BINNENLAND
Het Raadsel van Tanbuck Hall
8 fietsbanden]
HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAC 8 AUGUSTUS 1931
DE SOMBERE TOESTAND
ONZER INDUSTRIE.
DIRECTEUR-GENERAAL VAN DEN ARBEID
ZEER PESSIMISTISCH.
De Maasbode heeft een onderhoud gehad
met den heer Zaalberg, directeur-generaal
van den Arbeid, over den algemeenen toe
stand van het oogenblik in onze nijverheid,
Het volgende is er aan ontleend:
Hoe ziet u den algemeenen toestand?
Vroegen wij den heer Zaalberg.
„Die is ellendig en geen sprankje licht!
Gaat u maar na: de werf „Conrad" weg,
Rijkée dicht, Burgerhout geen werk, de
„Gusto" bijna uit, Wilton ontsloeg op groote
schaal. Onze textiel-industrie ziet haar ex
port vernietigd: zij leed in 1929 groote ver
liezen op voorraden, maar nu is er een be
drijfsverlies van duizenden guldens per
week.
Met onzen scheepsbouw, één van onze
basis-industrieën, waarop ook de machine
industrie rust, is het absoluut mis.
Aardewerk? Pfft
Glas? Een scherende handbeweging.
Diamant? Zoo goed als weg".
Aan kranige industrieelen danken we, dat
in groote concerns Nederland wat mee te
praten heeft, maar dit heeft ook nadeelen
als die heeren gaan uitcijferen, waar ze het
bedrijf het voordeeligst inkrimpen.
Gelukkig houden we de kunstzijde te Ede
(ik weet ten minste niet beter), nu Milaan
gesloten wordt, maar de Unilever zet maar
even, wegens concentratie, zes zeepfabrie
ken stop: te Gouda, Zutphen, Meppel, Den
Dolder, Leiden. Het is héél erg.
En ziet u dan onze reederijen eens; alleen
de Indische lijnen houden het uit.
En daar komt de klap tegen onzen kolen-
export nog bij".
Waar ziet u de zwakste plekken in ons
land?
„Het Noorden is heelemaal nul, maar dat
is vooral landbouw. Twente wankelt. Bra
bant, waar we haast nooit werkloosheid
hadden, ziet er nu talloozen in de werkver
schaffing. Alleen Helmond heeft er duizend.
In Eindhoven merkt men niet zooveel, want
Philips ontsloeg vooral ongehuwden en
vreemdelingen, die teruggaan naar hun oude
woonplaatsen".
„Maastricht met zijn glas- en aardewerk
is heel somber. En daarbij vooral de werk
loosheid op het platteland.
De werven voor den bouw van zeeschepen
hebben bijna niets te doen. En geen werk
in het vooruitzicht. Hier kan de toekomst
beteren. Dit is niet het geval voor den bin- 1
nenscheepsbouw. Deze wordt niet beter: na
tuurlijk gevolg van de wijziging der tech
niek. In het schippersbedrijf wordt zwarte
honger geleden".
De oorzaken?
„Er zijn er tweehonderd, behalve de oor
log, die van alles de schuld is. Sommigen
zoeken het alleen in den landbouw. Hier
zijn de bronnen verplaatst. Wij brengen on
ze bloemen naar Nice en op de Zwitsersche
Alpen, maar moeten op de Londensche
markt concurreeren met de Australische
boter".
Verandering van handelspolitiek?
„Ons land is het allerkwetsbaarst. Wij
moeten het van in- en uitvoer hebben".
Een tolunie met Duitschland?
„Dit waffe fataal, want onze weg gaat ook
over zee".
En een tolunie met België?
„Zou niets dan voordeel zijn. We hebben
zooveel overeenkomst".
Men zegt, dat u, de „roode" Directeur,
heil ziet in verlichting der sociale lasten.
Is dat zoo?
„Ik ben altijd Öe hardste propagandist
geweest voor een goede sociale wetgeving,
maar bovenaan staat de noodzaak om te
leven. Wij zijn zoo diep in den put, dat
alles helpt. Alle kleine beetjes heipén to be
or not to be. Wat nog werkt, werkt meestal
met verlies of met kleine winst. ITet is een
wedstrijd van uitgemergelde menschen.
