FINANCIEELE KRONIEK.
JAPON VERSCHOTEN?
KLEUR VERVEELT U?
Het Raadsel van Tanbuck Hall
J. LOTTGERING
BmAWtEM'S DAGBLAD
MAANDAG 17 AUGUSTUS 1931
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
EEN INTERVIEW MET DEN
KRANTENKONING HEARST.
Ontwapening is een Euro-
peesch probleem"
Internationale opklaring.
Politieke toestand in Duitsch-
land verbeterd. Betalïngsver-
verkeer hersteld. Disconto
verlaging van 15 tot 10 pet. te
Berlijn.. Het verbroken even
wicht tusschen geld en goederen.
Loonsverlaging bij de U. .S
Steel Corp. Verdere daling der
Croothandelsprijzen. Slappe
beurzen.
Het kan niet worden ontkend, dat de at
mosfeer in de internationale politiek in de
afgeloopen week aanmerkelijk is opgeklaard.
Allereerst door het mislukken van den ge-
zamenlijken aanval van fascisten en com
munisten op de Pruisische regeering--Braun,
die thans door dei nederlaag van Hugen-
Iberg en Hitier vaster in het zadel zit en
krachtiger kan medewerken met.de Rijks-
regeering tot uitvoering van de plannen tot
herstel van Duitschland's précaire positie,
zoowel naar binnen als naar buiten. Beide
aspecten zijn sinds de vorige ;week opge
klaard.
Het volkomen herstel van het binnen-
landsche betalingsverkeer heeft de vorige
week kunnen plaats vinden zonder dat het
publiek daarvan gebruik maakte om zijn op
gepotte gelden te vergrooten. Integendeel
bij de spaarbanken hebben de inlagen de
•uitbetalingen overtroffen en ook bij de Duit
sche Rijksbank zijn reeds groote bedragen
teruggekeerd die haar uit wantrouwen jegens
het Duitsöhe ruilmiddel waren onttrokken.
Dat het vertrouwen in de waardevastheid
van het Duitscihe ruilmiddel de laatste dagen
grooter geworden is, blijkt ook uit den vas-
teren Markenkoers en uit het voornemen de
Duitsche effectenbeurzen na het midden dezer
maand te heropenen.
De Bcrlijnsche metaaLbeurs is op 11 dezer
reeds weer geopend. Voorts is het Eerlijn-
sche disconto, dat op 1 Augustus van 10 tot
15 pet. werd verhoogd, weer tot 10 pet. te
ruggebracht. Onder vigueur van de noodver
ordeningen worden ook voor de financiering
van den in- en uitvoer en den transport-
handel deviezen beschikbaar gesteld, zoodat
ook de buiten]andsche handed zich geleide
lijk zal kunnen herstellen.
Dit zijn inderdaad belangrijke en hoop
volle aanwijzingen.
Vooral sinds de laatste dagen is ook het
Duitsche crediet, dat volgens den vroageren
president der Duitsche Rijksbank, naar de
haaien is, weer wat gestegen.
De besprekingen over de „stilhaltung"
ten aanzien der op korten termijn gesloten
.credieten hebben geen ongunstig verloop,
met name wat Amerika, Engeland en Frank
rijk betreft. De Nederlandsche bankiers,
•die in verband met den omvangrijken han
del op Duitschland vrij zwaar worden ge
troffen door de surséance van betaling, welke
Duitschland door het niet terugbetalen dei-
verleende credieten, zich zelf heeft verleend,
staan nog ietwat gereserveerd ten opzichte
van nieuwe consessies, maar zij zullen toch
vermoedelijk meedoen aan de internationale
bank Ier sc o nf erentiewelke binnenkort te
Parijs zal worden gehouden en waar de
voorwaarden zullen worden besproken waar
op bepaalde credieten op korten termijn in
credieten op langere» termijn kunnen wor
den geconverteerd. Als symtoom van inter
nationale toenadering tot bevordering van
den wereldvrede en den economisohen op
bouw van Europa, zijn de pèrsoonlijke be
sprekingen tusschen de eerste ministers der
groote staten zeker niet zonder beteekenis.
Wij hebben er meer dan eens op gewezen
dat het economisch herstel van ons wereld
deel door de politieke verdeeldheid en den
bewapeningsdrang der groote mogendheden
wordt tegengehouden.
