Een reis naar Amerika. DE GROOTE SUMATRAWEG. H.D. VERTELLING Boekit Bausan bij Kolanapan. Brastagi, Kaban Djahé en Lao Si Momo liggen even Noordelijker dan de groote weg, die Medan aan de Oostkust met Slbolga en Padang aan de Westkust van Sumatra ver bindt. Deze loopt regelrecht van Medan naar Pematang Siantar, een middelpunt van cul tures, zooals er haast geen tweede in Indië te vinden is De verbindingsweg, die ons van Brastagi er heen voert, leidt eerst door het schaars begroeide heuvelland, waar de tui nen der inlanders om hun kleine nederzet tingen een merkwaardig mengelmoes too- nen van thee en koffie, rubber en pisang, papaja en cocospalm. Dit verandert eerst op 18 Kilometer van Siantar, waar een thee plantage begint, die tot vijfhonderd meter van de kom van het dorp reikt. Zeventien en een halve Kilometer thee, even verder vier entwintig kilometer oliepalm, acht kilometer rubber. Zoo ziet het land er uit, waar de Hol landers toch eigenlijk pas een dertig jaar bezig zijn. Maar thans, zestien jaar nadat de oliepalm op Sumatra is ingevoerd, worden al speciale tankschepen gebouwd om de kost bare palmolie, goud geel en zuiver, naar Euro pa te vervoeren. Helaas meest naar Hamburg, maar de Inlandsche gemeenschap en het gouvernement varen wel bij deze welvaart. Ook achter Siantar ligt een rustoord voor den Europeeschen planter, namelijk Prapat aan het Tobameer. Een heerlijk oord! Een frissche wind waait er over de breede wa tervlakte, die noodt tot spelevaren en zwem men. Mooie bungalows der verschillende cul tuurmaatschappijen en een gezellig hotel ge ven den Europeaan al wat hij wenscht en een paar honderd meter verder ligt de pasar, de inlandsche markt, waar Zaterdags eenige duizenden Inlanders samen komen om hun waren aan den man te brengen. 's Morgens vroeg reeds ziet men van hein de en ver de groote prauwen naderen, sche pen waarin een twintig of zelfs dertig men- schen met hun koopwaar gemakkelijk plaats vinden. Voor- en achtersteven zijn sierlijk omhoog gebogen en met houtsnijwerk versierd, vooral de breede stoel van den stuurman. Uren ver komen zij aanroeien met langzamen, regelmatigen riemslag, pagaai- slag eigenlijk, maar de pagaai is kort en heeft slechts één blad, zoodat aan weerskan ten der boot een rij roeiers te vinden is. Daar naast komen visschers in hun eenpersoons kano's, uit een enkelen boomstam gehouwen, die zoo klein zijn, dat ze mijn vrouw makke lijk dragen, maar mij niet. want dan loopt het water over den rand naar binnen. Mak kelijk is het roeien in zoo'n klein rondbodem- schuitje trouwens niet. Door den verren afstand, die vele markt- gangers hebben af te leggen, begint de ge zellige drukte pas om een uur of acht of ne gen. Maar dan wordt het ook wel erg vol. Dan ziet het plein rondom de groote door het Gouvernement gebouwde pasarloods blauw van de menschen. Want de hoofdkleur is ook hier weer Indigo-blauw, ook in de mooi ge weven doeken, die nu eens als slendang, dan weer op het hoofd gevouwen, gedragen wor den. Mooie regelmatige patronen, dikwijls door er op gestikte witte kraaltjes versierd. Mannen zijn er weinig op de markt, die gaan liever wedstrijd roeien op het meer, en vrou wen zijn ook geschikter voor den handel. Ik zou tenminste den man wel eens willen ont moeten, die kans zou zien om af te dingen, wanneer vijf pisangs worden aangeboden voor een halve cent, of drie flinke karpers voor een heele, vruchten, rijst en vlsch, ge droogd zoowel als versch worden in groote hoeveelheden verhandeld, want niet alleen de visschers van over het meer komen ter