BIJ DOKTER.
Ven, ga Je nog mcc We li ebben
een reuze spelletje bedacht, joh!
Neem je boog mee en je twee revol
vers!
Ik kom, riep Kees naar beneden
Vergeten waren de kubieke meters
en de goede voornemens. Een halve
minuut later liep hij met Wim Anker
den weg op naar de wei.
Zij speelden dien middag „roover-
tje."
Zoo echt mogelijk had Jan
Dekkers gezegd, we pakken elkaar
echt aan, het eenige wat niet mag is
slaan, verder is alles geoorloofd.
Worstelen, wegloopen, iemand met
de revolver in bedwang houden, en
zoo voort.
Jan Dekkers, die de grootste en
sterkste van hun drieën was, was de
voortvluchtige bandiet, en Wim en
Kees waren de detectives, die hem
op 't spoor waren.
Tot honderd tellen, zei Jan. dan
heb ik gelegenheid om te vluchten.
Daarna moeten jullie mij gaan op
sporen. Oogen dicht! Wim, tellen!
Wim begin: Een twee drie
De twee detectives deden de oogen
open. Geen spoor viel er meer van de
vluchteling te bemerken. Behoedzaam
slopen ze achter en door de struiken
heen, die langs dc wei stonden. Hoe
ze ook zochten en speurden, geen
Jan Dekkers. Langs den rand van de
sloot, aan de andere zijde van het
weiland, stond een rij knotwilgen.
Daarin had Jan Dekkers, de voort
vluchtige tuchthuisboef, zich een ge
makkelijk plaatsje gezocht, tusschen
het frissche en lichtgroene geblader
te en lachte de twee zoekende detec
tives in zijn eentje 'n beetje uit. Hoe
voorzichtiger zijn achtervolgers slo
pen en zochten, hoe meer plezier jan
Dekkers had, die natuurlijk van uit
zijn hooge zitplaats precies kon na
gaan en zien, wat de twee politie
mannen uitvoerden. Hoe verbaasder
het gezicht van de twee speurders
werd, over het spoorlooze verdwijnen
van den vluchteling, hoe meer Jan
Dekkers zich moest goed houden,
niet in schaterlachen uit te barsten.
Eindelijk besloten de twee zoekers uit
elkaar te gaan en ieder op eigen gele
genheid de achtervolging voort te
zetten.
Ik geloof, zei Wim Arend, dat
de vluchteling tusschen de biezen
van de sloot verborgen moet liggen.
Daar, die hooge bosch daar rechts!
Dat is geloof ik het plekje dat wij
hebben moeten. Ga jij nou links, dan
trek ik rechts om en dan kan hij
ons niet ontsnappen.
Jan Dekkers zag, hoe Wim voor
zichtig, dekking zoekend achter strui
ken en hooge biezen, naar de aange
wezen plek toetrok, Zoo deed ook
Kees van den anderen kant. Bij het
boschje aangekomen, werden de bei
de zoekers nog voorzichtiger en lang
zaam traden ze vooruit, terwijl ze
zachtjes en stilletjes de biezen opzij
duwden
Wim en Kees schrokken verschrik
kelijk, toen zij, bij het opzij brengen
der laatste biezen, die hen van elkaar
scheidden, plotseling met verbaasde
gezichten, op geen twee centimeter,
van elkaar verwijderd, tegenover el
kander lagen.
Wel verdraaid! riepen ze bijna
allebei tegelijk en hun gezichten
toonden de grootste verwondering,
want ieder van hen had gedacht, dat
zij Jan Dekkers zouden tegenkomen.
Nu kon Jan, die er bijna vlak bo
ven in zijn knotwilg naar had zitten
kijken, het niet langer bolwerken en
hij proestte het schaterend uit.
Nu was hij natuurlijk verraden.
Met een sprong was hij uit den boom
en wilde het op ^en loopen zetten.
