STADSNIEUWS
Het licht op den toren.
HAARLEM'S DACBLAD
DINSDAG 31 MAART 1931
DE AMBTENARENWET 1929.
DE UITVOERING DER WET.
Het tot stand komen van de Wet van 12
December 1929 „houdende Regelen betref
fende den Rechtstoestand van Ambtenaren
(Ambtenarenwet 19291, welke wet op 27 De
cember 1929 In Staatsblad 530 werd afgekon
digd. is voor den Neder la ndschen ambtenaar
van bijzonder groot belang.
Reeds sedert ongeveer 1350 werd in Ambte
naarskringen de aandacht gevestigd op de
noodzakelijkheid van het tot stand komen
van zekere rechtsregelen voor den ambtenaar
en zelfs de groote liberale staatsman, Thor-
becke. achtte toen reeds rechtsbescherming
van den ambtenaar in het belang van den
publieken dienst.
Hoewel de Ambtenarenwet niet volledig
aan do wenschen en verlangens van de amb
tenaren tegemoet komt, wordt in ambte
naarskringen gaarne erkend, dat deze wet de
mogelijkheid biedt om het rechtsgevoel te
bevredigen.
Een belangrijk gedeelte van de in deze wet
opgenomen bepalingen is gewijd aan het z.g.
formeele recht, d.w.z. aan den vorm van
rechtspleging waaraan overheid en ambte
naar zich bij voorkomende geschillen zullen
hebben te houden; een kleiner gedeelte bevat
bepalingen ten aanzien van het z.g. mate-
rieele recht van den Ambtenaar en de wen
schen der ambtenaren ten opzichte van dit
gedeelte der wet zijn niet geheel bevredigd.
Bij de behandeling der wet in de Volksver
tegenwoordiging Is dat zeer duidelijk tot
uiting gekomen in de redevoeringen van en
kele Kamerleden.
De regeering wenschte echter niet verder
te gaan met het treffen van regelen nopens
het materieele recht.
Op 15 Maart 1930 zijn reeds enkele bepa
lingen der Ambtenarenwet in werking getre
den nl. de titels I en III welke bepalingen be
vatten betreffende aanduiding, wie ambte
naar zijn ln den zin dezer wet en „van mid
delen tot bewaring en verwerkelijking van
recht", alsmede de bepaling in artikel 127.
dat de gehuwde ambtenares tegenover den
Staat of het openbare lichaam in welks
dienst zij ls. zeirstandg beschikt over hare be
zoldiging of het pensioen. Daarentegen tre
den pas op 1 September a-s. een aantal bepa
lingen in werking, welke de verschillende
openbare lichamen o m. verplicht, vóór dien
datum verschillende voorschriften vast te
stellen, of reeds bestaande soortgelijke voor
schriften eventueel aan te vullen of te wij
zigen.
Het is deze materie welke de laatste en nog
komende maanden voor dien len September
tal van besturen van openbare lichamen en
niet minder ook alle organisaties van over
heidspersoneel ernstig bezig houdt.
Op 26 Maart jl. heeft het georganiseerd
overleg voor Amb'enaren, Werklieden en Po
litiepersoneel alhier zijn eerste vergadering
daaraan gewijd.
Tot het geven van eenlg begrip van den
omvang van deze materie diene. dat de
Ambtenarenwet onder „Ambtenaar" ver
staat; hem, die ls aangesteld ln openbaren
dienst om hier te lande werkzaam te zijn.
Niet echter de personen in openbaren dienst
met wie een arbeidsovereenkomst mar
burgerlijk recht is gesloten. Het eerste artikel
der wet bepaalt tevens, dat tot den openba
ren dienst behooren alle diensten en bedrij
ven door den Staat en de openbare licha
men beheerd.
Hieruit volgt, dat alle hoofdambtenaren,
directeuren, hoofden van diensttakken, alle
ambtenaren, werklieden en de politie onder
het begrip „ambtenaar" vallen en de wet
hare beschermende bepalingen over hen uit
strekt.
Artikel 2 somt natuurlijk enkele uitzonde
ringen op dien algemeenen regel op, nL ten
aanzien o.a. van ministers, leden van den
Raad van State, rechters en ook ten deele
ten aanzien van militairen.
