BJyLicht
BINNENLAND
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 17 OCTOBER 1931
MR. H. P. MARCHANT OVER DE
CRISIS.
Pleidooi tegen algemeene
loonsverlaging
GEVALLEN MOETEN INCIDENTEEL
BESCHOUWD WORDEN.
Een redacteur van het Persbureau Vaz
Dias te Amsterdam heeft dezer dagen een
onderhoud gehad met Mr. H. P. Marchant,
lid der Tweede Kamer en wethouder van
's-Gravenhage.
Gevraagd naar de mogelijkheid om door
het uitvoeren van groote werken de werk
loosheid te beperken, antwoordde Mr. Mar
chant, dat het ondernemen van belang
rijke werken natuurlijk de werkloosheid ver
mindert. Wij laden daardoor echter nieuwe
kapitaallasten op ons met alle moeilijkheden,
welke daaruit in de toekomst kunnen voort
komen. Daarmede moet rdus rekening ge
houden worden.
„Meent u, dat wij het risico voor verdere
leeningen met aflossingen en rentebetaling
nog op ons kunnen nemen?"
„De toestand is zeer onzeker en voorzich
tigheid is geboden. Men kan maar niet door
blijven gaan met leenen, vooral niet daar de
markt voor ons zoo beperkt geworden is. Wij
kunnen ln het buitenland eigenlijk alleen
nog maar in Parijs terecht, en dat zou na
tuurlijk alleen mogelijk zijn, Indien geen
voorwaarden van politieken aard aan de
lecning zouden worden verbonden. Maar on
danks deze moeilijkheden, geloof ik toch,
dat wij wel iets verder zouden kunnen gaan
dan de regeering op het oogenblik van plan
is.
'vvw*'"»"» De Zuiderzeewerken.
Het stopzetten van de Zuiderzeewerken
zou al zeer oneconomisch zijn. Men kan wel
zeggen, dat de waarde van den grond, zelfs
bij normale prijzen, de kosten niet meer kan
dekken, maar dit standpunt schijnt mij toch
onjuist. De beteekenis van Brabant en van
andere deelen van ons land hangt toch niet
uitsluitend af van de waarde van den grond,
doch in de eerste plaats van het bestaan,
dat de bevolking er kan vinden. Het be
lang gaat veel verder dan de waarde van den
grond. Men zou alleen tot stopzetting van de
Zuiderzeewerken kunnen besluiten, als men
van meening is, dat landbouw- en zuivel
producten hebben afgedaan. Maar als men
zich stelt op het standpunt, dat wij straks
te gronde zullen gaan, kan men niet re-
gecren".
Vervolgens vroegen wij den heer Marchant
nog naar zijn meening over de steunver-
leening aan industriëen om op deze wijze
de werkloosheid te verminderen.
Steun aan industrie.
„Deze steunverleening mag alleen van tij-
delijken aard zijn en daarbij zeer beperkt.
De betrokken industrie zal hebben te be
wijzen, dat zij inderdaad levenskrachtig is
en door den steun er bovenop zal komen.
Over loonsverlaging zei de heer Marchant:
„Er zijn verschillende collectieve contrac
ten. welke binnen eenigen tijd afloopen en
het is volkomen te begrijpen, dat de vak
beweging alles in het werk stelt om loons
verlaging te voorkomen. Evenzoo is het te
begrijpen en uit economisch oogpunt wellicht
niet onjuist, dat de werkgevers de loonen
naar beneden trachten te krijgen. Dit is
hun belang, niet alleen voor dit oogenblik,
maar ook "voor later, wanneer weer betere»
verhoudingen zullen zijn ontstaan. De onder
nemers kunnen dan een nieuwen aanloop tot
loosverhooglng afwachten. En daarom ge
loof ik, dat de ondernemers bij hun eisch
voor verlaging meer denken aan de toekomst
dan aan het heden.
Ik ben echter een absoluut tegenstander
van het streven naar loonsverlaging als mid
del om de industrie op de been te houden.
