Een reis naar Amerika. HET SLAGEN 9 Het Raadsel van Tanbuck Hall HAARLEM'S DAGBLAD VRIJOAC 17- JULI 1931 De „Albert Ballin", het groote passagiers schip van de Hamburg Amerikalijn, vertrok op 25 Juni uit Cuxhaven met bestemming naar New-York. Inplaats van een voldoende bezetting' van dit 21.000 ton metende schip, was het aantal reizigers klein; het beperkte zich tot eenigc honderden. De nood der tij den openbaarde zich hier wel duidelijk. Be houdens een klein aantal Duitschers bestond het gezelschap in hoofdzaak uit Amerika nen en Bngelschen; terwijl twee zeer bijzon dere gasten de reis medemaakten, namelijk een paar jonge ijsberen, die uit den. aard dei- zaak veel bekijks hadden. Reeds op 26 Juni werd Southampton be reikt; men kon genieten van de fraaie lig ging van het eiland Wight. Na een begroe ting door Engelsche marine-vliegers werd reeds spoedig de tocht hervat en nog den zelfden dag werd Cherbourg bereikt, waar men een overzicht kreeg van de vestingwer ken, die de Fransche kust daar beheerschen. Na Cherbourg ziet men gedurende circa een week geen land meer. Men is op volle zee. De meeuwen, die tot enkele uren na het verlaten der Fransche kust het schip bege leid hadden, waren verdwenen. Het was al leen water, niets dan water, afgewisseld door de meest phantastische wolken verlichtingen, door den prachtigsten zonneschijn en door den zoo intensen mist. Wanneer men dat on doordringbare scherm om zich heen ziet, grauw, alles aan den gezichtskring onttrek kend, dan voelt men den doodelijken angst, dien de Oceaan-vlieger moet meemaken, die na uren blind-vliegen nog geen gelegenheid krijgt om zich te oriënteeren. Dan is het loeien van de stoomfluit voldoende om de passagiers te doen gevoelen, dat zelfs sche pen als deze, bij dit weer veiligheidsmaat regelen moeten treffen. Het leven aan boord is reeds door velen zóó •voortreffelijk beschreven, dat ik zelfs geen poging wil wagen om het te evenaren, laat staan te verbeteren. Voor mij heeft het slechts de sensatie gebracht, dat ik mij zelf niet meer kende. Tot de bezigheden toch, die ik tot dusverre wel eens heb getracht te be oefenen, evenwel altijd zonder resultaat, be- ïhoort het volkomen luieren. Welnu, aan boord de „Albert Ballin" heb ik dat in den waren zin van het woord gedaan; de dek- stoel was een mijner meest trouwe compa ranten. Toch had ik gelegenheid om met de zen en genen eens te praten en zoo hoorde ik, volkomen begrijpelijk, door mijn Duit- sche reisgenooten over vrijwel niets anders spreken dan over het Hoover-voorstel. Wat mij in verband daarmede interesseerde was de vraag: waarom bouwde Duitschland zijn pantserkruiser en waarom werd kort gele den de kiel gelegd voor een tweede? Mijn Duitsche zegsman vertelde daarvan het vol gende: de kleine pantserkruiser „Deutsch- land", waarvan de bouw bij het verdrag van Versailles is toegestaan, kostte 85 millioen Rijks Mark. Van dit bedrag was 50 millioen R M.: loonen, niet minder dan 32 millioen R. M. kwamen Duitschland direct of in direct ten goede, terwijl dit slechts met 3 millioen R. M. niet het geval is. Daarbij was het van groot belang om de geweldige wer ven van Kiel en Wilhelmshaven die feite lijk niet anders meer zijn dan „wirtschaft- liche Ruïnen" eenlgszins te helpen. Dat is niet mogelijk door het doen bouwen van handels- of passagiersschepen, daar aan is geen behoefte zoodat ook uit dien hoofde het bouwen van dezen pantserkruiser verklaarbaar was. Ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van de marinewerf in Wil helmshaven omstreeks einde Juni merkte admiraal Raeder ongeveer hetzelfde op, en niet zonder een bepaalde bedoeling herin nerde deze aan den geringen voortgang van het ontwapeningsprobleem. De kapitein van de „'Albert Ballin", een oude zeerot, zat rustig nn zijn buitengewoon smaakvol ingerichten salon, toen ik aange diend werd en hem mijn opwachting kwam maken. Twee-en-dertig jaren dienst bij de Hapag; zonder onderbreken werkzaam ge weest voor de belangen van zijn „Vaterland" want zoo voelt deze stoere zeevaarder zijn werk aan. Een mooie blauwe hemel met zonneschijn; hij wees er op als wilde hij daarmede zeggennoteer dien dag en toen hij later zijn zeemanskaarten toonde en wees op een donker-blauw gearceerd gedeel te, dat zich uitstrekte tot vlak bij New- York, toen bleek dat het gedeelte van den reis te zijn, waar wij den volgenden dag mede zouden beginnen: het gedeelte met bedekte luchten en mist. Inderdaad, later bleek eerst, dat die dag genoteerd diende te worden In ons onderhoud bleek voorts, dat de „Al- Het leven aan boord. bert Ballin" thans met olie gestookt wordt en daarvoor enkele jaren geleden een ge heel nieuwe machine-installatie heeft ge kregen van dubbele capaciteit, die evenwel werd ondergebracht in dezelfde ruimte, waarin de oude machines geborgen, waren. Behalve de „Europa" en het nieuwe En gelsche passagiersschip, dat op stapel gezet wordt, varen de „Albert Ballin" en de drie schepen van de Hapag van hetzelfde type 20 mijlen per uur. Zij hebben alle mogelijke comfort, muziek en kino, tennisveld, over dekte badinrichting, luxueus ingerichte rook-salons en grill-rooms, kortom een va rend luxe hotel. Dank zij de bereidwilligheid van den ka pitein heb ik gelegenheid gehad om het schip in alle onderdeelen te mogen bezich tigen. Tot mijn verbazing bevond zich geheel onder in het schip een ware dierentuin. Daar was een driejarige olifant te vinden, evenals een groote massa apen-soorten. Ver schillende soorten eenden en ganzen, onder gebracht in open gedeelten, alleen afgezet met houten wanden, waren gehuisvest naast twee kangeroes, een koppel mandrils en een jeugdigen tapir, terwijl het aantal exotische vogels, in grootere en kleinere kooien ge borgen, niet te tellen was. Het bleek mij, dat de reeds genoemde ijsberen ook tot dit gezel schap behoorden, zij Logeerden evenwel in de vrije natuur. De oppasser van deze zeer gevarieerde combinatie vertelde mij, dat hij al jaren lang begeleider was van dergelijke dierengezelschappen, die door een groote Duitsche firma-in - wilde-dieren naai* Ame rika worden gezonden en daar reeds ten deele verkocht zijn of worden opgeslagen tot tijd en wijle ook zij een plaatsje vinden. Vrijdagmorgen 3 Juli New-York in zicht. Deze brief moet op de bus, anders is de snelst mogelijke verzending naar ons land niet verzekerd. MOLLERUS. S.s. „Albert Ballin". BINNENLAND BRUTALE INBRAAK TE UTRECHT. TWEE DUITSCHERS GEARRESTEERD. Twee Duitschers hebben een brutale in braak gepleegd in een villa aan het Wilhel- minapark te Utrecht, naar de Tel. van daar verneemt. Toen zij daar op hun wandeling voorbijkwamen, viel het hun op, dat het huis leeg stond. Aan de achterzijde wisten zij zich in den nacht toegang te verschaffen. Na alles wat van hun gading was in koffers te hebben gepakt, gingen zij naar heit Cen- traal station, waar zij met den eersten trein in de richting Deventer zijn vertrokken. De