Uit vrees voor staatkundige strubbelingen
én het wassen van den invloed der extremis
tische elementen onder de verarmde bevol
king der Midden-Europeesche staten, heeft
het kapitaal zich grootendeeis van de beur
zen teruggetrokken en is de internationale
credietgeving geheel ontwricht. Hierin kan
alleen verandering komen, wanneer het ver
trouwen in de staatkundige verhouding der
Europeesche staten wordt hersteld en ook
de innerlijke politieke verdeeldheid der
bevolkingen door de nationale gedachte wordt
tegengegaan cn overheerscht. Naarmate de
toestand in Europa zich in deze richting ont
wikkelt, zal den weg naar een financieel en
économisch herstel worden geëffend.
Dat wil echter allerminst zeggen, dat de
terugkeer van het nationaal en internationaal
staatkundig evenwicht onmiddellijk door een
krachtig herstel van goederenpjrijizen en ef-
fectenkoersen zal worden gevolgd. Dit
redres zal tenslotte niet kunnen uitblijven,
FEUILLETON.
.(Naar het Engelsch door J. v. d. SLUYS).
Nadruk verboden.
38)
HOOFDSTUK XVI.
MORGAN'S PLANNEN.
Zeer tegen Ida's verwachting ging haar
vertrek den volgenden dag niet door. Lady
Dove scheen van gedachten veranderd, want
's ochtends, direct na het ontbijt werd de
gouvernante een haastig, met potlood ge
schreven briefje gebracht.
„Beste juffrouw Cashell", schreef de
vrouw des huizes. „Ik heb nog eens goed
nagedacht over ons gesprek van gister
avond. Daar mijn zoon met u wil trou
wen, ittgeval juffrouw Verily zijn aan
zoek afwijst, ben ik bereid mij niet te
verzetten'; doch ik stel enkele voorwaar
den. In de eerste plaats moet u trachten
de Hall voor mijn zoon zien te koopen
tegen een redelijk bedrag en ten tweede
moet u mij den armband, waaraan ik
zoo gehecht ben, terugbezorgen. Inmid
dels kunt u hier bij ons blijven, niet
meer als gouvernante, maar als mijn
aanstaande schoondochter.
SARAH DOVE."
Ida vertrouwde deze plotselinge front
verandering niet; LadyDove was er de vrouw
piet naar om iemand, die haar plannen,
maar men stelle zich niet voor, dat geduren
de 'de eerstkomende jaren de prijzen en koer
sen van 1929 zullen weerkeeren.
De bevolking van Europa en van de Ver-
eenigde Staten zal zich moeten aanpassen
bij een geheel ander levensniveau, waartoe
een deel reeds wordt gedwongen, maar dat
ook door de thans nog bevoorrechte groepen
zal moeten worden aanvaard. Het feit, dat
ondanks de internationale toenadering en de
verbetering van Duitschland's positie, ge
volgd door een krachtig koersredres der
Duitsche fondsen, de prijzen der stapelpro
ducten verder zijn gedaald, is daarvoor een
duidelijke aanwijzing.