Men moet de zaak niet zoo algemeen be
zien. Is er een geval, dat een industrie dreigt
onder te gaan uit de bewezen oorzaak van
te hooge loonen dan is verlaging aange
wezen /Maar in dat geval zal men bij de
arbeiders dan ook geen halsstarrigheid aan
treffen. De menschen blijven heusch liever
aan het. werk tegen minder loon, dan dat
zij werkloozensteun krijgen. Het is echter
dwaasheid te beweren, dat een algemeene
loonsverlaging een algemeene industrieele
opleving ten gevolge zou hebben. De arbei
ders zijn werkelijk niet weigerachtig om ook
iets te doen: voorbeelden uit den laatsten
tijd wijzen duidelijk aan. dat in gevallen,
wanneer een industrie dreigt te gronde te
gaan tengevolge van het loonpeil er een
schikking getroffen kan worden. Wanneer
loonsverlaging genoodzaakt Is wijst zich dit
vanzelf aan: Onze Industrie kwijnt niet ten
gevolge van te hooge loonen. maar ten ge
volge van allerlei omstandigheden. Kijk eens
naar Philips.
De misère hier heeft met de loonen niets
te maken: Philips zit met groote credleten
die niet worden afgedaan, met onverkoop
bare voorraden wellicht; er zijn nog tal van
andere oorzaken".
Naar een laffer prijsniveau..
..Bent u ook van meening. dat wij op weg
zijn naar een blijvend lager niveau, zooals
dr. Colijn onlangs heeft betoogd?"
„Wij zijn op weg naar een blijvend lager
prijsniveau. En wanneer dit gepaard moet
gaan met verlaging van het loon. wordt dit
vanzelf aangewezen en nogmaals
dan blijken de arbeiders niet onhandelbaar.
Maar: in den stroom der ontwikkeling van
het sociale leven ontvangt het kapitaal een
voortdurend kleiner deel van het provenu en
de arbeiders een steeds grooter. En daar
moet rekening mede gehouden worden. Wan
neer de spannende veer der arbeidersorga
nisatie werd weggenomen zouden alle loonen
plotseling sterk dalen. Dat wanneer van
daag de loonen dalen morgen de industri
eele opleving begint is dwaasheid: elk ge
val moet afzonderlijk beoordeeld worden en
elke Industrie kan dit slechts voor haar zelf
uitmaken. Zou men werkelijk donken, dat
de leiders vap het N.V.V zoo dwaas waren
om te gelooven. dat de loonen in Holland
maar gehandhaafd konden blijven, wanneer
zij In Engeland. Frankrijk, Dultschland en
overal om ons been dalen? Natuurlijk niet,
dat weten zij zelf zeer goed. Maar verlaging
moot incidenteel blijven.
Ons vermogen vooruitgegaan.
Over onze gulden zei mr. Marchant. dat
deze niet alleen afhankelijk is van de be
grooting, hij is evenzeer afhankelijk van dc
betalingsbalans. Maar de begrooting is de
thermometer waarop dc wereld afleest, of
wij economisch huishouden. Wanneer wij
met een tekort werken, wordt de wereld
zenuwachtig omdat men dan den indruk
krijgt dat wij aan het poteverteren zijn.
Nu vrees ik, dat onze inkomstenraming op
de begrooting te hoog is geweest, hoewel
niemand het nog zeggen kan, want de pes
simistische voorspellingen van Colijn en de
Geer zijn vroeger ook niet uitgekomen. Maar
ik kan niet ontkennen, dat wij er thans
slechter voorstaan dan vroeger. Toch maak
ik mij niet ongerust, want onze vermogens
toestand na den oorlog Is inderdaad schit
terend in vergelijking met andere landen
tenminste. Er is wel meer afgelost dan nood
zakelijk was en heel wat buitengewone uit
gaven zijn uit den gewonen dienst betaald.
Als wij de cijfers van de toeneming der
schuld en de aflossing daarvan sinds den
oorlog vergelijken, bemerken wij, dat onze
vermogenstoestand belangrijk vooruitge
gaan is.
Bezuinigingen op Defensie.
