BRIEF UIT INDIë.
DE „SUIKER" TENTOONSTELLING IN HET
R. A. L GEBOUW.
Radiomuziek der week.
EEN VOORBESPREKING
Impressies van de expositie.
Naar een nieuwe standplaats.
DOOR CONTROLEUR B. B.
Ik ben overgeplaatst naar Slak, met op
dracht het bestuur over mijn ressort zoo
spoedig mogelijk over te geven aan mijn op
volger en mijn nieuwe bestemming te vol
gen.
Het gevolg is. da', ik alweer zoowat met
Lngepakten boedel zit, overmorgen van hier
vertrek naar Medan om een heeien inventaris
te koopen en nog een onderhoud te hebben
met den Gouverneur, om de noodige inlich
tingen te ontvangen. Zoolang ik nog niet
getrouwd ben, zijn die op verplaatsingen nog
zoo kwaad niet. Je doet een massa ondervin
ding op en ziet zooveel meer van Indie en
vooral nu van het mooiste eiland, Sumatra.
Uit Medan had ik wel al mooie tochten ge
maakt naar Berastagl. het Tobameer enz..
maar het zal nu nog heel wat anders wor<
den.
Siak ligt veel zuidelijker, tegenover Singa
pore. waarover de post komt, zoodat de brieven
ook vlug blijven komen. Het veel genoemde
vliegveld Pakan Baroe ligt. vlak bij: tk heb
dus een luchthaven in de buurt. Het Is een
groot ressort, met weer mijn oude soort werk.
waarvoor ik enthousiasme heb en B. B.-man
ben geworden. Verdere bijzonderheden over
Slak schrijf lk wel als ik er zit.
Hoewel de gewone route per K.P.M. vla
Beugkalis gaat, heb ik het gedaan gekregen
dat ik de reis naar het vere Slak. als pionier
(want niemand deed het nog vóór mij) over
land maak, een meer dan schitterende tocht,
dien ik vandaag begon, mpt het gevolg, dat
lk op het oogenblik in Balige zit. Maar laat
ik nog niet over de komende dagen boomen,
dat doe lk in .den loop van de reis. Nu eer&t
over mijn bezoek aan Medan. De Gouverneur
was erg enthousiast over mijn plan voor de
over landreis; hij keek er alleen wat van op.
daar het zoo ongewoon was. Dat doet trouwens
iedereen als ze er van hooren. Maar het gaat
praohtig en is een meer dan schitterende reis
die iedereen me benijdt. Dien dag ging lk door
naar Berastagl, waar de familie Speenhoff
optrad in het Grand Hotel en waar we tot
drie uur in den morgen bleven dansen. Den
andeiren morgen tufte ik om 11 uur uit
Berastagi. Het is de mooiste tocht, die er in
Indië bestaat. Eerst de Hoogvlakte, dan langs
het magnifieke Tobameer, prachtig bergland
en mooie sa wah terrein en. Ik heb geweldig ge
noten, vond het alleen jammer dat ik alles
alleen moest verwerken. Om 5 uur was ik
in Balige, waar ik nu in de PassengTahan zit
te schrijven. Het is al laat en ik ben moe van
de afgeloopen dagen, waarin van slapen niet
veel kwam en veel gebeurde. Als slot heb ik
de 250 KIM. Lange mooie, maar zware autori:
met nog drie dagen rijden, totaal een 650
K.M., voor de boeg.
diepe dalen. Ik nam mijn intrek in het hotel
maakte kennis met het plaatselijk B. B. en
bracht den avond gezellig door.
's Morgens langs een schitterenden berg
weg naar Pakan Baroe. de belangrijkste plaats
in mijn nieuwe ressort. Daar trof ik mijn
voorganger en na het meemaken van een
toevallig plaats hebbende fuif. trokken we
samen 's anderen daags naar Goenoeng
Sailhan, waar ik het bestuur als w,n. con
troleur overnam. Het is een tamelijk verlaten
oord, dat echter binnenkort zijn. naam als
vaste standplaats verliest, daar ik het defini
tief van uit Stak bestuur met een aspirant,
die volgende week aankomt. Behalve Slak
heb ik er de Kampar Kiri en het vorstendom
Pclalawan bijgekregen, alleen ging er een
stukje langs de kust af. zoodat ik nu met
26000 vlerk. K.M. en vijf vorsten zit. maar het
zal alles wel loslooper. want het is weer een
ressort dat me aanstaat.