Zoo heeft b.v. ook het gemeentebestuur
van Haarlem vóór 1 September as. voor
schriften vast te stellen nopens: aanstelling,
schorsing, ontslag, bezoldiging, wachtgeld,
diensttijden, verlof en vacantie en aanspra
ken in geval van ziekte, overige rechten en
verplichtingen van ambtenaren; disciplinaire
straffen, administratieve instanties (scheids
gerecht of adviescommissie), en over de wijze
waarop aan vereenlglngen van ambtenaren
gelegenheid wordt gegeven, ten aanzien van
die betreffende algemeen verbindende voor
schriften haar gevoelen te doen kennen. (Ar
tikel 125 der wet).
De Commissie yan Arbelds- en pensioen
zaken alhier heeft onder leiding van wet
houder Mr. J. Gerritsz zich reeds ernstig be
zig gehouden met den belanvrijkena, veel
om vat tenten en s'cMlc moeil'lken ahbe'd
FEUILLETON.
Avonturen van een journalist-detective
gedurende den jprootcn oorlog.
Vertaald uit het Deensch
door P. J. AERSSENS
10)
„rk heb nog maar zelden een vrouw ont
meet. die over zulk een opmerkingsgave be
schikt als u".
„Och kom" lachte juffrouw Hellesen ge-
vleid.
Vosz had het gesprek de gewenschte rich
ting gegeven en stuurde nu aan op een onder
werp, waar het meisje ongetwijfeld interesse
voor zou hebben. Hij had reeds eerder ver
moed. dat zij Aaboe in stilte beminde.
„O, ja u kunt mij nog een grooten dienst
bewijzen. Weet u ook. hoe groot dat meisje
ongeveer was. ja. hoe heet zij nu ook weer..."
„Bedoelt u juffrouw Woiffsohn, waar u 't
zoosven over had?"
„Juist. die", antwoordde Vosz opgetogen,
dat hij haar naam kende. „Hoe lang ls zij
ongeveer?"
„Zij ls een Ietsje langer dan ik, maar niet
veel".
„Wat weet u dat precies? Ik moet haast ver
onderstellen, dat u vlak naast haar gestaan
hebt".
Vosz vreesde bij ieder woord dat hij sprax,
dat Juffrouw Hellesen hem zou doorzien. Doch
zijn vrees bleek ongegrond en ln stilte prees
hij de echte vrouwelijke eigenschap, van al»
door maar to praten over gevoelens, die zij
yerbergen willen. Het werd Vosz allengs dui-
van voorbereiding van voorschriften, welke,
na overleg- en in samenwerking met de
ambtenaren, werklieden- en polltle-organi-
saties. aan den Raad ter vaststelling zullen
worden voorgelegd.
Genoemde Commissie heeft reeds enkele
groote HJnen voor een ontwerp uitgestippeld
en de organisaties gaan hiermede grooten -
deels accoord.
Alle reeds terzake bestaande voorschriften
en de nieuw vast te stellen bepalingen wil de
commissie onderbrengen ln één reglement,
waarin ten aanzien van de verschillende
groepen van gemeenteoersoneel de gewensc'n
te verschillende bemalingen zullen moeten
worden vastgesteld. Zoo zullen vcor de hoofd
ambtenaren b v. geheel andere bijzondere be
palingen moeten worden opgenomen dan
voor ambtenaren en werkheden, al kunnen
de meer algemeene bepalingen, nopens de
rechtspositie, voor het geheele gemeenteper-
soneel geldend, dezelfde zijn.
De Commissie wil de bij de Ambtenaren
wet aan de openbare lichamen toegekende
bevoegdheid tot het Instellen van een Instan
tie, welke ln eersten aanleg rechtspraak kan
uitoefenen „over besluiten, handelingen en
weigeringen (om te besluiten of te hande
len)" gebruiken en wenscht voor het ge-
meentepersoneel één scheidsgerecht ingesteld
te zien. behoudens de uitzondering voor de
politie, waaromtrent de burgemeester de be
slissing heeft te nemen. De verschillende or
ganisaties hebben naar verluidt den
zelfden wensch. Minder eenstemmigheid
schijnt te bestaan ten aanzien van de ge
dachte. aan het gemeentepersoneel de ver
plichting op te leggen, dat het zich bij een
vakorganisatie zal aansluiten.
De mogelijkheid van ..voorwaardelijke straf
oplegging", welke der commissie wenschelijk
voorkomt, vindt bij de organisaties zeker in
stemming.
Belangrijk ls het prlncïpleele vraagpunt of
aan vrouwelijk personeel, dat ln het huwe
lijk treedt, ontslag moet worden gegeven.
Zoowel bij de commissie zelve als bij de or
ganisaties bestaat op dit punt belangrijk ver
schil van meening. Hoe de beslissing vallen
zal ls nog niet te voorzien.
