BRIEVENBUS Aan Allen! Brieven aan de Redactie van de Kmdcr-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG —ZEEMAN, Marnixstraat 20. ZANGVOGELTJE. Ik zal nu maar geduldig op je eigen raadsel wachten. Hoe gaat 't nu met de edele zwemkunst? Moet de bus er nog steeds bij te pas komen? Zwem je alle dagen? W. L. Je moet maar denken: hierna beter. Door vallen en opstaan leeren we loopen. 't Is voor de pa- tienten in Meer en Bosch zeker een groote vreugde, als jullie daar komen musiceeren. Ga je 1 Juli nog naar 't Concertgebouw? Wat zul je ge nieten. Die mappen zullen zeker de netheid bevorderen. DE KLEINE VIOLIST. Zijn jul lie klaar gekomen met den Juni- wedstrijd. Ik heb al heel aardige in zendingen ontvangen. De kleintjes hebben al verscheidene inzendingen gestuurd. LATHYRUS. Is de verkoudheid nu over? Was Viooltje ook niet goed in orde, dat ik niets van haar hoor de? Je mocht haar best helpen met 't wedstrijdwerk. Ik zou je raden aan de firma C. nog eens om inlichtin gen te vragen, 't Duurt nu wel wat heel lang. Zijn er al poesjes gehaald? WENDA. Je raadsel is goed. DANSERESJE. Prettig, dat 't jullie in je nieuwe huis zoo goed be valt. Wat ben je met Hemelvaarts dag prettig uit geweest. Ben je nog op Gym? De verbrande plekken zijn zeker aan 't vervellen gegaan. De Pinksterdagen waren ook prettig voor je. Zijn jullie Zondag nog met de boot uitgeweest? Hoe gaat 't met zwemmen? DE OUDE WOUDLOOPER. Dat was nog eens een gezellige ouder- wetsche brief. Ik dacht wel, dat je met 't boek in je nopjes zou zijn. 't Is een reuze leuk verhaal, 't Doet me genoegen jongen, dat 't op de H. B. S. zoo van een leien dakje gaat. Nu maar extra hard blokken om dat leelljke vijfje weg te werken. Wat krijg je al gauw vacantie Je schrijft me nog maar eens den uitslag. Ik zal er de courant in ieder geval op na zien. Die Kingsford Smith is een mannetjesputter hè? Nu volgen er vast meer. KORSTJESKNAGER. Zit jij alle dagen in 't water? Maar dan toch zeker geen korstjes te knagen. En- iin, 't zou een middel wezen om ze zacht te krijgen. Ben je vandaag naar Alkmaar geweest? Hoe was 't op de Kaasmarkt? En heb Je in Ber gen je heerlijk vermaakt in den speeltuin? Dat zal me een dagje ge weest zijn. VOGELKOOPSTERTJE. 't Was zeker wel een moeilijk afscheid. Heb ben jullie uit Engeland al bericht gehad? Heb je 't heele schip mogen bekijken? Interessant hè? Je raad sels zijn goed. MARINIER. Als 't mooi weer is. Is zoo'n boottochtje nog heerlijker dan een treinreis. Dat wachten voor die brug was zeker minder gezellig. Je raadsel is goed. STUURMAN DRIE. Je bent al een kranibus in 't raadsels oplossen. Hoe kwam 't zoo. dat je Zondag twee keer naar Zandvoort ging? Geluk kig maar, dat je voor die bui thuis was. Je zult vast wel een plezierige vacantie hebben op het huis Ter Za- nen. CROCUS. Leuk, dat moeder Je prijs ook heeft gelezen. Wat zal de tuin er nu fleurig uitzien met al die ontluikende bloemen, Hoe gaat 't met je salamander? Heb je ook nog stekeltjes gevangen? A. B. C. Ja, dat was wel een kranige bemanning van de Southern Cross. Ze hebben 't heusch niet zoo gemakkelijk gehad. Denk eens aan in den nacht te moeten vliegen door een dikke mist. 