EEN ANCSTIC FIETSTOCHTJE.
BRIEVENBUS
THEEROOSJE. i Vond het zoo
prettig weer eens wat van je te hoo
ien- En vooral nu 't zulke goede be
lichten waren. Je hebt wel een moei
lijker tijd achter den rug. Maar nu
maar weer met moed voorwaarts, hè.
Je hebt dus ook ondervonden, dat 't
heusch nog zoo ongezellig n et Ls om
in een ziekenhuis jarig te zijn. Wat
kun je nu een steun voor vader en
moeder wezen. Al ga je dan ook niet
naar schoo., vervelen doe Je Je ze
ker nooit. Welke voordracht d >ed Jc
op den feestavond van de club? Wat
zou dat heerlijk zijn als je van den
zomer mee mocht kampeeren.
DE KLEINE VIOLIST. JIJ bent
een dankbare violist. Maar je woont
ook aan de zonzij van 't leven. Snap
je, wat ik daarmee bedoel? Zonder
hulp van de ouders zou vooral ons
Sint Nlcolaaswerk niet zijn. wat 'l
nu geworden is. Je ervaart 't nu al,
maar zult 't later nog meer ervaren,
dat de grootste se ha tien van je le
ven in eigen huls liggen.
VUURVLINDERTJE. Moeder
heeft gelijk: waar er zooveel lichte
plekjes zijn, moet Je niet voortdu
rend op dat donkere vlekje staren.
Doe je nog mee aan 't Opstel? Ik
voorspel, dat je rapport wel moe zal
vallen, 't Wintertje is maar van kor
ten duur geweest, hè. Ik begin er
bang voor te worden of de schaatsen
nog dienst zullen doen. Is de prijs
naar je zin? Je moet per maand
minstens 13 raadse s goed hebben
oni mee te mogen lo'en.
WINNETOU. 't Is prettig, dat j0
zooveel van lezen houdt. In welke
klas zit Je nu op school? Wie is je
vriendje? Woont hij dicht bij Je?
Leuk, dat je ook aan den wedstrijd
meedoet.
WILLEM V- ORANJE. Ik ben blij.
dat lk het verkeerd begrepen heb van
die gooierij. Toch zal dunkt me zoo'n
orgel-ensemble niet heel best voor 't
orgel zijn. Ja. zoo'n advertent e-spel
werkt op je lachspieren. Hoe ls 't met
vader en zus? Ben JIJ gezond geble
ven? Welk bibliotheekboek heb je
nu? Heb je Je jaar'a'len gekend?
NELLIE S. De afstand is na
tuurlijk wel een groot bezwaar voor
je om lid te worden van O. B. Je mag
de volgende weck dien schuilnaam
onder je briefje en Je raadsels zetten
Ik* per boot stond er verkeerd en
moest zijn per post. Nu begrijp je 't
zeker beter. Ben je al begonnen met
den Februari-wedstrijd?
GENTIAAN. Je kunt de raad
seloplossingen veel beknopter op
schrijven. Kijk maar, hoe lk dat doe
in Onze Jeugd.
KWEEKELINGETJE. 't Zal je
wel gespeten hebben, toen Maandag
de regen weer tegen de Kweekschool
ramen kletterde. Wat zal zusje het
prettig gevonden hebben, dat Je haar
mee hielp met de kokerij. Ben je be
zig met den Februarlwedstrljd? Lijkt
het je niet heerlijk om te gaan
kampeeren?
TAMBOER. Wil Je voortaan ook
je naam onder Je raadsels zetten? JIJ
vondt het zeker wel heerlijk om met
broer naar tante te gaan. Woont ze
op een boerderij?
HUNKERHARTJE. Je hebt heel
aardig gefantaseerd. Dat Else Benl
was Eisleben. Per ongeluk stond de
oplossing er niet ln. Zooa's Jc ziet, is
t raadsel goed. Waar hou Je meer
van: van sneeuw of van Ijs? Je
raadsels zijn goed.
