Met de Flandria naar Zuid-Amerika.
'J -s
r
Biographieen in
een notedop.
Het leven aan boord. - Acht dagen lucht en
water. - Naar het land van de koffie, de tabak
en de revoluties. - Eerlijk duurt het langst
maar niet in het Zuiden. - Doopplechtigheden
aan boord.
Een der mooiste boulevards van Rio de Janeiro.
derde waarschuwing dreunde over
i het V, ten teeken dat dagenen, die
1 niet meevoeren, hetzij tot IJmui-
den of op de werkelijke reis. het
schip moesten verlaten. Een laatst
vaarwel, een laat. te handdruk, dan verlieten
vei wanten en vrienden het schip om op de
kade een allerlaatsten groet te brengen.
De valreep karakteristieke zeemansterm
werd Ingehaald, en langzaam, heel lang
zaam voer het schip van den kant. Wij
varen.
De wuivende zakdoeken worden al kleiner
en kleiner, de geitalten van bekenden or>
vrienden vloeien ineen, wy kunnen ze niet
meer onderscheiden.
In het heldere licht van den m'ddag l'gt
Amsterdam voor ons, en als ln een film glijdt
het panorama voorbij met al zijn voor ons
zoo bekende punten: Centraal Station. Wes
tertoren. het Y-kwartier, en dan gaan wij
langs ..Holland's groene dreven" naar IJmul-
den.
De zenuwachtige spanning, waarin leder
verkeert, die een groote of vaak ook zelfs
maar een kleine reis onderneemt, wijkt
van ons.
Rustig voortglijdend door het Noordzee-
kanaal zoekt de Flandria haar weg naar
zee, terwijl beneden de passagiers aan den
meer dan welvoorzlenen lunch zitten. Om
drie uur ligt het schip in de befaamde slul-
uen van IJmuldep; vrienden en bekenden,
die tot hiertoe meevoeren, gaan aan wal, ter
wijl hot vaartuig geschut wordt en dan gaan
wl.l het zeegat uit.
De Hollandsche ku-t trekt aan ons oog
voorbij, wij herkennen Noordwijk, Scheve-
ningen, Hoek van Holland, en als wij na het
diner weer aan dek komen, is het al donker
geworden. De vuurtorenlichten flitsen over
h"t water: Holland zegt ons vaarwel en goede
reis.
Een eigenaardig wezen, zoo'n Oceaanstoo-
aner! Een ding met een ziel, met een karak
ter, een eigen vaak elgenzlnnigen kern!
De ervaren zeeman heeft zijn schip Hef hij
kent er al de goede en kwade eigen-rek t oen
van. De moderne techniek heeft hier uit een
samenstel van schotten, raderen en stangen
haar zooveeMo wonder gewrocht, uit de
dhnos groeide een
rechtschapen wereld
de boom der kennis
des goeds en des
kwaads ontbrak
zelfs niet in den
vorm van de brug
o. driedubbel heilig
dom van den kapi
tein met allerlef
geheimzinnige ronde,
langwerpige glazen
en koperen Instru
menten, Over dit al
les heerscht één en
hij kijkt toe of het
goed Is.
De Flandria be
hoort, met 11 000 ton
inhoud, tot de groot
ste schepen van de
Kon. Hol!. Lloyd. Het
ls een oliestookende
boot, die naast een
bemanning van ruim
200 koppen verblijf
kan bieden aan onge
veer 1200 passa
giers. Een modern Ingericht radiostation
houdt gedurende de geheele reis contact met
de verschillende stations in Europa en Z.
Amerika. Een winkel, een kapsalon, een was-
scherJj, een drukkerij, en een fotograaf zijn
aan boord aanwezig. Een gymnastiekzaal
staat ter beichlkklng van de passagiers en in
de tropen zorgt de bioscoop voor een wel
kome afwisseling op de lucht-water, water-
lucht impressies gedurende den „trip" van
acht dagen, als we Las Palmas gepasseerd
hobbcn ca koers zetten naar Perirambuco.
„Bad klaar mijnheer", aldus de steward
den volgenden ochtend om zeven uur. Ik ben
Ineens klaar wakker en realiseer: „Wij varen
Immers naar Zuid-Amerika!" Ik duik dus in
het zilte nat letterlijk en ben om kwart
voor achten klaar voor het ontbijt. Dit schijnt
berekend te zijn op een stel uitgehongerde
reuzen met een fantastisch en eetlust, want
zoover het oog kan zier. ontwaar lk niets dan
broodjes, boterhammen, vleesch, kaas. jam
en meer lekkernijen, te veel om op te noemen.