't Was wel prachtig, dat ze een radio-zender en ontvan ger aan boord hadden. Zoo kon er voortdurend contact zijn met den vasten wal. Wou jij zoo graag piloot worden? wie weet, wat de toekomst brengen zal. WIM TEN H. Heb jij het opper hoofd der Ossaga-Indianen nog ge zien? Weet Je. dat hij den bijnaam heeft van Witte-paard-adelaar? Ik kan me best begrijpen, dat je dol graag eens met hem praten wou. Van dit opperhoofd heb ik wel ge lezen. dat hij eens een wilden witten hengst heeft gevangen. Hij heeft ook yeel gedaan om den vrede tusschen blanken en roodhuiden tot stand te brengen. MADELIEFJE. Kom, zet je tan den op elkaar en zie de toekomst wat vroolijker. Er zijn heusch erger din gen dan een mislukt examen. Ik ben ook eens voor een examen gezakt. En toen fluisterde een lieve dame mij in: ziekte en zonde zijn erger. Dat was toen waar en dat blijft altijd waar. Is 't niet zoo? BALLENBREISTERTJE. Heb je lekker bij je vriendinnetje gegeten? Wie had die fouten in je brief on derstreept! Er was een heele dikke bij, hè? Ik lean me begrijpen, dat je vriendin blij was met die mooie bal. Prettig, dat 't gedierte zoo flink groeit. Ze hebben 't zeker ook best bij je. KRIELKIP. Ik denk, dat je best een opstel over je bezoek aan Schiphol kon maken. Is 't niet zoo? Had je wel mee durven vliegen? Zoo'n krielkip had zich best kunnen verschuilen. EPEN AART JE. Wat ben je fijn gauw jarig. En dan weer zoo gauw naar Urk. Ik ben benieuwd te hoo- ren, hoe je het daar vondt. Ga je van dit jaar van school af? En wat dan? ZINNIA. Als je op verjaarsvisite moet, schiet het briefje er bij in. Dat begrijp ik best. Wanneer ga je met de klas naar den Haag en Sche- veningen? Dat zal nog eens een pret tig dagje worden. Je raadsels zijn goed HET ZAANDAMMERTJE. Laat die bieten maar een paar maandjes doorgroeien. De tomaten zullen ze ker eerder goed zijn. Heb je Zondag ook nog last van de bui gehad op Zandvoort? Zwem je nu los? Wat heb jij genoten in 't Haagje. Was 't niet druk op de pier? ZWARTKIJKERTJE. Wat een grappig postpapier heb je. 'k Zou er maar een beetje zuinig op wezen. Ik ben ook al tevreden met een vel letje uit een schrift. Ben je weer een mooi boek aan 't lezen? PRIMULA. Hoe gaat 't nu met broertje? Kan hij zoo slecht tegen de warmte? Wat zal jullie tuin er nu prachtig uitzien. De geraniums zijn nu zeker ook opengesprongen. Wat kan die moeder van jou knap stek ken. Een echte tuinvrouw hoor! ROZENKNOPJE. De zomer is dezer dagen pas begonnen. Je zult nog wel eens meer keertjes naar Zandvoort gaan. Hartelijk gefelici teerd met je nieuwe neefje. Maakt de kleine Frans het goed? Woont hij dicht bij je? WILLEM v. d. L. Jij zult heusch wel een prettige vacantie tegemoet gaan. Je vriend Wim G. beziet de kwestie van een ander standpunt dan je ouders en ik. Dat is best te begrijpen. Wat zou je nu voor veran dering wenschen? Jongen, bezint eer je begint. Wat gedaan wordt, wordt heusch gedaan voor Jouw bestwil. Wat gaan je ouders een prachtige reis maken. Ik zou best mee willen. Mijn dank voor die mooie kaart van Zwolle. ZEVENSTER. Wat hebben Jullie "t goed getroffen op je schoolreisje. Eenig, dat jullie er ook gelogeerd hebben. Ja, ik ben ook eens een va cantie in die omgeving geweest, 't Is er fijn. Die Pyramide van Auster- litz is een heele klim. Maarn is ook mooi, hè? Je vindt het zeker erg prettig, dat de