SJvLiemt
UIT DE GROOTE STAD
STADSNIEUWS
Oost-West
Thuis het best
DE MYSTERIEUSE
VERDWIJNING.
HEERENBAAI
INGEZONDEN
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 18 OCTOBER 1930
Kippenvoer.
Stel u voor een boerenerf, waar zoo Juist
„de vrouw" het voer voor de kippen heeft
uitgestrooid. Gulzig pikken de kippen de
lekkernij op en tusschenbeidc toont-n zij door
een zacht gekakel haar tevredenheid. Zij be
hoeven niet te vechten, want er is genoeg.
Welk een vredig toon eelt je, nietwaar?
Je kunt je haast niet voorstellen dat dat
zelfde kippenvoer, bU een andere gelegenheid,
óók aanleiding kan geven tot twist en twee
dracht, tot haat en nijd, tot ruwe scheld
woorden.
Toch is dat dit jaar ln de lente, te Amster
dam het geval geweest.
In een volkrijke buurt van die groote stad
woont een juffrouw en die betrekt al zeven
Jaar lang haar voer haar kippenvoer
van een bekende firma, die aanspraak mag
maken op de dankbaarheid van het Neder -
landsche pluimvee, misschien wel van dat
in een groot deel der wereld.
Maar deze juffrouw kreeg dat kippenvoer
maar niet zoo gewoon, als leder ander. O,
neen: zij had haar relaties en zij kreeg
het tegen Inkoopsprijs.
Op een mooien dag in Mei had de Juffrouw
weer een bestelling gedaan bij de fabriek,
maar nu werd zij niet zoo vlug bediend als
anders. Het was al 31 Meitoen werden de
baaltjes eindelijk bij haar bezorgd. Zij kwa
men echter niet rechtstreeks van de finma,
maar van een in de buurt van de juffrouw
wonenden kruidenier. En er was een briefje
bij, waarop het kippenvoer berekend was
tegen den gewonen winkelprijs!
De juffrouw nhm dat niet.
Zij trok naar den winkelier en van leer.
„En toen heeft ze mij", zoo vertelde de
kruidenier in de zitting van den Amsterdam-
schen Politierechter, „in mijn winkel, die vol
menschen stond, zwaar beleedlgd. Ze heeft
me uitgescholden voor afzetter en oplichter.
Ze beweerde, dat ze altijd het voer voor in
koopsprijs kreeg, maar dat doet die firma
niet. Hoe ze dat gedaan gekregen heeft, be
grijp ik niet
Er gleed een sluwe glimlach over het gelaat
van de juffrouw. Helaas: van den sluier die
dit geheim bedekte, werd ter zitting geen
tipje opgelicht Het kon den rechter niet
schelen. Hij wilde alleen maar meer weten
van die beleedigingen.
De juffrouw werd gehoord.
Vol vuur stapte zij de verhooging op tot
vlak voor de tafel van den rechter, die haar
echter spoedig „achter het hekje" dirigeerde.
„Edelachtbare", vertelde de juffrouw, „ik
betrek kippenvoer al 7 jaar tegen inkoops
prijs. En nu moest ik ineens 1 15 méér be
talen. Daar bedankte ik voor. En daarom
ben ik naar den kruidenier gegaan en heb
„verrajer" tegen hem gezegd."
„Maar u hebt toch nog meer gezegd U hebt
ook gesproken van afzetter en oplichter!"
viel dc rechter haar in de rede.
„Dat heb ik gezegd. Edelachtbare, maar
voorwaardelijk. Kijkt u's. Dat zit zóó: die
man Cn onuisprekelijk-mlnachtende duim-
beweging naar den getuige) vertelde me, dat
hij bericht van de firma had gekregen, dat
ze niet meer aan particulieren leverde, al
leen aan leveranciers. Maar hij liet mij dien
brief niet zien. En toen heb ik gezegd: als je
me dat niet kunt aantoonen. dan ben je een
afzetter en een oplichter. Dat is heel wat
anders. Edelachtbare."
De winkelier werd nog eens gehoord. Hij
bleek een buitengewoon „onbegrijpelijk" man
te zijn die zeer verwarde denkbeelden om
trent het geval had en de portée van een
vraag niet kon snappen.