Slak. De eerste Indruk van het land en
de omgeving waar ik werken moet is zeer
gunstig, alleen bevallen mijn huls en stand
plaats me nog niet, maaT dat zal wel gauw
verbeteren. Hot is op Siak op feet oogenblik
een schandelijk uitgewoonde en verwaarloos
de boel. Op de plaats zelf zitten drie Euro-
peesche onderwijzers met gezin, een douane
ambtenaar, een houtvester en twee mdo ge
zinnen. Verder een aardige Hollandsch spre
kende Sultan en Sultane. Op Pakan Baroe zit
een Hollandsche gemeente o.a. plantages van
een 30 zielen. Verder over het reteort ver
spreid nog een vijftal Europeanen van diverse
pluimage. Dan liggen Bengkalls en Fort dc
Koek elk 6 uur hier vandaan, het een met
de boot. het ander met de auto te bereiken.
Ik ben erg blij dat Lk mijn tuf mee heb ge
nomen, al is het wat duur, daar ik nu. in
verband met tournees eens uitstapjes naar
de mooie Westkust kan maken. En Singapore
ligt ook maar 15 uur varens weg. Ik zit er
dus bij lang niet zoo oenzaam als vroeger
op Borneo. Dat Slak zoo verwaarloosd is,
vindt zijn ooi-zaak In het feit. dat het 10
maanden zonder controleur heeft gezeten. Na
overneming van het bestuur en kennismaking
met de blanke mede bewoners, ben ik des
nachts weer vertrokken naar een boschbivak
van een kleine 300 gestraften, die met aanlog
van een weg bezig zijn. Een soort klein Boven
Dlgoel.Erg interessant en leuk werk. dat me
te wachten staat. Vandaar met mijn geweste
lijk vaartuig Hevea (stoomschip met 8 man
bemanning) naar Bengkallis om kennis te
maken met den assistent-resident, en allerlei
dienstbespreklgen te houden.
Het R.AJ.-gebouw herbergt alweer een
nieuwe expositie binnen zijn muren.
Na de j aarlijksche automobieltentoonstel
ling en de Damesbeurs, thans „De Suiker",
een internationale „show" van dit product
in velerlei vorm.
In de officieele catalogisus wordt er de
nadruk op gelegd, dat het uitvoerend comité
voor alles getracht heeft een vaktentoon
stelling in den waren zin des woords te
brengen, een duidelijk en volledig overzicht
dus van het bedrijf in al zijn vertakkingen.
En in dit streven zijn de organisatoren over
het geheel zeer goed geslaagd.
De meeste exposities van een dergelijken
omvang hebben het nadeel, dat zij den be
zoeker overweldigen, met het gevolg, dat ge
bij uw thuiskomst slechts een reeks verwar
de indrukken in uw memorie hebt overge
houden. Ook „De Suiker" ontkomt daar in
zekeren zin niet aan, maar in ieder geval
onderscheidt zij zich van velen harer colle
ga's door een logische indeeling en een be
wonderenswaardige volledigheid. Daar zijn
allereerst de stands, die ons een indruk ge
ven van het wezen der suikercultuur, van de
„origineéle" riet- en beetwortelsuiker of van
de geraffineerde suiker en basterds. Dan
heeft mén er de stands (en deze maken het
grootste gedeelte van de expositie uit), waar
ops de producten der sulkerwerkende indus
trieën getoond worden, zooals die der ban
ketbakkerij, chocolade-, suikerwerk-, limo
nade- en likeurenindustrie, enz. In de derde
plaats zijn vertegenwoordigd de nieuwste
machinerieën en gereedschappen, welke bij
deze verwerking noodig zijn, terwijl tenslotte
ook een belangrijk gedeelte van de zaal werd
ingeruimd voor de fabricage van verpak
kingsmateriaal, emballage, weegtoestellen
enz.
Wat den bezoeker bij zijn expeditie door
het gebouw al dadelijk treft zijn de verschil
lende bedrijven-in-functie, waarvan ditmaal
veel werk is gemaakt. Zoo heeft de afdeeling
Amsterdam van de Nederlandsche Banket
bakkersver een iging een stand ingericht, waar
ge de geboorte, de ontwikkeling en het uit
einde van het taartje kunt bijwonen. Een
soortgelijke levensgeschiedenis maakt ge
mee van de populaire ijswafel bij de stand
van een bekende Amsterdamsche melkinrich
ting. Ook een tweetal limonade-industrieën
demonstreert op klein bestek het geheele
procédé.
