BIJ DOKTER. Ven, ga Je nog mcc We li ebben een reuze spelletje bedacht, joh! Neem je boog mee en je twee revol vers! Ik kom, riep Kees naar beneden Vergeten waren de kubieke meters en de goede voornemens. Een halve minuut later liep hij met Wim Anker den weg op naar de wei. Zij speelden dien middag „roover- tje." Zoo echt mogelijk had Jan Dekkers gezegd, we pakken elkaar echt aan, het eenige wat niet mag is slaan, verder is alles geoorloofd. Worstelen, wegloopen, iemand met de revolver in bedwang houden, en zoo voort. Jan Dekkers, die de grootste en sterkste van hun drieën was, was de voortvluchtige bandiet, en Wim en Kees waren de detectives, die hem op 't spoor waren. Tot honderd tellen, zei Jan. dan heb ik gelegenheid om te vluchten. Daarna moeten jullie mij gaan op sporen. Oogen dicht! Wim, tellen! Wim begin: Een twee drie De twee detectives deden de oogen open. Geen spoor viel er meer van de vluchteling te bemerken. Behoedzaam slopen ze achter en door de struiken heen, die langs dc wei stonden. Hoe ze ook zochten en speurden, geen Jan Dekkers. Langs den rand van de sloot, aan de andere zijde van het weiland, stond een rij knotwilgen. Daarin had Jan Dekkers, de voort vluchtige tuchthuisboef, zich een ge makkelijk plaatsje gezocht, tusschen het frissche en lichtgroene geblader te en lachte de twee zoekende detec tives in zijn eentje 'n beetje uit. Hoe voorzichtiger zijn achtervolgers slo pen en zochten, hoe meer plezier jan Dekkers had, die natuurlijk van uit zijn hooge zitplaats precies kon na gaan en zien, wat de twee politie mannen uitvoerden. Hoe verbaasder het gezicht van de twee speurders werd, over het spoorlooze verdwijnen van den vluchteling, hoe meer Jan Dekkers zich moest goed houden, niet in schaterlachen uit te barsten. Eindelijk besloten de twee zoekers uit elkaar te gaan en ieder op eigen gele genheid de achtervolging voort te zetten. Ik geloof, zei Wim Arend, dat de vluchteling tusschen de biezen van de sloot verborgen moet liggen. Daar, die hooge bosch daar rechts! Dat is geloof ik het plekje dat wij hebben moeten. Ga jij nou links, dan trek ik rechts om en dan kan hij ons niet ontsnappen. Jan Dekkers zag, hoe Wim voor zichtig, dekking zoekend achter strui ken en hooge biezen, naar de aange wezen plek toetrok, Zoo deed ook Kees van den anderen kant. Bij het boschje aangekomen, werden de bei de zoekers nog voorzichtiger en lang zaam traden ze vooruit, terwijl ze zachtjes en stilletjes de biezen opzij duwden Wim en Kees schrokken verschrik kelijk, toen zij, bij het opzij brengen der laatste biezen, die hen van elkaar scheidden, plotseling met verbaasde gezichten, op geen twee centimeter, van elkaar verwijderd, tegenover el kander lagen. Wel verdraaid! riepen ze bijna allebei tegelijk en hun gezichten toonden de grootste verwondering, want ieder van hen had gedacht, dat zij Jan Dekkers zouden tegenkomen. Nu kon Jan, die er bijna vlak bo ven in zijn knotwilg naar had zitten kijken, het niet langer bolwerken en hij proestte het schaterend uit. Nu was hij natuurlijk verraden. Met een sprong was hij uit den boom en wilde het op ^en loopen zetten. Maar de woendede politie-mannen waren te