RADION- STADSNIEUWS HET VERRASSENDE NIEUWE WASCHMIDDEL - REINIGT ALS ZON EN FRISSCHE BUITENLUCHT. Het Vruchteloos Offer. HAARLEM'S DACBLAD WOENSDAG 3 JUNI 1931 R.K. PROPAGANDACLUB. Dinsdagavond heeft Prof. A. S te ger, voor zitter van de Algemeene R.K. Propaganda- club in het gebouw Sint Bavo-een rede uit gesproken, bedoeld als inleiding otp de komende gemeenteraadsverkiezingen. Spreker behandelde in de eerste plaats de taak van de propagandisten, bij wien wil en inzicht aanwezig moeten zijn ten einde een ieder ervan te overtuigen dat het nood zakelijk is te stemmen en bovenal Katholiek te stemmen. Spreker vergeleek vervolgens de Katholieke Partij met de overige partijen en kwam daarbij tot de conclusie, dat de katholieken het sterkst staan, krachtens hun Christelijke beginselen. De gemeenteraads verkiezingen achtte spreker van het hoogste belang, omdat in de komende vier jaren in grijpende veranderingen zullen komen in de wereld-, land- en gemeentepolitiek. Welke deze veranderingen zijn, is niet te zeggen maar in ieder geval zal het uitloopen op een strijd tussohen het Christendom en de Sovjet. Daarom wekte prof. Steger de propagandisten op hun actie zoo energiek mogelijk aan te pakken en ook de niet-katholieken er op te wijzen, dat de R.K. Staatspartij ook hun belangen behartigt en waakt voor hun licha melijke en geestelijke vrijheid. Prof. Steger sprak den wensch uit, dat de R.K. raads fractie tot twaalf zetels mocht aangroeien. Na deze rede, sprak pater Hensen nog een kort opwekkend woord, waarna de bij» eenkomst, die ditmaal niet zoo goed bezocht was, op de gebruikelijke wijze werd gesloten. Ds. W. BIJLEVELD. Ds. W. Bijleveld te Haarlem-Centrum is beroepen bij de Chr. Gereformeerde Kerk te Arnhem. DERTIG-JARIG JUBILEUM. Heden herdacht de heer W. H. Hairmsen, magazijnmeester, het feit dat hij voor 30 jaar ibij de firma Beenk's Ijzerhandel in be trekking kwam. In tegenwoordigheid van alle beambten werd de jubilaris door de firmanten toege sproken en het getuigschrift alsmede de zilveren medaille der Ned. Mij. voor Nijver heid en Handel aangeboden. FAILLISSEMENTEN. Door de Arrondissements-Rechtbank te Haarlem zijn op 2 Juni in staat van faillisse ment verklaard: W. J. van Hall, handelende o. d. handels- ,naam Elec. Techn. Bur. „Edison" wonende te IJmuiden-Oost (gem. Velsen) Kastanjestr. 29. Curator Mr. A. W. Hellema wonende te IJmuiden. Roelof Loonstra, broodbakker, wonende te Zaandam, Rosmolenstraat 99a, ten huize van J. Engberts. Curator Mr. H. M, C. Dekhuyzen wonende te Zaandam D. Stoeltje, koopman en stoffeerder, wonen de te Haarlem, Sehoterweg 24. Curator Mr. Silvain Groen wonende te Haarlem. Geertje Neugebouwer, wed. Pieter Piepen - brink, zonder beroep wonende te Haarlem, Kritzingerstraat 14. Curator Mr. F. J. Gerritsen wonende te Haarlem. N.V. Oceaan Visscherij Maatschappij ge vestigd en kantoorhoudende te IJmuiden, Middenhavenstraat. Curator Mr. A. W. Hellema wonende te IJmuiden. Jacobus Mattheus de Blaey, metselaar, wo nende te Hoofddorp, Hoofdweg 768. Curator Mr. Jhr. L. U. Rengers Hora Siccama wonende te Haarlem. Opgeheven werden de faillissementen wegens gebrek aan actief van: S. Hottentot en W. Greven, beide schilders, Wonende te Zaandam. Curator Mr. P. Tideman wonende te Haar lem. W. van der Mey, bootwerker wonende te Zaandam, Kalverstraat 48b. Curator Mr. J. H. J. Simons wonende te Haarlem. A. van der Lans, koopman, wonende te Hillegom, Brouwersdwarsstraat 3. Curator Mr. M. van Toulon van der Koog Wonende te Haarlem. Geëindigd zijn de faillissementen door het Verbindend worden der uitdeelingslijst van: B. van den Bogaard wonende te Haarlem (Noord). Curator Mr. H. O. Drilsma wonende te Haarlem. Jacobus Visser wonende te Haarlem. Curator Mr. M, A. van Eclc wonende te Haarlem. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Terug te bekomen bij: Soet, Paul Krugerstraat 48, armband; Ad miraal, Verspronokweg 55, broche; G. Hille Brouwersstraat 27, bril; Helmerhorst, oZ= mervaart 12c, bankbiljet; Veen, Gasthuis straat 30, boek; Bureau van Politie Smede- straat, kerkboekje; C. Carmia Djambistraat 47, duif; Mariastichting (Portier) enveloppe m.i.; Logmans, Leidschvaart 28 i, hoed; G. J. Baak, K. v. Manderstraat 87, handschoen; Kennel Haerlem Wilhelminalaan 22, hond en kat; Bosman Kerkstraat 4, hondje; Van Tongeren, Sterreboschstraat 71, jas en 2 olie» pijpen; Kennel Fauna Parklaan 119 twee katten; Van Bruggen Arnulfstraat 23, muts; J. van Amstel Leijsterstraat 68, muts; Soh-reu- der, Oranjeboomstraat 59, porbemonnaie m,i. Meiboom Leidschevaart 82, portefeuille m.i. Nassau, Kruisweg 1078, Haarlemmermeer pakje; H. de Vries, Lindenstraat 17, porbemon naie met inhoud; A. Loot, Overtonstraat 26, parapluie; K. Faber, Oosterstraat 27, rij wiel- belastingplaatje; Provincials Griffie, Dreef, sleutel: Bureau van Politie Smedestraat, sponsen; A. Konings Olmenstraat 70, schoenen Wassenaar Raaks 7rood, tasch m.i.; Verweij K. v. Manderstraat 107 vulpenhouder; M. Vliek Kleverparkweg 238, vulpenhouder; Bureau van Politie Smedestraat, zakje mi. INGEZONDEN Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Re dactie zich niet verantwoordelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatst, wordt de kopij den inzender niet te ruggegeven. VOOR ONTWAPENING. Geachte Redachtie. Eenige dagen geleden werd ik getroffen door de uitdrukking, dat wij Nederlanders van louter pacifisme te passief zijn geworden, om waarachtig pacifist te zijn. Zoo schijnt het inderdaad. Want, ofschoon ik geen oogenblik twijfel aan de oprechtheid van allen die verkondigen, dat zij den oorlog niet willen, als het er op aankomt de consequentie's van deze overtuiging te aan vaarden en ook maar het gei*ingste daarvoor te doen, dan krijgt men niemand in be weging. We behoeven ons daarover niet te verbazen: iedere nieuwe gedachte moet nu eenmaal opnophoudelijlc in de harde hoofden der menschheid gehamerd wosden, eer zij het geestelijk eigendom van die menschheid zal zijn geworden. En zoo is de aanvaarding van den oorlog' als iets onvermijdbaars, als een noodzakelijk kwaad, ook maar niet in een handomdraaien te vervangen door de rotsvaste overtuiging: De oorlog moet weg. Toch kunnen de verschillende groepen die deze leuze tot hun levensideaal maakten, zoo als niet voldaan, dan toch dankbaar de langzame evolutie in de mentaliteit hunner tegenstanders gadeslaan en het feit alleen, dat op den 2den Februari van 1932 de con ferentie voor ontwapening te Genève zal plaats hebben, is op zich zelf een groote ver heugende gebeurtenis, waarvan wij de be- teekenis wel goed onder de oogen moeten zien. zonder ons door een zwarte of een roode bril te laten beïnvloeden. Want al zullen wij misschien nog