Fa Gebr. Vermeulen
KLEERMAKERIJ EN
HEEREN MODE-MAGAZIJN
FIRMA J. GOOSENS JR.
HMMOM9
C0RNEG00R
VERKRUYSEN& DE LANGE
HOEDEN EN
HEERENMODES
DR0G. K. VAN EDEN
VAN DER SLUYS
OPHEFFINGS
UITVERKOOP
Kijkers - Koopers - Klanten - Vaste klanten.
FOTOGRAFISCH ATELIER „RICHE"
If® I Moderne Dames- en Heeren Portretten
DE MODERNE WINKELIER
EN ZIJN ETALAGE.
HET BESTE!
ADVERTEERT
HAARLEM'S
DAGBLAD
FEDERMANN
NAAML. VENN.
HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 20 MEI 1930
ZESDE BLAD
De Kunst van Etaleeren.
Elke zaak groot of klein zal het begeerlijk
Tinden een groot aantal vaste klanten te be
zitten.
Vaste klanten toch vormen een solide ba
sis, waardoor het mogelijk is, dat een zaak
floreert.
Men kan met recht vaste klanten het
stamkapitaal der firma noemen. Waardoor
juist de eene zaak wel en de andere niet flo
reert is niet gemakkelijk te zeggen.
Wat men wel met zekerheid zeggen kan is,
dat geen zaak, ook die met den uitgebreid-
sten kring van vaste klanten niet, zich de
weelde veroorloven kan afstand te doen van
de voortdurende inspanning om nieuwe klan
ten te winnen.
Zelfs de stevigste kring van vaste klanten
ls onderworpen aan een natuurlijken terug
gang.
Dit winnen van nieuwe klanten kan op ver
schillende manieren gebeuren. Voortdurend
adverteeren en voortdurend etaleeren zijn er
wel de voornaamste van.
Indien het succes van deze middelen te be
teiken was door ze alleen maar toe te passen
zou het voor den winkelstand al heel gemak
kelijk zijn. En dat is het nu juist. Bij beide
middelen komt het heel veel op het hoe
aan.
De uitstalkast, de étalage, is het voortref
felijkste middel tot klantenwinning. Geen is
er, dat zoo voortdurend en zoo intensief
recht op het doel kan afgaan.
Het doel van de étalage zou men kort zoo
kunnen uitdrukken: Maak van kijkers
koopers.
Van koopers klanten en van klanten
vaste klanten te maken dat is de taak van
het winkelpersoneel achter de toonbank.
Hier omet verkoopkunde, op een school en
in de practijk geleerde verkoapkunde, zorgen
dat dit doel bereikt wordt.
Het eerste doel van de étalage is dus: maak
kijkers.
Tegenwoordig zijn we ook in Holland zoo
ver, dat geen winkelier den grooten invloed,
die van de uitstalkast op het floreeren van
de zaak uitgaat, meer ontkent.
Men zou dus verwachten, dat elke winke
lier aan zijn étalages groote zorg besteedde.
De eerste de beste rondgang door onze win
kelstraten leert ons tot onze groote ver
wondering het tegendeel. Hoe komt dat?
Uit onwil tot uitvoering of onbekendheid
met dezen eisch?
Heelemaal niet. Het zit meerendeels vast
op onvermogen.
Goed étaleeren is een kunst, en bekwaam
heid en het gaat met die bekwaamheid als
met alle andereze moet geleerd worden.
Een winkelier, die zelf de étaleering van
zijn uitstalkast op zich neemt, heeft meestal
die kunst dan pas door ervaring te pakken,
ls de beste tijd voor hem om geld te verdie-
icn feitelijk voorbij is.
Opleiding van aanstaande winkeliers en
Winkeliersters in die richting is m.i. zóó van
zelf sprekend, dat het groote verwondering
moet wekken, dat er in Holland maar één
school is, die dat onderwijs geeft.
In groote steden en bij groote zaken heeft
de eisch van goede étalages reeds geleid tot
het in dienst nemen van beroeps-étaleurs.
