Met de Flandria naar Zuid-Amerika. 'J -s r Biographieen in een notedop. Het leven aan boord. - Acht dagen lucht en water. - Naar het land van de koffie, de tabak en de revoluties. - Eerlijk duurt het langst maar niet in het Zuiden. - Doopplechtigheden aan boord. Een der mooiste boulevards van Rio de Janeiro. derde waarschuwing dreunde over i het V, ten teeken dat dagenen, die 1 niet meevoeren, hetzij tot IJmui- den of op de werkelijke reis. het schip moesten verlaten. Een laatst vaarwel, een laat. te handdruk, dan verlieten vei wanten en vrienden het schip om op de kade een allerlaatsten groet te brengen. De valreep karakteristieke zeemansterm werd Ingehaald, en langzaam, heel lang zaam voer het schip van den kant. Wij varen. De wuivende zakdoeken worden al kleiner en kleiner, de geitalten van bekenden or> vrienden vloeien ineen, wy kunnen ze niet meer onderscheiden. In het heldere licht van den m'ddag l'gt Amsterdam voor ons, en als ln een film glijdt het panorama voorbij met al zijn voor ons zoo bekende punten: Centraal Station. Wes tertoren. het Y-kwartier, en dan gaan wij langs ..Holland's groene dreven" naar IJmul- den. De zenuwachtige spanning, waarin leder verkeert, die een groote of vaak ook zelfs maar een kleine reis onderneemt, wijkt van ons. Rustig voortglijdend door het Noordzee- kanaal zoekt de Flandria haar weg naar zee, terwijl beneden de passagiers aan den meer dan welvoorzlenen lunch zitten. Om drie uur ligt het schip in de befaamde slul- uen van IJmuldep; vrienden en bekenden, die tot hiertoe meevoeren, gaan aan wal, ter wijl hot vaartuig geschut wordt en dan gaan wl.l het zeegat uit. De Hollandsche ku-t trekt aan ons oog voorbij, wij herkennen Noordwijk, Scheve- ningen, Hoek van Holland, en als wij na het diner weer aan dek komen, is het al donker geworden. De vuurtorenlichten flitsen over h"t water: Holland zegt ons vaarwel en goede reis. Een eigenaardig wezen, zoo'n Oceaanstoo- aner! Een ding met een ziel, met een karak ter, een eigen vaak elgenzlnnigen kern! De ervaren zeeman heeft zijn schip Hef hij kent er al de goede en kwade eigen-rek t oen van. De moderne techniek heeft hier uit een samenstel van schotten, raderen en stangen haar zooveeMo wonder gewrocht, uit de dhnos groeide een rechtschapen wereld de boom der kennis des goeds en des kwaads ontbrak zelfs niet in den vorm van de brug o. driedubbel heilig dom van den kapi tein met allerlef geheimzinnige ronde, langwerpige glazen en koperen Instru menten, Over dit al les heerscht één en hij kijkt toe of het goed Is. De Flandria be hoort, met 11 000 ton inhoud, tot de groot ste schepen van de Kon. Hol!. Lloyd. Het ls een oliestookende boot, die naast een bemanning van ruim 200 koppen verblijf kan bieden aan onge veer 1200 passa giers. Een modern Ingericht radiostation houdt gedurende de geheele reis contact met de verschillende stations in Europa en Z. Amerika. Een winkel, een kapsalon, een was- scherJj, een drukkerij, en een fotograaf zijn aan boord aanwezig. Een gymnastiekzaal staat ter beichlkklng van de passagiers en in de tropen zorgt de bioscoop voor een wel kome afwisseling op de lucht-water, water- lucht impressies gedurende den „trip" van acht dagen, als we Las Palmas gepasseerd hobbcn ca koers zetten naar Perirambuco. „Bad klaar mijnheer", aldus de steward den volgenden ochtend om zeven uur. Ik ben Ineens klaar wakker en realiseer: „Wij varen Immers naar Zuid-Amerika!" Ik duik dus in het zilte nat letterlijk en ben om kwart voor achten klaar voor het ontbijt. Dit schijnt berekend te zijn op een stel uitgehongerde reuzen met een fantastisch en eetlust, want zoover het oog kan zier. ontwaar lk niets dan broodjes, boterhammen, vleesch, kaas. jam en meer lekkernijen, te veel om op te noemen. Met den meed der wanhoop werk lk mij er doorheen. liet gezel.