recherche van Utrecht heeft de politie van Deventer onmiddellijk op de hoogte gesteld en deze is er in geslaagd het tweetal op te sporen terwijl het pogingen deed om den in houd der koffers te verkoopen. De beide aan gehoudenen zijn naar Utrecht overgebracht en ter beschikking van den officier van Justitie gesteld. MACDONALD'S REIS UITGESTELD. DE MINISTER VRIJDAG NIET TE ROTTERDAM. Wolff meldt uit Berlijn dat hét bezoek der Engelsche ministers aldaar wegens de bijeen komst op Maandag van de Commissie van deskundigen over de uitvoering van het voorstel Hoover te Londen, is uitgesteld. Zoo als vanzelf spreekt kunnen de ministers dus heden niet op Waalhaven verwacht worden. INDISCHE PRINSEN TE EINDHOVEN. Woensdagmiddag hebben kroonprins Otto man en prins Amyroedi van Deli en kroon prins Anwar van Serdang, vergezeld van Baron Van Nagell een bezoek gebracht aan de Karei I-Sigarenfabrieken. Het gezelschap gebruikte de lunch ten huize van den direc teur, den heer H. J. van Abbe, die het gezel schap daarna door het uitgestrekte bedrijf rondleidde. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. Warmte, Stof, Infectie beschermt U daartegen door U met Wright's te wasschen. Blijft veerkrach tig en ontspant Uw vermoeide lichaam. OVERAL 6 35 CT. VERKRIJGBAAR. II'WRIGHT'SZEEP DE FINANCIEELE MOEILIJK HEDEN TE SLEEN. EEN VOORLOOPIGE OPLOSSING. Omtrent de finaneieele moeilijkheden der gemeente Sleen verneemt de N.R.Crt., dat de burgemeester een voorloopige regeling getrof fen. heeft met de regeering, waardoor voor het oogenblik de voornaamste bezwaren zijn overwonnen. Deregeling komt hierop neer, dat aan de gemeente betalingen worden ge daan van gelden uit het gemeentefonds, die feitelijk pas aanmerkelijk later zouden be hoeven te worden gedaan. Hierdoor is het de gemeente mogelijk de loonen en uitkeerin- gen aan behoeftigen gedurende de eerste weken te blijven verzorgen, terwijl in dezen tijd gezocht kan worden naar een definitieve oplossing der moeilijkheden. Vooral ook in verband met het feit, dat ten opzichte der gemeente Emmen de regeering haar houding in dezelfde quaestie nog moet bepalen, valt nog niet te zeggen in hoeverre het raads besluit vair 3.1. Dinsdag verdere gevolgen na zich zal sleepen. Het gemeentebestuur van Sleen heeft in Den Haag op den meest moge lijken spoed aangedrongen, omdat een goede gang van zaken vereischt, dat de verschillen van meening in deze belangrijke quaestie zoo spoedig mogelijk tot een oplossing worden gebracht. DE ROTTERDAMSCHE „PHILANTROOP" AANGEHOUDEN. De Msb. bericht: Enkele dagen geleden maakten wij melding van een nieuwe oplichterstruc, die met succes werd toegepast door een man, die zich Visser noemde. „Visser" belde bij verschillende menschen aan en bood namens een voorschotbank", waarvan hij de vertegenwoordiger beweerde te zijn, geld te.leen aan. Velen gingen op dit aanbod in en stortten een bedrag van 2 of 2.50 voor administratiekosten. Waarna zij van de zaak niets meer hoorden. Een inspecteur van de justitieele afd.eeling van het bureau Nassaukade is er Woensdag avond in geslaagd den oplichter in de Berg- sche laan aan te houden. Hij heet J. M. G., is colporteur van beroep en een goede beken de van de politie. Op 28 April j.l. is hij uit de rijkswerkinrichting te Veehnuzen ontslagen waar hij 11/2 jaar heeft doorgebracht, even eens wegens door hem gepleegde oplich tingen. Zijn jongste zonden heeft hij onmiddellijk bekend. Deze oplichtingen