WAAR
Oh ja
HET TOONEEL.
Wat ik in mijn kritieken doorgaans verzwijg.
Fouten van het Dilettanten-Tooneel.
uit de pers
EEN LOT van
BREDERODEDUiN
onze groentjes
l=OIN5DAG8^
MdomderdagI 1
INGEZONDEN
LANGS DE STRAAT.
HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 2 AUGUSTUS 1930
(Slot).
In mijn vorig artikel noemde ik als de voor*
naamste fout van de dilettanten op het
tooneel de slordige uitspraak, zoowel van het
Bollandsch als van vreemde woorden. Ook
in de kleeding en in de gewone omgangs
vormen, zie ik op het tooneel incorrectheden,
die wanneer men tijdig om voorlichting
vroeg zeker niet gemaakt zouden worden.
Witte sokken en slobkousen bijvoorbeeld
ja zelfs een dubbele boord' bederven abso
luut den indruk van de best gedragen smoking
of rok. De lange „gekleede jas" die ik op
bet tooneel nog wel eens zie is al sinds
jaren uit de mode. Een smoking, gedragen
over dag bijvoorbeeld op een middagpartij
in een tuin is een even groote vergissing
als een grijs colbert op een deftige avond
partij. Een heer, die een salon binnenkomt
met een overjas en een stok een fout, die
wij ook herhaaldelijk van beroepsacteurs zien
begaat daarmee een fout tegen de ge
wone étiquette even groot als iemand die aan
tafel zijn servet onder zijn kin vastknoopt.
De dames maken in haar costuums over
het algemeen minder fouten dan de heeren.
Maar toch zag ik onlangs op een wedstrijd
een dame nog wel de dilettante, die den
eersten personeelen prijs behaalde om
twee uur 's middags van de straat komen
tn een kostbaar avondtoilet. Zomerjaponnen
zie ik herhaaldelijk op het tooneel dragen,
wanneer het vuur in de haard brandt en een
mooien, rijken bontmantel, wanneer de tuin
deuren open staan. En een fout, die ik vooral
In den laatstcn tijd veel op het tooneel zie
maken, is, dat de dames het voorbeeld van
d e heeren meen-en te moeten volgen mc't haar
handschoenen uit te trekken, wanneer zij
iemand een hand willen geven.
Kleinigheden zal men misschien zeggen,
maar van die kleinigheden hangt toch dik
wijls de totaal-indruk af. De indruk van het
imeest losse natuurlijke spel kan plotseling
worden bedorven door een incorrect uitge
sproken woord of door de overjas en den
wandelstok, om van de slobkousen bij de
smoking nog maar niet eens te spreken.
Van de aankleeding van het tooneel maken
'de meeste dilettanten-gezelschappen tegen
woordig veel meer werk dan vroeger. Alleen
de smaak laat nog al eens te wenschen over.
Te veel wordt vergeten, dat de kleuren
eenigszins met elkaar overeen moeten stem
men! Een paars tafelkleed bij een blauw
gordijn, een groen schoorsteenkleed en roode
stoelen zooals ik onlangs toch zag is
een combinatie, die een eenigszins kleur-
gevoelig mensch pijn aan de oogen doet.
Een fout is ook, dat mn soms te veel werk
van de tooneelaankleeding maakt. Bij som
mige vereenigingen meestal juist de beste
is het tooneel soms zoo overdadig vol, dat
het. den indruk maakt van een meubel-show.
De dames want altijd zijn het dames, die
zioh daaraan schuldig maken vergeten te
veel, dat zoo'n opeenhooping van overtollige
meubelen en requisieten de aandacht af
leidt van het spel. Wanneer ik zoo'n over
vol tooneel zie, denk ik dikwijls aan hot ge
zegde van wijlen den ouden heer Stiphout,
de man, die meer dan 40 jaren lang requi-
siteur in den schouwburg aan den Jansweg
is geweest: „Tegenwoordig maken ze van het
tooneel een mèubelmagazijn! Toen Mevrouw
Achard hier optrad had ze genoeg aan één
stoel en één tafel en ze speelde toch vrij wat
STAATSBEZIT VAN OMROEPZENDERS.