PANTHER. Ik hoop. dat 't boek
naar je zin ls- Je broertje mag al ijd
wel in jouw plaats komen. Heb Je "t
leuk gehad bij je vriendje? Wat heb
ben jullie allemaal voor spelletjes
gedaan?
GOUDEN REGEN 't Doet me ge
noegen, dat de kalender naar Je zin
is. Wat aardig van broer, dat hij pen-
tee kenin gen van de platen maakt
Vast hartelijk geluk gewenscht met
je verjaardag. Ik hoop, dat t een fijn
dagje voor je zal worden. Ik wil best
eens ln je Poesie-Album schrijven.
Breng 1 me maar eens.
BEUKENBLAD. Je hebt een
mooien naam voor de club bedacht.
Jammer, dat Schaa'scarljdstertje
geen Driehoekmeisje kan worden.
Ken Je 't clublied al? Je raadsels zijn
goed.
JUFFERTJE WEETGRAAG. Dat
is nog eens een kalender waar je wat
aan hebt hè? Zijn de kleur kaarten
aardig uitgevallen; Welk vriendin
netje vraag Je op moeders verjaar
dag0 De Jongens maken dus een boe
len dierentuin van hout. Leuk. Wan
neer Is de gymna^t'ekuïtvoering van
school? Wat doe je met de gescha-
bkkueerde doosjes?
SCHAATSENRLTDSTERTJE. t
Is maar heerlijk centrale verwar
ming op schoo.. Welke rol heb je in
de geleende Koekepan? 't Is een
eenlg stukje: Hoe is 't nu met v^d~r?
Gezellig. dat er nog een paar Rubrle-
kertjes in je klas zitten.
VINGERHOEDSKRUID. Wil Je
voortaan ook je naam onder je br'ef-
je zetten? Raadsel 5 van de vot ge
week was wel goed. Er kwam Eisle
ben uit Wat zijn er vee! Rubrieker-
tjes onder de Driehoeksmeis es. Je
verlangt zeker altijd al naar Woens-k
dagmiddag. Wanneer ben je geen
Nieuwtje meer? Wat moest je met
dat touwtje doen? Is je oostel klaar?
DE KLEINE KOOPMAN. Je bent
weer hartelijk welkom. Ben je zoo'n
voetbalman lak? Zit je in een elftal?
MAANDROOSJE. Wat heeft er
aan gescheeld? Ben je weer de oude?
Uit dat moeilijke raadsel kwam Eis e-
ben. Berlijn schrijf je ook met een
lange lj. Dus dat was fout.
KRIELKIP. Jullie hebben droe-
vlge dagen in Stellendam gehad. Ge
lukkig dat grootmoeder ni°t lang
heeft- geleden. Je kalender l'gt voor je
klaar Je kunt hem alle dagen ko
men halen.
MOWGLI. Natuurlijk vind ik het
fijn er weer een nieuwe vriend bij te
krijgen. Hoe meer zielen, hoe meer
vreugd. Heeft Je naam nog beteke
nis? Hoe gaat 't nu met je? Wat
treurig voor moeder, dat 7e al zoo
lang ziek is. Ik ben zoo blij. dat Je
me schreef, dat ze nu toch vooruit
gaat. 'k Hoop, dat 1931 voor a'le twee
een gezond jaar mag worden.
VADERS JONGEN. Bij de raad
seloplossingen werd jij bedoeld met
vaders Jongs'e. Maar voortaan zal 't
vaders jongen zijn hoor!
W. L. De boeken van Stamperius
zijn zeer aan te bevelen. De drie Ja
la? n is een alleraardigst jongensboek
Als je mij van de aan te schalen
boeken de schrijvers nogmt. wil ik je
mijn opinie wel zeggen. Kievit en
Akuta Hoog zijn ook ge&de auteurs.
Dat schetsje van je is n'et gesch'kt
voor Onze Jeued. 't Is te sensat'oneel
en niet kinderlijk genoeg. Ik hoop.
dat je me begrijpt. Hoe groot Knip
perdolletje zal worden, kan ik nog
niet zeggen. Je kan trot'Cli zijn on
O. B. nu het zich al bijna 8 maal
vergroot heeft, 't Aantal deelnemers
moest nu ook die hoogte bereiken.