Behalve deze punten zijn er nog enkele,
welke de commissie in het Algemeene Regle
ment wil geregeld zien.
Wat nu de rechtsprocedure betTeft zal voor
Haarlem zeer .waarschijnlijk deze regeling tot
stand komen, dat een in te stellen scheidsge
recht voorkomende geschillen of beroep van
opgelegde straffen ln eersten aanleg zal be
handelen.De beroepsinstantie, zdbwel voor
de overheid als voor den betrokken ambte
naar ls dan de Centrale Raad van Beroep te
Utrecht.
Gaat het gemeentebestuur niet over tot
het instellen van een scheidsgerecht, dan zal
de Raad van Beroep, optredende als .Amb
tenarengerecht". in eersten aanleg kennis
nemen van en beslissen over zaken, welke
anders door het scheidsgerecht zouden zijn
behandeld geworden. De beroepsinstantie is
ook dan de Centrale Raad van Beroep.
Het moet echter stellig een gemeentebe
lang worden geacht, dat een plaatselijk
scheidsgerecht, samengesteld uit. noch bij
het -gemeentebestuur, noch bij de personeels
organisaties geïnteresseerde personen, als
scheidsrechters, in eersten aanleg geschillen
tusschen gemeentebestuur en een betrokken
ambtenaar aan zijn beslissing onderwerpt.
Intusschen wordt nog veel arbeid vereischt
alvorens de gemeenteraad ten aanzien van
deze materie een besluit zal kunnen nemen.
Het voorbereidende werk voor het georga
niseerd overleg, nl. het komen tot een ont-
werpreglement is in vollen gang.
Natuurlijk ziet het politieoersoneel met
veel belangstelling een beslissing van den
burgemeester in deze kwestie tegemoet, om
dat daarvan zal afhangen óf en zoo ja:
wélke waarde voor dat personeel een plaat
selijk scheidsgerecht zal hebben.
T.
NATIONAAL CONGRES VOOR
VAKOPLEIDINGSVRAAGSTUKKEN
Het Bureau der Kamer van Koophandel en
Fabrieken alhier stelt voor, een subsidie van
25 te verleenen aan bovengenoemd con
gres. dat in Augustus 1931 te 's-Gravenhage
zal worden gehouden.
LUCHTPOSTVERBINDING MET NED. INDIë
Het Bureau der Kamer van Koophandel en
Fabrieken alhier stelt voor. een brief te rich
ten tot den M nister van Waterstaat, waarin
den Minister in overweging wordt gegeve-
die maatregelen te helpen bevorderen die
zullen strekken tof het instellen van een
wekelijkschen luchtpostdienst met Ned. O-
Tndië dot g-vd"raMd-» laar 1TU.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 63 Cts. per regel.
CHOBOTRA
Gebruik' eens «er afwisseling
Chobotra
een heerlijke cnocoladepasfel.
He» is een welkome *ennope-
ring en ree» goedkoop in hef
gebruik. Verandering von spijs
doe» e'en.
Chobotro Is verkrijgbaar In
flacons von f. 1. en halve fla
cons von f 0-60. Neemt heden
nog een proeft
DE TREKKING DER JOODSCHE
INVALIDE, AFDEELING
NOORD-HOLLAND.
HOOFDPRIJS VALT OP No. 479.
Onder enorme belangstelling heeft Maan
dagavond in het gebouw van den Haarlem-
schen Kegelbond de laatste trekking plaats
gehad van de groote loterij der Joodsche In
valide, afdeeling Noord-Holland.
Dit was de avond, dat het ihuis moest „val
len", het perceel Boekenrodestraat 1, de
hoofdprijs van de loterij, en het was dan ook
geen wonder, dat er in de zaal een gespannen
atmosfeer heerschte. Aller oogen waren ge
richt op het centrum van het podium, waar
notaris Ittmann en zijn staf zetelden geflan
keerd door de beide bussen, respectievelijk de
lotnummers en de prijzennummers bevattend.
Wie zou de gelukkige zijn?
Voordat de notaris met zijn omvangrijk
werk een aanvang nam, sprak rabbijn S. Ph.
de Vries, secretaris van de afdeeling Noord-
Holland der Joodsche Invalide een kort ope
ningswoord, ln de plaats van den voorzitter,
den heer I. G. Keesing, die verhinderd was.