„Heeft de juffrouw gescholden, nadat u
haar een brief van de firma had laten zien!"
vroeg de rechter.
„Vrééselijk heeft ze gescholden. Edelacht
bare; ze heeft me zwaar beleedlgd!"
„Jawel, maar toen u den brief had laten
zien?"
„Maar ik hèb haar den brief laten zien,
maar de juffrouw schold zóó verschrik
kelijk
Toen gaf de Politierechter het maar op en
keek den Officier vragend aan.
Deze kon er ook niet uit wijs worden cn
adviseerde de zaak aan te houden voor het
hooren van nog meer getuigen.
Dit spel-van-kippenvoer zal dus nog eens
ten tooneele worden gevoerd.
J. C. E.
DE NIEUWE U. L. O.-SCHOOL
AAN HET JUNOPLANTSOEN.
OFFIC1EELE OPENING.
De officieele opening van de nieuwe U. L. O.
School aan het Junoplantsoen heeft Vrijdag
morgen plaats gehad.
De plechtigheid had plaats in het gym
nastieklokaal van het gebouw in tegenwoor
digheid van vele autoriteiten. O.a. merkten
wij op, de heeren W. Roodenburg, wethouder
ran onderwijs, Vincent Loosjes. voorzitter
van de commissie van Lager Onderwijs, G. H.
Weustink. inspecteur van het L.O., H. L.
Warnier, inspecteur van den dienst
der lichamelijke opvoeding, lr. M.
H. Maas en ir. P. F. de Bordes, resp. direc
teur en adjunct directeur van Openbare
Werken en C. B M. Segaar, waarnemend
chef van de afdeeling onderwijs. Ook was
aanwezig mej. Berdenis van Berlekom, secre
taresse van de commissie van toezicht, als
mede een afgevaardigde van „Volksonder
wijs".
Wethouder Roodenburg spra"k het ope
ningswoord uit en heette de aanwezigen
hartelijk welkom. Spreker gaf een uitvoerig
overzicht van de geschiedenis van liet onder
wijs in Haarlem-Noord, waarin hij wees op
de noodzakelijkheid van de tot stand kaming
van een tweede U.L.O.-school. Spreker liet
zich waardeerend uit over het nieuwe hoofd,
den heer J. B. J. van der Haar en zijn staf
van personeel. Hij zeide. dat de gemeente
veel voor het onderwijs kan doen. maar ten
slotte rust op hen de plicht de kinderen op
te voeden en kennis bij te brengen. Spreker
sprak voort-s een woord van dank tot den
aannemer den heer J. de Gelder en tot de
staf van Openbare Werken. Hij hoopte, dat
de nieuwe school een waardige plaats in de
rij der Haarlemsche U.L.O. scholen mocht
innemen.
Vervolgens sprak de heer Weustink. Deze
zeide dat de tijden veranderd zijn en met
hen de steden, Er is thans een gordel van
scholen om de stad verrezen. Gelijk wacht
torens staan zij daar. Spreker noemde het
een wijze gedachte van het gemeentebestuur
dat tot den bouw van deze school is over
gegaan, want er was zonder twijfpl behoefte
aan.
De heer Vfncent Loosjes sprak namens de
commissie van Lager Onderwijs de hoop uit,
dat het de school onder de bekwame leiding
van den heer Van der Haar goed mocht gaan.
Ds. Blauw. Ned -Herv. predikant sprak er
zijn voldoening over uit. dat van het leer
plan ook het godsdienstonderwijs opgenomen
is.
Namens de afdeeling Haarlem van den
Nederlandschen Bond van onderwijzers voer
de de heer Brouwer het woord. Deze vestigde
er o.a. de aandacht op hoe uitnemend de
scholenbouw in Haarlem in zijn werk gaat
en brt.cht daarvoor dank aan het gemeente
bestuur en aan Openbare Werken.
De heer Warnier zeide, dat op den leeftijd,
dat de kinderen de U.L.O.-school bezoeken,
zich belangrijke processen -in het lichaam
voltrekken. Daarbij treedt dikwijls het ver
schijnsel van onevenredige groei op, bijv. wat
betreft de toeneming van het hartvolume,
die soms geen gelijken tred houdt met de
dikte van den hartwand. Bij dergelijke ver
schijnselen kan regelmatige beoefening van
lichamelijke opvoeding veel goeds verrichten.