-chap aan tafel ls zeer heterogeen, en ln alle belangrijke talen van dc wereld klinkt het „Goeden morgen". De Hollander schijnt geschapen te zijn tot tolk. Zie bijvoorbeeld met welk een gemak dc anders nogal teruggetrokken en stuursche inao de slecht vlottende conversatie tusichen een Spaansche die absoluut niets anders dan haar landstaal verstaat, en een Duitrcher die geen woord Spaansch kent over en wesr vertaalt tot groot genoegen van belde par tijen. Aan boord kan men zijn psychologische Een passagier. kennis verrijken. Op een beperkte ruimte bij eengebracht, zijn de menschen als het ware op elkaar aangewezen. Daarom is men in de gelegenheid elkaar van dichtbij, als in een vertraagde film, te zien en van elkaar te lee- ren. De volker-bondssfeer heerscht ook aan het dek tijdens de dek:pelen, dewelke zich veelal beperken tot het edele bull-spel, een soort werpspel met gummischijven en het dekgolfspel. Het bullspel ls een fijne speculatie op c Het publiek bij de sport aan dek. 's menschens eerzucht. Dat zit 'm zoo: Op een stuk papier zijn verschillende cijfers aan gebracht; het hoogste cijfer honderd staat echter tusschen twee stierenkoppen, de bulls. Wanneer 'nu een der schijven op dien buil terecht komt, telt. de beele zaak niet meer, en krijgt men zelfs het geheele aantal geworpen nummers afgetrokken. Maar de honderd lokt en de men:ch i6 gauw verleid. Dus volgt ook onmiddellijk de straf op de zonde, ln den vorm ditmaal van een buil. De Noordzee ligt in kalme, regelmatige dei ning voor ons en wij varen in de richting van Zuld-Engeland. Het weer ls nevelig, later klaart de lucht echter wat op en we zien in de verte Engeland's krijtrotsen. Dan doemt het eiland Wight op. Zwaar en groot ligt in de zee het vliegtuigmoederschip Hermes en juist als we langs gevaren zijn komen zeven, acht „kisten" vlak over ons schip vliegen; een groet van de Engelsche marine aan Holland. Wij meeren niet in Southampton, maar blijven op de reede liggen en varen nog den zelfden dag door naar Cherbourg, waar wij 's avonds aankomen, en, na passagiers en bagage te hebben ingenomen, vertrekken wij weer haastiglijk naar La Coruna. Ik herinner mij zeer duidelijk dat ik, als op de Lagere School de Vaderlandsche Geschie denis werd verteld, en de meester was aan denTachtigjarisen Oorlog gekomen, met steeds levendige fantasie beelden opriep uit het land van Alva, waar de sinaasappelboomen over de nauwe kronkelstraatjes groeien, en de vrouwen op bloote voeten, met groote man den op het hoofd, over de gloeiend heete wegen wandelden. Ik zag de wilde en geduch te benden van den snooden, langen, uitge- droogden Alva uittrekken en volgde In adem- looze spanning de avonturen van de dappe ren, die onder den naam van Watergeuzen ons land op de Spanjolen heroverden, stukjo voor beetje. En nu ik twee vrij groote steden uit het land van de puntsnorren en stieren gezien heb, vraag ik mij af, welke godheid mij in mijn kinderjaren het. beeld voor oogen too- verde van een land dat ik twintig jaar later zou aanschouwen. Want reeds bij den eer sten aanblik kreeg lk den sterken indruk dat lk dit land al kende. De Spaansche kust be staat in het noorden uit inhammen, die iets weg hebben van miniatuurfjorden. De ber gen, die veel lager zijn dan ln Noorwecen. reiken ook hier tot aan de kust en dalen, soms vrijwel loodrecht ln zee af. La Coruna ls een plaats van oneereer 65.000 inwoner?. De vrouwen ziin opvallend goed gekleed en hebben over het algemeen