A.V.R.O-BETOOGING IN DEN HAAG. De Wet van het Bridge-spel HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 8 SEPTEMBER 1930 TWEEDE BLAD Honderd vijftig duizend enthousiasten op Houtrust. Een motie aan de Koningin. Hoe de meisjes uit Wintersioijk Het vertrek uit Haarlem. Het vertrek van de A.V.R.O.-enthousiasten Viel juist samen met dat van de leden van „Zang en Vriendschap" naar Keulen, zoodat het aan het Station te Haarlem Zaterdag middag half twee een drukte was van be lang. Er stond op het perron een bord, waar op het vertrek van den extra-trein was aan gegeven, maar dat bord werd eenige malen verplaatst zoodat de schare zich nu eens aan de eene zijde van het perron bevond en dan weer aan de andere, totdat zij eigenlijk zoo'n beetje in het midden, of heen en weer loo pend bleef. De Zang en Vriendschappers moesten naar den anderen kant en de Jumbo van hun trein, die geweldig aandeed aan het Haar- lemmermeerperronnetje kreeg het boven dien op zijn veiligheidsklep, zoodat het sta tion daverde en alle menschen een hevige schrikbeweging maakten toen het begon. Daarenboven rolden nog ettelijke treinen langs, die alle voor den A.V.R.O.-trein wer den aangezien, maar al die drukte belette niet, dat het A. V. R. O.-vuur hoog oplaaide. Hoe kon het ook anders. Stadgenooten, die wij kennen als de ingetogenste lieden had den A. V. R. O.-vlaggen op den hoed gesto ken of aan een wandelstok gebonden en hieven deze hóóg, anderen hadden pochet tes in de A. V. R. O.-kleuren of zelfs dassen en vesten in het blauw-wit, dat dezen dag wel de nationale kleur leek. Zoo wachtte men den trein met de Amsterdammers, vlaggezwaaiend, in opgewekte stemming. En toen de trein binnenrolde barstte het los, het gejuich en hoera-geroep. Reeds van verre was te zien, dat de Amsterdammers een zelfde enthousiasme bezielde, overal wapperden de A. V. R. O.-vlaggen uit de ra men, in, de coupés waren ze uitgespannen, het binnenrijden van den trein bracht een wolk van blauw en wit mee. Tegen tweeën reed de lange trein het station uit. Maar daarmee was de demonstratie-geest nog niet uitgeput. Integendeel, het begon pas. Over wegen, blokhuizen, stations, wat ook gepas seerd werd, zou den A.V.R.O.-groet ont vangen. Menschen langs den weg, boeren in het land, spoorwegarbeiders, stationschefs, alles wuifde den vlagge-trein hartelijk toe. Velen deden het jaet de A. V. R. O.-vlag. De A. V. R. O.-vlag wapperde op de huizon en op schuren, midden in het land en aan den weg. Reeds deze tocht was een opgewekte de monstratie van sympathie. Volte in Den Haag Het station Den Haag was overvol. Want er kwamen méér extra-treinen binnen dan die met 500 Haarlemmers en duizenden Am- sterdamsche betoogers. Er waren er veertien uit alle deelen van het land, het wemelde van A.V.R.O. blauw en wit, en den klim- menden leeuw. In gesloten colonnes trokken de betoo gers door de straten, lange stoeten, die door de rustige wijze van betoogen indruk maakten. Filmoperateurs klommen op taxi's om het schouwspel vast te leggen, langs den kant bleven de menschen staan. Het weer leek aanvankelijk in Den Haag niet zoo mooi, als het in Haarlem geweest was. Maar later scheurde de betrokken lucht open, het -werd een heerlijke Septem berdag, de temperatuur was ideaal, en geen druppel regen heeft de openluchtmeeting verstoord. Om drie uur was bij het Houtrust-terrein, ln het Zuid-Westen van de stad nog betrek kelijk stil. Er was veel politie, te voet en te paard, geleid door tal van inspecteurs en de colonnes van betoogers werden in deze rui me wijk vrij gemakkelijk verwerkt. Helaas is dit later niet het geval geweest, toen de autobussen arriveerden. Op de regeling door de Haagsche politie viel wel wat aan te mer