Amerikaansche tante ook nog een week bij jullie komt lo- geeren. WENDA. Je raadsel is goed. BLOEMENFEE. Wanneer ga Je naar Lunteren? En met hoeveel pad- vindstertjes? Wat zul je daar genie ten! De omgeving is er zoo prachtig. Ben je al aan de nachtpon begon nen? Hoe is de laatste repetitie ge gaan'' Wat zielig, dat zusje zulke pijnlijke oogjes heeft. Is er nu wat aan gedaan? PAPAVERTJE. Ik wensch je Zondag op je bootreisje heel veel ge noegen en vooral mooi weer. Wat ge zellig. dat er een poppenkast op de boot is. Nu gaat de reis natuurlijk tweemaal zoo vlug. Dat goochelen lijkt me ook leuk. Probeer de kunst maar af te kijken. POESENMOEDERTJE. Jij verlangt natuurlijk erg naar 3 Juli. Jullie gaan in IJmuIden zeker de sluizen bekijken en de vischhal. Staan jullie met zijn beidjes op de schoolfoto? GOUDELSJE. Dus je schrijf-cij- fer heb ik wel goed geraden. Ik vind het heeiemaal niet erg, als Je eens een weekje overslaat. Hartelijk gefe liciteerd met vaders verjaardag. Ik hoop, dat het voor jé allen een ge zellig dagje zal wezen. GOUDSBLOEM. Gelukkig, dat de vlek er met wrijven is uitgegaan, 't Was zeker wel stil, toen de groot ouders vertrokken waren. Logeer je ook wel eens bij je tante in den Haarlemmermeer KERSTROOSJE. Oma is vast ook blij, als je eens een dagje komt. In dezen tijd is 't heerlijk om op een boerderij te wonen. Logeer je er ook wel eens? Zijn er ook veel beesten? NEVADA. Jij wou 's zomers ze ker wel naar Zandvoort verhuizen. Maar zoo erg verbrand zijn, lijkt me minder plezierig. Moet je nog alle dagen proeven maken op school? Schrijft Jolian netjes in zijn nieuwe taalschrift? BABBELKOUSJE. Jij was Zon dag al een vroege badgast. Nu zul je 't fietsen wel meester zijn. En hoe gaat 't met zwemmen? Heeft Zeeuwsch Boerinnetje het diploma nog gehaald? ZEEUWSCH BOERINNETJE. Ik ben zoo benieuwd naar je volgend briefje. Moest je ook van den toren springen? Naar welke Mulo ga je? Wat gaan jullie nog een heerlijk schoolreisje maken. Daar moet heel wat afgewerkt worden op één dag. Ik ken dat boek niet. FREESIA. Ik wil graag geloo- ven, dat dat heerlijke middagje zoo om was. Je kunt je wedstrijdwerk nog best klaar krijgen. Dinsdag be hoef ik het pas te hebben, 't Doet me plezier, dat het bij jou van een leien dakje ging. Ik wensch je yooral mooi weer op je school reisje MONTBRETIAWat gezellig, dat de beide vriendinnen mee gaan met 't schoolreisje. Dat zal vast een reu ze dagje worden. Fijn, dat de kui kentjes zoo flink groeien. Mag jij ze ook wel eens voeren? MAGNOLIA. Ben je nog nooit in Alkmaar geweest? Vooral op Vrij dag, als er markt is, is er heel wat te zien. In den speeltuin zul je ook ge- nieten.De volgende week schrijf je m# er zeker een grooten brief over. W. BLOMBERG—ZEEMAN Marnixstraat 20 Knipperdolletje. door W. B.