Maar de woendede politie-mannen
waren te lang getergd, zij vlogen op
hem af en er ontstond een geweldige
worsteling, die wel drie minuten
duurde. Toen moest Jan Dekkers zich
gewonnen geven. Het was een ge
weldige middag geweest en dood-moe
en met rood-opgewonden en verhitte
gezichten kwamen de jongens van de
weide teruggeloopen. Kwam het van
't buitenspelen? Van het hardloopen
en worstelen misschien? Kees wist
het niet, maar toen hij na tafel op
zijn kamertje kwam, om aan het vele
schoolwerk te beginnen, besefte hij
plotseling, dat een vreeselijke ver
moeidheid over hem kwam. Hij kon
Eijn oogen bijna niet openhouden. Met
een wanhopig gevoel begon hij aan
zijn sommen. Maar hoe zich ook
trachtte in te spannen, van werken
kwam dien avond niet veel meer en
het uit 't hoofd leeren, ging nog
elechter. Hij moest gedurig gapen en
J:ljn hoofd voelcle zoo zwaar als lood
aan.
Of het ongeluk zoo wilde, Kees
kreeg den volgenden dag voor bijna
elk vak een beurt en de resultaten
waren bedroevend natuurlijk. Mijn
heer Honing kreeg een diepen rimpel
tusschen de oogen en schreef zonder
iets te zeggen een brief aan Kees'
vader, toen de kinderen later aan
het opstel bezig waren. Terwijl mijn
heer Honing aan het schrijven was,
zat Kees te verzinnen, of hij geen
onderwerp vinden kon, om een opstel
over te schrijven. Het kon bijna niet
anders; zijn opstel kreeg den titel van
„Spijt" en het was een verhaal van
een jongen, die zijn goede voorne
mens had laten zakken en die ge
zwicht was voor de verleidelijke uit-
noodiging- van zijn kameraden om te
gaan spelen. De jongens moest naar
de H. B. S- Gelukkig kwam hij op tijd
tot inkeer en werkte sedert als een
paax-d, om er toch maar te komen.
Toen het tijd was, om de opstellen
in te leveren, zei mijnheer Honing:
Kees Verdonk, laat eens zien,
wat je nu wel van je opstel gemaakt
hebt. Is dat net zoo fraai als de rest?
Kees gaf hem het opstel in de han
den en mijnheer Honing begon te
lezen.
Na schooltijd blijven, zei mijn
heer Honing tegen Kees en gaf het
schrift terug. Toen begon de geschie
denisles en het was of Kees de jon
gen geworden was, uit zijn eigen
verhaal. Ingespannen luisterde hij
naar de les en mijnheer Honing be
hoefde hem dien middag niet één
maal tot de orde te roepen.
Na school, toen alle leerlingen weg
waren en Kees alleen in de klas ach
tergebleven was, kwam mijnheer Ho
ning bij hem staan en zei: Ik heb
je opstel gelezen Kees. Meende je dat
werkelijk van die jongen? Is hij
heusch van plan flink zijn best te
gaan doen en alle krachten in te
spannen om er te komen?
Ja, mijnheer, heel zeker, ant
woordde Kees flink en aan zijn ge
zicht was duidelijk te zien, dat hij
het meende en er voor instond dat
alles gebeuren zou zooals hij beloofde
Je hand erop? vroeg miinheer
Honing.
Mijn hand erop mijnheer, ik be
loof het U! En de groote en kleinere
hand sloten in elkaar. Het spreekt
vanzelf dat de brief aan Kees' Va
der in de prullemand verdween. Kees
hield woord en kwam datzelfde jaar
nog op de Hoogere-Burger-School.
Nooit heeft hij dat opstel kunnen
vergeten, dat hij eens schreef. In zijn
latere leven was de gedachte daar
aan genoeg, hem van ondoordachte
of overijlde besluiten te doen afzien.
37)
KNIPPERDOLLETJE
door
W. B.—Z.
„Er is toch geen zwarigheid va
der? Dat je zoo onverwacht voor me
staat. Ik weet niet, hoe ik 't heb."
„Ik wil 't graag gelooven, kind.
Maar ik kom zoo mooi meerijden met
Douwe Wierstra, je weet wel onze
oude buur. Die ging met den auto tot
Stavoren en toen hij van 't geval
hoorde, zei hij: Ga mee buur, voor
dag en dauw ga 'k morgen met den
wagen naar Stavoren. Dan kan je
met de eerste boot al in Holland we
zen. Dat stond me best aan. Dus
schrijven gaf toch niet. En een tele
gram jaagt een mensch maar den
doodschrik op 't lijf."
„Maar wat zal je dan moe zijn
vader."