Rabbijn De Vries legde den nadruk op de on
weerstaanbare kracht, die er van de Joodsohe
Invalide uitgaat. Deze onweerstaanbaarheid
heeft ertoe geleid, dat de 280.000 loten nu
allen een eigenaar hebben gevonden, of
schoon men toch eigenlijk tot Augustus den
tijd had. Dank bracht spreker aan notaris H.
C. Ittmann. die zich voor de trekking belan
geloos ter beschikking had gesteld, aan den
directeur der J. I., den heer I. Gans, van wien
zoo'n enorme stuwkracht uitgaat en zijn
energieke staf, en verder aan allen, die bij
den verkoop en de propaganda hun mede
werking hebben verleend. Spreker hoopte,
dat er met plezier en geluk aan het schoone
werk voortgebouwd mocht worden.
Het woord was hierna aan den notaris. Met
luider stemme las hij de nummer? op en de
spanning steeg van minuut tot minuut.
Edochde prljsnummers 500 (de 5 per-
soons E? ex super six Coach) en 750 (het
huis). Heten lang op zich wachten. En toen
voorgesteld werd een kwartier te pauzeeren
zaten de bewuste rolletjes nog veilig en wel
in de bus opgeborgen.
De pauze benutte de heer Gans, directeur
der J. I.. voor het houden van een toe praak.
waarin h(J de trekking de laatste acte van
een schoon blijspel in 'twaalf tafereelen noem
de. Daarmee ls evenwel niet gezegd, dat het
doel der vereeniging nu bereikt is. Integen
deel. het is lil alle opzichten noodzakelijk, dat
men de Joodsohe InvaMde blijft steunen.
Ook na de hervatting van de „laatste
ronde" duurde het nog langen tijd voordat de
hoofdprijzen te voorschijn kwamen. Tens'otte
..viel" de Essex het eerst en wel op no. 4949.
En daarna, onder een massale zucht van ver
lichting en teleurstelling tegelijk „het" huis.
De houder van no. 47ft bleek de gelukkige. De
geluksvogel was echter niet in de zaal aanwe
zig. Vermoedelijk is het een inwoner van
Amsterdam, het lot Is althans in de Amster-
damsche Bijenkorf verkocht. Naam en adres
zuilen nader worden bekend gemaakt.
Met het bekend worden van het nummer
was meteen ook de spanning gebroken en de
meesten verlieten na den „slag" de zaal.
Aan het einde van den avond sprak de se
cretaris van het hoofdbestuur, de heer L.
Snapper het slotwoord uit. In het bijzonder
bracht hij daarin dank aan notaris Ittmann
en rabbijn De Vries.
Diegenen, die geen prijs ten deel ls geval
len, mogen zich de woorden van den heer
Gans ln herinnering brengen, nl., dat zij
toch een groote voldoening zullen vinden in de
medewerking, die zij voor een schoon doel
hebben verleend.
n. o. v.
Door het bestuur van de Haarlemsche Or-
kestvereen'girg is aan de musici van het,
korps een voorjaarsvacantie gegeven van 2
tot. en met 7 A^ril.
Voor den Politierecliter.
De goedwillige wandelaar.
Het ls te begrijpen, dat de Jonge man, die
werkloos was, het schoone weder benutte
om met zijn vrouw een wandeling te maken;
wellicht wekte de ontluikende natuur bij hem
gedachten aan nieuwen welstand. Het geviel,
dat zijn oog. sleurend naar lenteboden, in
een sloot een rijwiel ontdekte, tegen dén wal
geplaatst en aangezien het wateroppervlak
geen verongelukt beri^-er kon bedekken om
dat er geen noemenswaardig wateroppervlak
bestond, terwijl, zoo ver het oog reikte, geen
menschelijk wezen zichtbaar was. besloot de
man na korten familieraad het rijwiel mee
te nemen ten behoeve van den rechtmatigen,
hem onbekenden eigenaar, vermoedelijk ver
onderstellende, dat iemand onder het rilden
ongemerkt het rijwiel had verloren om thuis
tot de ontdekking te komen, dat hij te voet
en niet per rijwiel was gearriveerd. In deze
wondere tijden kan je alles verwachten.
De Jonge man plaa*<de het vervoermiddel
ln een garage en wachtte tot een eigenaar
zou komen oodagen en wellicht ware dit alles
niet geboekstaafd, a's zich niet de voor hem
noodlottige omstandigheid had voorgedaan,
dat hij werk kreeg. Begrijp me gced; het was
niet noodlottig van wege het werk. ofschoon
er werkloozen zijn. wien eeen grooter pmn
kan overkomen, maar wel vanwege het feit.
dat de man nu een fiets noodlg had. Hij be
zat een flets, die niet berijdbaar was en zoo
doende bes'oot hij de defecten te herstellen
met gedeelten van het gevonden voorwerp,
wat hij dan ook deed en dit bracht hem in
de bek'aagdenbank.
