STATEN-GENERAAL.
DORLAS
DOCTOREN ZEGGEN:
HAARLEM'S DACBLAD
VRIJDAG 16 OCTOBER T931
TWEEDE KAMER.
15 October.
De mobilisatie-slachtoffers. Ken
crisis-interpellatie van Dr. v. d. Tem
pel. Een vragenlijst.
De Tweede Kamer heeft vandaag met al
gemeene stemmen het wetsontwerp aangeno
men, betreffende ruimer steun aan mobilisa
tie-slachtoffers. Met algemeene stemmen, on
danks het feit, dat de aanwezige heer Braat
gisteren zeer heftig te keer ging tegen het
uitgeven van de gelden, die het ontwerp vroeg.
Er zijn in het ontwerp meer mogelijkheden
voor de mobilisatie-slachtoffers geopend.
Amendementen zijn er niet veel aangeno
men. Het verder gaande amendement van
den heer K ter Laan. verder gaand dan het
ontwerp wat betreft den termijn, waarbinnen
weduwen en weezen een verzoek moeten heb
ben ingediend, werd verworpen met 5531
stemmen. Ook zag de heer Ter Laan zijn
amendement niet aangenomen betreffende
het instellen van een beroepsinstantie.
Wel heeft de heer Tilanus een idee in de
wet opgenomen gezien, n.l. het vastleggen
van den plicht voor den aanvrager van on
dersteuning om aannemelijk te maken, dat er
verband is tusschen zijn Invaliditeit en het
verblijf in leger en vloot tijdens de mobili
satie.
De minister heeft voorts nog een artikel in
de wet gebracht, waardoor hem de bevoegd
heid is gegeven in heel bijzondere gevallen
van den fatalen termijn van 1 Januari 1925
af te wijken, den termijn, waarvoor weduwen
en weezen een aanvrage om steun moeten
hebben Ingediend, willen zij voor meerder
hulp ln aanmerking komen.
Vrijwel de geheele middag ging heen met
de bespreking van artikelen en amendemen
ten van dit ontwerp der mobilisatie-slacht
offers.
Toen zette de Kamer zich aan de behande
ling van de Interpellatie van den heer v. d.
Tempel over den economischen toestand en
de vor.rzleingen in den nood der werklooze
arbeid in den aanstaanden winter.
Dr. v. d. Tempel is een hoogst-ernstig man,
bovendien een wetenschappelijk werker van
groote allure. Van hem behoeft men geen
frases te verwachten hij behandelt alles
degelijk en deugdelijk.
Zijn interpellatie was een crisis-interpella
tie. Crisistijd is een tijd vol onzekerheid, dus
vol geruchten. Zoo liep er vanmiddag in de
gangen der Kamer een gerucht, dat door het
samengaan van bepaalde groepen en groeps-
gedeelten het huldig Kabinet zou vallen,
waardoor er een reconstructie-kabinet zou ko
men onder de leiding van Mr. van Schalk.
Wij hebben hier en daar eens geïnformeerd.
En gelooven op grond daarvan niets meer
van de juistheid van dit gerucht.
Een crisis-interpellatie.
De wetensehappeijke econoom, die Dr. v. d.
Tempel is, definieerde de huidige crisis als
een afzetcrisis allereerst, maar ook als een
vertrouwenscrisis. Er worden vele crisis-oor
zaken gezocht. Men hoort aldus de Inter-
pcllant veel noemen o a. de hooge sociale
lasten. Maar Amerika dan? vroeg Dr. v. d.
Tempel daar drukt geen enkele sociale
last. En toch is er de crisis heel hevig.
De ellende van het oogenbik ziet Dr. v. d.
Tempel als „de fatale consequenties van een
ongeorganiseerde productie". De productie
moet geregeld worden. Dr. v. d. Tempel wil
dat regelen doen plaats hebben door het so
cialisme te brengen. De handhaving van het
„indlvldueele" kapitalisme moet een eind
nemen door het socialisme, waarvan hij hoo-
gere levensstandaard verwacht voor den ar
beidenden mensch.