lang getergd, zij vlogen op hem af en er ontstond een geweldige worsteling, die wel drie minuten duurde. Toen moest Jan Dekkers zich gewonnen geven. Het was een ge weldige middag geweest en dood-moe en met rood-opgewonden en verhitte gezichten kwamen de jongens van de weide teruggeloopen. Kwam het van 't buitenspelen? Van het hardloopen en worstelen misschien? Kees wist het niet, maar toen hij na tafel op zijn kamertje kwam, om aan het vele schoolwerk te beginnen, besefte hij plotseling, dat een vreeselijke ver moeidheid over hem kwam. Hij kon Eijn oogen bijna niet openhouden. Met een wanhopig gevoel begon hij aan zijn sommen. Maar hoe zich ook trachtte in te spannen, van werken kwam dien avond niet veel meer en het uit 't hoofd leeren, ging nog elechter. Hij moest gedurig gapen en J:ljn hoofd voelcle zoo zwaar als lood aan. Of het ongeluk zoo wilde, Kees kreeg den volgenden dag voor bijna elk vak een beurt en de resultaten waren bedroevend natuurlijk. Mijn heer Honing kreeg een diepen rimpel tusschen de oogen en schreef zonder iets te zeggen een brief aan Kees' vader, toen de kinderen later aan het opstel bezig waren. Terwijl mijn heer Honing aan het schrijven was, zat Kees te verzinnen, of hij geen onderwerp vinden kon, om een opstel over te schrijven. Het kon bijna niet anders; zijn opstel kreeg den titel van „Spijt" en het was een verhaal van een jongen, die zijn goede voorne mens had laten zakken en die ge zwicht was voor de verleidelijke uit- noodiging- van zijn kameraden om te gaan spelen. De jongens moest naar de H. B. S- Gelukkig kwam hij op tijd tot inkeer en werkte sedert als een paax-d, om er toch maar te komen. Toen het tijd was, om de opstellen in te leveren, zei mijnheer Honing: Kees Verdonk, laat eens zien, wat je nu wel van je opstel gemaakt hebt. Is dat net zoo fraai als de rest? Kees gaf hem het opstel in de han den en mijnheer Honing begon te lezen. Na schooltijd blijven, zei mijn heer Honing tegen Kees en gaf het schrift terug. Toen begon de geschie denisles en het was of Kees de jon gen geworden was, uit zijn eigen verhaal. Ingespannen luisterde hij naar de les en mijnheer Honing be hoefde hem dien middag niet één maal tot de orde te roepen. Na school, toen alle leerlingen weg waren en Kees alleen in de klas ach tergebleven was, kwam mijnheer Ho ning bij hem staan en zei: Ik heb je opstel gelezen Kees. Meende je dat werkelijk van die jongen? Is hij heusch van plan flink zijn best te gaan doen en alle krachten in te spannen om er te komen? Ja, mijnheer, heel zeker, ant woordde Kees flink en aan zijn ge zicht was duidelijk te zien, dat hij het meende en er voor instond dat alles gebeuren zou zooals hij beloofde Je hand erop? vroeg miinheer Honing. Mijn hand erop mijnheer, ik be loof het U! En de groote en kleinere hand sloten in elkaar. Het spreekt vanzelf dat de brief aan Kees' Va der in de prullemand verdween. Kees hield woord en kwam datzelfde jaar nog op de Hoogere-Burger-School. Nooit heeft hij dat opstel kunnen vergeten, dat hij eens schreef. In zijn latere leven was de gedachte daar aan genoeg, hem van ondoordachte of overijlde besluiten te doen afzien. 37) KNIPPERDOLLETJE door W. B.