—Z. HOOFDSTUK V 8) Op de Duinhoeve. Mies zat nog te ontbijten, toen Gijsje al op de ruiten tikte. Vlug werkte Mies de laatste reepjes brood naar binnen. „Die Gij3 is er vroeg bij," zei Mies, terwijl ze vlug naar de deur liep om 't vrouwtje binnen te laten. ,.'k Ben wel wat erg vroeg, hè, maar gisteren lag er een briefje bij me thuis, dat 'k ook nog waschgoed moest halen bij den burgemeester." „Dan ben je ln de route," zei grootmoeder. „Haast je nu maar niet, Gijs. Het werk blijft hier wel voor je liggen." „Heeft mevrouw Matje niet te sla pen?" vroeg Gijsje. „Nu mijn kleindochter er is. vond ik 't samen wel zoo gezellig." „Dat kan 'k me Indenken. Eigen is eigen." Mies was nu kant en klaar. Groot moeder deed vlug de kast open en haalde uit een trommeltje twee melkreepen. „Geef die maar aan je Knipper dolletje, Mies." „Dank u oma. En ik zal zeggen, dat U ook eens gauw komt." „Als de rheumatiek over Is. De groeten voor vrouw Veris." ,,'k Zal 't doen, oma." Vroolijk babbelend liep Mies naast Gijsje den dorpsweg af. Altijd maar rechtuit. Schoorl door en dan op Groet aan. „Is 't dicht bij de kerk?" vroeg ze aan Gijs. „Nog wel een stief kwartierke." „Een boerenkwartierke?" vroeg Mies lachend. Ze wist van oma, dat een boeren kwartleke wel voor een half uur gold. ..Een menschenkwartierke" lachte Gijsje. Gijsje vertelde nu van haar doch ter die in Kamperduin, getrouwd was en toch zoo'n lief kindje had ge kregen. Zoo lief bestaat er geen op. dé heele wereld," besloot Gijsje ëfi ze zei het zoo ernstig en met zooveel overtuiging, dat Mies ervan verze kerd was, dat Gijs de waarheid; sprak. „Mag ik 't eens zien, Gijs?" „Dat kan gebeuren. Misschien, eens op een Zondag?" „'k Zal eens vragen aan oma. Ik kan alle dagen, hè?" „Ja maar op Zondag is 't net een engeltje." „Hoe zoo, C is?" „Dan heeft 't een wit jurkje aan met rose strikjes. Dat heeft ze van een mevrouw uit Alkmaar gekregen. Als ze dat aan heeft, dan is 't net een engeltje," beweerde Gijs weer. Mies dacht erover, dat 't dan toch wel heel .prettig zou zijn om op Zon dag eens naar dat lieve kindje te gaan kijken. „Je moet er met den autobus heen hè?" „Ja, of Je moet een flets hebben." „Vader vond beter, dat ik die thuis liet." „Daar had hij gelijk in. met wie moet je hier fietsen?" „Dan maar met de bus," zei Mies. „Daar ligt de Duinhoeve," riep Gijs. *„Wat een mooie oprijlaan." „Dat ls hier ook fijn spul." „Ik zie hem," riep Mies blij en ze keek naar een jongen, die op de re genton zeepbellen zat te blazen. „Zoo is dat 'm? We zullen maar eerst even de blouses bij vrouw. Veris afgeven. Veel tijd heb 'k niet. Er moet bij je grootmoeder nog heel wat gedaan worden." „Oma zei; je hoefde Je niet haas ten." „Nou ja, maar. Gijs kon haar zin niet voltooien, want vrouw Veris kwam juist van de deel. Nu Mies haar zag, herkende ze haar. Ze had tegen oma eens gezegd: die boerin heeft splegel-oogen. Zoo helder, zoo diep waren ze. „Dat 's de kleindochter van me vrouw Willes," stelde Gijsje voor, terwijl ze meteen 't abuis van de blouses vertelde. Mies keek de boerin maar steeds aan. Wat een mooie, lieve oogen had zij. Als je daar altijd naar keek, zou je een prettig gevoel krijgen. Wat lachten die oogen. 't Was net, of er allemaal vroolijkheid achter zat. „Vertel nu maar eens van je Knip perdolletje," zei Gijsje tegen Mies. „Vertel jij 't maar," deed Mies verlegen. Gijs begon, maar al spoedig meng de Mies zich ook in 't gesprek. „Ik zal eens vragen, of zijn zusje hem Knipperdolletje noemde. Wij zeggen Maarten, 't Is wel een stum- perd. Lezen en schrijven hebben ze hem niet kunnen leeren. Hij wordt dezen zomer al twaalf jaar," vertel de vrouw Veris. Samen wandelden ze nu naar den regenton. Maarten was vol aandacht voor de zeepbellen, die sierlijk de lucht ingingen. „Knipperdolletje!" riep vrouw Ve ris opeens. De jongen keerde zijn gezicht naar haar toe- Zijn oogen lachten en tuur den toen tusschen de vruchtboomen. 