Intussohien is de heer v. d- Tecnipel ervan
overbuiigd, cfat de otrdlenóng van.1 hét econo
misch leven een zeer ingewikkelde aange
legenheid £s, die men neet van vandaag ap
morgien tot ontwikkeling kan brengen. Dr.
v. d. Tempel b.v. dacht aan de rcgteCUng
der nationale productie tegenover de weroid-
hultShouding. Bovendien neemt Nederüawd ln
de wereld een bijzondere positie in.
De heer v. d. Tempel spreekt over de re--
geering in dezen crisistijd als onmachtig en
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel
Koffie
Thee
passiet niet voldoende georiënteerd, niet
voldoende stuwend. De heer v. d. Tempel wil
wat anders het blijkt uit zijn/ vragen, wat
hij wil. Dat alles om de werkloosheid 'be be
kampen, die groote vormen ga-at aannemen.
Hij wijst dan op het voorbeeld van Phiiiiijps,
waar duizenden ontslagen zijn- door de sohufii
van de oonjjuaue/tuaw, dus cantóludeemt Dir.
v..d. Tompet van het kapitalisme. Dr. v. d.
Tempea .is bevreemd, dat er in dein komenden
winter van de 200.000 werkloozen in ons land
80.000 geen ondersteuning zulUen krijgen.
Het proletariaat aldus Dir. v. d. Tempel
ziet uit met verlangen naar veriossmg.
Zij zullen voor rich zeOf de consequenties
moeten trekken uit het „uitblij ven van hnflp
der ordelooze leidende klasse". Wij mogen dit
aldus interpreteeren, dat de initerpeMant de
arbeiders opriep zich onder het sd.-vaandel
te scharen.
De minister heeft zijn rede van anüwooid
even aangevangen. Morgen voortoettihjg.
Vandaag sprak hij de deernis der regeerin?
uit met hen, die door de ori-ó-, door de werk
loosheid en door slapte in de bedrijven, aan
ellende zijn prijsgegeven. Vooral deernis met
het jonge geslacht, dat opgroeit in dtiistor-
nas.
De minister legde er den nadruk ap, dat
alleen internationaal uitkomst uit de crisis
komen kan. En zal morgein niet alleen de
vragen van Dr. v. d. Tempel beantwoorden,
maar ook nog wel betoogen, ddt hij een
minder sterk geloof heeft in de bevrijdende
kracht van het socialisme.
De vragen van Dr. v. d. Temipefb?
Zij zijn de volgende:
1. Heeft de Regeerimg gevolg gegeven1 aan
baar toezegging in de vergadering van de
Tweede Kamer van 12 Februari 1931, diat een
regeling zou wonden getroffen, waarbij door
den staat, middellijk of reohi'istreetkia, in be
paalde gevallen garantie zou worden ver
leerd voor exportcredieben ten bdhoove van
den export naar landen met meer dian ge
woon risico?
Zoo neen, wH de regeering dan mede-
deelen waaraan het uitblijven van zoodanige
regeling is te wijten en welke haar voorne
mens ten deze zijn?
2. Is hot in gevolge de verfköarireg van
den minister van Dinnenl-andsChe Zaken en
Landbouw in de vergadtreóng van de Tweede
Kamer van 12 Februari 1931 in den loop
van dit jaar hetzij op inr.tiatuef uit het be
drijfsleven of cp initiatief der Regeeatng,
tot overleg gekomen tusschen de Regeering
en vertegemwoorAgens van arvdarniemjans en
werknemers uit de bedrijfstakken welke im
aanmerkelijke mate door de crisis rijn ge
troffen, terzake van een onderzoek naar den
stond in de vooruitzichten van -het bedrijf
en naar de middelen, welke eventueel kunnen
worden aangewend, om tot verbetering van
den bedrijfSfcoestand te geraken?