Men fluistert, dat op de Rijksbegroo-
ting ruim vijftig millioen tekort geraamd
.wordt.
„Zou mij niets verwonderenHet Rijk
heeft ook nog veel te weinig over de ge-
meentefinanciën te zeggen.
250.000 werkloozenl En er zullen er veel
meer komen. Berekent u dat eens. Wij moe
ten voor een groot deel mede door Indië
bestaan,
Dus u wilt toch loonsverlaging?
„Wij leven op' zeer hoog peil. In geen
land worden liooger eischen gesteld aan wo
ning, kleeding en voeding. Nu de groothan-
delsprijzen zijn gedaald, de vraag naar tal
van waren desondanks gering blijft, is de
waarde van den arbeid verminderd. Dit feit
negeeren maakt DTederlandschen arbeid (via
het product) onverkoopbaar. Wij moeten
helaas! naar een lager niveau. Het is moei
lijk, maar de werkloosheid is een veel en
veel grooter kwaad dan alle andere ver
slechting op sociaal terrein. Ik ban liever de
werkloosheid uit dan dat heel Twente drie
of vier dagen per week werkt. Men derft
daar tot 30 pCt. van het loon. Wie zal dan
nog over 10 pCt. loonsverlaging klagen?"
FEUILLETON.
(Naar het Engelscfa. door J. v. d. SLUYS).
Nadruk verboden.
3i)
„Misschien! Maar vergeet niet, dat als de
familie Dove niet op mijn bemiddeling is
aangewezen om Tanbuck Hall in handen te
krijgen, Reginald's moeder nooit haar toe
stemming tol mijn huwelijk met hem zal
geven. Dus. als u mij niet helpt om die zaak
met Pickering in orde te krijgen, eal ik
weinig kunnen doen om Reginald in bedwang
te houden. U moet het nu maar zelf weten!"
„Geef mij drie dagen bedenktijd", vroeg
Ashton, nadat hij enkele minuten, waarin
hij rusteloos zijn kantoor op en neer liep, liad
nagedacht.
.„Vier en twintig uur, dat is het uiterste
wat ik u geven kan. Adieu, meneer Ashton
'Morgenmiddag kom ik om uw beslissing te
hoören".
En vóór de advocaat de deur voor haar
had kunnen openen, had ze de kamer al
veriaten.
Hij kreunde, maar diep in zijn hart ge
loofde hij niet, dat ze de waarheid had ge
sproken.
HOOFDSTUK XII.
Op dc hofstede.
Na het bezoek van juffrouw Cashell bleef
Lancelot langen tijd in gepeins verzonken.
Hij kon niet tot de overtuiging komen dat
DE BEHANDELING VAN
DR. BENDIEN IN NEDERLAND.
DRIE HOLLANDSCHE GELEERDEN
PROTESTEEREN.
Dr. P. N. van Eyck, prof. dr. P. Geïjl en dr.
G. J. Renier schrijven uit Londen aan de
N.R.Ct.:
Wij twijfelen er niet aan, of nog vóór ons
schrijven uit Londen u bereiken kan,
zult gij reeds protesten van in het eigen land
wonende Nederlanders ontvangen hebben
tegen den toon, waarop dr. De Bruine Groe-
nevelt gemeend heeft dr. Bendien de be
schikking over het laboratorium van de af-
deeling kankeronderzoek van het Instituut
van Praeventieve Geneeskunde voor een de
monstratie aan te bieden.
Wij hopen het althans. Het wordt hoog
tijd, dat den officieelen heerschappen van
het Nederlandsche kankeronderzoek aan het
verstand gebracht worde, dat zij zich door
voortgezette hooghartigheid tegenover dr.
Bendien enkel belachelijk maken kunnen.
Dit wordt tijd, vooral omdat de goede naam
van ons land er mee gemoeid is.