ken, daar zij het gewone verkeer liet door gaan of er niets aan de hand was, waardoor tal van deelnemers, die met autobussen ge komen waren, te laat op het terrein kwa men. Dit was ook het geval met een deel van de Haarlemsche betoogers, die eerst lang na het aanvangsuur him doel bereikten. De autobussen en luxe auto's uit Haar lem, een zestigtal ongeveer, vertrokken van de Spanjaardslaan, waar de opstelling plaats had. De politie zorgde in de stad voor een goede regeling, ook toen de Amsterdamsche stoet, die onafzienbaar lang was en waarin alleen 75 autobussen meereden, in onze stad kwam. Het enthousiasme was onbeschrijfe lijk. Voorop in den Amsterdamschen stoet reden de heer W. Vogt en Baron Tindal, A. V. R. O.-vrienden langs den weg juich ten hen toe. En ook hier was het niets dan blauw en wit en geroep A.V.R.O., A.V.R.O. Op Houtrust. Officieel zou de betooging te half vier be ginnen, doch toen was het Houtrust-terrein nog voor de helft zoo vol niet als het wor den zou. En. nochtans maakte de reeds aan wezige menigte indruk op wie het terrein betrad. Er waren op grootsche wijze maatregelen voor de ontvangst der duizenden getroffen. Een voorbeeld: Langs het terrein was 500 m. waterleidingbuis aangelegd met 80 kranen om de dorstigen te laven. Een maatregel, die zijn nut overduidelijk bewees en die, wanneer het een warme dag was geweest, jan nog grooter waarde zou zijn gebleken. voor den dag kwamen. Maar men behoefde geen water alleen te drinken. Wie na afloop de bergen leege fleschjes heeft zien liggen heeft er eenig denkbeeld van hoeveel limonade, hoeveel bier en wat een spuitwater dezen middag gedronken is. Vijf en dertig tenten stonden langs een zijde van het veld! Men ventte A.V.R.O.-reepen en A.V.R.O.-sigaren, A.V.R.O. bananen en A.V.R.O.-broodjes. Handige lie den brachten A.V.R.O.-rosetjes en speldjes aan den man, de blauw-witte vlaggetjes gingen grif weg en de vereeniging „De Vrije Luistervink" had gezorgd dat ieder haar weekblad „Vrij Nederland" in handen kreeg. Midden op het terrein stond een groote muziektent, waarin Nico Treep en zijn or kest hadden plaats genomen. Daarnaast een podium, waarop de microfoon was aange bracht, die de redevoeringen zou broadcas- ten door twaalf groote luidsprekers, opge steld in groepen van zes op hooge stalen torens ter weerszijden van het spreekge stoelte. En zoo hard was' het geluid, dat door deze hoorns schalde, dat het opsloeg tegen de hooge tribunes langs de verste korte zijde van het veld en terugkaatste op het teirrein, zoodat elke volzin zijn echo had. Er was dan ook geen plaats te beden ken op de uitgestrekte grasweide, of op de tribunes, waar he,t gesprokene niet woord voor woord te verstaan was. De installatie was van Philips. Voor op het terrein was een verhevenheid getimmerd, waarop de Amsterdamsche Or- kestvereeniging onder Frans van Diepen beek speelde, in een hoek 'aan de andere zijde van het veld zat op een plankier een Haagsch fanfare-korps en in de vaste mu ziektent tusschen de tribunes troonde het Haagsche Luirtervinkenorkest. Bovendien werkte de Rotterdamsche Philharmonie nog mede, zoodat vijf muziekkorpsen hebben bij gedragen tot de opluistering van de meeting. Hetgeen van niet te onderschatten belang was tijdens het wachten van de eerst geko- menen, die er om ongeveer één uur al wa ren, op de deelnemers „uit de provincie". Het was de populaire A.V.R.O.