Met den meed der wanhoop werk lk mij er
doorheen. liet gezel.-chap aan tafel ls zeer
heterogeen, en ln alle belangrijke talen van
dc wereld klinkt het „Goeden morgen".
De Hollander schijnt geschapen te zijn tot
tolk. Zie bijvoorbeeld met welk een gemak
dc anders nogal teruggetrokken en stuursche
inao de slecht vlottende conversatie tusichen
een Spaansche die absoluut niets anders dan
haar landstaal verstaat, en een Duitrcher
die geen woord Spaansch kent over en wesr
vertaalt tot groot genoegen van belde par
tijen.
Aan boord kan men zijn psychologische
Een passagier.
kennis verrijken. Op een beperkte ruimte bij
eengebracht, zijn de menschen als het ware
op elkaar aangewezen. Daarom is men in de
gelegenheid elkaar van dichtbij, als in een
vertraagde film, te zien en van elkaar te lee-
ren. De volker-bondssfeer heerscht ook aan
het dek tijdens de dek:pelen, dewelke zich
veelal beperken tot het edele bull-spel, een
soort werpspel met gummischijven en het
dekgolfspel.
Het bullspel ls een fijne speculatie op
c
Het publiek bij de sport aan dek.
's menschens eerzucht. Dat zit 'm zoo: Op
een stuk papier zijn verschillende cijfers aan
gebracht; het hoogste cijfer honderd
staat echter tusschen twee stierenkoppen, de
bulls. Wanneer 'nu een der schijven op dien
buil terecht komt, telt. de beele zaak niet
meer, en krijgt men zelfs het geheele aantal
geworpen nummers afgetrokken. Maar de
honderd lokt en de men:ch i6 gauw verleid.
Dus volgt ook onmiddellijk de straf op de
zonde, ln den vorm ditmaal van een buil.
De Noordzee ligt in kalme, regelmatige dei
ning voor ons en wij varen in de richting
van Zuld-Engeland. Het weer ls nevelig, later
klaart de lucht echter wat op en we zien in
de verte Engeland's krijtrotsen. Dan doemt
het eiland Wight op. Zwaar en groot ligt in
de zee het vliegtuigmoederschip Hermes en
juist als we langs gevaren zijn komen zeven,
acht „kisten" vlak over ons schip vliegen; een
groet van de Engelsche marine aan Holland.
Wij meeren niet in Southampton, maar
blijven op de reede liggen en varen nog den
zelfden dag door naar Cherbourg, waar wij
's avonds aankomen, en, na passagiers en
bagage te hebben ingenomen, vertrekken wij
weer haastiglijk naar La Coruna.
Ik herinner mij zeer duidelijk dat ik, als op
de Lagere School de Vaderlandsche Geschie
denis werd verteld, en de meester was aan
denTachtigjarisen Oorlog gekomen, met steeds
levendige fantasie beelden opriep uit het land
van Alva, waar de sinaasappelboomen over
de nauwe kronkelstraatjes groeien, en de
vrouwen op bloote voeten, met groote man
den op het hoofd, over de gloeiend heete
wegen wandelden. Ik zag de wilde en geduch
te benden van den snooden, langen, uitge-
droogden Alva uittrekken en volgde In adem-
looze spanning de avonturen van de dappe
ren, die onder den naam van Watergeuzen
ons land op de Spanjolen heroverden, stukjo
voor beetje.
En nu ik twee vrij groote steden uit het
land van de puntsnorren en stieren gezien
heb, vraag ik mij af, welke godheid mij in
mijn kinderjaren het. beeld voor oogen too-
verde van een land dat ik twintig jaar later
zou aanschouwen. Want reeds bij den eer
sten aanblik kreeg lk den sterken indruk dat
lk dit land al kende. De Spaansche kust be
staat in het noorden uit inhammen, die iets
weg hebben van miniatuurfjorden. De ber
gen, die veel lager zijn dan ln Noorwecen.
reiken ook hier tot aan de kust en dalen,
soms vrijwel loodrecht ln zee af.
