BRIEVENBUS WIJN'k Vond het gezel lig weer eens wat van jou te hoo- ren. Zoo keeren langzamerhand de oudjes weer terug. Ik wil graag ge- looven, dat dezen zomer de Meer natter dan nat was. NANNA. Jij hebt maar fijn in Bilthoven gezeten. Dank voor je mooie heigezicht. Heb je er een bosje van mee naar huis genomen. Wat heerlijk, dat je zoo dicht bij de bosschen logeerde. Ben je nu weer thuis? VERGEET MIJ NIETJE. Er zullen wel meer kindertjes zuchten, omdat de vacantie voorbij is. Je hebt ook maar wat een fijne vacan tie gehad. Daar zul je zeker dikwijls aan terugdenken. Heb je Oma en Opa al eens een langen brief ge schreven. In 't Haagje heb je ook heel wat moois gezien, hè? W, v. d. L. Dank voor Je wel komstgroet. 'k Geloof, dat jij ook met voldoening op Je vacantietijd terug kunt zien. Is 't niet? Wat heb je met verschillende families aardig kennis gemaakt. Blijf Je met enke len correspondeeren? DUIKSTERTJE. 'k Ben blij. dat Jij het ook zoo naar je zin hebt ge had. Ik denk, dat je nog wel eens weer naar Marken zult willen. Dat was dus een heele klompen familie. Ben je ook nog met vader naar Aalsmeer geweest? 't Gaat hard hè, achter op den motor. DRAAITOL. Hartelijk dank voor je mooie kaart uit Zandvoort. Hoe heb jij 't in de vacantie gebed0 Heb je nog bij tante Jo gelogeerd? Ifoe is 't op school gegaan? Sehrüf je me nog eens gauw over alles en nog wat. ROODWANGETJE. Hartelijk dankt voor jouw mooie foto van de Piushaven te Tilburg. Wat is daar een leven en bedrijvigheid. Woonde je tante daar dichibij. Ik. denk, dat je een fijne vacantie hebt gehad. Raad ik dat goed? Tilburgertjc. En jou bedank ik hartelijk voor die mooie foto van 't standbeeld van Willem II. Heet dat plein de Heuvel? En is daar vlak bij een plantsoen? Ik geloof, dat Je in die buurt dikwijls hebt gewandeld. Is 't niet zoo. GRETA TAUBER. Dat was aar dig, dat jij me de straat stuurde, Waar je Woonde. Jullie huis staat er geloof ik niet op, hè? Wel bedankt, hoor. Heb je een prettige vacantie achter den rug? W. L. Ik hoop. dat jouw vacan- tleplannen verwezenlijkt zijn ge worden en dat Je een gezeHlgen tijd op Texel hebt doorgebracht. Was 't nog fietsweer? Dat memorandum over Joh. Kievit zal ik een beetje wijzigen en verkorten, 't Is anders een beetje mosterd na den maaltijd. BLAUWOOGJE. DE KLEINE BOUWER en POPPENVERPLEEG- STERTJE. Wat stuurden jullie me een leuke kiek uit Barneveld. Heb je zoo'n marktdag wel eens meegemaakt. Hebben jullie er alle drie tegelijk gelogeerd? Ook harte lijk bedankt. BABBELKOUSJE. Ja. Ik heb t ln Duitschland heerlijk gehad. Ben jij nog in Beverwijk geweest? 't Was natuurlijk erg. VADERS JONGEN. Je zult nu in Haarlem's omgeving ook wel veel bramen vinden. Nu bloeit overal de hei. Op de Veluwe leek het wel. of er een groot paars kleed was uitge spreid. Was 't in Lelden ook gezel lig? Ben je nog naar 't strand ge feest? GLADIOOLTJE. Hartelijk dank voor die mooie foto's van 't Bloe- mendaalsche strand. Wat varen die witte bootjes er lustig op 1 os. En wat varen die witte bootjes er lus tig op los. En wat hebben die kin deren veel plezier in hun zwem pakken. Prettig, dat jij ook. on danks het slechte weer echt hebt genoten. Zit Je nu ln de 5de klas? Wil je tante Marie ook hartelijk groeten. Je raadsel is goed. KRIELKIP. Wat stuurde Jij me teen prachtkiek van Stellendam. Ik dank je er hartelijk voor. Wat een mooi gezicht die haven vol schepen en die molen op den achtergrond. Je hebt er natuurlijk weer fijn ge logeerd. KERSTROOSJE. Jou dank ik voor dat mooie strandgezicht van