-omroeper Guus Weitzel, die ook hier zijn taak vervulde en de nummers aankondigde. Nog een voorbeeld van de Amerikaansche afmetingen en verhoudingen: Het parkeer terrein bood plaats voor 6000 auto's en de fietsenstalling voor 5000 rijwielen. Allerlei hulpgebouwen voor toiletten enz. waren ter zijde van het middenveld getimmerd. Een vrijwillige hulpbrigade van 30 man hield de wacht op het veld als ongevallen- dienst. Dat dit niet overbodig was is her haalde malen gebleken, toen dames en kin deren flauw gevallen waren. Ook was er een standplaats van den Gemeentelijken Geneeskundigen dienst, die een ziekenauto op het terrein had gestationneerd. En door de hekken van „Houtrust" bleef het menschen stroomen. Sommigen kwa men niet de trom voorop, anderen zingend, allen met de vlaggen. De A. V. R. O.-vlaggen vulden het veld met ee,n blauw-witten nevel. De kleinste kinderen droegen deze kleuren, maar ook oude lieden hadden ze op den hoed gestoken of om den arm gebonden of op den rug gespeld! Wel bleek, hoe de liefde voor de omroepvereeniging schier geen gren zen scheen te kennen. Menschen, die ove rigens geen spontaneïteit toonen zag men hier zingen en juichen. Er waren meisjes, die zich in costumes ge heel in de A. V. R. O.-kleuren hadden ge stoken en zoo een groep vormden als op een gemaskerd bal. Bijvoorbeeld die uit Zeeland en die uit Winterswijk. Streken en plaatsen voorwaar, die niet naast de deur liggen. Welk een opoffering moeten velen zich ge troost hebben om naar Den Haag te gaan! Want de meesten waren geen lieden, die er uitzagen om in hun particuliere auto te zijn gekomen. Er werd een soort demonstratie-tocht ge houden langs de groote tribunes voor genoo- digden, door groepen, die opschriften mee droegen. Zoo zagen wij die uit Zwolle, met een groot doek, waarop geschilderd was: „Geen dag zonder A.V.R.O.", „Wij -blijven protesteeren tegen politiek begeeren", een groep Drente met „Ook in het Drentsche land houdt de A.V.R.O. stand", de groep Go- rinchem met „A.VR.O.-recht is Radio-vrede" en vele andere, tot een groote praalwagen toe, met het bekende nummer 128.000. Er waren hoornblazers, die fanfares bliezen en lieden, die zich voor een tribune opstelden en spelden: A,-V,-R,-0,: AVRO, En dan werd de yell door allen overgenomen, dat het schalde langs de banken. In de loge voor de genoodigden zagen wij vele Kamerleden: mr. G, A. Boon, mr. P. J. Oud, mevrouw Van Itallievan Embden, mej. Joh. Westertnan, dr. I. H. J. Vos, de heer De Savornin Lohman. Van den Radioraad waren er de secretaris de heer Weber en mevrouw Boon. Het werd nu langzamerhand al wat later en nog kwamen steeds nieuwe stroomen be toogers het veld op. Van tijd tot tijd werden er per luidspreker mededeelingen over ge daan. Tien minuten voor vijven kondigde de om roeper aan, dat de kop van den auto-stoet uit Amsterdam gearriveerd was. Die had er van Haarlem dus ongeveer 2s/2 uur over ge daan Het eind was er om 6 uur nog niet. En gelijk met Amsterdam kwamen Haarlem en het gewest Noord-Holland, Utrecht, Gel derland en een gedeelte van Groningen. De drukte buiten aan het Stadhouders- plein en de Larixlaan was nu onbeschrïjfe- INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. HAARDEN Fa. GEBRs. BRAKEL SOPHIAPLEIN 6-12 TEL. 10533 lijk. Golven van emotie gingen door de me nigte bij het zien komen van zooveel nieuwe betoogers. Velen hadden zich in het gras neergezet, wij zagen er zelfs, die een vouw- stoetje hadden meegebracht-. Zoo gaf de on afzienbare menigte van hen, die stonden, van de tribune gezien dus nog niet eens een volledigen indruk van het aantal dat bijpen was. Er werden schattingen gedaan: 30.000, 50.000, 100,000, 200.000. Het liep nogal uiteen. Het was ook niet te schatten. Wij hebben echter later een opgave ontvangen van de Haagsche politie, volgens welke het aantal op 150.000 gesteld werd. Voor wie het niet gezien heeft is het moei lijk om zich daar een voorstelling van te vormen. Laten wij daarom een vergelijking trekken. Het Stadion pleegt bij een wedstrijd HollandBelgië 32.000 menschen te bevat ten, En welk een massale indruk maakt dit aantal niet? Welnu, bijna vijfmaal zooveel vormde een aantal, zooals de Hofstad wel licht nooit bij elkaar heeft gezien. Er cirkelde een blauwe K.L.M.