Leeken bemoeien zich te zeer met deze
zaken naar den smaak van onze gepaten
teerde onderzoekers! En dezen hebben den
treurigen moed om dien trouwen en toege-
w ij den man uit Zeist daar een verwijt van te
maken. Waarlijk, het is zijn keus niet ge
weest, dat de Daily Express haar geweldige
publiciteitsmachine voor hem aan het werk
heeft gezet en men geloove ook niet, dat wij
drie ondergeteekenden daar diep van onder
den indruk geweest zijn; daarvoor kennen
wij alle drie het onverantwoordelijk karak
ter van die pers te goed.
Ook begrijpen wij levendig, dat de offi-
cieele onderzoekorganisaties wat huiverig
staan tegenover de aanspraken van een
eenzamen werker. Het is niettemin een feit,
dat de British CancerResearch Campaign,
die in het algemeen te genover nieuwigheden
van buitenstaondrs waarlijk niet minder
voorzichtig pleegt op te treden dan de Ne
derlandsche overeenkomstige lichamen, dit
maal onze menschen te vlug af is geweest.
Want waar het op aankomt is dat het nu
om de leeken, om de sensatiepers, heel niet
meer gaat. Het zijn de Engelsche officieele
onderzoekleiders, die dr. Bendiens vinding
omtrent de kanker-diagnose de moeite van
een onderzoek waard gekeurd hebben en die
hem thans ten zéerste au sérieux nemen.
Vanwaar dus in het schrijven van den heer
De Bruine Groeneveldit die kwetsende op
merking over de leeken en hun overdreven
belangstelling? Is het om een positie-veran
dering te dekken? Wij hopen, dat de Ne
derlandsche openbare meening hem en de
zijnen te verstaan zal geven, dat zij minder
aan hun eigen figuur behooren te denken
en dat zij tegenover dr. Bendien iets goed te
maken hebben.
Wij weten niet, of dr. Bendien het aanbod
waarin men laat doorschemeren dat hij een
lastig man is, dié zich liever aan zijn dorps-
praktijk houden moest in plaats van de
officieele mannen van de eer van een effec
tieve kankerbestrijding te berooven, zal aan
nemen. Maar wij willen ons publiek en onze
overheden waarschunwen, dat het eind van
het lied wel eens zou kunnen zijn, dat dr.
Bendien straks naar Engeland gelokt werd
om zijn onderzoekingen in een blijkbaar
met minder bureaucratisch vooroordeel be
hepte omgeving voort te zetten. Als hij dan
verdere resultaten bereikte, wat na het ge
weldig belangrijke van zijn diagnose
methode moeilijk onmogelijk genoemd kan
worden, dan zou daarmee aan de eer van
ons land als kweekplaats van wetenschappe-
lenke vinding een slag toegebracht zijn.
VIJFHONDERD ZEEHONDEN AAN DE
GRONINGSCHE KUST.
Bij den gemeentelijken havenmeester te
Zoutkamp (Gron.) zijn, volgens de N.R.Ct.,
in dit jaar reeds meer dan 500 zeehonden
aangebracht. Het rijk vergoedt f 3 per exem
plaar. De cadavers van de zeehonden worden
voor traanbereiding gebruikt.
Morgan schuldig was; de gelschieter was
veel te sluw om zich in de kaart te laten
kijken, als hij den moord inderdaad gepleegd
had.
In geen geval was Lancelot van plan om
de belangen van de gouvernante te gaan
bepleiten; het was hem nu eenmaal on
mogelijk om met zijn ouden vijand in de
zelfde kamer te zijn. Tenslotte kon het hem
geen steek schelen of Ida Cashell met Sir
Reginald zou trouwen of niet. In ieder geval
zou dit heerschap niet het minste succes
hebben met zijn toenaderingspogingen ten
opzichte van Judith. Ze hield immers met
hart en ziel van hém! Maar aan den an
deren kant, bedacht de jongeman, als haar
vader er maar steeds op bleef aandringen,
dat zij met den rijken Reginald zou trouwen
misschien zou zij dan tenslotte toch eindigen
met toe te geven. Ashton balde zijn vuisten
bij de gedachte aan het verdriet dat het
meisje moest hebben. Hij besloot denzelfden
avond nog naar de hofstede te gaan.