Noord wijk aan Zee. Dus nu ben je Weer thuis. Natuurlijk heb je dik wijls aan zee verlangd naar meer zon. Daarom kan ik me wel een beetje begrijpen, dat je naar school verlangt. Dus dan maar weer flink aan 't werk. JUFFERTJE IN 'T GROEN. Je bent welkom in ons midden. En je nichtje, Kapstertje, mag je met alles helpen. Dezen naam mag je houden. De volgende keer krijg ik zeker een eigen geschreven brief van je. DE KLEINE VIOLIST. Nu ben ik heel benieuwd, hoe jullie de va cantie hebben doorgebracht, 't Weer zal nog wel eens spelbreker zijn ge weest Hebben jullie je ook op de vacantie-wedstrijden geworpen? Ik ben er heel benieuwd naar. W. L. Als 't in Indië regent, regent het ook nog wel wat harder dan bij ons. Ik zou er ook wel eens willen kijken. Hebben je ouders ook een prettige reis gehad? Wat zeiden ze wel van de opknapperij? Heb je nog dikwijls in Groenendaal gewan deld? Wanneer open je O. B NACHTEGAALTJE. Je groot moeder woont in de mooiste streek van Friesland, 't Is zeker wel een heel klein plaatsje. Hebben jullie er veel genoten? Wat gezellig, dat de heele familie meeging. Leuk, dat je daar ook Onze Jeugd las. Nog wel gefeliciteerd met je overgang en je goede rapport. Zit je nog in Gaas- terland? GERDA F. Ken je geen Ru- briekertje, die je wat wil helpen met de raadsels? Je hebt dus heer lijk in 't Bloemendaalsche Bosch gewandeld. Ben je ook in Thijsse's Hof geweest? KAPSTERTJE. Gezellig voor Je dat je nichtje ook meedoet. Logeer den jullie samen bij grootmoeder? Wat zal er toen veel afgebabbeld zijn. Kun je nu al mooi kappen? BABBELKOUSJE. 't Was in den Eifel heel mooi, maar we heb ben net als jij veel regen en wind gehad. Ben Je nog naar Beverwijk geweest? Wat zijn jullie prettig uit geweest, toen vader vacantie had. W. v. d. L. Ja, jongen nu be gint de werktijd weer voor allen. De herinnering aan de genotvolle va cantie blijvenwe bewaren. Je zult zeker nog dikwijls in gedachten op Lands-zegen vertoeven. Zijn vader en moeder ook voldaan thuis geko men? Ben je dikwijls naar de Pyra- mlde van Austerlitz geweest? NAOHTUILTJE. Wat hebben jullie nog een heerlijk dagje in Zandvoort gehad. Ben je nog bruin? Had je in IJmulden ook goed weer? Je raadsels zijn goed. Is de school weer begonnen voor je? LOURENS COSTER. Zou moe der nog wel bij mij op school wil len zijn? Ik wou moeder nog wel ln de klas hebben. Juffrouw G. is al jaren dood. Den heer T. heb ik ook goed gekend en ook den heer S. Dat is alles al vele jaren geleden. GOUDHAARTJE. PRINSES ZON NEGLANS en WILLEM I. Harte lijk dank voor je prachtige kaart uit Middelburg. Wat is dat een mooi plantsoen. Kun Je onder die poort doorloopen? MOEDERS OOGAPPEL. Jou dank ik voor dien mooien vijver uit Bergen. Wat is het daar toch ook heerlijk. Heb je er lang gelogeerd? Dan zal Je er zeker veel gewandeld hebben. POESENVRIENDINNETJE. Ja, ik ben al bijna een weck in Haar lem. Ben jij nog naar Steenwijk ge weest? Omdat je zoo duidelijk schrijft mag je best met potlood blijven schrijven. Je raadsels zijn goed. BALSEMIENTJE. Hoe vond je het in Enschedé? Hebben jullie daar ook nog gezongen? Leuk, dat Je ook nog in Duitschland bent ge weest. Was er een zwemgelegenheid bij den Dinkel? HEIDEPRINSESJE. Dus jij bent met een schat van prettige herinneringen uit Friesland terug gekeerd. Ik wist niet. dat er ln die streek nog een kluizenaar woonde. Ik wLst wel. dat Friesland ook rijk is aan natuurschoon. Je had dien grooten tuin van je tante zeker wel graag mee willen nemen naar Haarlem. MADELIEFJE. Dat Ls zeker een heerlijk