-machine over het terrein. Dit wekte bij ons één oogen- blik de blijde gedachte, dat het conflict met de vliegers zou zijn opgelost, doch het bleek, dat de „kist" bestuurd werd door den heer Aler, chef van den vliegtechnischen dienst. Tegen den onderkant van de vleugels was de A.V.R.O.-vlag duidelijk zichtbaar. Er waren tal van momenten, waarop de vroolïjkheid algemeen was. Zoo bijvoorbeeld toen mevrouw Vogt zoek bleek te zijn en per microfoon werd opgeroepen. En algemeen was de bewondering voor de pienterheid van het ongetje uit Oudebiltzijl (waar de betoo gers al niet vandaan kwamen), dat naar de microfoon gegaan was om zijn ouders te kunnen doen oproepen. Een belangrijk bericht was nog, dat aan den Moerdijk 184 autobussen gesignaleerd waren, alle met de A.V.R.O.-vlag. Redevoeringen. Het was al over vijven toen dr. F. Wes terling de eigenlijke betooging opende met een korte toespraak. Daverend applaus en luide toejuichingen volgden op zijn ope ningsrede. Het orkest van Nico Treep speelde, een krans werd aangeboden aan het Haagsche comité en daarna sprak de A.VR.O.-voorzit ter, dr. H. M o 1 h u y s e n. Dr. Molhuysen begon met te zeggen, dat een vreemdeling zich over deze bijeenkomst zou verwonderen. Deze vreemdeling zou ge zegd hebben: Wel moet de verontwaardiging groot zijn tegen degenen die den moker in de hand namen. En tienmaal zoo groot moet zijn de genegenheid voor de oorspronkelijke bouwmeesters. Ons volk, aldus spr komt steeds op voor dengene, dien onrecht gedaan is. Dr. Mol huysen wilde nog eens uitdrukkelijk verkla ren, dat de A.VR.O. zich steeds stipt gehou den heeft aan haar statuten, daarom vindt hij het zoo inbedroevend, als men tracht de A.VR.O. voor te stellen als politieke tegen stander. Is het de schuld van de A.VR.O., dat het haar aangedane onrecht heeft weer klank gevonden in de harten van 10.000den Nederlanders? Spr. vond het niet moeilijk om aan te too nen. dat de A.V.R.O. altijd het goede gewild heeft, omdat zij altijd voor het forum der publieke opinie gewerkt heeft. Een bekroning, een hoogtepunt van de reeks actiedaden is thans deze grootsch op gezette en grootsch geslaagde bijeenkomst op Houtrust. Maar hier wordt niet de laatste actie opgevoerd van het spel van Recht en Onrecht. Zouden al die tienduizenden om mij heen vier maanden lang kunnen strijden tegen een hersenschimmig leed? (Daverend geroep: Neen) Een poging om onder deskundige voor lichting van aanzienlijke buitenlanders het Omroepvraagstuk tot een mogelijke oplos sing te brengen werd terstond verijdeld door dat het departement van P. T. T. de deur dichtwierp zeggende„Wij willen u niet ont vangen". (Gefluit). Dr. Molhuysen zeide voorts, dat de A.V.R.O. nog niet wil behooren tot de Japanners van Europa, dat zij namelijk geen harikiri wil plegen, zoodra er haar iets in het leven te gen staat. Spr. zou niet gaarne met „ja" antwoorden op de vraag of wij hier nu als onverzoenlij- ken staan. Maar hij vraagt rekening te hou den met het bestaan van de A.VR.O. En dat heeft hij in het zend tij dbesluit van 15 Mei absoluut gemist. Spr. vraagt of er één in Nederland is, die nog zou willen volhouden, dat het op zijde schuiven van de A.VR.O. geruischloos is kunnen geschieden. (Geroep: Neen) Er behoeft geen vrees te bestaan, dat het omroepvraagstuk de belangstelling van het Pr. F. Westerling opent de betooging. publiek zal uitputten. Want dagelijks dient het zich weer in onze huiskamers aan. In het bijzonder sprak dr. Molhuysen zijn verheugenis uit over