Het middenpunt der belangstelling vormt
evenwel de chocoladefabriek in miniatuur,
waar ongeveer 35 employés met het- vervaar
digen van de smakelijkste lekkernijen bezig
zijn. Van zelf-vervaardlgen kan hier niet
gesproken worden. Iedere bewerking wordt
door een machine uitgevoerd en het werk
van de(n) bediende bestaat soms uit niet
veel meer dan in het verschuiven van een
stuk chocolade naar een apparaat, dat het
bewuste stuk een bepaalden vorm geeft en
het daarna door middel van den transport
band naar een volgende „halte" vervoert.
Een van de weinigen, die aan deze rationa
lisatie ontkomt is de man, die te midden van
het gemechaniseerde bedrijf, zijn chocolade
dierfiguren schept. Hij draait een blad dun
papier tot een primitieven trechter, vult deze
met chocpladebrei en terwijl hij de pap door
het dunne tuitje drukt, weet hij de verras
sendste resultaten te bereiken.
Is het niet een verademing in het konink
rijk van de machine iemand te ontmoeten,
die zijn eigen weg volgt en dierfiguren maakt
volgens de aloude wijs?
Het is merkwaardig, hoeveel zorg de laat
ste jaren feesteed wordt aan een hygiënisch
produceeren van verpakkingsmateriaal. Be
schouwt u eens met aandacht die prachtige
machine voor het vervaardigen van papieren
zakjes. Het geheele procédé ia één automati
sche handeling, waar geen menschenhand,
feehalve natuurlijk voor het bedienen der
machines, aan te pas komt. Ge volgt het
avontuurlijke stukje papier met verbazing
op al zijn tochten door de vouw- en snij-
apparaten en ziet allengs de vorming van het
product tot stand komen.
Dat er ook veel aandacht besteed wordt
aan het uiterlijk van de emballage, ei-vaart
men spoedig bij het bezichtigen van de des
betreffende stands. De practijk heeft reeds
lang uitgemaakt, dat „het oog ook wat wil"
en dat het uiterlijk van een bepaald artikel
een stimulans voor den adspirant kooper
kan zijn om tot den inkoop over te gaan. De
emballagefabrikanten in binnen- en buiten
land hebben dit zeer duidelijk ingezien en
zoo kan men dan op deze expositie veel
aantrekkelijk verpakkingsmateriaal voor
chocolade- en suikerwerken aantreffen.
De inzending van het proefstation voor de
Javasuikerindustrie, filiaal Nederland, toont
ons diverse grafieken en statistieken, voor
stellende de wereldproductie van suiker, ver
bruik van suiker in Nederland, totaal en per
hoofd, enz. Men kan er o.m. uit opmaken,
dat de Denen de grootste suikerconsumenten
zijn met een wekelijksch suikerverbruik van
954 gram per hoofd.
De stand bevat voorts een aantal afbeel
dingen betreffende de oude en de nieuwe
wijze van rietsuikerbereiding, bet suiker-
raffineeren in Amsterdam e.d., evenals en
kele monsters van Java- en Surinamesuiker.
Het buitenland komt behoorlijk voor den
dag.
Een Engelsebe firma is met haar fameuze
toffees overgestoken, een Belgische chocola
defabriek is vertegenwoordigd en in het mid
den van de zaal heeft de Poolsche regeering
een keurig uitgevoerde propagandastand
doen oprichten, waar jongedames in natio
nale kleederdracht de specifiek Poolsche cho
colade- en suikerwerken aanprijzen.
De afdeeling Hongarije, die van beschei
dener omvang is, is aanwezig met een keur
van suikerhoudende wijnen, die door de ken
ners onder de bezoekers met welgevallen
worden gadegeslagen en „beproefd".
Denemarken heeft automaten gezonden.
Na'uurlijk! Denemarken is immers het land
van den automaat. Een fabriek uit Kopen
hagen introduceert apparaten, waaruit men
zoo ongeveer een geheele lunch kan halen.
De ruitjes aan een zijde van het instrument
geven een smakelijk uitzicht oo eieren,
broodjes en andere voedingsmiddelen, die
men door het inwerpen van een geldstuk en
een simpele manipulatie machtig kan wor
den.
Aan de expositie is tevens verbonden e.en
wedstrijd vóór banketbakkers. Een deel van
de zaal is als „strijdperk" ingerièht en daar
kan men thans fraaie staaltjes banketbak
kunst bewonderen. Wij zagen o.a. een schit-
ternde imitatie van een hyacinth, die een
bloembollenhandelaar jaloersch zou kunnen
maken.