Wij lezen in Het Volk:
Het adres van de V.A.R.A. aan de regee
ring stelt het vraagstuk van staatsbezit der
omroep-zenders practisch aan de orde. Wat
den laatsten tijd doorlekt van de besprekin
gen, die achter de schermen worden gehou
den, wekt niet den indruk, dat industrieele
groepen, die een raadgevende stem in het
kapittel hebben, wanneer het gaat om hoe
veel en welke nieuwe zenders er in Nederland
zullen komen, geleid worden door een andere
overweging dan dezeeen order om twee zen
ders te gouwen, hebben wij liever dan een op
dracht om één zender voor gemeenschappe
lijk gebruik te zetten. Een beslissing, die door
deze kortzichtige overweging werd beïnvloed,
zou wel de wrangste grap zijn, die ooit in den
Nedei-landschen omroep werd vertoond. Wij
zijn benieuwd naar de drogredenen, waar
mede een dergelijke verspilling moet worclen
goedgepraat.
Wanneer de arbeidersbeweging zich tegen
een dergelijk drijven verzet, ontleent zij haar
motleven niet in de eerste plaats aan het
belang van haar eigen omroepvereeniging,
die Immers een zender kan bestellen bij wien
zij wil.
Nieuw is het aandringen der moderne ar
beidersbeweging op staatsbezit der omroep-
zenders niet; in het van 19241925 datee-
rende rapport der Staatscommissie-Ruys, kan
men menige behartenswaardige opmerking
dienaangaande van wijlen onzen partijgenoot
C. Werkhoven vinden. Wanneer de vraag van
het staatsbezit der zenders thans acuut is,
dan is het omdat een kortzichtige beslissing,
sterker nog dan het P.H-O.H.I.-conflict zou
doen uitkomen hoe verkeerd het is, dat par
ticulieren in het bezit zijn van omroepzen-
ders.
Het verzet der liberale groepen, dat in de
sluiting van den P.H.O.H.I.-zender tot uiting
kwam. werd geleid door de liberale overwe
ging, dat de overheid niet mocht ingrijpen in
de particuliere onderneming, die Indië „cul
tuur, godsdienst en wetenschap" door de
lucht leverde. 1-Iet is de ironie der geschiede
nis, dat zich onder de heftigste tegenstanders
tegen deze overheidsbemoeiing, de vroegere
Amsterdamsche radicale onteigenaar prof.
Treub bevindt.
De radio-omroep is het tijdvak van de par
ticuliere liefhebberij reeds lang voorbij. Hij
werkt, zoo goed als de bedrijven van telefoon,
gas, water, elcctriciteit e.d., ten algemeene
nutte. Wanneer er zoo vele duizenden in
Indië zijn, die op radio-uitzendingen uit
Nederland prijs stellen, is dat een klemmend
argument te meer om de verzorging van zulk
een omroep niet over te laten aan een toe
vallig gezelschap, dat nu de zaak heeft ge
sloten omdat het „baas in eigen huis" wilde
blijven, maar dat evengoed had kunnen doen,
omdat het gedurende de zomermaanden wat
jninder geld aan den P.H.O.Hi.-zcndex wilde
mooier dan al die dames en heeren te
zamen!"
In deze kritiek lag een kern van waar
heid. Men vergeet wel eens te veel, dat het
spel ten slotte hoofdzaak, de aankleeding
van het tooneel bijzaak is.
Waar men bij voorstellingen van dilettan
ten dikwijls ook veel te weinig op let, is op
de groepeering. Herhaaldelijk heb ik groote
tooneelen ja, soms zelfs de „scènes a faire"
zien afspelen achter bij een deur in een
hoek van het tooneel- Een goed regisseur zal
steeds zoo veel mogelijk zorgen bij belang
rijke scènes den hoofdpersoon voor en in het
midden van het tooneel te plaatsen, en wan
neer vele personen tegelijk „op" moeten zijn,
de groepen over het tooneel te verdeelen, met
de hoofdgroep in het midden en hij zal er
streng voor waken, dat de spelers elkander
daarbij zoo weinig mogelijk dekken.