Daar is door de vele gebeurtenissen van
den laatsten tijd in de verhouding tusschen
geld en goederen een radicale wijziging ge
komen. Wat de groothandelprijzen betreft,
zou men kunnen zeggen, tiat er een nieuwe
evenredigheid is ontstaan met betrekking
tot de waarde van het geld. Tegenover de
waardevermindering der goederen, staat een
waardecerminderlng van het geld. Iémand
die vroeger f 100.000 bezat, maar dit tot
f 50.000 heeft zien inkrimpen, kan voor deze
halve ton thans evenveel koper, rubber, ka
toen, suiker of andere stap el producten koopen
als vroeger voor f 100.000. Zijn koopkracht
is dus nagenoeg gelijk gebleven. Maar aan
ruwe, onbewerkte producten heeft hij, die
zijn geldelijke vermogen of inkomen zag ver
minderen, geen behoefte. Hij heeft het be
werkte product of fabrikaat noodig en merkt
bij het koopen daarvan, dat dit niet over
eenkomstig den teruggang van zijn vermo
gen of inkomen, in prijs is gedaald. Zijn
koopkracht is dus aanmerkelijk verminderd
en kan slechts weer toenemen, wanneer ook
de kleinhandelprijzen worden verlaagd. Dit
proces, op de nood-zakelijkheid waarvan wij
herhaaldelijk hebben gewezen, is wel reeds
begonnen, maar stuit op groote moeilijk
heden, vooral van socialen aard, welke echter
geleidelijk zullen moeten worden overwon
nen door het sterker wordend besef, dat
loonen en salarissen, die thans grootendeeis
den kleinhandelsprijs vormen, niet op het
voorspoedsniveau kunnen worden gehand
haafd, als de koopkracht van het meerendeel
der bevolking aanzienlijk is verminderd. Het
is daarom een gelukkig verschijnsel dat het
verzet tegen loonsverlaging door den drang
der omstandigheden langzamerhand ver
zwakt. In de V. S. zijn de loonsverlagingen 1
in de groote (bedrijven aan de orde van den
dag. Dat de groote staaltrust ter wereld, de
U. S. Steel Corp. de loonen 10 a 15 pet. heeft
verlaagd, is in dit opzicht van groote be
teekenis, omdat men van werknemerszijde de
trustificatie der bedrijven steeds als een der
krachtigste hulpmiddelen heeft .beschouwd
tot verkrijging en handhaving van hooge j
loonen en salarissen.
Wij raken met deze beschouwing in dit
hoekje misschien wat uit den koers en keeren
daarom tot cijfers en feiten terug. Deze
leeren nu, dat in de afgeloopen week op de
goederenmarkten voor tal Van producten
nieuwe" laagterecords, zijn bereikt. Zoo is de
tarweprijs weer gevoelig gedaald", hoewel de
V.S. groote hoeveelheden aan de markt ont
trekt. Hetzelfde geldt van Katoen dat te
New-York tot 6.85 dollarcent per l.b. is ge
daald. dat is ca. 2 dollarcent lager dan de
noteering van twee weken geleden: in den
voorspoedig kwam een prijs van 24 dollar
cent voor! De raming van den Amerikaan -
schën katoenoogst die aanvangelijk 14 mil
lioen balen bedroeg is verhoogd tot 15 1/2 mil-
lioen, terwijl nog ca. 9 millioen balen uit.
den ouden oogst aanwezig zijn en de wereld
consumptie op niet méér dan 14 millioen
balen wordt geschat. Lagere prijzen zijn ook
ontstaan voor koper, tin, lood en suiker om
niet te spreken van rubber, dat deze week
te Londen tok 2 5/16 d. per lbs. daalde en te
Amsterdam voor 15 pet. per 1/2 K.G. werd
verhandeld. Ook voor thee en koffie blijft het
aanbod grooter dan de vraag. Aangenomen
wordt, dat de Indische theeproducenten voor
hun product gemiddeld thans niet meer dan
20 et. per 1/2 K.G. ontvangen, hetgeen zelfs
voor de best geconditioneerde ondernemin
gen beduidende verliezen beteekent.
Het behoeft daarom niet te verwonderen
dat vooral gedurende de eerste dagen der
dwarsboomde, zoo snel te vergeven.
„Wat zou ze in haar schild voeren?"
peinsde Ida. „En waar zou ik dien armband
tooh verloren hebben? Het was namelijk géén
leugen geweest, dat ze hek sieraad kwijt was
geraakt. Ik zal om te beginnen een belooning
uitloven voor den vinder. Maar in ieder ge
val zijn we een flinken stap verder geko
men. Nu nog eens met Reginald praten!"
Dit gesprek had spoedig plaats en daar de
licht ontvlambare, en weinig standvastige
jongeman wel inzag, dat Judith geen afstand
zou doen van Lancelot Ashton, terwille van
hèm, was hij bereid zich tevreden te stellen
met Ida Cashell, die hij een aantrekkelijke
knappe vrouw vond. Zij kreeg hem zelfs
zoover, dat hij er in toestemde om zoo
spoedig mogelijk te trouwen, in alle stilte.
De rouw wegens Sir Giles dood was hier
voor een goed excuus.
Na haar gesprek met Reginald ging ze
uit. Ze wilde probeeren of zij den verloren
armband niet kon opsporen en besloot op
zieken- en armenbezoek te gaan en bij dezen
en genen navraag te doen.
