HET REGENT.
Het woord is aan
Hoe iiien de kleuters bezlM Rondt.
DE MODERNE SCHOEN.
HAARLEM'S FEMINA DONDERDAG
DAGBLAD J, B J I y S I J ]1 24 JULI 1930
Het regent, en maar niet zoon klein
beetje, nee, het stort, het giet. De ramen
van de huiskamer worden letterlijk gesoosd
met water, de paden in den tuin staan blank
en als ik mijn fiets uit het schuurtje wil
halen, kan ik wel gaan pootje baden, met
droge voeten kom ik er toch niet. Maar de
fiets blijft waar zij is, want het is zulk
hondenweer, dat fietsen vrijwel ondoenlijk is.
Bah, wat een weertje!
De buren komen met hun auto thuis van
een vacantiereisje: pa van de buren heeft
een gezicht ais een donderwolk, hij loopt
nijdig naar de voordeur, opent haar en stapt
demonstratief naar binnen, alsof hij zeggen
wil: met dat „weer van jullie" iriat zijn
moeder ep de kinderen) wil ik niets meer
te maken hebben.
Echt iets voor dien man, denk ik: hij
drong er eerst zoo op aan, dat ze met de
auto een rondtoer door Nederland zouden
gaan maken, en nu het pretje verregend is,
krijgen ma en de kinderen de schuld.
Intusschen is ma ook niet rooskleurig ge
stemd; ze snauwt haar jongste af, die zeurt
omdat hij moet helpen met den ^offer en
de oudste schopt nijdastig tegen een paar
opgerolde jassen die uit de auto op het
glimmend natte trottoir zijn gerold.
Aan het station ontmoet ik een uur later,
als ik een gast voor-één-dag van den trein
ga halen, een familielid, wiens stemming
door de band al niet jubelend is, maar die
nu het toppunt van somberheid schijnt te
hebben bereikt. We mopperen gezamenlijk
wat over den regen, we bespreken de kansen
op een genoegelijken dag van de gast die op
komst Is, en juist als onze stemming tot het
nulpunt gedaald is, sluipt de electrische als
een verraderlijk monster het station binnen,
en daar is de gast even later ook, met het
monterste gezicht van de wereld.
Leelijk weer, bromde ik met sombere stem.
Maar de ander vindt het zoo erg niet. en hoe
wel het weer er allesbehalve mooier op wordt
in den loop van den dag, komt de steipming
er ver boven uit, alleen door den invloed van
die ander, welke niet mopperend en belee-
digd. zich aanstelt alsof dit weer een per
soonlijke aantijging is, maar die er het
mooie, het prettige van weet te vinden.
Wat ziet het groen allemaal frlsch. en wat
is het gras overal mooi. Wat ls het nu in
huis gezellig. Wat gaat het werk veel ge
makkelijker dan met die warmte. Jammer
voor de menschen die nu met vacantle zijn,
en wat heerlijk om thuis te zijn met dit
slechte weer.
Aan het einde van den dag schaam ik me
over mijn eigen ontevredenheid, terwijl dit
regenweer toch nog zooveel goeds in zich
bergt. Hebben we niet erg naar regen ver
langd? De tuin lag te verdrogen maar
we zijn zoo eigenwijs, dat wij het zelf voor
het zeggen zouden willen hebben, wanneer
de natuur het moest laten regenen en wan
neer niet.
Het ls Jammer van de zomerdagen, die zoo
voorbijgaan, zegt er een misschien. Het ls
waar. maar hoeveel warmte en zon hebben
we nu al gehad, terwijl we dat maar als de
gewoonste zaak van de wereld aannemen. Of
hoeveel zon en hoe weinig regen hebben we
in den afgeloopen winter gehad, terwijl ons
klimaat er nu eenmaal con ls van afwisse
ling: zon op zijn tijd, regen ook weer op zijn
tijd.
Voor de vacantlegangers moet bet slechte
weer een bittere teleurstelling zijn, vooral
voor hen die een korte vacantle hebben. Het
wordt er echter niets beter op, eer veel on
aangenamer wanneer de stemming daalt tot
onder het nulpunt, wanneer iedereen Ttelpt
om alles zoo naargeestig mogelijk te doen
schijnen. Maken, wat ervan te maken is. dat
is bij zulke onaangename, maar tenslotte
onbelangrijke tegenspoeden de verstandig
ste opvatting. En nu weet ik wel, dat deze
stelregel zeer moeilijk is vol te houden wan
neer de kinderen, die vacantle hebben, in
huis moeten blijven, en elkaar uit verveling
bij het minste of geringste ln het haar vliegen
en ieder oogenblik als jonge honden over
den grond rollen. Maar een bittere nijdige,
stemming maakt de toestand niet beter,
terwijl het sombere weer, het gedwongen
huisarrest en de verregende vacantle nog
heel wat van hun teleurstelling kunnen in
boeten door een opgewekte stemming
prettige bezigheid binnenshuis en een vroo-
lljk gezicht.