Spreker zeide dat de leerkrachten en het ma
teriaal in deze school bovendien van dien
aard zijn, dat voor eenzijdigheid in de op
voeding niet gevreesd behoeft te worden.
Vervolgens sprak de heer Van der Veldt
namens de ouders eenige hartelijke woorden
tot gemeentebestuur en personeel van de
school.
De heer Van der Haar verzocht aan wet
houder Roodenburg zijn dank te willen over
brengen aan het gemeentebestuur.
Nadat spreker al degenen, die aan het tot
standkomen van het gebouw hadden mede
gewerkt (in het bijzonder den architect ir. de
Bordes en den inspecteur van O. W. den heer
Koreman) bedankt had, sprak wethouder
Roodenburg het slotwoord uit.-
Daarna werden ververschingen rondge
diend en was er gelegenheid het modern in
gerichte gebouw te bezichtigen.
TWEEDE POSTVLIEGTUIG TE BANGKOK.
Aneta-Vaz Dias aneldt. dat volgens bij de
K-L.M. ingekomen bericht het tweede post
vliegtuig naar Nederlandsch Indlë, de P.H.—
A E.O. hedenochtend te 6.05 uur uit Akyab is
vertrokken en te 13.55 uur te Bangkok is aan
gekomen. Aan boord is alles wel. Morgen
wordt de vlucht voortgezet.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
zult U zeggen, indien U
uw huis door ons heeft
laten inrichten.
Bezoekt daarom steeds
onze Toonzalen.
t,[rr)C&OOTE HOUT/TB. 67
wil.
TELEFOON 12839
OVER ONVOLWAARDIGE
ARBEIDSKRACHTEN.
MEDEWERKING VAN VAKORGANISATIES.
De heer H. J. Klein, oud-wethouder van
Schoten en thans lid van het Haarlemsche
Burgerlijk Armbestuur, zendt ons een zeer
uitvoerig artikel ter nabetrachting van dc
enquête die de heeren dr. W. Mol en E. P.
Schuyt hier ter stede gehouden hebben naar
den omvang van de onvolwaardige arbeiders.
Aangezien een onzer redacteuren evenwel
een gedeelte van die enquête heeft meege
maakt en daarover een serie artikelen schreef
terwijl wij bovendien nog een uitvoerig over
zicht gaven van het door genoemde heeren
uitgebrachte rapport, kunnen wij volstaan
met enkele aanhalingen uit dit artikel.
De heer Klein schrijft:
„Uiteraard beperkt het rapport zich tot de
bespreking van de gebrekkigheid in het al
gemeen. De economische gevolgen van het
„op de markt" brengen van nieuwe volwaar
dige (voor een bepaalde branche opgeleide)
arbeidskrachten, bespreekt het vanzelf niet.
Maar wij als arbeiders hebben ons deze
vraag voor te houden.
Op het A.V.O.-congres te Amsterdam ls
daar wel aan gedacht en ook over gesproken.
Vanzelf waren die gedachtenwisselingen van
academischen aard, maar waar de arbeiders
met het vraagstuk in den vorm van mogelijke
belemmering van goede arbeidsvoorwaarden
te maken krijgen, dienen zij tijdig maatrege
len voor een goede organisatie te treffen. Wij
vinden hiervoor een waarborg tot op zekere
hoogte in het feit, dat in de Nederl. vereeni-
ging tot bevordering van den arbeid voor on
volwaardige arbeidskrachten C. v. d. Lep de
is opgenomen. Maar daarmee is de zaak niet
uit. De vakbeweging dient te zorgen, dat in
de plaatselijke vereenigingen welke worden
gesticht, bekwame vertegenwoordigers voor
de vakbeweging worden opgenomen, resp. in
andere instellingen ter plaatse zeggingschap
krijgen. De onvolwaardige, opgeleid voor een
beroep, dient op dezelfde wijze als de „vol
waardige" arbeidskracht, en onder precies
dezelfde voorwaarden, te worden geplaatst.