markt, maar er komt ook een gestadige stroom van vrouwen, allemaal met groote zelfgevlochten manden op het hoofd van de omliggende heuvels naar beneden Sommige dragen lange bamboekokers, haast zoo lang als het lichaam en tot vijftien centimeter breed aan een rotanband over den schouder. Ze zijn afgesloten met een prop vezels van den arenpalm en blijken palmwijn te bevat ten, waar blijkbaar veel vraag naar is. Even verder zitten de pottebakkers bij elkaar. Dan een rij vischverkoopsters. Ook een enkele man komt de hellingen af en dan zien we weer een merkwaardige ontmoeting van oude en nieuwe ideeën. Het vleesch, dat de jager etaleert, wordt door keurige vliegenkasten beschermd, maar de varkens zijn met huid en haar aanstukken, gesneden, wat op ons eerst een vreemden, dan een geruststellen den indruk maakt. Want de slager daarnaast verkoopt thans zeer kenbare hondenboutjes en bij dat gezicht doet de voorzorg om ver gissingen te voorkomen ons weldadig aan. In de pasarloods zitten natuurlijk weer vooral Chineezen met allerlei denkbare verpakte artikelen over kauwgom en cigaretten tot kleurige sarongs en zijden parasols, om van de afdeeling emaille maar niet eens te spre ken. Overal wordt druk sirl gepruimd, hier de meest gebruikelijke methode om mooie roode lippen te krijgen. Wij bezoeken een paar visscherskampongs in de omgeving, maar visschers zijn arm en hun bedrijf laat weinig tijd voor verzorging en versiering van huis en hof over. Dat wordt beter als wij zuidelijker komen, waar het Tobameer uitgestrekte vlakke oevers heeft, die gemakkelijk in onafzienbare rijst velden zijn herschapen. Rondom hooge blau we bergen, in de verte de spiegelende opper vlakte van het groote meer. Overal om ons heen goudgele rijst en daartusschen op on regelmatige afstanden bamboeboschjes van eenige honderden meters middellijn, waar van de prachtig sierlijke pluimen wuiven in den zachten wind. Dat moeten de kampongs zijn, maar de bamboehaag is zóó dik, dat er niets van een huls te bekennen valt, alleen staat voor of naast elk boschje een meest witgekalkt gebouwtje, het bekende knekel huis der Batakkers, waarin de beenderen der voorvaderen worden bewaard. Kleine glibberige paadjes op de dammetjes tusschen de rijstvelden vormen den eenigen toegang tot de kampong Het paadje door de bamboe haag vertoont een paar haaksche bochten, ook al uit een oogpunt van verdediging na tuurlijk en dan staan we plots verbaasd stil voor de breede hoofdstraat van het dorp. Wat een prachtige huizen en wat een rijke versiering! De huisvorm gelijkt veel op die van de Karo-Batakkers, maar het ornament is bij de Toba-Batakkers veel rijker en fijner uitgewerkt. Eerst vlucht de bevolking in pa nische schrik in de huizen, want de meeste toeristen gaan deze dorpen voorbij, maar al spoedig keert het vertrouwen terug en ko men ze een praatje maken, wat door weder- zijdsche onbekendheid met de taal slecht lukt, maar er wordt gelachen en ze laten ons graag alles zien. Wat een verschil met de brutale opdringerige bedelpartij in de enkele aan den weg gelegen dorpen, waar de toe ristenauto's stoppen. Daar begint het aardig op Marken en Volendam te lijken, want hier komen verbazend veel toeristen. De weg van Medan naar Padang is zeer beroemd om zijn natuurschoon, vooral omdat groote gedeel ten door het woeste oerwoud van den Boekit Barisan, het hooge gebergte langs Sumatra's Westkust, zijn aangelegd. Bovendien is er af wisseling genoeg. De sierlijke dorpen der Toba-Batakkers maken plaats voor de een voudige huisjes der bergbewoners, die toch