weekje geweest toen je bij Oma logeerde. Je hebt meteen goed ezeltje rijden geleerd. Wat was dat een slimme olifant. Die kan zich wel verhuren als bellen meisje. NACHTEGAALTJE. Wel be- danks voor Je mooie kaart uit Balk. Daar ben ik ook wel eens geweest Wat is die kleederdracht nog mooi hè! Zag Je er nog wel Frlesche kap pen dragen? KWEBBELGRAAG. Je kan ook wel plezier hebben, al ga je niet uit. Ik wil graag gelooven, dat je veel hebt gelachen met je Amster- damsche nichtje. Ik denk, dat je dezen keer de raadsels wel gemak kelijk zult vinden. Je ingezonden raadsel is goed. BALLENBREISTERTJE. 'k Vond het prettig weer eens wat van jou te hooren. Uitgaan en logés hebben, neen, dan komt er niet van schrij ven. Dat begrijp ik best. Was het niet te druk voor grootmoeder, zoo veel jong volkje? Wat boften jullie dat er kermis in Groet was. Heb Je Knipperdolletje nog gezien? Die autotochtjes waren ook fijn. Je kaart heb ik ontvangen. Nog wel bedankt ervoor. Wat heb jij een kranige grootmoeder, die nog op de duo durft te zitten. Ga je nu weer met plezier naar school? W. L. Hartelijk dank voor de Tesselsche kaart.. Fijn, dat je er zoo geniet, 't Weer valt mee, hè! Vond je die weilanden met enkel schapen geen eigenaardig gezicht? Ben Je ook aan de Kooy geweest? GOUDELSJE. Ja, op Schiphol is ook veel te zien. Had je ook wel e':n vliegtochtje mee willen maken? Dat reisje naar LJmuiden en Vel- serbeek is ook prettig verloopen. Leuk, dat op Velserbeek zooveel ge dierte is. WIM v. G. Probeer nu eens dezen keer wat mee raadsels te hebben, anders kun je de volgende week niet meeloten. Ik geloof ook dat je veel mooier kunt schrijven. GOUDHAANTJE. Jouw vacan tie is nu ook haast voorbij. Verlang Je er naar, dat de schooldeuren weer open gaan? Wat heb jij ook een heerlijke vacantie gehad. Die zee ziekte was ziekte was minder pret tig, maar 't was gauw geleden hè. Je hebt Nederland van Noord naar Zuid doorkruist. Dat zal Je bij de Aardrijkskundeles goed van pas komen. FIE v. G. Je schuilnaam stond niet onder je werk, daarom gebruik ik je eigen naam maar. 't Doet me genoegen, dat jij ook zooveel geno ten hebt. Nog wel bedankt voor je kaart. Heb je Je prijs al uitgelezen? BLOEMENFEE. Ziek-zijn in de vacantie is heelemaal niet leuk. Hoe gaat 't er nu mee? Je hebt in Am sterdam nog maar heerlijk gezwom men. Was 't een overdekt bad? Je hebt ondanks dat zieke weekje toch veel plezier gehad. Ik zal goed zoe ken, of ik zus en jou in de courant zie staan. Je ruil-aanvraag kan ik niet plaatsen, omdat Je geen adres opgeeft. Joop A. 'k Hoop, dat het met moeder goed blijft gaan. Ging het zonnetje maar eens wat vrooüjker schijnen. Schrijf Je me nog eens spoedig, hoe 't er mee gaat en wil je moeder vriendelijk van me groeten? RANGEERDERTJE. Leuk, dat jullie er ook weer zijn. Jullie hebben geboft op je heen- en terugreis. Wat eenlg, dat je overal op de banken de zeehonden zag. Wat heerlijk, dat je nog zooveel hebt kunnen zwem men. Had je graag met de bakkers mee willen vliegen? En heb Je nog bramen meegenomen? Ik zou graag ook eens naar R willen TUINIERST ERT JEIk kan me voorstellen, dat Jullie daar ln Ede plezier hebben gehad. W.os er ook een onderwijzer bij? Dat is een schoolreisje geweest om nooit te ver geten. En wat een bof, dat 't toen Juist goed weer was Heb Je hier ln de duinen nog bramen gezocht? Gerda F. Ben Je weer naar school? Ik denk, dat Je deze week wel meer raadsels zult vinden. Ze zijn nu veel gemakkelijker. Je moet 't niet dadelijk opgeven. Doorzetten hoor! DRAAITOL. Je