Het loon. de arbeidstijd, de plaatsing en het
ontslag, bij geen van dat alles mag voorkeur
voor den gebrekkige of nadeel voor den on
volwaardige plaats hebben. Daarvoor dienen
bijzondere maatregelen te worden genomen;
ais bijvoorbeeld een opgeleide niet altijd aan
zijn loon kan komen, dient daarvoor een toe
slagfonds te bestaan, waaruit het tekort
word bijbetaald Voor alles dient gewaakt,
dat de opgeleide arbeidskracht „de markt"
gaat bederver. Vandaar dat de vakbeweging
van stonde af aan heeft te zorgen daarbij de
leiding te nemen.
In de conclusies welke de heeren Dr. Mol en
Schuyt trekken, vinden wij„In geen geval be
hoort de verzorging van lichamelijk gebrek-
kigen en andere onvolwaardlgen bij het Bur
gerlijk Armbestuur thuis. Ook indien onder
steuning verleend moet worden aan hen, die
geheel of gedeeltelijk invalide zijn, is het
ongewenscht. dat dit uitsluitend geschiedt
door een burgerlijk Armbestuur of Maat
schappelijk Hulpbetoon, zonder deskundige
voorlichting. Samenwerking met de organen
belast met de uitvoering der sociale verzeke
ringswetten, zou nuttig zijn".
Deze conclusie is door Dr. Heijermans met
volledige instemming aangehaald en geeft
precies ook de gedachte weer, welke lk over
dit vraagstuk altijd heb gehad en nog heb,
juist nu nog meer. Men is in den lande zoo
ilcht te bewegen, alles wat met sociale voor
ziening te maken heeft, samen te persen
onder één dienst, onder den verzamelnaam
„Maatschappelijk Hulpbetoon". Ik meen. dit
een mooie naam is voor een minder aardige
zaak. Vóór alles moet nagegaan worden wel
ke belangen er gediend en welke er geschaad
kunnen worden. Het karakter van een so
cialen maatregel dient te bepalen op welke
wijze deze wordt ondergebracht en behan
deld.
De behandeling van de lichamelijk en
geestelijk gebrekkigen is er een van maat
schappelijk economisch en medisch-anato-
mischen aard. Wat dat te maken heeft met
verleening van geldelijken steun, welke on
danks alles, ondanks den zeer te waardeeren
naam, toch bij Maatsch. Hulpbetoon domi
neert. is mij niet recht duidelijk. Integen
deel voel ik het zoo, dat omdat de financieele
hulp domineert, de anderen kanten van het
vraagstuk, ook door den meest bekwamen en
sterk sociaal-aangelegden directeur van
Maatsch. Hulpbetoon, zullen verwaarloosd
worden en daaronder moet dan de betrokken
groep lijden.
Maar bovendien ,is het ook hier het zelfbe
houd dat de arbeidersklasse dwingt zeer
voorzichtig met dit probleem om te springen.
Waar is de controle door de vakbeweging op
de te plaatsen of op de reeds geplaatste „on
volwaardige" arbeidskracht? Vreest men niet
dat een directeur van Maatsch. Hulpbetoon
alles zal doen, om die .schadepost" eindelijk
eens geplaatst te krijgen, mogelijk ten koste
van de geldende regelen terzake arbeidsvoor
waarden? Is dat door „bepalingen" te rege
len? Wie meer met die zaken te maken heeft
gehad, weert beter! Dat is alleen met stevige,
ingrijpende maatregelen van stonde af aan,
in goede banen te leiden. Vandaar ook dat
het noodig is, dat de vakbeweging goed zal
doen, deze zaak stevig ter hand te nemen en
zoo spoedig mogelijk.
EERSTE JAARFEEST D. V. S.
De Christelijke Mondaccordeon-club R.V.S.
gaf Donderdag haar jaarfeest in het gebouw
in de Colensostraat 11. De bijeenkomst die
goed bezocht was, werd door den voorzitter
der C.J.M.V., den heer Antonisse, geopend.
De Mondorgelclub, onder leiding van den
heer H. v. Daalen, gaf een goede vertolking
van een 3-tal nummers. De verslagen van
den secretaris en den penningmeester werden
goedgekeurd.