zeer regelmatig mooie gezichten. Even goed gekleed als de vrouwen zijn, even slecht bekleed is het meerendeel der straten. Een paar hoofd straten zijn geasfalteerd, maar over het alge meen zijn de nauwe kronkelige straatjes, die tegen de rctren opliggen,- geplaveid met groote onregelmatige itccnblokken, die het geheel een zeer deinend aanzien geven. De natuur is hier al eenigszins zuidelijk: groote perken versleren de stad, palmen rijzen op, de lucht is strak en blauw, maar van een eigenaardig levend blauw dat wij in het noorden niet kennen. De hulzen zijn hier, tot mijn verwondering, vrij hoog. licht en van veel glaswerk voor zien. Aangezien wij op Zaterdag aankwamen, waren vele winkels gesloten. Voor zoover ik er over kan oordeelen waren de gebruiks voorwerpen en kleedlngstukken, waarvan ik de prijzen zag, niet duur, ln Hollandsche munt omgerekend, goeökcoper of even duur, maar niet duurder dan ln Holland. Mc-n denks zich de niet brecde straat, met onregelmatige groote rotsblokken geplaveid, bevolkt met een groot aantal donkere vrou wen met olijfkleurig gelaat en gekleed in kleurige japonnen; en mannen, vaak in zwar te kleedij van een moderne rnit. Er zijn veel witte of ro:ekleurige gebouwen onder een blauwe lucht en men zal het met mij eens zijn dat hier een groote rijkdom van kleuren een aantrekkelijk en lnterresant geheel maakt. Wat voor La Coruna geldt, geldt eveneens voor Vlgo, de tweede Spaansche haven die wij aandeden. De stad is iets breeder van aanleg, telt evenals La Coruna. een paar tramlijnen, ls ook langs de flanken der ber gen gebouwd en heeft hetzelfde Zuidelijke karakter. Dan verlaten we Spanje en komen ln Por tugal het eerste ln Lelxoes aan, waar we slechts enkele uren blijven liggen. Lissabon ls het groote doel van dezen dag, en we arriveeren er zoo vroeg, dat wij gele genheid hebben, er een meer dan vluchtigen indruk van te krijgen. De hoofdstad van Por tugal en haar voornaamste handelsstad telt ongeveer 600.000 zielen. Een van de voor naamste straten ls de Avenlda de Llbertax, rijk en breed opgezet. De stad ligt geheel tegen den berg opgebouwd, zoodat zeer veel straten sterk hellen en voor het verkeer er niet gemakkelijker op zijn. Zij, die leeren autorijden gaan in een lmtructeurs- wagen, die voorzien is van twee sturen, door de kronkelstraten, en Iemand die hier zijn rijbewijs gehaald heeft, mag wel beweren een goed chauffeur te zijn. Lissabon 'Lisboa zoo als de Portugees zegt), heeft al een volkomen Zuidelijk karakter. De stad maakt op den Westerling, vooral ln de volkswijken, een rommeligen om niet te zeggen smerlgen In druk, en dat men geen ongehagelijk gevoel krijgt, is alleen te danken aan het feit, dat de zor. zoo lekker koesterend schijnt en dat er zulke schitterende parken zijn. De zon hoe verder we komen, des te meer trekt het onze aandacht, is ln deze landen een alles beheerschende factor. De bedelaajr in het Zuiden leeft onder veel gunstiger omstandig heden dan die van de Noordelijke landen. Ik neem nu den bedelaar omdat dit een tyoe is, waarbij de omstandigheden, waaronder hfj leeft, zich het sterkst laten accentueeren. Het Is iets totaal anders, of men met een leegen maag rondloopt in een land, waar men tegen het klimaat te vechten heeft, tegen koude, tocht en alle mogelijke andere uiterlijke omstandigheden, dan om zelfs on der ongunstige omstandigheden rond te loopen ln den zonneschijn, onder een prach- tigen blauwen hemel, al wil lk niet beweren, dat de maag er minder hongerig om zal zijn. Maar in het eene geval werkt alles tegen, in het andere geval alles mee. De virchhallen van Lissabon zijn even stinkend als beroemd; en