't Was of hij iets zocht. „Heet je Knipperdolletje?" vroeg nu vrouw Veris. „Ja. Kipperdolletje," herhaalde hij. „Hij heeft moeite met de letter n," zei vrouw Veris zacht tegen Mies. „Noemde zus je zoo?" vroeg de boerin verder. „Ja, zus." ,.Waar is zus, nu?" ging ze verder. „Weg!" zei hij en opeens boog hij 't hoofd over de regenton en snikte. Vrouw Veris sloeg haar arm om zijn schokkende schouders en zei lieve woordjes tot hem. Toen streek ze hem over 't roode stoppelhaar en 't scheen Mies toe, of er ook tranen In hoar oogen stonden. „Stil maar. knipperdolletje, hij krijgt een lekkere pannekoek van moeder." Ze liep vlug naar de deel. Maarten keek op. Hij volgde haar nu. Weg was 't verdriet. Hij wist al, hoe lek ker de pannekoeken van zijn nieu we pleegmoeder smaakten. „Hij is toch gevoeliger, dan lk dacht." zei vrouw Veris, toen Maar ten bezig was met mond en handen de pannekoek naar binnen te werken Toen 't bord leeg was, gaf Mies hem de melkreepen. Hij keek blij van Mies naar vrouw Veris en zei toen:. Dank. .(Wordt .vervolgd). BIJVOEGSEL' JUNI 1930 No. 184 'k Kan me zoo voorstellen, dat de kinderen, die Artis bezocht hebben en bovendien een kijkje genomen hebben in 't Aquarium, den wensch uiten: 'k wou, dat 'k ook een Aqua rium had. Er zijn genoeg Rubrieker itjes, die een aquarium bezitten, maar in den regel is 't maar een kleintje En toch is 't zoo'n kunst niet, om zelf een flink aquarium te maken. Laat ik je een paar wenken geven. Je neemt voor den bodem een plank van krimpvrij hout, die 40 c.M. lang, 25 c.M. breed en 21/2 c.M. dik is. Alle maten moeten nauwkeurig ge nomen worden. Eikenhout is beter dan vurenhout, want dat krimpt. Aan de 4 kanten worden nu hoekjes uitgezaagd, 21/2 c-M. aan weerskan ten van de punt af en 1 c.M. diep, rechthoekig in 't hout. Maar eerst maar potloodlijnen, voor je aan 't zagen gaat. Nu 4 latten nemen als stijlen. Iedere lat is 28 c.M. lang en 2 1/2 c.M. dik. Met koperen of ijzeren lioutschroeven worden die latten vastgezet. Nu 8 latten gaan zagen, 4 voor de lengte en 4 voor de breed te-zijden. Deze latten moeten pre cies tusschen de stijlen passen. Ze zijn 35 c M, lang, 2 c.M. breed en 1 c.M. dik. Rondom het blad brengen we tusschen de pooten met deze 4 latten een standaard aan, die 2 c.M. hoog is. Met de andere 4 maken we een lijst boven om de pooten. Is dit zaakje goed vastgeschroefd, dan kunnen de stijlen niet meer uitwij ken. Voor het dekstuk hebben we weer 4 latten noodig. Twee zijn 47 c-M. 1. en 3 1/2 cM. breed. Twee an dere 32 c.M. lang en 3 1/2 c.M. breed. Aan de einden worden deze latten onder een hoek van 45 gr. gesneden. Deze lijst moet 3 1/2 c.M. uitsteken en al weer met schroeven worden vastgezet. Onderaan op den bodem komt een dergelijke lijst, Nu nog voor de stevigheid wat dunne latjes bevestigd tusschen onder- en bo- venlijst. Voor je de ruiten gaat inzet ten, moet het hout gemenied wor den,. Van binnen moeten we 't hout verven om rotting te voorkomen. De ruiten moeten van dun spiegelglas zijn Twee stuks van 36 1/2 bij 25 en twee stuks van 211/2 bij 25. Je vraagt, of