Zoo neen, is de Regeering don alsnog be
reid het initiatief daartoe te neanen?
3. Wil de Regeering mededeeflien of zij, in
aansluiting op haar verklaring iin de ver
gadering van de Tweede Kamer van 19 No
vember 1930, dat zij een onderzoek muar de
vraag van de stichting een er üniduisbriebainik
no-odig en geraden acht, stappen heeft ge
daan om zoodanig onderzoek in te leiden?
Is de Regeening bereid, mede te deeiien of
oOk naar haar meening, in verband met de
dringende behoefte aan werkverruiming en
golet op de ontwikkeling van het Interna
tionale bedrijfsleven reads voor den naasten
tijd de doelmatige credieben en kapi'baa'Jvoor-
ziening van het Nederlandsche bedrijfsleven
en mitsdien het functionneeren van het bank
wezen een punt van regeer ingszorg behoort
uit te maken en zoo ja, op weuke wijze rij rich
voorstelt a-an de behoeften ten dv®e van het
Nederlandsche bedrijfsleven tegemoet te
komen?
IV. Is de Regeering bereid het vraagstuk
van de wettelijke regeling der 40-urige ar
beidsweek aanhangig te maken bij het Inter
nationaal Arbeidsbureau?
Is de regeering bereid langs den weg van
overleg met belanghebbenden eventueel door
wettelijke maatregelen te bevorderen, dat in.
de bedrijfstakken, waar de omstandigheden,
dit practisch uitvoerbaar maken, bij middel
van verkorting van arbeidstijd het aantal te
werkgestelde arbeiders wordt uitgebreid?
V. Is de reeeering bereid ter bevordering
van werkverruiming en werkverschaffing, een
algemeene regeling te treffen ten aanzien
van bijdrage van Rijkswege in de kosten
van door gemeenten tot het verschaffen van.
werkgelegenheid te ondernemen werken?
VI. Zijn maatregelen in voorbereiding,
welke een doelmatig functionneeren van de
werkloozenkassen in den aanstaanden win
ter verzekeren en welke de mogelijkheid ope
nen om op het voetspoor van hetgeen in. het
loopende jaar is gebeurd, ook voor het 1
1 Januari as, aanvangende verzekeringsjaar
den reglementairen uitkeeringsduur der kas-
Herfststemvwig in het Staten Bolwerk.
sen met tenminste zes weken te verlengen.
Is de Regeering bereid de te treffen crisis
maatregelen van toepassing te doen zijn op
alle werkloozenkassen, die daarop blijken
prijs te stellen?
VII. Is de regeering bereid de z.g. contact
commissie gehoord, te bevorderen dat door
de gemeenten ten spoedigste maatregelen
werden getroffen waardoor de gezinnen van
werklooze arbeiders in het bijzonder voor zo
verre zij reeds geruimen tijd met werkloos
heid hebben te kampen, in staat worden ge
steld te voorzien in de behoefte aan brand
stoffen en wintergoed?
Is de regeering bereid ter bereiking van
dit oogmerk, een belangrijk deel der kosten
van zoodanige maatregelen voor hun reke
ning te nemen?
Is de regeering bereid te bevorderen dat
de werkloozen-uit keeringen worden herzien
in dezer voege dat bij de steunregeling woivit
uitgegaan van een uitkeering van f 15 in
plaats vanf 13 per week voor een gehuwde
werklooze zonder kinderen?
Is de regeering bereid de groepen van ar
beiders die tot dusverre niet tot de crisis
regeling zijn toegelaten, daarin alsnog op te
nemen?
VU. Wil de Regeering een overzicht geven
van de wijze waarop en de mate waarin het
Rijk tot dusverre ce gemeenten tegemoet
komt in de kosten der Werkloozenzorg?
EERSTE KAMER.
DE GELDSCHIETERSWET.