wedstrijdwerk was in orde. Wanneer moet Je weer beginnen? Ik reken op een grooten brief over je vacantiewederwaardig- heden. Ben Je nog op dansles? Of heb je er geen tijd meer voor? KERSTROOSJE Prettig, dat Je het op school al weer naar Je zin hebt. Naar dat huiswerk verlang je natuurlijk niet. Kranig, dat je nog alle dagen gezwommen hebt. Ik ge loof heuseh, dat 't nog wel echt zwemweertje zal worden. Misschien durf je dan ook nog wel van den duiktoren te springen. Van wie krijg Je piano-les? Ja, Je zult het wel erg druk krijgen. PIN KSTERBLÖE MET JEAls Je 10 Jaar bent geworden, behoor je ln Afdeeling I thuis. Nu maar goed uitkijken, dan vind je ook wel alle raadsels. Anders maar eens vragen aan Francis Vere. FRANCIS. Je teekening heb ik ontvangen, 't Was toch een zomersch gezicht zoo'n welgedaan boertje, dat op de wandeling is. Krijg Je heelemaal geen vacantie? Wat doe je eigenlijk? BALSEMIENTJE. Ja, de raad sels van de vorige week mogen mee tellen. Woensdag was ik nog niet thuis. Ik hoop, dat je succes hebt met Je Ruil-aanvraag. PECHVOGELTJE. Met de raad sels heb Je geen pech. Dat gaat van een leien dakje. Ja, ik was bang, dat Hollandsche kinderen die plaats niet kenden. Ben je in Iudië ook nog op school geweest? Wat prettig, dat je zoo gehard bent tegen kou en warmte. Je hebt gelijk, dat je je niet aan 't weer stoort. Frissche lucht kun je alle dagen happen. LOURENS COSTER. Zit jij ook weer op school. Maar' je hebt ook een fijne vacantie achter den rug, hè? Kun je goed met den nieuwen onderwijzer,'» opschieten? Je mag bestbest tante boven je brief zetten. NACHTUILTJE. Je raadsels zijn goed. Ja kind, prettige dagen gaan altijd te gauw voorbij. Maar als je flink werkt gaat de tijd ook vlug. In een nieuwe klas werk je zoo fijn. DUIKSTERTJE. Wat heb Jij ook heerlijk genoten. Natuurlijk bevalt het op school ook weer goed. Altijd vacantie zou heelemaal niet zoo prettig zijn. 't Doet me genoegen, dat jekoffertje naar je zin is. Heb je het al flink gebruikt? ALBA. 't Doet me genoegen, dat je prijs in je smaak valt. Ja vroeger heeft het verhaal in Onze Jeugd ge staan. Wat zal je tante geschrokken zijn toen die aanrijding plaats had. Hoe is 't nu met haar? Ik wil wel gelooven, dat je in Artis genoten hebt. En dat die kleine zus al fiet sen k^n. Hoe oud is ze nu? DE KLEINE FLUITSPELER. Je raadsels zijn goed. AB.C. Nu hoop ik spoedig van je te hooren. dat je taak goed ls vol bracht, Heel verstandig was 't niet om alles zoo op 't laatst te laten aankomen, Zoo waren je laatste vacantie-dagen niet je prettigste. Goed succes verder. ANNIE TEN H. *t Is een moei lijke kwestie, kind. Om je werkelijk goeden raad te kunnen geven, zou ik er eigenlijk nog veel meer van moeten weten. Er is een spreek woord, dat luidt: „Twee kijven, twea schuld. Snap Je 't? Wil je er over komen praten, dan bel je maar eens aan. Misschien h fje zelf een op lossing gevonden. W. BLOMBERG—ZEEMAN Marnixstraat 20. Haarlem. 28 Aug. 1931. ONZE BIBLIOTHEEK Onze Bibliothecaris. Wim Las- schuit. Zal spoedig tot her-opening van O.B. overgaan. Hij verzoekt mij jullie thans vast mee te willen dee- len, dat hij behalve vele nieuwe boeken, de beste jongensverhalen van den onlangs overleden kinder schrijver, C. J. Kieviet in Onze Bi bliotheek zal opnemen. Wij zijn Wim L. daar zeker dank baar voor en kunnen onze dank baarheid 't beste toonen, door dezen winter getrouwe lezers en lezeressen te worden van O.B. Goede raadseloplossingen ontvan gen van: Ballenbreistertje 5, Goud elsje 5. Duikstertje 6. Vaders Jon gen 