Gevaar voor ons geld Is er dan ook zeker
niet. Wat de bezuinigingen betreft, daar zou
ik allereerst Defensie voor in aanmerking
willen brengen. Men mag nu over nationale
ontwapening denken zooals men wil, ieder
zal het er toch mee eens zijn. dat een
nieuwe oorlog binnen afzlenbaren tijd in
Europa niet te verwachten is. Waarom moet
er dan zooveel geld uitgegeven worden voor
het op peil houden van materiaal, dat toch
weer verouderd is als men het zou moeten
gebruiken.
Practischer dan het voornemen der sociaal
democraten om voor te stellen, de begrooting
met 25 pCt. te verminderen, zou het zijn, de
posten aan te wijzen waar bezuinigd kan
worden".
„Wij zouden gaarne nog uw meening
willen hooren over den toestand van onze
groote gemeenten".
„Ik kan alleen daar maar over oordeelen,
voor zoover het Den Haag betreft. Daar
hebben wij een goed bezoldigd, maar ook
uitstekend ambtenaarscorps en het is de
vraag of men dit tegen lagere bezoldiging
ook had kunnen krijgen. Den Haag wordt
wel eens als een soort „rlchard" beschouwd.
Niet geheel ten onrechte, want de millioenen
aan reserves van allerlei aard hebben wij als
het ware met watten omkleed en „veilig ge
steld". Het financieel beleid van Den Haag
is buitengewoon secuur en ik herhaal, wat
reeds in den Raad heb gezegd; De obli-
gatiën van Den Haag behoorden eigenlijk
hooger genoteerd te staan dan Nederland-
sche Werkelijke Schulden".
Goed onderwijs noodzakelijk.
Tenslotte voegde Mr. Marchant nog de
volgende opmerking aan het gesprek toe:
„Regeeren is alleen mogelijk wanneer men
van de veronderstelling uitgaat, dat na den
zorgelijken tijd een betere zal komen. Is men
van meening. dat toch alles verloren is. dan
komt men steeds tot verkeerde maatregelen.
Het komende geslacht zal een harden be-
staansstrijd hebben te voeren, heviger dan
het thans levende. Het zal groote moeite
kosten de maatschappij weer „op gang" te
krijgen, maar dan zal er ook een verbazende
behoefte bestaan aan goede werkkrachten.
Wij moeten daarom onzen laatsten cent uit
geven voor de opleiding der jeugd om het
opgroeiende geslacht in den striid van het
bestaan te sterken. Laten wij daarom het
onderwijs en de opleiding niet verknoeien.
DE TE ASSELT GEVONDEN URNEN.
Te Asselt zijn onlangs urnen gevonden die
ter determineering naar Leiden werden op
gezonden. Prof. Holwerda heeft geconsta
teerd. dat deze urnen zeer oud zijn en ver
moedelijk dateeren uit het tijdperk van 500
a 600 jaar vóór Chr.
MIJNONGELUK TE KERKRADE.
De mijnwerker Schuiten uit Kerkrade is in
de ondergrondsche werken van de Staats
mijn Wilhelmina onder afvallend gesteente
geraakt en gedood. De man was 43 jaar oud,
gehuwd en vader van een kind.
ER MOET BETER VERTAALD
WORDEN.
EEN COMITé VAN ACTIE OPGERICHT.
In het Handelsblad lezen wij, dat dezer
dagen te Amsterdam een bijeenkomst van
eenige letterkundigen is gehouden ter be
spreking van hetgeen mogelijk gedaan zou
kunnen worden om te komen tot een beteren
toestand op het gebied van de Nederland-
sche vertalingen van letterkundige werken.
De aandacht werd gevestigd od de nood
zaak van maatregelen, die in de toekomst
een eind zullen maken aan het verknoeien
van kunstwerken door onbevoegde vertalers.
Een voovloopig comité van actie is ge
vormd dat zich tot taak stelt, contact te
zoeken met alle dlsckundigen die zich hier
voor Interesseeren. Dit comité bestaat uit:
dr. J. W. Schotman, voorzitter, mej. M. A.
Pit, secretaresse, dr. J. Fransen, J. M. Meu-
lenhoff. M. J. Premsela, mevr. S. J. G. Prcm-
selaDen Boer, Marie VerhoevenSchmitz
en Constant van Wessem.