Een te groote bewegelijkheid, een te veel
veranderen van groepeeringen is al even
verkeerd als een „verstarren" van het
tooneel door het aldoor in dezelfde houding
spelen op één plaats. Ik herinner mij een
vroegere en zeer bekende leidster van een
onzer beste Haarlemsche tooneelclubs, die
geen vrede had, vóórdat zij de personen in
één scène minstens vijf maal van plaats en
houding had laten verwisselen. Het was maar
voortdurend opstaan, overgaan, zitten, op
staan, overgaan, zitten, zoodat de toeschou
wers van het kijken alleen reeds moe wer
den. Haar bedoeling was natuurlijk levendig
heid op het tooneel te brengen, maar het
resultaat was, onrust, die alle stemming
doodde. Het is een fout, die nogal eens door
regisseurs bij dilettanten-vereenigingen wordt
gemaakt.
„Rust nemen" op het tooneel is iets, waar
aan maar weinige dilettanten zich durven
wogen. En toch, een ieder, die eenig begrip
heeft van tooneel, weet, hoe men een effect
kan voorbereiden of versterken door een
lange pauze, waarin wel gespeeld, maar niet
gesproken wordt. Het is het wisselen van
tempo, dat aan een voorstelling levendigheid
en kleur geeft en het is hierdoor vooral, dat
de door beroepsregisseurs goed geleide voor
stellingen zioh in de eerste plaats onder
scheiden van de opvoeringen waarbij van
een bewuste, artistieke leiding eigenlijk geen
sprake is.
Herhaaldelijk zie ik dilettanten-voorstel
lingen, waarbij het tempo tegen het slot van
een bedrijf vertraagt inplaats van dat het
wat toch doorgaans noodig is tegen het
eind wordt aangezet. Een inzinking tegen het
slot zooals wij zoo dikwijls bij dilettanten
meemaken zal nooit mogelijk zijn, wan
neer de regisseur de spelers het juiste begrip
heeft ingeprent van wat het beteekent
door een langzaam maar zeker aanzetten van
het tempo en het overnemen van eikaars
toonhoogte in het spreken „naar het slot
toe te speleh".
Het is een verblijdend verschijnsel, dat vele
dilettanten de wenschelij'kheid voelen van
deskundige leiding. Wie het- liefhebberij -
tooneel te Haarlem van tegenwoordig verge
lijkt met een tiental jaren terug, zal moeten
erkennen, dat het veel vooruit is gegaan. Het
is wel zeker, dat dit vooral te danken is aan
de lessen, die regisseurs als Joh. Haus, Louis
van Gasteren, Johan Kaart, Willem Hunsche,
Kommer Kleyn, mevrouw SandersHerzberg
en anderen den dilettanten hebben gegeven.
J. B. SCHUIL.
besteden. Het zelfde geldt voor de zenders in
het land zelf.
De overheid verzekere zich van een belang
rijken invloed op het zenderbezit, ten einde
de overgroote meerderheid der luisteraars te
beschermen tegen willekeur en sabotage.
Het adres van de V.A.R.A. zal, hopen wij,
voor de regeering, haar adviseurs en de volks
vertegenwoordiging aanleiding zijn om zich uit
te spreken over de vraag of een belangrijk
instituut als de radio door de overheid niet
moet worden beveiligd tegen brutaal egoïsme
van enkele kleine financieel-geïnteresseerde
groepen."
DE GEZAGSPOSITIE VAN DEN SOCIAAL
DEMOCRAAT MIDDENDORP.
Ket Volk wijdt na het Hbld. en na de vra
gen van den heer De Savornin Lohman aan
den minister een beschouwing aan de voor
genomen herbenoeming van den vroegeren
bestuursambtenaar op Celebes den heer
Middendorp, daarna sociaal-democratisch lid
van den Volksraad, tot een gezagspositie iii
Ned. Indië. Het blad schrijft o.a»
„Wij ontkennen niet, dat zich hier eenige
moeilijkheid voordoet. Toen Middendorp
ambtenaar in functie was, heeft hij uitex-aara
met de ingetogenheid des ambtenaars zijn op
vattingen over x-egeeringshaaxdelingen,'waar
op hij crltlek had, veelal verzwegen of ze al
thans slechts in de meest gematigde termen
geuit. De ï'egeering zelve echter heeft hem,
wetende dat hij sociaal-democraat is en dus
met zekerheid ook wetende, dat hij zich met-
menige regeeringsdaad niet zou kunnen ver
eenigen, tot lid van den Volksraad be
noemd en hem daamiede als 't ware uitge-
noodigd, zijn oordeel over regeeringshande
lingen vrijelijk te verkondigen. Deed Midden
dorp eerst ten volle wat een ambtenaar past,
thans deed hij niet minder volledig wat een
volksvertegenwoordiger past: hij maakte van
zijn hart geen moordkuil, gaf aan zijn
sociaal-democx-at.ische opvattingen onbewim
peld uiting en hield een scherp oordeel over
regeex-ingsmaatregelen ,die hij afkeurde, niet
onder zich.