Nu we het toch over de attracties van de
tentoonstelling hebben, willen we nog even
de aandacht vestigen op het restaurant, dat
op kunstige wijze in een fantastische grot is
veranderd en „last not least" op den ver
maarden caricaturist Imre Kelemen, die
binnen de zestig seconden en voor een luttel
bedrag een marquante beeltenis van u ver
vaardigt.
J. H. V.
door KAREL DE JONG.
Een overvloed van belangrijke voordrach
ten wordt voor de a.s. week aangekqndigd,
en het is moeilijk er een keus uit te doén.
Het Guarneri-kwartet speelt Zondagnam.
voor de A.VJt.O.; we zouden het interessan
ter gevonden hebben als het niet het afge
zaagde kwartet op. 41 no. 3 van Schumann
had gekozen; het vragende hoofdthema, ver
want met dat van Beethoven's pianosonate
op. 31 no.. 3 wordt eindeloos herhaald, het
Scherzo komt niet boven gemopper uit, de
Finale werkt irriteerend door het monotome
rhythrae met de telkens weerkeerende stui
tende syncoop. Laat ons dan liever Maandag
het Amar-kwartet te Frankfort beluisteren:
Beethoven's op. 127 is in zijn geheel een
der schoonste werken uit de geheele zoo
rijke kwartetlitteratuur: het eerste Allegro
een „unendliche Melodie" vol innigheid, het
Scherzo tintelend van geest (Beethoven kon
wél een zelfde rhythme doorvoeren zonder
vervelend te worden, vergel. het Allegro uit
de 7de Symphonie)het thema met de won
dervolle variaties een divine openbaring, de
finale vol humor als een hommage a Haydn"
maar met Beethoven's diepte; een model van
volmaakte kwartetpolyphonie, rijk aan de
heerlijkste klankcombinaties en eindigend in
een verrassende epiloog. Het daarna te spe
len strijktrio op. 9 is een werk uit veel vroe-
geren tijd: wel 30 jaar liggen tussphen dit en
op. 127; maar de klauw van den jongen
leeuw is ook in bet jeugdwerk bemerkbaar.
Eigenaardig: toen de jonge Beethoven zich
tot het schrijven van strijkkwartetten neer
zette ontstonden de strijktrio's op 3, 8 (Sere
nade) en 9 en het kwintet op. 4. Zijn geest
liet zich toen reeds niet dwingen; pas enkele
jaren later kwamen de eerste zes strijkkwar
tetten als op. 18.
Nu ik toch aan de kamermuziek bezig ben
wil ik wijzen op het Brahmsconcert van
Donderdagavond te Daventry. waar o.a. bet
grootsche klavierkwintet op. 34 (ook als So
nate voor 2 piano's bewerkt) gespeeld zal
worden. De hoorder lette op de sublieme the
matische bewerking in het eerste Allegro,
waarin vooral de eerste 3 noten van liet
hoofdthema, die in allerlei combinaties, om
keering en vergrooting voorkomen, een ge
wichtige rol spelen. Ook het kwartet van
Borodin, in leven medisch hoogleeraar te
Petersburg, componist der bekende Steppen-
scène voor orkest, verdient onze aandacht;
het wordt Woensdag door de N.C.R.V. uitge
zonden.
Over de opera „La Serva Padrona" van
Giavanni Battista Pergolesi (171CL1730) heb
ik vroeger al eens geschreven. Nu deze één-
acter Zondag door de A.VR.O. wordt uitge
voerd wil ik nogmaals wijzen op de histori
sche beteekenis van dit werk, dat oorspron
kelijk als „intermezzo" (inlasch tusschen de
bedrijven eener opera seria") bedoeld was,
maar dat de grondslag werd -voor de komi
sche speelopera (Opera buffa): dat ln 1733
gecomponeerd, spoedig een triomftocht door
de wereld maakte en in Parijs in 1752 tus
schen buffonisten en anti-buffonisten den
strijd ontketende. Er komen slechts 2 spre
kende en één zwijgende persoon in voor. De
muziek sprankelt van geest en boeit voort
durend. De orkestpartij is alleen voor
strijkinstrumenten geschreven. Pergalesi's
laatste werk was zijn beroemd „Stabat Mater"
voor vrouwenstemmen en strijkorkest; kort
na het voltooien daarvan overleed hij, op
26-jarigen leeftijd.
