verhuring en kosten van be
heer vallen er onder.
Ingevolge een ministerieele resolutie mag
de contributie van een vakorganisatie van
het inkomen worden afgetrokken. Niet de
kosten voor een werkloozenkas, de bijdrage
in een ziekenfonds, die immers met een vak
organisatie geen verband houden. Wanneer
echter een deel van de contributie eener
vakorganisatie aangewend wordt tot vor
ming van z.g. weerstandskassen, dan is het
geoorloofd, de geheele contributie af te trek
ken. Ook belastingen die op het bedrijf druk
ken mogen worden worden afgetrokken als
de personeele belasting voor kantoren, win
kels enz.
Vergunninghouders mogen het bedrag van
het jaarlijks te betalen vergunningsrecht
van hun inkomen aftrekken.
Belastingen die het bedrijf drukken mogen
dus worden afgetrokken. Aftrek van de
Rijks- en Gemeente-inkomstenbelasting,
forensenbelasting, hondenbelasting enz. Is
derhalve niet toegestaan. Onderhoudskosten
van een huis (timmeren, schilderen, stuca-
door etc.) zoo ook de grondbelasting mogen
van de opbrengst van het onroerend goed
worden afgetrokken. Het ls daarbij niet noo
dig, dat men het huls zelf bewoont. Dit is
vrijwel bekend, doch niet algemeen bekend
ls, dat ook de in het afgeloopen jaar ge
maakte kosten wegens onderhoud van den
tuin van de woning, waarin men zelf woont,
van het inkomen mogen worden afgetrokken.
Toch is dit inderdaad het geval. Hulseige
naren met groote siertuinen kunnen hier dus
hun voordeel mee doen. Afschrijving op hui
zen is voor particulieren niet toegestaan, wel
voor hen. die van 'de exploitatie van huizen
hun gewoon beroep maken en voor zoover
ze in de uitoefening van het beroep (of be
drijf) worden gebruikt.
Ten opzichte van het onderhoud van roe
rende goederen kunnen wij meedeelen, dat
de kosten van verzekering en onderhoud van
roerende goederen als paarden, koeien, werk
tuigen enz. ongetwijfeld onder de ruime om
schrijving van de bedrijfskosten begrepen
zijn.
Zoo mogen de afschrijvingen op gebouwen,
werktuigen, paarden, koeien enz. van de on
zuivere opbrengst van een landbouwbedrijf
worden afgetrokken.
Persoonlijke aftrek.
Algemeen bekend is, dat verplichte bijdra
gen van pensioenen en fondsen mogen af
getrokken. Daaronder zijn echter niet te ver
staan bijdragen, waartoe men zich vrijwillig
heeft verbonden, doch alleen bijdragen waar
toe men in verband met een bron van inkom
sten dus om een dienstbetrekking te be
komen en te behouden verplicht ls.
Premiën voor levensverzekering mogen
worden afgetrokken, echter tot geen iiooger
bedrag dan 5% van het inkomen en niet
meer dan 100.—.
Ook de contributie voor een begrafenis
fonds mag op dergelijke wijze en tot hetzelfde
maximum als bij levensverzekering worden
afgetrokken.
Geen aftrek is toegestaan voor contributie
aan een ziekenfonds, rekeningen van dokter,
apotheek, ziekenverpleging enz.
Voor ondersteuning aan behoeftige ouders
en grootouders kinderen en kleinkinderen
mag worden afgetrokken, dus alleen in de
rechte linie.
Ondersteuning aan broer of zuster (zijlinie)
komt niet voor aftrek in aanmerking.
Ten slotte vermelden we nog, dat renten
van schulden afgetrokken mogen worden, als
hypotheekschulden, schulden aan banken,
aan particulieren enz. Wij willen er echter
nog op wijzen, dat niet de rente, die in het
vorig jaar betaald is, moet worden afgetrok
ken, doch de rente die volgens den toestand
op 1 Mei 1930 in het belastingjaar 1 Mei 1930
—30 April 1931 verschuldigd zal zijn.