Besloten werd tot het houden van een ver
gadering op een nader te bepalen datum
(omstreeks Kerstmis) te Amsterdam, waar-
allen welkom zullen zijn, die deze zaak met
raad en daad willen bijstaan. Reeds thans
wordt belangstellenden verzocht van hun
instemming te doen blijken door toezending
van hun kaartje aan Mej, M. A. Pit, Jan van
Eyckstraat 2 II, Amsterdam.
GEEN ZUIDPOOLTOCHT VAN DE
„VOLENDAM".
Naar de Tel verneemt, zal de voorgenomen
tocht van de „Volendam" van de Holland
Amerika Lijn met toeristen naar de Zuidpool
wegens gebrek aan belangstelling, wegens
de slechte tijdsomstandigheden, niet door
gaan.
HARLINGEN WIT. NIET UITGESCHAKELD
WORDEN.
Hot bestuur der Vereeniging ter bevorde
ring van handel, schoepvaart on nijverheid te
Harlingen heeft aan den minister van Water
staat verzocht te bevorderen, dat de spoor
lijn over den afsluitdijk over Harlingen zal
worden geleid, en dat eveneens de nieuwe
weg voor het doorgaande autoverkeer over
Harlingen zal loopen.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel
Wilt U van uw huis
een thuis maken
Bezoekt dan steeds onze
Modelkamers en
Toonzalen.
Groote Houtstraat 62-65-67
Verwulft 9
Ged. Oude Gracht 75
Telefoon 12839 en 10657
COMPLETE MEUBILEERING
GBOOTE HOUT/TR. 67
VERLICHTING VAN BEWAAKTE
OVERWEGEN.
DE TOERISTENBONDEN VRAGEN
VERBETERING.
De A.N.W.B. en de K.N.A.C. hadden bij den
minister van Waterstaat een verzoekschrift
ingediend om bij duisternis de afsluitboo-
men der bewaakte spoor- en tramovergan
gen te voorzien van passende helder bran
dende lantaarns.
In antwoord hierop ontvingen de A.N.W.B.
en de K.N.A.C. thans van den minister van
waterstaat bericht, dat aan de bedoelde wijze
van kenbaar maken bij nacht va nde afslui
tingen het bezwaar is verbonden, dat de lam
pen door het schokken herhaaldelijk onklaar
geraken.
Echter wordt overwogen om de in aanmer
king komende openbare overwegen te voor
zien van in het oog loopend licht. Wegens
de aanzienlijke, daaruit voortvloeiende kosten
kan dit slechts worden toegepast daar. waar
de omvang van het wegverkeer en de plaatse
lijke omstandigheden zulks gewenscht ma
ken.
WEER EEN AUTO DOOR EEN
TREIN GEGREPEN.
UITZICHT OP DEN OVERWEG GOED.
Vrijdagmiddag omstreeks 1.30 werd de auto
van den manufacturenhandelaar Lutjens
uit Roermond op den onbewaakten overweg
aan de Kapel tusschen Belfeld en Tegelen
door Personentrein no. 1730 gegrepen, meldt
de Tel. De auto werd door de machine opge
nomen en 150 meter meegesleurd. De auto
werd totaal vernield. De bestuurder is in
zeer emstigen toestand door het treinperso
neel opgenomen en met denzei fden trein
naar net station Tegelen vevoerd, om van
daaruit naar het ziekenhuis te Tegelen te
worden overgebracht. Het uitzicht ter plaatse
is goed.
EEN NOORSCHE ZEEMAN
AANGEVALLEN.
DADER NA LANG ZOEKEN GEVONDEN.
Woensdagochtend werd op den hoek van
de Wijde Nieuwsteeg en de Herderstraat te
Rotterdam een Noorschen zeeman in bewus-
:pgeloopen.De dader was niet te vinden, doch
een voorwerp op het hoofd geslagen te zijn.
waarbij hij een schedelbasisfract.uur had
opgelopen. De dader was niet te vinden, doch
thans aangehouden. Het is een 44 jarige
zeeman, die verblijf houdt in een logement
ln de binnenstad.