,,'k Heb, toen we over zee gingen, 'n
aardig poosje geslapen. En straks als
ik alles verteld heb, ga ik weer op
een. oor. Is de baas er niet?"
Veris werkt nog met de dorschma-
chine. 'k Zal hem even waarschu
wen. Je wilt 't ons misschien tegelijk
vertellen."
„Ja, dat spaart een verhaal uit."
„Hier vader is tabak. Stop je pijp
je maar, dan haal ik den baas op."
Terwijl vrouw Veris 't land opliep,
schudde ze 't hoofd. Van dit bezoek
begreep ze nu net zooveel als niets.
Haar oude vader, die de 70 allang ge
passeerd was, was wel zoo hokvast
als wat.
Hfj zat nog altijd op de oude boer
derij, Have-sate, de mooiste boerderij
bij Stiens. Broer Bouwe, die onge-
trouwd was gebleven, deed 't eigen
lijke werk. Vrouw Veris kreeg maar
twee keer in 't jaar bericht van Ka-
ve-sate. Op 31 Januari bij de wisse
ling des jaars en op 1 April als ze
jarig was. De verjaarsbrieven, die zij
voor vader en Bouwe zond, werden
zelfs nooit beantwoord.
Broer Bouwe was een strakke, stij
ve boer, die 't nooit goed had kun
nen zetten, dat zijn zuster naar
Noord-Holland was getrokken. Bij
hem ging er niets boven Friesland.
Al 't werkvolk op de boerderij was
dan ook door en door Friesch.
Vrouw Veris was tijdens haar hu
welijk nog maar een keertje in Fries
land geweest. Een boerin gaat niet
zoo ver van huis, of 't moet dringend
noodig zijn. En 't was toen dringend
noodig. Haar moeder was plotseling
voor goed ingeslapen, zonder haar
eenige dochter nog voor 't laatst te
hebben gezien.
Dat waren droeve, donkere dagen
Dokter, zei Mevrouwtje Nel,
Mijn kleine meid heeft pijn.
Kunt U misschen wat voor haar
doen?
Wat drank? Of medicijn?
Laat mij eens zien, zei dokter jan,
En nam de pop op schoot.
Ze mag niets eten, dan wat pap,
Wat pap van melk en brood.
Naar bed toe hoeft ze niet direct,
Maar binnenblijven zeker.
Ik schrijf m drankje voor haar op,
Vier druppels in een beker.
- Met water 'dokter, of met melk?
- Hoeveel maal op een dag?
- En voor of na het eten dan?
- Als ik dat nog weten mag.
- Vier druppels, driemaal daags,
- In water of melk is goed.
- En 't beste is dan vóór de pap,
- U zult zien, dat doet haar goed.
- Ik dank U wel, dag dokter,
- Ik kom straks nog even t'rug,
- Met onze arme poes Fifi,
- Die 'n krab kreeg langs haar rug.
geweest. Vrouw Veris had alles ge
schikt en voor ze naar Groet terug
keerde, had ze aan vader gevraagd,
of hij niet met haar mee wou. Bouwe
had hulp genoeg en vader zou moe
ders zorgen zoo missen.
(Wordt vervolgd.)
EEN KUNSTJE
Uit een enkel getal den geboorte
dag van iemand raden.
Je begint met af te spreken, dat
je de maanden nummeren zult.
Januari 1, Februari 2 enz. Je laat
nu het nummer van de maand
waarin iemand geboren is, met 31
vei-menigvuldigen en den datum
met 30. Daarna vraag je de som
van de twee producten. Deze uit
komst deel je door 30 en je krijgt
den waren datum. De rest is liet
nummer van de maand en de da
tum is t verschil van quotient en
rest.
B.v. Iemand is geboren op 29 Mei.
Dat geeft dus 5 x 31 en 29 x 30 is
155 en 870 is 1025. Deze som wordt
door 30 gedeeld en geeft tot quo
tient 34 en tot rest 5. 't Is dus de
5de maand of Mei en de 345 is de
29ste dag.
Probeer het nu maar met Sint-
Nicolaas.
12 x 31 en 5 x 30 is 372 en 150 is
522. 522 30 is 17 rest 12. Dus de
12de maand, December. En de 17—
12 is 5de dag.
Reken het nu maar voor je heele
familie uit.