niet alles bereiken, wat we wel zouden willen, en wordt nu toch een aanvang gemaakt met het au sérieux nemen van de wenschen, die in de harten van alle naties over de geheele wereld opkomen, en het staat aan ons zelf om te zorgen, dat dit zoo blijve. Daarom moeten we op dit congres INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. Kelder waschgoed. Billijke prijzen. tenminste iets bereiken, dat als een eerste stap op den weg der internationale ontwape ning kan gelden, als zou 't zelfs nog niet meer zijn dan dat de bewapeningen zooveel mogelijk aan banden gelegd zullen worden. Daarvoor is het echter noodig, dat het den afgevaardigden der verschillende regeeringen in Genève wordt duidelijk gemaakt, hoe het devolken zelf zijn, die tastbare resultaten van de ontwapeningsconferentie verwachten en eischen. Wanneer die afgevaardigden bij hunne komst in de Volkenbondsstad daar een stapel adressen vinden van verschillende internationale groepen, die bezig zijn zich te vormen, groepen van doctoren, van jour nalisten, van letterkundigen (die uit Frank rijk en Duitschland hebben elkaar al ge vonden, ondanks het hoongeroep van enkele extremisten) en als zij daar bovendien ont vangen worden door een deputatie van vrou wen uit alle deelen der wereld, vergezeld van een reuzen-petitionnement, dan zullen zij moeten rekening houden met den drang en zich niet met woorden en frase's er van af kunnen maken, 't Is de Internationale Vrou wenbond voor Vrede en Vrijheid, die het werk van dit reuzen-adres op zich heeft ge nomen. Door de vriendelijkheid van Uwe redactie mocht ik al eens eerder de aan dacht op onzen Bond vestigen, bij welke gelegenheid ik dankbaar een 90-tal nieuwe leden heb mogen boeken. In 42 landen heeft de Bond zijn af deelingen. Sinds 'n jaar werkt hij aan het verzamelen van handteekeningen van alle mannen en vrouwen, die het als een ongeschreven wet in zich voelen: De oorlog moet weg en die daarvan willen getuigen op de komende ontwapenings-conferentie. In Engeland werden in korten tijd reeds meer dan dan 100.000 handteekeningen verzameld, in Zwitserland 50.000, in Duitschland en Frankrijk, waar het uit den aard der zaak het moeilijkst gaat 20.000. In Amerika Japan, Zweden, Czecho Slowakye, Canada. Ierland, Hongarije, Bulgarije is men hard aan het werk. En hoe staat 't nu met ons, Nederlanders? Circa 20.000, wel een beetje beschamend tegenover het 2 1/2 X grootere aantal der Zwitsers. De Nederlandsclie af- deeling hoopt echter op 100.000 als minimum, zooals onze Engelsche zusters op een millioen. Daarom, vrouwen en moeders, laten wij bij deze monster-demonstratie toch niet in de minderheid blijven, stelt U zelf den eisch, dat ook wij een millioen handteekeningen moeten aanbrengen. Ge zult door een pessimistisch: Wat zal 't geven!" ons geloof in déze goede zaak niet aan het wankelen brengen, noch onze geestdrift uitdooven; maar ge kunt onze actie zooveel krachtiger maken door U naast ons te plaatsen. „Een druppel in een oceaan", zegt ge. Best; maar millioenen van druppe len vormen de groote zee en millioenen stemmen zullen op de komende conferentie het geluid der oorlogsmaniakken, die er ïn werkelijkheid maar weinigen zijn, kunnen doen verstommen. Een heel groot geluk is het al vast dat als president zal optreden de Engelsche minister van Buitenlandsche Zaken, Mr. Henderson; de