—Z. „Er is toch geen zwarigheid va der? Dat je zoo onverwacht voor me staat. Ik weet niet, hoe ik 't heb." „Ik wil 't graag gelooven, kind. Maar ik kom zoo mooi meerijden met Douwe Wierstra, je weet wel onze oude buur. Die ging met den auto tot Stavoren en toen hij van 't geval hoorde, zei hij: Ga mee buur, voor dag en dauw ga 'k morgen met den wagen naar Stavoren. Dan kan je met de eerste boot al in Holland we zen. Dat stond me best aan. Dus schrijven gaf toch niet. En een tele gram jaagt een mensch maar den doodschrik op 't lijf." „Maar wat zal je dan moe zijn vader." ,,'k Heb, toen we over zee gingen, 'n aardig poosje geslapen. En straks als ik alles verteld heb, ga ik weer op een. oor. Is de baas er niet?" Veris werkt nog met de dorschma- chine. 'k Zal hem even waarschu wen. Je wilt 't ons misschien tegelijk vertellen." „Ja, dat spaart een verhaal uit." „Hier vader is tabak. Stop je pijp je maar, dan haal ik den baas op." Terwijl vrouw Veris 't land opliep, schudde ze 't hoofd. Van dit bezoek begreep ze nu net zooveel als niets. Haar oude vader, die de 70 allang ge passeerd was, was wel zoo hokvast als wat. Hfj zat nog altijd op de oude boer derij, Have-sate, de mooiste boerderij bij Stiens. Broer Bouwe, die onge- trouwd was gebleven, deed 't eigen lijke werk. Vrouw Veris kreeg maar twee keer in 't jaar bericht van Ka- ve-sate. Op 31 Januari bij de wisse ling des jaars en op 1 April als ze jarig was. De verjaarsbrieven, die zij voor vader en Bouwe zond, werden zelfs nooit beantwoord. Broer Bouwe was een strakke, stij ve boer, die 't nooit goed had kun nen zetten, dat zijn zuster naar Noord-Holland was getrokken. Bij hem ging er niets boven Friesland. Al 't werkvolk op de boerderij was dan ook door en door Friesch. Vrouw Veris was tijdens haar hu welijk nog maar een keertje in Fries land geweest. Een boerin gaat niet zoo ver van huis, of 't moet dringend noodig zijn. En 't was toen dringend noodig. Haar moeder was plotseling voor goed ingeslapen, zonder haar eenige dochter nog voor 't laatst te hebben gezien. Dat waren droeve, donkere dagen Dokter, zei Mevrouwtje Nel, Mijn kleine meid heeft pijn. Kunt U misschen wat voor haar doen? Wat drank? Of medicijn? Laat mij eens zien, zei dokter jan, En nam de pop op schoot. Ze mag niets eten, dan wat pap, Wat pap van melk en brood. Naar bed toe hoeft ze niet direct, Maar binnenblijven zeker. Ik schrijf m drankje voor haar op, Vier druppels in een beker. - Met water 'dokter, of met melk? - Hoeveel maal op een dag? - En voor of na het eten dan? - Als ik dat nog weten mag. - Vier druppels, driemaal daags, - In water of melk is goed. - En 't beste is dan vóór de pap, - U zult zien, dat doet haar goed. - Ik dank U wel, dag dokter, - Ik kom straks nog even t'rug, - Met onze arme poes Fifi, - Die 'n krab kreeg langs haar rug. geweest. Vrouw Veris had alles ge schikt en voor ze naar Groet terug keerde, had ze aan vader gevraagd, of hij niet met haar mee wou. Bouwe had hulp genoeg en vader zou moe ders zorgen zoo missen. (Wordt vervolgd.) EEN KUNSTJE Uit een enkel getal den geboorte dag van iemand raden. Je begint met af te spreken, dat je de maanden