het enthousiasme van de jeugd. De A.V.R.O. is bereid tot samenwerken met andere omroepvereenlgingen. Maar zij is nimmer bereid om die samenwerking te hel pen opbouwen op het onrecht, dat 15 Mei aan ons is voltrokken. Wanneer de minister van Waterstaat hier aanwezig zou zijn geweest, dan zou, zoo denk ik, over hem geslopen zijn het gevoel van twijfel of zijn beslissing op 15 Mei wel juist is geweest. Moge de regeering dan den indruk ont vangen, dat hier aanwezig zijn geweest tien duizenden rustige burgers, die door onrecht tot een beheerschte opstandigheid zijn ge bracht. En die hebben willen getuigen van hun vastberadenheid om te blijven strijden voor het goed recht van de A.VR.O. op een eigen zendinstrument, de geheele week, be sloot spr. De rede van dr. Molhuysen werd herhaal delijk door ovaties en bijvalsuitroepen onder broken. Toen mr. J. H. van Doorne aan het woord zou komen, laaide het enthousiasme zoo hoog op, dat hij zijn rede onderbreken moest wegens de muziek en den zang. Nadat stilte spoedig verkregen was begon hij zijn rede. Hij vestigde er de aandacht op, dat waar wij overal elders vrijheid in genie ten, deze ons in de radio ontnomen is. De eenige wet, die voorschrijft dat bij haar toe passing de billijkheid betracht moet worden, is aanleiding geweest tot- grove onbillijkheid, tot krenking van het rechtsgevoel. Een mas saal protest daartegen, zooals daarvan het gevolg is geweest, kan in de geschiedenis niet worden aangewezen. Dat wij geen dwin gelandij dulden daarvan getuigen de 460.000 adhaesiebetuigingen aan het A.VR.O.-peti- tionnement. Daar ginds aan de overzijde vraagt men zich reeds af: ..Hebben wij wijs gehandeld zoovele rustige burgers zóó tegen ons in te nemen?" Spr vestigde er de aandacht op, dat de beslissing verschoven is tot na de verkiezin gen. Doch wij roepen uit: „Wij zullen niet vergeten". En indien het onrecht niet volle dig wordt hersteld voor dien tijd, dan zal over drie jaar bij de verkiezingen door het land van Noord tot Zuid en Oost tot West klinken: Wij zullen niet vergeten! en wij zijn u en uw politiek geknoei en gekuip moe, moe en meer dan moe! De derde en laatste spreker was de heer W Vogt, directeur van het Omroepbedrijf. Deze begon als volgt: Waarde millionnairs en kapitalisten met tonnen, tienduizenden en op zijn minst dui zenden kapitaal! (groote vroolïjkheid). Wil men gelooven wat onze tegenstanders zeggen, dan moeten wij vandaag allen te zamen een schatrijke familie vormen. Wij zijn immers de omroep der kapitalisten, groot-werkge vers en reactionnaire bezittende klasse. (Ge lach). Spr. kwam er tegen op. dat de A.V.R.O. een bedrijf is, dat zaken op het gebied van cul tuur, kunst, wetenschap, religie verbreidt op een wijze, zooals elders bier, boter of lange turven worden gedistribueerd. Omdat de A.VRO. niet de banier ontplooit van een bepaalde cultuurstrooming roepen de vertegenwoordigers van de groepsstroo- mingen: „Staakt dat goede werk, want gij doet iets, dat wij niet mogen nalaten zon der ons aanzien en onzen invloed in gevaar te brengen". Dat is de kern van het omroepvraagstuk in sprekers oog en. Spr. trekt een vergelijking met de Zuider- zee-Tentoonstelling. Hij zou den minister van Waterstaat een nieuwen tip kunnen ge ven voor een tentoonstelling binnen zijn ambtscirkel, van iets dat dreigt te sterven: het stervend recht, de stervende billijkheid, de stervende plicht tot waardeering van schoone zaken, die uit het volk zijn gewon nen, ondanks tegenwerking van de regeering. De heer Vogt ging de geschiedenis van den omroep na en concludeerde, dat de A.V R.O. gekomen is tot de zuiver doorzichtige kristal lisatie van het democratisch beginsel. Dit sluit uit, dat de A.VR.O. geen andere