:liiniilElll!!l!l!IBW!lllllilia
ttoomen
Stoppage Hoeden vormen
Groote Houtstraat 5a
f
flnMM
FEUILLETON
HET RAADSEL VAN DE DACLA
door
G. PAN8TINGL.
3)
Gerry was op de tafel in hot midden van
het vertrek toegetreden en greep snel naar
een boek. Een lichte glimlach verhelderde
van de Veers gelaat. Het was zijn meester
werk: „De koolstof verbindingen en hun stel
ling in den opbouw der wereld". Maar niet
in de Engelsche, doch in de Duitsche. de
Leipzlgcr uitgave. Nu had de Jongen toch
naar iets gegrepen, waar hij stellig geen ver.
stand van had.
Gcrry sloeg het titelblad om en zag met
oogen vol bewondering naar den professor.
„Het Nobelprijswerk", zei hij met diepen
eerbied in zijn stem.
„Wat! Ken JU dat boek?"
„En of! En nog wel in dezelfde uitgave
Het heeft mij heel wat hoofdbrekens gekost,
toen ik het twee -jaar geleden begon te bs-
studeeren. doch langzaam maai" zeker ben
ik er toch achtergekomen".
Een oogenblik lang was de professor met
stomheid geslagen. Deze zestienjarige pad
vinder was twee jaar geleden begonnen zijn
koolstof verbindingen te bestudeeren! Een
Amerlkaansche jongen de Duitsche uit
gave!
„Studeer je scheikunde?
,Ja, ik heb bepaalde scheikundige studies
•remaakt. maar nu zijn ze afgeloopen. We.ls»
waar is het mogelijk, dat lk binnenkort op_-
Amersfoort.
A. OVER
JUBILEUM P. VAN DER KLUGT.
Heden herdenkt de heer P. v. d. Klugt,
onderladingmeester bij de Nederlandsche
Spoorwegen te Haarlem, den dag dat hij 25
Jaar geleden daar in dienst kwam. Namens
de directie ontving hij het gebruikelijke ge
schenk in enveloppe en een oorkonde. Zijn
vrienden schonken hem een stoffelijk blijk
van belangstelling. De jubilaris bracht het
verdere gedeelte van den dag ln den huise-
lijken kring door. waar hij nog vele blijken
van belangstelling ontving.
EEN OPENBARE LES.
Ter gelegenheid van de tentoonstelling der
„Vereeniglng tot bevordering der Belangen
van Slechthoorenden" gaf Donderdagmiddag
in de Tuinzaal van het Gem. Concertgebouw
de heer H. M. van der Zanden een openbare
les aan leerlingen der „School voor Slecht
hoorenden" te Amsterdam.
Daar zaten ze op het podium de 16 Amster
dammertjes van verschillenden leeftijd, velen
slechthoorend. anderen zeer doof, één arme
jongen zelfs stókdoof (hij had zijn 'oofheid
uit meningitis overgehouden, zooals dit ook het
geval kan zijn uit roodvonk), maar allen on
geschikt om het gewone lager onderwijs te
volgen.
Dank zij de buitengewone tact van den
heer Van der Zanden en de prettige manier,
waarop hij met de kinderen omgaat was het
een genot, deze demonstratie bij te wonen,
demonstratie niet alleen van de resultaten
van het onderwijs aan slechthoorende kin
deren, maar ook van socialen zin, van prac-
tisc'ne naastenliefde, van bovenmenschelijk
geduld en bewonderenswaardige toewijding.
En we verlieten de zaal, vol eerbied voor de
menschen, die dit werk hebben aangepakt
en er zich nog dagelijks aan geven met een
frisschen moed en een opgewektheid welke
menigeen, die heel wat gemakkelijker arbeid
te verrichten heeft, ten voorbeeld kunnen
strekken.
