HOEPELEN. RAADSELS (Deze raadsels zijn Ingezonden door Jongens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen.) Iedere maand worden onder de beste oplossers vier boeken verloot. AFDEELING I (Leeftijd 10 Jaar en ouder.) 1. (Ingez. door Elfenkoningin.) Verborgen dieren. a. Jullie moeten niet allemaal te gelijk praten. b. 't Is vandaag bijster koud. c. Kon het oude mensch er toe be sluiten alleen op reis te gaan? d. We gaan straks met Jaap en Bert fietsen. e. Wat hebben die kinderen den bloementuin geschonden. 2. (Ingez. door Crocusje.) Verbor gen plaatsnamen. a. Niet vallen, hoor Nelly. b. Dit is geen kalk, maar krijt. c. De venters staan 's Maandags op de markt. d. In November genoten wij nog van onzen tuin. e. Onze neven loopen van Haarlem naar Amsterdam. f. Ik ben dankbaar nu toch einde lijk een fiets te hebben gekregen. 3. (Ingez. door Zeemeerminnetje). Strikvragen. a. Ja, wij zijn, Klein en fijn. De adem van het kleinste kind, Drijft ons op de vlucht gezwind. Maar wij keeren taai en vlug. Toch terug. Hoe geplaagd, Hoe verjaagd. Niemand kan ons overwinnen, Of iets tegen ons beginnen. b. Welke pijp rookt niet. 4. (Ingez. door Crocusje.) Neem uit de volgende zinnen tel kens één woord, zoodat je den titel krijgt van een heel bekend sprookje. a. De sneeuwpret was dezen winter spoedig gedaan. b. Een wolf is een roofdier. c. Jan en Piet gaan wandelen. d. De jongen draafde, zoo hard hij kon. e. E enweek heeft zeven dagen. g. De jonge geitjes huppelden in de wei. 5. (Ingez. door Elfenkoningin.) Neem uit onderstaande plaats namen telkens één letter, zoodat er een sprookjesnaam komt. Grijpskerk, Vlissingen, Eist, Hat- tem, Utrecht, Leeuwarden, Winscho ten, Dieren, Uitgeest, Jemmingen, Beerta. 6. (Ingez. door W. B. Z.) Driehoeksraadsel x x X een medeklinker een voorzetsel een scherp voorwerp, lastig onder de voeten, mooie bloemen. De kruisjes noemen een heerlijken tijd van t' jaar. AFDEELING II (Leeftijd 9 Jaar en jonger). (Leeftijd 9 jaar en jonger.) 1. (Ingez. door W- B. Z.) Vul de puntjes in met medeklin kers, zoodat er een heel bekend spreekwoord komt. e e e ei e aa f e ee ee ee a e 2. (Ingez. door W. B. Z Mijn geheel is een vogel van 10 let ters. 1 2 3 4 5 is het tegenovergestelde van dag. 8 9 10 is een visch. 1 6 7 6 1 is een getal. 3. (Ingez. door W. B. Z.) Driehoeksraadsel X X X X X X een mooie wandeling bij Haarlem, droeg men vroeger aan het oor. een schoolvak, gracht ons alle dagen ander woord voor trots, zit aan een schip, een medeklinker. Ook de kruisjes van boven naar be neden noemen de wandeling. 4. (Ingez. door W. B. z.) 's Middags liggen wij op tafel. Neem de eerste lettergreep weg en we ver warmen. Neem dan weer de laatste letter weg en er blijft iets over, dat om vele vruchten zit. 5. (Ingez. door W. B. Z.) Ladderraadsel x X X X X X X X een verkorte meisjesnaam een verkorte meisjesnaam een ander woord voor ieder een muzieknoot. een vrucht. een boom een boom doet moeder nielk in. De kruisjes noemen iets, dat we veel op school gebruiken. 6. (Ingez. door W. B- Z.) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 iemand, die we liefhebben, een zwart volkje 't tegenovergestelde van zwakte zorgt voor de schapen die zieken beter maakt een soort tor. 1 2 3 4 5 6 moet hetzelfde woord noemen als 1 7 8 9 10 11. Raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorige week zijn: AFDEELING I 1. Zangeresje. 