ver- eeniging naast zich zou dulden, maar zij roept tevens uit: Plaats voor de A.V.R.O., waarop zij blijkens haar aanhang aanspraak heeft. Spr. herhaalt, dat de A.VR.O. er op aandringt, dat weggenomen worde al dat gene dat haar in haar gezonde groei-drift kan belemmeren. Daarbij kwam de heer Vogt tot de conclusie van den vorigen spreker: een eigen zender de geheele week. Ook deze redevoering werd herhaaldelijk toegejuicht. Motie aan de Koningin. Dr. Westerling sprak hierop een slot woord, waarin hij de volgende motie voorlas: „Vele tienduizenden leden van de A.VR.O.".... Hier werd de spreker onderbroken door het geroep: „Meer dan honderdduizend". Dr. Westerling hervatte: „Meer dan honderdduizend leden van de A.V.R.O., vereenigd op den landdag op 6 September 1930 op Houtrust in Den Haag, wenden zich eerbiedig tot Uwe Majesteit, omdat hun rechtsgevoel is gekrenkt door de wijze, waarop de wet op de verdeeling van den zendtijd is toegepast. Naar hun meening is het een eisch van bil lijkheid, dat ieder Nederlander de geheele week een nationaal algemeen programma moet kunnen beluisteren, dat niemand kan kwetsen en dat ons volk vereent. Zij wenschen, dat geen zendtijd van dit al- AGENDA Heden: MAANDAG 8 SEPTEMBER Schouwburg Jansweg: „De voddenraper van Parijs", 8 uur. Palace: „De Vier Jantjes". Tooneel Wulff and Jerome. 7 en 9.15 uur. Luxor Theater: „Kapitein Satan" en ,I>e belastingontduiker". Tooneel: Mister Braun. 8 uur. Rembrandt Theater: „Trouw met mijn vrouw." Tooneel: Bianca and Henry Liver- more. 7 en 9.15 uur. DINSDAG 9 SEPTEMBER INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTEL JORIS STRAAT 16 - TEL. No. 10756 Apex Klop-Veeg-Stofzuigers f 175 gemeen programma zal worden afgenomen ten bate van partijuitzendingen, die ons volk verdeelen. Zij wenden zich daarom vol hoop en ver trouwen tot Uwe Majesteit, die hei symbool zijt van de eenheid van ons volk. in de over tuiging, dat Uwe Majesteit wel aandacht zal willen schenken aan deze verlangens van een zoo groot deel van Uw volk". „Wie Is daar voor?" vroeg dr. Westerling. Nog nimmer zullen zooveel handen en vlaggen zoo spontaan in de hoogte gegaan zijn als op dit oogenblik. Besloten was dus de motie aan de Koningin te sturen. De mu ziek zette onmiddellijk daarop het Wilhel mus in, dat door velen werd meegezongen en met ontbloot hoofd aangehoord. Er volgden nog eenige mededeelingen. de voorzitter van het Haagsche comité, de heer J. M. de Graaf bracht dank aan het- hoofd bestuur en de politie en aan allen, die geko men waren, en daarop ging de betooging. die kalm en waardig was geweest te 7 uur uit een. Het duurde echter nog lang eer de men schen de residentie verlaten hadden. Nog laat in den avond zag men bussen met A. V. R. O.-vlaggen rijden. Aan het station te Haarlem was het af scheid van de Amsterdammers allerharte lijkst. Er werd gezongen en gewuifd en eerst toen de Amsterdamsche trein vertrokken was gingen ook de Haarlemmers hulstoe, door de straten nog uitdragende hun sym pathie voor hun omroepvereeniging. Langs de wegen waarlangs de autostoet de stad zou binnenkomen hadden zich weer velen opgesteld en ook hier was de begroe ting hartelijk. De protest-dag is In alle opzichten ge slaagd. Oekase van de Portland-Club. Bridge, het kaartspel dat ook hier te lande vele en enthousiaste beoefenaren telt, is van Britschen oorsprong. En sinds vele jaren en dagen is het de eerwaardige Portland Club te Londen die in wezen voor haar leden en practisch voor geheel het Vereenigd Konink rijk, vaststelt volgens welke regelen dit spel zal worden gespeeld. In de rest van de wereld heerscht op dit punt groote, en in de oogen der Engelschen betreurenswaardige, anarchie, die goeddeels is voortgekomen