Bij een verhoor heeft hij bekend den
Noor een duw gegeven te hebben. Deze laat
ste had hem den geheelen ochtend door al
lastig gevallen met verzoeken om geld. Ten
slotte had hij den man een kwartje gegeven,
maar ook dat hielp niet. want toen de Noor
het geld in drank had omgezet, was hij
weer bij hem gekomen.
Het was den man toen gaan vervelen, en
hij had den Noor van zich afgeduwd, met
het bekende noodlottige gevolg.
De Noor ls nog niet tot bewustzijn ge
komen.
De dader is in bewaring gesteld.
DS. FABER KOMT IN DE
KAMER.
AFTREDEN ALS PREDIKANT.
Naar Het Volk verneemt, heeft ds. Faber,
thans predikant te Zutphen, besloten den
zetel, waarvoor hij door het Centraal Stem
bureau als opvolger van den heer Kleere-
koper in de Tweede Kamer was aangewezen,
te aanvaarden.
Volgens de reglementen der Ned. Her
vormde Kerk zal ds. Faber als gevolg van
zijn beslissing het predikambt moeten neer
leggen.
Met ds. Faber doet een der vurigste aan
hangers van de Kerk- en Vrede-beweging
zijn intrede in de volksvertegenwoordiging.
VREDESCONGRES VAN DE CHR.
VROUWEN.
Woensdag 25 November zal in het Koloni
aal Instituut te Amsterdam, naar de N.R.C.
meldt een eendaagsch congres worden ge
houden vanwege het Chr. comité voor vrou-
wen-vredesacti'e. zulks ter ondersteuning van
het welslagen der internationale ontwape
ningsconferentie. Het congres zal worden
gehouden met medewerking van de Federatie
van Christ. Meisjesvereeniglngen.
In de middagvergadering zal o m. als spr.
optreden mej. mr. C. Frida Katz. lid van de
Tweede Kamer en van den Amsterdamschen
gemeenteraad. In de avondvergadering zal
als spreker optreden oud-minister prof. Mr.
V. H. Rutgers, hoogleeraar aan de Vrije Uni
versiteit, chef van de Ned. delegatie ter ont
wapeningsconferentie. Op het congres zal
een manifest worden vastgesteld en aange
nomen. waarin het vredesverlangen en de
wensch naar internationale ontwapening der
Christenvrouwen zal worden neergelegd.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel
TENTOONSTELLING VAN
SCHILDER IJ EN
DOOR W. A. KNIP EN S. t. d. SCHAAR
KUNSTZAAL REEK ER
WAGENWEG 102 - TEL. 14011
DAGELIJKS GEOPEND VAN 10 - 7.30
'S ZONDAGS VAN 2-4 UUR. TOEGANG VRIJ
TWEEDE KAMER.
16 October.
DE CRISIS.
De interpellataie-v. d. Tempel wordt
voortgezet, Be minister-president
aan het woord. Een nieuw wets
ontwerp op den invoer. Werkloos
heidsvoorzieningen. Socialisme en
crisis. Drie moties.
Vandaag is de interpellatie-van Dr. v. d.
Tempel over crisis en werkloosheid voortge
zet.
Na de algemeene inleiding, welke wij gis
teren memoreerden, heeft de minister-presi
dent op de vragen geantwoord, die Dr. v. d.
Tempel had gesteld en die wij gisteren in ex-
tenso hebben opgenomen.
Minister Ruys.
De minister deed deze beantwoording voor
afgaan door nog enkele opmerkingen over
crisis en socialisme. Onze lezers herinneren
zich nog wel, dat Dr. v. d. Tempel na zijn
betoog, dat het kapitalisme schuld der crisis
was. klaagde dat de leidende figuren van het
kapitalisme thans geen uitweg weten. De mi
nister-president heeft daarop geantwoord,
dat het socialisme een stelsel is, dus men
sehen werk en dat daaraan dus evenzoo goed.
waarschijnlijk meer. fouten zouden kleven
dan aan het kapitalisme, dat langzamerhand
gegroeid is. De heer v. d. Tempel had opge
merkt, dat de crisis van het kapitalisme nog
werd onderstreept door allerlei ongunstige in
vloeden: nationalisme, herstelbetalingen, pro
tectionisme. Zouden deze. zullen soortgelijke,
invloeden niet werken, wanneer het socialis
me eenmaal zou zijn ingevoerd? vroeg de
minister-president. Die er ook nadruk op leg
de, dat hij, dat de regeering. bereid is de uit
wassen van het kapitalisme te bestrijden.