Deze hebben al heel veel op het gebied der
étaleerkunst verbeterd.
Het buitenland is ons in dit opzicht goed
voorgegaan. Kunstenaars en kunstnijveren,
die belangstelling hadden voor, en belang bij,
toegepaste kunst, hebben den stoot in de
goede richting gegeven.
Toch is het niet volkomen juist aan
kunstenaars alleen zeggenschap over de éta-
lage's te geven.
Het étalagevenster is het visitekaartje van
den winkelier, zou men kunnen zeggen.
Als dit visitekaartje er op uit is de plaats
van een zeer goed geschilderd stilleven te
vervullen is het echter niet in orde.
Met andere woorden te veel kunst in de
étalage is niet goed.
Het succes van een étaleur ligt ten slotte
niet in het voldoen aan een kunstenaars-
eisch, maar enkel en alleen in het vergrooten
van den omzet van den betrokken winkelier.
De toegepaste kunst in de étaleering mag
nooit doel, maar moet enkel middel zijn.
„Het publiek moet door de étalages een
goeden smaak krijgen" hoort men dikwijls
zeggen.
Als het onopzettelijk kan Is het prachtig,
maar de hoofdzaak voor den winkelier, die in
deze materie toch maar de alleenzeggen
schap heeft, is.dat zijn zaak, dus hij zelf
er beter van wordt.
De winkelier wil verkoopen moet ver-
koopen liefst veel verkoopen. Moet de uit
stalkast het publiek ergens toe opvoeden, er
gens toe brengen? Elke winkelier zal u op
die vraag antwoorden, „mijn étalage heeft
enkel tot doel, dat het publiek bij mij koopt.
Er komt bovendien nog een zeer belang
rijke factor bij, en dat die er bij komt, is heel
gelukkig.
Wat de eene mensch mooi vindt, vindt de
ander leelijk en omgekeerd.
In het algemeen zou men wel kunnen zeg
gen: het mooi trekt meer aan dan het leelijke
dus daarom in uw étalage alleen goede
dingen.
Mooi vinden is dikwijls ook een kwestie van
stand.
Menschen uit de volksklasse zullen niet
gaan koopen in prachtig hypermoderne za
ken. Afgezien van de algemeen geldende op
vatting, dat ze meenen daar „de ruiten te
moeten betalen", zullen ze zich in zulke za
ken onbehaaglijk gevoelen. De étalages van
die zaken werken dus op hen averechts.
Het tegendeel is ook duidelijk voelbaar.
De étaleeringskunst heeft dus rekening te
houden met het milieu der klanten. Schoon
heid alleen doet het hem dus in de étalages
niet.
Die winkelier, die de nieuwsgierigheid van
voorbijgangers weet op te wekken, heeft.zijn
doel, koopers te winnen, al voor een heel stuk
bereikt.
Elke étalage heeft daarvoor noodig een
sterk sprekende attractie, die als „blikvang"
dient, om dan als van zelf de artikelen onder
de aandacht te brengen.
Er is volstrekt niet mee bedoeld, dat er
weer allerlei attractiemiddelen in de étalage
moeten komen, die met. de verkochte artike
len niets te maken hebben. Integendeel.
Een voorbeeld moge het u duidelijk maken.
Een automobielbanden-vertegenwoordiger
had eenigen tijd geleden in zijn showroom
een menschelijke figuur, uit banden opge
bouwd, tentoongesteld.
Deze figuur kon hoofd, romp en ledematen
bewegen en maakte daarmee de potsierlijk
ste bewegingen.
Op alle uren van den dag kon men waar
nemen hoe oud en jong zich om deze attrac
tie verdrong.
Toevelen zich bewust geworden zijn dat de
firma autobanden verkocht is niet bekend,
hoevelen daardoor een band kochten nog
minder. Toch had deze étalage twee goede
dingen: haar afmetingen waren zeer goed en
haar aantrekkingskracht was zeer groot.
Of haar doel verkoop vermeerdering was
en of dit bereikt is weet ik niet.