6, Gouden regen 5. Nachtuiltje, 6. Lourens Coster 6. Pechvogeltje 6, Blauwoogje 6. De kleine Bouwer 6. Poppen verpleegstertje 5. Balsemien- tje 4. Francis Vere 4. Pinksterbloe metje 6. Kerstroosje 6, Gerda Friedrich 3. Wenda 5. Goudhaartje 2, Wim V. Gog 2, Fie v. Gog 2, Ran geerder tje 5. AMERIKAANSCHE POSTZEGELS In 't vorige jaar werden in de Ver. Staten van N. Amerika voor een waarde van 1.125 000.000 aan post zegels gedrukt. Hiervoor was noodig 900.009 K.G. papier en 400 K.G. inkt. BUVOECSEL VRIJDAG 28 AUGUSTUS 1931 No. 243 AAN ALLEN! Dezen zomer hebben velen van jullie zeker wel eens langs een korenveld geloopen, of hebben van af een hoogte een blik geslagen op zoo'n goudgeel veld, dat je deed denken aan deinende golven, wan neer de wind er doorheen speelde. Wat is dat een prachtig gezicht, vooral wanneer de gouden kleur nog meer afsteekt, als terzijde boschbegroeiïng is. En dan die blauwe korenbloemen er tusschen in en die vlammende klaprozen. Hebben jullie later wel weer eens langs dat korenveld geloopen of 't vanaf de hoogte bekeken, toen 't maaiveld was geworden? Toen de velden bedekt waren met honderden garven. In Duitschland heb ik vele. korenvelden zien omtooveren in maaivelden. Een heel enkele maal zag ik gebruik maken van zeisen, maar meestal geschiedde het ma chinaal. Ook de garven werden met den zelfbinder gesnoerd. 't Was zoo'n somber gezicht dat kale stoppelveld en toch was ik ook weer verbaasd over de vele bloemen die daar ongezien gebloeid hadden en nu opeens in de volle zon ge plaatst werden. Margrieten. Vogel wikke. lathyrus, witte dagbloemen, duizendblad, reigersbek en zuring. Ook viooltjes en muur kun je vinden op een afgemaaid korenveld, 't Is alsof zij nu de fleur aan dat kale donkere land willen geven. Toch is hun duur zoo kort, want al spoedig gaat die ploeg weer door 't land voor een nieuw zaaisel. Wij menschen mogen 't betreuren op onze vacantiedoortocht, dat dat mooie korenland nu stoppelland ge worden is vóór de vogelwereld is dit nog veel erger. Ze zijn als 't ware verjaagd uit hun paradijs. Als de jonge rogge aan 't rijpen ls, kunnen vooral de musschen zich zoo heerlijk te goed doen aan de zachte aren. De boer ziet dat natuurlijk met leede oogen aan, maar staat er toch machteloos tegenover. De musschen blijven zich te goed doen, zoolang de schooven op 't land staan. Velen boeten juist in dezen tijd hun leven, want de sperwer loert steeds op hen; kan de sperwer geen musch bekomen, dan zoekt hij 't lager en vangt een veldmuisje, die ook zeer talrijk op 't maaiveld voorkomen. Ook de/leeuwerik trippelt statig, steeds maar zoekend en steeds maar happend door 't omgemaaide land. Zijn diner varieert tusschen afgeval len korrels, wormen en rupsen. Zelfs patrijzen ziet men nu ln groote me nigte. Het halmenland was immers zoo'n veilige broedplaats en een voordeelig land om de kleinen groot te brengen. Het kostbaarste voedsel lag voor 't grijpen Nu is er toch ook voor deze vogels wel wat te halen. Loopkevers, torren, spinnen, oorwormen, sprinkhanen, larven, vlinders, vliegen, slakken, mieren en rupsen vormen een uitgebreid menu Ook groen voer is nog ruim schoots voorhanden. Fazanten en duiven bezoeken de akkers ook in grooten getale, evenals roeken en kraaien. Wie van de natuur houdt en dat doen jullie natuurlijk allen, zal bemerken, dat stoppelland geen dood land ls, maar Ifevend land. W, B.