zoo verbazend schilderachtig gelegen zijn tusschen cocos en pisang, mais en kapok. De arenpalm, die de Inlandsche suiker en den palmwijn levert, staat gewoonlijk in kleine ravijntjes of aan den rand van het bosch, maar naar elke palm loopt een paadje en steeds staat er een bamboe laddertje bij. Een ladder van één bamboestengel, waarin vlak boven de knoopen een gaatje is gehakt, waar de groote teen van een inlander precies in Aankomst der booten op den marktdag te Prapat past. Voor ons niet erg confortabel maar zij doen het er mee. Zij doen het ook met bam boebruggetjes van griezelig eenvoudige con structie. varieerende van een enkelen stengel, met een rotanband er naast, die als leuning dient, tot bouwwerken die in zware boomen opgehangen de beide oevers van een razen- den bergstroom verbinden; waarin honder den bamboestengels zijn verwerkt, maar waarvan het loopvlak toch slechte uit twee bamboes van vijf centimeter dikte bestaat. Overal is er hier water in het gebergte, meest als koele huppelende beekjes, maar soms dampt ook midden in het bosch weel een kokende zwavelbron of borrelt het ko kende water op midden op een berghelling, waar het in zijn benedenwaartschen loop tallooze terrassen en soms wonder mooie diepblauwe meertjes heeft gevormd, Want ook dit gebergte is vulkanSsch. al zijn er slechts enkele werkende vulkanen in overge bleven. Na Baligé aan de Zuidpunt van het Toba meer is Taroetoeng de eerste pleisterplaats, bekend om zijn uitstekende rijsttafel en za lige ananas, maar nog meer omdat er vlak bij een der grootste zendingscentra ligt, na melijk Pea Radja, de hoofdstad der Rljnsche zending, die hier reeds een driehonderddui zend tal aanhangers heeft. Overal in de Ba- taklanden ziet men de keurige kerkjes, de nette huisjes en de veelal Europeesch ge- kleede Inlandsche Christenen. De weg van Taroetoeng naar Sibolga voert dwars door het gebergte, soms met zeer fraaie vergezichten. Volgens de nieuwste tel ling zijn er 1637 bochten over een afstand van 65 Kilometer en honderd meter lengte horizontaal is op den heelen weg niet te vin den, Hier en daar ziet men nog de verwoes tingen, die wilde olifanten in het Jonge hout hebben aangericht. De tijger laat niet zulke duidelijke sporen achter, maar komt hier ook nog veel voor, Het mooist zijn wel de laatste tien kilometers voor Sibolga, waar de weg zeer steil daalt met telkens wisselende ver gezichten op de baai van Tapanoeli en de zonsondergangen aan het palmenstrand van Sibolga maken even diepen indruk als de ontzaglijke broelkashitte van het plaatsje zelf. Dan gaat het weer de bergen in, naar Kotanopan, waar een Gou ver nemen ts Pa- sangrahan onderdak biedt en de controleur, hoofd van het plaatselijk bestuur even komt informeeren of wij alles in orde hebben ge vonden. Nu dat ging wel; alleen moet men er even aan wennen, dat op de voorgalerij een twaalftal dikke padden, zoo van 15 c.M. lang op een gelegenheid zit te wachten om je slaapkamer binnen te glippen, waar onder de lamp altijd zoon rijke bult aan insecten te vinden is. Steeds verder voert de weg door het ge bergte, nu door een droog onvruchtbaar ge deelte en als dat voorbij is, is alles veran derd, de menschen. de huizen en de ossen- karren; de kerkjes hebben plaats gemaakt voor Moskeeën, wij naderen Fort de Koek, de hoofdplaats van het land van Minangkabau. VAN DER SLEEN. (Nadruk verboden; auteursrecht voor behouden.) Het eendere lied. (Naar een oud-Perzisch verhaal) DOOR Vr. S. Sjoea was arm. Maar zijn hart was groot. Groot als de gouden zon boven zijn hoofd, groot