Moed houden, maar.
GENTIAAN. Ja, je was de vorige
week tc laat. Wil je je raadsels voor
taan ook nummeren?
KAPSTERTJE. Natuurlijk mag
Je meedoen aan den wedstrijd. Begin
er maar gauw aan- Je rapport zag er
best uit. Alleen dat vijfje moet nog
KLAPROOSJE. Ik wist niet, da-
er In IJmulden nog zooveel pret tc
maken was. Maar jij wilt er geloof
ik wel iedere week naar toe hè?
VLIEGEN!ERTJE. Als 't slecht
weer ls. doen jullie zeker soelletjes
binnen. Is er ook een biblio'-heek op
de Vereeniginz?
PRINSES STKRREMUUR. Dezen
schuilnaam mag je houden.
METS BLAARTJE. En Jij mag
dezen naam houden. Wil je later
graag metselaar worden?
NAAISTERTJE. Heb je al in de
Rubrlekortjeslljst gestaan? Met den
St. Nlcolaaswedstrijd kunnen we
knappe naaistertjes heel goed ge
bruiken. 't Ls prettig voor je dat je
vriendin ook Rubriekertje Ls. Nog
wel gefeliciteerd met vaders verjaar
dag. Wat had je een mooi rapport.
ZANGERESJE. In welken sneel-
'uln speel je 's zomers? Wel gezel! g.
dat jullie 's winters handwerkles
hebben. Wat zijn jullie nu aan 't
maken? Waar Ls het
EGMONDERTJE. Dat spreekt
van zelf, dat er van raadsels oplos
sen niet veel komt. als Je jar'g bent.
Heb Je een prettigen dag gehad?
Bloeit de cyclamc nog ihool?
KEIZERSKROON mag haar schuil
naam houden.
NEVADA. Komen de zieke k n-
deron al weer terug in de klas? Speet
het je erg. dat we regen in p aa's van
ijs kregen? Ik denk. dat jij er voor
taan wel voor zorgen zult. n'et meer
te lang te glijden. 50 strafregels is
niet mis. Dubbeltjes onrapen kan ook
heel onaangenaam zijn.
DOORNROOSJE Beoaald mooi
geschreven had je juist niet! 't Kou
er net. mee door. Vader heeft gelijk,
dat hij je met de raadsels plaagt, als
Je daar een heelen dag werk aait
hebt.
JUFFERTJE SCHRIJFGRAAG
Lichtcnstein ligt tusschen Zwitser
land on Tirol; 't Is een prinsdom, de
hoofdstad ls Vadutz. Dat ls Zater
dagavond een latertje voor je gewor
den. Je raadsels zijn goed.
WIJNANDA. Was Ger toen maar
even naar me toegekomen. Hoe is 't
met Bruno? Heeft hij nog een ver
band om zijn poot?
HONDENVRIENDINNETJE. Wat
azl de juffrouw blij zijn met de fo o.
Gaan jullie 's morgens vroeg de klas
versieren? Wat een gezellig drukte
was dat toen Je zus jarig was. Bal
semien t je en Tilburgertje vonden het
natuurlijk heerlijk om bij je te mo
gen slapen.
KORSTJESKNAGER. Jij wordt
zeker nooit gauw moe. Ben je Woens
dagmiddag gezellig bij moe-der thuis
gebleven?
BAISEMIENTJE. Als ik je raad
sel tegen kom. zal ik het plaatsen. Ik
heb al gehoord van de gezellige par
tij van Zaterdag. Jul Je zijn maar
knappe helpsters. Dat is me een klas
vol Rubrlekertjes. Hoe gaat het met
de wintervoeten?
ZWARTKIJKERTJE. Je raad
sels zijn goed. Nog wel gefeliciteerd
met don verjaardag van je broertje.
Wanneer is Elfenbloempje jarig?
No. 5 van Afdceling I was Eisleben.