2. Lebak. 3. Friesland. 4. Appel, Peer, Aalbes. Pruim. 5. Domino. 6. Het oog van den meester maakt het paard vet. AFDEELING II 1. Gijs-ijs. 2. Eeuw, geeuw, leeuw, meeuw, Zeeuw. 3a. In de Meer was een boer, en die boer had een hond en die moeder. Van dien boer was ook de vader van den hond. b. Op zijn kop. c. weg. 4. Zaan, zaag, zaad. 5. Papaver. 6. Vacantie. Goede oplossingen ontvangen van: Tamboer 6 Lelie 6 Balsemientie 6. Knipperdolletje 4 Wenda 6 Willem van Oranje 6 Viooltje 5 Blauwoogje 6 De kleine Bouwer 6 Poppenverpleeg- stertje 6 Vijfhuizen 6 Goudelsje 6 Goudsbloem 6 Bloemenfee 6 Duik- stertje 6 Vliegeniertje 5 Juffertje Leesgraag 5 Klaproosje 5 De orgelist 6 Henny Geyteman 6 Nachtegaaltje 6 Borduurstertje 6 Kakelaartje 5 Prin ses Maria 5 Bokstertje 5 Herfstaster- tje 4 Prinses Zonneglans 4 Goud hartje 4 Goudvisch 5 De kleine Vo gelvriend 6 De kleine Violist 6 Zee meerminnetje 1 De looze Vos 5 Blauw oogje 6 De kleine Bouwer 6 Poppen- verpleegstertje 6 Rozenknopje 6 De kleine Voetballer 6 Blondine 6 Alba 6 Kerstroosje 5 Graspieper 4 Water rotje 6 Elfenkoningin 6 Crocusje 6 Pinksterbloemetje 5 Francis Vere 5 Een naamlooze 5 Zinnia 6 Ballenbrei- stertje 6 Kwebbelgraagje 6 Nacht vlindertje 6 Zwartkopje 6 Nelly Bosch 6 Zonneschijn 6 Gouden regen 6 Hun kerhartje 6 Kruimeltje 6 Kweekelin- getje 6 Juffertje Weetgraag 6 Mid denmootje 6 Zangertje 6. JUNI-WEDSTRIJDEN Inzending ontvangen van; Goudvisch, oud 15 jaar. Rubriekertjes-Lijst Fietje Rakker, oud 13 jaar, Kenne- merplein 14 rood. Bets Harmsen, oud 12 jaar. Welte vredenstraat 8. RUILRUBRIEK GOUD-ELSJE, Pres. Steynstraat 66 Haarlem-Noord, heeft 8 Hille, 10 Haust, 2 Karnemelkzeep nrs. 87 en 89, 1 Pleines 63, 1 Amstelpenning (halve waarde). 1 Gouda theelicht, 5 Kwat- tasold., 3 Sickesz (halve waarde) Hiervoor vraagt ze Weegschaaltjes. Ruiltijd dagelijks van 56, behalve 's Zondags. ANNIE IJLSTRA, Kerkhofstraat 13 Hilles Zwerftochten, 1 v. d. Linde-bon (2 punten) 2 Duifmerken, 1 Klok. Voor dit alles vraagt ze bloemen en vlinders. 1 tegen 1. C. v. Waarde, Brouwersvaart 64, heeft 10 Hille, 66 v. d. Linden, 1 Zee water-aquarium, l Paddenstoel, 1 Texel. Hiervoor vraagt ze: Lux, Ra dion, vim, Sunlight, Leupen, Amstel- penningen, Droste, Kwatta, Bloemen of Vlinders. FRANCIS VERE, Vergierdeweg 68, Haarlem-N. heeft 23 Miss Blanche (3de serie) 24 Miss Blanche (2de se rie) 7 Miss Blanche (bonnen) 3 Pad denstoelen, nrs. 61, 71, 104, 5 Film sterren, 3 Xanthia, 6 Wajang, 16 Pe likanen, Hiervoor vraagt hij: Plei nes Dierenpl., Kwatta-sold. en Dubec Ook heeft hij 't album van Leupen met 2 pl. Hiervoor vraagt hij een ander album. Ook heeft hij nog 3 Weegschaal tjes, 1 Sickesz, 9 Dik Trom, 3 Schol ten, 21 Hille (Gelderland). Hiervoor vraagt hij Dubecbonnen. ZINNIA, Minahassastr. 29 Haar lem-Noord heeft 4 Victoria-Jeugdbi bliotheek, 3 Bataaf, 1 Cactus, 4 Sneeuwwit, 12 Haust, 4 Carmel, 17 Dik Trom, 20 Indiaantjes, 8 H. O-, 2 Pirate, 10 Quick, 8 Roodband, 1 Koopman's Diergaarde, 7 Karnemelk (4 Leven der zee, 2 Bloemen, l Vogel) Hiervoor vraagt ze Haka Jeugd-Bi- bliotheek, Hilles spaarkaarten, ge Vlugge voeten snellen Rappen hoepel na! Wordt de vaart soms minder? Komt de stok weldra! Tik! En rrrrt, daar gaat ie! over zand en steen, Over gras en keien. Vliegt de hoepel heen. Tik-tik-tik! Steeds sneller Rolt de hoepel voort. Tik naar links, tik naar rechts Juist zooals het hoort. schenkenbons, of Zwerftochten door ons land, Amstelpenningen, Vim, Ra dion, Sunlight, Lux, Rinso, Zeewater Aquarium. PIET HEKKER, Rampenlaan 68, heeft 21 Paddenstoelen plus l groote plaat, 89 spelregels, Philip's cigaret- ten 26 Hillebons (Gelderland) 3 Haka Jeugdbibliotheek, 36 Turmacpunten, 560 Sickes-punten (heele) 41 van Nelle koffie-bons, 38 Kiazim-Emin- bonnen, 18 Dierenpl. van zoologreal- studies, 16 Filmsterren, 8 Voetbalpl. 