ze zijn even vuil als beide tezamen. Voor Hollanders is het land niet zoo bar duétr, vooral de wijn vino tinto, de beroemde! is goedkoop als water, en wordt er meer gedronken, Ik kan echter uit eigen ervaring mcdedcelen. dat zij u op den duur niet. zoo goed bekomt. Als wij aan boord terug komen, zien wij ons omringd door een zwerm van bootjes met markskra mers, die ln een minimum van tijd kans zien, om van bet dek een uitstalkast te maken, en u met weelderige zuidelijke gebaren tot koo- pen te nooden. Een ding hebben al deze lieden gemeen: Zij overvragen, met een lachend gezicht, op de meest fabelachtige wijze. Vooral in de kleinere plaatsen, waar niet lederen dag zulk een buitenkansje als een ..vapcr hollandès" komt. wordt de gele genheid te baat genomen om eens een flink Genoegen aan boord. Onder den invloed van de zee. winstje te maken. Daarom ls het veel beter, aan den wal te koopen, waar de prijzen ten minste eenlgszins stabiel zijn. Van Lissabon naar Las Palmas zijn wij twee dagen op zee. Onze marineschepen doen deze haven nogal eens aan. De stad biedt twee merkwaardigheden: de kathedraal en den melkboer, die er met de geit langs de deur gaat. Overigens genieten de Kanarische eilanden in de phllologische wereld hun roem, doordat ze door sommigen gehouden worden of werden voor de woonplaats van Odysseus, Ithaca en de andere eilanden van den Homerischen vorst. De beroemde plek van Teneriffe ligt ln de verte; 's winters draagt deze berg nog vrij veel sneeuw. Wij komen tegen den avond in de haven binnen, die vol ligt met allerhande vaartuigen maar daar wij er slechts enkele uren bleven, kan ik tot mijn spijt van geen pikante bijzonder heden melding maken. Na het vertrek uit Las Palmas ls de groote trip begonnen. Wij varen nu acht dagen on afgebroken over den Atlantlschen Oceaan. Dc zee is buitengewoon kalm wij treffen het tot nu toe werkelijk met het weer en het wordt hoe larger he2 warmer. Vaak schieten dolfijnen uit de golven omhoog; zij spelen hun ;pc! om den boeg van het schip, nu links dan rechts opduikend. Vliegende vi-schen komen herhaaldelijk voor, en de meeuwen hebben het schip verlaten: wij gaan de volle zee tegemoet. Alles wordt voor een lange reis In orde gemaakt. De bemanning en de officieren ver schijnen ln tropenuniformen. dc dekken wor den met zei dosk tegen de felle zon be schermd, verkoelen :e dranken werden rond gediend: de passagiers liggen In de dekstoe- len te lezen, want hot is nu te warm gewor den voor de óekspe'en. Wij krijgen slechte berichten uit Brazilië, waar de opetand uit gebroken is. De Brazlllaansche passagiers zijn onrustig. In dit groote land. met zijn tro pisch klimaat en zijn gemengde bevolking met heftig temperament weet men vaak op den eenen dag niet. wat de andere brengen zal. En ln dit geval bleek de ongerustheid volkomen gegrond, want wij kregen bericht, de Flandria wegens opstand in Pernambuco deze stad niet aan zou doen. maar ineens door zou gaan naar Bah ia. dat neg niet in handen van de opstandelingen was. Het was begrijpelijk dat er onder deze om standigheden niet veel animo was voor het houden van een liniefeest, dat echter toch is doorgegaan. Zestien nteuwel'ngen zijn dien dag ten dcop gehouden, zestien nlerrwellnsren zijn ingezeept en afgesnoeid met een klein zeetje, en zestien doopbrieven, keurig gedrukt in de Fransche taal met een vers van Sneen- hoff extra, werden 's avonds aan het din°r plechtig uitgereikt. In den mono tonen regel maat van iederen dag: het efen. het slagen, het lezen, is zulk een feest een te dankbare gelgenheid tot een verzetje, dan dat het niet met beide handen geaccepteerd zou worden. In