zijn door de ge- heele stad gepleegd en daarom zal de man, nadat de politie van het bureau aan den Bergsingel, waar hij thans is opgesloten met hem afgehandeld, heeft nog een bezoek moe ten brengen aan de Meermanstr,, de Nassau kade, de Witte de Withstraat, de Groote Paauwensteeg en waarschijnlijk ook aan het Hoofdbureau aan het Haagsche Veer. BALLETSCHOOL TE AMSTERDAM. De Tel. meldt: De plannen voor oprichting van een ballet school door eenige leden van het Pawlowa- Ballet hebben nu vasteren vorm aangenomen. Er is besloten, begin September deze school te Amsterdam te openen onder leiding van de eerste solodansers van het Pawlowa-Ballet Olympia Alperova en Hans Heiken. van de Groofe Internationale Ontwapeningsconferentie is ook afhankeliijk van uw HANDTEEKENING onder het Petitionnement voor Internationale Ontwapening op de 1e pagina van het 1e blad. LANGDURIGE WERKTIJDEN BIJ DE ZUIDERZEEWERKEN. DAGEN VAN 16 EN WEKEN VAN 88 UUR. Men schrijft aan Het Volk: Reeds meermalen is de aandacht gevestigd op de diensttijden der wakers (toezichthou ders), dien bij de Zuiderzeewerken, dienst doen op de baggermolens en de zandzuigers. Het hoofdbestuur van den C.N.A.B. heeft daarover, blijkens publicaties in zijn week blad met den heer directeur-generaal der Zuiderzeewerken gecorrespondeerd. Tot nog toe is evenwel geen resultaat bereikt. Het is daarom gewenseht, dat deze werk tijden eens onder de aandacht van publiek en volksvertegenwoordigers worden gebracht opdat eindelijk verbetering tot stand zal kunnen komen. Regel is, dat de waker (toezichthouder) zijn dienst aanvangt op een baggermolen of een zandzuiger om 5 uur 's morgens en pas 's avonds om 9 beëindigt. Hij maakt dus dagen van 16 uur. 's Zaterdags wordt dienst gedaan van 5 uur tot 1 namiddag. In totaal wordt er derhalve per week 88 uren dienst gedaan. Schafttijden bestaan niet! Men eet wel, maar doet dit onder het werk door. Er wordt aan één stuk doorgedraaid. Het betreft hier b.v. baggermolens en zand zuigers, van de M.U.Z. te Den Oever, die onder den rook van het eiland Wieringen werken. Een betere regeling is best doorvoerbaar, als men slechts aflossers beschikbaar stelt. Geeft men één oplosser, dan kunnen de bewakers (toezichthouders) om beurten een dag naar huis, hetgeen al een aardige ver betering zou zijn. Nu gaan ze 's Maandag in den nacht van huis en komen 's Zaterdags pas weer thuis. Het bestaan van zulke diensttijden is in onze oogen een schande voor de Zuiderzee werken en den Staat en het wordt hoog tijd, dat er verbetering komt. Mogelijk is dat wel. Immers de zuigbazen en de dekknechts van dezelfde vaartuigen, die niet in dienst zijn van de directie der Zuiderzeewerken, doch bij de M.U.Z. hebben veel kortere diensttijden. Moge deze publicatie er toe medewerken, dat thans wordt ingegrepen. TREINDIEF AAN HET WERK. GROOTE WAARDE AAN SIERADEN GESTOLEN. Iemand, die Woensdag uit Duitschland was vertrokken deed aangifte dat hij bij zijn aankomst aan het Centraal-Station te Am sterdam ontdekte, dat hij een toiletkoffertje waarin zich o.m. voor een bedrag van f 25.000 aan sieraden bevond, vermiste. De politie heeft uitgebreid onderzoek in gesteld, zoo meldt de Msb. EEN VROUWELIJKE HOTELRAT TE 's-GRAVENLAND GEARRESTEERD. I llllllllillllllllllf lil iimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiii De Tel. verneemt uit MuidenIn het hotel „Het Hof van Holland" alhier heeft een ruim 50-jarige dame die voorgaf te Hengelo te wonen, kans