als de wereld. Sjoea's hart was in zijn lijf als ccn warme, lichte, blakende zon. Stralen scho ten door zijn oogen naar buiten, zijn groote, donkere oogen. Sjoea's hart was als de wereld, verward en onstuimig. Het was blij en verrukt als een kind. Hij ging immers naar waar zijn liefste woonde achter een kleine, lage deur. Daar zou hij aankloppen en haar hand zou hem open doen. Haar handMeteen zong hij er een zacht wijsje over, maakte van woorden en klanken een liedje over haar hand blank en teer als een lelie, over het volmaakte gebaar van haar even bewegende vingers, als donzen meeldraden zwoel wiegend onder het ge wicht van een glinsterende, jonge dauw- droppel.En van plezier maakte hij er nog een wijsje bij zacht fluitend over haar oogen als diepe, vreemde zeeën. En over haar streelend zwart haar een donker, warm lied. O, Sjoea was blij! Geen schooner kind in heel het dorp, dan zijn liefste. Geen glim lach liefelijker dan de hare als hij 's mor gens aan de lage deur voorbijkwam, zijn muilezel beladen met granaat- en sinaas appelen en dadels en wat de dagen maar voor andere, geurende vruchten in zijn schoot wierpen. Hij had maar één wensch, één verlangn; en maar één gedachte danste wild door zijn hoofd; haar bezitten. Zijn liefste. Zijn liefste! Ongeduldig, maar toch voorzichtig, klopte hij aan de deur en leunde over om te luisteren. ,,Wie is daar?" 2ei een stem binnen. Het was als het licht deinen van een bloem op te teere steel, het blonk als het ragfijne gouddraad in de sjaal die hij voor haar had meegenomen. Het was als een zuivere, hel dere klok heel in de verte. Het was dui zelig en duizelig maakte het Sjoea's hoofd. Hartstochtelijk fluisterde zijn stem; Liefste, ik ben het. Doe open." Maar de deur bleef gesloten. En Sjoea bleef buiten staan. Hij dacht aan de woorden, waarmee hij haar had wil len winnen. Aan de woorden, die hij om haar heen had willen laten kruipen als een spin om zijn prooi en aan de deur die dicht bleefEn hij vergat die woorden. Hij keek naar het rood van de sjaal, die over zijn arm hing. Zijn oogen gleden over het smalle goudstiksel langs den rand, streelend langs ieder steekje. Hij dacht hoe teer hij het over haar schouders zou vleien, het warme rood met den smallen band goud langs haar hals. Hij vergat dat hij was ge gaan, om voor zich iets te winnen en wist, dat hij voor haar lage deur stond, niet als een bedelaar, maar als iemand, die alles wat hij heeft wil afstaan. Alles. Zijn hart en de roode sjaal, En Sjoea's hart was groot en warm cn de sjaal was rood en fel gekleurd cn heel kostbaar. Haar huisje was klein en hij kon het niet grooter bouwen. Sjoea was immers arm. Hij had alleen zijn groote hart cn de goud-bestikte sjaal voor zijn liefste. Maar ze zouden er samen wonen en de rood gouden sjaal zou haar nog mooier maken cn Sjoea zou daarom zoo gelukkig zijn, dat zijn hart het huisje tot een paleis zou bouwen. Zou ze het niet goed vinden met hem in dat groote paleis van zijn hart te wonen? Alles, alles wilde hij geven. Zou ze dan niet gelukkig zijn? Zou zij niet lachen? En vleiend, vragend klonk zijn klop op de deur en zijn stem; „Liefste doe open". En mijmerend kwam van binnen haar stem, als een vrouw over een waterput ge bogen: „Wie is daar?" De Amerikaansche automobielindustrie. De ontwikkeling der Amerikaansche auto mobielindustrie ls sedert November van het vorige Jaar aan tal van schommelingen on derhevig geweest. In dien maand bereikte de productie aan personen- en vrachtwagens haar laagste punt cn bedroeg: 129.437 stuks. Daarna trad een stijging