Voor den gewonen winkelier volgt hier uit:
Let op de afmetingen van uw étalage, étaleer
vooral niet te diep. Als de voorbijgangers om
zoo te zeggen met hun neus op de artikelen
gedrukt worden hebt u de meeste kans.
De tweede regel is: étaleer attractief.
Wil de étaleering haar doel treffen, dan is
het noodig dat hij of zij die de étalage
maakt inzicht heeft in de psyche van zijn
klanten. Het komt er niet op aan wat de
étaleur mooi of leelijk vindt, maar wel wat
de doorsnee kooper in die zaak aan staat,
wat zij begeeren, wat hen trekt, waarop zij
azen.
Een zeer goede gedachte van een firma
was het daarom, dat ze in haar étalagekast
de grondstoffen, waaruit een koffiemaaltijd,
bij haar genomen, bestond, smakelijk éta-
leerde. Zoo'n étalage voldoet aan den derden
regel: Uw uitstalkast moet suggestief zijn.
In het belang van elke firma is het. dat ze
zoo weinig mogelijk restanten, winkeldoch
ters, krijgt. Met veel winkeldochters te blij
ven zitten is voor een winkelier niet alleen
onaangenaam, maar zelfs funest. Winkel
dochters aan den man en nog veel meer aan
de vrouw te brengen (het overgroote mee-
rendeel van alle aankoopen wordt door vrou
wen gedaan) is ook een taak van het étalage
venster. In de uitstalkast moet dezen heel
vaak de beste plaats ingeruimd worden. In
zaken waar rondreizende étaleurs de uitstal
kast opmaken, is dit dikwijls het teere punt.
Wie de étalage te maken krijgt moet de zaak
zelf door en door kennen. Natuurlijk zal de
patroon aanwijzingen geven. Maar zou hij
wel altijd voor vreemden willen weten, wat
de zwakke plaatsen in zijn verkoop zijn?
Het geld, dat aan de étalage besteed wordt,
moet goed besteed geld zijn. In dit opzicht
heeft de winkelier wel een stevige natuur
lijke rem: zijn balans. De kosten der étalee
ring, het spreekt van zelf, moeten blijven
binnen het. raam van een verstandig on-
kostenbudget.
Het opmaken van de uitstalkast is een van
de voornaamste bezigheden in het winkelbe
drijf. Wie het doet moet er goed van door
drongen zijn, dat in zijn hand voor een be
langrijk deel het succes van de zaak ligt.
J. TRAAST,
Directeur v. d. Handelsschool voor
Verkoopsters Amsterdam.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 Ct». per regel.
GROOTE HOUTSTRAAT
TELEFOON 13472. HAARLEM
Etaleeren wordt meer en meer een kunst
De Groote Houtbrug ligt er nog leelijk bij.
Hiermede willen wij volstrekt niet zeggen, dat
deze toegang tot Haarlem en tot de voor
naamste winkelstraat van Haarlem niet mooi
zal wórden, maar op het oogenblik is hij toch
nog maar afgesloten (al worden er hulp
middelen toegepast om aan den toestand te
gemoet te komen) en gedurende geruimen
tijd zal het nog wel zoo blijven.
Dat voor den handeldrijvenden midden
stand in de Groote Houtstraat deze staat
van zaken nu niet bepaald prettig of gunstig
te noemen is, spreekt vanzelf: winkeliers
hebben in de eerste plaats, willen hun zaken
floreeren, noodig dat de toegang tot hun
straat aan weerskanten onbelemmerd is.
Maar de Groote-Houtstraters mopperen niet:
zij begrijpen, dat het niet anders kan en dat
alles gedaan wordt «m de moeilijkheden, die
de toestand met zich brengt, zoo gering
mogelijk voor hen te maken.
Zij mopperen niet
Integendeel: zij juichen, met het oog op de
toekomst-, die hun wacht, als de brug een
maal gereed zal zijn en zij trachten „to make
Uie best of it."