gezinen, een week lang verblijf "'.te houden, zonder den eigenaar daarvoor 'ook maar iets tè betalen. Op den ochtend van .den zevenden dag van haar ver blijf in genoemd hotel, ging zij, naar zij zeide een wandeling maken, doch daarna is zij in het hotel niet meer teruggekeerd. Zij heeft een handtasch achtergelaten, waarin twee stuks gebruikt lijfgoed geborgen. Zij was zonder bagage ..gearriveerd; ook scheen zij toiletartikelen als overtollige luxe te be schouwen. De dame, die forsch gebouwd is en een donker uiterlijk heeft, spreekt, be halve zuiver Nederlandsch, ook vloeiend Fransch. Te Weesp heeft zij hij een tweetal hotel houders besprekingen gevoerd over het huren van een kamer. In hotel „De Roskam" zou zij 's avonds téruglcomen, doch zij is aldaar niet verschenen. In hotel „De Roode Leeuw" pakte zij vlug hare biezen, toexx zij bexnerkte dat aldaar reeds bekend was, dat zij die week te Muidexx had gelogeerd. Woensdagavond kwam de heer Th. Koper- draat, hotelhouder te 's-Graveland, tot de ontdekking, dat de bewuste dame ixx zijn hotel logeerde. Hij stelde zich telefonisch in verbinding met den eigenaar van het hotel „Het Hof van Holland" te Muiden met het resultaat, dat de rijks- en gemeentepolitie van Muiden, vergezeld van den rijksveld wachter van 's-Gravenlaxid, in den loop vaxx dexi avoxid de oplichtster ten huize van den heer Koperdraat arresteerden. Het bleek, dat de politie een zeer goede vangst gedaan had, want de gearresteerde bleek te zijn zekere mevr. W., die reeds sixxds 1928 door de politie en Justitie werd gezocht. Haar aanhouding was niet minder dan acht maal gevraagd. Zij had o.a. nog een jaar gevangenisstraf goed wegens oplichting. Ook de commissaris van politie te Zandvoort verzocht dezer da gen haar aanhouding wegens verduistering van eexx tweetal gouden horloges. Woensdag avond is de aangehouden vrouw te Hilversum in arrest gesteld. Donderdagochtend is zij voorloopig naar Muiden gebracht om aldaar door de politie vex-hoord te worden. PER FORD DE WERELD ROND. AMERIKAANSCHE AUTOMOBILISTEN ALS VOORBEELD VOOR DE NEDERLANDSCHE! Op 12 Aug. 1930 vertrok de heer Th. Steen kamp Jr.. in een ford-Tudor van Lochem voor een bezoek aan zijn familie in Deli. De tocht daarheen is hem zoo goed bevallen, dat hij zijn reis heeft voortgezet, zoodat hij een wereldx-eis maakte langs de volgende route RotterdamBrusselBazelVenetië FiumeRagusaStamboelAngoraAleppo DamascusBagdadTeheranIsphahan— Splraz—KirmanQuettaPeshawaLahore DeliBenaresDargiielisjCalcuttaNag. purHy drab adOtacmuuntMaduraCo lomboSumatraJava—Brisbane Hobarfc OaklandHonoluluVancouverSan-Die goMexico en Havana. Een tocht van in to taal 83.009 K.M. Woensdagmiddag is de heer Steenkamp, die ixx België woont, in Nederland gekomen, naar het Hbld meldt en aan een lunch, aan geboden door de directie van de Neder- landsche Fordfabrieken, te Rotterdam heeft de wereldreiziger zoo en passant aan verte genwoordigers van de pers verteld van avonturen, welke hij heeft beleefd. Overal werd hij goed ontvangen, overal vond hij behulpzame handen, als er een „panne" verholpen moest worden. Maar een maal heeft de heer Stesnkamp in de be nauwdheid gezeten. Dat was in een oer- bosch in de Lampongsche districten, waar hij in een kudde olifanten verzeild raakte, Om den wagen stonden cier of vijf kolossale dieren, die ver boven den auto uitstaken. De heer Steenkamp zat stil in z'n Fordje, zoo nu en dan liet hij den claxon eens gieren, maar