Zou dit thans aan hem gewroken moeten
worden, door hem in de voortzetting van zijn
eervolle ambtenaarsloopbaan te belemmeren?
Dit ware een ongehoorde valsehheid. Zou dit
de eisch zijn, dan moest de consequentie
daarvan zijn, dat ambtenaren voortaan niet
meer voor het lidmaatschap van den Volks
raad in aanmerking worden gebracht. Dit zou
echter in de koloniale verhoudingen een on
mogelijkheid zijn. De Europeesche bevolking
in de koloniën bestaat, weinige beoefenaars
van vrije beroepen en een niet zeer ruimen
kring van particuliere beambten uitgezon
derd, zoo goed als uitsluitend uit kapitalis
tische onderncixiei-s en uit gouvernements
ambtenaren. Vandaar dat ook Volksraadslid
werden de gouvernementsingenieur Cramer
en het schoolhoofd De Dreu. Uitsluiting van
de ambtenaren van het lidmaatschap van
den Volksraad zou beteekenen, dat dit j
lichaam niet alleen in zijn Europeesche, maar I
ook in zijn inhecmsche vertegenwoordiging I
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Ct8. per regel.
moest ik ook weer om denken
a
nog van veel 6terker kapitalistische samen
stelling werd dan thans het geval is. Laat
men echter de ambtenaren als Volksraadslid
toe, dan. is het ook een onaantastbare moree-
le eisch, dat hun niet in de voortzetting van
hun ambtenaarsloopbaan het vrije pax'lemen-
tair woord vergolden wordt, dat zij als
Volksraadslid gesproken hebben.
Ti-ouwens, zóó moeilijk als het „Handels
blad" en de heer De Savornin Lohman het
voorstellen, is het geval nu ook weer niet. De
heer Lohman meent dat het „weinig gouver-
nementeele" optreden van Middendorp als
Volksraadslid hem voor een „gezagspositie"
ongeschikt heeft gemaakt en het „Handels
blad" zegt het nog wat duidelijker, dat
Middendox-p „door woord en daad bewees aan
den kant van het socialisme als anti-Neder-
landsche en antigezagsgroep te staan" en
daax-om geen gezagsambtenaar weer mag
worden.
Hier komt nu eigenlijk de aap uit de mouw.
Middendorp is volstrekt niet anti-Neder-
landsch en anti-gezag. Hij heeft alleen ande
re opvattingen van het Nederlandsch belang
en het gezagsbelang dan het „Handelsblad"
en px-of. Lobman. Die zien een Nederlandsch
belang in een vereeuwiging van het Neder
landsch koloniaal gezag over Indonesië en
kunnen slechts gezagsambtenaren aanvaar
den die er evenzoo over denken. Waar echter
de ontwaking van het Oosten de onafhan
kelijkheid van Indonesië in het verschiet
brengt, of Nederland het wil of niet, ziet de
sociaal-democraat ook voor Nederland de
beste toekomst in een vriendschappelijke
verstandhouding tot een onafhankelijk Indo
nesië gewaarborgd door een Nederlandsch
gezag, dat thans reeds die toekomst in het
oog vat- en zich daardoor in zijn gezags
uitoefening leiden laat.
Zoo gezien, dunkt ons Middendorp's her
benoeming bij uitstek heilzaam, niet alleen
uit Indonesisch, maar ook uit welbegrepen
Nederlandsch oogpunt. En in ieder geval valt
het in het Nederlandsch-Indisch gouverne
ment. te prijzen, dat het zich niet tot wraak- I
oefeningen wegéns openhartige, d.i. de eenig
geoorloofde uitoefening van het Volksraads
lidmaatschap laat vex'leiden."
VACANTIEBEZIGHEDEN VOOR
SCHOOLKINDEREN.
ELFHONDERD KINDEREN VAN DE
STRAAT!
