H.D. PUZZLES.
WINNAARS EN OPLOSSING VAN No. 4.
Radiomuziek der week.
H.D. PUZZLE No. 5,
EEN VOORBESPREKING
BIOSCOOP
H.D. VERTELLING
De prijzen voor H.D.-Puzzle no. 4 zijn heden
verzonden aan:
Hoofdprijs (f 7.50;
de heer O. STERKENBURG,
Bleekenbergstraat 1, Haarlem.
Premies (elk f 2.50)
de heer H. VERBOOG.
Zonnebloemstraat 18, Haarlem,
de heer J. C. BORN,
Ged. Oude Gracht 43, Haarlem,
mej. C. TH. GEUS,
Olycanstraat 5, Haarlem,
de heer W. KRAMER,
Kinderhuifslngel 42, Haarlem,
de heer A. H. ANDREA,
Ampzlngstraat 15. Haarlem.
De juiste oplossing van puzzle no. 4 Is:
1
a
s
V
e
r
Z
e
k
e
r
i n
e
i
e
r
e
n
U
i
t
V
O
e r
t
e
r
P
s
I
c
h
O
r
O
s
t
a
n
D
a
a
r
d
i
n
P
E
t
t
O
h
a
R
e
m
b
Z
k
E
e
E
r
g
e
W
a
s
g
e
n
E
V
e
r
k
1
e
u
R
s
t
O
t
r
a
a
d
s
K
e
1
d
e
r
P
1
O
m
P
V
E
r
1
O
r
e n
O
s
t
u
u
m
N
a
a
i
s
t e
Hieronder volgt de vijfde puzzle-opgaaf,
waarvan de oplos;Ingen op de navolgende
voorwaarden en met gebruikmaking van het
afgedrukte inzendersformulier kunnen wor
den Ingezonden.
Oplossingen, verzonden ln gesloten couvert,
waarop vermeld puzzle-rubriek" moeten
uiterlijk Maandagavond a s. ln ons bezit zijn.
Bij de oplossing moet onderstaand formu
lier worden ingezonden, uitgeknipt en duide
lijk leesbaar ingevuld. Bij ieder formulier
mag slechts één oplossing worden ingezon
den. Voegt men er meer bij. dan moeten wij
ze alle van het mededingen naar de uitge
loofde prijzen uitsluiten.
Hier het formulier:
H.D. PUZZLE
No. 5.
Adres:
Naam Inzender:
6 December 1930.
Voor goede oplossingen loven wij uit:
een Eersten Prijs van 7.50
Vijf Premies van 2.50 elk.
Zijn er meer goede oplossingen dan het
aantal prijzen, dan zullen deze bij loting
worden toegekend.
De namen van de prijswlnners zullen wij
in ons nummer van den volgenden Zaterdag
(13 December a.s.) publlceeren.
Er bestaat geen beroep op de genomen be
slissingen.
Correspondentie er over kan niet worden
gevoerd.
Alle oplossingen moeten bezorgd of per post
gezonden worden aan onze bureaux, Groote
Houtstraat 93.
Van onvoldoende gefrankeerde brieven
wordt geen nota genomen.
Horizontaal.
VERTICAAL
I landvoogd uit onze geschiedenis.
1 zelfde als 1 horizontaal.
4 uiteinde van een spier
2 meest voorkomende klinker in
7 onderricht
onze taal.
11 deel van een geweer-vizier
3 opslagplaats van koopmansgoe
12 telwoord
deren
13 achten
4 vóór
15 Jongensnaam
5 trek
16 lichaamsdeel
6 doodloopende steeg
17 In bezit krijgen.
8 omlaag
18 berg
9 zot
21 achting, hukle.
10 weerstand
25 afscheiding van een boom
11 beklemming
27 zelfde als 4 verticaal.
14 uitslag op metaal.
28 houten klepper
19 speelgoed
30 huisdier
20 doen kippen
31 bijenhouder.
22 plantje
32 kerkelijk zangstuk
23 sieraad
34 menschenras ln Afrika.
24 soms, nu en dan
36 onderwijs.
26 zelfde als 28 horizontaal
38 deel van een schip
28 kippenloop
39 rund
29 oude lap.
40 verdikking der opperhuid
33 handelsvoorwerp.
43 medicijn
35 vernuft.
45 kooktoestel
37 glans geven
47 vergaarplaats
41 heeft Ieder huls
49 kleur.
42 plantenvoedsel
50 dierentuin
43 een wein'g (muziekterm
51 alleen
44 meisjesnaam
52 Fr arische munteenheid
46 wenk.