POSTZECELRUBRIEK
BELGIë
Aanvulling VIII
*A 'A
A' A
JSC.
40 c
Se c
/*c.
/of
Jof
Sof)
/oof
In 1928 verschenen een paar pak
ketzegels in het type van de gewone
frankeerzegels van 192128 (Type I)
met den opduik „Colis postal-Post-
collo" nl. 4 franc (donkergeel) en 5
franc (geelbruin). Grootte van de
vakjes 2.7 bij 2.3 c.M.
In 1929 verschenen eenige zegels
van de serie 1921-28 ,Type I) met den
opdruk „Bruxelles 1929 Brussel 5 c"
n.l. 5 c. op 30 c* (roodlila), 5 c. op
75 c. (donkerviolet) en 5 c. op 1 fr.
(blauw). Grootte van de vakjes 2.7 bij
2.3 c.M.
Gedurende 1929—31 werd een ge
heel nieuwe frankeerserie uitgegeven
de tegenwoordig gangbare zegels met
een leeuwtje in een ovaal, terwijl in
kleine cirkeltjes in de benedenhoe
ken de waarde is aangegeven. De
frankenwaarden verschenen in groot
formaat met de beeltenis van koning
Albert. Uitgegeven werden: l centime
(oranje), 2 centimes (geelgroen), 3
centimes (roodbruin), 5 centimes
(grijs), 10 centimes (olijf), 29 centi
mes (lila), 25 centimes (karmijnrood)
35 centimes (groen) 40 centimes (lila)
50 centimes (blauw), 60 centimes (li-
larose), 70 centimes (roodbruin), 75
centimes (violet). Grootte van de
vakjes 2-7 bij 2.3 c.M. 10 franc (bruin)
20 franc (groen), 50 franc (wijnrood)
en 100 franc (karmijn). Grootte van
de vakjes 3.4 bij 2.9 c.M. Zie voor de
indeeling 't schetsje.
Nieuwe deelnemers:
274. Hendrik Nimmerdor, Wester
gracht 23 zwart.
278. Huibert Nimmerdor, idem.
Rustenburgerlaan 23.
8.
RAADSELS
(Deze raadsels zijn ingezonden
door Jongens en Meisjes, die Onze
Jeugd lezen.)
Iedere maand worden onder de
beste oplossers vier boeken verloot,
AFDEELING I
(Leeftijd 10 Jaar en ouder.)
1. (ingez. door Goudelsje.)
Ik ben een spreekwoord van 29 let
ters.
4 8 5 is een boom.
19 11 12 12 20 is zoowel een meisjes
als een jongensnaam.
26 27 28 29 is een edel metaal.
6 7 is een voegwoord.
10 27 17 is een hemellichaam.
18 19 20 21 22 23 is 't tegenoverge-
istelde van spreken.
1 2 24 7 is een insect.
13 14 3 16 is een Zeeuwsch stadje.
9 27 27 25 is een ander woord voor
sociëteit.
15 27 17 29 is niet plat.
2. (Ingez. door Moeders Oogappel)
Strikvragen.
a. Welke schoenen worden nooit
gepoetst?
b. Welke letter heeft begin nog
eind?
c. Je eet mij iederen dag en toch
eet je mij nooit alleen.
d. Wat krijg je, als je vier lucifers
bij elkaar legt?
e. (Ingez. door Katuil.)
Wat heeft er één been en twee
.Vleugels?
3. (Ingez. door den kleinen Violist.)
3 4 van Maas, 1/3 van rug, 1/3 van
bed, 1/2 van been, 1/2 van buur, 1/3
van rat, 1/3 van weg.
Dit gezet in goeden trant,
Is een stad in 't Duitsche land.
4. (Ingez. door Zangeresje.)
Ik ben een aardig gezegde van 37
letters.
7 18 30 3 wordt alleen 's middags
gebruikt.
32 17 8 is een huisdier.
4 9 30 23 27 33 is een provincie in
Nederland.
32 5 10 13 is een jongensnaam.
2 2 6 is een lichaamsdeel.
8 12 26 37 is een getal.
11 28 35 is een boom.
23 29 17 19 15 21 is een bloem.
32 36 31 13 is een vrucht.
1 12 36 37 is een meisjesnaam.
16 17 25 37 is een Fransche rivier.
14 15 16 is niet thuis.