erg afdoende was dit ver-weermiddel niet. Om zich heen hoorde hij het kleppen van de ooren en hij zag hoe takken en niet al te oude boomen het moesten ontgelden. Een van de olifanten brandde z'n slurf aan den heeten radiateur, met een resoluten ruk werd de radiateur van den wagen afge rukt exx een eind verder het bosch in ge slingerd. Verdere ongelukken zijn den toe rist wonder boven wonder bij dit avontuur niet overkomen, en toen hij later de kudde olifanten was een veilig eind wes ging zoeken, vond hij het reservoir voor het koelwater eigens verfrommeld bij een boom liggen. Gelukkig waren er reservedeelen, die het mogelijk maakten den tocht yoort te zetten. Opgetogen was de heer Steenkamp over de wegen in Amerika en meer nog over de wijze waarop deze high-roads bereden worden. Daar kunnen de automobilisten in ons va derland niet alleen, maar ook in Europa een voorbeeld aan nemen. Bij kruisingen van een hoofdweg stoppen de automobilisten van de secundaire wegen. Op hellingen en in bochten zal geen chauffeur een ander passeeren. En als bij een kruispunt het roode stoplicht brandt, ook al is er op den kruisenden weg geen voertuig te bekennen, dan stoppen de bestuurders tot het groene licht weer gaat branden. De heer Steenkamp is op zijn reis ver knocht geraakt aan zijn wagentje, dat hl menigmaal als een vertrouwd paard met eer „dat heb je hem weer keurig gelapt Henri" beloonend heeft beklopt, maar toch,ik geloof niet dat ik 't ooit weer doe", zoo be sloot de wereldreiziger het relaas van zijn ondervindingen. SCHEEPVAARTBERICHTEN Alcinous 14 v. Padang, Batavia n. Amsterdam. Alwaki 15 v. Santos, Buenos Ayres n. Rotter dam. Boskoop 15 v. Callao n. Amsterdam. Dempo 16 S u. te Batavia v. Rotterdam". Enggano 15 v. Oran, Batavia n. New-York. Heemskerk 15 v. O. Londen n. Port Natal. Helder 15 v. Amsterda mnaar Cui-agao. Indrapoera 16 10 u. 30 m., te Southampton, Rotterdam naar Batavia. Kota Nopana 15 22 u. v. Hamburg n. Bremen. Laertes p. 16 Perim, Batavia naar Amsterdam Maaskerk p. 15 Einisterre, 17 te Havre ver wacht. W.-Afrika n. Amsterdam. Maasland 16 te Amsterdam v. Buenos Ayres. Modjokerto 15 te Londen v. Rotterdam Nieuw Holland 14 v. Penang n. Belawan Deli. P. C. Hooft 16 te Genua. Amsterdam n. Batavia Salland 15 18 u. v. Bahia, Buenos-Ayres naar Amsterdam. Simon Bolivar 15 11 u. v. Barbados n. Ply mouth en Amsterdam. Tiberius 14 te Kingston J. v. Amsterdam, ver trok naar Livingston. Tasman 15 te Port Natal, v. Kaapstad. Wissekerk 15 18 u. v. Marseille, Beira naar Rotterdam. FEUILLETON. .(Naar het Engelscli door J. v. d. SLUYS). Nadruk verboden. 11) „Kijk eens." antwoordde de landeigenaar sussend, „de ongelukkigen, die door Mor gan's optreden van have en goed beroofd zijn, waren óf de oude inwoners van Brunt- lea of hun zoons en dochters. Die oude be woners hebben dertig jaar geleden Morgan op de schandelijkste manier behandeld, al leen omdat hij den moed had zich als vreem de hier te komen vestigen! Wat voor leven hij toen hier heeft gehad, zal u duidelijk zijn, wanneer ik u vertel, dat ik hem drie maal met mijn eigen handen gered heb, toen de dorpelingen hem uit haat en bal dadigheid 's avonds in een sloot wilden gooien. Generaal Ashton heeft hem ook heel wat keeren beschermd. Zooals de menschen hem behandeld hebben, zoo vergold hij het hun „Maar dat is toch zeker niet in overeen stemming met uw levensopvatting, meneer yerily?", waagde Wain te vragen. „Neen, zeker niet. Ik voor mij .tracht te leven naar het woord dat men zijn, vijanden moet liefhebben", klonk het bescheiden. „Dat geeft mij echter niet het minste recht om een ander te veroordeelen, als hij niet bij machte is om dat te doen. Ik beschouw het veel meer als mijn plicht om zijn goede eigenschappen'in het licht te stellen, temeer waar ik persoonlijk hem grooten dank ver schuldigd ben. En de menschen, die hem zoo zwart afschilderen, zijn m&at al te ge neigd, om hun eigen zonden -te vergeten. Maar een andere vraag is: zal hij aan de' galg komen! Wat denk u daarvan, meneer Wain; u bent toch in zekeren zin ooggetuige geweest?" De reporter staarde peinzend voor zich uit. „Ik weet niet wat ik er van denken ■moet", antwoordde hij aarzelend en met gefronste wenkbrauwen. „Hij lijkt mij een veel te schrander man om zich, om zoo te zeggen, op heeterdaad te laten betrappen, als hij inderdaad schuldig was. Hij had tijd genoeg om de revolver weg te werpen en de openslaande deur te sluiten, voor Dawkins en ik uit den mist te voorschijn kwamen". „Het venster was gebroken", zei Verily plotseling. Wain keek verrast op. Daar frad hij niets van geweten! Zelf had hij het niet gemerkt en ook later had hij niets over een gebroken ruit gehoord". „Hoe weet u dat?" vroeg hij. „Het tweede meisje, Eliza James, heeft vanochtend verlol' gekregen om Tanbuck Hall te verlaten. Ze kwam direct hier naar toe mijn vrouw staat het rnoederlooze meisje nog wel eens met raad en daad bij en vertelde ons alles wat er gebeurd was; ook hoe het venster gebroken was door den woedenden Sir Giles". „Hoe wist ze dat Sir Giles dat heeft ge daan?" „Zij en juffrouw Jorvin, de huishoudster, waren boven. Ze wisten dat Sir Giles en Pickering doodsvijanden waren en vreesden dat er iets zou gebeuren. Ze luisterden boven aan de trap en hoorden Sir Giles razend en tierend weggaan. Toen Morgan uit den salon kwam. om naar zijn studeerkamer achter in het huis terug te gaan, trok- en zij zich terug, maar naderhand kwamen ze weer te verschijn", „Juffrouw Jorvin kwam overigens verder dan de trap; die luisterde aan de deur!" „Volkomen juist. Dat vertelde Eliza ook. Maar de huishoudster nam de vlucht naai de trap, toen haar meester uit den salon kwam en daar voegde Eliza zich bij haai". Ze hoorden het stukslaan van glas, maar durfden geen alarm maken'. „Wisten ze dat Sir Giles was terugge komen?" „Neen. Daar wisten ze niets van, voor dat hij doodgeschoten was. Nadat ze het glas hadden hooren breken, werden ze opgeschrikt door het eerste schot en als echte vrouwen .wisten ze van angst niet wat ze doen moes tenen deden niets", voegde Verily er met iets van somberen humor bij. „Maar wat is er met u?" Wain was opgewonden van zijn stoel op gestaan en liep met groote stappen de kamer- op en neer. „Ik zie een mogelijkheid voor Pickering om zijn onschuld te bewijzen", zei hij op nadenkenden toon. „Als de vrouwen hem den salon zagen verlaten en teruggaan naar zijn studeerkamer aan de achterzijde van het huis en dat is een bevestiging van wat hijzelf aan Inspecteur Qui 11 verklaard heeft moet hij onschuldig zijn". „Maar de vrouwen zagen hem niet terug komen „Toch is hij onschuldig", Meld IWain vol. „Niet zoo haastig, beste vriend", waar schuwde Verily. „Je loopt te hard van stapel! Juffrouw Jorvin vloog de trap op, toen Morgan den salon uitkwam en Eliza voegde zich op het bovenpo^taal bij haar. Maar naderhand, toen zij het glasgerinkel hoorden, vluchten ze naar haar kamers