Hierna werd een voordracht ten beste ge
geven, die zeer in den smaak viel.
De heer H. de Zwart vergastte de aanwezi
gen op zang met guitaar-begeleiding. In de
pauze werd den directeur een dirigeerstok
aangeboden. Daarna had een verloting plaats
Het tweede tooneelstukje werd met veel
élan gespeeld. Het oogstte een dankbaar ap
plaus.
De Mondorgelclub gaf nog een 3-tal num
mers, waarna de heer Antonisse het slot
woord sprak, met een opwekking om deze
nog jonge vereeniging te steunen.
„MERCURIUS".
LEZING OVER DE ZIEKTEWET.
Als opening van het winterseizoen, hielcl
Woensdag j.l. de heer Jac. Bakker, Bonds
voorzitter van „Mercurius", in de flinke be
zette Tuinzaal van café-restaurant Brink-
mann, voor de leden der afdeeling Haarlem
van bovengenoemde organisatie, een inleiding
over de sedert Maart van dit jaar in werking
getreden Ziektewet.
Spreker schetste, hoe reeds sedert een 25-tal
jaren door diverse regeeringspersonen po
gingen waren aangewend om een Wet te
maken, die voor het overgroote deel der Ne-
derlandsche werknemers de funeste gevolgen
van ziekte, zoo niet geheel, dan toch voor
een groot deel zou wegnemen.
Het aantal jaren dat verloopen is voordal
een wet was samengesteld die aan redelijke
eischen voldeed, heeft wel bewezen met hoe
veel moeilijkheden de ontwerpers te kampen
hebben gehad.
Hoe de werking dezer wet voor diverse
groepen van werknemers verbetering heeft
gebracht en voor anderen tot nadeel zou
kunnen strekken, zette spreker in den breede
uiteen. Verschillende vragen uit de vergade
ring gedaan werden door hem beantwoord.
Met een warm applaus dankten de aan
wezigen den inleider voor zijn belangrijke
lezing.
Na behandeling van eenige interne aan
gelegenheiden en een opwekkend woord om
vooral voor versterking van het ledenaal
te ijveren, werd de vergadering, nadat de
heeren Vander en van de Weetering nog
met hun plaats gehad hebbende jubilea ge-
lukgewenscht waren, door den voorzitter
gesloten.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cis. per regel
FEUILLETON
24)
,,'t Is ongelooflijk", riep Barry Kirk uit.
„Weer een verdwenen vrouw! Goeie genade,
Eve Durand cn Marflc Lantelmo kunnen
hier toch niet belde rondloopcn tenzij dit
de haven voor verdwenen vrouwen is. Wat
zegt u er van, sergeant?"
Chan haalde z'n schouders op. ..We komen
er aldoor dieper in, stemde hij toe. „Als ik
zoo vrij mag zijn 't te zeggen, voel lk mezelf
verzonken in misleiding."
„Toch zal ik 't uitvinden!" riep Flannevy
uit. „Laat 't maar aan mij over! Ik zal de
zaak wel aan het roeren brengen,"
Chan's oogen werden kleiner. „Mijn ras
heeft een oud gezegde, kapitein" merkte hij
vriendelijk op': „Modderig water zonder wijs
heid omgeroerd, wordt nog donkerder. Als
men het stil laat staan, heldert het vanzelf
op."
Flanncry staarde hem aan en ging zonder
een woord dat kamer uit, terwijl hij de bui
tenste deur hard achter zich dichtsloeg.
vin.
Peinzend nam Charlie Chan de uitknipsels
van Sir Frederic van het bureau en. terwijl
hij er een groote schrijfnecessaLre uitnam,
deed hij ze er in. Barry Kirk keek naar de
deur waardoor Flannery zoo weinig ceremo
nieel was verdwenen.
„Ik vrees dat het lot van den politicman
geen gelukkige is." zei hij. Die goede oude
kapitein scheen 'n beetje wat is er een
juiste naar voor verbitterd? O. ia. ver
bitterd is een heel goed woord er voor".