Toen hij na het eten per fiets op de hof
stede aankwam, wachtte hem een teleur
stelling. Verily was thuj^, maar Judith was
met haar moeder op burenbezoek en zou pas
later op den avond" thuiskomen. Hij had nu
echter een mooie gelegenheid om vrijuit met
haar vader te praten.
„Ik ben blij dat ik u alleen tref", begon
hij dan ook, nadat hij Verily begroet en
zijn overjas had uitgetrokken, „ik heb war
met u te bespreken".
„Ga zitten, jongeman", antwoordde de
landeigenaar hartelijk en hij keek met wel
gevallen naar de stevïg-gebouwde figuur
va nden jongen advocaat. „Steek je pijp
op, hier is tabak".
Ashton, die zijn gastheer stil gadesloeg,
merkte op, dat de uitdrukking van Phineas
gezicht niet zoo vredig was als anders. Er
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 C£s. per regel
HchtloopencL
VREEMD NATUUR
VERSCHIJNSEL.
VUURBALLEN IN HUIS.
Donderdagmiddag sloeg de bliksem in het
buitengoed van den heer Vervoert te Mierlo.
Een groote vuurbal kwam door een open
staande deur de villa binnen en verdeelde
zich daar in verschillende kleinere ballen,
welke o.a. in de keuken langs de voeten van
den chauffeur en de dienstbode vlogen, zon
der deze te treffen meldt de Msb. Vervolgens
verdwenen ze achter elkaar door een schoor
steen naar buiten. Er werd nergens eenige
schade aangericht.
MOORDENAAR TE NIJMEGEN
ONTOEREKENBAAR.
HIJ BEDRONK ZICH VOORTDUREND.
Over den moord op een groente- en fruit
koopman op de markt te Nijmegen ver
neemt het Hbld. nog, dat uit het onderzoek
bleek, dat de dader, die een gespensionneerd
Indisch militair is, geruimen tijd met
zijn slachtoffer heeft samengewoond in
een logement aan de Grootestraat. De
verstandhouding tusschen de beide
mannen liet niets te wenschen, maar
de grondwerker bedronk zich van tijd tot
tijd en was dan min of meer ontoereken
baar. Ook thans verkeerde hij in een derge
lijke periode, zoodat verondersteld wordt,
dat hij de daad in een vlaag van verstand
verbijstering heeft gepleegd. Reeds eenige
malen is hij wegens ontoerekenbaarheid in
een inrichting verpleegd, maar men heeft
nimmer vermoed, dat hij een gevaarlijke
krankzinnige was.
Het lijk van het slachtoffer is in beslag
genomen.
BOERDERIJ EN DRIE
WONINGEN VERBRAND.
BRABANTSCH GEHUCHT GETEISTERD.
Door broeiing van den nieuwen koren- en
hooioogst ontsond Donderdagmorgen te om
streeks 2 uur brand in de schuur van den
landbouwer van Tuyn op het Ven te Strijp
bij Eindhoven. De boerderij brandde geheel
uit.
De brandweer kon niet verhinderen, dat
drie nabij de boerderij gelegen woningen,
bewoond door de gezinnen A. Kolsters, L.
Braat en Th. van den Oetelaar, welke ten
gevolge van overslaande vonken eveneens
vlam vatten, geheel in de vlammen opgingen.
De bewoners konden zich redden. Van de in
boedel zoowel van de boerderij als de 3
woningen kon niets gered worden. Twee
geiten en een trekhond kwamen in het vuur
om. De oogst verbrandde geheel.
In de boerderij van den landbouwer van
Tuyn, die tevens- kassier is van de Coöpe
ratieve Boerenleenbank voor Strijp, bevond
zich een brandkast, welke hedenmorgen on
beschadigd uit het. puin werd gehaaid. Zoo
wel de boerderij als de drie woningen waren
slechts laag verzekerd. Te omstreeks zes uur
's morgens kon de. brandweer inrukken, en
bleef slechts een wacht achter om de puin-
hoopen nat te houden.
BEDWELMD DOOR GASSEN VAN EEN
SCHUURMACHINE.