De heer Van der Zanden demonstreerde op
verschillende wijzen wat de belangrijkste
„vakken" zijn bij het onderwijs aan slecht
hoorenden: phonetiek (in den allereenvou-
digsten vorm natuurlijk) het afzien van den
mond en articulatie.
Phonetiek! Ze zijn wat trotsch dat zij
daaraan „doen", in tegenstelling met alle
andere scholen. Maar het is dan ook een leuke
phonetiek, waarin Sweet's klinkerstelsel met
de geleerde namen door den heer Van der
Zanden is omgetooverd tot een écht hóóg
Amsterdamsch huls met tal van bewoners,
van wie bij voorbeeld één (de „oe") bekend
staat als „de weduwvrouw van drie hoog.
achter"! En verder hoorden we van „lippen,
die knijpen" en van „tanden, die sissen":
het was wel phonetiek in eenvoudigen, maar
toch in zeer pakkenden vorm.
De alleraardigste versjes, die door de kin
deren werden voorgedragen, ontlokten dik
wijls applaus aan de talrijke aanwezigen. Het
was verbazend, hoeveel kleur er was in de
intonatie van de kinderen, waarvan er velen
hun eigen stem niet kunnen hooren.
We kregen verder demonstraties van het
aflezen van den mond, van articulatie-oefe
ningen enz. Vooral door het afzien van den
mond wordt het zoo hoog noodige contact
met de omgeving hersteld; het doove kind
wordt anders spoedig teruggetrokken en
schuw.
Verschillende onderwijs-autoriteiten, onder
wijzers en ook vele aanstaande onderwijzers
en onderwijzeressen woonden deze boeiende
demonstratie bij. Op de laatsten deed de
heer Van der Zanden in zijn slotwoord een
beroep, zich te wijden aan het buitengewoon
onderwijs: „het misdeelde kind", aldus spr.
„heeft de besten onder ons noodig!"
Het is Inderdaad een prachtig werk, dit
onderwijs aan slechthoorenden, een werk
dat veel voldoening zal geven aan iem of
haar, die er zich aan wijdt. En van dit mooie
werk gaf de heer Van der Zanden Donder
dagmiddag een mooie en diepen indruk
makende demonstratie!
MOTORDIENST
De navolgende verlofsofficieren van het
Landstormkoros Motordienst zullen deelne
men aan een bij de Scboolcompagnle van den
Motordienst te houden gecomprimeerden
cursus.
Van 19 t.m. 24 Mei: reserve kapiteins A. J.
L. Hoevels, H. B. F. J. de Roo, C. Polis en J.
S. Wurfbain.
Van 26 t.m. 31 Mei: reserve kapiteins P. J.
Erkens, L. F. de Vos. reserve le luitenants
Jhr. A. F Meijer en J. A. Vermeulen.
ST. RAPHAëL
oensdagavond had de afdeeling Haar-
van ..St. Raphaël" een vergadering in
het gebouw St. Bavo, onder leiding van den
heer De Rooy.
Uit de mededeelingen van den secretaris
den heer Alleman, bleek dat de gevoerde pro
paganda succes heeft gehad. Het ledental dat
op 1 Januari 330 was, werd opgevoerd tot 379
op 1 Mei.
Aan de orde kwam een bespreking over de
administratieve splitsing tusschen afdeeling
I en II spoor en tram.
Besloten werd dat het bestuur, de belde
afdeellngsbesturen zou ultnoodigen tot een
bespreking; daarna zal het op de volgende
vergadering met een bepaald voorstel komen.
HAARL. REDDINGSBRIGADE.
Zondag a.s. houdt de Haarlemsche Red
dingsbrigade een excursie naar Schiphol en
vertrekt daarvoor om half 10 per fiets van de
Groote Markt.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cl», per regel.
Heeren-Costumes
ll.so 19.BO 26
29.- 36.— 42.—
45.50.— tot 85.—
Fijne Stoffen. 1- en 2-rij model.