Miss Morrow glimlachte. „Hij is erg teleur
gesteld en dat maakt een politieman altijd
boos.
„Ik hoop, dat het niet eenzelfde uitwerking
op u heeft?" zei Kirk.
„Als dat zoo was, zou ik op dit oogenblik
zoo boos zijn, dat u me voor altijd uit uw le
ven zoudt verbannen."
„Een beetje in de war gebracht, hè?"
„Verwondert het u? Was er ooit een geval
als dit?" Ze nam haar mantel dien ze van
boven had meegebracht. „Al dat nu weer
over Marie Lantelme."
„Mag ik u nederig verzoeken om niet te
veel over Marie Lantelme te denken", zei
Chan. ..Zij is wat u noemt - - een zijspoor.
Herinner u altijd een groot feit Sir Fre
deric dood op dezen vloer en de fluweelen
schoenen van z'n voeten verdwenen. Als we
daar te ver van afdwalen zijn we verloren.
Denk aan Eve Durand. denk aan Hilary
Galt, maar denk 't meest aan wat gister
avond is gebeurd en aan Sir Frederic. Stop
Marie Lantelme in een verwijderd hokje van
uw geest. Dan kunnen we alleen vorderin
gen maken."
Het meisje zuchtte. „Zullen we ooit. voor
uitkomen? Ik twijfel er aan."
„Wees opgeruimd" zei Char.. ..Een wijs
man heeft gezegd. De donkere wolken gaan
voorbij, de blauwe hemel blijft". Hij maakte
'n diepe buiging en verdween naar de trap
die naar de bungalow leidde.
Barry Kirk hielp het meisje in haar man
tel.
„We komen er steeds dieper !n", zei hij.
„Het begint te lijken op een lang en heel in
gewikkeld geval"
..Daar ben ik ook bang voor", antwoordde
Miss Morrow. „Wat. meent u met bang? U cn
lk hebben gezonde hersenen ik dank u dat
Ik cr me bij aan heb mogen sluiten en we
zouden het prettig vinden eens 'n goede proef
van ons kunnen af te leveren. Laat ons heel
gauw nog eens confereeren."
„Denkt u dat dit noodig is?"
„Daar ben ik van overtuigd."
„Dan zal 't gebeuren", zei ze met een glim
lach. „Dank voor uw gastvrijheid en goeden
dag."
Toen Kirk bij de bungalow kwam. riep
Charlie hem van uit de kamer eerst gebruikt
door den man van Scotland Yard. Toen hij
er binnen ging vond hij den detective pein
zend staan voor de bagage van Sir Frederic,
die nu netjes in een hoek was opgestapeld.
„Hebt u deze eigendommen van Sir Fre
deric onderzocht?", vroeg Chan.
Kirk schudde z'n hoofd. „Neen, dat heb ik
niet gedaan. Dit ligt niet in mijn aard. Flan
nery ging gisteravond even dc zaken door cn
vond waarschijnlijk niets. Hij zei me dat ik
ze maar naar den Britschen consul moest
zenden".
„Flannery doet de dingen te gehaast", pro
testeerde Clian. „Hebt u misschien de sleu
tels? Als dat zoo is zou ik gaarne even een
kijkje hierin nemen."
Kirk overhandigde hem de sleutels en
liet hem alleen. Chan zette langen tijd z'n
onderzoek voort. Ten slotte verscheen hij in
de huiskamer met 'n heelen stapel boeken
onder z'n arm
„Iets gevonden?" vroeg Kirk.
„In het geheel niets", antwoordde Chan,
„behalve deze wat zware excepties. „Wilt u
zoo vriendelijk zijn om wat dichterbij te ko
men."
Kirk stond op en keek de boeken terloops
in. Zijn verstrooide manier veranderde ech
ter en. tenslotte, riep hij opgewonden uit:
„Groote hemel!"
„Zoo ging het mij ook", zei Chan met een
glimlach. ,.U hebt den naam van den schrij
ver van deze boeken opgemerkt." Hij las de
titels op: „Door China en terug. Tochten
door Prrzic. Een jaar ln de woestijn van
Gobi, Thibet, hoogste punt van de wereld.