La Coruna ls een plaats van oneereer 65.000
inwoner?. De vrouwen ziin opvallend goed
gekleed en hebben over het algemeen zeer
regelmatig mooie gezichten. Even goed gekleed
als de vrouwen zijn, even slecht bekleed is
het meerendeel der straten. Een paar hoofd
straten zijn geasfalteerd, maar over het alge
meen zijn de nauwe kronkelige straatjes, die
tegen de rctren opliggen,- geplaveid met
groote onregelmatige itccnblokken, die het
geheel een zeer deinend aanzien geven. De
natuur is hier al eenigszins zuidelijk: groote
perken versleren de stad, palmen rijzen op,
de lucht is strak en blauw, maar van een
eigenaardig levend blauw dat wij in het
noorden niet kennen.
De hulzen zijn hier, tot mijn verwondering,
vrij hoog. licht en van veel glaswerk voor
zien. Aangezien wij op Zaterdag aankwamen,
waren vele winkels gesloten. Voor zoover ik
er over kan oordeelen waren de gebruiks
voorwerpen en kleedlngstukken, waarvan ik
de prijzen zag, niet duur, ln Hollandsche
munt omgerekend, goeökcoper of even duur,
maar niet duurder dan ln Holland.
Mc-n denks zich de niet brecde straat, met
onregelmatige groote rotsblokken geplaveid,
bevolkt met een groot aantal donkere vrou
wen met olijfkleurig gelaat en gekleed in
kleurige japonnen; en mannen, vaak in zwar
te kleedij van een moderne rnit. Er zijn veel
witte of ro:ekleurige gebouwen onder een
blauwe lucht en men zal het met mij eens
zijn dat hier een groote rijkdom van kleuren
een aantrekkelijk en lnterresant geheel maakt.
Wat voor La Coruna geldt, geldt eveneens
voor Vlgo, de tweede Spaansche haven die
wij aandeden. De stad is iets breeder van
aanleg, telt evenals La Coruna. een paar
tramlijnen, ls ook langs de flanken der ber
gen gebouwd en heeft hetzelfde Zuidelijke
karakter.
Dan verlaten we Spanje en komen ln Por
tugal het eerste ln Lelxoes aan, waar we
slechts enkele uren blijven liggen.
Lissabon ls het groote doel van dezen dag,
en we arriveeren er zoo vroeg, dat wij gele
genheid hebben, er een meer dan vluchtigen
indruk van te krijgen. De hoofdstad van Por
tugal en haar voornaamste handelsstad telt
ongeveer 600.000 zielen. Een van de voor
naamste straten ls de Avenlda de Llbertax,
rijk en breed opgezet. De stad ligt geheel
tegen den berg opgebouwd, zoodat zeer veel
straten sterk hellen en voor het verkeer er
niet gemakkelijker op zijn. Zij, die leeren
autorijden gaan in een lmtructeurs-
wagen, die voorzien is van twee sturen, door
de kronkelstraten, en Iemand die hier zijn
rijbewijs gehaald heeft, mag wel beweren een
goed chauffeur te zijn. Lissabon 'Lisboa zoo
als de Portugees zegt), heeft al een volkomen
Zuidelijk karakter. De stad maakt op den
Westerling, vooral ln de volkswijken, een
rommeligen om niet te zeggen smerlgen In
druk, en dat men geen ongehagelijk gevoel
krijgt, is alleen te danken aan het feit, dat
de zor. zoo lekker koesterend schijnt en dat
er zulke schitterende parken zijn. De zon
hoe verder we komen, des te meer trekt het
onze aandacht, is ln deze landen een alles
beheerschende factor. De bedelaajr in het
Zuiden leeft onder veel gunstiger omstandig
heden dan die van de Noordelijke landen.
Ik neem nu den bedelaar omdat dit een tyoe
is, waarbij de omstandigheden, waaronder
hfj leeft, zich het sterkst laten accentueeren.
Het Is iets totaal anders, of men met een
leegen maag rondloopt in een land, waar
men tegen het klimaat te vechten heeft,
tegen koude, tocht en alle mogelijke andere
uiterlijke omstandigheden, dan om zelfs on
der ongunstige omstandigheden rond te
loopen ln den zonneschijn, onder een prach-
tigen blauwen hemel, al wil lk niet beweren,
dat de maag er minder hongerig om zal
zijn. Maar in het eene geval werkt alles tegen,
in het andere geval alles mee.