Dat waren vanmorgen mooie oogenblikken
in den Senaat.
Na een uitmuntende verdediging van zijn
initiatief-wetsontwerp tot het brengen van
een geldschieterswet, die een krachtig mid
del moet zijn tot bestrijding van den woeker,
werd het ontwerp-v.d. Bergh zonder hoofde
lijke stemming aanvaard, gelijk het in de
Tweede Kamer zonder hoofdelijke stemming
was aangeboden.
Een welverdiend succes.
De Senaatspresident wenschte Dr. v. d.
Bergh geluk met het resultaat. Waarop alle
Senatoren den heer v. d. Bergh gingen geluk-
wenschen. Natuurlijk deelde ook de vader
van Mr. v. d. Bergh den senator S. v. d.
Bergh in de algemeene felicitaties. Een aar
dig moment was het toen de vader met een
vertrouwelijken en vaderlijken klop op de
schouder zoowel aan zijn bewondering voor
den zoon als aan dankbare genegenheid
uiting gaf.
Vandaag hebben nog de heeren Mendels en
Van Sasse van IJsselt het ontwerp geroemd.
De laatste was bevreesd dat het ontwerp de
schade ervan zou ondervinden, dat het be
wijs van woeker niet altijd te leveren viel. Het
bezwaar moest de heer v. d. Bergh erkennen,
maar tegelijk opmerken, dat er door heel veel
in de wet voor gezorgd is, dat het woekeren
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel
CLIX6IV
^.asJ-a3kj
CAT2&Z0ONVAR PEKELAJ
G W.OMINO BW. J
zal worden ingeperkt Het ontwerp zal een
krachtig middel ter bestrijding blijven.
De heer Blomjous heeft in de Eerste Ka
mer een interpellatie aangevraagd over de
crisis.
En dat, terwijl op denzelfden dag ln de
Tweede Kamer over hetzelfde onderwerp
werd gesproken!
De Senaat moet voorzichtig zijn met
Tweede Kamertje spelen.
INTIMUS.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel
„Voorkomen is beter dan ge
nezen". Waarom neemt U
dan geen Locarbits Groene
Kruis Hoestbonboi» v66r U
verkouden bent? Ziet toe dat
U de echte krijgt.
TIJDSCHRIFTEN.
„Eigen Ilaard".
Wij ontvingen de aflevering van 10 Octo
ber van „Eigen Haard", dat geopend wordt
met het vervolgverhaal „Mijn wereldreis"
door Charles Boon. Van den tooneelmede-
werker Edmond Visser is er een praatje met
mevrouw Dogi Rugani, terwijl A. J. L. Looyen
een artikel over „Reyntje de Vos" heeft bij
gedragen. Ellen Forest schrijft over „De Hol-
landsche huisvrouw voorheen en thans".
Tenslotte noemen we de filmrubriek en de
wekelijksche fotopagina's.
„Het Vliegveld".
Van bovengenoemd tijdschrift is het Oc-
tobernummer verschenen. Het bevat, zooals
steeds, een groot aantal lezenswaardige arti
kelen. Allereerst eenige persoonlijke erva
ringen met brandbluschapparaten in het
luchthavenbedrijf door L. F. Bouman, voorts
o.m. overzichten van de luchtvaart in Juli en
Augustus, een artikel met foto's en teekenin-
gen over het au to giro toestel, een beschou
wing over de mogelijkheid van binnenlandsch
luchtverkeer voor Nederland en het dagboek
van Roosje Köhler over haar Indië-Holland
vlucht. De Berlijnsche brief van John Rozen-
daal behandelt ditmaal o.a. de rondvlucht
door Duitschland.
BLOEMENDAAL.
GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN.