man, die door alle partijen gerespecteerd wordt om zijn recht vaardigheidsgevoel zijn gezond verstand, zijn bijzondere tact en bezadigd optreden, welke hem reeds in vele gevallen van wrijving een juisten oplossing deden vinden. Hij zal ook zeker niet. als een bekend landgenoot, met een medelijdende sneer over het werk der „internationale vrouwkens" spreken. Integen deel. Hij is dezelfde, die eenige maanden geleden voor onze Engelsche afdeeling in Queenshall een gloedvolle rede heeft ge houden, om onze actie aan te bevelen, aan v/elke rede onze geachte Hoofdredacteur destijds een zijner warme artikelen heeft ge wijd. Laten wij vrouwen dus niet door onze lauwheid of traagheid verhinderen, dat er tenminste iets zal bereikt worden, want een mislukking zal onze zaak weer een groot eind achteruit zetten, terwijl het geringste succes in ieder geval een eerste stap zal zijn op den weg die ons ideaal een kleinig heid nader zal brengen. Ik zou U nog vele kunnen noemen die onze reuzen-petitie steunen en warm aanbevelen, laat me vol staan met den naam van Lord Robert Cecil, den overigens conservatieven staatsman en met dien van den Duitschen minister Seve ring die op onze conferentie te Frankfurt verleden jaar woordelijk heeft gezegd: „Ik wensch uwen Bond geluk met uwe activi teit. Wij mannen zijn zoo lang soldaten van den oorlog geweest, mogen de vrouwen de soldaten van den Vrede worden!" Vrouwen van Haarlem helpt dus mede, om ons adres zoo groot mogelijk te doen zijn, zorgt dat er niet één, maar verscheidene vrachtauto's noodig zullen zijn, om alle hand teekeningen in Genève te helpen vervoeren, Zeg niet, zooals ik wel eens te hooren krijg: „Ik teeken nooit", maar lees aandachtig de formuleering van ons adres door en ge zult met volle instemming Uwe handteekening kunnen plaatsen, onverschillig van welken godsdienst, van welke levensbeschouwing van van welke politieke richting ge zijt. De lijsten liggen bij mij ter teekening gereed: een wandeling of een tramritje naar onzen mooien Hout is in deze zeldzaam zachte Mei maand toch niet zoo'n zwaar offer. Vrees niet, den drempel van ons tuinhekje kapot te loopen; ik heb er een nieuw exemplaar voor over. En misschien weten anderen mij adressen op te geven, waar ik de lijsten zou kunnen laten neerleggen voor die stadge- nooten voor wie het toch nog te moeielijk is, ver van huis te gaan. Met hartelijken dank voor de plaatsing TH. THIELWEHRBEIN, Vijverlaan 8, Haarlemmer Houtpark. F1NANCIEELE BERICHTEN GEBR. STORK MACHINE FABRIEK, HENGELO. Nog eenige orders met moeite verkregen. ANDEKHALF MILLIOEN VEELIES OP DE WERF CONRAD. Aan he't jaarverslaig der N.V. Machine fabriek Gebr. Stork en Co. te Hengelo over Juli 192931 December 1930 is het volgende ontleend: Het resultaat over de afgeloopen periode is niet gunstig geweest. De in het algemeen in het afgeloopen boekjaar no.g steeds achter uitgegane conjunctuur leidde 'voor ons tot 'n groot tekort aan bestellingen, zoodat onze werkplaatsen op enkele uitzonderingen na gedurende de geheele periode onvoldoende of slecht bezet waren. Het werk, dat nog kon worden verkregen, moest tegen lage, ten deele verliesgevende prijzen worden aange nomen. Van de onbevredigende resultaten van ons eigen bedrijf moet, gelijk wij reeds vroeger opmerkten, de voornaam ste oorzaak gezocht worden in den zeer on- gunstigen toestand van het Ned.