in en in December van 1930 was dit cijfer gestegen tot: 155.071. Ook de eerste maanden van 1931 geven een verbetering te zien en in vergelijking met de overeenkomstige maanden van 1929 en 1930 krijgt men het onderstaande beeld: ij 1929 1930 1931 Januari 401.037 237.221 171.851 Februari 466.418 330.414 219.897 Maart 585.455 396.388 275.000 Uit deze maandcijfers over. 1931 zou men geneigd zijn te concludeeren, dat de ontwik keling der Amerikaansche automobielindus trie in deze periode van 1931 gunstig te noe men was. Deze illusie wordt wreed verstoord, als men moet vaststellen, dat gedurende die maanden de productie de minst gunstige was sedert 1922. In de kringen van hen, die werk zaam zijn in deze industrie hoort men her haaldelijk de meening verkondigen, dat in bovengenoemde maanden de productie zich geheel heeft aangesloten bij de vraag en dat er geen sprake is van het vormen van een lager. Bij mijn bezoek aan de Ford-fabrie ken werd mij deze meening nog eens weder bevestigd en de op dat oogenbllk bestaande productie-capaciteit, ad 15.000 stuks per week, gelijk gesteld aan de vraag. De wereld-productie der Ford Motor Cle bedroeg in December 1930: 45.032 wagens, wat een achteruitgang beteekende van niet minder dan 7000 wagens vergeleken bij No vember 1930. In Februari van dit Jaar was de productie ruim 85.000 wagens. De Chevrolet Motor Car Co leverde in de maanden Januari Februari en Maart 1931, resp.: 70.766, 67.318 en 79.603 vrachtwagens af. In November van het vorige jaar werd bij deze onderneming de arbeidstijd verkort tot op 5 dagen per week. Een dergelijk beeld vertoont het bedrijf der Buick Motor Co. Door een zeer intensief gevoerde reclame campagne is het mogelijk geweest de afzet iets te vergrooten vergeleken bij het vorige jaar. Deze bedroeg in de eerste drie maanden van dit jaar in totaal: 21,819 wagens. De Cadillac Motor Co heeft eveneens een arbeidsweek van vijf dagen ingevoerd. Haar productie bedroeg in deze drie maanden van 1931 in totaal: 5199 wagens, tegenover: 4303 in de overeenkomstige maanden van 1930. Het Chrysler-concern, waartoe de Chrysler, Dodge, de Soto cn Plymouth behooren. zette in Maart, van dit jaar: 26.072 wagens af, de gunstigste productie sedert Juni 1930, maar toch altijd nog circa 13 procent minder dan in Maart 1930. Ook in deze ondernemingen wordt vijf dagen per week gearbeid. Bij de Hudson Motor Car Co bedraagt de arbeids tijd slechts 4 dagen per week. De week-pro- ductie aan Hudson- en Essex-wagens bedroeg in die maanden circa: 2500 stuks. In Maart was de productie circa 38 pet. hooger, dan in Februari van dit jaar. En ten slotte de Auburn Motor Car Co. Deze onderneming is in het begin van dit jaar met nieuwe mo dellen gekomen, waarvan het gunstig resul taat niet achterwege is gebleven. Aan Auburn- en Cord-automobielen wer den in Maar 1931: 5649 stuks afgeleverd, te genover: 2499 in Maart 1930. Over de eerste drie maanden van 1931 was de afzet. 11.718 stuks, terwijl tot midden April 1931 reeds meer was geproduceerd dan in het geheele Jaar 1930. Deze schets is van belang voor de beoor- dceling der laatst gepubliceerde cijfers. Deze dateeren van 15 Juli 1931 en werden wij met een korte uiteenzetting ter hand gesteld, door een der leidende figuren bij de Ford- organisatie te Detroit. Uit deze gegevens blijkt, dat de Juni productie der Amerikaan sche automobielindustrie circa: 250.000 stuks bedroeg, dat wil zeggen ongeveer: 84.000 stuks minder dan in Juni 1930. Verschillende maat schappijen hadden gunstiger resultaten dan het vorige Jaar. Van