53 innig
47 boodschapper
54 vette vloeistof
48 niet Lang
55 zomerschc verblijfplaats
£1 term bij tennisspel,
dooi KAREL DE JONG.
Het namiddagconcert in het Concertge
bouw op Zondag 7 Dec. brengt, behoudens de
Suite uit „Der Bürger als Edelmann" van
Rich. Strauss, waarover mij geen gegevens
ten dienste staan, goede bekenden: het plano
concert van Schumann en Voorsr»el en Isol
des Llebestod uit Wagners muziekdrama. Uit
een beschouwing van dit programma valt
wat te leeren. Vooreerst: dat Schumann's
concert, dat hij voor zijn geliefde vrouw, de
beroemde pianiste Clara Schumann-Wleck
schreef, nog steeds een gewild solonummer
ls, hoewel de auteur ze'f er niet geheel over
voldaan was, en oordeelde: Ik kan geen con
cert voor een virtuoos schrijven: ik moet
Iets anders bedenken". Bovendien ls er van
Schumann's werk inderdaad een en ander
nog ai verbleekt. Een vijftig, zestig jaar ge
leden was het ln vele muzikale kringen
..Schumann und kein Ende"; men zwelgde
in zijn muziek en trachtte die na te volgen,
zooa1.?; men een kwart eeuw later in den roes
de>r Wagnervereerlnp' leefde en het aa^al
Wagner-cpigonen niet te tellen was. Wie
toen niet geloofde dat Wagner het laatste
oordeel in de muziek gesproken had, dat al-
'en eenmaal zijn leer zouden moeten belijden
en voor zijn richtstoel zouden moeten ver
schijnen, eenmaal, wanneer zijn „Kunstwerk
der Zukunft" het kunstwerk van het verle
den, het heden en van alle nog komende
tijden zou heeten; wie dat niet aannam, die
werd voor een bekrompen conservatief cn
niet geheel volwaardige aangezien door de
Wagnerianen, en de veronderstelling, dat het
werk van Wagner ook wel een of meer zwak
kere plbkken zou kunnen bevatten, werd hei
ligschennis gelijk geacht.
Richard Strauss, die in de strenge school
van zijn uiterst conservatieven vader was
opgegroeid tot een op de klassieken voort
bouwend Brahms-adopt, bekeerde zich op
'n gegeven oogenbllk tot de Wagner-Liszt-rich
ting en werd een vurig aanhanger der pro-
gramma-muziek waarmee hij zijn schoonste
en duurzaamste lauweren oogstte. Zijn eer
ste muziekdrama „Guntram" schijnt nog
geheel onder den inv.oed van Wagner te
staan. Maar nu is't eigenaardig dat Strauss
zich hoe langer hoe meer van den Bayreuther
meester losmaakte. In „Salomé" en „Electra"
volgde hij nog geheel de Wagnersche prin
cipes; wei heeft de muziek op zichzelve na
genoeg alle verwantschap met die van Wag
ner verloren (een toonkunstenaar van toen
noemde ze zelfs „gedruisch") maar zij il
lustreert, evenals by Wagner, in onafgebro
ken stroom de handeling, terwijl de zang
voortdurend declamatorisch is. Maar nu zien
we uit een veel later werk van Strauss, uit
„Der Bürger als Edelmann" een „Suite" aan
gekondigd. Denk u s.v.p. een „Suite" Uit Par
sifal, Tristan, Nibelungen! Het begrip „Suite"
hangt toch ten nauwste samen met scherp
begrensde muzieknummers, met afgeronde
vormen en de naam wijst dus in dit geval
m.i. op een terugkeer van deze begrensde
vormen in het weer tot „opera" gedegradeer
de of gedegenereerde „muziekdrama". Trou
wens reeds in Strauss' „Rosenkavalier" was
die ommekeer te bespeuren.
Met gramofoonmuzlek houd ik me gewoon
lijk nie't op; maar de aankondiging op pag.