nummeren zult. Januari 1, Februari 2 enz. Je laat nu het nummer van de maand waarin iemand geboren is, met 31 vei-menigvuldigen en den datum met 30. Daarna vraag je de som van de twee producten. Deze uit komst deel je door 30 en je krijgt den waren datum. De rest is liet nummer van de maand en de da tum is t verschil van quotient en rest. B.v. Iemand is geboren op 29 Mei. Dat geeft dus 5 x 31 en 29 x 30 is 155 en 870 is 1025. Deze som wordt door 30 gedeeld en geeft tot quo tient 34 en tot rest 5. 't Is dus de 5de maand of Mei en de 345 is de 29ste dag. Probeer het nu maar met Sint- Nicolaas. 12 x 31 en 5 x 30 is 372 en 150 is 522. 522 30 is 17 rest 12. Dus de 12de maand, December. En de 17— 12 is 5de dag. Reken het nu maar voor je heele familie uit. POSTZECELRUBRIEK BELGIë Aanvulling VIII *A 'A A' A JSC. 40 c Se c /*c. /of Jof Sof) /oof In 1928 verschenen een paar pak ketzegels in het type van de gewone frankeerzegels van 192128 (Type I) met den opduik „Colis postal-Post- collo" nl. 4 franc (donkergeel) en 5 franc (geelbruin). Grootte van de vakjes 2.7 bij 2.3 c.M. In 1929 verschenen eenige zegels van de serie 1921-28 ,Type I) met den opdruk „Bruxelles 1929 Brussel 5 c" n.l. 5 c. op 30 c* (roodlila), 5 c. op 75 c. (donkerviolet) en 5 c. op 1 fr. (blauw). Grootte van de vakjes 2.7 bij 2.3 c.M. Gedurende 1929—31 werd een ge heel nieuwe frankeerserie uitgegeven de tegenwoordig gangbare zegels met een leeuwtje in een ovaal, terwijl in kleine cirkeltjes in de benedenhoe ken de waarde is aangegeven. De frankenwaarden verschenen in groot formaat met de beeltenis van koning Albert. Uitgegeven werden: l centime (oranje), 2 centimes (geelgroen), 3 centimes (roodbruin), 5 centimes (grijs), 10 centimes (olijf), 29 centi mes (lila), 25 centimes (karmijnrood) 35 centimes (groen) 40 centimes (lila) 50 centimes (blauw), 60 centimes (li- larose), 70 centimes (roodbruin), 75 centimes (violet). Grootte van de vakjes 2-7 bij 2.3 c.M. 10 franc (bruin) 20 franc (groen), 50 franc (wijnrood) en 100 franc (karmijn). Grootte van de vakjes 3.4 bij 2.9 c.M. Zie voor de indeeling 't schetsje. Nieuwe deelnemers: 274. Hendrik Nimmerdor, Wester gracht 23 zwart. 278. Huibert Nimmerdor, idem. Rustenburgerlaan 23. 8. RAADSELS (Deze raadsels zijn ingezonden door Jongens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen.) Iedere maand worden onder de beste oplossers vier boeken verloot, AFDEELING I (Leeftijd 10 Jaar en ouder.) 1. (ingez. door Goudelsje.) Ik ben een spreekwoord van 29 let ters. 4 8 5 is een boom. 19 11 12 12 20 is zoowel een meisjes als een jongensnaam. 26 27 28 29 is een edel metaal. 6 7 is een voegwoord. 10 27 17 is een hemellichaam. 18 19 20 21 22 23 is 't tegenoverge- istelde van spreken. 1 2 24 7 is een insect. 13 14 3 16 is een Zeeuwsch stadje. 9 27 27 25 is een ander woord voor sociëteit. 15 27 17 29 is niet plat. 2. (Ingez. door Moeders Oogappel) Strikvragen. a. Welke schoenen worden nooit gepoetst? b. Welke letter heeft begin nog eind? c. Je eet mij iederen dag en toch eet je mij nooit alleen. d. Wat krijg je, als je vier lucifers bij elkaar legt? e. (Ingez. door Katuil.) Wat heeft er één been en twee .Vleugels? 