Officieren van Justitie staan sceptisch te
genover het vinden van goederen en ln dit
geval kon de officier dit niet beter uitdruk
ken dan door drie maanden gevangenisstraf
te eischen. maar de rechter vond een sloot
toch wel een rare stalling, waaruit afgeleid
zou kunnen worden, dat de rechter niet van
nabij met de eigenaardigheden van de voetbal
lende Jeugd bekend is. Enfin, die onbekend
heid kwam den man ten goede omdat hem
diefs'al en niet verduistering was ten laste
gelegd en de wandelaar werd vrijgesproken,
wat hij zelf n;et goed scheen te begrijpen,
want. hij was haast niet uit de bank weg te
krijgen.
De kalme dronkaard.
Het Is natuurlijk best mogelijk, dat de fris-
sche lucht en de zeewind te IJmuiden het
overmatig b'.ozend gelaat waarin vooral de
neus fel gloeide,, voor hun rekening hebben,
maar anders ware het dan ook aan geen
twijfel onderhevig of de gcede man. die,
staande voor zijn wereldlijken rechter, ze
nuwachtig z'n pet befrommelde. was niet
iemand, dien de hooge Jeneveraccijns van
drinken terughield. De agent, die hem hier
had doen komen, bezwaarde hem niet noo-
deloos, want hij noemde hem een kaimen
dronkaard, maar dit was meer een algemee
ne beschouwing, want dat hij terecht stond
was geen gevolg van die kalmte. Integendeel
hij was op een avond, toen werkloozen ver
gaderden en hij gemeend had die vergadering
met zijn tegenwoordigheid te moeten op
luisteren. driemaal de deur uitgegooid en de
agent oordeelde het daarom het beste hem
nu voor afwisseling maar eens een deur bin
nen te gooien en wel die toegang gevende tot
het arrestantenhok.
Dit was den man niet naar den zin, hij
wilde uit- en niet ingegooid worden, waarom
hi] zich op de strtasteenen vlijde, een bezig
heid. die als weerspannigheid wordt aange
merkt, ofschoon er dan. om het recept van
wederspannigheid te completeeren, van trek
ken ln andere richting wordt gesproken.
Met de jenever was ook de herinnering aan
al die tegenstrijdige handelingen ln damp
opgegaan en de man zei dit kort en zakelijk:
„ik was dronken" en hij zei dit met een ge
zicht alsof hij op z'n eerste verboden borrel
tje was betrapt. Nou. de rechter vond niet
zoo heel veel zondigs in dezen mensch en gaf
tien gulden boete met de vermaning er voor
te sparen en het was overduidelijk, dat dit
voor hem een tamelijk nieuw begrip was,
want hij verzonk in gedachten, met de vin
gers aan de pet zoekend naar de oplossing
van het raadsel, hoe een dorstig mensch tien
gulden bij mekaar moet krijgen.
Ga Je in beroep? vroeg de deurwaarder en
wekte hem uit zijn gepeins.
„Neen. meheer!" en hij zwaaide af.
De dorstige kruidenier.
Als een kru'.denlersjngen voor z'n baas
geld ontvangt, is het behoorlijk en tevens
gebruikelijk, dat hij dat geld afdraagt, want
zulks niet doende maar het in vroolijkheid
verterend, als ware hij zelf de baas van de
zaak. leidt tot onaangenaamheden, hetgeen
de jongeling, die thans terecht stond, zou er
varen En toch had hij dit goeddeels kunnen
voorkomen, want de officier was hem welge
zind gewsest, had hem aan de zorg van
drankbestrijders toevertrouwd en zelfs een
strafvervolging willen vermijden, zulks met
het oog op den Jeugdigen leeftijd en andere
overwegingen van humanltairen aard: aan
de oTwop-send<> kracht vin e"»viTT*°n!*«;'raf
toch wordt, tegenwoordig gelukkig meer en
meer getwijfeld. De jongeling had dit ter
harte moeten nemen, dan zou hij het biljart
en-dergelijke genietingen gemeden hebben;
nu hij dit niet had gedaan, kreeg hij een
rood paspoort bij de drakbestrijders, die
blijkbaar gauw stiijdensmoe zijn. De officier
toornde tegen den jongeling, die daar ln
zijn zielige houding gansoh niet den indruk
maakte van een onverbeterlijk mensch, maar
de boosheid was meer uiterlijk dan innerlijk,
schoon vijf maanden gevangenisstraf uit
drukking aan den toon moesten geven.