DE KLEINE ZEEMAN. Je hebt
al heel wat woorden. Als het meer
voud uit het woord gehaald kan wor
den, mag dat. Maar bock en boeken
Ls fout. Er staat toch geen b in 't
woord.
ALBA- Je mag niet meedoen met
Afdeellng II. Daar ben je te oud voor
en dat zou tegenover de kleintjes niet
eerlijk zijn.
EEN NAAMLOOZE zendt me raad
sels en vertelt me. dat hij of zij ln
bod ligt met hoofdpijn. Zoek eens in
bed of daar je naam ook in ligt.
DE KLEINE KEEPER Hoe is 't
nu met Herman? Is jouw arm weer
heelemaai in orde. Nu maar een
beetje voorzichtig zijn op 't veld.
FREE3LA. Ik heb voor zoover ik
weet. maar èèn Frees ia. ik zal de
zaak eens extra onderzoeken.
«OUD-ELSJE. 't Doet me ple
zier. dat Je 't zoo leuk vindt aan onze
Rubriek. Je raadsels zijn goed.
NANNA. Ik denk, dat de kalen
der alle dagen een vreugde voor je
je ls. Nog hartelijk gefeliciteerd met
moeders verjaardag. Dat worden
vroolijke dagen in de maand Maart,
als tante trouwt. Heb je een greo'-en
brief aan de grootouders geschreven?
Je behoeft niet alleen zelfstandige
naamwoorden te gebruiken-
DE LEEUW. Juist, nu je 10
jaar bent geworden, behoor Je in
Afdeellng I.
BLOND ELSJE. Is de keelpijn
heelemaai over?
DRUIVENTROSJE. Als je Lelle
tje van Dalen spreekt, doe haar
dan mijn groeten.
ROODKAPJE. Gaat het naar
Je zin met 't wedstrijdwerk? Het
speet Jc zeker, dat de IJspret van
zoo korten duur was.
POES ENMOEDERT JEIs Je
opstel klaar? De raadsels zijn dezen
keer ook niet moeilijk.
WIPNEUSJE. Schiet Je nacht-
Japon flink op? Is de kiek aardig
uitgevallen? Nu strijk je moeders
wasch zeker ook wel eens.
PRINSES JULIANA. Beuke-
nootje mag natuurlijk aan den wed
strijd deelnemen. Dat ls Juist een
mooie afleiding voor haar. *t Mag
best met potlood. Wat zijn er veel
zieken op school! Ben jij gezond ge
bleven?
PRINS MAU RITS. De zusjes
zullen nu wel naar hun thuiskomst
gaan verlangen. Liggen ze nu met.
haar tweetjes ln één barak?
OPPETOM. Er mogen ook an
dere woorden gebruikt worden
Slaan is goed.
WILLEM IV. Je moogt dezen
naam houden.
DANSERESJE. Wil je voortaan
ook Je naam onder raadsels en
briefje zet'en? Als je Dinsdags je
briefje verstuurt, komt het altijd op
tijd. Ik hoop. dat Je dit keer geluk
kiger bent. met je Ruil-aanvraag. Je
raadsels zijn eoM.
BABBELKOUSJE. 't Zal voor
velen een teleurstelling zijn ge
weest. dat 't niet door bleef vriezen.
Had Je deze weck minder huiswerk?
Nog heel hartelijk gefeliciteerd met
vaders verjaardag. Was hij blij met
je cadeau?
MEIDOORNTJE. Ja. je hebt
moe mogen loten. Misschien ben Je
een volgenden keer gelukkiger. Ik
feliciteer Je vast har'elijk met je
verjaardag. Wat een bof. dat 't op
Zondag valt. Hoeft do pop dan haar
nieuwe flanelletje aan?
APPELBLOESEM. Je kunt de
raadsels veel beknopter opschrijven
Je had nu minder taalfouten ln Je
briefjes. Heb je Woensdag prettig
bij Je vriendinnetje gespeeld?
KELKJE. Is Je plant niet tel
gauw uitgebloeid? stond ze soms
op een te warm plaatsje? Wanneer
wordt de beker uitgereikt?