20 24 25 is een ander woord voor
roem.
27 28 is een voorzetsel.
34 33 33 35 is geen ja.
5. (Ingez. door den Kleinen Pad-
Vinder.)
Ik ben een spreekwooi-d, dat tevens
een rijmpje is van 45 letters.
1 31 27 is een visch.
6 20 17 36 gebruikt men bij de
wasch.
23 18 verlangen de Rubriekertjes
's winters zeker naar.
Wij wonen in een 37 28 11 34.
De 6 35 39 is goed voor zieken en
sterken.
25 5 45 is een boom.
32 30 4.is rond.
Een nauwe straat noemt men ook
Wel een 10 27 7 36.
's Nachts is het 43 43 9 2 in huis.
Kinderen hebben geen 16 29 27.
Een 33 26 28 32 is in ieder huis.
22 23 wordt in China gemaakt.
1 22 23 8 gebruikt moeder bij het
eten.
13 14 44 15 is een ander woord voor
warm
12 41 38 3 is een lichaamsdeel.
24 7 7 19 is een vrucht.
2 3 1 is groente.
6 7 8 is de grootste warmtebron.
11 12 is niet uit.
16 17 18 19 20 21 is een windrichting
27 28 29 ls een leelijke eigenschap.
30 31 32 is een bloeiwijze.
34 35 36 is water met zeep.
6. (Ingez. door Cleopatra.i
Ik ben de naam van een beroemd
Nederlandsch staatsman en besta uit
22 letters.
18 19 4 is een meisjesnaam
19 20 21 22 moet men buiten zoeken
17 15 16 was een grappig iemand,
die vroeger aan 't hof vertoefde.
1 7 8 is een jongensnaam.
4 16 5 9 10 11 is een jongensnaam.
6 12 13 21 2 is een stad in Limburg.
14 15 11 naam ik iedere week.
3 4 5 13 3 is een meisjesnaam.
AFDEELING II
(Leeftijd 9 jaar.en jonger).
1. (Ingez. door den Loozen Vos).
Verborgen beroepen.
a. Wat doet Kato Penttberk?
b. Wat doet Bouwe Rirerb?
c. Wat doet Leen Pootreles?
2. (Ingez. door W. B. Z.)
Vul de puntjes in met medeklin
kers, zoodat je een oud Meiliedje
krijgt.
I. ei.e..e.a..e.o.e..
ee ei
e e e oe oe e e
Ie
ie e e i e ei aa ie
3. (Ingez. door W. B. Z.) Vierkant
raadsel.
lste regel naam van een maand.
2de regel naam van groente.
3de regel naam van een vrucht.
4de regel naam van een zwarte
vloeistof.
Van boven naar beneden moet men
't zelfde lezen van wat op de lste re
gel staat.
4. (ingez. door W. B. Z.) Kamraad-
sel.
1 2 3 4 5 6 7
9 10
lste tand is een hemellichaam.
2de tand is een lichaamsdeel.
3de tand ls geen vrouw.
4de tand is een boom.
5de tand dient om goed op te
drogen.
6de tand ligt voor de deur.
7de tand heeft 4 handen.
8 is een schip.
9 is een vischwerktuig.
10 is 't tegenovergestelde van
bloeiend.
Iedere tand bestaat uit 3 letters. En
langs den rug moet je een naam le
zen, die de Juni-maand aanduidt.
5. (Ingez. door W- B. Z.) Kruisraad-
X X X X X X X
een medeklinker.
MEI-WEDSTRIJD
Inzending ontvangen van: De klei
ne Orgelist, oud 10 jaar. Tuinier-
stertje, oud 13 jaar, Vaders Jongen,
oud 9 jaar, Ballenbreistertje, oud 9
jaar.
een knaagdier,
een vrucht
krijgen we mee van school,
werd vroeger gebruikt in plaats van
een voetkussen,
een woonschip
een medeklinker.
Van boven naar beneden en van
links naar rechts moet je 't zelfde
woord lezen.
6. (Ingez. door W. B. Z.) Verborgen
lekkers.
a. De staart van het paard was ver
sierd.
b. De koe kende zijn meester heel
goed.
c. Wat aaide het kleine meisje dien
grooten hond.
d. Ik heb al je plaatjes ingeplakt.
e. Er stond een groote streep door
je werk.
f. Ken je de wijs van dit versje?