De Kinderen
Moeder tot zes jaar: „En tot hoever heb
je nu uit je boekje geleerd?"
Zes jaar (bezig met „de studie"): „Tot
waar de blaadjes vuil zijn mammie".
4 jaar: „Is vader rijk?"
Moeder: „Vader is heel rijk, hij heeft mij
en jou en hij heeft baby. En ik ben een
millioen waard en jij bent een millioen waard
en baby is een half millioen ivaard".
4 jaar: „Kan pappie baby verkoopen en
voor ons ijswafels gaan halen?"
(Uit „Children's Funny Sayings").
EEN FRISSCHE DRANK.
Op het oogenblik dat onderstaand recept
me uit de vulpen vloeit, regent het „pijpe-
stelen", niet bepaald weertje om iets frlsch
te kunnen waardeeren. Veeleer denken we
aan warme chocolademelk of zelfs heete
slemp, wanneer we tenminste niet vanwege
de koude voeten en kille armoedigheid om
acht uur naar bed tijgen, om eindelijk eens
warm te worden.
Maar laat ons niet versagen: de warmte
komt zeker terug, en dan kan het recept
allicht nog goede diensten bewijzen. Er voor
noodig zijn:
1 klein blikje ananas, liefst ln schijven,
3 citroenen,
ongeveer 1 2 pond basterdsuiker,
sinaasappellimonade,
spuitwater.
Pers de citroenen uit, snijd de schijven
ananas in kleine stukjes, voeg dit met het
ananasvocht bij elkaar, giet er een flinke
scheut sinaasappellimonade bij en doe er
tenslotte de suiker door.
Laat het mengsel eenige uren op een koele
plaats staan. Vul er dan kleine tumblers voor
de helft mee, en leng het verder aan met
spuitwater.
Bovenstaande hoeveelheid is bedoeld voor
een gezelschap van zes personen, waarmee
dan op twaalf glazen is gerekend.
neele grijs en blauw ls hij beigeachtig bruin
met heel donkerbruin, en een prachtige
groene glazen flesch van een heel mooi mo
del, die een kennis op de hei vond en mij
offreerde, „omdat ik nu eenmaal zoo'n idio
ten smaak had".
Bloemen in huls is een belangrijk ding,
veel belangrijker dan een hoop menschen wel
zouden vermoeden. Iemand heeft eens gezegd
dat het veel veiliger is om van mooie dingen
te houden dan van menschen, want dat die
Je nooit kunnen bedriegen of teleurstellen,
en al zou Ik niemand willen aanraden om
dat letterlijk op te vatten, een beetje waars
zit er toch wel in. Het is in allen gevalle ook
niet goed om de mooie dingen, die het leven
geeft, zoo maar klakkeloos voorbij te gaan.
WILLY VAN DER TAK.
Inmaak van vruchten enz.
Tot de eenvoudigste manieren van inmaak
behoort het conserveeren van vruchten op
eigen sap (en water). Heel gemakkelijk is
het om bijvoorbeeld kruisbessen in te maken.
Men overgiet ze met kokend water en laat
ze daarna koud worden. Vervolgens doet men
ze In schoone flesschen met, wijde halzen en
giet men er gekookt koud water op. Dan sluit
men de flesschen met uitgekookte kurken en
lakt ze dicht. Op dezelfde wijze behandelt
men rabarber. Door het gehalte aan zuur
conserveert de rabarber zich zelf. Bij prui
men komt iets meer kijken. Daarvoor vult
men schoone flesschen met harde pruimen,
reine claudes of kwetsen en doet daarbij
zooveel water, als er bij kan, en vervolgens
1 ons suiker per halven liter water. De fles
schen worden gesloten (met ringen, deksels
of beugels enz en gedurende 20 minuten
gepasteuriseerd op een hitte van 80 tot 90
graden Celsius. Het verschil tusschen steri-
liseeren en pasteuriseeren is. dat het ko^en
gedurende lyi uur sterillseeren genoemd
wordt, waardoor het de bacteriën doodt, die
verondersteld worden ln groenten en vruch
ten aanwezig te zijn en die het bederf ver
oorzaken. Pasteuriseeren duurt maar 20 mi
nuten op een hitte van 80 a 90 gr. C„ en dit
wordt gedaan om te voorkomen dat de
vruchten door het langdurige koken (zooals
bij het steriliseeren van groenten) zouden
stuk gaan en aan smaak inboeten. Bij het
pasteuriseeren heeft men feitelijk een ther
mometer (desnoods een badthermometcr)
noodig, om de Juiste temperatuur op te ne
men.