Het vorige jaar is de Vereeniging voor va-
cantiebezigheden voor Schoolkinderexi, waar
voor de voormalige Schotensche wethouder
H. J. Klein zulk een ijverige propaganda
maakt, met haar nuttigen arbeid begonnen.
Ongeveer tweehonderd kinderen hebben toen
op het terrein van Huis te Zaanexi onder toe
zicht van een aantal leidei-s hun vacantie op
een prettige wijze doorgebracht. Aangezien
de proef .schitterend geslaagd was, begreep
het bestuur dézer vereeniging, dat het aantal
kinderen ditmaal wel heel wat grooter zou
zijn.
Dat is dan ook uitgekomen.
Circa 1100 kinderen worden nu in de lange
zomervacantie van de gevaarlijke straat ge
houden. Het terrein van Huis te Zaanen
bleek dan ook te klein te zijn om aan al die
kinderen voldoende ruimte tot spelen te ge
ven. Het gemeentebestuur bood toen ook het
park van het Brongebouw aan, zoodat het
bestuur der vereeniging nu gratis de beschik
king over twee flinke teiTeinen heeft.
Op het terrein van het Huis te Zaanen
worden thans onder de hoofdleiding van den
heer G. Beunder ruim 600 kinderen uit Haar
lem-Noord, het Amstex'damsche kwartier en
zelfs een aantal uit Spaamdam bezig gehou
den en de rest in het park van het Bronge
bouw; dat zijn de kinderen, die in het cen
trum der stad en in het Leidsche kwartier
wonen. Hier is de heer H. H. Kraan de hoofd
leider.
Het spreekt vanzelf, dat hiervoor een groot
aantal leidsters en leiders noodig is. Het be
stuur heeft de beschikking over vijftig da
mes en heeren, die aldus deelde de heer
Kraan ons mede hun arbeid met groote
toewijding verrichten.
Den ganschen dag heerscht onder de kin
deren een prettige stemming. Dank zij het
droge weer van deze week konden de kinde
ren voortdurend in de gezonde buitenlucht
hun spelen beoefenen. Zij beproeven hun
krachten an vaoetbal. korfbal, touwtrekken,
ringspelen enz. En als de kinderen moe ge
worden zijn, dan gaan ze in een gemakke
lijke houding onder een boom zitten of lig
gen luisteren naar een boeiend verhaal, dat
hun door één der leiders op een onderhou
dende wijze wordt voorgelezen. En ze zijn
daar we hebben dat geconstateerd heel
dankbaar voor.
Ex- is ook gerekend op regen, al hopen de
leiders dat die maar het liefst in de nachte
lijke uren valt. Als het regent mogen de
kinderen in de ruime verandah figuurzagen,
teekenen, plakken, enz.
Op het terrein van het Huis te Zaanen zijn
een paar keeten gebouwd om eventueel voor
schuilplaats te diexxen.
De kinderen worden zooveel mogelijk naar
leeftijd ingedeeld. Zij blijven allemaal bij de
groep, die hun is aangewezen, 's Morgens
negen uur komen zij tx-oepsgewijze op het
terrein en nemen een paar flinke boterham
men mee voor het middaguur. Van de ver
eeniging krijgen zij er een fleschje melk met
een rietje bij. Als liet etensuur is aangebro
ken, dan laat de hoofdleider een fluitsignaal
hooren; er is dan even stilte voor de kin
deren, die eerst bidden willen. Het zijn kin
deren van alle gezindten.
Voor de corveediensten melden zich altijd
voldoende liefhebbers aan. Daar behoeft
nooit iemand voor aangewezen te worden. Zij
helpen graag. Het terrein ziet er dan ook
keurig uit. -
's Middags vier uur is de pret afgeloopen.
Dan vertrekken de meisjes en jongens wel
voldaan en in een goede orde naar huis.
Zoo gaat het vijf van de zeven dagen der
week. Op Zaterdag en Zondag hebben de
leiders gelegeixheid om uit te blazen. Deze
vacantievreugde duurt drie weken.