dezen tijd leert men aan boord een be- langriike figuur kennen, die door zijn vlofte beleefdheid of moet ik zeggen be'eefde vlotheid oo iedereen een aangenamen In druk maakt. Het ls de purser de eerste offi cier van administratie. Hij is de vraagbaak van iedereen, hij beslist over de dansavonden en de bloscooo, hij is een geestig en gezellig causeur, en verstaat het om on hetzelfde oogen blik u een sigaret aan te bieden, een rekening te controleert en een steward een opdracht te geven. Hij kent zijn menschen, zooals hij. ervaren zeerot, de schuit en de zee kent. Hij kan u e'ndelooze vedhalen vertellen over de reizen die hij gemaakt henft, en het heeft er veel van dat alle belangrijke perso nen or> de heele were'd Juist toen hij op de een of andere schuit was, daarmee de zee overstaken. Hij snreekt met evenveel gemak over vijfentwintig jaar geleden, als u over vijf of tien jaar terug, kortom hij ls een man van aPe markten thuis en voor geen tien ga ten te vangen. F.lWm dag weer wo^dt er gewed hoevee' mij len de boot nu weer heeft afgelegd. Een en kel schip dat passeert, vraagt voor een ooeen blik aller aandacht, en weer zien we niets dan lucht en water. Regelmatig riist en daa't het schio door zijn eigen vaart op en neer. mijl na mijl afeggendde matrozen poetsen het koper, de stewards looien met limonade rond. de muziek speelt. Wij hebben groote vacantle. Op een goeden morgen moeten wij al'e- maal aantreden voor sloenenrol,als het eens echt noodlg mocht zijn". Met het zwem vest in de hand staat ieder bij zijn sleep, de namen worden afgelezen, en dan is ook dit wereldschokkende evenement weer achter den rug. De zee is nu die-blauw van kleur en meestal volkomen vlak. Dit ls rust. Geen ge jacht van auto's, geen benzinestank, geen cacophonie van a'lerlei onmogelijke bellen, claxons, toeters en fluiten. Rust. regelmaat, orde. Hier komt de vermoeide mensch even tot zichzelf. Om zich in verwondering terug te vinden. „Van Noord naar Zuid. van Oost naar West staakt even in uw wild geraas". En bezint. Zoo nu en dan duiken gesprekken op ove- allerlsi onderwerpen, levensvraagstukken, die toch niet zullen worden opgelost, maar die weldadig aandoen, omdat ze ons even ophef fen uit den eeuwigen st ruggle for money naar het tljdelpoze, waarin ons heele zijn vervloeit. Geen drukpers wacht ons, geen trein, geen zaken. Wij varen on de wlHe zee. T> zee. d'e voort k'otst in eindelooze deining. Iets van dit ein delooss hebben wij in ons gekregen. En onze ziel, die volgens het dichterwoord, a's de zee ls in wezen en verschijning deint met broeden vleugelslag omhoog uit het alledaag- sche leventje van-hoe-win-lk-een-minuutje- en-hce-spaar-ik-een gi Iden. Zelfs al zou dat het eenige resultaat zl'r. van een zeereis, dan dunkt mij alleen deze winst aan zekerheid en harmonie reeds de moeite waard. Maar dit resultaat is niet het eenige. Men knoopt connecties aan. waaraan er sommige duurzaam zul'en blijken. Men leert vreemde ze-den en gewoonten kennen en waardeeren, men leert zijn meüemenschen taxeeren. En dan blijkt helaas maar al te vaak, dat de Hollander er niet zoo gunstig afkomt. Hij blijkt, hoezeer ook te apprecleeren in eigen land en eigen omgeving, in het buitenland zeer vaak onaangename eigenschappen te hebben, ge-aard met een onevenredig groo- ten mond. Het soljt mij dat ik het zeggen moet, maar het moet mij van het hart. Hij is (in vele gevallen) ontevreden en maakt met Jan en alleman ruzie: hij weet alles be ter en schreeuwt voor hij geslagen wordt. Na ongeveer een week varen passeeren wij het gevaneenei'and Fernando de Noronha. Vroeger uitsluitend voor politieke gevange nen, wordt