Dit betoog is, nadat de premier zijn rede
van antwoord gehouden had. nog eens. maar
dan breeder door den a.-r. Schouten, die be
hoorde tot de „tusschenkomende" leden en
een uitmunted spreker is. behandeld.
De heer Schouten was 't- met den minister
eens, dat in ons land geen blijvende invloed
op de crisis kan worden uitgeoefend. En ook
dat in de crisis van het oogenblik verschillen
de factoren werken, elkaar in kracht ver
sterkend. Hij wilde daar, op het oogenblik, niet
dieper op ingaan. Een vruchtdragend debat
was z. i. alleen maar mogelijk na een deug
delijke schriftelijke voorbereiding, zooals bij
de algemeene beschouwingen op de Staatsbe-
grooting. Wilde de heer Schouten misschien
het gras niet wegmaaien voor de voeten van
Dr. Colijn?
Intusschen de heer Kortenhorst 'ook één
der tusschenkomers gisteren was wel gaan
zoeken naar crisis-oorzaken. Hij was 't na
tuurlik e: met Dr. v. d. Tempel, dat te-
o-nr)over een toeven om en productie.
ingekrompen consumptie met een sterk aan
banden gelegden internationalen handel,maar
daarnaast zag hij als groote crisis-factor de
ontwrichting van de internationale betalings
balans. Eerste plicht voor ons land ziet Dr.
Kortenhorst in het gezond houden van die
balans. Drie dingen oefenen daarop invloed.
Allereerst het inkrimpen van de uitgaven,
want leenen bij het buitenland is fnuikend.
Daarna het bevorderen van den export, en
tenslotte den invoer tot het hoognoodige be
perken.
Den invoer tot het hoog noodige beperken.
En wij zien het pond dalen, met het gevolg,
dat de Encolsehe invoer hier te lande toe
neemt. Is het in verband met dien aanslag op
ons economisch leven, dat de^ minister mede-
depling doen ging van een in de maak zijnd
wetsontwerp, 't welk verband houdt met de
vraagstukken, die in den allerlaatsten tijd met
betrekkir tot den invoer zijn gerezen. Wat
zal er in dat. ontworm staan?
Intusschen we keeren tot ons uitgangs
punt terug de heer Schouten heeft gesproken
over socialisme en crisis. Hij heeft breede be
schouwingen gewijd aan zijn zienswijze, dat
het socialisme niet anders bestaat dan op pa
pier. en dat steeds meer socialisten, hoe meer
zij met de werkelijkheid van het regeeren
kennis maken, de algemeene -theoretische
grondslagen van het socialisme loslaten O.m,
aldus de heer Schouten is er niemand,
die nog zegt. dat oorlog alleen een gevolg is
van het kapitalisme. Overigens ging de a r.
spreker in den breede na. dat het kapitalisme
niet een stelse' is. maar gegroeid is. Hij ge
loofde niet in de mogelijkheid van een door
socialisten tc brengen „Planwirtschaft". De
geschiedenis bewees het. Maar dit vooral was
zijn bezwaar, dat voor dergelijke regelen ln
het groot, slechts enkele leiders in aanmerking
kwamen met alle gevaren voor machtsmis
bruik uit machtsconcentratie, daarvan het
gevolg.
Voorts wees de heer Schouten op de nood
zakelijkheid van behoud van het financieels
evenwicht, omdat ons land anders den weg
van Engeland zou opgaan, bij well: betoog, ie
a.-r. spreker de s. cl a. p. waarschuwde voor
de rcvr'.i hioh hp
p. gepropageerd, thans de revolutionnaire
streving zelf gebruikend om de regeering te
waarschuwen.