Het spreekt van zelf, dat de vereeniging
veel geld noodig heeft. Tot heden worden de
kosten bestreden uit de contributies der le
den, het subsidie van de gemeente en de
kleine vergoeding, die door de belanghebben
de ouders betaald wordt. Een groot aantal
kinderen wordt echter kosteloos bezig gehou
den. Behalve geld kan de vereeniging natuur
lijk ook giften in natura gebruiken. Er zijn
veel materialen noodig, alsmede speelgoed,
gezelschapsspelen enz. Ook scharen voor het
plakken en knippen zijn welkom. Onze lezers
weten dus, aan wie zij deze voorwerpen kun
nen afstaan.
Behalve aangenaam zijn de bezigheden ook
nuttig, want er worden onder deskundige
leiding al vrij behoorlijke teekeningen ge
maakt. Vol trots lieten sommige jongens ons
hixn teekening zien. En ze bleken hoogst vat
baar voor een aanmoedigend woord.
Het bestuur dezer vereeniging kan er ver
zekerd van zijn, dat zij aan de ouders -der
kinderen een grooten dienst bewijzen, want
niet allen zijn in de gelegenheid om hun
kinderen een uitstapje te laten maken.
ANTI-OORLOGSDAG.
OPENLUCHTBIJEENKOMST.
Vrijdagavond werd op het grasveld vóór het
Paviljoen „Welgelegen" door de Communis
tische Partij en de Comm. Jeugd Haarlem,
in samenwerking met de Roode Hulp, de In»
ternationale Arbeidershulp en het Revol-
lutionnair Vakvereenigings Comité een open
bare openluchtbijeenkomst gehouden, waar
als sprekers optraden de heeren Ko Beuzen-
maker en George Oversteegen alhier.
Eerste spreker was de heer Oversteegen,
die o.m. zeide dat er verschillende soorten
pacifisten zijn. Maar de eenige werkelijke
pacifisten zijn de communisten, omdat zij met
daden den oorlog bestrijdexi, niet alleen met
woorden. De plaats van de arbeiders is dan
ook bij de communisten. Thans is er nog, ging
spr. voort uitbuitingc. van de kleinen door
de grooten; alleexi als alles gebracht wordt
in handen van den Staat is deze uitbuiting
niet meer mogelijk. Daarom is noodig de
revolutie voor het gansche proletariaat; ex-
moet gevormd worden één hecht, rood front,
tegen de bourgeosie.
Nadat een jeugdarbeider een korte toe
spraak gehouden had, opwekkend tot aan»
sluiting bij den Rood Front Bond, was het
woord aan den heer Beuzenmaker.
Deze zette de beteekenis van den 1 Augus
tusdag uiteen; het is een demonstratiedag,
een anti-oorlogsdag.
Door de economische crisis is het oorlogs
gevaar in alle landen vergroot, vooral in
Engeland en Amerika. Er komt een stuwend
opdringend verzet van de uitgebuite massa in
China, in Indië en nu ook in Egypte.
De practische gevolgen van de crisis zijn
o.a.: een 5 a 6 millioen werkloozen in Amerika.
Ook in Engeland en in de koloniale landen.
De kapitalisten ontslaan zooveel mogelijk vol
wassen ax-beiders en nemen er goedkoope
jongere en vrouwelijke arbeidsters voor in
de plaats.
Spr. prees den opbouw in Rxxsland, onder
de dictatuur van de arbeidersklasse en criti-
seerde de socialistische regeermg in Engeland
die geen van haar beloften heeft vervuld, om
dat er geen geld voor was. Maar nu heeft
zij wel geld voor de uitbreiding van de vloot.
De bloei van de Sovjet bewijst, dat er een
reëele, positieve weg is, om uit de ellende te
komen, ai is er veel schei-pe en rechtmatige
eritiek op de Sovjet geoefend en al is het in
Rusland geen pax-adijs.
Tenslotte sprak de inleider over de Vloot»
wet en wekte hij op tot bijwoning van de
op 7 September a.s. te Amsterdam te houden
groote demonstratie tegen de vlootuitbreiding
die in 10 jaar 125 nvllioen zal kosten.
De belangstelling voor deze meeting was
vrij groot.
1 1 ZATERDAG lasl?
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet terug
gegeven.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie
zich niet verantwoordelijk.
MUNITIEVERVAARDIGING IN DE
ARTILLERIE-INRICHTING AAN DE
HEMBRUG?
Spaarndam, 30 Juli 1930.