het tegenwoordig als algemeen verbanninweiland voor misdadigers gebruikt. Het eilandje is niet onvruchtbaar, en wij voeren er zoo dicht langs, dat wij de pa'm- bocmen duidehjk jonden onderscheiden. Twee radiostations onderhouden de commu nicatie met de bewoonde wereld, te weten Brazilië. Aangezien wij vandaar geen tegen bericht hebben onbvangen, wordt Pernam- buco niet aangedaan, maar gaan wij recht streeks door naar Bahla 'klemtoon op de 1) waar de autoriteiten rijkelijk zenuwachtig zijn, zocdat we moeite hebben om aan wal te komen. De overb'ijfselen van vorige gebeur tenissen zijn nog te zien, want in een der straten liggen verbrande stukken van auto's en barricades, en van verscheidene huizen ziin de vensters stuk geschoten. V/ij verne men dat er ln Bahia voor 2 miHoen dollar schade is aangericht. Wij hooren van aan boord komende passagiers eveneens en nu kunnen wij de scanning waarin de havenpo litie verkeert, verklaren dat waarschijn lijk de-zen nacht oo kin Bahia de poppen aan het dansen zullen gaan. Veel blizonders is er verder niet in de stad te zien. Er valt alleen te vermelden dat er 365 kerken zijn. wat voor een Plaats, die naar schatting niet grooter dan Utrecht zal zijn de offlcieele gegevens zijn niet betrouw baar, en in Brazilië, dat zoo groot is als Europa (zonder Rusland), moet men met cij fers voorzichtig zijn buitengewoon veel Is. Aan den haveningang oasseeren wil een oud- Ho'landsch fort. uit tijden teen wij nog met de Portugcezcn vochten, om ons bezittingen te veroveren. Van Bahla naar Fio! Grooter verschil ls wel niet derkbaar. In alle toonaarden en in alle ta'en van de wereld la reeds ce lof van deze s'ad geronnen, die een van de mooiste. 7*0 niet de mooiste stad eer aarde moet zijn. Gelegen san een reusachtige baal. d'e zeer diep ls. ls Rio een havenplaats van den ailer- eersten rar.g. Zelfs cle aroote schepen kunnen aan de kade meeren. die ln het hartje van de stad liet. Schitterende boulevards en avenues, prachtige parken met groote statige palmen, brcede reas-halteerde straten, waarin het moderne verkeer zich in één grooten stroom beweegt, maken den aanb'ik van deze sprook- Jesstad tot een weldaad voor het oog. Groo te wagens, breefe, twee verdiepingen h.coge bussen rollen af en aan. tientallen tramlij nen doorkruisen de miihoer.enstcd. Het sui kerbrood met zijn draadkabelbaan trekt vele bezoekers tot zich, waar zij ganiaien van het schitterende panorama, a's 't tenminste niet mist, zooals helaas bij mij het geval was. De stad ls rustig, men merkt niets van de revolutie: alleen al e bankgebouwen zijn reeds veertien dagen gesloten. Maar voor het overige is alles heel normaal. Wij verlaten na een dag rust Rio. als het donker gewor den is. en genieten bij het uitvaren van de haven een sprookjesachtig gezicht. Duizen den lichten twinkelen langs de avenidas, waarvan er sommige zoo lang zijn, dat men er met een auto een half uur voor noodlg heeft. In de kofflehaven Santos merkten wij voor het eerst iets van de revolutie; wij mochten, niet aan wal en de contro'e was hier scherp. Na het laden van tienduizenden bananen gingen wij weer verder, naar Montevideo, cm den volgenden morgen in Buenos Aires aan te komen. De reis van drie en een halve week ligt achter den rug, de nieuwe stad, het nieu we land ligt voor ons, het drie-en-oen-half millioen inwoners tellende Buenos Aires wacht ons. Over dit land en deze stad een volgende maal. J. A. P. RHUNVIS FEITH. (1753—1824). Het laatste kwart van de 18de eeuw vormt in de geschiedenis van de Europeesche litera tuur een reactie tegen het tijdperk van ratio nalisme, dat er aan vooraf ging. Gedeeltelijk bestond