De engel der gerechtigheid, staande achter
den presidentszetel, breidde echter haar vleu
gelen beschermend over den boeteling uit,
die zich hoorde veroordeelen tot 6 ma mden
voorwaardelijk.
KENNEMER VEREENIGING
VOOR JEUGDHERBERGEN.
EEN JEUGDHERBERG AAN DE
JAN GIJZENVAART.
Zaterdagmiddag werd in het „Jeugdhu's"
aan de Kinderhuisstraat de Jaarvergadering
gehouden. Uit het jaarverslag van den secre
taris bleek, dat de belangstelling voor het
Jeugdherbargwerk steeds groeiende is. Het
aantal leden steeg tot 471. Daar de Jeugdher
berg aan den Jansweg in September van het
vorig Jaar wegens sluiting van het gebouw
„Excelsior" moest worden opgeheven, was het
bestuur genoodzaakt, naar een ander gebouw
voor de Jeugdherberg om te zien. De ver-
eeniging is er nu ln geslaagd, een gebouw te
huren van d° gemeente Haarlem, nl. de
voormalige R.K. School aan de Kerklaaa
(Jan Gijzenvaart). De ligging van dit ge
bouw is voor het doel zeer gunstig: het ligt in.
een mooie landelijke omgeving, en Ls trch
gemakkelijk uit de stad te bereiken. Men
verwacht, dat de Jeugdherberg ook veel ge
bruikt zal worden, door „trekkers", die een
tocht per kano of ander vaartuig makenDe
inrichting van dit gebouw zal een bedrag
van pl.m. f 5500 eischen, waarvoor dringend
versterking van het Jeugdherbergfonds noo-
dig is. Om dit bedrag zoo spoedig mogelijk
bijeen te krijgen, zal een uitgebreide actie
worden georganiseerd. Wanneer deze actie
slaagt, hoopt men nog dezen zomer de
jeugdherberg te kunnen openen.
Daar de voorzitter, de heer C. Slpkes,
wegens drukke werkzaamheden zijn functie
had neergelegd, werd tot voorzitter gekozen
de heer Ir. J. E. de Vries. Wegens bedanken
en periodieke aftreding van bestuursleden
moest ln een zevental vacatures worden
voorzien.
Herkozen werden de heeren T. K. Roosjen
en A. v. Nierop, als nieuwe bestuursleden
werden gekozen de heeren G. Houtzager, P-
C. de Jongh, J. W. Steffens, R. Veth en R.
IJzer.
DE NATIONALE DANSCOMPETTTIE.
In den- loop van April zullen, naar men ons
meedeelt, de meeste wedstrijden gehouden
worden voor de locale en provinciale a&ns-
competities, die de voorbereiding vormen
voor den finalen wedstrijd om het Amateur-
Dans kampioenschap 1931.
Het algemeen comité, dat te beginnen met
dit Jaar verantwoordelijk ls voor de geheele
organisatie, heeft gemeend, dat het beter ls
de verschillende wedstrijden zoo laat móge
lijk te houden. Geen enkel dansleeraar zar
fungeeren als jurylid voor wedstrijden, waar
leerlingen van zijn eigen Instituut aan deel
nemen. Op den finalen wed trijd zullen ge
danst worden de quick step, de fox-trott,
wals en tango. De beoordeeling geschiedt
naar vooraf bepaalde regels. Onder meer
zal de hand gehouden worden aan het Juiste
tempo der verschillende dansen. Vast staat
reeds, dat in de meeste groote steden wed-,
strijden zullen gehouden worden. Te Haar
lem zal de datum nader aangekondigd wor
den. De opzet dezer danswedstrijden ls de
verbetering van de beoefening van den dam
GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN.
Ploeger. A. L. Dyserinckrtraat 37, armband
horloge. Bur. v. Politie, Smedestraat. auto-
dop v. radiateur. De Jong. Oostvest 34, boe
ken. Captein, Schagchelstraat 17rd„ -studie
boek. Bur. v. Politie, Smedestraat. beursje
met inhoud. Arends, Aelbertsbergstr- f1 25,
das. Bur. v. Politie, Smedestraat. gramofoon-
platen. Jacobs, Kennemerplein 36. geld tuk.