PRESIDENT KRUGER. Je mag
je fantasie laten werken ln je op
stel Heb Je weer een nieuw ge
schiedenisverhaal onder handen?
Was ,de Zoon van den Hongaar"
mooi? Je raadsel is goed.
ADMIRAAL DE RU /TER. Lees
maar eens wat ik aan je bovenbuur
aangaande 't opstel schreef. Ik
kon je raadsels goed lezen en ik zie
wel. dat je je best met schrijven
doet. 't Wordt al beter.
KERSTROOSJE. Heb je nog
eventjes schaatsen gereden? Was je
het niet verleerd? Verleeren doe Je
het geloof ik nooit. Dat was maar
een prettig uitstapje met moeder
naar Amsterdam. Je had zeker een
mooi panorama vanaf die galerij.
KNIPPERDOLLETJE. MLsschlcn
plaats ik dat grapje wel eens. Je
behoeft je met 't wedstrijdwerk niet
zoo erg te haasten. Wat heb je
leuke boeken uit O. B.i
MAGNOLIA. Je raadsels zijn
goed. Ik dacht wel, dut de wedstrijd
naar je zin zou zijn. Vader en moe
der mogen je best wat helpen.
ROZENKONINGIN mag haar
schuilnaam houden.
JUFFERTJE REKENGRAAG.
Je raadsel is goed. Hoe gaat 't nu
met moeder? Gelukkig, dat jij dien
tijd zoo flink helpen kon. Ja, ik
heb van de Xolo gehoord. Prettig,
dat jullie er allemaal zou goed op
staan.
RANGEERDERTJE, Jongen,
dat is een rapport om in een lijstje
te zetten. De kinderen beneden 10
jaar mogen in Afdeellng II mee
doen, ouderen niet. Ik heb door dio
woorden toch eigenlijk ook punten
opgegeven, not als de Juffrouw op
school. Van jou heb ik al weer wat
geleerd over dien montage-wagen.
Is de vliegmachine klaar? Welk
boek heb je nu onder handen?
ZINNIA. Lees maar eens, wat
ik aan je bovenbuur over de wed-
schrijden schreef. Vervelend, dat Je
zooveel huiswerk hebt. Ju, die woor
den mag je wel omkeeren.
ZILVERDISTEL. t Aantal
raadsels was voldoende. Heb jij ook
zooveel huiswerk?
ZWARTKOPJE. Zoo heb Je on
dervonden, dat haastige spoed zel
den goed Ls. Je merkt wel, dat lk
meer Zwartjes heb. Is de pijn in Je
hals over? Wanneer Ls die bazar?
Wat zullen er veel aardige dingen
te zien zijn. Hoe oud wordt broer
tje? Ben Je al aan 't opstel begon
nen? Pas maar op, dat broertje het
niet ln handen krijgt.
ROZENKNOPJE. Ben jij ook
weer beter? Is de verhoudheid over?
En de hoofdpijn weg? Ik hoon voor
Je. dat Je Zondag grootvader kunt
gaan fellclteeren. Heeft Je vrien
dinnetje Woensdag prettig by Jo
gespeeld
EIKELTJE. 't Doet me plezier,
dat de wedstrijd in Je smaak valt.
Een padvindster weet toch zeker
wel, hoe het in een kamp toegaat.
Wat een oer, dat Jij ook rechter
hand bent. Ik had al van dien
naam gehoord. Kun je al mooi flul-
'en? Freesia was al bang, dat ze
een dubbelganger had. Is Je pop
pen jurkje af? Staat 't Je pop snoe
zig?
WILLEM VAN ORANJE Fe
bruari moet 5 zomor.-ehe dagen ge
ven. Misschien telde Woensdag al
voor één. Ben je nog naar 't voet
ballen wezen kijken? Is je plakzull
klaar? Heb je er een cijfer voor ge
had? Die Dultache plaats was Eis
leben. Ben Je al aan je opstel bezig?