De virchhallen van Lissabon zijn even
stinkend als beroemd; en ze zijn even vuil
als beide tezamen. Voor Hollanders is het
land niet zoo bar duétr, vooral de wijn vino
tinto, de beroemde! is goedkoop als water,
en wordt er meer gedronken, Ik kan echter
uit eigen ervaring mcdedcelen. dat zij u op
den duur niet. zoo goed bekomt. Als wij aan
boord terug komen, zien wij ons omringd
door een zwerm van bootjes met markskra
mers, die ln een minimum van tijd kans zien,
om van bet dek een uitstalkast te maken, en
u met weelderige zuidelijke gebaren tot koo-
pen te nooden. Een ding hebben al deze
lieden gemeen: Zij overvragen, met een
lachend gezicht, op de meest fabelachtige
wijze. Vooral in de kleinere plaatsen, waar
niet lederen dag zulk een buitenkansje als
een ..vapcr hollandès" komt. wordt de gele
genheid te baat genomen om eens een flink
Genoegen aan boord.
Onder den invloed van de zee.
winstje te maken. Daarom ls het veel beter,
aan den wal te koopen, waar de prijzen ten
minste eenlgszins stabiel zijn.
Van Lissabon naar Las Palmas zijn wij
twee dagen op zee. Onze marineschepen doen
deze haven nogal eens aan. De stad biedt
twee merkwaardigheden: de kathedraal en
den melkboer, die er met de geit langs de
deur gaat. Overigens genieten de Kanarische
eilanden in de phllologische wereld hun
roem, doordat ze door sommigen gehouden
worden of werden voor de woonplaats van
Odysseus, Ithaca en de andere eilanden van
den Homerischen vorst. De beroemde plek
van Teneriffe ligt ln de verte; 's winters
draagt deze berg nog vrij veel sneeuw. Wij
komen tegen den avond in de haven binnen,
die vol ligt met allerhande vaartuigen maar
daar wij er slechts enkele uren bleven, kan
ik tot mijn spijt van geen pikante bijzonder
heden melding maken.
Na het vertrek uit Las Palmas ls de groote
trip begonnen. Wij varen nu acht dagen on
afgebroken over den Atlantlschen Oceaan.
Dc zee is buitengewoon kalm wij treffen
het tot nu toe werkelijk met het weer en
het wordt hoe larger he2 warmer. Vaak
schieten dolfijnen uit de golven omhoog; zij
spelen hun ;pc! om den boeg van het schip,
nu links dan rechts opduikend. Vliegende
vi-schen komen herhaaldelijk voor, en de
meeuwen hebben het schip verlaten: wij
gaan de volle zee tegemoet.
Alles wordt voor een lange reis In orde
gemaakt. De bemanning en de officieren ver
schijnen ln tropenuniformen. dc dekken wor
den met zei dosk tegen de felle zon be
schermd, verkoelen :e dranken werden rond
gediend: de passagiers liggen In de dekstoe-
len te lezen, want hot is nu te warm gewor
den voor de óekspe'en. Wij krijgen slechte
berichten uit Brazilië, waar de opetand uit
gebroken is. De Brazlllaansche passagiers
zijn onrustig. In dit groote land. met zijn tro
pisch klimaat en zijn gemengde bevolking
met heftig temperament weet men vaak op
den eenen dag niet. wat de andere brengen
zal. En ln dit geval bleek de ongerustheid
volkomen gegrond, want wij kregen bericht,
de Flandria wegens opstand in Pernambuco
deze stad niet aan zou doen. maar ineens
door zou gaan naar Bah ia. dat neg niet in
handen van de opstandelingen was.
Het was begrijpelijk dat er onder deze om
standigheden niet veel animo was voor het
houden van een liniefeest, dat echter toch is
doorgegaan. Zestien nteuwel'ngen zijn dien
dag ten dcop gehouden, zestien nlerrwellnsren
zijn ingezeept en afgesnoeid met een klein
zeetje, en zestien doopbrieven, keurig gedrukt
in de Fransche taal met een vers van Sneen-
hoff extra, werden 's avonds aan het din°r
plechtig uitgereikt. In den mono tonen regel
maat van iederen dag: het efen. het slagen,
het lezen, is zulk een feest een te dankbare
gelgenheid tot een verzetje, dan dat het niet
met beide handen geaccepteerd zou worden.