Op het terrein der symphonie noemen we
de uitvoering van de symphonie in C van
Richard Wagner, een werk van den 19-jari-
gen toekomstigen schepper van het Muziek
drama. De groote hervormer openbaart zich
in dit in 1832 voor het eerst te Leipzig uit
gevoerde werk nog niet; veeleer sluit hij zich
daarin bij Beethoven aan. Het Hoofdthema
van het eerste Allegro is verwant met dat
van de finale van Beethoven's Vijfde; de
latere Wagner blijkt uit enkele eigenaardig
heden een trompetsignaal, een dubbelslag.
Het Andante is in balladentoon gehouden; ae
bolero-achtige rhythmus geeft er een Spaan-
sche kleur aan; de romantische inhoud wijst
«aar Mendelssohn. Het Scherzo nadert weer
meer tot Beethoven's schrijfwijze, de finale
eveneens; dit deel bergt bovendien vele ca-
nonische imitaties en meer dergelijke voor
beelden van strenge kunst, ik kan mil niet
herinneren deze symphonie ooit op een Ne-
aerlandsch programma gezien te hebben; zij
wordt Maandag door Langenberg uitgezon
den.
De eerste symphonie van Sibelius (Daven
try Re. Zondag) is een werk van somberen
grondtoon, waarin het natlonaal-Finsche
element een rol speelt. Van de Zesde (tragi
sche) Symphonie van den als dirigent be
roemden Felix Weingartner staan mij geen
gegevens ten dienste; zijn eerste drie sym-
phonieën schijnen bewijzen van onmisken
baar talent te bevatten. Het zal wellicht de
moeite loonen met zijn Zesde kennis te
maken.
De enorme tweede Symphonie van Mahler
kan men Maandagavond uit Budapest hoo
ren; Har.s Welssbach, die ze verleden jaar
ook ln Scheveningen uitvoerde zal haar lel
den. Deze „Auferstehungs-symphonie bestaat
uit vijf deelan: een lange treurmuziek; een
lieflilk Allegretto; een Scherzo dat bewerkt
Is uaar Mahler's Lied „die Fischpredigt des hl.
Antonius von Padua" en de nietigheid van de
dagelij ksche beslommeringen karakteriseert;
„Urlicht" voor alt-solo en orkest en de reus
achtige finale, waarin ook sopraansolo en
gemengd koor optraden en waarin eerst de
vernietiging van het aarsche geschilderd
wordt; wanneer dan de stem van den „To
tenvogel" alleen overgebleven is zet het koor
de woorden in: „Auferstehn wirst du, mein
Flelsch, nach kurzer Ruh" en groeit de mu
ziek gaandeweg tot een grandioze, geweldige
slothymne aan. Deze symphonie is wel een
der meest direct bevattelijke die Mahler ge
schreven heeft Op één symphonisch werk,
zij het dan ook een van veel kleineren om
vang, wil ik voor ditmaal nog wijzen, ni. op
„Les Eolides" van Cesar Franck, een fijn
„poème symphonlque", dat door het V.A.R.A.-
orkest Zondagochtend gespeeld zal worden.
Het is gecomponeerd naar aanleiding van
het gelijknamige gedicht van Leconte de
l'Isle, dat met de woorden „O brises flottan-
tes des cieux" aanvangt. De chromatiek, ken
merkend voor Franck's derde (laatste) perio
de is in „Les Eolides" zeer sterk vertegen
woordigd: reeds het aanvangsthema is chro
matisch; de harmoniseering sluit zich daar
bij aan. liet programma van het pianorecital
dat de N.CJR.V. voor Donderdagnam. aan
kondigt is alleen verheugend in zooverre het
een van Beethoven's laatste sonates breugt,
die nog veel te zelden voorkomen (ik zelf was
ln Januari met op. 111 bij de A.V.R.O. voor
gegaan); ontstelling wekt dat programma
door de smakelooze samenstelling; hoe heeft
men lust den inhoud van Beethoven's diep
zinnig op. 110 te verzwakken door er Chopin's
afgezaagde Ballade en Debussy'6 zoetileve
Arafeeske onmiddellijk na te gaan spelen?
Tot de zeldzaam uitgevoerde werken be
hoort de „Indianische Fantasie" van Busoni
voor piano en orkest (Hamburg, Dinsdag
avond) waarin een negermqlodie verwerkt is,
maar die overigens vrijwel atonaal gehouden
is. De solopartij ls natuurlek zeer moeilijk.
Mooi kan ik het stuk vooralsnog niet vinden.
Voor den Politierechter.
Kaninefaten.