het groote General Mo tors Concern waren alleen de cijfers der Oldsmoblle in Juni van dit. jaar ongunstiger dan in Juni 1930, maar alle andere daarbij aangesloten maatschappijen konden betere resultaten noteeren. Daarvan stond Chevro let aan het hoofd. De Junl-productie van dit Jaar bedroeg: 85.000 stuks, tegenover: 78,400 in Juni 1930. De combinaties Oakland-Pon- tiac cn Cadlllac-La Salie produceerden elk gedurende het eerste half jaar 1931 meer wagens, dan in de overeenkomstige maanden van 1930. Het General Motors concert pro duceerde en verkocht in de afgeloopen 6 maanden van dit Jaar ongeveer 45 pet. van de productie 1930 over dezelfde periode. De Chrysler-onderncmnig ondervond de gunstige uitwerking van de aangekondigde nieuwe Plymouth en produceerde dan ook in Juni 1931 belangrijk meer, dan in de voor afgaande maand, De cijfers voor Auburn zijn eer merkwaardig. Bedroeg de productie in Juni 1930: 950 wagens, deze was in Juni 1931 gestegen tot: 3205. Gedurende de zes maan den van 1931 fabriceerde Auburn: 27.660 wa gens, of 5000 meer dan in de overeenkomsti ge periode van 1929. toen reeds van een zeer gunstig jaar gesproken kon worden. Chevrolet hoopt in 1931 een productie van 1 millioen wagens te kunnen bereiken, Ge durende de maanden Januari tot en met Juni van dit Jaar bedroeg deze Veeds: 522.232 stuks. En hoe komt dan ten slotte de reeds genoemde achteruitgang? Deze ligt bij het Ford-concern. In Amerikaansche couranten vond ik reeds artikelen hierover, waarvan één met het alleszeggende opschrift: „Ford, far behind last year, is losing ground". Het Ford-concern zette in de maanden Januari tot en met April 1931: 218.000 wagens af, in denzelfden tijd bedroeg het aantal afgelever de Chevrolets: 224.000. Stelt men daartegen over de cijfers van de overeenkomstige maan den in 1930, dan waren die voor Ford: 428.000 en voor Chevrolet: 253.000. Hieruit blijkt wel, dat Inderdaad een zeer groote verschuiving is vast te stellen, Het geheim zit blijkbaar hierin, dat de 6 cylinder Chevrolet slechts iets duurder verkocht wordt dan de 4 cylin der Ford. Hoe of de ontwikkeling zich zal voortzet ten is natuurlijk moeilijk te zeggen. In het algemeen is men wel van oordeel, dat de Ford-organlsatlc tot prijsverlaging zal be sluiten, teneinde het verloren terrein te her winnen. MOLLERUS. „Liefste, ik ben het. Doe open". Maar de deur bleef gesloten. En Sjoea bleef buiten staan. Hij dacht aan de woorden, die hij had willen zeggen. Woorden, die om haar heen hadden moeten dansen als bonte, kleurige vlinders, vrij en vol beloften. En hij vergat ze. Hij keek naai de hemel, die ontzaglijk wijd was. en onein dig. Hij haalde adem en voelde zich onein dig als de lucht die hij inzoog. Hij keek naar de zon. De stralen uit zijn oogen vloeiden samen met die van de zon. Hij dacht, dat het zijn hart was dat boven de wereld brandde. Zij hart was de zon. De zon was zijn hart. Die dansten nu samen. Een wenden, een neigen en dan in een jagend rythme de wereld door. Alles ging mee in éénzelfde vaart. Hulzen en menschen, hemel cn zon cn Sjoea. Als hij na deze zwierende tocht weer op de aarde stond was hij ontroerd om alle dingen. Éénzelfde emotie trilde in het vochtige oog van. zijn muilezel, in de geur en de sappige rondheid van zijn sinaasappelen,' in de voor bijgaande stappen van menschen, in het zachte veeren van een zwaar vilttapljt, waax een lenig lichaam zich op uitstrekt, in de pure zonnestralen, in de lage houten deur van een huisje dat een paleis zou zijn, in de ranke gang van zijn liefste en in Sjoea zelf. Zijn