Het wordt tijd, dat we tot de rede van
den minds ter terugkeer en. Want daarin zijn
enkele mededeelingen, die niet mogen worden
voorbijgezien.
De minister verzette zich tegen de klacht
van den interpeüant, dat hij een groot aan
tal maanden had doen voorbijgaan voor hij
zijn toezegging van de laatste interpellatie-
v. d. Tempel had gestand gedaan n.l. om een
commissie van advies in te stellen voor hei
schenken van export-credieten voor uitvoer
naar landen met meer dan gewoon risico.
Deze commissie is op 8 September ingesteld,
maar moest, wilde zü goed werken, deugde
lijk worden voorbereid.
De minister deelde in de tweede plaats
mede, dat onder de leiding der regeering
vertegenwoordigers van werknemers en werk
gewers bijeen zijn gekomen en zullen bij
eenkomen, om, door met elkaar te spreken,
te komen tot beter inzicht in de moeilijk
heden der bedrijven. De eerste bijeenkomst
heeft Maandag j-L plaats gehad, warbij de
minister een beroep op allen deed om met
vertrouwen in elkaar, de middelen te be
ramen tot het opvangen van de crisis. Na
tuurlijk zouden beide groepen niet zonder
meer, hun eigen zienswijzen kunnen laten
vallen, maar de bewindsman geloofde tcch,
dat, wanneer ernstig naar overeenstemming
en inzicht werd gezocht, veel'zou zijn te. be
reiken.
Bij de laatste ifiterpellat-ie-v. d. Tempel had
de minister-president duidelijk gezegd, dat de
regeering gaarne de leiding zou nemen tot
het samenbrengen van de groote belangheb
bende groepen, indien daartoe uit het be
drijfsleven de stemmen zich. tot de regeering
richten.
De minister zeide tot 7 October j.l. te heb
ben moeten wachten. Toen zijn 4 leden van
de commissie voor de werkverruiming bij hem
geweest. Direct daarop heeft een vergadering
plaats gehad. De komende vergaderingen
zullen staan onder de leiding van minister
Verschuur. Zonder beperking kunnen de
groepen overleggen. Onderzocht zal worden
welken invloed loonsverlaging heeft op het
concurreerend vermogen. De minister sprak
als zijn hartéli'jken wensch uit, dat loons
verlaging. anders dan strikt noodzakelijk zal
worden voorkomen. Het zou noodzakelijk kun
nen zijn, om ons concurreerend vermogen.
Want het houden van de arbeidsvoorwaar
den op hoog peil, zou onderneming na on
derneming doen stopzetten. Het bedrijfsbe
lang aldus de premier is een eveo^
groot belang als het loon vraagstuk.
De heer Kortenhorst heeft een soortgelijk
betoog gehouden. Hij zeide, dat loonsverlaging
niet ais"doel behoeft te worden gezocht, maar
dat loonsverlaging noodzakelijk en onver
mijdelijk zou blijken. Waardoor tenslotte,
omdat de kostprijs zou dalen, ook het loon
niet zooveel zou inboeten we maken (zei
Dr. Kortenhorst) een waardecrisis door.
Niet dan in geval van noodzakelijkheid
mogen de loonen naar beneden. Dr. Korten
horst maande den werknemers tot groote
voorzichtigheid. Onvruchtbare arbeidscon
flicten doen meer schade dan goed.
Van een industriebank verwacht de pre
mier niets op het oogenblik. Zulk een bank
zou niet kunnen werken, nu alles zoo door
eikaar geschud wordt op financieel gebied.
Tot het deen aanhangig maken van het
vraagstuk der wettelijke regeling van de
40-urige werkweek bij het Internationaal Ar
beidsbureau gaat de regeering ln geenen
deele over. Zij juicht het toe, wanneer fabrie
ken, ten einde de werklieden niet te ont
slaan hen minder uren per week doen werken
wegens gebrek aan voldoenden arbeid, maar
dit neemt niet weg, dat een wettelijke regeling
een wettelijken dwang naar het inzicht der
regeering het bedrijfsleven ernstig zou ver
storen :het heeft toch al weinig nooddg om
te verongelukken. Invoeren van een 40-urige
arbeidsweek zou tot oneer schade aan.
den afzet de prijsY-erhooging ook in de hand:
werken.