27 van de Radiobode geeft me aanleiding tot
een paar opmerkingen. Het orgel ln de Mi-
chaélis kirche te Hamburg, dat op de Polydor
95159 opgenomen is, is een der grootste, zoo
niet het grootste van Europa. Het bevat ruim
12000 pijpen en, als ik me wel herinner een
kleine 130 registers. Ons Haarlemscli orgel ls
er met zijn 5000 pijpen en 64 registers een
kleine jongen bij. Dat ln Hamburg heeft,
meen Ik, niet minder dan 5 twee-en-dertig-
voets registers. Dat wil heel wat zeggen. Wel
heeft men in een orgel te Melbourne een 64-
voets register gebouwd, dat dus pijpen van
plm. 20 M. lengte verelscht, maar het is zeer
de vraag of zoo Iets practlsche waarde heeft,
en of er Iemand bestaat dieeenluchttrilling
van 8 per seconde nog als toon kan waar
nemen. Het was dus waarschijnlijk de zucht
om „het grootste van de wereld" te hebben,
die tot den bouw van zulk een monstrum
leidde.
Myn andere opmerking geldt den titel van
het. tweede gramofoon-nummer: het orgel
werk van Franck heet „Prelude, Fugue et
Variation", en de „Variation" is een gefi
gureerde verandering van het „Prélude".
De term „Variaties" is dui niet juist.
Een ander voorbeeld van zonderlinge ver
taling treft hij op pag. 64 van de Radiobode,
waar Langenberg van Ravel's Suite „Ma Mére
l'Oye" (naar sprookjes uit „Moeder de
Gans") „Meine Mutter die Eule" maakt.
Ik noemde hierboven het pianoconcert van
Schumann. Het gemis aan afwis-elende, voor
al lichte kleuren, dat dit werk kenmerkt,
doet zich nog sterker gevoelen ln de „Sym-
phonie rhénane", die Parijs Zondagavond
uitzendt. De z.g. „Rhelnische Symphonic" in
Es, op. 97 ln den aanvang der vijftiger jaren
van de 19de eeuw verschenen is de laatste
van Schumann's vier symphonieën. Den
naam ontleent zij aan de impuls die het
frissche leven in het Rijnland den componist
heet te hebben gegeven; ook aan het korte
vierde deel, dat aan de Finale voorafgaat, en
dat „Gretchen lm Dom", de bekende scène
uit Goethe's .Faust" illustreert. Een kort te
voren bijgewoonde plechtigheid ln den Keul-
schen Dom inspireerde Schumann tot de
compositie.
Grootendeels is het werk, zoowel wat figu
ratie als wat instrumentatie aangaat, «enigs
zins zwaar op de hand; de Finale Ls nog het
meest frissche doel. De „Ouverture, Schei-',o
und Finale" die Leipzig Dinsdag uitzendt
vormen met elkaar een soort Sinfonlet'a cf
kleine symphonic, een werk van romanti-
schen aard, dat tamelijk veel uitgevoerd
schijnt te worden, doch niet tot Schumann's
sterkste werken behoort. Het draagt het opus
nummer 52.
In Warschau wordt Vrijdag Rachmaninoff's
derde planoconcert gespeeld Dit werk is ko
lossaal moeilijk voor den solist, daarbij zeer
duister c.i moeiüjk te ontwarren. Het vierde
ls weer eenvoudiger van bouw. Maar ken
merkend voor den somberen aard van R. is
wel dat al zijn concerten in mineurtoon
soorten geschreven zijn. .Gevraagd een be t e
vroo'.ljkheid en levenslust" zou in de be ref-
fende rubriek van „Onze Groentjes" nle" mis
plaatst zijn. wat de teeennwoordige muzek
(de Jazz natuurlijk uitgezonderd) aangaat!
Lewis Stone in „Liefdeslied".
Een aantrekkelijk voorpro
gramma.
Ongetwijfeld vormt het voorprogramma
ditmaal het pièce de résistance" in de Pa
lace bioscoop! Het begint al met een aller
amusantst Fox Movietone nieuws, waarin we
o.a. kennismaken met de zonderlinge zwem-
geneugten, die onze medemenschen aan de
overzijde van de haringvijver er op na hou
den. Dan het Ufaton journaal, dat. zooals
steeds op zeer hoog peü staat in het bijzon
der wat de geluidsweergave aangaat er
het Oricn-nieuws. Dit laatste geeft ons eeni-
ge treffende opnemingen uit de overstroomde
gebieden nabij Lobith.
„Footnotes" iS een geestig Vitaphone-ca-
baretfilmpje, dat ver uitgaat boven hetgeen
men doorgaans in dit genre te zien krijgt.
Een uitstekend gedeelte hieruit is bijvoor
beeld het optreden van de page Sisters, die
op werkelijk voortreffelijke wijze het bekende
„Hal'oh! Baby", ten gehoore brengen.