7 Clysma, 33 Mercurius, 9 Haas-azijn 8 Ali-baba, 13 Haust, 5 Pelikaantj es, 6 Bensdorp. Hiervoor wil hij terug hebben Turmac-punten, Sickesz-pun- ten, Zeewater-aquarium, Sunlight, Vim en Rinso. WAT ONZE BELANG STELLING WEKT. De Bijenkorf te Rotterdam. Dit reusachtige gebouw rust op 5500 pa len; die een gezamenlijke lengte heb ben van 85 K.M. dat is een afstand van Amsterdam naar Rotterdam. Hoe het eiland Hoen in de Sont ontstond. In overoude tijden woon den er op het eiland Seeland twee reuzinnen, Grimild en Hoenild. Deze laatste wilde eens in haar voorschoot stukken van Seeland overbrengen naar de tegenoverliggende Zweedsche kust. Toen ze nu dwars door de Sont stapte, brak de band van haar voor schoot, waardoor de brokken land in de Sont vielen. Uit deze brokken ontstond het eiland Hoen. Een zware klok. In den toren te Brugge bevindt zich een klok, die 9000 K.G. weegt. In dienzelfden toren bevindt zich een klokkenspel, dat uit 47 klokken bestaat, die te zamen 26.000 K.G. wegen. De middellijn der grootste klok bedraagt 2 M. die der kleinste 19 c.M. Het is gegoten doo.» den Amsterdamschen klokgieter Du- mery. De zijde. Twee kooplieden te Lyon begonnen 400 jaar geleden de zijdeweverij aldaar in te voeren. Sinds is Lyon de zijdestad gebleven. Voor millioenen guldens aan zijde wordt vandaar tegenwoordig naar alle hoeken der wereld verzonden. Tik, den hoek om, tik, de straat uit, Tik-tik! Telkens sneller weer! Wacht eens even, vlugge hoepel, Ik heb haast geen adem meer Bij die boom moet ik wat rusten....; Neen. het spel is niet gedaan. Dadelijk gaan we weer aan 't rennen, Gaat de tocht van voren af aan! En de hoepels zwenken, zwaaien, Rollen voor de kinderen uit, Tot zoo straks, zoo tegen 't eten, 't Klokje,van „naar huis gaan" luidt!. x x X X X X X Nog slechts een paar dagen en we hebben de langste dag alweer. Als je volop wilt oogsten, dan moet je zor gen, dat in je moestuin alle planten ongeveer dien datum hun vasts plaats hebben. Een uitzondering op dezen regel is de winterandijvie, die ik aan 't einde van dit artikel be spreek. De zomer is hier betrekkelijk kort, zoodat bij een late uitplanting te weinig tijd overblijft voor volledige vruchtvorming. Kom je in dezen tijd in De Streek of Langendijk, dan zie je de koolplanters druk aan den ar beid. De koolplanten moeten nu on geveer op hun bestemde plaats staan. Al gauw zul je bemerken, dat en kele onwelkome gasten zich in je tuin gaan ophouden en al je werk voor een deel teniet doen. 