Behalve het sterillseeren van groenten met
de daarvoor speciaal bestaande ketels- weck-
toestellen enz. (die men ook kan vervangen
door den waschketel of wateremmer, waarin
men jampotjes zet. echter met goede binnen-
deksels en ringen, terwijl men moet beden
ken. dat onder het koken de potjes met los
geschroefde deksels moeten staan, die voor
het uit bet water nemen dichtgeschroefd
moeten worden) heeft men de eenvoudige In
maak in het zout,. Eén ding ls daarbij al
heel makkelijk: bij Inmaak in het zout kan
men nooit te veel zout gebruiken. Terwijl het
vele zout bovendien schimmelvorming tegen
houdt, en ook de groenten mooier van kleur
blijven, en later sneller gaar zijn. Toch heeft
men eenige vaste ma'en voor ..zout" bij de
Inmaak. Men gebruikt bijvoorbeeld bij snij-
boonen 2 pond zout op de 1000 boonen 2
pond zout op 2>i00 prinsesseboonen. 2 pond
zout op 50 struiken andijvie, een pekeloplos-
sing van 4 ons zout op 1 L. water voor ge
dopte tuinboonen, 2 ons zout op 2 KG.
augurken enz.
Ketelsteen ln uw waterketel maakt, dat u
veel meer warmte (en dus gas of brandstof)
noodig heeft, dan eigenlijk noodzakelijk was.
Zie die ketelsteen dus kwijt te raken. Vul
den ketel daartoe met water, tot hij bijna
vol is, doe er twee theelepeltjes borax bij en
kook gedurende een half uur. Leeggooien en
goed naspoelen. Voor men den ketel gaat ge
bruiken. nog eens versch water erin koken
en nog eens naspoelen,
Bloemen ln huis! Het klinkt als een goede
belofte, als een paar hartelijke woorden, en
doet je denken aan de beste, luchtigste da
gen van je leven. De Engelsohe schrijver
Warwick Deeping vat al die kleine vrouwe
lijke plichtjes, die er alleen maar toe dienen
om het leven een beetje prettiger aanzien
te geven, samen met deze woorden: „One's
sense of what shall we call it? Trying to
keep a few flowers in the house". En in Ja
pan, waar alle kleine dagelijksche plichten
en bezigheden opgevoerd zijn tot een soort
van schoone ritus, behoort de kunst van
bloemen schikken tot één van de voornaam
ste dingen, die het jonge meisje tot in al
zijn finesses machtig moet zijn, en die zij
jaren lang bestudeert én beoefent, voordat zij
ook daarin voor volleerd verklaard worden
kan.
En er zijn oneindig veel manieren om
bloemen in huis te hebben. Daar heb je
bijvoorbeeld de kennis van mij, die op lan
guissanten toon beweert, dat ze onmogelijk
zonder bloemen kan leven, drie maal in de
week per telefoon haar bestelling aan den
bloemist doet, en van haar leven nog geen
stap in de duinen heeft gezet.
En dan is er de familie, waar moeder ge
decreteerd heeft, dat ze er niet aan denkt om
steeds maar dure bloemen te koopen als ze
vier kleine kinders met stevige beenen heeft,
die haar het heele jaar door van de mooiste
dingen uit het wild kunnen voorzien. Het is
daar gewoon een wedstrijd om steeds maar
weer met andere en „bijzondere" dingen
thuis te komen, en drie weken geleden werd
op een goeden Woensdagmiddag de tuin be
nevens de kast met vazen ter beschikking
van het viertal met zijn diverse vrienden
en vriendinnen gesteld en een wedstrijd ln
het bloemen schikken gehouden, met vader,
moeder en een aantal geadopteerde tantes
en ooms als welwillende jury.