Dat zij vol goeden moed zijn en ook vol
ondernemingsgeest en levensbesef blijkt wel
uit het feit, dat de Groote Houtstraatvereeni-
ging het in deze dagen heeft gewaagd een
etalageweek te organiseeren, daarbij aange
spoord door het bestuur der vereeniging,
waarin een frissche geest is.gevaren.
„De middenstand is laksch en lauw!"
wordt er wel eens gezegd. „Neen", zoo mag
het antwoord op deze beschuldiging luiden.
..de middenstand is niet laksch en lauw; hij
heeft alleen maar een prikkel noodig zoo nu
en dan, een opwekking om „aan te pakken"
en weer eens iets nieuws te gaan doen, om
de aandacht van het koopkrachtig publiek te
trekken."
Het ls een zegen voor de Groote Hout-
straatvereeniging en dus ook voor de leden
dezer organisatie dat zij een bestuur
en vooral een voorzitter heeft, die deze
dingen begrijpt, die inziet het groote belang
ook van samenwerking, van collectief optre
den, van het niet &1 te zeer den nadruk leg
gen op het begrip „concurrent".
Nu ook weer wordt de aandacht gevestigd
op de Groote Houtstraat. U zult het lezen
dezer dagen: „Gaat naar de Groote Hout
straat". „Beziet de etalages in de Groote
Houtstraat!" U zult dan een optocht van
talrijke transportwagens zien. toebehoorend
aan de winkelbedrijven in de Groote Hout
straat.
Zoo wordt deze etalageweek tot een mooie
demonstratie van den goeden, modernen
geest die onder de Groote Houtstraters
heerscht. Het zoogenaamde „reelame-rijden"
is een aardig idee en voor het volgend jaar
heeft het bestuur van de Groote Houtstraat-
vereen i ging thans reeds een ander denkbeeld
in petto. Dit wakker bestuur is zeer optimis
tisch gestemd ten opzichte van deze etalage
week; het beschouwt deze demonstratie nu
reeds als een mooi succes. Omdat het, goed
heeft gezien, dat de tijd rijp was, om weer
eens extra voor den dag te komen. Want ai
zijn de etalages altijd goed in onze voor
naamste winkelstraat, nu zijn ze extra-
mooi! Het kon dus nog beter! Zeiden we zoo
Juist niet, dat de middenstander zoo nu en
dan een prikkel noodig heeft? En weet u,
waaruit ook het groote succes van deze
etalageweek blijkt? Uit het plezier, dat de
winkeliers er zélf in hebben! Spontaan
komen zij bij hun voorzitter en zeggen: „Wat
zijn wij blij, dat wij het begonnen zijn! Wat
is het toch een aardig, voldoening gevend
werk!"
Heusch lezers, kijkers van thans, koopers
van straks: u kunt er op aan. dat het in de
Groote Houtstraat in de goede richting gaat.
Men heeft geleerd van anderen, men heeft
geleerd vooral ook van het buitenland. Meer
en meer toch blijkt, hoe in het buitenland
het etaleeren als oen kunst, wij zouden bijna
gezegd hebben: aLs een wetenschap wordt
opgevat. Geheeie tijdschriften met goed ge
schreven artikelen, met mooie, kunstzinnige
illustraties, worden aan het etaleeren gewijd.
Het etaleeren is een afzonderlijk beroep ge
worden en de „étaleur" van groote. moderne
magazijnen moet aan hooge eischen voldoen:
hy moet beschikken over veel smaak, gevoel
voor lijn en kleur, kortom: hij moet een
kunstzinnig en ontwikkeld man zijn.
Hoeveel prijs stelt de winkelier, die met zijn
tijd meegaat, tegenwoordig ook niet op goed
verzorgd, artistiek uitgevoerd drukwerk!
Welk een enorm verschil valt in dit opzicht
te constateeren. wanneer we een vergelijking
maken tusschen voorheen en thans! Zelfs de
kaartjes, waarop de prijzen ln de etalages
vermeld staan, munten uit daar fraaie af
werking en arttstieken cijfervorm. Maar voor
als Is de moderne winkelier er op gesteld
dat zijn visitekaartje: zijn etalage, een goe
den indruk maakt!