uit den zeer geringen eer bied, dien de vrijgevochten Amerikanen voor de traditie van deze en welke andere club te Londen ook, toonen. Wij Nederlanders zijn ook een vrijgevochten volk en waarom zou den wij het op het punt van bridge dus ook niet zijn. Het gevolg ls, dat elk denkbeeld dat uit. Amerika overwaait-, hier dankbaar wordt aanvaard door sommigen, genegeerd, door anderen, al naar gelang zij het al dan niet aantrekkelijk vinden. Langs dezen weg is de toestand geschapen dat menschen, die eens toevallig met elkaar aan tafel gaan zitten om een partijtje bridge te spelen, niet alleen eerst moeten overleggen of zij „Auction" dan wel „contract" zullen spelen, ln welk geval in steeds hooger mate het laatste geprefereerd wordt-, maar ook elke speler of speelster aan den partner dient te vragen welke conven ties deze eventueel huldigt. Als men hiervan wederzijds niet op de hoogte ls, kunnen de rampzaligste misstanden ontstaan. Gij, die dit nobele spel beoefent, waarde lezer of lezeres, weet wel wat wij bedoelen. En of schoon wij op dit moment helaas niet aan een kaarttafeltje gezeten zijn, zouden wij u willen vragen: Wanneer u één klaver (en of één ruiten) zegt, beteekent dat dan dat gij gaarne „sans" zoudt willen spelen, of moeten wij in klaver doorgaan? Is het voorts uwe gewoonte om een origineele „call" van de tegenpartij te contreeren, n;et de bedoeling dat wij in elk geval onze sterkste kleur „cal- len"? enz. enz. Er bestaan buiten Engeland geen vaste detailregels voor de bridgetechniek en wat veel erger is, althans voor de Portland Club, in Engeland zelf begon men ook al van die verfoeilijke Amerikaansche trucjes over te nemen. En de zeer waardige en aan de traditie gehechte bestuurdcren van de mach tige Londensche clubs hebben naarom dezer dagen een oekase uitgevaardigd, die niets meer of minder zegt dan: „Om een einde te maken aan alle conven ties heeft de Portland Club besloten, dat het troefkiezen in contract bridge slechts geba seerd mag zijn op de waarde van de eigen hand en als zoodanig alleen moet worden be schouwd." Het moet dus uit zijn met alle indices, alle wenken aan den medespe'cr. Slechts de waarde van de eieen kaarten Jammer, heel Jammer, of eigenlijk .zullen wij er ons veel van aantrekken? Laat ons het pel maar blijven spelen, zooals wij 'iet zelf het aardigst vinden, laat ons af en toe door onbekendheid met de gewoonten van den partner maar eens wat flaters maken. Ook al snel en wij dan in de oogen van de Portland Club niet zooals het hoort. EEN STEUNCOMITÉ VOOR SANTO DOMINGO Op Initiatief van den heer Jan P. Massee. consul van Honduras werd te Amsterdam een comité opgericht, bestaande uit vooraan staande Amsterdammers tot het voeren van een steunactie voor de slachtoffers van de ramp te San Domingo. AUTOBUS TEGEN LUXE-AUTO Te Wormerveer is Zaterdagmorgen een 27-persoons luxe-autobus tegen een luxe-auto gereden. Van de laatste sprongen alle vier de banden tegelijk. De inzittenden kwamen echter met den schrik vrij, meldt de Crt. Groote Kerk: Orgelbespeling 8.159.15 uur. Restaurant BrlnkmannKynologenclub „Kennemerland", ledenvergadering, 8 uur namiddag. Bioscoopvoorstellingen. Teyler's Museum. Spaarne 16. Geopend op werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan dags, toegang vrij. yeisen: Raadsvergadering. 7 uur pam. MGR. NOLENS* 70ste VERJAARDAG. De 70ste verjaardag van mgr. Nolens ls Zondag te 's-Gravenhage vrijwel onopge merkt voorbijgegaan, daar de Jubilaris op dezen dag zijn woonplaats had verlaten. Niettemin ontving hij, aldus de Crt., tal van blijken van belangstelling ln den vorm van een groot aantal telegrammen en eenige bloemstukken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 9