't Is daarom zorg dit euvel zooveel mogelijk te be strijden. Over de zwarte luis in de tuinboonen had ik het reeds eerder. Een groote last voor de kool is in de eerste plaats de rupsenplaag. In den landbouw, op de uitgestrekte vel den is die plaag niet zoo groot als in de vaak heerlijk beschutte tuintjes, 't Koolwil^e, pas uit de pop versche nen, vindt die tuintjes een heerlijk heid om haar weinig levensdagen te slijten. Ze benut echter haar tijd om voor haar nakomelingschap te zorgen, door tegen den onderkant der kool bladeren haar eitjes te leggen. Uit deze hoopjes kleine gele korreltjes kruipen na verloop van een paar da gen de kleine groene rupsjes, die je op het groene blad in het begin haast niet kunt onderscheiden, maar die zich ten koste van de plant in een minimum van tijd dik en vet eten. Ten tweede de zoogenaamde knol voet. Dit is een knobbelziekte van de wortels. Hiertegen kunnen jullie heel weinig doen, daar deze ziekte ver oorzaakt wordt door een slijmzwam, die zich in den grond bevindt. Je zult misschien denken, nu dan haal ik die uit den grond, doch dat gaat niet, daar deze zwam microscopisch klein en dus onzichtbaar is. Als de plant reeds flink groot is en soms al een aardig kooltje heeft gevormd, ge beurt het dat plotseling haar blade ren slap hangen. Je kunt er haar dan gerust'uittrekken en ziet dan dat ze inplaats van wortels allemaal dikke knobbels heeft. Het beste middel om deze ziekte te bestrijden, is op die plaats een paar jaar geen kool te telen. De aangetaste planten moeten verbrand worden en in 't najaar wordt de grond bemest met kalk, pl.m. 0.4 K.G. per M.2 De derde vijand is de koolvlieg. Deze vlieg legt haar eitjes aan den voet der plant. Uit die eitjes komen de larven, die zich in den stengel vreten en naar beneden den wortel aantasten. De plant gaat dan heel gauw ster ven. Een middel hiertegen zijn de z.g. koolkragen, asfaltringen, die op den grond om de plant gelegd wor den. Andijvie. We onderscheiden zomer- en win terandijvie. De herfst- of winteran dijvie staat als de meest gebruikte bovenaanJ)e teelt van vroege andijvie mislukt vaak, doordat de plant gaat doorschieten. De bloemstengel ver schijnt dan te vroeg, zoodat geen krop wordt gevormd. Met winteran dijvie gebeurt dit niet. Omstreeks den langsten dag wordt gezaaid; van ouds is de zaaitijd 24 Juni. Van latere uitzaaiingen dan in het begin van Juli is men niet zeker volwassen plan ten te krijgen. Op het zaaibed moet je vooral niet te dicht zaaien, opdat de planten niet gedrongen komen te staan. Bij droogte is het nocdig, dat de grond vóór 't zaaien flink bego ten wordt. Ruim drie weken na 't op komen, als de plantjes ongeveer 5 blaadjes hebben worden ze uitgeplant op een onderlingen afstand van 30 a 40 c.M. Van sterk ontwikkelde plan ten, moet je de bladeren ongeveer een derde inkorten. Andijvie moet snel groeien. Ze verlangt een zeer voed- zamen grond. Gebruik echter geen versche mest en ook geen paarden- mest. In het eerste geval gaan de bladeren rotten en in het tweede wordt de smaak bitter. Grond waar erwten of tuinboonen gestaan heb ben is uitstekend, daar deze vlinder bloemige gewassen den grond ver rijkt hebben met stikstof, wat de an dijvie ten goede komt. TUINIER. MIJN HERBARIUM WATERPLANTEN Gele lisch (iris psendacorus) Zie fig. 1, fam. Lischachtigen (Irida- ceeën) Een plant, die aan slooten en plassen en op drassige gronden alge meen voorkomt. Ze heeft in den grond een horizontalen wortelstok. De bladeren zijn breed, zwaardvormig, ongeveer zoo lang als de stengel. Hier aan komen vele sierlijke, heldergele bloemen. Bloeitijd MeiJuni. Kalmus (Acorus Calamus) zie fig. 2, fam. Aronskelkachtigen (Araceeën) Een' plant, die langs de Leidsche vaart veel voorkomt. De bladeren ge lijken veel op die van de lisch, doch zijn er van te onderscheiden, doordat de eene zijde van het blad een Wei nig gegolfd is. in den