-Mdisclhe bedrijfsleven. In het afgeloopen boekjaar werden door onze fabriek vooral op het gebied van elec- trisc-he centrales en de inrichting van enkele stoombedrijven voor ..fabrieken groote instal laties uitgevoerd. We" vermelden hier alleen de zeer belangrijke leveringen aan de nieuwe Centrale „Noord" van de gemeente Amster dam en aan de Centrale in IJmuiden van INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. N.V. DE LEVER'S ZEEP MAATSCHAPP1J.VLAARDINGEN het Prov. Electr. Bedr. v. Noord-Holland. Voor beide centrales hebben wij een aanziv v deel der installaties vervaardigd. De machuie- installaties voor de laatste groote schepen die de Kon. Paketvaart Mij. nog heeft laten bouwen, zijn door de machinefabriek ver vaardigd en thans in montage. Wij kunnen gelukkig wijzen op belangrijke bestellingen, die in het thans loc-pende boek jaar werden ontvangen, w.o, groote ketel installaties, o.a. voor de electrisohe centrales van Den Haag en Leiden en voor het Ned.- Ind. Gouvernement. Tevens werden aan de machine-afdeelingen bestellingen op stoom machines en turbines voor binnen- en buiten land opgedragen. Voorts is het gelukt, een bestelling te krijgen voor de complete machinale inrich ting van drie vracht-passagiersschepen, die voor buitenlandsche rekening bij de Nederl, Scheepbouw Mij. te Amsterdam worden ge bouwd. De voortstuwingsmachines voor deze schepen, dubbelwerkende twee-takt Diesel motoren van 8.000 I.P.K. en 9 hulpmotoren voor een vermogen van 450 I.P.K. elk wor den door ons in samenwerking met de A .E.G. te Berlijn volgens de A. E. G. Hesselman- patenten vervaardigd. De resultaten, bereikt door onze -dochter ondernemingen, in de eerste plaats door de N.V. Gebr. Stork en Co's Fabriek van Bijsch- werktuïgen alhier waren niet ongunstig. Onze tweede dochtervennootschap, de N.V, Gebr. Stork en Co's Apparaten-fabriek te Am* setrdam, werkte eveneens niet onbevredigend, Deze vennootschap bestaat in haar tegen- woord ingen vorm als -voortzetting van de N.V. Ijzergieterij en Machinefabriek de Etna waarvan ongev-eer alle aandeelen dezer ven nootschap in onze handen zijn. Belangen bij de Werf Conrad, Wat onze deelneming in andere onderne mingen betreft, zijn de resultaten in het al gemeen niet ongunstig geweest, echter met één uitzondering. De bekende Scheepwerf Werf Conrad te Haarlem, die op het gebied van de fabricage van baggermolens van aller lei aard een grooten naam heeft, werkte over de laatste jaren met zeer slechte f-inancieele resultaten. Vele bestellingen voor den tin mij nbouw in de Straits en Siam werden wel technisch op uitstekende wijze, maar tegen verliesgevende prijzen uitgevoerd. Bovendien had de lange tijdsduur voor het geheel afwer ken van deze bestellingen vereischt, tenge volge, dat d-e in.be drijf stelling van deze instal laties samenviel met de zware crisis in de tin nijverheid, waardoor verschillende opdracht gevers, grootendesls in Australië gevestigd, in betalingsmoeilijkheden zijn geraakt, waar door de onaangename gevolgen, ook voor de Werf Conrad, niet uitbleven. De algemeen slechte conjuctuur in d-en scheepsbouw droeg er toe bij, de resultaten van het bedrijf on gunstig te beïnvloeden, doordat ook voor Euro- peescbe rekening belangrijke orders tegen verliesgevende Rijzen werden aangenomen. Door onze reeds vele jaren bestaande groote