De Ufa schijnt een bijzondere voorliefde te
hebben vcor cultuurfilms; wij hebben er den
laatsten tijd al verscheidene kunnen be
wonderen en ook nu weer is er één in het
progi'amma van de Palace opgenomen. Thans
bevinden wij ons in de „salon der zeemon
sters", waar veel merkwaardigs te bewonde
ren valt. Ook de komische noot is in deze
leerzame rolprent niet vergeten.
Het zal zonder twijfel een leder genoegen
doen dat ook Felix de Kater weer eens pre
sent is. In .Felix aan den boemel" is hij meer
dan ooit op dreef. Opnieuw kunnen wij in
dit rake filmpje het veTb'uffende talent van
den teekenaar bewonderen, aan wiens fan
tasie schier geen einde schijnt te zijn.
De hoofdfilm „Liefdeslied", vervaardigd
naar den roman van Hermann Sudermann
..De vrouw van Stephan Trcmholt" stelt ons
in de gelegenheid neg eens het aristocrati
sche talent van Lewis Stone te waardeeren.
Ofschoon de film zelf ons weinig vermag te
boelen en het motief min of meer ouder-
wetsch genoemd kan worden houdt het stuk
ons toch voortdurend bezig door het fijne
snel van Stone, die als de componist Steohan
Troniholt weer „every inch a gentleman" ls.
Lei ia Hvams als de gevierde zangeres en
Peggy Wood als Tromhclt's vrouw vrevullen
de voornaamste vrouwelijke rollen.
De film ls een product van de Metro
Goldwyn Mayer Corporation.
Op het tooneel zingen Marijke en Janneke.
door de radio-uitzendingen geen onbekenden
bij onze stadgenooten, Zeeuwsche duetten.
LUXOR-THEATER.
Lya Mara als „Mary Lou, het cir
cusmeisje". Twee komische
nummers. Tooneel.
„Mary Lou, het Circusmeisje", de film die
als hoofnummer na de pauze wordt gedraaid,
is niet enkel en speciaal een circusfilm. Wij
zien meer dan uitsluitend het leven van de
artisten in het reizend circus! De gedeelten
in dit nummer die echter wel ln de arena
spelen zijn het zien dubbel waard.
Lya Mara vervult hier op voortreffelijke
wijze de rol van het meisje (Mary Lou). dat
in het circus terecht komt en daar paard-
rijdster wordt. Als dochter van een Russl-
schen grootvorst wordt zij door een zee
kapitein uit de handen van het gespuis ge
red. Deze neemt haar mede naar Duitsch-
land en zij wordt opgevoed als zijn pleeg
dochter. De kapitein wordt door inbrekers
doodgeschoten en het gelukt Mary bij die ge
legenheid te ontvluchten. Zij wordt door de
eigenares van een reizend circus opgenomen
en tot kunstrijdster opgeleid. Haar partner
is Rimsky, een voormalig Russisch officier,
die met zijn vroegeren oppasser Rigoletto het
circusleven deelt. De oom van Mary heeft
zijn kapitaal kunnen redden en als hij hoort
dat zijn nichtje kunstrljdster ls wil hij het
meisje tot zich nemen.
Mary en Fellx hebben elkaar lief en zij wil
den jongen man niet verlaten. Dan werkt de
oom op het eergevoel van den vroegeren offi
cier en Felix schrijft aan Mary dat hij haar
bedrogen heeft. Teleurgesteld verzocht Mary
nu haar oom haar mee te nemen. Aan de
Rivière zoekt zij in luidruchtige feesten ver
getelheid, hetgeen haar niet gelukt en als
Mary dan Rigoletto ontmoet die haar de
waarheid omtrent Fellx vertelt, ls de zaak
weer spoedig in orde en de oom kan niet
anders dan zijn toestemming geven.
Het ls een uitrteker.de film. die vooral
boeit door het temperamentvolle spel van
Lya Mara, uitstekend bijgestaan door de an
dere spelers.
Voor de pauze zagen we nog twee kluchten,
de eerste „De schoonheidssalon" en de twee
de „Het steenen tijdperk" met Stan Laurell
en Oliver Hardy, de beide komieken, die
weer goed voldeden.
Het Luxor-Nieuws is weer zeer actueel.
Op het tooneel het Duo Popty-Winter dat
in Volendammer dracht eenige liederen ten
beste geeft.
Het geheel vormf een uitstekend program
ma, dat veel belangstelling verdient.
REMBRANDT THEATER.
De Vrouw uit Moskou.