Kennel Fauna. hond. gebracht door: v. Hou
ten, Baljuwslaan 26; gestroomde herder,
v. Leeuwen. Hasselaersplein 9. taxhond Kooij,
Kleverlaan 18, foxterrler. Beekhuis, Jac Geel-
straat 27, kinderhandschoen, v. d. Ham. Zui-
der Tuindorprtraat 24. handschoen. Rijbroek.
Esschilderstraat 15. handschoenen. Kennel
Fauna, zwart-witte kat en oranje kat. Davids,
Nassaulaan 4 B. manchetknoop. Luenk, Ged.
Raamgracht 10. medaillon, v. d. Aar. Har-
menjansweg 56, oorbel, Wedekind. Allah-
straat 73, pakje zeep. Eland. Zoete traat 40,
portemonnaie. v. Mourik. Leidschevaart 306,
rijwielbelastingplaatje. Weitbroek. Midden
weg 30, idem. Vernout, Papaverstraat 8,
tafeltje. Strengers. Ged. Voiderseracht 6,
tasohje met inhoud. Weber, Middenweg 22,
idem.
,1e.ijker en duidelijker. aaL het. de liefde was.
die de typiste zooveel belang in juffrouw
Wo'ffsohn deed stellen.
„Ik heb mij met haar gemeten", verklaar
de juffrouw Hellesen. ..Aaboe beweerde, da',
zij veei langer was dan ik en toen zij den
laatsten keer hier kwam, ben ik vlak langs
haar eeloopen. om mij zelf te overtuigen.
Maar zU heeft er niets van gemerkt. U weel.
voegde zU er ondeugend lachend aan toe
dat wij vrouwen sluw zijn als een slang in
zulke zaken".
„Sluw, ja, maar niet als "n slanig. U althans
zeker niet".
Vosz zette zijn verhoor heel voorzichtig
voort.
„Maar waarom heeft u er mijnheer Aaboe
niet aan herinnerd, dat zij vaker hier kwam
toen hij zeide, dat zU slechts één keer hier
geweest is".
Juffrouw Hellesen keek hem verward aan
en zweeg. En dit zwijgen gaf Vosz den moed.
om in zijn onbevangenheid, die zijn collega's
vaak brutaliteit noemden, een andere vraag
te stellen. Hij ging vlak naast haar staan en
zei, heel zachtjes:
„Laat u zich daarover liever niet uit. omdat
u van Aaboe houdt. Doe u maar geen moeite
Ik weet het".
Vosz zag dat zijn vraag en zijn verklaring
het gewenschte gevolg hadden. Groote tranen
rolden over haar wangen. Zij zette zich in
haar stoel, legde het hoofd op de armen
en begon hartstochtelijk te snikken
Vosz legde zijn hand op haar sohouder.
Zij keek op.
„Vergeef mij. als ik u leed heb berokkend.
Ik kor. zulks niet vermoeden
„Och. dat is 't niet antwoordde Juf
frouw Hellesen en hief het hoofd op. ..Ik had
al langer gedacht, dat zij hem het. hoofd op
hol bracht, died'.e
Na enkele ©ogenblikken vroeg Vosz:
..Waarom schrok u zoo, Juffrouw, toen u
zooeven opgebeld werd?"
Zij keek hem verrast aan.
„Hoe weet u dat?"
„Ik was hier vlak in de buurt, zonder dat
u het wist", zei Vosz. „Wat werd er door de
telefoon geroepen?"
„Ik weet niet hoe ik t noemen moet. Het
was aooiets van „lux".
..Maar daarvoor behoeft u toch niert zoo te
schrikken".
„Aaboe heeft dat ook al eens meegemaakt
en toen hij het aan Vlggo Hansen vertelde,
werd deze wit van drift. „Heeft hij nog meer
gezegd", had de advocaat gevraagd en Aa'coe
antwoordde: .Neen", maar aan zijn eigenaar
dig lachen, zag ik dat hij loog".
„Heeft hij met u wel eens over dat tele
foongesprek gesproken?"
„J3".
„Heeft hij u toen meer verteld?"
„Neen. anders niet".
„Juffrouw Hellesen, de zaak is misschien
van meer gewicht dan u vermoedt. Ik ver
zoek u toch vooral openhartig te zijn. Wat
heeft Aaboe toen nog meer gezegd?"
..Neen. toen heeft hij er verder niet over
gesproken".
„Maar later".
„Ja, een tijdje nadien zei hij: dat was nog
eens aardig, ook neg eens wat te hooren
van de privézeken :i de ouwe".