Dutte, Bloemendaalscheweg 20, Bloemen-
daal, een bos sleutels; W. J. Hilgeman, Oran
je Nassaulaan 49, Overveen, een blauw man
teltje; II. A. Stadlander. Plataanstraat 66,
Haarlem, een kleine schildpad; J. Kieviet,
Zijlweg 282, Haarlem, een klut; E. G. Wen-
tink, Tramweg 1, Aerdenhout, een paar
dameshandschoenen; Vader, Binnenpad 24,
Overveen, een zwarte hond; aan den politie
post te Aerdenhout, een koperen gewicht,
een trekker uit een auto; aan het bureau
van politie te Overveen, een kindertaschje
met inhoud; een bruinlederen heerenhand
schoen; een glacé dameshandschoen.
INGEZONDEN
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Re
dactie zich niet verantwoordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
24ste ST. NICOLAASFEEST VAN
DEN BOND VAN NED. ONDER
WIJZERS.
Aan de Ingezetenen van Haarlem
en Omstreken.
Het is thans voor den 24sten keer, dat de
St. Nicolaas-Commissie van den Bond van
Ned. Onderwijzers een St. Nicolaasfeest voor
de kinderen organiseert.
Hoewel de tijdsomstandigheden geen reden
tot optimisme geven, hebben we niet ge
aarzeld, met de voorbereidende werkzaam
heden een aanvang te maken, overtuigd als
we zijn, dat juist in dezen tijd van malaise
ons kinderfeest minder dan ooit gemist kan
worden. We doen hierbij een beroep op de
ingezetenen, ons door hun bijdrage, hetzij
groot of klein, in staat te stellen, ons feest
te vieren. Reeds drie en twintig maal stelden
de kindervrienden ons hiertoe in staat. Dit
jaar zullen er ongeveer 9000 leerlingen der
Openbare Voorbereidende-, Lagere-, Montes-
sori-. Leerschool, Doopsgezinde scholen,
Scholen voor Buitengewoon Onderwijs en
Vervolgcursussen aan deel nemen. Wij hopen
dus. niet tevergeefs bij u aan te kloppen.
Lijsten, waarop ge uw bijdrage teekenen
kunt, zullen u in de volgende weken worden
aangeboden.
Daar ons herhaaldelijk klachten bereiken
over het aanbieden van lijsten, die, zooals
later blijkt, voor andere feesten bestemd
zijn, vestigen we er nogmaals de aandacht
op, dat onze collectanten voorzien zijn van
lijsten met opschrift:
24-ste St. Nicolaasfeest. Bond van
Ned. Onderw.
Met busjes wordt door ons niet gecollec
teerd.
Waar geen lijst wordt aangeboden, ver
zoeken we u, uw bijdrage te storten op giro
139828 van onzen penningmeester, der heer
S. P. Doek, die bovendien iederen Woensdag
te beginnen met 28 October, van 7.308.30
uur zitting houdt in de „Centrale", Spaarne
94, tot het geven van inlichtingen.
Helpt ons dit fepst te doen slagen, bij
voorbaat onzen dank.
U, geachte Redactie dank zeggend voor
de verleende plaatsruimte
De Commissie:
J. Panman. Hoofmanstraat 2 voorz.
Mei. A. Melchior. Molijnstr. 16 sec.esse.
S. P. Doek, K. v. Manderstraat 50,
penn. giro 139328.
C. J. Rijkers, Hoofmanstraat 8.
Tj. Bakker, Wouwermanstraat 67.
SCHEEPVAARTBERICHTEN
Statendam 16, 24 u.. te Plymouth verwacht,
New York naar Rotterdam.
Salabangka 14 v. Padang, Batavia n. Amster
dam.
Marnix van St. Aldegondo 15 te Southampton
Amsterdam naar Batavia.
Van Rensselaer, p. 15, 12 u. Ouessant, Am
sterdam naar West-Indlë
Algorab p. 14 Ouessant, %ienos Ayres naar
Rotterdam.
Amstelkerk 13 v. Conakry n. Havre, 24 v.
"West-Afrika te Amsterdam verwacht.