grond heeft ze een horizontalen wortelstok, die een sterken aromatischen reuk verspreidt De stengel is platgedrukt, op de eene zijde scherpkantig, op de andere een groef, waaruit de bloeikolf te voor schijn komt, terwijl de stengel zich schijnbaar voortzet. Duidelijk waar neembare bloemen heeft deze plant dus niet. Bloeitijd JuniJuli. Waterlelie (Nymphaca alba) Zie fig. 3 fam. Waterleliën (Nymphaer ceeën). Een overblijvende plant, die in vij vers, slooten en veenplassen alge meen voorkomt. De bladeren zijn drijvend, rond, met hartvormigen voet, gaafrandig. De bladstelen, die een lengte hebben naarmate de diep te van het water, zijn verder evenals de bloemstelen buisvormig met 4 groote luchtholten. De bloemen zijn groot, wit gekleurd, iets welriekend. Er zijn vele bloembladen die naar binnen overgaan in meeldraden. De stempel is geel. Bloeitijd MeiAugus tus. De gele plomp (N. luiteum) zie fig, 4, die zeer algemeen is, heeft niet zulke groote bloemen. Gekweekt komt de waterlelie voor in vele kleuren. POSTZECELRUBRIEK Aanvulling XI (Slot) Ter gelegenheid van de tentoon stelling te Antwerpen en Luik ver schenen in 1930 twee zegels, n.l. 35 centimes (groen met de beeltenis J~a a /p ra T4 óee '/A sa ja /ac j-c /re. /re. '4 /ae /'P //•c. /ffjt /re. /re- van den schilder Rubens)in den on derrand staat behalve de landsnaam „Antwerpen-Anvers-1930" en 35 centimes (groen met de beeltenis van den ingenieur Gramme)in den onderrand is een dynamo afgebeeld en staat vermeld Liége-Luik-1930. De landsnaam is hier in den bovenrand aangegeven. Grootte van de vakjes 3.3 bij 2.7 c.M. Voor de vliegpost werden geduren de 193031 eenige waarden uitgege ven, waarop een vliegmachine is af gebeeld boven .verschillende land schappen. De waarden zijn: 50 cen times (blauw), 1 fr. 50 (bruin), 2 franc (groen) 5 franc (roodbruin) 5 franc (violetbruin) Grootte van de vakjes 3.2 bij 4 c.M. Nog verschenen in 1930 3 waarden ter gelegenheid van de 100-jarlge on afhankelijkheid van België. De drie regeerende vorsten uit dit tijdpe k zijn op de zegels afgebeeld, terwijl de jaartallen 1830—1930 zijn aangegeven Het zijn: 60 centimes (donkerviolet Leopold I), l franc (karmijn Leopold n) en l fr. 75 (blauw Al- bert). Grootte van de vakjes 4.2 bij 3 c.M. Tenslotte krijgen we de weldadig heidszegels 1930 ten bate va nde ver- eenigingen ter bestrijding der tuber culose. Op de zegels zijn verschillen de kasteelen afgebeeld. Het zijn: 10 c. 5 c. (violet Bornhem), 25 c. 15 c. (donkerbruin Wijnendaele) 40 c. 4- 10 c. (donkerviolet Beloeil) 10 c. 4- 15 c. (blauwgrijs Oydonck) 1 fr. 25 c. (wijnrood Gent), 1 fr. 75 25 c. (blauw Bouillon) en 5 fr. 5 fr. (groen Gaesbeek)Grootte van de vakjes 2.7 bij 3 c.M. en voor de 5 franc 3 bij 4 c.M. In 1931 werd nog een opdruk uit gegeven nl. 2 c. op 3 centimes (rood bruin Leeuwtjestype). Grootte van 't vakje 2.7 bij 2.3 c.M. Zie voor de in deeling t' schetsje. Nieuwe deelnemer; 288. Han v. Heerde, Schoterveen- straat 7. S. Rustenburgerlaan 23. KNIPPERDOLLETJE 40) „Ja, zeg dat wel: die arme vrouw Wapstra." En nu begon de oude boer een droeve geschiedenis te vertellen. Zijn dochter wist er bij vage geruch ten iets van, maar voor Veris was ze gansch nieuw. Glasstra had dus een aandachtig gehoor en geen van drieën had bemerkt, dat vrouw Dijk stra daar op den drempel stond. Haar kleine jongen was onderweg op haar arm in slaap gevallen en nu ze Henk goed bewaard wist bij Knip perdolletje, had ze Dikkie in zijn bedje neergelegd. Waar waren Veris en de vrouw toch? Was er bezoek?, Zou ze dan maar niet in 't opkamer tje blijven? Even luisterde ze naar de vreemde stem. 