belangen bij de Werf Conrad werden wij ge dwongen, deze onzen steun in de ruimste mate te verleenen. Door ons is een bedrag van f iy2 millioen uit de algemeene reserve afge boekt, overeenkomende met het verlies, door ons op de Werf Conrad geleden, terwijl de waardeering van ons aand-eelenbezit in de Werf Conrad zoo laag ïs gesteld, als met de tegenwoordige omstandigheden in overeen stemming mag worden geacht, waarbij van de veronderstelling wordt uitgegaan, dat de zaken op de tegenwoordige basis met goed succes kunnen worden voortgezet. Aain het geven van onzen steun hebben wij de voor waarde kunnen verbinden, dat alle aandeelen die nog niet in onze handen waren, thans zonder geldelijke opofferingen van onze zij-de zoo goed als geheel in ons 'bezit zijn gekomen, De exploitatie-rekening liet n-iet toe, de nor male afschrijvingen t-e doen op gebouwen en machinerieën. Daar wij steed-s een zeer ruime afschrijvingspolitiek volgden, kan de afschrijving voor ditmaal wel achterwege blijven. De vaste goederen en werktuigen staan te boek voor het bedrag, daarin na 1 Juli 1-930 vastgesteld. De verlies- en winstrekening vermeldt een saldo-exploitatie van f 310.123 Cv.j. f 1.932.575). DIVIDEND NED. SCHEEPVAART UNIE 6.9%. Naar de N.R.C. verneemt, zal de directie van de Nederlandsche Scheepvaart Unie aan de a.s. algemeene vergadering van aandeel houders voorstellen over 1930 een dividend van 6.9 pet. uit te keeren (v. j. 11.3 pet.) GEEN DIVIDEND ROTT. TAPANOELI CULTUUR MIJ. Aan het jaarverslag der Rotterdam Tapa- noeli Cultuur Mij. is ontleend, dat het ver- liessaldo na afschrijvingen enz. 209.658 be draagt. LINOLEUM KROMMENIE. Het jaarverslag der Nederlandsche Lino- leumfabriek, Krommenie maakt melding van een winst van 214.333 (v. j. 641.666). Voorgesteld wordt een dividend van 5% (v. j. 15%) te verleenen en 23.400 op nieuwe rekening te boeken. FEUILLETON. Naar het Deensch van CARL MUUSMANN. (Nadruk verboden.) 7) Opeens werd de streek opgeschrikt door de tijding dat er een aantal arrestaties hadden plaats gehad. Een boer, wiens hofstede het vorige jaar was afgebrand, was 's nachts van zijn bed gelicht en gevankelijk naar de stad gebracht. Ook een- smid uit een van de dorpen zat in voorarrest, vijf jaar geleden was er brand in zijn smidse geweest! Hij had in de herberg kennis gemaakt met een vreemden zeeman, die kortgeleden uit China was teruggekeerd en die bijzonder onder houdend over zijn reizen wist te vertellen. De zeeman scheen goed in zijn- contanten te zit ten, hij had het eene glas na het andere be steld, de smid was onder invloed van de royale tractatie spraakzaam gewordenAl heel vroeg den volgenden ochtend, de smid had zijn reis nog op geen stukken na uitge slapen, waren rechercheurs uit de stad ge komen en hadden h-em in hechtenis geno men. De gulle zeeman was een recherche inspecteur uit de hoofdstad geweest, behoo- rende tot de beruchte commissie! Het heele district was met schrik en ont steltenis geslagen. Allen bij wie de laatste tien jaar brand was geweest voelden zich be dreigd. Er ontstond een atmosfeer van wantrouwen, het was of iedereen een wach ter voor zijn lippen had gezet en tegelijker tijd werd de commissie overstelpt met ano- nyme brieven. Dr. Thingsted had het druk en het was hem met zijn snijdende gevat heid reeds gelukt enkele verdachten zóó in het nauw te brengen, dat