Cremer 13 to Hongkong.
Crijnssen p. 14 22 u. Azoren, West-Indië naar
Amsterdam.
Flandrla 15 10 uur v. Pernambuco, Amster
dam naar Buenos Ayres.
Insulinde 14, 18 u. van Colombo, Batavia n.
Rotterdam.
Irene, 13 te Kingston J. v. Amsterdam, ver
trok naar Trinidad
Irmgard p. 13 St. Vincent Zuid-Amerika n.
Amsterdam.
Johan de Witt 14 v. Belawan Deli, Amster
dam naar Batavia.
Jason 13 v. Tocopilla n. Pisco.
Lochgoil p. 14 Dungeness, Rotterdam naar
Vancouver.
Lochkatrine 16 v. Colon, Vancouver naar
Rotterdam.
Meerkerk 13 v. Hongkong, Japan naar Rot
terdam.
Orestes 14 v. Cristobal n. Buenaventura,
Palembang 14, 21 u. v. Genua, Rotterdam n,
Batavia.
Prins der Nederlanden, 15 te Amsterdam v.
Batavia.
Patria 15 6 a. te Marseillen, Batavia naar
Rotterdam.
Randfontein 15 v. Hamburg n. Amsterdam.
Slmaloer 14 v. New York n. Java.
Slamat 15, 12 u. te Marseille, Rotterdam n.
Batavia.
Salawati 11 te Los Angeles v. Calcutta.
Streefkerk 15 v. Suez, Rotterdam n. Calcutta.
Tapanoeli 14 n.m. v. Colombo, Java naar New
York.
Tiberius 13 v. Kingston J. n. Sa.n Juan P. R,
Ulysses 13 v.. Corral n. Lebu.
Zeelandia 14, 15 u. van Lissabon, Buenos
Ayres naar Amsterdam.
"Waterland 15, 5 u. te Hamburg v. Amsterdam
FEUILLETON.
Het Huis op het Eiland
Naar het Engelsch van
ARCHIBALD ALARSHALL.
40)
(Nadruk verboden.)
Maar het liep anders. De man, die mij
bijna geworgd had, ging heen en de andere
begon tegen mij te praten. Eerst vertelde
hij mij dat ik niet bezeerd was en toen, dat
hij mij tien pond moest geven voor wat er
mot mij gebeurd was; ik moest er veTder
an aar niet meer over denken of spreken. En
hij gaf mU meteen het geld. „Ben je daar
tevreden mee?", vroeg hij toen en ik zei van
ja. „Nu", ging hij toen verder, „vandaag
over een jaar krijg je weer tien pond, ais je
doet wat ik zeg, maar je moet goed luisteren
naar wat ik je zeg": Ik zei, dat ik luisteren
zou, want ik had mijn positieven alweer
zoowat bij elkaar en toen ik eenmaal geld
geroken had, had ik wel zin in méér.
De man vroeg toen: „Je hebt zeker wei
eens gehoord van Sir Roderick Bertram?"
Ik zei weer van ja en toen hij weer: „Dat is
die mijn lieer, die daar staat. En in die kist
ligt het lijk van zijn vrouw, die in hot buiten
land gestorven is. Sir Roderick Bertram
brengt het lijk naar zijn huls. maar hij wil
niet dat iemand het weet. Dat is de reden.