Het staat zoo kwiek
een pak met Kreymborg-
Coupe! Ziet U wel hoe
zuiver en vast de kraag
rondom het boord sluit
en welk een fijne snit er
zit in die prachtige brecde
rollende revers 1 En Iet
eens op hoe die broek
valt: Scherp als een mes,
één strakke plooi tot
onder op den voet, 11 riet
en XI voélt de kwaliteit bij
deze Kreymborg-Coupe.
XI weet niet waar, dat
Kreymborg dit voorjaar
bijzondere jubileum-aan
biedingen brengt. Het is
aan XI om er nu ook van
te profiteeren.
Ziet daarom Kreymborg's
kwaliteit én prijzen.
Jongenspakjes
3.®° 9.®° 18
5.so 12.so 21.-
8.7a 15tot 36
Meer dan ÏOO verschilt, dessins.
DE JOURNALISTENKRING KOMT
TE HAARLEM BIJEEN.
BESPREKING VAN DE OPLEIDING
VAN DEN JOURNALIST.
Zaterdag 24 Mei komt de Nederlandsche
Journalistenkring te Haarlem in vergadering
bijeen. Deze vergadering is zeer belangrijk,
er zal in behandeld worden het reeds lang
urgente vraagstuk van de opleiding der jour
nalisten.
Het Kringbestuur heeft aan de vergadering
een vierledig voorstel gedaan, volgens het
welk de NederlandscheJournalistenkring aller
eerst uitspreekt, dat het instellen van vak-
examens en een vakdiploma met het oog op
de bijzondere vereischte eigenschappeir en
geestesgaven voor den journalist ongewenscht
is, ten tweede uitspreekt, dat voor de jon
geren, die ln het vak willen komen het bezit
van het diploma HB.S. 5-jarigen cursus,
eindexamen gymnasium of daarmee gelijk
te steflen diploma als minimum-eisch voor
geestelijke algemeene ontwikkeling dient te
worden gesteld, met behoud echter van de
journalistiek als open vak.
Ten derde: Aan de Nederlandsche Uni
versiteiten dient de gelegenheid te morden
geopend onderwijs te ontvangen in onder
werpen, de pers, de publiciteit en de jour
nalistiek betreffende.
Ten vierde: Nader onderzocht dient te wor
den, wat alsnog gedaan kan worden ten gun
ste van de ontwikkeling en de vorming van
reeds in functie zijnde journalisten.
Het is de bedoeling dat, wanneer de alge
meene vergadering zich met deze conclusies
in het bijzonder met de derde daarvan heeft
vereenigd, het Kringbestuur zich met één of
meer universiteiten in verbinding zal stel
len, teneinde te onderzoeken, op welke wi
en in welken vorm aan het gevallen besluit
uitvoering kan worden gegeven.
ZWEMINRICHTING TE SASSENHEEVÏ.
As. Zaterdagmiddag zal te Sassenheim op
feestelijke wijze de nieuwe zweminrichting
worden geopend.
Optochten met muziek van het Raadhuis
naar de zweminrichting, welke op de vroegere
Buitenplaats te Leede is aangelegd, staan op
het programma, terwijl voor het daarop vol
gend Zwemfeest door den burgemeester van
Sassenheim, den heer Geeveneur, de Haar
lemsche Reddingsbrigade is uitgenoodigd om
te komen demonstreeren, terwijl ook de
Zwemvereeniging de Waterratten wordt uit
genoodigd haar medewerking te willen ver-
leenen.
AFSCHEID ALEXANDER MOÏSSI.
Op Zaterdag 17 Mei as. zal Alexander MoIssl
in den Stadsschouwburg afscheid nemen van
het Haarlemsche •publiek. Alsdan wordt ten
tooneele gevoerd: „Der lebende Leichnam",
drama van Leo Tolstoi, waarin Moïssi de rol
van Fred ja (Feodor Protassow) vervult. Voor
deze voorstelling is extra geëngageerd Frl.