hun niets anders overbleef dan te bekennen. Maar als zijn dagtaak afgeloopen was leek het of hij met zijn toga, ook het harde, haast-wreede, van zijn persoonlijkheid had afgelegd, dan was hij op de sociëteit of bij intieme dinertjes de gezellige, hoffelijke man van de wereld. Ook met Kolonel Thalberg was hij op goe den voet gekomen en toen de garnizoens commandant een van zijn in den heelen om trek beroemden heerendiners zou geven, waaraan steeds een vaste kring van oude vrienden aanzat, behoorde de rechter tot de genoodigden, hetgeen een hooge onderschei ding voor een buitenstaander heteekende! Dat Ritmeester Bruhn, Thalber's beste vriend onder de gasten was, sprak vanzelf. De kolonel had zijn oude huishoudster in de studeerkamer geroepen om het menu met haar te bespreken. Hij vertelde haar dat er een gast méér zou zijn dan gewoonlijk: Dr. Thingsted. „Wat, hebt u den rechter uïtgenoodigd?" riep de oude vrouw onthutst. „Waarom zou ik niet? Hij is een buiten gewoon aardig, gezellig man." „Ja, maar Ritmeester Bruhn komt toch ook?" „Natuurlijk „Ja, ziet u, ik dacht...." „Wat dacht je?" „Nu, hij en de rechter bij elkaar...." „Wat zou dat?" „Vanwege den brand op „Seehof" Als...." De kolonel keek haai- met zulk een booze blik aan, dat de oude ziel geen woord meer dorst uitbrengen en haastig een- goed heen komen zocht in de keuken. Toen de deur van de studeerkamer zich achter haar gesloten had. verdween de drif tige uitdrukking van het gezicht van den kolonel en er kwam een verdrietige blik in zijn oogen, Hij zou een eed durven doen op de eerlijkheid en betrouwbaarheid van zijn ouden vriend; dat deze onschuldig was aan het uitbreken van den brand, stond onwrikbaar voor hem vast. Maar dat nam niet weg dat de opmerking van de huishoud ster duidelijk bewees, dat de publieke opinie verre van gunstig voor den landheer van „Seehof" was. Wanneer iemand als een oude vrouw, die toch werkelijk het buskruit niet had uitgevonden, met dergelijke praatjes voor den dag kwam, wat zouden menschen met meer combinatievermogen dan zij, die wellicht om een of andgere reden wrok tegen zijn vriend koesterden, dan niet durven be weren? Zooals de verhouding op het oogen blik in de streek was, leek het angstig waarschijnlijk, dat de commissie van on derzoek ook haar aandacht aan den brand op „Seehof" zou wijden en dat daardoor een smet zou worden geworpen op Bruhn's eer en het aanzien. Toen de ritmeester dien middag de schrif telijke uitnoodiging voor het diner ontving, had hij den kolonel al in de stad gesproken. Hij sneed de enveloppe open, keek, de kaart die ze bevatte even in, en legde den brief op zijn schrijftafel. „Iets bijzonders?" vroeg mevrouw Bruhn. „Neen, een invitatie van Thalberg voor een van zijn diners. Ik wist er al van." „Neem je het aan?" „Dat spreekt immers vanzelf!" „Weet je wie nog meer gevraagd zijn?" „Natuurlijk dezelfde heer en als altijd, De eenige vreemde is Dr, Thingsted, de presi dent van de onderzoekingscommissie". Mevrouw Bruhn gaf niet direct antwoord. Een heele poos volhardde ze in een stroef zwijgen en liet haar kouden blik als zoe kend door de kamer dwalen. Een paar maal opende ze den mond om iets te zeggen, maar er kwam geen geluid over haar lippen. Eindelijk verbrak ze de stilte die iets be klemmends begon te krijgen. „Ik verbeeld me dat je vannacht gehoest hebt, Alfred. Je