Ach, hoe verdwijnen een voor een de illu
siesder jeugd! Kon je je Batavieren, Kani
nefaten en andere voorouders, waarop we
prat gaan, anders voorsteilen dan met ge
weldige hangsnorren en beestenvellen om
het naakte bovenlijf? Ën nu zag jc er twee
in de beklaagdenbank, een met een lever
kleurige regenjas, zijden sokken en bruine
schoenen, de ander in blauw colbertpak, bei
den net gekapt en geschoren. Kon je je een
Kaninefaat in denken met gepoetste schoe
nen en een scheiding in het platgestreken
haar? Ik vrees, dat m'n laatste illusie me
nog ontnomen zal worden door een taalvor-
scher, die zal beweren, dat Kaninefaat niet
eens beteekende konijnenvatter. En de heele
storm der Kaninefaten, die zich achter de
balie verdrong om te hooren hoe hun aloud
recht op de konijnen door den modernen
rechter, die toch ook dezelfde voorzaten
heeft gehad, beoordeeld zou worden, och zij
wekte ook geen gedachten aan onze vrije
voorvaderen behalve dan, dat ze de vrijheid
verkozen boven arbeid in fabriek of werk
plaats.
De officier had zeker nog Germanenbloed,
want hij vond, dat als de Jongens konijnen
wilden stroopen, zij dit zelf moesten weten,
maar als zij betrapt werden en hier ver
dween de Germaan dan moesten zij daar
in berusten en niet gaan vechten, terwijl het
voor ons jongens de grootste verdienste der
voorvaderen was, dat ze bij voorkeur voch
ten en uit de vechtlust van de twee gecivi
liseerde Kaninefaten blijkt hun afstamming
in rechte lijn van de helden onzer Jeugdige
verbeelding.
Hoe 't zij, de twee jongelieden hadden zich
bevonden op een duin terrein van de water
leiding, dat mat prikkeldraad was afgeslo
ten en waar, volgens een opzichter vijf en
zestig borden waren geplaatst, waarop stond
vermeld, dat men daar niet mocht loopen
en de jongens waren dan ook niet zoo flauw
te beweren, dat zij niet wisten,-dat het ver
boden terrein was. Alleen hadden zij den
opzichter gevraagd, waarom hij er dan was,
hetgeen dezen in een moeilijke positie bracht
want hij kon dat recht ook. niet bewijzen.
Gelukkig naderde een ander opzichter, die
veldwachter in naam was en ten bewijze een
papier toonde, waarop dit stond vermeld.
Had deze nu eenvoudig gezegd: Jongens, de
tijd der vrije konljnenvangerij ligt helaas
ver achter ons en evenzeer de tijd, dat Je
het hemelwater dronk, dat je in je beesten
vel opving, nu behoort duin en water aan
de instelling, die ze waterleiding heeten en
ga mee terug buiten het prikkeldraad en de
65 borden". Had de opzichter dat gezegd, de
jongens waren hem gedwee gevolgd, maar
hij was sterk door zijn .opzichterij en zijn
namaak-veldwachterschap en greep een der
konijnenvangers bij de keel, waarop deze op
zijn beurt de opzichterlij ke keel beetpakte,
met de andere hand een schop zwaaiende.
De andere opzichter zag dit alles aan en
meende, dat hij, als zijnde geen veldwachter,
zijn collega niet ter hulp mocht komen, want
dat alleen veldwachters elkaar mogen hel
pen, van welke dwaling de rechter hem ge
nas, welke genezing echter te laat was ge
komen, want de andere konijnendelver had
wel assistentie verleend doch aan den ande
deren kant, hetgeen hun een vrijen uittocht
verzekerde. Helaas zal op de vrijheid beslag
worden gelegd, want de rechter, die geen
eerbied heeft voor de rechten van Kanine
faten, vermoedelijk omdat ze alle andere
gewoonten en gebruiken hebben overboord
geworpen en niet meer van Franken en Sak-
sers zijn te onderscheiden, gaf 3 weken ge
vangenisstraf. Op het hooren hiervan ver
dween de heele stam van achter de balie.
De klop op de dear.