Twee arbeiders van de firma David te
Deventer zijn, toen zij bezig waren met het
leggen van een vloer in den kelder van An-
kersmit's katoenfabrieken, door gassen,
welke door een soort schuurmachine werden
ontwikkeld, bedwelmd geraakt, meldt de
N.R.Ct. Zij werden naar het St.-Joris-gast-
huis vervoerd, waar een van hen spoedig bij
kwam. De andere,, Kroese genaamd, werd
met behulp van een zuurstof-apparaat van
den dood gered.
waren rimpels op zijn voorhoofd en er lag
iets rusteloos in den blik van zijn oog-en.
„U ziet er betrokken uit, meneer Verily",
kon Lancelot niet nalaten -te zeggen.
De eigenaar van de hofstede knikte. „De
wereld is vol zorg", zei hij met een zucht
„Wat is de zorg die u kwelt, als het niet
onbescheiden is, daarnaar te vragen?"
„Ik begrijp je niet, Nancelot".
Ashton sloeg zijn been-en over elkaar
en hield zijn oo-gen onafgewend op Phineas'
gezicht gericht.
„Laat ik het dan anders zeggen. Judith
is den laatsten tijd erg verdrietig. Ze scheide
onlangs zelfs. Zij wil mij de reden niet zeg
gen, daarom ben ik blij, zooals ik daarnet
al zei, dat ik nu gelegenheid heb om eens
rustig met u té praten en u te vragen
„Waarom vraag je het haar zelf niet?"
„Zij wil het mij niet vertellen", verklaarde
Lancelot droog. „Maar laat ik trachten mijn
bedoeling op een andere manier duidelijk te
maken. Ik begin aardig praktijk te krijgen.
Zoudt u bezwaar hebben als Judith en ik
trouwden?"
„Je hebt nog geen vast inkomen", ant
woordde Phineas, kennelijk niet op zijn ge
mak.
„Hm. Ik dacht het wel".
„Wat dacht je wél?"
Verily schepte wat kolen op den haard.
„Dat u bezwaren zoudt maken".
„Waarom dacht je dat ik bezwaren zou
maken?"
„Omdat u Judith niet met mij wilt laten
trouwen!" Lancelot ging nu recht op het doel
af.
„Waarom zeg je dat en wie heeft je dat
wijs gemaakt?"
„Ida Cashell".
„De gouvernante bij de familie Dove?"
Ashton knikte. U weet misschien niet dat
GEVOLG VAN HET VLIEG
ONGELUK OP WAALHAVEN.
DE MECANICIEli !N HET ZIEKENHUIS
OPGENOMEN.
Naar het Volk verneemt is de heer Van
Vrijberghe de Coningh de chef-mecanicien
der K. L. M., die Dinsdagmiddag geblesseerd
werd bij het vlieg-ongeluk op Waalhaven,
in het Wilhelmina-gasthuis te Amsterdam
ter verpleging opgenomen. Hij heeft een
kaakfractuur en een lichte hersenschudding
en moet derhalve rust houden. Zijn- toestand
geeft echter geen reden tot ongerustheid.
LICHAMELIJK LETSEL DOOR
SCHULD.
EEN BELANGRIJKE PRINCIPIëELE
BESLISSING.
Op 5 Juli 1931, had op den Benoordenhout-
scheweg te 's-Gravenhage een ernstige aan
rijding plaats tusschen een tweewielig en een
vierwielig motorrijtuig. De 20-jarige student
Van D., die het motorrijwiel bereed, geraakte
daarbij zoodanig gewond, dat hij in een zie
kenhuis moest worden opgenomen naar wij
in de Tel. lezen.
Dezer dagen diende de zaak voor den kan
tonrechter, mr, Varenkamp. Als verdachte
stond terecht de bestuurder van den auto, en
wel ter za-ke overtreding van art. 22 der Mo
tor- en Rijwielwet, het rijden op zoodanige
wijze, dat deveiligheid van het verkeer wordt
in gevaar gebracht. Hij werd bijgestaan door
mr. dr. P. A. Roeper Bosch, advocaat te Den
Haag.