Terwijl ze haar rondgang deed, ging Lady
Dove ook uit. Zij deed een paar .boodschap
pen in High Street en ging toen naar het
kantoor van Pickering. Lady Dove had op
zichzelf niets tegen den man; het ergerde
haar alleen onuitsprekelijk, dat hij Tanbuck
Hall niet wilde verkoopen; overigens ge
loofde ze, dat de haat van de menschen in
Brunlea alleen een gevolg was van zijn
welvaart. Zij kende dergelijke antipathieën
uit eigen ondervinding.
Morgan Pickering begroette zijn bezoek
ster beleefd, bood haar een stoel aan en
deed de deur dicht. ..Het verbaast mij u
hier te zien", merkte hij op.
..Waarom?" vroeg de dame, die in schran
derheid den geldschieter niet veel toegaf,
Morgan, ging achter zijn schrijftafel zitten»
ij verven ze voor U in
NIEUWSTE MODE-KLEUREN
Gr. Houtstr. 5a, Tel. 10771
week voor cultuurwaarden en met name
voor Rubberaan&eelen een verdere koers
daling intrad, waarbij zich ook Tabaks-
waarden aansloten. De verhooging van het
Indische uitvoerrecht op tabak en de (moei
lijkheden welke bij den afzet van het nico-
tiaansche kruid naar Amerika worden ver
wacht, houden de koopers van deze af-
deeling terug.
Koopers van eenige betee'kenis worden er
trouwens ook op de Amsterdamsche beurs
nauwelijks meer aangetroffen. De fondsen
handel is tot een minimum gereduceerd, zoo
dat de prolongatiekoers haar beteekenis goed
deels heeft verloren.
•UETHNGA.
BINNENLAND
GIFTEN VOOR ONS PAVILJOEN
TE PARIJS.
STEUN VAN KAMERS VAN KOOPHANDEL.
De Kamers van Koophandel te Amsterdam
en Rotterdam hebben aanzienlijke bedragen
in het vooruitzicht gesteld voor den nieuwen
bouw van het Ned. paviljoen ter Parijsche
tentoonstelling, waardoor het ingezamelde be
drag de f 45.000 ruim is overschreden.
KONINKLIJKE INZENDING TE
PARIJS?
H. M. WIL VOORWERPEN IN BRUIKLEEN
AFSTAAN.
De Koningin heeft aan het Nederlandséh
Comité voor de Internationale Koloniale Ten
toonstelling te Parijs doen weten, dat zij be
reid is, die voorwerpen uit haar Indische ver
zameling, welke daarvoor in aanmerking ko
men, aan het Nederlandsch Paviljoen in
bruikleen af te staan.
OVER HET BADPAK NOG EEN
BADMANTEL.
STRENGE EISCHEN TE BERGEN AAN ZEE.
Wij lezen in het Hbld.:
Een ingenieur uit Schiedam, die tijdelijk
te Bergen aan Zee vertoefde, werd daar op
4 Augustus geverbaliseerd, omdat hij zich op
het strand in badcostuum bevond en daar
over niet een badmantel had gedragen.
De ingenieur ontkende dat hij, zooals de
politieverordening dat voorschreef, op dit
gedeelte van het strand „niet voorzien was
van een badmantel". Hij was daarvan wel
degelijk voorzien, maar had den mantel op
het zand uitgespreid. Hij beweerde gekleed
te zijn geweest in een voegzaam zwart bad
costuum. Waar de verordening slechts voor
schrijft, dat men „voorzien" moet zijn van
een badmantel, meende hij niet strafbaar te
zijn.
De ambtenaar van het OM. van het Alk-
maarsche kantongerecht, dat gisteren deze
zaak te behandelen kreeg, zeide, zich noch
juridisch noch anderszins met de plaatse
lijke verordening te kunnen vereenigen. Op
grond van art. 135 van de Gemeentewet,
die aan de bevoegdheid ,van den gemeente
lijken wetgever, paal en perk stelt, moest
z.i. een dergelijke verordening niet bindend
worden verklaard. Spr. zag geenszins de
noodzakelijkheid in, dat een behoorlijk bad
pak, zooals men dat overal draagt, door een
badmantel bedekt dient te-worden. Deze ver
ordening was z.i. niet gegrond op de maat
schappelijke orde. de goede zeden of de ge
zondheid. Hij eischte vrijspraak.