(>-■ ':e! hier in het holst van den nacht
r .ni gebracht heeft. Daar steekt toch
niets verkeerds in. wel?" „Neen", zei ik. „maar
iemand, die Je geen stroo in don weg heeft
gelegd, het leven uit het lichaam te per
sen. daar steekt wel kwaad in!". „Daar heb je
schadevergoeding voor gehad" dat zei die
vent weer, begrijpt u „en je zed, dat je
tevreden was. Die meneer werd kwaad, toen
hij zag, dat iemand 'toekeek, die er niets
mee te maken had en terwijl hij dacht, dat
hij daar alleen was. Hij wilde je geen kwaad
doen". En ik weer „Nu, we zullen er dan
maar niet meer over praten", en de ander:
„Dat is best, ik zie, dat je een verstandige
kere! bent. Je schiet eT niets mee op, ais je
rondbazuint, wat je gezien hebt, want er is
niets onwettigs gebeurd en Jij zou moeten
vertellen wat je liier uitgespookt hebt. Maar
Sir Roderick wil er nu eenmaal niet over
gesproken hebben en als er niets uitlekt van
hetgeen hier plaats heeft gehad1, kun je naar
Wetstoncs komen en naar meneer Martin
vragen, dan zal ik je nog tien pond geven
en elk jaar op dezen datum tien pond, als
je de moeite er voor over hebt ze te komen
halen. Maar denk erom als je met een
sterveling spreekt over wat je vannacht ge
zien hebt, komen we het toch" te weten en
ben je je tien pond per Jaar kwijt. Dat zou
toch zonde zijn, nietwaar?", eindigde hij,
Ziet u, meneer, dat vond ik ook en dus be
loofde ik hem, dat ik nooit tegen iemand
mijn mond open zou doen. Toen ging hij
heen en ik bleet waar ik was; ik zag ze de
kist over het strand rijden en toen ik ze
in de duisternis niet meer kon zien, hooide
ik de zware voetstappen van de mannen op
den weg. die landinwaarts voert en ik luister
de tot ik niets meer hoorde dan de wind".
„En de boot?", vroeg Calthorp.
„De boot was direct weggeroeld en ik bleef
allf en op het strand achter.
„En het Jaar daarna, ging je toen naar
Wets tones?"
„Ja. En meneer Martin zei. dat sir Rode-
riek hem had opgedragen mij twintig pond
te geven in plaats van tien. want hij had
niet gedacht dat het geheim zóó goed bewaard
zou blijven. Maar nu er een Jaar v<oorbü ge
gaan was zonder dat iemand er van wist,
zou ik er geen berouw van hebben, als ik
ook verder mijn mond bleef houden.
„En je hebt er nooit met iemand over ge
sproken?"
.Met geen sterveling, meneer! En ieder jaar
trok ik mijn twintig pond zoo zeker alsof
het van de bank was".
„Waarom kreeg je twee keer vijf en twin
tig pond?"
„Wel. omdat ik er om vroeg. Ik vroeg
eigenlijk vijftig. Ik zei. dat mijn zwijgen
het waard was. Maar Martin zei van neen.
Hij vond dat als ik zooveel geld had. de men-
schen argwaan zouden krijgen en gaan vra
gen waar ik het vandaan had. En dat moest
natuurlijk niet. Hij wou hoogstens vijf en
twintig geven, maar dat gebeurde maar twee
maal. En ik was niet van plan mijn twintig
pond te verliezen door het onderste uit de
kan te willen hebben".
„Nu, je schijnt het geheim goed bewaard
te hebben", vond de advocaat. „Je weet zeker
niet waar Sir Roderick's vrouw begraven
is?"
„Neen, ik weet niets meer don ik u ver
teld heb",
„En als je op Wetstones kwam, heb je Sir
Roderick dan nooit gezien?"
„Neen, alleen meneer Martin. Hij kwam bij
mij in het portiershuisje, betaalde mij het
geld en dan ging ik weer heen".
„Ik dank je voor je inlichtingen, Bridden;
ik heb je niets njeer te vragen. Hier zijn je
vijf-en-twintig pond".
„En is dat allr.s wat ik krijg, meneer? Is
het nu verder uit?"
„Neen. nog niet heeiemaal. Jc zwijgt over
deze geschiedenis nog 'n poosje en als het
mij niet meer schelen kan of je je mond
houdt of niet, stuur ik nog vijf pond".
„Vijf pond is niet veel, meneer".