Nadat er drie getuigen waren gehoord, en
het O. M., waargenomen door mr. Gijsen,
verdachte's veroordeeling had gevorderd tot
een geldboete van f 20 of 10 dagen, betoogde
de raadsman van verdachte de onbevoegd
heid van den kantonrechter, om van het ten
laste gelegde feit kennis te nemen. Waar hier
is komen vast te staan, aldus pl., dat er
schuld aanwezig is en er lichamelijk letsel is
toegebracht, had verdachte, ofschoon het ten
laste gelegde feit een overtreding van art.
22 der Motor- en Rijwielwet oplevert, voor
art. 308 van het Wetboek van Strafrecht te
recht moeten staan.
Art. 55 van dat Wetboek, betoogde pl. ver
der, bepaalt, dat, in geval van samenloop
van strafbare feiten, die strafbepaling moet
worden toegepast, waarop de zwaarste hoofd
straf is gesteld. Die zwaarste hoofdstraf
geeft art. 308 van het Strafwetboek, dus had
verdachte wegens dit misdrijf gedagvaard
moeten worden voor de Arr. Rechtbank, door
welke, volgens onze Wet op de rechterlijke
organisatie, dergelijke feiten moeten worden
beslist.
De kantonrechter heeft zich thans bij
schriftelijk vonnis .onbevoegd verklaard, om
van het tenlaste gelegde feit kennis te ne
men, op de gronden, door den raadsman
aangevoerd.
Dit is een belangrijke principieele beslis
sing waarvan, mocht zij gehandhaafd blijven,
een verschuiving van dergelijke zaken naar
de Arrondissements-Rechtbank het gevolg
zal zijn.
UIT DE PERS.
Gevaren voor een bestendige
wereldvrede.
Naar aanleiding van een tweetal artikelen,
waarin de schrijvers zich pessimistisch ten
aanzien van het petitionnement van de Ned..
Dagbladpers hadden uitgelaten, schrijft het
EindhovenschDagblad o.m. het vol
gende:
De neiging tot zwaarwichtig gefilosofeer
en traagheid om in beweging te komen die
uit beide artikelen spreken, zijn specifiek
Hollandsche eigenschappen en zij hebben
ook deze vredesactie op de gebruikelijke wijze
gehandicapt.
Wel beschouwd mag men er zich over ver
wonderen, dat zij het niet in nog meerdere
mate hebben gedaan. Want wij zijn en
terecht doordrongen van onze vredelie
vendheid, onzen anti-militairistischen geest
ons evenwicht in chauvinistische en natio-
natistische aspiraties om niet van een
tekort in dit opzicht te spreken en de
kleinheid van ons land in verhouding tot de
omliggende naties, waaruit we, maar nu ge
heel ten onrechte, ook besluiten tot de ge
ringheid van onzen invloed in het groote we
reldgebeuren en dus ook van petitionnemen
ten als 't onderhavige en dit alles is meer
dan voldoende om over ons zelf tevreden te.
zijn en niet uit onze slof te schieten.
Nu is het volkomen juist, dat, wanneer t
brute geweld en de macht van het getal in
de weegschaal der volkeren worden gewor
pen om te beslissen over hun toekomst, Ne
derlands militaire macht een factor van zeer
bijkomstige beteekenis is, doch wij beleven,
God zij dank, een tijd, dat het gezonde ver-
er over gesproken wordt, dat Sir Reginald
Judith probeert te winnen".
„Jawel, maar niet dat hij met haar trouwen
zal".
Juffrouw Cashell heeft mij verzekerd dat
dat wel zal gebeuren. Ik heb gehoord dat
Sir Reginald na het ongeluk hier een ge
regelde bezoeker is".
Het was een poosje stil in de kamer, toen
zei de landeigenaar langzaam en aarzelend:
„Het is waar, Lancelot dat Dove Judith's
gezelschap zoekt, maar hij heeft er mij niet
over gesproken dat hij haar tot zijn vrouw
wil nemen".
Ashton haalde de schouders op.
„Och! Dat komt immers nog, dat weet
u zelf ook wel. U moedigt hem natuurlijk
aan, waarschijnlijk omdat u vindt dat het
meisje beter met een rijken man kan trouwen
Vindt u dat eerlijk, meneer Verily, terwijl
Judith met mij zoo goed als verloofd is?'