't Leek wel een oude boer. Hier uit de buurt kwam hij niet, want ze kende de menschen wel, waarmee Ve ris bevriend was. ze was hier immers deze weken als huisgenoote geweest. Wat sprak hij Friesch! 't Was geen nieuwsgierigheid, die vrouw Dijkstra bewoog om te blijven luisteren, 't Was meer een soort angst. Zou hij haar familie kennen, zou hij weten, dat haar broer, haar eenige broer als dief naar Amerika gevlucht was. Zou hij de menschen hier komen waarschu wen, waarschuwen voor de zuster van dien boosdoener, Zweetdruppeltjes parelden op 't voorhoofd van de arme vrouw. „Ja, die Sjouke Wapstra heeft wat op zijn geweten," besloot vader Glas stra eindelijk zijn verhaal. Toen kraakte de deur vreeselijk en een stem vol ingehouden smart vroeg: „Ik kan t' toch niet helpen, dat ik zijn zuster ben?" Allen staarden verbaasd naar vrouw Dijkstra, die daar doodsbleek stond met de eene hand aan de deurpost. „Wie is dat?" vroeg Glasstra ver baasd. „Onze logé," zei vrouw veris op har teïijken toon. Zij begon iets te begrij pen. Ze ging naar de arme vrouw Dijkstra toe en gaf haar een stoel. „Er zijn in Friesland zooveel gelijke namen, vrouw Dijkstra. Vader had het misschien over iemand, die je ge heel vreemd is. Laat ik jullie eerst eens aan mekaar voorstellen." Vrouw Dijkstra staarde den ouden boer aan. Had ze hem vroeger ont moet. Neen, ze zag geen gelijkenis. Maar ze kon nu niet langer zwijgen. ,U sprak immers over Sjouke Wap stra?" „Ja, maar die woont nu niet meer in Friesland." „Nee, die is als een misdadiger ge vlucht. Ik ben Greet Wapstra, zijn zuster. Ik ben uit Grouw geboortig. Mijn moeder is van verdriet en el lende gestorven. Mijn zuster is ook al dood. Veris en zijn vrouw weten, dat mijn weg ook niet langs rozen gegaan is." „Maar beste vrouw Dijkstra 't is heusch niet zeker, dat vader over uw broer sprak," bracht Veris in 't mid den. Vrouw Veris zweeg. Iets in haar zei dat 't wel ging over dien broer. Opeens welke er een groot meegevoel in haar op voor de moedige tante Greet, die dat groote, bittere leed al leen had gedragen. De oude Glasstra begon nu van vo ren aan met zijn verhaal. Af en toe vroeg vrouw Dijkstra wat. Ze wilde zekerheid hebben, Toch glansde er iets van vreugde in haar oogen, toen ze hoorde van den brief, die uit Ame rika was gekomen. „Wanneer gaat u daar heen?" „Ik heb den notaris geschreven, dat ik morgen te Alkmaar zou komen Ik wou graag, als 't kon, dat mijn schoonzoon meeging." „Dat kan gebeuren vader," zei Veris. „Maar ik moet toch dit zeggen," zei Glasstra zich wendend tot vrouw Dijkstra, dat al had ik nooit van zijn leven een cent ervan terug gezien, ik U even goed de hand zou hebben ge drukt. Wie mijn dochter welkom roept in haar huis, ik ook mij wel kom. En u bent niet aansprakelijk voor wat uw broer heeft gedaan. Neen, ik weet 't anders gemaakt. Alles wat hij boven het gestolene te ruggeeft is voor U." „Dat weiger ik. Geen cent zal ik ervan aanpakken," riep vrouw Dijk stra op driftigen toon. Dan schenk ik het aan uw kin deren," hernam Glasstra. „Neem het sommetje aan voor je kinderen," smeekte vrouw veris. (Wordt vervolgd.).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 16