In dezen tijd leert men aan boord een be-
langriike figuur kennen, die door zijn vlofte
beleefdheid of moet ik zeggen be'eefde
vlotheid oo iedereen een aangenamen In
druk maakt. Het ls de purser de eerste offi
cier van administratie. Hij is de vraagbaak
van iedereen, hij beslist over de dansavonden
en de bloscooo, hij is een geestig en gezellig
causeur, en verstaat het om on hetzelfde
oogen blik u een sigaret aan te bieden, een
rekening te controleert en een steward een
opdracht te geven. Hij kent zijn menschen,
zooals hij. ervaren zeerot, de schuit en de zee
kent. Hij kan u e'ndelooze vedhalen vertellen
over de reizen die hij gemaakt henft, en het
heeft er veel van dat alle belangrijke perso
nen or> de heele were'd Juist toen hij op de
een of andere schuit was, daarmee de zee
overstaken. Hij snreekt met evenveel gemak
over vijfentwintig jaar geleden, als u over
vijf of tien jaar terug, kortom hij ls een man
van aPe markten thuis en voor geen tien ga
ten te vangen.
F.lWm dag weer wo^dt er gewed hoevee' mij
len de boot nu weer heeft afgelegd. Een en
kel schip dat passeert, vraagt voor een ooeen
blik aller aandacht, en weer zien we niets
dan lucht en water. Regelmatig riist en daa't
het schio door zijn eigen vaart op en neer.
mijl na mijl afeggendde matrozen poetsen
het koper, de stewards looien met limonade
rond. de muziek speelt. Wij hebben groote
vacantle.
Op een goeden morgen moeten wij al'e-
maal aantreden voor sloenenrol,als het
eens echt noodlg mocht zijn". Met het zwem
vest in de hand staat ieder bij zijn sleep, de
namen worden afgelezen, en dan is ook dit
wereldschokkende evenement weer achter
den rug. De zee is nu die-blauw van kleur en
meestal volkomen vlak. Dit ls rust. Geen ge
jacht van auto's, geen benzinestank, geen
cacophonie van a'lerlei onmogelijke bellen,
claxons, toeters en fluiten. Rust. regelmaat,
orde. Hier komt de vermoeide mensch even
tot zichzelf. Om zich in verwondering terug
te vinden.
„Van Noord naar Zuid. van Oost naar West
staakt even in uw wild geraas". En bezint.
Zoo nu en dan duiken gesprekken op ove-
allerlsi onderwerpen, levensvraagstukken, die
toch niet zullen worden opgelost, maar die
weldadig aandoen, omdat ze ons even ophef
fen uit den eeuwigen st ruggle for money naar
het tljdelpoze, waarin ons heele zijn vervloeit.
Geen drukpers wacht ons, geen trein, geen
zaken.
Wij varen on de wlHe zee. T> zee. d'e voort
k'otst in eindelooze deining. Iets van dit ein
delooss hebben wij in ons gekregen. En onze
ziel, die volgens het dichterwoord, a's de zee
ls in wezen en verschijning deint met
broeden vleugelslag omhoog uit het alledaag-
sche leventje van-hoe-win-lk-een-minuutje-
en-hce-spaar-ik-een gi Iden. Zelfs al zou dat
het eenige resultaat zl'r. van een zeereis, dan
dunkt mij alleen deze winst aan zekerheid en
harmonie reeds de moeite waard.
Maar dit resultaat is niet het eenige. Men
knoopt connecties aan. waaraan er sommige
duurzaam zul'en blijken. Men leert vreemde
ze-den en gewoonten kennen en waardeeren,
men leert zijn meüemenschen taxeeren. En
dan blijkt helaas maar al te vaak, dat de
Hollander er niet zoo gunstig afkomt. Hij
blijkt, hoezeer ook te apprecleeren in eigen
land en eigen omgeving, in het buitenland
zeer vaak onaangename eigenschappen te
hebben, ge-aard met een onevenredig groo-
ten mond. Het soljt mij dat ik het zeggen
moet, maar het moet mij van het hart. Hij
is (in vele gevallen) ontevreden en maakt
met Jan en alleman ruzie: hij weet alles be
ter en schreeuwt voor hij geslagen wordt.
Na ongeveer een week varen passeeren wij
het gevaneenei'and Fernando de Noronha.
Vroeger uitsluitend voor politieke gevange
nen, wordt het tegenwoordig als algemeen
verbanninweiland voor misdadigers gebruikt.