U kunt dit alles dezer dagen constateeren
bij een aandachtige beschouwing der fraaie
etalages in de Groote Houtstraat. Hoe meer
kijkers er komen, hoe liever het de Groote
Houtstraat-Vereeniging zal zijn. Het zal haar
een aanmoediging wezen, op den ingeslagen
weg voort te gaan. Want deze etalageweek
moet beschouwd worden als een poging, om
te komen tot een vaste, jaarlijkscbe etalage
week.
Moedigt dan de Groote Houtstraters door
uw belangstelling aan!
De heer F. H. Kehlenbrink, secretaris van d«
Groote Houtstraatvereeniging.
OPGERICHT 1877.
GROOTE HOUTSTRAAT 64, hoek Verwulft.
Uitsluitend eerste kwaliteiten tegen
billijke prijzen.
CONFISEUR - BANKETBAKKER
Groote HouUtraat 120 A - Telefoon 10359
Onze producten roldoen steed, aan de hoogste eischen.
Ze worden Tervaardigd met de modernste machines, m
werkplaatsen waar de hygiëne tot in het uiterste is door- M
geroerd.
De grootste zorg wordt aan onze artikelen besteed, H
zoodat zij' U steeds ten volle bevredigen.
Wij leveren U frant^j door geheel Haarlem en Omstreken.
50
Wijnhandelaren, HAARLEM.
Kantoor: Bakenessergr. 25,
Telefoon 10396.
Depot Gr.Houtstr.146
Telef. 11145.
Depot ZIJLSTRAAT 32,
Telef. 10438.
VOOR DE OOGEN
U vindt het bij ons!
Onze jarenlange vak
kennis is bekend.
Bij ons is u verzekerd
van deskundige bedie
ning en billijke prij
zen. Steeds de
modernste monturen
voorradig.
GROOTE HOUTSTRAAT 137,
(naast Luxor).
M m
Voor ieder een
BRIL
voor weinig geld
BIJ
OPTICIEN
GR. HOUTSTRAAT 37,
b.d. Anegang. Tel. 11059 Haarlem
FILIAAL:
MAGAZIJN T BRILLENHÜÏS,
Kanaalstr. 83, Llmuiden.
ROOKT DR. ECKENER SIGAREN
5, 7, 8, 10 en 12 cent.
Alleen verkrijgb. bij „HOKA", Groote Houtstraat 133 (hoek
Cornelissteeg). 10
GR. HOUTSTRAAT (hoek Gr. Markt)
OPGERICHT 1882
D AU DE Y'S BLOEMENMAGAZIJN
Lid van de F. T. D. FLEUROP
GR. HOUTSTRAAT 112, Telef. 10859
LEVERING VAN ALLE
VOORKOMENDE BLOEMWERKEN.
GR. HOUTSTRAAT 161, Telef. 12075
Binnen- en Buiten!. Geneesmiddelen,
Parfumerieën en Eaux de Cologne
Onze LIMONADE-SIROPEN zijn niet beter te
verlangen. 60
Probeert eens onze nieuwe soort
Bloed-Sinaasappel
CHEMICALIëN VOOR IEDER BEDRIJF.
Vleesch?
VLEESCH- EN VEEHANDEL
GROOTE HOUTSTRAAT 181
—TELEFOON 10334—
ZAANLANDSCHE ZILVERSMEDERIJ
GROOTE HOUTSTRAAT 132.
In onze Etalage vindt U verschillende fraaie
artikelen, welke wij tegfen zeer LAGE PRIJZEN
uit verkoopen. 50
U heeft een Slaapkamer-
Ameublement noodig
Komt onze eiken slaap- j
kamer zien voor...... 450
U heeft daarvoor een groote
drie-deurs spiegelkast, een toi
let, een lits-jumeaux, een tafel,
twee nachtkastjes en twee stoelen.
4 N.V. „DAM1ATE" v.h. P. VAN THIEL.
GROOTE HOUTSTRAAT 101—103,
Telefoon 10575.
HAARLEM,