Mijn leven als onderzoeker. Hij kneep z'n
oogen dicht toen hij Kirk aankeek. „Al de
werken van onzen goeden vriend, kolonel
Beetham. Er zijn geen andere boeken in de
koffertjes. Komt hef u niet vreemd voor,
deze groote belangstelling in een enkelen
schrijver?"
„Dat doet het zeker", stemde Kirk toe. „Ik
vraag me af.
,.Ik heb nooit opgehouden met me af te
vragen. Toen ik keek in diepe cogen van
den eenzamen onderzoeker, gisteravond,
vroeg lk mezelf af wat soort van man is dit?
Zoo gauw SLr Frederic op den grond lag, vlie
gen m'n gedachten terug naar dat geheim
zinnige gezicht. Zoo koel, zoo kalm, maar
wie weet met wat voor gloeiende vuren er
onder?" Hij koos ex een kolossaal boek uit
„Het Leven". „Ik voel me geroepen om
eens te neuzen in Sir Frederic's kleine biblio
theek. Ik wil hiermee beginnen, wat me
een avontuurlijke loopbaan in vogelvlucht zal
doen zien."
„Een goed idee", knikte Kirk.
Eer Chan kon beginnen te lezen ging de
bel over en liet Paradise Mrs. Dawson Kirk
binnen. Ze kwam zoo dartel als 'n meisje
binnenstappen. „Zoo Barry.... Mr. Chan, ik
dacht wel dat ik u hier zou vinden. U bent
toch tenslotte niet vertrokken, hè?"
Chan zuchtte. „Ik heb eenige moeilijkheid
ondervonden om mijn verlof te doen eindi
gen.. De geschiedenis herhaalt zich altijd."
„Nu ik ben er blij om." zei Mrs. Kirk. „Ze
zullen u hier noodig hebben. Wat 'n afschu
welijk geval. En dan te denken, Barry, dat
het ln jouw huls moest gebeuren. De Kirks
zijn niet gewend aan schandaal. Ik heb den
heelen nacht geen oog dicht gedaan."
„Dat spijt me", zei haar kleinzoon.
„O. dat ls niet noodig. Ik slaap den laat-
sten tijd toch niet veel. 't Schijnt dat ik Ja
ren geleden al mijn slaap heb afgedaan. En
ÉCHTE FRIESCHE
20-50 c/. per ons
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie
zich niet verantwoordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet tcrugi
gegeven.
HET 23ste SINT NICOLAAS-
FEEST VAN DEN BOND VAN
NED. ONDERWIJZERS.
Geachte Redactie,
Het 'is weer de tijd, dat we een beroep op
Uw gastvrijheid komen doen, ten einde de
Haarlemsche burgerij op te wekken, voor
onze jaarlijksche Sint-Nicolaasfeesten, haar
bijdrage weer te offeren, die we elk jaar in
steeds ruimer mate voor dit doel mochten
ontvangen.
Een woord ter aanbeveling van deze fees
ten zal zoo langzamerhand wel overbodig zijn.
Immers, allen, die als ouderen onze feesten
bijwoonden, waren enthousiast en vol lof, wat
den kinderen steeds weer geboden wordt.
Ook dit jaar worden weer plannen voor
bereid voor een viering van dit bij uitstek
mooie kinderfeest. Dit alles kost echter geld,
zeer veel geld, vooral omdat de Commissie
alles in het werk stelt, de feesten van jaar tot
jaar uit te breiden en te verbeteren en omdat
steeds meer scholen zich aanmelden voor
deelneming. Het vorig jaar toch hebben ook
de Openbare Lagere Montessorischool en de
Leerschool van de Rijkskweekschool voor On
derwijzers en Onderwijzeressen voor het eerst
deelgenomen, terwijl dit jaar weer eenige
openbare voorbereidende scholen, die pas
zijn opgericht, het groote aantal komen ver
meerderen. Wanneer daartegenover niet
staat een belangrijke verhooging van inkom
sten, zou de Commissie moeten overgaan tot
inkrimping der feesten.
Inwoners van Haarlem! Dat mag niet! In
tegendeel, de Commissie moet in staat zijn,
deze feesten uit te breiden, opdat steeds iets
beters gegeven kan worden en steeds meer
kinderen er aan kunnen deelnemen.