Het eilandje is niet onvruchtbaar, en wij
voeren er zoo dicht langs, dat wij de pa'm-
bocmen duidehjk jonden onderscheiden.
Twee radiostations onderhouden de commu
nicatie met de bewoonde wereld, te weten
Brazilië. Aangezien wij vandaar geen tegen
bericht hebben onbvangen, wordt Pernam-
buco niet aangedaan, maar gaan wij recht
streeks door naar Bahla 'klemtoon op de 1)
waar de autoriteiten rijkelijk zenuwachtig
zijn, zocdat we moeite hebben om aan wal te
komen. De overb'ijfselen van vorige gebeur
tenissen zijn nog te zien, want in een der
straten liggen verbrande stukken van auto's
en barricades, en van verscheidene huizen
ziin de vensters stuk geschoten. V/ij verne
men dat er ln Bahia voor 2 miHoen dollar
schade is aangericht. Wij hooren van aan
boord komende passagiers eveneens en nu
kunnen wij de scanning waarin de havenpo
litie verkeert, verklaren dat waarschijn
lijk de-zen nacht oo kin Bahia de poppen aan
het dansen zullen gaan.
Veel blizonders is er verder niet in de stad
te zien. Er valt alleen te vermelden dat er
365 kerken zijn. wat voor een Plaats, die naar
schatting niet grooter dan Utrecht zal zijn
de offlcieele gegevens zijn niet betrouw
baar, en in Brazilië, dat zoo groot is als
Europa (zonder Rusland), moet men met cij
fers voorzichtig zijn buitengewoon veel Is.
Aan den haveningang oasseeren wil een oud-
Ho'landsch fort. uit tijden teen wij nog met
de Portugcezcn vochten, om ons bezittingen
te veroveren.
Van Bahla naar Fio! Grooter verschil ls
wel niet derkbaar. In alle toonaarden en in
alle ta'en van de wereld la reeds ce lof van
deze s'ad geronnen, die een van de mooiste.
7*0 niet de mooiste stad eer aarde moet zijn.
Gelegen san een reusachtige baal. d'e zeer
diep ls. ls Rio een havenplaats van den ailer-
eersten rar.g. Zelfs cle aroote schepen kunnen
aan de kade meeren. die ln het hartje van de
stad liet. Schitterende boulevards en avenues,
prachtige parken met groote statige palmen,
brcede reas-halteerde straten, waarin het
moderne verkeer zich in één grooten stroom
beweegt, maken den aanb'ik van deze sprook-
Jesstad tot een weldaad voor het oog. Groo
te wagens, breefe, twee verdiepingen h.coge
bussen rollen af en aan. tientallen tramlij
nen doorkruisen de miihoer.enstcd. Het sui
kerbrood met zijn draadkabelbaan trekt vele
bezoekers tot zich, waar zij ganiaien van het
schitterende panorama, a's 't tenminste niet
mist, zooals helaas bij mij het geval was.
De stad ls rustig, men merkt niets van de
revolutie: alleen al e bankgebouwen zijn
reeds veertien dagen gesloten. Maar voor het
overige is alles heel normaal. Wij verlaten
na een dag rust Rio. als het donker gewor
den is. en genieten bij het uitvaren van de
haven een sprookjesachtig gezicht. Duizen
den lichten twinkelen langs de avenidas,
waarvan er sommige zoo lang zijn, dat men
er met een auto een half uur voor noodlg
heeft.
In de kofflehaven Santos merkten wij voor
het eerst iets van de revolutie; wij mochten,
niet aan wal en de contro'e was hier scherp.
Na het laden van tienduizenden bananen
gingen wij weer verder, naar Montevideo, cm
den volgenden morgen in Buenos Aires aan
te komen. De reis van drie en een halve week
ligt achter den rug, de nieuwe stad, het nieu
we land ligt voor ons, het drie-en-oen-half
millioen inwoners tellende Buenos Aires
wacht ons. Over dit land en deze stad een
volgende maal.
J. A. P.
RHUNVIS FEITH.
(1753—1824).