een schilder de stop verf voor je klaar wil maken, want dat is een lastig werkje voor een leek De stopverf moet vooral stevig in hoeken en naden gedrukt worden. Ga nu je aquarium vullen. De ruiten worden door den waterdruk op maat gedrukt. Zet nu van binnen een paar latten tegen alle vier ruiten. Laat het aquarium dan weer leeg loopen, droog het goed af en schilder het van binnen met vuurlak. Schroef- gaatjes maak je met stopverf dicht, oneffenheden schuur je met schuur- linnen. Als je een aquarium koopt, let er dan op, of 't geraamte van hout, ijzer of zink is. Geheel glazen aqua riums springen gauwer. De houten lekken daarentegen nog al eens, wanneer ze in langen tijd niet ge bruikt zijn en 't hout gekrompen is. Wat je zelf maakt is niet alleen voor- deeliger. maar ook vaak solider. W. B Z. Hendrik had eens ln zijn slaap, Met zijn .zus een avontuur! Zusje, ach, dat arme schaap, Was heel koud, want het was guur! Op kalkoenen ging hij jagen! Vier zag hij er op een tak. Heerlijk maal voor menschen-magen, Hoe krijg ik dat in m'n zak? „Wacht", denkt Hendrik nu op eens, ,,'k Haal een opgezet kalkoen* En ik waggel dan wijdbeens, Net als een kalkoen kan doen!" En zoo ging hij dan ter jacht, Ach, je weet, 't was maar een droom, Uren zat hij zoo op wacht, Hield zich schuil achter een boom.... Maar tot schieten kwam het niet, Want. de dag brak aan! 't Schoolwerk lag al in 't verschiet, Henkje moest weer op gaan staan...-! Het was zijn moeders naamdag. In Italië viert men niet de verjaarda gen maar de dagen waarop men zijn doopnaam gekregen heeft. En zoo was het de herinneringsdag voor zijn moeder. De avond bracht natuur lijk wat drukte. Er kwam bezoek en omdat het zulk mooi weer was ging men buiten zitten en dat had weer als gevolg dat de kring hoe langer hoe grooter werd. Er kwamen oudere buren en menschen ook uit andere straten die allemaal bleven en mee praten en lachten. En ook kwamen er groote Jongens en meisjes en op eens kwamIrma Voletta met haar broer. Die waren zeer ln tel om dat zij zoo prachtig dansen konden. Nauwelijks waren zij gezeten of daar riep men reeds: - Hé, Irma, hé Tonio, dansen hoor! De jongelui lachten en stonden op. Zij wilden wel een dans beginnen maar zij wachtten nog even en keken aarzelend rond. Muziek, muziek, werd er geroe pen, want men begreep dat het meis je en haar broer daarop rekenden. Maar.er was geen muzlok! Som migen stelden voor dan maar da maat met de handen te klappen, an deren wilden liever zingen maar één man was er. die uitriep, dat het toch te gek was dat nu niemand wat mu ziek kon maken. Hij woonde te ver weg, maar als het moest zou hij zijn mandoline wel gaan halen.... Laten wij Berto gaan vragen met zijn orgeltje, riep opeens een andere jongen. Het was alsof Vlncento een steek kreeg. Daar schoot het door zijn brein: 't orgeltje van Berto? Maar de wijsjes die daarop stonden kende hij immers ook. En voor hij het wist greep hij onder zijn kie'.tje en een seconde later parelden zijn heldere flulttoontjes door de straat. Een daverend gejuich van de groo te re Jongens en meisjes steeg op en ook de oudere menschen klapten lachend en blij in de handen. Leve Vincentohij zorgt voor muziek, riep men van alle kan ten. Irma en Tonio waren bU het hoo- ren van de eerste