Het hoofdprogramma brengt, ons in het
Rembrandt Theater Pola Negri in de geluids
film „De Vrouw uit Moskou", een dramatisch
gegeven, naar het bekende tooneelwerk
„Fedora".
Als Fedora na een lange afwezigheid terug
keert op het kasteel van vost Strokaniff. ont
moet zij daar weder Wladimir Stroganoff met
wien zij sinds haar jeugd verloofd is geweest-
Na de ontvangst van een brief, die hem het
huis doet verlaten, komt de tijding dat Wla
dimir vermoord is door Nihilisten. Fedora
zweert wraak en begeeft zich naar Parijs,
daar de politie een zekeren Ioris Ipanoff ver
denkt, die daarheen gevlucht ls. Fedora ont
moet hem daar, zij krijgen elkaar lief en
Ipanoff bekent haar, vhadimir te hebben
vermoord, teneinde zijn zuster te wreken met
wie hij zou trouwen, doch die deze belofte
had verbroken.
Ipanoff's moeder wordt naar Siberië ver
bannen. Hij verlaat Fedora doch kan
haar niet vergeten; Ij keert terug, maar te
laat. Door vergif beneemt zij zich het leven.
Po'.a Negri en Norman Kerry geven hier
wel goed en bezielend spel te zien. Vele stad
genooten zullen deze twee vermaarde film-
artisten nog gaarne eens aan het werk zien.
Het biiprogramma geeft een klankfilmpje
„Toys" hetwelk op aardige wijze een kinder
droom in beeld brengt, en een geestige tee
kenfilm.
Op het tooneel de Baranoff Troupe, welk
gezelschap eenige veeleischende krachtores-
taties te zien gaf. waarvoor het een een dank
baar applaus in ontvangst had te nemen.
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbe
houden).
Jansen ivas mijn vriend
Gisteren ben ik bij mijn vriend Jansen op
bezoek geweest. Mijn vriend Jansen is een
gezelliee jonge man van even in de twintie,
die dol is op sport en op meisjes, iets wat
meer samengaat.
Toen ik dan gisteren bij hem kwam bin
nenvallen, verraste hij mij met de merfedee-
ling. dat hij Zondag met 'n paar meisje een
zeiltochtje ging maken, en hij vroeg of ik ook
van de partij wou zijn. Nu ben Ik iemand die
van z'n prilste jeugd af al een hekel aan
water gehad heeft. Ik had dan ook nog nooit
gevaren.
Maar ik vertel niet graag aan Iemand, dat
ik ergens niet goed thuis in ben. wel graag
het tegenovergestelde, en zoo dachten m'in
vrienden dan lk kon roeien en zeilen als de
beste, en ik heb hen niet uit dien waan ge
holpen.
Ik moet dus Zondag zeilen Nu vond lk
het eerlijk gezegd nog zoo heel naar niet,
want mijn vriend Jansen was beroemd om de
meisjes waar hij altijd mee uit ging, en lk
vind een aardig meisje in een zeilboot, naast
een aardige jongen (daar bedoel lk mezelf
mee) een idylle. Dus stapte lk over mijn wa
tervrees heen, en zei dat ik graag mee wou
gaan.
„Nou jongen dan zie ik je morgen wel aan
het bootenhuls hé?" zei mijn vriend. „Afge
sproken", antwoordde ik, en met een hand
druk scheidden wij.
Ik moet dus morgen zeilen. Ik herinner me,
dat lk boven op zolder nog ergens een costuum
heb hangen, dat op het water een keurigen
sportleven indruk moet maken. En lk maak
graag een aardigen sportleven indruk Zon
dagmorgen verscheen ik dus ln mlin aardig
sportief costuum in het bootenhuls
Daar zag Ik mijn vriend Jansen al met zijn
vrouwenschaar, druk bezig ieder een com
plimentje in te fluisteren.
„Hallo! menschen". be?rroet lk hen. „Mag
lk even voorstellen?" zei Jansen. ..mijn vriend
Petersen dan de namen van de meis
jes. die ik natuurlijk allang verzeten ben Ik
ben niet erg sterk van geheugen, ziet U.
.Peters! haal even de schoot los. wil Ie?"
vToeg mijn vriend Jansen. Daar stond ik.
Wat was de schoot? ik had nog nooit een
schoot gezien, die Je los kon maken.
„Ehzeker", zie lk. en greep manmoedig
ln de touwen, die boven mijn hoofd hingen,
want lk begreep, dat ik daar ergens
zijn moest.
Ik greep een touw lk trok en met een
reuzenlawaal viel het heele zeil omlaag. ,.Hé
stommeling!" schreeuwde mijn vriend Jansen.