Uitspraak over 14 dagen.
en glimlachte grimmig. „Niettegenstaande
Daxley's bekentenis, houden sommigen mij
toch voor den moordenaar van Sir Giles. Ik
meen uit uw komst te mogen opmaken, dat
u daar een ander oordeel over hebt".
„Dat heb ik inderdaad. Ik wil u wel eer
lijk vertellen, meneer Pickering, dat ik geen
moment aan uw schuld geloofd heb. De
man, die Sir Giles vermoordde, is dood; dus
laten we niet verder over dit punt praten".
Zij zweeg en keek hem recht in 't ge-
zich. „Meneer Pickering, u weet dat ik een
echte zakenvrouw ben, nietwaar?"
„Ja, dat bent u ongetwijfeld", verklaarde
de geldschieter met iets complimenteus in
zijn toon. Hij wist uit ervaring dat Lady
Dove een gladde vogel was. „Ik ben ervan
overtuigd dat Sir Giles veel van zijn succes
aan u te danken had".
„Ik hielp hem wel eens", zei Lady Dove
bescheiden. „Sir Giles was de man, die
werkte en leiding gaf en ik raadde hem
wel eens het een of ander aan of af. Maar
laten we ter zake komen. U kent onze gou
vernante, Ida Cashell?"
„Ja, die ken Ik heel goed",
„Hoe kent u haar?"
Pickering dacht even na. „Vertelt u mij
liever eerst, waarom u dat vraagt."
Lady Dove keek naar de deur. „Wij kun
nen toch niet gestoord worden? Neen? Wel
nu, danwaarom hebt u haar het vooi'keurs-
recht op de Hal! gegeven?"
„Omdat zij mij heeft geholpen, Daxley's
schuld aan het licht te brengen. En nu
komt u mij waarschijnlijk verzoeken mijn
belofte aan jufrouw Cashell in te trekken,
om op die manier een wapen te hebben om
het huwelijk van haar met uw zoon te be
letten,"
,.U hebt het voor een deel bij het rechte
eind. maar of zij de Hall koopt of niet, met
Sir. Reginald trouwen zal ze nieti,"-
„ONS LAND HEEFT EEN ZEER KLEIN
LEGER."'
Een redacteur van het Nederlandsch Cor
respondentie-bureau voor dagbladen te
's-Gravenhage heeft een interview gehad
met den Amerikaanschen Krantenkoning
Hearst, die in ons land vertoefde.
Het eerste onderwerp dat aangeroerd werd,
was de economische toestand, waarin de
geheele wereld thans verkeert.
„Daarover weet ik eigenlijk niet meer dan
ieder ander", zeide de heer Hearst; „wij heb
ben in en na den oorlog de reserves opge
maakt, welke er nog waren. Wij hebben ons
dit toen nog niet dadelijk gerealiseerd, maar
thans voelen wij eerst, wat wij reeds veel
eerder hadden moeten voelen. Maar ik ver
trouw. dat alles in orde zal komen. In Amerika
is geld genoeg. De kapitalen zitten alleen vast
in de banken. Het geld moet er uit en moet
op de markt komen. Men moet zijn kapitaal
in het bedrijfsleven brengen en dan zal het
gevolg zijn: een algemeene opluchting, een
algemeene werkverruiming en een algemeene
activiteit",
„U bent ook in Duitschland geweest! Komt
men daar weer eenigszins over de moeilijk
heden heen?"
„Ongetwijfeld, de toekomst van Duitsch
land is zeker hoopvol. De lasten van den
oorlog' drukken echter op dat land wel bij
zonder zwaar; niet alleen heeft 'het zijn
eigen oorlogskosten op te brengen, maar ook
nog die van de andere landen".
„Maar- nu is er toch het plan-Hoover, dat
eenige verlichting brengt?"
„Het plan-Hoover is ongetwijfeld „all
right", maar het is niet compleet. Het zal
helpen, natuurlijk, maar bijzonder effectief
zal de hulp wel niet zijn".
„Blijft de houding van Amerika inzake de
oorlogsschulden ongewijzigd?"