Lydia Li, een Kaukasische too.velsneelster,
door Max Reinhardt ontdekt en die met
Moïssi op zijn tournees door Engeland en
Amerika deze rol bijna tweehonderd maal
heeft gespeeld. Deze bijzondere actrice zal
ook de Russische liederen in dit stuk ten
gehoore brengen. De overige rollen rijn in
handen van het Munster Stadttheater onder
leiding van Generalintendant Alfred Bemau.
nieuw eenige onderdeelen zal gaan stu-
deeren".
„Versta je Duitsch?"
„Aber natürlich, Herr Professor!", klonk
riet in onberispelijk uitgesproken Duitsch.
„Mijn grootmama, de moeder van mijn
vader, is immers een Duitsche, zij stamt uit
de omgeving van Maagdenburg. Ik spreek
altijd Duitsch met haar. Mijn moeder ls een
Parijsche. Met haar spreek ik natuurlijk
altijd Fransch".
Het duizelde Van de Veer.
„Dus Engelsch, Duitsch en Fransch spreek
Je even goed? In de scheikunde ben je
reeds zoover, dat je speciale studies maakt?
Zeg eens, Gerry, heb je nog meer verras
singen voor mij, dan voor den dag er mee!
ik ben op alles voorbereid. Maar één ding
sou ik je toch dringend willen verzoeken
Solliciteer niet naar mijn leerstoel voor
scheikunde! Die zou ik namelijk nog we',
een tijdje voor mijzelf willen houden. Wat
kan Je nog meer? Als Je nu nog beweert,
dat Je ook nog Russisch kent en arts bent.
leg ik dadelijk de wapens neer!"
„Om eerlijk te zijn", glimlachte Gerry.
„weet ik van de geneeskunde slechts zooveel
aLs noodig is voor de eerste hulp bij onge
lukken. Daarentegen gaat mijn kennis In de
anatomie wel wat verder. Wat echter het
Russisch betreft, moet ik u teleurstellen,
professor, want die taal spreek ik vloeiend!"
Van de Veer keek den jongen ontdaan
aan. En toch wist hij. dat hij niet jokte.
Zijn oogen waren eerlijk en openhartig en
zijn woorden te eenvoudig. De jongen ver
telde feiten. Maar Russisch, eon van de
moeilijkste talen der wereld! Onbegrijpelijk!
Gerry scheen zijn gedachten te raden.
„Moeder heeft een Russische kamenier. Zij
is reeds zoolang bij ons, als ik me herinneren
kan. Als klein kind leert men aeifs deze taal
zonder veel moeite!"
Van de Veer keek Gerry onderzoekend
aan. Welke plannen hadden de ouders met
dit kind? Want zoo'n combinatie van licha
melijke en geestelijke geoefendheid kon geen
toeval zijn. De jongen was voor den geleerde
een raadsel. Maar Juist geleed ren laten raad
sels niet gaarne onopgelost. Van de Veer nam
zich voor dit raadsel zoo gauw mogelijk op
te lossen.
Midden in deze gedachtenxeeks klonken
Gerry's woorden:
„De oplossing is eigenlijk vrij eenvoudig!
U zult haar gauw genoeg hooren, professor!
Ik zou ze u gaarne nu geven, maar ik word
zoo Juist gehaald en moet dadelijk naar
huis".
Kon Gerry gedachten lezen om onuitge
sproken vragen te beantwoorden? Maar, na
tuurlijk, de gedachten gang lag Immers voor
de hand. Van de «Veer echter stelde zich te
vreden met de vraag:
„Hoe weet je dat je gehaald wordt?"
..Ik heb Roy door de haag heen hooren
breken. Hij zoekt mij en zal wel dadelijk hier
zijn"..