Raadseloplossingen
De raadseloplossingen der vorige
week zijn:
AFDEELING I
1. Zangeresje en Heideprinsesje.
2. a. Ruimte, b. voor een hoeden-
verkooper. c. Onzin. d. port. e. ei.
3. Balsemientje.
4. Arimathea.
5. Een goede buur is beter dan een
verre vriend.
i. Valencia
AFDEELING II
1. a. Potlood, b. Haring, c. d. Op
hun kop. e. Melk
2. Boskoop.
3. Haan, Beer, Wolf, Slang, Haas,
Lam.
4. Bokking.
5. Wie niet waagt, wie niet wint.
6. Verwulft.
Goede raadseloplossingen ont
vangen van: Blondine 5, Francis
Vere 4, Pinksterbloemetje 3, Lelie 5,
Ballenbreistertje 5, De looze Vos 4,"
Bloemenfee 6, Gouden regen 6, Wil
lem van Oranje 5, Oppetom 5. De
kleine Violist 6, De kleine Vogel
vriend 6, Graaf Egbert 3, Een
naamlooze 3, Trambestuurder 6,
Wipneusje 5, Moeder's kleinste 6,
Vaders jongen 6, Nachtvlindertje 6,
Zwartkopje 6, Egmondertje 6, Wen-
da 5, Goudvisch 5, Elfenkoningin 5,
Crocusje 5, Sneeuwwitje 5, Graspie
per 4, Rozenknopje 6, De kleine
Voetballer 6, Graaf Lodewijk 4, Ka-
rel I, 4, Tuinierstertje 6, Rangeer-
dertje 3, Blauwoogje 6, De kleine
Bouwer 6, Poppenverpleegstertje 6,
Kerstroosje 5, Juffertje Schrijf-
graag 6, Waterrotje 5, Zwartkijker-
tje 6, De kleine Zeeman 6, Heide
prinsesje 5, Directeurtje 6, Tamboer
5, Goudsbloem 5, Goud Elsje 5.
De kleine Orgelist 5 Heideprinsesje
5 De looze Vos 5 Juffertje Leesgraag
4 VTiegeniertje 4 Klaproosje 4 Uit-
looper 6 Nevada 6.
RUILRUBRIEK
HAN MAATKAMP, Leidschevaart
294, heeft Sickeszwapentjes, Weeg
schaaltje», Kwatta-sold. Pette, Indi
aantjes, Bensdorp Bobbiemannetjes,
Meco, Droste, Roodband, Pleines-
duifjes, Hilles bonnen en plaatjes
(Gelderland) Bussink, Philips' Dui
ven, Kippen en Honden pl. Franken,
Nof, Pelikaantjes, Amstelpenningen,
Hellingma, Haas-azijn. Hiervoor
vraagt hij Verkade: Zeewater-aqua
rium-terrarium, Sunlight, Vim, Lux,
Rinso en Radion-bonnen.
GRAAF LODEWIJK, Thorbeckestr.
63 (bij de gasfabriek) heeft 19 Haust
(heele waarde), 8 Haust (halve
waarde) 21 Houtman, 29 Turmac-
wapens, 6 Zeewater-Aquarium bon
nen, 1 Zeewater-pl. 5 Zwerftochten, 1
Hill es-bon, l Leupen, i Haas-azijn, 2
Keg, 4 v. d. Werff, 2 Hagenbeek. Dit
alles wil hij ruilen voor Turmac-pun-
ten.
GERRIT DE BIE, Nijlstraat 12,
Slachthuisbuurt, heeft Bloemen, vlin
ders, vlaggen en wapens, 17 v. d. Lin
den, 10 Victoria, 53 Pleines, 4 Haust,
48 Pelikaantjes, 20 Erdal, 57 Tiele-
man en Dros, 27 Aquarium 20 Oom
Theo, 20 Hille 98 Miss Blanche, lste,
2de en 3de Serie, 12 Baarsjes, 21 Am-
stel, 12 Coeling, 4 v. Houten, 7 Haka,
15 Niemeyer, 50 Sickesz, 87 Weeg
schaaltjes, 67 Kwattasold. Hiervoor
vraagt hij Hilles Zwerftochten, Filos
pl. v. d. Linden en Pleines.