Phineas wilde een verontwaardigd ant
woord geven, maar hij was zich voldoen
de bewust dat hij niet eerlijk tegenover de
jongelui stond, om te begrijpen dat een
vertoon van verontwaardiging misplaatst
was: „Je moet mij hierover verder niets
vragen, Lancelot", zei hij kalm, „je kunt
beter je licht 'opsteken bij Morgan Picke
ring".
Lancelot sprong woedend van zijn stoel
op. „Morgan Pickering" viel hij uit, „en wat
heeft die schurk met de verhoudi ng tusschen
Judith en mij te maken?"
„Bedaar wat, jongen, bedaar, wees niet
zoo ontstuimig", trachtte Verily hem te kal-
meeren.
„U hebt goed praten van kalm zijn", hijg
de de jongeman woedend. „U handelt ge-
meen tegenover Judith en mij, valsch en
achterbaks!"
Verily, liet de begrijpelijke uitbarsting van
stand bij de regeling der onderlinge verhou
ding der naties een krachtiger woord mee
spreekt dan het sabelgekletter, waarmee
vroeger maar al te graag aan gewichtige in-
ternationale conferenties een vreesaanja
gende klank werd gegeven.
De groote wereldoorlog heeft dit tenmin
ste geleerd, dat de moderne krijg even nood
lottig is voor overwinnaars als overwonnenen
en dat men dit tweesnijdend zwaard in de
toekomst minder roekeloos uit de scheede zal
rukken dan in 1914 het geyal is geweest, is
met meer zekerheid dan ooit te verwachten.
Desondanks blijven er altijd nog gevaarlijke,
heimelijke en openlijke krachten aan het
werk, die een bestendige bedreiging vormen
voor den wereldvrede.
Daarom is 't noodzakelijk, dat tegen het
heilloos drijven van hyper-nationalistische
een militairistische stroomingen 'n bedijking
opgeworpen wordt vóór het te laat is. Tegen
over het rumoerig geschreeuw dezer gevaar
lijke elementen, die altijd een minderheid
vormen, moet dus weerklinken de stem van
een eendrachtigen volkswil, die voor gezond
verstand en overleg den voorrang eischt bo
ven het roekeloos drijven tot gewapende
conflicten.
Hoe juist heeft de Duitsche regeering met
de krachtige figuur van Bruening aan het
hoofd, haar taak begrepen.
Al mogen zijn pogingen niet bekroond zijn
door 't succes, dat er van te hopen was voor
Duitschlands benarde positie, hij heeft stel
lig tastbaarder resultaten bereikt, dan wan
neer nationalistische heethoofden de leiding
der zaken aan zich getrokken hadden.
NIEUWS UIT INDIE.
BANKIERSFIRMA VRAAGT
SURSéANCE AAN.
KLEINE MIDDENSTAND GETROFFEN.
De firma Van Heusden en Mees te Bata-
via heeft, naar Aneta meldt, surséance van
betaling aangevraagd. Het bericht daarover
kwam volkomen onverwacht en een talrijke
opgeschrikte menigte verzamelde zich voor
de kantoren te Batavia en Weltevreden van
genoemde firma. Vele kleine spaarders zijn
bij de firma betrokken, zoodat het gebeurde
in zeer wijden kring onrust en verslagenheid
teweeg bracht. Ofschoon het bedrijf slechts
een locaal karakter draagt, maakte de mede-
deeling van de staking der betaling ook el
ders een diepen indruk, uit vrees mede voor
ernstiger gevolgen in dezen tijd, nu alles op
losse schroeven schijnt te staan.
De effectenclearing liep over de firma Van
Heusden en Mees, zoodat geen effecten kon
den worden geleverd of ontvangen. Inmid
dels is dit gedeelte van de werkzaamheden
van de firma Van Heusden en Mees overge
nomen door de Ned.Ind. Handelsbank.
Ongeveer zestig procent van de passiva'
zouden direct gedekt zijn. De betrokkenen
zijn meerendeels de kleinere Europeesche
en Chineesche middenstand, terwijl ook
vele Arabische huiseigenaren, waaronder
enkele groote huisbezitters bij het gebeurde
belang hebben. De firma had een vrij groote
huizenadministratie, verstrekte hypotheken
en in de huren. De effectenmakelaars zullen
geen groote verliezen lijden, aangezien de
meeste posten dagelijks verrekend werden.