3. (Ingez. door den kleinen Violist.) 3 4 van Maas, 1/3 van rug, 1/3 van bed, 1/2 van been, 1/2 van buur, 1/3 van rat, 1/3 van weg. Dit gezet in goeden trant, Is een stad in 't Duitsche land. 4. (Ingez. door Zangeresje.) Ik ben een aardig gezegde van 37 letters. 7 18 30 3 wordt alleen 's middags gebruikt. 32 17 8 is een huisdier. 4 9 30 23 27 33 is een provincie in Nederland. 32 5 10 13 is een jongensnaam. 2 2 6 is een lichaamsdeel. 8 12 26 37 is een getal. 11 28 35 is een boom. 23 29 17 19 15 21 is een bloem. 32 36 31 13 is een vrucht. 1 12 36 37 is een meisjesnaam. 16 17 25 37 is een Fransche rivier. 14 15 16 is niet thuis. 20 24 25 is een ander woord voor roem. 27 28 is een voorzetsel. 34 33 33 35 is geen ja. 5. (Ingez. door den Kleinen Pad- Vinder.) Ik ben een spreekwooi-d, dat tevens een rijmpje is van 45 letters. 1 31 27 is een visch. 6 20 17 36 gebruikt men bij de wasch. 23 18 verlangen de Rubriekertjes 's winters zeker naar. Wij wonen in een 37 28 11 34. De 6 35 39 is goed voor zieken en sterken. 25 5 45 is een boom. 32 30 4.is rond. Een nauwe straat noemt men ook Wel een 10 27 7 36. 's Nachts is het 43 43 9 2 in huis. Kinderen hebben geen 16 29 27. Een 33 26 28 32 is in ieder huis. 22 23 wordt in China gemaakt. 1 22 23 8 gebruikt moeder bij het eten. 13 14 44 15 is een ander woord voor warm 12 41 38 3 is een lichaamsdeel. 24 7 7 19 is een vrucht. 2 3 1 is groente. 6 7 8 is de grootste warmtebron. 11 12 is niet uit. 16 17 18 19 20 21 is een windrichting 27 28 29 ls een leelijke eigenschap. 30 31 32 is een bloeiwijze. 34 35 36 is water met zeep. 6. (Ingez. door Cleopatra.i Ik ben de naam van een beroemd Nederlandsch staatsman en besta uit 22 letters. 18 19 4 is een meisjesnaam 19 20 21 22 moet men buiten zoeken 17 15 16 was een grappig iemand, die vroeger aan 't hof vertoefde. 1 7 8 is een jongensnaam. 4 16 5 9 10 11 is een jongensnaam. 6 12 13 21 2 is een stad in Limburg. 14 15 11 naam ik iedere week. 3 4 5 13 3 is een meisjesnaam. AFDEELING II (Leeftijd 9 jaar.en jonger). 1. (Ingez. door den Loozen Vos). Verborgen beroepen. a. Wat doet Kato Penttberk? b. Wat doet Bouwe Rirerb? c. Wat doet Leen Pootreles? 2. (Ingez. door W. B. Z.) Vul de puntjes in met medeklin kers, zoodat je een oud Meiliedje krijgt. I. ei.e..e.a..e.o.e.. ee ei e e e oe oe e e Ie ie e e i e ei aa ie 3. (Ingez. door W. B. Z.) Vierkant raadsel. lste regel naam van een maand. 2de regel naam van groente. 3de regel naam van een vrucht. 4de regel naam van een zwarte vloeistof. Van boven naar beneden moet men 't zelfde lezen van wat op de lste re gel staat. 4. (ingez. door W. B. Z.) Kamraad- sel. 1 2 3 4 5 6 7 9 10 lste tand is een hemellichaam. 2de tand is een lichaamsdeel. 3de tand ls geen vrouw. 4de tand is een boom. 5de tand dient om goed op te drogen. 6de tand ligt voor de deur. 7de tand heeft 4 handen. 8 is een schip. 9 is een vischwerktuig. 10 is 't tegenovergestelde van bloeiend. Iedere tand bestaat uit 3 letters. En langs den rug moet je een naam le zen, die de Juni-maand aanduidt. 