Ik hoop niet, dat mevr. Boudier—-Bakker
me van plagiaat za.l beschuldigen, want dan
roep ik den politierechter zeU tot getuige,
dat dit verhaal op waarheid berust,
't Begon met een klop op de deur, 't ein
digde met een klap op de wang en dit einde
zou het einde gebleven zijn, als het de goede
wang was geweest, maar dat was helaas niet
het geval. De bezitter van de goeie wang zat
rustig thuis onder vaderlijk toezicht, toen
de man, bij wien niet eens, maar herhaalde
lijk een klop op de deur was gegeven, zonder
dat daar een andere oorzaak voor was te
vinden dan jongens baldadigheid, zich bij
den vader vervoegde om te verzoeken zijn
gezag in 't werk te stellen om verder kloppen
te voorkomen. De jongen was zeer verbaasd
geweest, dat hij de klopper werd genoemd en
had aan zijn vader gezegd, dat hij 't niet
was. maar een andere jongen, de bezitter van
de verkeerde wang. De goede man betoogde
ter terechtzitting dat hij het niet voor moge
lijk had gehouden, dat een jongen zijn vader
!zou beliegen, wat bewijst, dat zyn kinderen
onnatuurlijk braaf zijn en omdat het dus bij
hem vast stond, dat ae andere jongen de
Padang Sldempoean. Ziezoo, ik bsn weer
een dag verder op mUn rondrit door
Sumatra, want dat is het wat ik maak- Haai
de kaart er maar eens bij en volg de route.
Aek Kota Batoe staat er niet op maar zeg
maar 100 K.M. ten Zuiden van Tandjong Balei
dan naar Medan an via Berastagl, Pematang.
Siantar, Balige, Padang, Sldempoean, Fort de
Kook en dan Oostwaarts naar Pakan Baroe
en Siak. Totaal 1100 K.M.
Na vertrek uit Balige klim je eerst geweldig
langs een slingerenden weg. met telkens
schitterende uitzichten op het een 1 ge Toba
meer. dan over de woeste hoogvlakte tot
Taroetoeag, een prachtig plaatsje, waar ik een
collega opzocht, toen weer door en langs den
beruchten weg met 1700 bochten naar Siboga.
Je krijgt dan plotseling op een punt het ge
zicht op den Oceaan en daalt heftig slinge
rend den weg af, wel een 1000 M diep. SSboga
is een mooi maar warm plaatsje. Vandaar
vertrok lk om half drie en was om half
zes ln Padang Sedempoean, waar ik logeerde
bij een oud-studiegenoot uit Lelden.
Fort de Koek. Van Padang Sldempoean
langs een minder mooien weg paar Gatanopan
en toen weer langs een meer dan mooien
weg naar Fort de Koek. waar ik 's avonds
zeven uur aankwam. Ik had dien dag zeven
uur in de auto gezeten, maar bet was weer
overweldigend en ae wegenaanleg ls bewon.
derenswaardig. Het is maar klimmen en dalen
door en langs ravijnen, hooge toppen en
dader was, terwijl die juist het omgekeerde
had beweerd, had hem dit verleid de klap
op cri deur te doen verkeeren in een klap op
de wang. En nu was hij onthutst omdat het
de verkeerde wang was.
Heeft die ander z'n klap nu nog te goed?
vroeg de Officier ondeugend, waarop dc man
lachte en zei, dat hij de rekening nu maar als
betaald beschouwde. Maar bij de justitie
bleef toch nog een postje van f 2.50 staan;
hoe eerder dat betaald wordt, hoe beter.
De praatvaar en de ongewcnschtc
gast.
De oude timmerman met den glimmenden
schedel had voor deze gelegenheid een extra
pruim tabak genomen, getuige de dikke knob
bel op zijn rechterwang en hij geleek eenlgs-
zins op een herkauwend dier, zoolang hij
rustig op z'n bankje zat. Maar die rust week,
zoodra hij in de gelegenheid gesteld werd om
te vertellen van het drama bij hem thuis en
waarin hij een rol had gespeeld; dan kon
geen voorzittershamer hem doen zwijgen en
hij praatte door getuigenverklaringen en
requisitoir heem; hij kende zich het recht toe
om een moord in Zijn huls to voorkomen en
daaruit te geleiden, wie zich kwalijk gedroeg.
En dat zou de schilder gedaan hebben, die was
uitge.noodigd tor bespreking van een ftnan-
cicele aangelegenheid. De schilder was zich
geen kwaad bewust en beweerde, dat hij
voortgedreven door vier of zes timmermans-
handen met achterlating van pas en hoed
bulten was gekomen met een herinnerings-
buil op het hoofd, waartegen de zoon des
huizes aanvoerde, dat de schilder potten an
pannen had stukgegooid en daarom de deur
was uitgeduwd, wat nog al hardhandig was
gegaan, maar de buil kwam oo rekening van
het schot, waartegen de ultere'elde bij het
struikelen over een emm»r was gevallen.