NACHTVLINDERTJE, Eikenstr. 24,
Haarlem-N. Boomenkwartier heeft
10 Leupen, 7 Hilles, 10 Bobbie-man-
netjes, 3 Kiazim-Emin, 4 Weegschaal
tjes/l Effendie (11/2 punt) 1 Zwerf
tocht, 5 Filmsterren, 3 Sickesz-wa-
pentjes, 2 Kwattasold. Voor dit alles
vraagt ze Weegschaaltjes, Lux, Vim,
Rinso en Sunlightbonnen.
GRAAF EGBERT, Rollandstraat
18, heeft 25 Verdel, 30 Verkade, IJsel,
3 Roodband, 4 Gouda, 3 Ever-fina, 2
Weegschaaltjes, 11 Sickesz, 1 sigaren
bandje, 1 ent. spaarkaart Hille, 5
Niemeyer, 3 Turmac, 4 Hille-bonnen
3 indiaantjes. Voor dit alles vraagt
hij bonnen of pl. van Zeewater-aqua
rium Verkade, Pleines Duivenplaatjes
Bloemen of vlinders.
ONZE BIBLIOTHEEK
A.s. Zaterdag 30 Mei is het de laat
ste dag van O. B. Alle boeken moe
ten dan zijn teruggebracht.
In aansluiting op hetgeen ik de
vorige week schreef moet ik hierbij
nog eenige woorden van dank mel
den aan allen, die heboen medege-
wei-kt O. B. in 212 jaar zoo omhoog
te brengen. Zonder hun hulp was dat
zeker niet mogelijk geweest.
Ik hoop het volgend jaar weer op
hen te kunnen rekenen.
Willen alle deelnemers, die nog boe
ken in hu nbezit hebben ervoor zor
gen, dat deze Zaterdag in mijn bezit
zijn?
Dit is 't laatste artikeltje van O-B.
in Onze Jeugd.
Tegen den tijd van heropening zal
ik weer alle mededeelingen vermel
den.
Tot September dus. W. LASSCHUIT,
Groote Houtstraat I55z.
MIJN HERBARIUM
Pinksterbloem (Cardamina praten-
sis) Zie fig. 1, fam. Kruisbloemigen
(Cruciferen). Een plant, die we veel
in vochtige weilanden aantreffen.
De stengel is rond en hol. De wortel
bladen staan in een roset; deze zijn
samengesteld en hebben ronde
blaadjes De stengelbladeren zijn 46
parig, lancetvormig. De bloemkroon
is licht lila tot wit. De vrucht is een
hauw. Bloeitijd AprilJuni.
Eereprijs (Veronica Chamaedrys)Zie
fig. 2, fam. Leeuwenbekachtigen
(Scrophulariaceeën)
In ons land komen zeer veel soorten
eereprijs voor. De soort, die hier be
doeld wordt is gamander- of gewone
eereprijs. Ze behoort tot de familie
der Leeuwenbekachtigen, ofschoon
ze niet veel gelijkt op de bekende
leeuwenbek uit onze tuinen. Deze
eereprijs is een kruipend plantje, dat
zeer algemeen is aan wegen en bosch
kanten. De stengel, die aan 't einde
rechtop staat, heeft twee rijen haren.
De bladen zijn eirond, vlak tegen den
stengel zittend of kortgesteeld. De
plant geeft ijle trossen hemelsblauwe
stervormige bloempjes, waarvan de
kroonblaadjes donkerder geaderd zijn
Dit plantje is ook uitstekend ge
schikt voor rotsbeplanting in de scha
duw of voor een randje.
Klaproos (Papaver Rhocas) Zie
fig. 3 fam. Papaverachtigen (Papa-
veraceeën). Een zeer bekende plant,
waarvan gekweekte soorten ook veel
in onze tuinen voorkomen. Enkele
hiervan krijgen in het Tuinhoekje
een beurt. De stengel en bladen zijn
bezet met horizontaal afstaande ha
ren. De 4-bladige bloemkroon is hel
derrood, aan den voet vaak zwart ge
vlekt. Deze valt gauw af, zoodat t
niet gemakkelijk deze plant te dro
gen. De bloem heeft veel meeldraden
die op den bloembodem zijn inge-
1 plant. Bloeitijd MeiJuni.