5. (Ingez. door W- B. Z.) Kruisraad- X X X X X X X een medeklinker. MEI-WEDSTRIJD Inzending ontvangen van: De klei ne Orgelist, oud 10 jaar. Tuinier- stertje, oud 13 jaar, Vaders Jongen, oud 9 jaar, Ballenbreistertje, oud 9 jaar. een knaagdier, een vrucht krijgen we mee van school, werd vroeger gebruikt in plaats van een voetkussen, een woonschip een medeklinker. Van boven naar beneden en van links naar rechts moet je 't zelfde woord lezen. 6. (Ingez. door W. B. Z.) Verborgen lekkers. a. De staart van het paard was ver sierd. b. De koe kende zijn meester heel goed. c. Wat aaide het kleine meisje dien grooten hond. d. Ik heb al je plaatjes ingeplakt. e. Er stond een groote streep door je werk. f. Ken je de wijs van dit versje? Raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorige week zijn: AFDEELING I 1. Zangeresje en Heideprinsesje. 2. a. Ruimte, b. voor een hoeden- verkooper. c. Onzin. d. port. e. ei. 3. Balsemientje. 4. Arimathea. 5. Een goede buur is beter dan een verre vriend. i. Valencia AFDEELING II 1. a. Potlood, b. Haring, c. d. Op hun kop. e. Melk 2. Boskoop. 3. Haan, Beer, Wolf, Slang, Haas, Lam. 4. Bokking. 5. Wie niet waagt, wie niet wint. 6. Verwulft. Goede raadseloplossingen ont vangen van: Blondine 5, Francis Vere 4, Pinksterbloemetje 3, Lelie 5, Ballenbreistertje 5, De looze Vos 4," Bloemenfee 6, Gouden regen 6, Wil lem van Oranje 5, Oppetom 5. De kleine Violist 6, De kleine Vogel vriend 6, Graaf Egbert 3, Een naamlooze 3, Trambestuurder 6, Wipneusje 5, Moeder's kleinste 6, Vaders jongen 6, Nachtvlindertje 6, Zwartkopje 6, Egmondertje 6, Wen- da 5, Goudvisch 5, Elfenkoningin 5, Crocusje 5, Sneeuwwitje 5, Graspie per 4, Rozenknopje 6, De kleine Voetballer 6, Graaf Lodewijk 4, Ka- rel I, 4, Tuinierstertje 6, Rangeer- dertje 3, Blauwoogje 6, De kleine Bouwer 6, Poppenverpleegstertje 6, Kerstroosje 5, Juffertje Schrijf- graag 6, Waterrotje 5, Zwartkijker- tje 6, De kleine Zeeman 6, Heide prinsesje 5, Directeurtje 6, Tamboer 5, Goudsbloem 5, Goud Elsje 5. De kleine Orgelist 5 Heideprinsesje 5 De looze Vos 5 Juffertje Leesgraag 4 VTiegeniertje 4 Klaproosje 4 Uit- looper 6 Nevada 6. RUILRUBRIEK HAN MAATKAMP, Leidschevaart 294, heeft Sickeszwapentjes, Weeg schaaltje», Kwatta-sold. Pette, Indi aantjes, Bensdorp Bobbiemannetjes, Meco, Droste, Roodband, Pleines- duifjes, Hilles bonnen en plaatjes (Gelderland) Bussink, Philips' Dui ven, Kippen en Honden pl. Franken, Nof, Pelikaantjes, Amstelpenningen, Hellingma, Haas-azijn. Hiervoor vraagt hij Verkade: Zeewater-aqua rium-terrarium, Sunlight, Vim, Lux, Rinso en Radion-bonnen. GRAAF LODEWIJK, Thorbeckestr. 63 (bij de gasfabriek) heeft 19 Haust (heele waarde), 8 Haust (halve waarde) 21 Houtman, 29 Turmac- wapens, 6 Zeewater-Aquarium bon nen, 1 Zeewater-pl. 5 Zwerftochten, 1 Hill es-bon, l Leupen, i Haas-azijn, 2 Keg, 4 v. d. Werff, 2 Hagenbeek. Dit alles wil hij ruilen voor Turmac-pun- ten. GERRIT DE BIE, Nijlstraat 12, Slachthuisbuurt, heeft Bloemen, vlin ders, vlaggen en wapens, 17 v. d. Lin den, 10 Victoria, 53 Pleines, 4 Haust, 48 Pelikaantjes, 20 Erdal, 57 Tiele- man en Dros, 27 Aquarium 20 Oom Theo, 20 Hille 98 Miss Blanche, lste, 2de en 3de Serie, 12 Baarsjes, 21 Am- stel, 12 Coeling, 4 v. Houten, 7 Haka, 15 Niemeyer, 50 Sickesz, 87 Weeg schaaltjes, 67 Kwattasold. Hiervoor vraagt hij Hilles Zwerftochten, Filos pl. v. d. Linden en Pleines. NACHTVLINDERTJE, Eikenstr. 