moest je een beetje in acht nemen." De opmerking was zoo buiten eenig ver band met het voorafgaande gesprek, dat de landheer zijn vrouw verbaasd aankeek. Ze sloeg de oogen neer, maar hun blikken ont moetten elkaar één ondeelbaar oogenblik. „Heeft dat iets met de invitatie met Thal berg te maken?" vroeg hij, lichtelijk ge prikkeld. „Ik was bang dat je op den terugweg des avonds laat of misschien wel 's nachts, kou zou kunnen vatten. „Dacht je?" Er klonk nu bijtende spot in zijn stem. „Ik meende den laatsten tijd al meer opgemerkt te hebben, dat je zoo be zorgd bent voor zijn gezondheidMaak je maar niet ongerust hoor!" Er trok een blos over het bleeke gezicht van mevrouw Bruhn. Ze schraapte de keel alsof ze iets wilde zeggen, maar ze scheen de juiste woorden niet te kunnen vinden en zweeg. In haar oogen, die anders zoo koel en scherp keken, kwam een zachte, vochtige glans; haar blik bleef haast liefkozend op haar man rusten, als wilde ze hem vergiffe nis vragen voor haar verborgen verdenking. Het probleem, dat hun beider harten in on rust hield en dat ze jarenlang vergeefs ge tracht hadden op 'n zoo liefdevolle manier met elkaar te bespreken, dat geen van beide zich gekwetst kon voelen, had op dit oogen blik met een paar eenvoudige vertrouwelijke, goed-gemeende woorden opgelost kunnen worden. Maar de ritmeester had niet gemerkt, wat er-in de ziel van zijn vrouw omging. Hij was geheel in beslag genomen door zijn eigen gedachten en toen hij deze eindelijk met kracht van zich afwierp, stond hij met een energieke beweging op en vroeg. ..Gaan we nog niet eten?" De glans in mevrouw Bruhn's oogen doof de uit, „Er wordt direct opgedaan", antwoordde ze zakelijk. Astrid werd aan tafel geroepen ;aan den maaltijd heerschte een benauwende stilte. Direct na eten ging Bruhn weer naar zijn eigen kamer, strekte zich op de sofa uit en stak een pijp aan. Even later riep hij zijn dochter. „Astrid wil je moeder vragen of ze zin heeft een uurtje mee uit rijden te gaan?" Na een oogenblik kwam het meisje te rug. „Het spijt mama erg, maar ze heeft geen tijd." De ritmeester zei den heelen verderen avond geen woord meer. In norsch stilzwij gen rookte hij de eene pijp na de andere. Toen hij den avond van het diner bij den kolonel naar de stad reed, was hij in de allerbeste stemming. Hij had zich voorgeno men om zich door niets of niemand uit. zijn goed humeur te laten brengen en gedurende den maaltijd was hij opgewonden-vroolijk. op het luidruchtige en overmoedige af. Maar hoe later het werd, hoe minder zijn ge moedstoestand in overeenstemming was met zijn vertoon van opgewektheid; hij had het gevoel alsof er een schaduw over zijn ziel was gevallen, de voorbode van een onbe stemd dreigend gevaar, dat op geluldlooze voeten nader sloop, met noodlottige zeker- ■heid en niet te stuiten. Op den terugweg leunde hij achterover in het rijtuig en rookte zijn Havanna. Ter wijl hij het luisterrijke feest nog eens aan zijn geestesoog liet voorbij gaan, drong het tot hem door, dat hij, behalve een paar vor- melijk-beleefde opmerkingen, eigenlijk geen woord met den rechter had gewisseld. Het leek nu, achteraf beschouwd, dat Thalberg en de andere gasten hun best hadden ge daan hem en Dr. Thingsted zoo veel moge lijk van elkaar verwijderd te houden. (Wordt vervolgd.),

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 6