Geachte Redactie,
Ik las een berichtje in uw blad, waarin
gemeld wex-d, dat munitie, die aan de Artil
lerie-inrichting aan de Hembrug vervaardigd
is, door een Handelsmaatschappij wordt uit
gevoerd naar Chjna. Ixi dit bericht wordt de
mogelijkheid geuit, dat Nederlandsche mili
tairen, bij een conflict in het Oosten met
projectielen, vex-vaardigd in een Nederlandsch
Staatsbedrijf, gedood wox-den.
Zijn er nu xiog menschen, die in dezen tijd
piëteit verwachten van een regeex-ing? Is
munitie niet even goed een handelsax-tikel als
kaas of boter? De hoofdzaak is: als er maar
aan verdiend wordt. Winst maken is het
doel. Maar blijft het niet hetzelfde, of mexx
gedood wordt met een kogel of gifgas, dat in
Duitschland of in Nederland vervaardigd is?
Het zal in de toekomst wel niet bij projectie
len blijven. Als straks Nederlandsche fabri-
kantexx gifgas gaan ontwikkelen, dan kxijgen
ze ook daar een grooten voorraad van. En
wat we te veel hebben dat verkoopen we.
Ik zou voox*stellen, een reclamebiljet in de
internationale breinen aan te brengen, bij
voorbeeld van den volgenden inhoud: „In
Nederland goedkoop te koop zuiver springen
de projectielen en sneldoodend gifgas",
Afkeurinkjes.
Ze waren oud, en erg klein, breekbaar en
ingetogen, met hooge knooplaarzen onder
hun lange wijde zwarte rokken met stootband
en veel kant en gitten op hun ouderwetsche
blouses met groote wijd uitstaande poefen
boven aan de mouwen. Hun hoofdjes waren
klein en geel als gerimpelde aardappeltjes,
en hun halsjes waren zoo dim en wankel, dat
het leek, of ze zonder het precieuze hekwerk
je van tulle en baleinen, dat ze omhoog
hield, bij het minste windje voorover zouden
knakken en hulpeloos te bungelen hangen op
het rijtje zwarte knoopjes, dat him blouse
van top tot teen sloot.
Met hun tweeën liepen ze kittig te wan
delen op een Zaterdagavondsche promenade
ergens langs den Rijn, en ergex-den zich erg
en veel aan de stootende hebbelijkheden van
een twintigste eeuwsch Zaterdagavond pu
bliek. Hun rokken hadden ze allang met een
gebaar van verontwaardigde afschuw dicht
om zich heen gepakt, en hun pientere oogjes
schoten schichtige blikken in alle richtingen,
als de oogen op steeltjes van die heele kleine
speelgoedpoppetjes, die al him ledematen en
het meex-endeel van hun diverse organen in
cluis in en uit hun bolronde lichaampjes
kunnen laten vallen alsof het de tentakels
van een kwal zijn. Hun bleeke spitse mondjes
gingen open en dicht in een niet eindigenden
stroom van preutsche afkeurinkjes, hun hee
le houding, en al hun kleine gebaartjes spra
ken met niets te wenschen overlatende dui
delijkheid van de vurigheid, waarmee ze'
den hemel zouden danken, als ze uit deze
poel van vulgariteit en laag bij de grond sch-
heid verlost waren. Was er dan geen plek
meer over, waarop een behoorlijk mensch,
die nog niet al zijn fatsoen prijs gegeven had
en die nog wist, wat ingetogenheid en goede
manieren waren, eens x-ustig kon genieten
van al het schoons, dat „der wunderschöne
Rhein" bood, en waar niemand oogen voor
scheen te hebben? „Ach, die jeugd van te
genwoordig. Dansen en plezier maken, o ja
maar van de heerlijke natuur genieten,
ho maar!"
Maar eindelijk stonden ze dan in einde
lij ke eenzaamheid over een hekje heelemaal
aan het alleruiterste einde van de pi-ome-
nade geleund, en wezen elkaar de booten,
die onder hen langs voeren, en vroegen zich
af, waar ze wel vandaan zouden komen en
waar ze wel naar toe zouden gaan, en be
wonderden een huis aan den overkant, dat
zoo beeldig tusschen het groen verborgen
lag, en de toren van een kerk, waaruit wat
zilver klokgeklepel omhoog steeg, en vonden
de wereld opeens weer opperbest. Er wax-en
toch nog plaatsen, waar de moderne verdor
venheid niet was dooi-gedx-ongen, en waar
een oud mensch niet hoefde te voelen alsof
hij niet meer op deze aarde thuis hoorde!