„Dat weet ik niet. Maar u moet bij het be-
oordeelen van Amerika's houding niet ver
geten, dat wij ons altijd een gemakkelijk
schuldeischer hebben betoond. Wij hebben
zlefs nooit geëischt, dat onze vrienden ons
de gelden terug zouden betalen, welke zij
tijdens den oorlog van ons geleend hadden.
Wat wij wenschen, is dat men ons slechts
terug betaalt de leeningen van na den
ooi-log".
„In Frankrijk was men u niet zoo vriende
lijk gezind. Houdt dat verband met uw stand
punt ten opzichte van de oorlogsschulden?"
„Misschien wel. Ik heb inderdaad in Frank
rijk eenige moeilijkheden gehad. Toch was
daar werkelijk geen grond voor. Ik ben een
vriend van Frankrijk, zooals elke Amerikaan
een vriend van Frankrijk is. Maar de Fran-
schen kunnen zich niet indenken, dat er ook
nog andere meeningen mogelijk zijn dan de
hunne. Zij eisclien, dat ieder het Fransch
gezichtspunt aanvaardt, en dat gaat nu
eenmaal niet".
Daarna kwam het gesprek op de ontwape
ning en op den Volkenbond.
„Ontwapening is een Europeesch pro
bleem. Wij hebben er niet mee te maken.
Voor Amerika bestaat deze quaestie inder
daad niet. Ons land heeft slechts een zeer
kleine leger, werkelijk niet de moeite waard.
De Volkenbond is voor Amerika niet noo
dig. Het zou zelfs een gevaar voor ons land
-kunnen beteekenen. Wij zouden -daardoor in
Europeesche verwikkelingen kunnen komen,
waarmede wij niet te maken hebben. De Vol
kenbond is ook geen vredestribunaal. En
daaraan heeft de wereld wel behoefte. Voor
Amerika is een arbitragehof, zooals het
Haagsche Hof, voldoende. Dat wenschen wij,
doch niet meer".
Ten slotte kwam het gesprek nog even op
ons land. Economisch bezien, achtte mr.
Hearst ons land bijzonder bevoorrecht. Maar
ook wat het natuurschoon betreft, vond hij
Nederland een verrukkelijk land met prach
tige steden en pittoreske landschappen.
Hij was ook in Italië geweest, en had daar
kennte gemaakt met Mussolini; „een groot
man, die het land uitstekend regeert".
Het onderhoud was hiermede geëindigd.
Zaterdagavond vertrok mr. Hearst via
Hoek van Holland naar Londen.
Over eenige weken keert hij naar Amerika
terug.
NIEUWE AANSLAG MET
KOPSPIJKERTJES?
Zaterdag vroeg lagen er, volgens het Hbld.
flinke hoeveelheden kopspijkertjes op den
rijweg vóór de Koopmansbeurs op het Beurs
plein te Amsterdam gestrooid. De stadsrei
niging heeft ze opgeruimd, voordat ze lekke
banden hadden veroorzaakt. Waarom ze er
gestrooid waren is niet bekend.
- „En toch hebt u uw zinnen op de Hall
gezet, nietwaar?"
„Dat wil ik niet ontkennen, maar ik be
gin in te zien, dat de prijs te hoog is".
„Dat zou lk niet zoo zeker durven zeg
gen, maar in elk geval verzeker ik u. Lady
Dove, dat, wanneer juffrouw Cashell uw
schoondochter wordt, ik mijn belofte zal
houden."
„Och", Lady Dove's gezicht kreeg een
pijnlijke uitdrukking, „mijn man heb ik ver
loren, doordat hij bezeten was door de ge
dachte om Tanbuck Hall te koopen en nu
moet ik mijn zoon ook nog opofferen om
het in bezit te krijgen. Is het werkelijk uw
bedoeling om het huis aan juffrouw Cas
hell te verkoopen?'
„Ik heb haar een optie gegeven, de prijs
wordt later vastgesteld. Als ik weiger om
het huis te verkoopen of een te hoog bedrag
vraag, dan draait de zaak op niets uit".
„Dus die brief is, practisch gesproken,
waardeloos?"