Voor werkverruiming wil de regeering al
les doen. Meer werk verschaffen is niet
mogelijk als gevolg van den berooiden toe
stand van de schatkist. De heer Hiemstra
was 't daarmede niet eens: hij wil gelden
beschikbaar stellen voor onderscheidene in-
polderingswerken.
De werkloozenkassen zullen het spreekt
vanzelf in 1932 een moeilijk jaar door
maken. Het is duidelijk, dat het vermogen
der kassen zoo is geslonken, dat de regle
mentaire uitkeeringen niet verzekerd zijn.
Daarom is de regeering bereid, ook voor '32
extra-steur» te verleen&n aan de kassen,
teneinde het mogelijk te maken ook in dat
jaar. gedurende den regiementairen uitkee-
ringsduur een uitkeering te verstrekken.
Maar alleen dan, wanneer het overwegend
deel der leden werkzaam zijn in bedrijfs
takken, waarin crisiswerkloosheid lieerscht.
Evenmin wanneer in die bedrijven een zoo
danig peil van loon gehandhaafd blijft, dat
de kassen zelf uit de bijdragen der leden
kunnen worden gevuld. Hulp wil de regee
ring geven tot een maximum van 300 pet.
van de bijdragen der leden, met het recht
der kassen om de reserve van een bepaald
gedeelte te handhaven.
De minister wil overleg plegen ten einde
de gemeenten extra hulp te doen toeko
men voor het verstrekken van brandstof en
wintergoed in den komenden winter. De
minister wilde hier nog eens wijzen op de
noodzakelijkheid dat deze zorg bij de ge
meenten thuis hoort.
De regeering is allerminst bereid bij de
steunregeling uit te gaan van een uitkeering
van f 15.— in plaats van f 13.50 p. w. voor
een gehuwd werklooze zonder kinderen. De
minister waarschuwde, wijzende op Duitseh-
land en Engeland. Waarschuwde voor in
flatie. In Duitsch'and heeft Stegerwald ge
zegd, geen inflatie te willen. En de soc. dem.
helpen door Bruening. MacDonald kwam in
de knel, mee door de verhoogde werkloos-
heidsuitkeeringen.
De minister was zeer ernstig.
Ten slotte: Dr. Kortenhorst huldigde het
initiatief van Prinses Juliana tot het vormen
van een comité, hetwelk de nooddruftigen
moet steunen. Zou daarbij zoo vroeg hij
op de een af andere wijze niet gekomen kun
nen worden tot het georganiseerd in de
groote steden brengen van onverkoopbare
producten, die vernietigd worden.
En ten allerlaatste: ook de heer Braat
heeft over de crisis zijn licht laten schijnen.
Dinsdag komen nog meer sprekers: een
heel rijtje!
De heer v. d Tempel
was met 's ministers ant
woord niet ingenomen.
Het bleek uit zijn repliek
Vooral op drie punten.
De heer v. d Tempel
heeft zijn repliek dan
ook geëindigd met drie
moties.
Eén: „De Kamer noo-
digt de regeering uit te
bevorderen, dat de werk-
loozenuitkeerineen wor
den herzien, zóó dat a's
grondslag zal gelden een
uitkeering van f 15 in
plaats van f 13-50 voor
gehuwden zonder kinderen en dat onder
groepen van arbeiders, thans nog niet onder
de crisregeling vallende, daartoe zullen wor
den toegelaten."
Twee: „De Kamer noodigt de regeering uit
maatregelen te treffen, waardoor de werk-
loozenkassen in staat gesteld worden de re
glementaire uitkeeringen met 6 weken te
verlengen en daaronder alle kassen te doen
vallen, die daarop blijken prijs te stellen."
Drie: „De Kamer noodigt de regeering uit,
het vraagstuk van de wettelijke regeling
eener 40-urige arbeidsweek bij het Interna
tionale arbeidsbureau aanhangig te maken."
INTIMUS.
Dr. J. v. d. Tempel
(S. D. A. P.)