Het laatste kwart van de 18de eeuw vormt
in de geschiedenis van de Europeesche litera
tuur een reactie tegen het tijdperk van ratio
nalisme, dat er aan vooraf ging. Gedeeltelijk
bestond deze reactie in een stroom van sen
timentaliteit, die over de toenmalige schrij
vers voer. In Duitschland Werd Goethe met
zijn bijna berucht geworden „Leiden des
jungen Wrnther" een der toonaangevende
fiurgen. in Frankrijk stond Jean Jacques Ros-
seau met zijn nieuwe ideeën op, in Engeland
kwam Richard Young met zijn so ^ere
„Nachtgedachte", Macphevson met zijn „Ge
deelten van Osslan" en Richardson met zijn
gevoelige, moraliseerende romans uit hot
burgerlijke leven.
In Nederland is eigenliik de eenige typische
vertegenwoordiger Rhijnvis Feith geweest-
Zijn proza en poëzie was een mengsel van
DuJtsche sentimentaliteit en Engelsche som
berheid. z
Hij schreef behalve een aantal sentimen-
teele gedichten, waarvan het leerdicht „Het
graf" het bekendst is. een tweetal romans
„Julia" en .Ferdinand en Constantly" die
beide veel opgang maakten. In een bespreking
van Feith's „Julia" zegt dr. C. G. N. de Vooys,
dat de schrijver weinig gedaan heeft om de
roman een schijn van werkelijkheid te geven.
Julia is volgens hem meer lvrische ontboeze
ming dan episch verhaal. De tooneelen zijn
gekozen om den lezer de zielsstemming te
beter te doen meevoelen; de keuze wijst op
een voorliefde naar het droefgeestige en op
liefde voor de natuur, voor zoover de natuur
dat verlangen bevredigt: 'n eenzaam dennen
bosch met „kunstelooze paden", een steile
rotswand „die over de loeiende zee aa'-lig
henen hangt", een grafkelder, een heuveltop
bii zonsoovang. een bos^hoad b'j m^anl'^ht.
„Zuiver" en „kunsteloos" ongekunsteld, aldus
dr. Da Vooys, mag Feith zijn taal noemen,
„kunstloos is die taal zeker niet; de schriiver
heeft met zorg de eenvoudigste uitdrukking
trachten te vinden voor de gevoelens, die hij
wilde uiten; klank en rhythme van ziin woor
den zijn in zuivere harmonie met de stem
ming. Die stemming is de senMmenteele en
de beteekenis, die dit woord (dat toch naar
zijn oorsprong niets dan „gevoelig" wil zeg
gen) bij het nageslacht heeft gekregen, ver
klapt het oordeel dat over hem is geveld:
al te gevoelig. „Wellustige droefgeestigheid"
noemt Feith ziin melancholische buien.
Bekend is van Rhijnvis Feith zijn Nieuw
jaarslied (Uren, dagen, maanden, jaren
vlieden als een schaduw heen....), dat door
de Proteatantsche kerk nog steeds met
Oudejaarsavond gezongen wordt.
Wat zün leven betreft het volgende:
Den 7den Februari 1753 werd Rhijnvis
Feith te Zwolle geboren. Zijn vader, mr. Pieter
Feith, bekleedde de functies van „Ontvanger
der Convoyen en Licenten" in deze stad en
stamde uit een aanzienlijk en bemiddeld ge
slacht. Zoo kreeg de jonge Feith als vanzelf
een uitnemende opvoeding, waaraan zijn
moeder. Flcahe Snaar het hare toe b'idmêg.
Nadat hij het onderwijs op de z.g Neder-
duitsche en Fransche school genoten had werd
hij toevertrouwd aan de zorgen van den
Conrector der Latijnsche school te Harder
wijk, die hem in de oude talen onderwees.
Hier schijnt Rhi'nvis het eerst de lust tot de
dichtkunst te hebben geveeld, want de con
rector besteedde het grootste gedeelte van zijn
vrijen tyd aan het vervaardigen van rijmen,
die zijn pupil natuurlijk voortdurend onder
de ooven kTeeg. Om zich tot de 1 esren aan
de W/vwe-Wnol VO^r bp*-«M»ri r\-> £"<ri -
onderwijs in rechtsgeleerdheid van den toen
maals zeer bekenden professor Ven der
Klaauw. die naderhand tot conrector ln Den
Haag benoemd werd. Kort daarop vertrok htj
naar Leiden, waar hü zich liet inschrijven als
student de Hr>or'*«^v>ool en reeds ln 1770
dus op 17 jarigen leeftijd promoveerde hij tot
doctor in de rechten. Hij leerde vervolgens
naar zijn geboortestad terug en trad op 'zijn