—Z. Ga je mee. Toon, morgen middag? Dan gaan we met z'n allen de duinen in!, riep Piet Suylekom, toen de heele klas ln de rust naar de speelplaats holde. Waarom de duinen in? vroeg Toontje Dlrks schamper, zoo mooi weer is het niet; ik dank je feeste lijk, doorwaternat te worden, als het weer zoo gaat stortregenen, net als de laatste dagen. Nu was Toontje heuseh zoo bang niet voor 'n klein beetje, of zelfs een groot beetje regen, maar de heele kwestie was, dat hij het Piet Suyle kom niet erg gunde, dat die met 'n plannetje kwam. Die twee zaten elkaar altijd in het vaarwater, niet alleen omdat ze allebei zoo'n beetje den baas speelden over de anc"Ven, maar ook, doordat ze in de klas tot de beste leerlingen behoorden en zoodoende steeds hun best deden, boven elkaar te komen. Den eenen keer kreeg Piet een pluimpje van den onderwijzer en dan keek Toon op z'n neus dan weer was het Toontje, die het beste werk had gemaakt en was het de beurt van Piet om beteuterd te kijken. Ze maakten er natuurlijk geen ruzie om, heelemaal niet, ze waren heel goede kameraadjes, maar toch Enfin, Jullie begrijpen het wel ze waren wat naijverig op elkaar. Jó, ben je mal, viel Piet vinnig uit, Jij met je stortregenen! Die paar druppeltjes! Het wordt fijn weer, dat zal je zien. Frans Verduin gaat vast mee, en Freek, en Nol van Son, en twee neefjes van me, die gisteren bij ons zijn komen logeeren, die komen ook! Meteen holde Plet naar een wrle- melendfe hoop jongens, die in den hoek van de speelplaats over elkaar heen lagen te rollen; de ondersten schenen het benauwd te krijgen, want ze gilden als magere varkens, en Piet bijgestaan door Toon, die natuurlijk toch weer dapper met zijn concurrent meehielp begon direct te trekken en te sjorren, om dat levende kluwen uiteen te oeute- ren. Eindelijk stond leder weer op zijn eigen beenen, maar de twee broertjes Verduin. die nogal klein van stuk waren, hadden het zwaar te verduren gehad en het huilen stond hun nader dan het lachen! De anderen hadden ze daarmee wel graag wat geplaagd, maar ze lieten het. omdat Plet Suylekom en Tcon Dirks erbij waren. Die konden dat plagen van de kleine Verdulntjes nooit hebben, dat wisten ze. *n Piet en Toon waren niet alleen de besten uit de klas, maar ook de sterksten, en daar hadden ze respect voor, dat begrijp je. Zeg, jongens, ik ga morgen middag met twee neefjes van me de duinen in. Gaan jullie mee? Toon gaat niet, die is bang voor 'n drup peltje regen! Zanik niet, ik wil best mee gaan, maar ik vind het zoo'n eind loopen, voor je er bent. De meeste tijd gaat verloren met het heen- en terugwandelen; er blijft haast niets van den middag over. Zie je, nou praat je weer voor je beurt, jongetje. Ik zei Je toch, dat we logees hebben, nou. die zijn door hun vader gebracht met z'n auto en nu heeft oom me beloofd, dat hij ons morgen zal brengen. Dan zet hij de auto ergens neer en dan blijft hijzelf den heelen middag op het strand. Jongens, dat is fijn!Ik ga mee!Ik ook! Direct was er 'n troepje van wel tien jongens, dat mee wilde. Dat is veel te veel, schoolmees terde Toon. neen, Jij kan niet mee en jij ook niet Hou jij je mond, viel de kleine Freek Verduin tegen hem uit, jij hebt niets te vertellen. Dan ga jij maar niet mee. Jij met Je lange lichaam hebt plaats voor twee noo dig! Wat zeg Jij, Piet? Ja, Piet wist eigenlijk niet goed, hoe hij dat uit moest maken; hij was nu wel erg grootsch geweest met die auto van z'n oom, maar hij kon toch niet met tien vrienden aankomen en hij zelf dan nog en de twee neefjes.... o, ja, en oom zelf, dien zou hij nog vergeten dat was veertien! Weet Je wat? Wie heeft er 'n fiets? Jij Nol? Ja. en Flip Terhorst en Bert de Leeuw. Dat