„Inderdaad. Ik ben ook niet van plan
jufrouw Cashell gelegenheid te geven een
spaak te steken tuschen mijn plannen".
„En hoe zit het dan met uw dankbaar
heid tegenover haar?" vroeg Lady Dove
een 'tikje spottend.
Morgan Pickering negeerde deze vraag.
„Geloof mij. Lady Dove, als u eenig idee
had van mijn motieven, zoudt u mijn han
delwijze begrijpen".
Ze haalde de schouders op. „Misschien",
zei ze onverschillig. „Geeft u mij liever
rechtstreeks antwoord op deze vraag. Wilt
u mij Tanbuck Hall verkoopen voor den
prijs, dien ik u geboden heb?"
„Neen. Ik heb het al eerder geweigerd
en ik weiger het nog. Waarom onderhan
delt u niet met, juffrouw Cashell?"
„In de eerste plaats, omdat, zooals u zelf
toegeeft, die. heele optie .waardeloos is. Eo-
DE BRAND TE HEENVLIET.
VERDACHTE VOORLOOPIG IN VRIJHEID.
De rechtbank te Rotterdam heeft Zaterdag
behandeld het verzoek van het O.M. tot ver
lenging van de voorloopïge hechtenis van
den landbouwer te Heenvliet, die verdacht
wordt van opzettelijke brandstichting in de
woning van zijn moeder te Heenvliet, bij wel
ken brand, naar men weet, 3 kinderen om
het leven zijn gekomen. De rechtbank vond
geen termen om de voorloopige hechtenis te
verlengen, en beval de invrijheidstelling' van
verdachte. Het onderzoek tegen hem wordt
echter voortgezet.
A_ls raadsman van verdachte trad op mr. L.
J. Hyman van den Bergh.
ZETTERIJ TE UTRECHT
UITGEBRAND.
ZETSEL VAN SPOORBOEKJE, BEGROOTING
EN TELEFOONGIDS VERLOREN?
Ongeveer half vier in den nacht van Vrijdag
op Zaterdag is een felle uitslaande brand uit
gebroken in de drukkerij van de firma Van
Boekhoven aan de Begijnestraat te Utrecht.
Het vuur had spoedig een grooten omvang
aangenomen, en hét werd geheel door een
huizenblok ingesloten. Door tal van omliggen
de huizen en vanaf de daken der huizen
werd met een groot aantal slangen een
enorme hoeveelheid Singelwater in de vuur
zee geworpen. In een uur tijcis was het groot
ste gevaar geweken.
Dank zij het actieve optreden van de brand
weer kon de schade worden beperkt tot een
vleugel van het gebouw, waar de handzetterij
en een gedeelte van de drukkerij uitbrandde
De monotype-afdeeling en de papiervoorraat
kregen waterschade. De schade, die nog niet
te schatten is, is zeer groot, daar tal van zet
sels, die voor afdrukken gereed lagen, en
groote hoeveelheden cliché's verwoest werden.
Omtrent de oorzaak van den brand is nog
niets bekend. De schade wordt door verzeke
ring op beurspolis gedekt.
Belangrijk werk was onder handen o.a. de
gemeentebegrooting van Utrecht, het spoor
boekje en de rijkstelefoongids. Vermoed
wordt, dat een groot gedeelte van dit zetsel
verloren is gegaan. Bij informatie bij de af-
deeling dienst en treinenregeling der Ned.
Spoorwegen vernam het Hbld., dat inderdaad
materiaal betreffende het spoorboekje ver
brand is en het dus gevolgen zal hebben,
maar van welken omvang kon men thans niet
overzien. Ook ter gemeentesecretarie ver
wachtte men, dat het afdrukken der begroo
ting vertraging zou ondervinden.
VEERTIG-JARIG PRIESTERFEEST
PASTOOR PERQUIN.
Pastoor L. H. Perquin OP., voorzitter vaii
den Katholieken Radioomroep heeft Zater
dag zijn 40-jarig priesterjubileum gevierd.
Nadat hem een zanghulde was gebracht is
hem namens de leden van het bestuur van
den K.R.O. zijn borstbeeld in brons aange
boden, dat geplaatst zal worden in de studio
te Hilversum.
WILLY VAN HOUTEN IN OEN
SCHOUWBURG JANSWEG.