en hoorden daar als wc tenminste Eliza mogen ge- looven de drie schotten vallen. Morgan had minstens wel tien minuten, waarin de vrouwen niet op het portaal waren, om naai den salon terug te gaan. „Dus u gelooft dat hij schuldig is?" „Hij heeft mij er niet naar behandeld, dat ik kwaad van hem mag denken. Maar het3 zou toch zoo kunnen zijn, dat Morgan het geluid van vallend glas gehoord heeft en Sir Giles, die binnendrong, voor een inbreker heeft gehouden en toen geschoten heeft". „Pickering zei in zijn verklaring heele- maal niets over brekend glas en houdt vol dat hij niet geschoten heeft", voerde Wain tegen de redeneering van zijn gastheer aan. „Als hij een verhaal had gedaan, dat over eenkomt met uw veronderstelling, meneer Verily, zou hij de zaak voor zichzelf belang rijk beter hebben gemaakt. Ik raak steeds meer overtuigd van zijn onschuld. Morgan Pickering is een veel te intelligent man om een kans om zich eruit te praten te laten glippen, als hij inderdaad schuldig was". „Ik geloof dat 't het beste is om de resul taten van het' gerechtelijk, onderzoek mor gen af te wachten, vóór we een oordeel vellen", meende de gastheer. „En nu wordt het tijd om een stukje 'te gaan eten; alles staat op tafel". Tijdens het onderhoud waren Mevrouw Verily en Judith herhaaldelijk de kamer in- en uitgegaan, om alles klaar te zetten en op te doen, maar ze hadden geen van beiden een v/oord gezegd. Of ze waren zoo in beslag genomen door hun huiselijke bezigheden, dacht Wain, dat ze geen tijd hadden gehad om te luisteren, of er heevsehte zoo'n aarts vaderlijke geest, dat ze de leiding van het gesprek als vanzelf aan den heer des huizes overlieten. De maaitijd was overvloedig en uitstekend toebereid. Er werd weinig gesproken aan tafel, waarschijnlijk een gevolg van het feit4 dat de gast buitengewoon stil en in zichzelf gekeerd was; hij was geheel vervuld van hetgeen hij zooeven omtrent Morgan Pickering ge hoord had en dat den gehaten geldschieter in een geheel nieuw licht voor hem plaatste. Maar dat belette niet dat hij, tot kennelijke vreugde van zijn gastheer, echt genoot van het degelijke, smakelijke maal, van de room- versche eieren, het knapperige, zelfgebakken brood, det heerlijke boerenboter, de goudgele honing en de geurige thee. En ondanks de atmosfeer van vrede, die over alles gespreid lag, had hij voortdurend het gevoel dat de goden hem bestemd hadden onr Morgan te hulp te komen, Maar hoe? Dat was meer dan Wain zelf wist op het oogenblik. „Komt u nog eens terug?" vroeg Verily, toen hij aanstalten maakte om heen te gaan. „Het zal me buitengewoon aangenaam zijn' „Als u over enkele dagen komt, zult u Lancelot ontmoeten. U moet hem vertellen wat u van de zaak weet en denkt; als jurist kan hij misschien een goeden raad geven" Judith nam bij de poort afscheid van den gast, terwijl haar ouders hem van de stoep af toewuifden. Nadat ze hem nog eens en nog eens weer bedankt had voor zijn hulp bij het ongeluk van dien middag, fluisterde ze: „Zie van Lancelot gedaan te krijgen dat hij het leven van meneer Pickering redt. Hij haat hem zóó verschrikkelijk, dat hij hem moet helpen!" Ze liep haastig naar het huis terug, als om Wain de gelegenheid te ontnemen een vraag te stellen of een opmerking te maken. En zich het hoofd brekend met de vraag wat haar orakeltaal te beteckenen kon heb ben, aanvaardde hij den terug-weg naar Bruntlea. (Wordt vervolgd.).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 6