Ik moet eerlijk zeggen, dat ik me tot het
laatste geval meer aangetrokken voel dan
tot het eerste. Ik heb ook een zwak voor pul
len met duindoorn en kardinaalshoedjes en
berberis in den winter, en alle mogelijke soor
ten katjes en uitloopende kastanjetakken ln
het vroege voorjaar, en later dotterbloemen
en primula's en wilde hyacintjes en meidoorn
en vogelkers, die op een beschut plekje twee
weken vroeger stonden te bloeien dan vol
gens recht en wet geoorloofd was. Ik hou
ook eigenlijk veel meer van de genoegelijke
gewone snijbloemen, die een tuin in den zo
mer oplevert, en ik prefereer een flinke bowl
van gewoon aardewerk vol met groote stra
lende oranje goudsbloemen, waarvan mijn
grootvader placht te zeggen: .Ajakkes, kind,
hoe kun je die ordinaire bloemen in 's he
melsnaam zoo mooi vinden!", verre boven
een kristallen vaas met orchideeën, die wel
mooi zijn, maar van een bijna huivering
wekkende schoonheid, die gewoonlijk niet
past in onze omgeving.
Waarmee kunnen we ooit de donkere
hoekjes in onze kamers en onze hall beter
opluisteren dan met een gezellige tinnen
kan met die mooie gele zonnebloemen met
donkere harten, een grijs en blauwe Keulsche
pot met riddersporen, een flinke wijde bowl
met lathyrussen of vuurroode klaprozen? Het
hoeft warempel niet allemaal mooi en kost
baar te zijn, het is vee! belangrijker, dat het
met zorg en liefde bij elk&ar wordt uitge
zocht en geschikt: eh ïriljiï twee dierbaarste
bezittingen zijn een gewone boterpot, die ik
voor een kwartje van- den -melkboer losge
kregen heb. en die blijkbaar, volkomen mis-
gebakken is, want in plaats van het traditlo-
Zie het vervolg hiernaast.
Nu het weer zoo warm ls, hebben de
dames luchtige schoentjes noodig. Hier
toonen wij u een wandelschoentje van dun
glacéleer, met driehoekjes in twee verschil
lende kleuren versierd. Het* riempje, waar
mede het schoentje gesloten wordt, gaat met
een lusje langs den achterkant van een
donker driehoekje, bevestigd aan het verbfn-
dingsriempje, dat naar den voorvoet loopt.
Het schoentje is buitengewoon élégant,
vooral bij een lange van diepe klokken voor
ziene japon.
MEUBELTJES VAN BRIEFKAARTEN.
Blanco briefkaarten kunnen ons helpen
wet het ln elkaar maken van gezellige
poppenmeubeltjes. De poppenkamer is gauw
genoeg van een houten kistje of een kar
tonnen doos te maken en ook de verschil
lende meubeltjes zitten zeer eenvoudig in el
kaar. Wij behoeven dus slechts wat brief
kaarten aan te schaffen en wij kunnen met
het nieuwe werkje beginnen.
Het eerste modelletje, afb. a zal een zeer
eenvoudige stoel ziin, welke uit één briefkaart
gemaakt wordt. Men deelt de lengte in
drieën; 1/3 gedeelte knipt men door de helft;
deze deeltjes dienen voor zitting en rug
leuning De beide overige stukjes worden ook
in drieën verdeeld (afb. b.) Vier stukjes
vormen den onderkant van den stoel, ter
wijl de twee deelen, die overblijven voor
armleuningen worden gebruikt. Zijn al deze
stukjes geknipt, dan wordt elk deel omge
werkt met de festonnensteek. Dit moet
natuurlijk wel heel voorzichtig gebeuren, om
Inscheuren van het papier te voorkomen.
Aan het randje van de steken kunnen nu
de verschillende deelen van de meubeltjes
aan elkaar genaaid worden. Voor de arm
leuningen wordt het papier dubbelgeslagen.
Het volgende modelletje, afb. b. de canapé
is uit twee briefkaarten gemaakt. Eén brief
kaart wordt weer ïn drieën verdeeld. Twee
deelen gebruikt men voor zitting en leuning.
Verder worden de deelen voor den onderkant
van den stoel geknipt; men moet er wel aan
denken de canapé even hoog te maken als de
stoel. Elk deeltje wordt weer afzonderlijk om
gewerkt. De armleuningen slaat men ook weer
dubbel en maakt deze op den onderkant
festonneerd (afb.. d.).
Zelf kunt u nog vele aardige modelletjes
bedenken.
De tafel bestaat slechts uit een leeg
garenklosje, waarop een halve briefkaart rust.
Deze laatste wordt natuurlijk weer omge-
westonneerd (afb. d.).
De modelletjes zijn in de Tijdingzaal van
ons blad te zien.
W. R.
Kraag en Manchetten.