tonen al opge sprongen en luchtig als elfjes dansten zij al rond, hun echte mooie Itallaansche volksdansen. De kring werd nu nog grooter dan hij reeds was en moeders naamfeest werd op die manier met recht een feest. Het halve stadje Ansanto nam er aan. deel Maar de meeste oudere aanwezi gen luisterden meer naar het fluit spel van Vincento dan zij naar het dansen keken. Och, dat dansen had den zij al zoo dikwijls gezien en in hun jeugd hadden zij het ook zelf wel gedaan, maar muziek maken zooals die kleine aap van een Vin cento dat deed, zie, dat was wel heel buitengewoon. En Vincento zelf? Hij vertoefde in een droomwereld. Dat hij zoo plot seling zat te spelen voor een_ kring van wel honderd toehoorders, met zijn eigen vader en moeder er bij, dat was zoo tooverachtig, dat hij bang was dat hij droomde. Maar het hinderde hem niets- De fluit was hem net zoo vertrouwd als een vin ger van zijn hand en hij had er zijn gedachten niet eens by noodig om de eenvoudige wijsjes van het orgel te spelen. Ja zelfs deed hij ook nu weer wat hij anders stilletjes in het bosch deed. Hij maakte zelfs wijsjes, net zoo veel als hij wilde.... En door al de drukte kwam het dat niemand zag hoe er aan het einde van het straatje, vlak bij het hoekjo een donkere gedaante was versche nen die scherp op het groepje feest vierders tuurde. Het was de pastoor van Ansanto, die op het geluid van de fluit naderbij gekomen was. Ook voor hem was het een verrassing dat er in net kleine stadje zulk een voor treffelijk fluitspeler woonde, maar wie schetst zijn verbazing toen hij merkte dat het de kleine Vincento Paolinl was, die de muziek maakte. Het ventje is nauwelijks elf jaar, dacht de priester, die zalf een groot musicus was. Wie zou hem zulk spelen hebben geleerd? Daar moet ik meer van weten En even stil als hij gekomen was verdween hij weer. Maar den vol genden ochtend om acht uur reeds gaf de koster bij Vincento's moeder de boodschap af dat haar zoontje even aan de pastorie moest komen met zijn fluit. En zoo kwam het dat de pastoor ontdekte, dat Vincento van niemand iets geleerd had maar alles heel in zijn eentje gedaan had, De goede man was werkelijk ten zeerste verbaasd en gul bood hij aan om den jongen muzieklessen te ge ven. die hem nog verder zouden brengen in de edele kunst. Van dien tijd af stapte onze fluitist twee-, drie maal per week naar zijn leeraar en even zoovele malen hadder. zij samen een heerlijk uurtje. Want Vin cento had nog nooit zulke prachtige muziek gehoord als die de priester maakte en deze had nog nooit zulk een vlijtigen vluggen leerling gelrad. Binnen twee jaar speelde Vincento al op het orgel cn nog een jaar la ter speelde hij samen met zijn leer aar ook op de plano. En aan iedereen, die het maar hoo- ren wilde, vertelde de goede leeraar dat hU een Jongen had, die pas veer tien jaar was en drie instrumenten. heel moeilijke bespeelde: fluit, orgel en plano. In drie jaar heeft hij meer ge leerd dan een ander in twintig, riep hij dan trotsch uit! En zoo was het ook werkelijk. Vincento ls nu een groote Jongen van bijna twintig jaar, maar ln ge heel Italië kent men hem reeds want hij speelt overal en ook componeert hij zelf prachtige muziek. Hij gaat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 19