„Je schijnt een begeerig baasje te zijn,
meneer Bridden! Het mag dan in jouw oogen
niet veel zijn, het is in elk geval beter dan
niets en dat is wat je krijgt als je niet
zwijgt".
„Nu, ik heb vijf-en-twintig jaar mijn mond
gehouden ,ik denk dat ik het nog wel een
beetje langer kan vol houden. Wanneer krijg
ik de vijf pond?"
„Als ik ze je stuur. Geef mfj Je adres en
zet 'n teekentje op dit papier. Een kruisje is
goed. Het is een kwitantie voor het geld,
dat ik je gegeven heb".
Toen de heer T. Bridden dit niet zonder
merkbare inspanning verricht had. vertrok
hij haastig, vijf-en-twintig pond rijker dan
hij gekomen was en Calthorp kon ongestoord
nadenken over de merkwaardige onthullin
gen van den visscher. Het resultaat van zijn
overpeinzingen was een telegram naar Guy
in Parijs: „Belangrijk nieuws, kom dadelijk
over".
Guy liet er geen gras over groeien, toen
deze depêche hem bereikt had; nog dien
zelfden avond stak hij het Kanaal over en
den volgenden ochtend stond hij voor Cal
thorp.
„Wel, wat is het belangrijke nieuws, dat je
voor mij hebt?" vroeg hij in spanning.
„Gisteren was 't het feit, dat we de plaats
waar Lady Bertram begraven is, pp het spoor
zijn", klonk het raadselachtig.
„Wat kan 't mij schelen waar Lady Bertram
begraven is", viel Guy ongeduldig uit. „Ik wil
Martin te pakken krijgen".
„Nu, lk hoop dat dit je gelukken zal. Ik
ben hem op het spoor, maar dat nieuws da
teert pas van nadat ik mijn telegram ver
stuurde".
„Vertel op, kerel!" riep Guy buiten zichzelf
van opwinding.
„Luister. Ik. heb gisterenmiddag bericht
gekregen, dat Braithwaite Dinsdag in Liver
pool is aangekomen uit Amerika. Vandaag
ls het Donderdag; hy is daar in een hotel en
doet niets. Ik laat hem door twee mannen
in het oog houden".
„Waarom laat je hem in vredesnaam niet
arresteeren?"
„Omdat het zoo klaar als een klontje is,
dat hij in Liverpool op een of ander bericht
van Martin wacht. Waarom zou een man van
zijn slag anders in een hotel logeeren zonder
iets uit te voeren. We schaduwen hem, tot
hij er op uitgaat om een ontmoeting met
Martin te hebben. Dan snappen we ze alle
bei".
„Dus je veronderstelt, dat ze eindelijk aan
stalten gaan maken om den buit te verdee-
len?"
„Waarschijnlijk. Waarom zou Braithwaite,
die veilig en wel in Amerika zat, anders te
rugkomen en zijn hoofd in den muil van een
leeuw seken?"
„Ik hoop alleen maar, dat hij ons niet
weer ontsnapt", merkte Guy op.
„Hij zal niet veel kans hebben. De twee
detectives, die hem in het oog houden, zijn
handige jongens. Een derde let op de thuis
varende booten, voor het geval Martin ook
uit Amerika mocht komen. Maar ik denk,
dat die zich in Engeland verborgen houdt.
Je weet immers, dat hij in Londen gezien
is?"
>rEn hoe zit het nu met die andere ge
schiedenis?" vroeg Guy daarop.
,Dat zul je ook hooren". En Calthorp deed
hem daarop het verhaal van den visscher.
„Een eigenaardige historie", vond Guy. Wat
concludeer jij er uit?"
,Dat Lady Bertram ergens op het eiland
is begraven. Daaruit volgt, zou ik zeggen, dat
Sir Roderick bij haar is bijgezet".
„Maar we hebben o a ral gezocht en niets
gevonden dat als grafstede in aanmerking
kan komen".
(Wordt vervolgd.)