De rüksve^wachter in Hanrlemmermer be
wees. dat hij niet voor niet* de wetenschapoe-
Uike speurkunst had b-oe'cnd en 't zou me
niet verwonderen als hij bij Van Ledrien
Hulsebosch in dc leer was geweest. want hij
had, na eerst de verzekering te hebben ont
vangen. dat hij de deur niet zou worden uit
gegooid. een onderzoek ln de woning Ingesteld
on toen geconcludeerd op grond van émail
splinters op een stok en een geducht en
emmer, dat do timmerlieden zelf den boel
hadden stukgeslagen ter rechtvaardiging van
Zoo'n prettige bevolking als mijn vroegere
Dajaks, is het hier niet. Het zijn hier zoo goed
als allemaal Malelers en Mandailingers. n'.et
zoo'n openhartig an vlot volk als ik in
Borneo gewend was. Tot tournees zal lk voor-
looplg nog niet komen, daar er. behalve het
veel tijd in beslag nemende reizen naar do
kantoorcentra, hier een massa valt op to
knappen. Vandaag begon ik mot de passar te
verbeteren en de diverse huizen.
Met den Sultan kan lk het best vinden, we
kunnen goed met elkaar opschieten en dat is
voor den dienst gemakkelijk en prettig. Ala
personeel heb ik alleen een chauffeur, die
tevens als boy fungeert en cru Chinees al»
kok. HU kan goed en smakelijk koken, maar
geen menu's in elkaar zetten, zoodat je steeds
de gekste combinaties krfjgt. Maar hot ls
voedzaam en Ohineesch smakelijk, dus wat wjl
Je nog meer.
De plaats Slak doet me soms toch wat aan
Poe toes 8lbau donken, alleen wat. grooter en
de blanke bevolking is talrijker. Het ligt- aAn
de Slakrivier, die heel veel van de kapoes
heeft, ook breed en eentonig, met nogal ver
keer.
Er komen hier eens ln de week twee Chi-
neesche en een KP.M..boot, elk op heen- en
terugreis, dus zesmaal ip do week. Het *Un
alle zeeschepen van Singapore, die geregeld
post meebrengen. Ik heb hier een radio-ont*
vangtoestel, zoodat lk eiken dag de vorsohe
Aneta-berichten heb, dat ls fUn. Denkelijk
krUg ik ook een zendstation.
hun uitleiding.. Bovendien vertelde hij, dat de
familie van den praatvaar allerbelabborst on
dc schilder gunstig bekend stond on dat deed
de deur dicht. De oude heer werd echtor vrij
gesproken, wat hij eerst niet nam, maar toen
de rechter vroeg of hij liever straf had, on
derbrak hU zijn redevoering cn zei, dat dit
niet het geval was. De zoon kwam er met
f 25 af; dc andere zoon, die getuige was ge
weest, trachtte er nog een paar gulden voor
tUdverzuim uit te kloppen, maar die vlieger
ging niet op.
BESTRIJDING VAN PLANTEN
ZIEKTEN.
In den beroemden Londcnschen planten
tuin. Kew Gardens, staat een eenvoudig ge
bouw, waar buitengewoon belangrijk werk
voor de monschhetd wordt gedaan. Hier wor
den n.l. de mjcroscoplsch-klclno vijanden be
streden die Jaarlijks triUlioenen ponden
schade doen aan de oogst in het geheele
Brltsche rijk.
Het zijn kleine zwammen, waarvan do
meeste reusachtig lange wetenschappelijke
namen hebben. Eenige er van zijn zóó klein,
dat zij slechts met sterk vergrootendo mi-
crlscopen kunnen worden waargenomen i
Eén zoo'n zwamsoort bracht in één Jaar aan
de tarweoogst in Canada een schade toe van
meer dan 30 mlllioen pond sterling. Zij
planten zich voort door sporen, die zoo licht
zijn, dat zU door den wind over groote af
standen verspreid worden.
De geleerden zUn nu bezig te onderzoe
ken hoe groot de afstanden zijn en trachten
middelen te vinden om de schadelijke wer
king der zwammen tegen te gaan.
Rapport hierover komen binnen uit alle
deelcn der wereld en vliegtuigen -errict "en
zeer nuttig werk. ZU nemen n 1. aan weg
zijden van de vliegmachine uitstekende -la
zen schijven mee. De schijven worden micros
copisch onderzocht om te zien, of er ook
sporen op zijn blUvcn kleven.
Voortdurend wordt zoo gestreden tegen
deze microscopisch kleine vyanden der
menschhcld; toch richten zij nog steeds
enorme schade aan. ZU kasten Australië
minstens 7 millioen pond per jaar en'Nieuw
Zeeland meer dan 2 millioen pond.