W. v. O. - Je bent welkom. Die
Indianen-club lijkt me fijn. Zet Je
schuinaam den volgenden keer
maar onder Je werk. Wat doen Jul
lie met 't opgespaarde geld? Als
Kees goed lezen en schrijven kan,
mag hij ook Rubriekertje worden.
NACHTVLINDERTJE. Breng
mij Je Poesir-Aibum maar. dan zal
ik er ten versje ln schrijven. Ja.
Fietje heeft me al over dat taschje
geschreven. Wat aardig, dat moeder
vroeger ook Rubriekertje was. Na
tuurlijk moet Jc meedoen met den
Februari-wedstrijd.
WATERROTJE Je hebt die
anjer beeldig overgetrokken. Het
stond zoo fleurig onder aan Je
briefje. Nog wel gefeliciteerd met
Annie's verjaardag. Dat was dus al
weer een heerlijk Zondag je. Wat
heeft ze vee! gekregen. Ben ;o
Woensdag gezellig met moeder uit
geweest?
W. BLOMBERG—ZEEMAN
Marnlxstraat 20,
BIJ VOECSEi:
VRIJDAC 13 FEBRUARI 1931
No. 217
AAN ALLEN!
Ik denk, dat er Zondag velen ge
jubeld zullen hebben om dat de sloo-
ten met een ijsvloer bedekt waren. Ik
heb dan ook heel wat jongens en
meisjes zien passcsren met de schaat
sen in de hand- Eindelijk was er dan
toch ijs gekomen.
Voor de hekken van de ijsbaan
stond menigeen te gluren en *t wa
ren lang geen vriendelijke woorden,
die daar aan 't adres van 't IJrbaan-
bestuur geuit werden- Een beweerde
b.v. dat de Haarlemsche ijsbaan
morgen zeker geopend zou worden,
waarop een ander liet volden: O,
dan dooit het zeker. Eigenlijk is 't
toch dom geredeneerd, want 't alier-
kwlekste bestuur kan er toch n'ets
aan deen, dat de ijslaag te dun is om
een mcnschenmassa te dragen. Nie
mand kan zeggen, hoe 't weer den
volgenden dag zal zijn. Natuurlijk
kan je wel wat van den barometer
opaan en de weerberichten uit de
krant zijn vanwege 't Meteoroogisch
instituut in elkaar gezet en werke
lijk niet op losse gronden. En toch,...
ja en toch kan 't wel eens heel an
ders uitpakken.
Weet je, wie het dikwijls nog het
boste weten? De landman, de boer.
Uit kleine bijomstandigheden voor
spelt hij het weer van den komen
den dag.
Ligt er 's morgens geen dauw op
't land, dan kun je ervan opaan, dat
er in den loop van den dag wei re
gen zal vallen.
Op 't platteland kun je nog van
die profetische rijmpjes hooren. het
weer betreffende van de verschillen
de maanden.
Zoo klinkt het van de maand Ja
nuari:
In Januari moet t vriezen dat het
kraakt,
Opdat van 't zomer veel koren in de
zakken raakt.
Voor de maand Februari:
Als de gans in Februari water heeft,
Ileeft het schaap in Mol gras.
Dus, 't is voor het vee beter, dat er
in Februari geen ijs meer is. Het
Maartrijmpje: Maart roert zijn
staart, kennen Jullie natuurlijk al
len. Ook. dat April doet wat hij wil.
De boertjes kunnen van het weer in
Maart en April niet zoo heel veel met
zekerheid zeggen.
Is Mei koel en nat, Vult schuur en
vat. Meiregen geeft zegen. Hooren
we ln Juni na Sint Jan (dus na 24
Juni) nog koekoekgezang dan duurt
de winter lang.
Geeft Juli warm en broelïg weer
I)an ls het boertje in de weer.
Augustus geeft geen regenbuien
De boer kan de oogst niet
binnenkruien.
Veel eikels in September.
Veel sneeuw in December.