Op de algemeene situatie zal het gebeurde
weinig invloed hebben, tenzij de crediteu-,
ren straffe maatregelen nemen. Het bij deze!
betalïngssurseance betrokken bedrag wordt
op ruim twee millioen geschat.
Over de oorzaak der debacle doen ver
schillende geruchten de ronde. Het „Bat.
Nieuwsblad" hoorde zeggen, dat de firma
ernstige verliezen heeft geleden met specu
latie in Amerikaansche fondsen, terwijl an
deren de oorzaak zoeken in de omstandig
heid, dat de firma door een of meer debiteu
ren in den steek werd gelaten.
(Reeds in een deel van een vorige
oplaag opgenomen)
GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN..
Terug te bekomen bijKramer, A. L. Dyse-
rinckstraat 8, cape; v. Zwieten, Buskeri
Huetstraat 28, duif, v. Rhijn, Potgieterstraat
56, vogel; Kennel Fauna, Parklaan 119, kat
(gebr. door Smit, Ripperdapark 29)idem,
idem, kat (gebr. cjnor Drogtrop, Korte Be
gijnestraat 21); id'efn, idem, kat (gebr. door;
Terhorst, De Clercqstraat 89); G. Uitenbo-
gaard, Rollandstraat 86, nijptang en Engel
sche sleutel; A. Hos, Lange Heereiwest 132,
overhemd, boord en das; v. d. Haak, Oost-
vest 72, portemonnaie m. i.; B. Kriek, Roos-
veldstraat 12, pet; Bureau van politie, Sme-
destraat, portemonnaie; G. A. v. Weerde,
Spaarne 41 rd, sleutels aan ring; G. Kruger,
Barrevoeteslraat 14, schoenen; Kokmeier,
Zwaluwstraat 21, vischnet m. i.; J. H. ten
Bokkel Huinink, Berkenrodestraat 27, zweep;
Bureau van politie, Smedestraat, rijwiel
plaatje; C. Hak, Graaf Willemstraat 40,
rijwielplaatje.
toorn rustig over zich heen gaan.
„Luister, Lancelot", zei hij op vriendelijk-
sussenden toon, „je bent te haastig met je
oordeel, als je mij van gemeenheid en valsch-
heid beschuldigt. Laat ik trachten je mijn
handelwijze begrijpelijk te maken. Ik weet
inderdaad dat Reginald Dove groote bewon
dering heeft voor Judith en dat hij haar ge
regeld komt opzoeken. Ik wilde maatregelen
nemen om daar een einde aan te maken,
maar Morgan Pickering verzocht mij den
jongen Dove aan te moedigen. Ik ben Mor
gan veel verschuldigd en hij heeft mij na
drukkelijk verzekerd dat hij alleen haar best
wil op het oog heeft. Daarom heb ik er
in toegestemd te doen, wat hij mij vroeg.
Ja", eindigde Phineas, terwijl hij langzaam
opstond, „om eerlijk tegenover je te zijn,
ik heb Judith zelfs aangeraden om aan Mor
gan's wensch te voldoen en met Dove te
trouwen".
„Ik moet zeggen dat u wel het geluk van
uw dochter voor oogen houdt", viel Ashton
minachtend uit.
„Dat doet ik inderdaad, en ik zeg je nog
maals, Pickering heeft mij duidelijk gemaakt
dat het voor haar bestwil is".
„Maar welk recht heeft die man in 's he-
melsnaam
„Lancelot, ik kan je verder niets zeggen",
viel Verily hem haastig in de rede. „Maar
je kunt mij op mijn woord gelooven als ik
zeg, dat Pickering meer recht heeft om
zich Judith's belangen aan te trekken dan
ik".
„Waarom toch", vroeg Lancelot drin
gend.
„Vraag het haar zelf, daar komt zé
juist".
(Wordt vervolgd.).
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel.
A.DRIESSEN
tSTeu bizondere.vullingen. J