deze reactie in een stroom van sen timentaliteit, die over de toenmalige schrij vers voer. In Duitschland Werd Goethe met zijn bijna berucht geworden „Leiden des jungen Wrnther" een der toonaangevende fiurgen. in Frankrijk stond Jean Jacques Ros- seau met zijn nieuwe ideeën op, in Engeland kwam Richard Young met zijn so ^ere „Nachtgedachte", Macphevson met zijn „Ge deelten van Osslan" en Richardson met zijn gevoelige, moraliseerende romans uit hot burgerlijke leven. In Nederland is eigenliik de eenige typische vertegenwoordiger Rhijnvis Feith geweest- Zijn proza en poëzie was een mengsel van DuJtsche sentimentaliteit en Engelsche som berheid. z Hij schreef behalve een aantal sentimen- teele gedichten, waarvan het leerdicht „Het graf" het bekendst is. een tweetal romans „Julia" en .Ferdinand en Constantly" die beide veel opgang maakten. In een bespreking van Feith's „Julia" zegt dr. C. G. N. de Vooys, dat de schrijver weinig gedaan heeft om de roman een schijn van werkelijkheid te geven. Julia is volgens hem meer lvrische ontboeze ming dan episch verhaal. De tooneelen zijn gekozen om den lezer de zielsstemming te beter te doen meevoelen; de keuze wijst op een voorliefde naar het droefgeestige en op liefde voor de natuur, voor zoover de natuur dat verlangen bevredigt: 'n eenzaam dennen bosch met „kunstelooze paden", een steile rotswand „die over de loeiende zee aa'-lig henen hangt", een grafkelder, een heuveltop bii zonsoovang. een bos^hoad b'j m^anl'^ht. „Zuiver" en „kunsteloos" ongekunsteld, aldus dr. Da Vooys, mag Feith zijn taal noemen, „kunstloos is die taal zeker niet; de schriiver heeft met zorg de eenvoudigste uitdrukking trachten te vinden voor de gevoelens, die hij wilde uiten; klank en rhythme van ziin woor den zijn in zuivere harmonie met de stem ming. Die stemming is de senMmenteele en de beteekenis, die dit woord (dat toch naar zijn oorsprong niets dan „gevoelig" wil zeg gen) bij het nageslacht heeft gekregen, ver klapt het oordeel dat over hem is geveld: al te gevoelig. „Wellustige droefgeestigheid" noemt Feith ziin melancholische buien. Bekend is van Rhijnvis Feith zijn Nieuw jaarslied (Uren, dagen, maanden, jaren vlieden als een schaduw heen....), dat door de Proteatantsche kerk nog steeds met Oudejaarsavond gezongen wordt. Wat zün leven betreft het volgende: Den 7den Februari 1753 werd Rhijnvis Feith te Zwolle geboren. Zijn vader, mr. Pieter Feith, bekleedde de functies van „Ontvanger der Convoyen en Licenten" in deze stad en stamde uit een aanzienlijk en bemiddeld ge slacht. Zoo kreeg de jonge Feith als vanzelf een uitnemende opvoeding, waaraan zijn moeder. Flcahe Snaar het hare toe b'idmêg. Nadat hij het onderwijs op de z.g Neder- duitsche en Fransche school genoten had werd hij toevertrouwd aan de zorgen van den Conrector der Latijnsche school te Harder wijk, die hem in de oude talen onderwees. Hier schijnt Rhi'nvis het eerst de lust tot de dichtkunst te hebben geveeld, want de con rector besteedde het grootste gedeelte van zijn vrijen tyd aan het vervaardigen van rijmen, die zijn pupil natuurlijk voortdurend onder de ooven kTeeg. Om zich tot de 1 esren aan de W/vwe-Wnol VO^r bp*-«M»ri r\-> £"<ri - onderwijs in rechtsgeleerdheid van den toen maals zeer bekenden professor Ven der Klaauw. die naderhand tot conrector ln Den Haag benoemd werd. Kort daarop vertrok htj naar Leiden, waar hü zich liet inschrijven als student de Hr>or'*«^v>ool en reeds ln 1770 dus op 17 jarigen leeftijd promoveerde hij tot doctor in de rechten. Hij leerde vervolgens naar zijn geboortestad terug en trad op 'zijn

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 14