In langen tijd hadden wé den bekenden
goochelaar Willy van Houten niet in Haarlem
gezien. Zaterdag was hij echter hier weer ééns
opgedoken en we kunnen dadelijk mededee-
len, dat we den opvolger van Bamberg met
genoegen aan het werk hebben gezien.
Wil van Houten is niet alleen een bewon
derenswaardig goochelaar. Hij is tevens een
uitstekend conférencier, die de kinderen met
allerlei grapjes en ook door henzelf in de
goochelarij te betrekken, kostelijke uurtjes
weet te bezorgen. Daarbij kruidt hij zijn.
praatje met verschillende toespelingen en op
merkingen, bestemd voor de ouders, zoodat
tenslotte een ieder zich op zoo'n middag best
amuseert.
Een bijzonder aantrekkelijk programma
had deze hofgoochelaar in elkaar gezet. Wij
zagen hem allereerst als prestidigitateur met
biljartballen, met speelkaarten, met geheim
zinnig groeiende bloemen, e.d. En telkens ste
gen er weer kreten van bewondering uit de
zaal op, als de goochelaar al zijn merkwaar
dige kunststukjes liet zien.
Maar ook kwam Willy van Houten met
nieuwigheden voor den dag. Zoo introduceer
de hij met veel succes zijn alwetenden en al-
zienden kabouter bij het jonge volkje. Zoo
ook bracht hij de kinderen in extase met zijn
zeepbellen, die wel gedresseerd leken, en met
zijn wonderlijke Chineesche tooverkunst.
Willy van Houten heeft met deze voorstel
lingen te Haarlem de goede reputatie, die
hij geniet, vólkomen bevestigd.
Wij hopen hem spoedig eens weer te zien.
vendien verkies ik niet, dat zij zal gaan
denken, dat ik er in toestem dat zij met
mijn zoon trouwt; dat zal ik nooit doen."
Morgan knikte. „U hebt volkomen gelijk.
Zij is niet de vrouw om Sir Reginald gelukkig
te maken."
Lady Dove keek hem nieuwsgierig aan. „U
praat of u haar bijzonder goed kent," merkte
ze op.
„Dat doe ik ook. Ik ken haar beter dan
iemand anders hier in Bruntlea, één persoon
uitgezonderd.
„En wie is dat?"
„Daar ons gesprek toch strikt vertrouwe
lijk is, wil ik u dat wel vertellen. Ik bedoel
mijn huishoudster op de Hall, juffrouw
Jorvin."
„Hoe kent die haar dan?"
„Dat is nogal eenvoudig! Ze zijn zusters."
„Wat zegt u daar? klonk het verbluft.
Toen dacht Lady Dove even na. „En toch had
ik dat misschien wel kunnen vermoeden, ze
hebben iets van elkaar. Alleen is juffrouw
CashelFs haar geverfd; ze is geweldig opge
maakt. Ze kan niet ver van de veertig zijn."
„Negen en dertig," deelde de geldschieter
mede.
„Dat dacht ik wel," verklaarde Lady Dove.
„En die opgeschilderde oude feeks heeft de
brutaliteit om mijn zoon te willen inpalmen.
Hoe kan ik toch zoo dom zijn geweest om
haar aan te nemen!"
„Weet u dat u haar eigenlijk door imij ge
kregen hebt?" vroeg Morgan. „Juffrouw Jor
vin vroeg mij of ik geen betrekking voor haar
zuster wist. en toen heb ik juffrouw Cashell
aan Sir Giles aanbevolen. Ze had goede ge
tuigschriften."
„Ja, nu 'herinner ik mij ook, dat mijn man
uw naam genoemd heeft. Over haar werk heb
ik trouwens niet te klagen."
„(Wordt [vervolgd,).
■m INGEZONDEN MEDEDEELINGEi. a 60 Cts. per regel.
IPS IT Tfö, fS *TP WC ïy* »P»t. lochia», jicht, griep. hoofd-, kies-en zenuwpijn wordtvolgena A w
B'E fir"R Er* tl I 5v/H U H r6000 eenecsheeren op de meest afdoende wijie bestreden door l S Hffl A [I
fiSkS JIJLUI w Z 1/JA Togaltabletten. Toga! rschaadt hart noch maag en kan dus worden