Na de Septembermaand treedt voor
den landman de rusttijd in. Rijmpjes
zijn me van de laatste maanden van
't Jaar niet bekend. Wel profeteert de
boer, als hij ln den la'en herfst de
veldmuizen nog over de velden ziet
loopcu. dat er weinig kou zal komen-
Is hij aan 't spitten en stuit hij op
de winterprovisie der knaagdieren
dan weet hij al, dat oen strenge win
ter op komst is. Hebben de mollen
hooge raolshoopen gemaakt, dan
zal or zeker veel water vallen.
't Is heusch niet r.oodig, dat de
boeren een barometer in huis heb
ben.
W. B.—Z,
Nannie en Anneke waren bovenste
beste vriendinnetjes neen, ze wa
ren eigenlijk nichtjes, de eenige
kleine nichtjes in een groote fam'lie.
Bovendien waren zc belden eenlgst
kind en woonden, in dezelfde stad
dicht bij elkaar. Het sprak dus wel
van zelf, dat ze héél veel bij elkaar
waren en met elkander spoe den.
'n Poos lang gingen ze met z'n
tweetjes op dezelfde school, waar An
neke in de tweede klas zat, toen de
zooveel oudere Nannie al bezig was
aan haar laatste jaar. Deze laatste
voelde zich dus al heel erg groot dat
ligt voor de hand. en haar kleine
nichtje keek met het grootste respect
tegen haar op. wanneer zij. op weg
naar school, vertelde van de vrees
lijke moeilijke .sommen, welke mijn
heer Mulder altijd opgaf en den
grooten berg huiswerk, dien ze lede
ren dag weer opnieuw te maken had.
En als Nannie die stille bewondering
ln Anneke's oogen zag dan was zij. o
zoo gauw, geneigd 'n beetje ie gaan
overdrijven en dan maakte zij de
sommen nog vreeselijker en het huls
werk nog angstwekkender. Tot ein
delijk de kleinste van het tweetal het
noodlg begon te vlndèn om ook eens
iets te beweren en 'n gewichtig ver
haal ophing over dat akelige mensch
van 'n Juffrouw, die altijd maar zat
te vitten, dat zij niet goed kon lezen
en dat ze er te veel een liedje van
maakte, en nu moest ze, verbeeldt Je
zoo iets. iederen dag thuis 'n stukje
lezen en dan moesten vader of moe
der luisteren, of zij het goed deed.
Hè Jakkes, net zoo vervelend
meende Anneke en trok 'n vies ge
zicht,en moeder zegt dan altijd
maar. dat het goed is enne, enne.
dat mensch op school vindt het niet!
Moeder zal het toch wel weten, wat
zeg jij nu?
Ja, Nannie vond dat wel 'n pijnlijk
geval voor de kleine nicht, die met
haar greote donkere oogen vol ver
trouwen naar haar opkeek en ver
wachtte dat zij wel raad zou kunnen
geven; ais je al ln de zesde klas zat.
Jonge, dan wLst Je wel wat. En ze
spraken af, dat als ze weor bij elkaar
waren en dat gebeurde geregeld
Aneke stukjes 7-ou voorlezen en dan
zcu Nannie zeggen, wat er aan man
keerde. Maar de liep mis, hoor' Fi
naal mis! Anneke had wel veel ontzag
voor haar groote nicht, maar dl3
moest nu toch niet deuken, dat ze
alles wist. ze was eigenlijk nog erger
dan de Juffrouw van schooi, die vond
het tenminste nog wel eens goed,
maar die Nannie.gunst, die was
zoo eigenwijs, die had nu letterlijk
altijd wat aan tc merken. Dan zong
ze te veel, dan las zc te zacht....
neen, hoor. dan maar niet voorlezen.
En of Nannie al beweerde, dat zij
het (och wel wist. zij zat al in de
zesde klas, zij kreeg al-Ud 'n goed
cijfer voor lezen. neen. hoor. Anneke
had er geen zin meer ln. en d;
ernstig bedoelde les <jn'aardde in een
vinnige kibbelpartij.
Ja, dat was waar.... Kibbelen
konden ze met z'n tweeJee, ver
schrikkelijk! Het was met recht; Van
eikaar meugen ze niet, bij elkaar
deugen ze niet! Nannie had 't al Ijd
over Anneke, en Anneke altijd over
Nannie, maar o wee. als de Jonge da
mes het niet ééns waren, dan waren
het precies twee kemphaantjes.