Teekent daarom dus allen op onze lijsten,
die U in de komende dagen zullen worden
aangeboden enals 't kan, teekent hooger
dan anders hoewel elke bijdrage, hoe gering
ook, ons welkom is.
De lijsten zijn bedrukt met den volgenden
aanhef: 23ste St. Nicolaasfeest van de Afd.
Haarlem van den Bond van Ned. Onderwij
zers, terwijl ze bovendien gewaarmerkt zijn
door den Commissaris van Politie en de fi
nancieele Commissie van onzen bond.
Men lette vooral op het bovenstaande, ten
einde zeker te zijn, op de goede lijst getee-
kend te hebben, aangezien ons telken jare
klachten bereiken van menschen, die op lijs
ten teekenden, bestemd voor andere St. Nico-
laasfeesten, dan die van ons uitgaan. Wordt
U dus een lijst aangeboden, dan vragen men
ten overvloede, of het een lint is voor het
algemeene St. Nicolaasfeest van den Bond
van Ned. Onderwijzers.
Tevens vestigen wij er de aandacht on, dat
uitsluitend op lijsten geldeF worden inge
zameld.
Mocht eventueel geen lijst worden aange
boden, dan zouden wij het op prijs stellen,
indien U Uw bijdrage zou willen storten op
giro: 139828 van onzen penningmeester, den
heer S. P. Doek.
Ook kan men deze bezorgen lederen Don
derdagavond tusschen 8 en 9 uur in 't ge
bouw „de Centrale", Spaarne 94, waar de
Commissie tevens zitting houdt voor afreke
ning en inlichtingen.
Bij voorbaat onzen hartelijken dank voor
de milde bijdragen, die ongetwijfeld zullen
worden geschonken.
U, geachte Redactie dankzeggend voor de
ons verleende plaatsruimte:
De St. Nicolaascommissie v. d. Afd.
Haarlem van den Bond van Neder-
Jandsche Onderwijzers,
J. PANMAN, voorz.
L. v. PROOIJEN, secr..
Middenweg 93.
S. P. DOEK, penningm
Karei van Manuerstraat 50,
Mej. A. MELCHIOR.
G. BROUWER.
Haarlem, 19 October '30.
wat ls er nu gebeurd? Hebben ze al vorde
ringen gemaakt?"
„Niet veel", antwoordde Kirk.
„Hoe zou 't ook kunnen? Die stomme po-
iltie-kapitein verveelde me. Heeiemaal niet
slim. Sally Jordan's boy hier zal 't hem een»
anders laten zien."
Chan boog. „Aanvaard nederig die vleierij".
„Vleierij onzin. De waarheid, niets an
ders. Stel me nu niet teleur. Al m'n hoop
is op jou gevestigd."
„Wat ik zeggen wilde", zei Kirk, „ik ben
blij dat u alleen bent gekomen. Hoe lang is
die dame Mrs Tupper-Brock al bij u?"
„Ongeveer een jaar. Wat heeft zij er mee
te maken?"
„Wel, wat weet u van haar?"
„Wees niet dwaas, Barry. Ik weet alles. Het
ls alles in orde."
„U bedoelt dat haar heele verleden een
open boek voor u is?"
„Niets daarvan. Daar heb ik nooit naar
gevraagd. Dat hoefde ook niet. Ik heb men
schen kennis. Een blik dat is voor mij ge
noeg."
Kirk lachte. „Wat 'n knappe vrouw. Feite
lijk weet u niets van haar af; is 't wel?"
..O, ja, 't is een Engelsche in Devonshire
geboren."
„Devonshire?"
„Ja, haar man was dominé, dat kan je
wel zien aan haar uitgehongerd uiterlijk. Hij
is dood."
„En dat is dus alles wat u weet?"
..Je blaft tegen den verkeerden boom
maar dat doe je wel meer. Een aardige jon
gen. maar nooit erg knap. Maar ik ben in-
tusschen niet hier gekomen om over Helen
Tupper-Brock te spreken. Het is Juist bij me
opgekomen dat ik gisteravond niet alles ver
teld heb wat ik wist.
(Wordt vervolgd).