In hoofdzaak is het leuke stippeltjesgoed
wit met gekleurde stippen buitenge
woon aardig voor de Jongere garde, dat wil
zeggen, voor de meisjes van 2 tot 32 jaar of
daaromtrent. Maar, deze beperking dan in
.acht genomen, dat klein en groot het dragen
en het wordt dit seizoen ook weer vrij veel
gedragen. Omdat het zoo vroolijk staat. En
wanneer men dan nog leuke modelletjes
heeft, zooais bijvoorbeeld die op het plaatje,
volgens Femme de France, zijn weergegeven,
dan is het spel heelemaal volmaakt. Dan
vinden we eerst een snoezige jurk met boléro
eerste van links voor een jongedame
van niet minder dan twaalf lentes. Wat vol
gens haar eigen opvattingen beteekent: een
volwassen dame! Zij heeft 2 meter stof noo
dig, voor deze stippeltj.esjurk, met ruim aan
het gladde lijfje gezette rok. Het lijfje is
met'een lintje diehtgeregen van voren (liefst
een smal stukje bandfluweel). Rok en boléro
zijn afgezet met ingerimpeld effen argandi.
Nummer twee is een japon voor een vol
wassene (er is ook 4 meter voor noodig), met
eveneens ruim aangezette rok. De korte, uit
staande pandjes, die onder den ceintuur uit
komen, en de groote puntkraag, die tege
lijkertijd de korte mouwen vormt, zijn afge
zet met een plissé. Daarnaast een. kleuter
van vier jaar, die ook al in het stippen goed
gehuld is, met een ruim aan het kleine,
gladde lijfje gezet rokje. De korte mouwtjes
zijn niets anders dan een ruim in het arm-
gat gezet volannetje. De muts is van het
zelfde goed waarvan 1 meter stof toereikend
is. Ten slotte, als nummer vier, een leuke
bakvisschenjurk, ook met ruim aangezette
rok. die van onderen met een ruime volant
ls afgezet. De groote kraag, die ook weer de
mouwtjes vormt, is afgezet met valenciennes
kant en van voren gekruist. Een heele stip-,
pen-famllie dus, waarbij ieder echter toch
weer iets aparts heeft.
MADELEINE.
RECEPT.
Vruchtentaartjes. Neem op 1/2 pond
tarwebloem 1 3/4 ons boter, 3 4 ons poeder
suiker of lichte basterdsuiker, een eierdooier
en wat water. Kneed alles samen tot een
soepel deeg, maar gebruik het water slechts,
als het absoluut noodzakelijk is, om de droge
bestanddeelen te binden. Rol het deeg vrij
dun uit (1/3 c.M. ongeveer en voer er eenige
met boter besmeerde zandtaartvormpjes mee.
vul de binnenruimte in elk vormpje aan met
een propje papier en zet- de vormpjes dan op
een bakblik in een matig warmen oven tot
het deeg lichtbruin en gaar is. Laat de ge
bakjes even in de vormpjes bekoelen om ze
steviger te maken; schud ze er dan uit en
vul ze met vruchtenmoes, vruchten-comipóte
of versche met suiker bestrooide vruchten
(aardbeien, kersen, enz.)
De blouses die nu allerwege weer gedra
gen worden, zijn vooral belangrijk door den
kraag en manchetten. We laten u hierbij een
tweetal van deze halsversieringen met bijbe-
hoorende manchetten zien. Het eerst stel ls
van tussor met zijden band, waarvan de
lussen gemaakt zijn, terwijl het tweede stel
gemaakt is.van eer) blauw zijden front langs
„hals-en buitenkant afgezet.met kralen ga
lons, die niet eender behoeven te zijn, doch
op de manchetten op precies eendere wijze
worden aangebracht.
De kragen mdgen een andere kleur hebben
als de blouse, maar bij de tegenstellingen
moeten we wel goed op de kleurcombinaties
letten en rekening houden met de tint der
rok om niet een al te bont geheel te krij
gen.
ROEREIEREN
Op elke drie eieren f neemt men 3 lepels
melk en een eëtlepeLboter, en verder wat pe
per en zout en gehakte kruiden (peterselie,
kervel enz.). De eieren worden met peper en
zout geklutst, waarna men er de kruiden door
doet en de melk-bijvoegt. De boter wordt in
een stoofpan gesmolten, waarna men er het
eiermengsel in doet en dat roert, tot het be
gint te stollen een breiachtige massa ont
staat. Het vuur moet laag zijn. Men geeft het
bij brood of sla. Ook gebruikt men roer
eieren wel als garneering van sommige scho
tels.
Allemaal in de stippen.