24, Haarlem-N. Boomenkwartier heeft 10 Leupen, 7 Hilles, 10 Bobbie-man- netjes, 3 Kiazim-Emin, 4 Weegschaal tjes/l Effendie (11/2 punt) 1 Zwerf tocht, 5 Filmsterren, 3 Sickesz-wa- pentjes, 2 Kwattasold. Voor dit alles vraagt ze Weegschaaltjes, Lux, Vim, Rinso en Sunlightbonnen. GRAAF EGBERT, Rollandstraat 18, heeft 25 Verdel, 30 Verkade, IJsel, 3 Roodband, 4 Gouda, 3 Ever-fina, 2 Weegschaaltjes, 11 Sickesz, 1 sigaren bandje, 1 ent. spaarkaart Hille, 5 Niemeyer, 3 Turmac, 4 Hille-bonnen 3 indiaantjes. Voor dit alles vraagt hij bonnen of pl. van Zeewater-aqua rium Verkade, Pleines Duivenplaatjes Bloemen of vlinders. ONZE BIBLIOTHEEK A.s. Zaterdag 30 Mei is het de laat ste dag van O. B. Alle boeken moe ten dan zijn teruggebracht. In aansluiting op hetgeen ik de vorige week schreef moet ik hierbij nog eenige woorden van dank mel den aan allen, die heboen medege- wei-kt O. B. in 212 jaar zoo omhoog te brengen. Zonder hun hulp was dat zeker niet mogelijk geweest. Ik hoop het volgend jaar weer op hen te kunnen rekenen. Willen alle deelnemers, die nog boe ken in hu nbezit hebben ervoor zor gen, dat deze Zaterdag in mijn bezit zijn? Dit is 't laatste artikeltje van O-B. in Onze Jeugd. Tegen den tijd van heropening zal ik weer alle mededeelingen vermel den. Tot September dus. W. LASSCHUIT, Groote Houtstraat I55z. MIJN HERBARIUM Pinksterbloem (Cardamina praten- sis) Zie fig. 1, fam. Kruisbloemigen (Cruciferen). Een plant, die we veel in vochtige weilanden aantreffen. De stengel is rond en hol. De wortel bladen staan in een roset; deze zijn samengesteld en hebben ronde blaadjes De stengelbladeren zijn 46 parig, lancetvormig. De bloemkroon is licht lila tot wit. De vrucht is een hauw. Bloeitijd AprilJuni. Eereprijs (Veronica Chamaedrys)Zie fig. 2, fam. Leeuwenbekachtigen (Scrophulariaceeën) In ons land komen zeer veel soorten eereprijs voor. De soort, die hier be doeld wordt is gamander- of gewone eereprijs. Ze behoort tot de familie der Leeuwenbekachtigen, ofschoon ze niet veel gelijkt op de bekende leeuwenbek uit onze tuinen. Deze eereprijs is een kruipend plantje, dat zeer algemeen is aan wegen en bosch kanten. De stengel, die aan 't einde rechtop staat, heeft twee rijen haren. De bladen zijn eirond, vlak tegen den stengel zittend of kortgesteeld. De plant geeft ijle trossen hemelsblauwe stervormige bloempjes, waarvan de kroonblaadjes donkerder geaderd zijn Dit plantje is ook uitstekend ge schikt voor rotsbeplanting in de scha duw of voor een randje. Klaproos (Papaver Rhocas) Zie fig. 3 fam. Papaverachtigen (Papa- veraceeën). Een zeer bekende plant, waarvan gekweekte soorten ook veel in onze tuinen voorkomen. Enkele hiervan krijgen in het Tuinhoekje een beurt. De stengel en bladen zijn bezet met horizontaal afstaande ha ren. De 4-bladige bloemkroon is hel derrood, aan den voet vaak zwart ge vlekt. Deze valt gauw af, zoodat t niet gemakkelijk deze plant te dro gen. De bloem heeft veel meeldraden die op den bloembodem zijn inge- 1 plant. Bloeitijd MeiJuni.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 20