U ziet hoe hard vrienden soms zijn „wat
doe je nou!" „Pardon" stamelde lk. ..Ja, ziet
U dames", wendde ik mij tot de meisjes .Ik
ben niet erg bekend met dit soort booten, ik
ben beter bekend met groote booten", ver
klaarde ik bescheiden.
Maar spoedig was de schade hersteld en
weldra voeren we, door een lekker briesje
gedreven, het meer op.
Nu moet U weten, waarde lezer, dat ik dol
op briesjes ben maar van briesjes, als lk
op 't water ben, houd ik niet. Maar ln mijn
kwaliteit van waterrot moest ik evenwel
'briesjes heerlijk vinden, en ik keek dus met
een verheerlijkt gezicht om mij heen. alsof ik
het toppunt van gelukzaligheid bereikt had.
„Komt u naast mij zitten, mijnheer Peters?
kweelde een van de meisjes, „ik heb hier een
heerlijk plaatsje voor u uitgezocht".
Een heerlijk plaatsje, naast een aardig
meisje ik wel de moeite woord al moet ie
dan ook vier meter door een schommelende
boot loopen. „Dolgraag, juffrouw Hansen",
zei ik dan ook zoo verrukt mogelijk, en be
gon mijn veilige standnlaats te verlaten Ma
noeuvreerend langs vier paar wit.gekouste
beenen. arriveer ik eindelijk bij mijn heer
lijk plaatsje, nadat Ik eerst een blik biscuit
omgeschopt heb.
Ik zit nu pal in den wind en mijn haar gaat
ln de war. Nu vind lk het niet prettig met
wanordelijk har.en naast een meisje te zit
ten. Maar ze te gaan kammen is een beetje
verwijfd en bovendien nutteloos.
Ik houd er niet van verwijfd te zijn en
Iets nutteloos te doen. Ik bleef dus zitten,
ondanks mijn haren. Maar de wind ging
draaien en weldra kregen we hem nal teen.
Nu gaat zeilen teeen wind in niet a' te hard,
en daarom besloot mijn vriend, die een eri^te
snelheidsduivel ls. te gaan roeien. Ik moest
dus met mijn vriend Jansen gaan roeien Jan
sen trok z'n iasje uit en Het een naar n-a"h-
tlge eebruinde gesnierde armen zien. Nu heb
ik g®en eesnierde armen en bruin zhn z° on'<
niet. Maar ik mo°t voor de harmnnte ook wel
mijn jasje uit doen en weldra erijDen dan
ook twee gesnierde bruine armen en t'.ve
bleeke bonnesteken de rtemen. Nu moei ik
roeien. Ik heb wel eens een boekje over
roeien gelezen en denk dat het wel gaan zal.
U ziet wel. ik heb zelfvertrouwen. Met een
forschen duw plaats ik de riemen achter me
ln 't water. Tenminste, rk denk; in 't water
ln werkelijkheid hangen ze er nog een d.M.
boven.
Dan haal lk diep adem span de snieren
van miin bleeke armen en geef een zoodanl-
gen ruk aan deze spanen dat zij onder ge
piep en geknars door de lucht vliegen en inet
volle kracht tegen de zeilen aanbotsen. De
dollen laten los ik wist nooit, dat ik zoo'n
kracht had en mijn riemen komen in het
water terecht.
Ik stoot, ondanks de meisjes, drie vlod-en
uit, en weet niet. wat ik hierna moet doen.
Even heerscht er stilte. Dan breekt m'in
vriend Jansen los Ik zal u maar niet vertel
len wat hij gezegd heeft, waarde lezer, want
het is niet erg vleiend voer mij Genoeg zij
te vermelden, dat ik een heel nieuw repertoire
vloeken heb Want al ls mijn vriend Jansen
nog zoo'n gentleman, als hij woedend Is,
dan vloekt hij als een ketter, in wat voor
gezelschap hii ook Is.
Ik weet niets te antwoorden, trouwens, er
was niets op te antwoorden Wij keerden te
rug. en daar wij nu wind mee haaden. ge
lukte het ons toch nog. ondanks onze zeilen,
de jachthaven te bereiken.
Ik heb. als wijlen Napoleon, met gekruiste
armen op de voorplecht gestaan, heb wee
moedig naar mijn zeilcostuum en miin bleeke
armen gekeken en ben naar huls gegaan
zonder afscheid genomen te hebben.
Ik heb geen vriend Jansen meer....,*