Nannie vond zichzelf zoo groo', dat
ze „dat kleine wurm van 'n Anneke"
zooals zij haar dan noemde
geen gelijk wilde geven en de kleine,
niet op haar mondje geval'en, o jó
neen. liet zich evenmin de kaas v n
het brood eten. Tot eindelijk vader
of moeder, of oom of tante, zich er
mede bemoeiden en de twee ru ie-
maa katertjes scheidden. En d^n
pruilden ze beiden nog 'n p->os na,
maar ton slotte werd het toch altijd
weer goed en bleven ze heel veel van
elkander houden.
Zeg, Aneke, lk kan fietsen! rk
heb het fijn geleerd, gisteren, op do
fiets van Tine van Weel.
Dat was 'n gebeurtenis voor het
kleinste meisje.
Kon je het gauw? vroeg ze met
'n blos van opgewondenheid op haar
gezichtje.
—Direct hoor! Tine heeft 'n paar
keer de straat met me op en n'or
gedraafd om me vast te hou'en,
maar toen ineens liet ze me los. om
dat ze buiten adem wasen toen
ging ik vanzelf, heelemaai alleen!
Het ging zoo fijn!
En weet je moeder het?
Natuurlijk! Ik heb moes geroe
pen en toen heeft zij voor het raam
gekeken. En telkens ben ik langs eo-
fictst Moes vond het zoo leuk, dit
ik het kon. En zeg.eenmaal heb
ik geprobeerd om een hand los te
laten om aan moeder te wuiven en
toen inéénskind, lk schrok mc
'n hoedje ging lk heelemaai
dwars naar den stoep van de straat.
Maar gelukkig hield lk mc neg
goeden moes merkte er n'ets
van. dat lk haast vielanders
had lk natuurlijk moeten ophouden,
dat bcprijp je.
Fijn voor Jou. zeg. dat Jc kan
fietsen, bewonderde Anneke. Hè, ik
wilde, dat lk het óók kon.
Kind! Jij bent nog véél 'e kl*'n
voor 'n flets, schamperde Ncnn'e Hos
kan jij nu op 'n groote flets? Ja, op
zoo'n kinderfietsje maar dat jg niet
echt. dat ls maar speelgoed.
Ach, heeremetljd. wat was dat 'n
koudwaterstraal voor klein Anneke;
mlddèn in haar enthousiasme over
Nannie's kunststuk ineens zoo'n
domper. De traantjes kwam haar in
de oogen en haar opgetogen s'cm-
mlng sloeg plo'se'.ing om. Dat was nu
ook weer echt iets van Nannie, om
met de arrogantie van grooter meis
je haar lief nichtje op zoo n smalen
de manier te kleineeren. Maar An
neke liot dat maar zoo niet langs
zich héén gaan, neen hoor, daarvoor
was ze te bijdehand.
Kind Jij met je fietsen! 't Ls
me nog al wat! Dat kan iedereen.
Jcantje Spieksma, die naast ons
woont, is veel kleiner dan Jij en die
fietst 's morgens aUlJd naar school.
Enne.als er ijs komt. gaf ik met
mijn vader mee naar d® IJsclub om tc
leeren schaatsenrijdenEnne.
mijn vader zegt. dat ik het best heel
gauw zal kunnenMijn vader kan
het zoo prachtigveel mooier dan
Jouw vader
Het kleine meisje moest en zou iets
hebben, waarmee ze Nannie ken
overtroeven.
Ach. kind. hoe weet jij dat nu?
Heb Jij mijn vader wel eens />n
schaatsenrijden?Nu dan. waar
praat Je dan over?.
Nannie had het zelf ook nog no«lt
gezien, maar dat behoefde ze nu niet
tc zeggen, vond ze.
En daar waren de twee weer be
zig de kemphaantjes op en top
beide met roode kleurenen
boasboosverschrikkelijk
Tot plotseling hun beider woedt