Zoo stonden ze te dwepen, dat geen van
hen tweeën de tent zag, die aan den ande
ren kant van het hekje stond, en waaruit
het gemurmel van zwax-e stemmen de aan
wezigheid van twee, zoo niet meer mannen
verraadde.
„Kijk toch eens dat kleine huisje daar,
tusschen die twee groote boomen!" En ter
wijl de eene uitduidde, en de andere onzeker
turend stond te zoeken, kwam, door hen
beiden onopgemerkt, een man uit de lage
klep van het tentje gestapt, en naar hun
hekje toegewend. Een man met een sigaret
in zijn mond en niets aan zijn bloote voeten,
en gehuld in pyjama wit en lila gestreept.
Met een lakoniek gebaar vischte hij iets
wittigs van het hekje, monsterde het twee
tal eens, en riep schallend naar de tent:,
„Hé, Georg, is dat jouw hemd?"
En flaneerde weer weg met het eh r—
witte ding, in zijn handen.
Bij het hekje, daar heelemaal aan het
uiterste einde van den boulevard, waar de
wereld nog onbedorven en ongerept was,
stonden twee spierwitte oude dametjes el
kaar ti-illend vast te houden. Hun oogen
staarden star en ontzet. Hun monden waren
in onzekerheid even geopend. De wereld was
rondom haar ingestort
W. T.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
MIJNHARDT's
Hoofdpijn-Tabletten 60 ct
Laxeer-Tabletten.60 ct
Zenuw-Tabletten.75 cl
Staal-Tabletten 90 ct
Maag-Tabletten. 75 rt
Bij Apoth. en Drogisten
Zouden de oogen der volkeren dan nooit
open gaan? Men ziet van alle zijden een wed
loop om de grootste bewapening; millioenen
guldens worden jaarlijks in den bodemloozen
muil van den oorlogsgod geworpen en de vol
keren blijven slechts hunkeren naar jazz-
band-muziek en andere vermakelijkheden.'
Zegt het niet genoeg, dat de landen, die be
trokken zijn geweest bij den wereldoorlog
van 1914, haast gedurende twee generaties
gebukt moeten gaan onder het betalen van
hun oorlogsschuld? Wat hebben ze er mede
gewonnen? Niets. Wel onnoemelijk veel ver
speeld. Zie slechts naar de invaliden, van
wie- er velen honger lijden. Zijn er, ook in
Nederland, niet eenige honderden mobilisa
tie-slachtoffers, die een chronische ziekte op
deden en nog kort geleden moesten leven
van eenige guldens pensioen! Is dat de plicht,
dien het Vaderland van zijn zonen eischt?
Neen en nog eens neen! Het vadeiland eischt
van zijn zonen, dat ze vooruitstrevende, in-
tellectueele burgers zijn, die door hun cultuur
het land groot maken.
Kunnen wij den vooruitgang der techniek
dan nergens anders voor gebruiken, dan om
elkander te vernietigen? Is dat de roeping,
die aan de menschheid is opgelegd, dat zij
zich als kuddedieren bij duizenden tegelijk
voor een dogma moeten laten afmaken? Of
is ons de plicht opgelegd om elkanders
nooden te lenigen en. lasten te dragen? Zou
den de millioenen guldens niet voor een on
eindig edeler doel gebruikt kunnen worden,
bijvoorbeeld voor de oude werkers, voor wie
geen Pensioenwet bestaat en die, dikwijls tot
hun dood toe, soms voor een heel klein
loon moeten werken, of op liefdadigheid zijn
aangewezen? De conclusie, die ik uit het
bovengenoemde bericht trek, is, dat Neder
land opgepropt vol zit met munitie. Het aan
maken van oorlogstuig gaat blijkbaar zoo
lang door, tot het noodwendig weer tot een
uitbarsting komt.
Menschenmateriaal is er ook nog voldoen
de. Dus waarom nog langer te wachten?
Het laatste woord is echter aan de volkeren.
Laten zij zich uitspreken.
Moet deze wedloop naar vernietiging nog
langer duren?
T. J. DE ROOIJ,
Havenplein 33, Spaarndam,