zijn er drie. Nu komen jullie morgen allemaal naar mijn huis en dan loten we, wie mee gaat. Er zullen er best acht ln de auto kunnen, twee voor en zes binnenin het ls een groote en de andere zes gaan op de flets, om de beurt trappen en op den bagage drager zitten. Dat gaat toch best?! We kunnen allemaal fietsen Zeg, dan gaan we ln de duinen „India nen" spelen! Brengen jullie er alle maal wat voor mee, dan gaat het écht! Den volgenden middag waren ze op tijd present, géén uitgezonderd Oom was een Joviale baas c# die vond het best, dat zijn wagen met al dat Jongensgrut werd volgepropt. De twee Verduintjes troffen het, die lootten allebei „in de auto". Toontje was er naast, maar oom vond, dat zoo'n groote stevige jongen veel beter kon gaan fietsen en zoodoen de was Toon gauw getroost. Er waren echter natuurlijk nog mcér teleurgestelde gezichten en daarom stelde oom voor, dat ze bij het naar huis gaan zouden omwisselen, de autorijders van nu gingen dan fiet sen en omgekeerd. Alleen voor die twee kleine krielkippen, zooals oom Frans en Freek Verduin noemde, zou een uitzondering gemaakt wor den; die ook met de auto terug. Het werd voor het heele gezel schap een heerlijk tochtje; onder het rijden werden er plannen ge maakt voor den middag en na veel geschetter en geschreeuw oom's ooren tuitten ervan, zei hij waren ze het eens geworden over de stam men, die op het oorlogspad zouden gaan. Piet werd opperhoofd van de „Apachen" en natuurlijk Toon tje aanvoerder van de tegenpartij, de Comanchcn". Piet had al een heelen tijd liggen loeren; hij moest oppassen, dat de vieren van zijn hoofdtooi niet te zien kwamen en dat ze zijn buks niet zagen glinsterenDan l is hij verloren, want die leelijkc Co- manchen waren zoo slimen die deden natuurlijk al hun best, hem, het opperhoofd, te pakken te krij gen Daar zag hij iets bewegen dat was vast 'n Comanche! Wat 'n stommert, zich zoo te verraden! Wie was 't? Voorzichtig, heel voorzichtig kroop Piet weer wat dichterbij, hij vielde zich zoo echt 'n Apache, die zijn vijand besloop.... Maar wat deted die vijand raar!Daar kwam hij warempel heelemaal met z'n hoofd boven den helmstruik uit, waar hy achter lag. 't Was Nol van Son, Comanche! En hij keek maar steeds in dezelfde richting, niet naar den kant, van waar hij de Apa chen kon verwachten. Eindelijk was Plet zóó dichtbij, dat hij op het punt stond, op te springen en Nol op 't lijf te vallen, toen deze plotseling met z'n hoofd wegdook en zich zoo plat mogelijk maakte. Wat zou die jongen daar ginder toch zien? Het leek wel, of hij in angst zat; Nol had anders een blozende kleur en Plet vond, dat hij nu geweldig bleek zag. Hij piekerde erover, wat er wel gebeurd kon zijn en vergat daardoor heel eventjes zijn rol van Apachen- opperhoofd. Hij richtte zich wat te ver op en net op dat moment keek Nol met een doodsbleek gezicht in zijn richting. Piet liet zich direct vallen maar het was al te laat. Nol had hem gezien en herkend en tot Piet's groote verbazing hoorde hij hem met gedempte stem roepen; Piet! Kom voorzichtig naar mft toe kruipen! Laat je niet zien' Net was Piet van plan. naar'Nol toe te gaan, toen hij bedacht, dat het misschien een krijgslist was om hem in een hinderlaag te lokken. Zeg, Nol. Je maakt toch geen gekheid? Ls er wat gebeurd?. Neen, kom nu maar. Ik speel geen „Indiaan" meer, drong Nol met angstige stem aan. Enkele oogenblikken later wees Nol heel voorzichtig naar een klein boschje vrij ver weg, dat de jongen»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 15