Professor van de Veer had niets gehoord
Geary floot zachtjes tusschen zijn tanden
Hoe zacht de toon ook was, zij was hoog en
droeg ver. Het volgende oogenblik vloog
een witte bal door het open venster en in
twee sprongen stond Roy voor zijn baas
Aan zijn halsband was een rolletje papier be
vestigd. Gerry greep er naar en wierp er een
snellen blik op
..Het Ls Juist zooals lk gezegd heb, profes
sor! Ik moet naar huls
Van de Veer bemerkte zijn haast en kon
hem nog net even de hand reiken.
„Kom terug, zoodra je er lust in hebt.
.Gerry!"
„Dank u, heel graag, professor! Ik kom
gauw terug! Tot ziens!"
En jongen en hond liepen naast elkaar de
kamer uit.
Het stukje papier was op het tapijt blijven
liggen. Onbewust raapte van de Veer het
op. Hij deed het. omdat hij gewend was ieder
stuk papier te bewaren.
Daar stond hij nu en keek naar het i
pier en dacht na over die eigenaardige ont
moeting. Daarna legde hij het strookje op
zijn schrijftafel. Dan kwam het bij hem op,
dat hij het even goed in de papiermand kon
gooien. Hij nam het nog eens op en zijn blik
viel op de twee teekens die er op stonden.
Wat waren dat voor teekens? Dat waren
toch geen woorden, zelfs geen letters! Dat
waren teekens! Teekens, die nauwelijks iets
anders konden zijn dan Ohineesch! Tenzij
het een soort van geheimschrift was, dat zich
met voorbedachten rade van zulke teekens
bediende. Van de Veer vouwde het papier
tje op en legde het in zijn portefeuille.
Toen liep hij naar buiten en ging op het
terras zitten. Hij wilde nog een beetje over
het geval nadenken.
Plotseling draaide hij zijn hoofd om in
de richting, waar het kasteel van Lord
Ashton lag. Een dof gedreun werd hoor
baar en zwol aan tot een zwaar gonzend
geluid. Dan stormde het aan. Dicht boven
de kronen van de boomen joeg een kort-
gevleugelde ééndekker, waarvan de romp
en de vleugels vurig rood flikkerden. Snel
als de gedachte vloog hij slechts enkele
meters boven het terras en het huis Was
het zinsbedrog, of wuifde daar werkelijk
een hand over den rand van de cockpit?
Het roode vliegtuig was voorbij, voordat Van
de Veer het goed had kunnen zien.
Toen hij den volgenden dag voor zijn
college op de universiteit kwam, begaf hii
zich eerst naar het taalkundig seminarie.
Hij wendde zich tot den sinoloog en toonde
hem het papiertje.
„Waarde collega, zou jij mij kunnen zeg
gen, of dit Chineesch is of eenvoudig een
soort geheimschrift?"
Deze nam het strookje aan, wierp er een
blik op en zeide: „Dat is heel normaal Chl«
neesch, zooals het in Sjanghai gesproken
wordt. Die twee teekens beteekenen: „on
middellijk thuiskomen!"
„Ik dank je. collega!"
Nadenkend ging van de Veer weg. Gerry
verstond dus ook Chineesch. Waarom had
hij dit niet verteld? En nog scherper dan
tevoren rees de vraag bij hem op, welk
einddoel hadden de ouders, die hun kind
zulk een opvoeding gaven?
HOOFDSTUK H.
jongen wordt nog verbluf fender.
Professor van de Veer zat op het terras
van zijn huis. De lucht was mild en geurde
naar aarde. Geen geluid verstoorde de stilte.
Over het landschap lag de rust van den
Engelschen Zondagmorgen. Tegenover hem,
lui achterover geleund in een makkelijken
stoel zat Jim zijn neef en trok nadenkend aan
zijn korte pijp. Feitelijk was Jim heelemaal
niet zijn neef. Hij was zijn zwager, de jongere
broer van zijn overleden vrouw, een Engelsche,
die hem tien jaren volmaakt huwelijksgeluk
geschonken had en toen gestorven was. Op
haar sterfbed had zij hem nog toegefluisterd:
„Waak over Jim, liefste?"
(Wordt vervolgd)»