liefste en hij, Sjoea, Twee ritse lende bladen aan eenzelfde boom. Beide fluisteren ze een eender lied en wet» niet, wat de één is, wat de ander. Hij klopte aan de schamele deur. „Wie is daar" riep een stem en de woorden waren als golven in de oneindige zee. Ieder woord droeg in zich het volgende mee, blonk even, vloeide weg, terwijl al het nieuwe, komende woord rees, zich hief, blonk...... en zoo een kleine keten van stroomende woorden. Iets is er wat ze bindt. Donker en rustig antwoordde Sjoea's stem buiten: „Liefste, Jij bent het. Doe open". En de deur werd open gedaan. UIT HOLLYWOOD. De mannen en Greta Garbo. Negen mannen werden reeds door Greta Garbo bemindnatuurlijk in de film. In den loop der laatste zes Jaar iréeds zoolang is het geleden, dat deze begaafde actrice voor den eersten keer in een Amerikaansche film optrad hebben negen verschillende ac teurs met haar samen in haar films ge speeld cn haar donkere altstem hooren zeg gen: „Ik houd van Je." Ieder van deze acteurs vertegenwoordigen een geheel verschillend type. Van hen heeft John Gilbert het grootste aantal opnamen met haar gemaakt, hij is in drie films haar tegenspeler geweest. Haar landgenoot Nils Asther en de Ame rikaan Conrad Nagel speelden ieder twee films met haar. De anderen mochten slechts het genoegen smaken in één enkele film met haar samen te spelen. Greta Garbo's eerste film „De Stortvloed", werd in November 1926 opgenomen met Ri- cardo Cortez, die in dien tijd op het hoogte punt van zijn populariteit stond. In Maart van het volgend jaar werd opge nomen „De Fatale Vrouw" met Antonio Mo reno, in dien tijd, evenals Cortez, de meest populaire minnaar van het witte doek. Hier na speelde de Zweedsche ster „Zwakheid, uw naam ls vrouw" samen met John Gilbert die sinds zijn succes in „De Groote Parade", als een voorbeeld gold voor het zuivere type der Amerikaansche Jeugd. John Gilbert was de eenige onder haar tegenspelers, die ook in haar particuliere leven een rol speelde.Het gevoel dat deze beide jonge menschen voor de camera moesten uitbeelden, bleef ook bestaan na het uitdooven der atelierlampen en het duurde niet lang voor deze privc- ldylle algemeen bekend werd. Garbo. Nu volgde „Anna Karenina" cn „Een vrouw van Eer" en toen besloot de productie leiding der Metro Gold'wyn Mayer aan Greta, Garbo een nieuwen partner te geven, haar landgenoot Lars Hanson. In „The Myste rious Lady" werd Hanson vervangen door den Amerikaan Conrad Nagel, wiens ster ke persoonlijkheid zulk een goed contrast mot haar vormde, dat men hem ook in de laatste stomme film „De Kus" met haar liet optreden. Tusschen haar samenwerken met den romantlschen John Gilbert en den meer nuchteren Conrad Nagel speelde Greta Gar bo In twee films samen met haar anderen landgenoot Nils Asther en wel ln „Om het Kind" cn „Wilde Orchideeën". „Anna Christie" was de eerste sprekende film van Greta Garbo. In de Engelsche editie speelde zij .samen met Charles Bigford terwijl voor de Duitsche uitgave Theo Shall haar partner was. De minst bekende tegenspeler van Greta Onrbo is Oavln Gordon, die met haar in de film „Romance" optrad en sindsdien Hollywood verlaten heeft. In haar derde sprekende film „Inspiration" treedt op Robert Montgomery, nog heden een der populairste Metro Golwyn Mayer-ac- teurs. Intusschen ls de lange lijst namen met een vermeerderd. In Hollywood zijn de opnamen beëindigd van Greta Garbo's nieuwe film „Susan Lenox", waarin Clark Gabel, een Amerikaansche tooneelspcler, haar partner is.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 15