„Is „de ouwe" Vlggo Hansen?"
..Ja. En hij zei verder nog: Ik hoorde laatst
een soort machtspreuk als „kennis is macht",
maar dan in en andere beteekenls en ik zag u
ik zal mijn macht weten te gebruiken".
„Heeft Aaboa dat gezegd?"
„Ja. maar ik zag. dat hij er spijt van had,
he;, gezegd te hebben. Hij begon tenmnlste
direct over andere dingen te praten".
„Weet u ook. hoe "t met Aaboe's financiën
stond?"
„Ja. wel Jets"fc
..Hoe waren die?'"
„Niet bijster goed. Ik geioof zelfs dat 't
moeilijk slechter had kunnen zijn",
„Dank u", zei Vosz.
Onderweg dacht hij er aan, hoe vrouwen
gekrenkt in haar liefde, toch altijd een zeer
te waardeeren hulp zijn voor een detective.
„Ja kennis is macht", mompelde hij opge
wekt en zijn oogen schitterden.
IX
De portier van het groote huis. gelegen
tegenover het kantoor van Viggp Handen,
woonde in een zijvleugel van het oude ge
bouw, die later in den tuin aangebouwd
was.
Daarheen begaf zich Torben Vosz.
„Zoudt u mij eenige inlichtingen willen
verschaffen omtrent ae bewoners van dit
huis? Kent u alle families, welke hier wonen?
„Zeker meneer. Parterre is een winkelzaak
en de eerste verdieping is ingericht voor kan
toor".
„Wiens kantoor ls dat?" vroeg Vosz.
„Van een zekeren Robert Parns".
„Een Deen?"
„Neen. een buitenlander".
„Hoelang heeft hij hier zfjn kantoor?"
..Sinds October 1914".
„Wie woont er op de tweede verdieping?"
„Daar woont de kunstschilder Harold
Thomson, doch hij is op 't oogenblik niet
hier. Hij maakt een studiereis door Afrika
en heeft zco'.ang zijn kamers onderverhuurd".
„Aan wien?"
„Dat weet ik niet. Ik ken hen niet, maar
geloof dat zij ook buitenlanders zijn".
„Ja. nu met den oorlog, wonen hier meer
vreemden dan Denen", sprak Vosz. „Hoeft u
hen ook nog ncolt gezien?"
.Neen. Eens neb ik eeq van hen even gezien;
een dame".
.Een dame? Hoe zag ze er uit?"
„O, 'n mooi meisje, 'n brunette".
.Kennen die menschen u?"
„Neen, ik heb toen sledM-s 'n paar woorden
met dat meisje gewisseld".
Vosz legde hem uit, wie hij was en vroeg:
„Kan ik uw kleeren niet voor "n uurtje
leenen en mij dan in het hute begeven onder
voorwendsel, dat ik iets kom nazien. Of, ik
geef mij uit voor gasfitter of eiectricien, dat
is misschien nog beter".
„Ga gerust uw gang", zei de portier. „Maar
u zult niet veel bereiken, want die menschen
zijn bijna doorloopend uit. Ik heb al herhaal
de malen gebeld, doch nooit werd mij open
gedaap".
„Hsbt u dat dezen morgen al eens gepro
beerd?"
„Ja. maar ik kreeg geen antwoord".
„Waarom gaat u dan 's avonds niet. als u
ziet dat er licht brandt".
„Ik zie nooit licht".
„Maar u hebt dat Jonge meisje toch al
eens uit de deur z;en komen?"
„Ja. ik geloof wel, dat zij uit dat apparte
ment kwam. Tenminste, t-oen ik de trap op*
ging. hoorde ik van een der gangdeuren den
sleutel omdraaien. Juist teen ik op den over
loop kwam. ging zij de trap af en knoopte
haar handschoenen toe".
„Zij kwam dus van binnen?"
„Ja: dat veronderstelde ik ook. Maar zij
vrceg mij. of ik niet wist, waarom by
Thomson nier opengedaan werd. Zij had al
een paar maal gebeld. Ik antwoordde haar,
dat hij op reis was. Toen ging zij de trap
af. Miar ik hou vol, dat zij wel van binnen,
kwam".
„Is daar een telefoon?"
„Ja, maar gehoor krijg ik nooit".
,,'n Zeer merkwaardie huis", mompelde Vosz.
ging de trap op en klopte bij den schilder
aan. wiens naambord nog op de deur stond.
Hij klopte nogmaals.
Niemand gaf antwoord.
(Wordt vervolgd),