By Hasse Z DE AMBACHTEN IN DEN LOOP DER EEUWEN. Biographieën in een notedop. HET EINDE VAN DE R 100. Een reeks interessante- vergelijkingen tasschen verleden en heden VI. De smid. Ook in het smidsvak heeft de machine in den loop der jaren een groote omwenteling gebracht. Nu in alle steden en vrijwel ook in alle dorpen electriciteit te verkrijgen is, maakt elke smid gebruik van de machines, die het menschelijk vernuft uitgedacht heb ben om hem de bewerking van het ijzer te vergemakkelijken. De smidse in den gildentijd. Dit is weer een teekening van den oud- Hollandschen kunstenaar Luiken, die het volgende versje er bij schreef: Het ijzer, gants doorgloeid met vuur, Is nu bewerkzaam van natuur; Dan is het tijd van fatsoeneeren: t Mens, bewerk zo uw gemoed. Ter goeder tijd van 's levens gloed, Dat u geen naberouw turbeere. Zoo zag voor enkele jaren menige dorps smederij er uit. De ex-kroonprins van Duitschland. die tijdens zijn ballingschap op Wieringen zijn tijd doodde door het smeden van hoefijzers, zou zich in zoo'n omgeving ongetwijfeld op zijn gemak voelen! Tot het gilde der smeden het St. Eloys- gild, genoemd naar den patroon St Eloys behoorden alle vaklieden die zich bezighiel den met het bewerken van ijzer, staal en koper. Dat was in den tijd dat het handwerk in eere was, een groot aantal, want veel werd van ijzer gemaakt. Allereerst veel landbouwwerktuigen, dan de banden voor de voertuigen, de hoeven dei- paarden, geweren, zwaarden, hellebaarden, harnassen, voorts vele artikelen voor huise lijk gebruik, onderdeelen van huizen, zooals ankers, sloten, enz. Daarbij moet bedacht worden, dat er in den oiiden tijd veel meer arbeid aan verbon den was. Eenige voorbeelden willen wij ter illustratie noemen. Nu zijn er machines die onder toezicht van een meisje of jongen, per dag honderdduizenden spelden en naalden maken. De machines werken als automaten. Aan den eenen kant gaan er stukken metaal en rollen papier in en aan den anderen kant vallen de brieven spelden of pakkend aalden er uit, gereed voor de verzending. In den gildetijd waren er speciale spelden- en naal- denmakers, die misschien in een jaar nog niet zooveel produceerden als een machine nu in een uur. Geen wonder, dat onze voor ouders heel wat zuiniger op spelden en naal den waren dan wij! De werklieden op de moderne wapenfa brieken leveren per dag, met de hulp van machines, ook heel wat meer af dan de zwaardveeger op het oude plaatje afgebeeld. Als dit oude langzame tempo bewaard geble ven was. zou er van een grooten oorlog nooit sprake geweest zijn. ook al zouden er ontel bare van die miniatuur-Hembrugjes zijn ge weest! Een kijkje in moderne smederij. Het smeden-gild had de meester proef ver plichtend gesteld, terwijl de proefwerken nauwkeurig omschreven waren. Grofsmeden waren in 1530 verplicht te maken „eenen voorhamer met een schot- spyekergat, ende eenen seven-duym gemaakt onder drie hamers". De proeveling (de gezel die het proefwerk voor meester maakte) was verplicht bij dit examen zelf een knecht te huren om hem bij het werk te helpen. Ook moest de proeveling aan de proef- meesters een vergoeding geven voor hun tijdverlies. Dit is wel te begrijpen, want meestal fungeerden als proefmeester eenige bekwame bestuursleden van het gilde, die dan hun eigen werk in den steek moesten later.. Soms was het ook noodig. dat een der proef meesters voor de proef zijn smederij afstond. In de weken dat de gezel geëxami neerd was. stond het bedrijf dus vrijwel stil. De zwaardveegers en de roermakers waren ook in het gild der smeden ingelijfd. De meesterproef voor deze gildebroeders werd in 1662* verzwaard omdat men rekening moest houden met de grootere weelde die zich in dien tijd openbaarde. Bij de bonte kleed ij en opschik paste niet langer een een voudig zijdgeweer. Men verlangde het toen „versilvert op snee, vergult geciseleert en met silver ingeslagen" Hot was daarom noodig, dat de zwaardveeger ook in die schoone kun sten bedreven was. De messenmakers uit den gildetijd moch ten op de messen die zij maakten hun eigen merk zetten. Omdat er aanvankelijk ge knoeid werd met die merken, waardoor een oneerlijke concurrentie ontstond, „omdat sommige baatzuchtige menschen zich niet. ontzagen om een anders merk te gebruiken", werd in het laatst dar 17e eeuw bepaald dat de merken op de gildekamer gedeponeerd moesten worden, ingeslagen in een koperen plaat. Een eenmaal gekozen merk mocht nooit meer veranderd worden. Elke overtre ding van dit merken-systeem werd gestraft met een boete van 50 guldens,* wat voor dien tijd een zeer zware straf was. De Smedestraat is een van Haarlem's oude straten. De naam herinnert aan het smids en zwaardveegersbedrijf. Ter vergelijking met de smederij uit den gildetijd geven wij hier een kijkje in een moderne smederij, namelijk op de werf Con rad. Deze teekening laat duidelijk zien, dat de machines nu hoofdzaak zijn en de mensch bijzaak, hoewel natuurlijk die machines aan hem onderworpen zijn. Maar bediend door deze vaklieden, verrichten de machines won deren. Eén klap van een stoomhamer op het te verwerken ijzer, doet meer dan honderd klappen met de zwaarste voorslaanders-ha- mer. Verder zijn er machines die boren, ijzer knippen, enzoovoort-. Bovendien is het door die machines en de hulp van kranen moge lijk geworden om veel zwaardere stukken ijzer te verwerken. De zwaardveger. De toestand in de metaalindustrie is thans verre van rooskleurig. De fabrieken hebben te weinig orders, waardoor ook vele metaal bewerkers tot werkloosheid zijn gedwongen. Ook de Haarlemsche industrie lijdt daar onder. Het is te hopen, ook in het belang onzer stad, dat deze duistere wolken spoedig zullen overdrijven, want zij hebben reeds te lang hun sombere schaduwen geworr>en! C. J. vanT. KORALEN ZIJN KANNIBALEN. Velen hebben een min of meer verkeerde voorstelling van koralen. Wij spreken over koraalrotsen en stellen ons die voor als fraaie rotsen met schitterende kleuren. Maar zij moeten zich voeden, en daarom kunnen we hen meer als kannibalen beschouwen dan alleen als dingen van schoonheid. Koralen-zijn zeeanemonen die kalkskelet- ten van grooten omvang vormen. Dr. C. M. Yonge, een deskundige en onderzoeker zegt: „Ten spijt van hun prachtig uiterlijk zijn het vleeschetende dieren. En als een klein zeediertje er te dicht bij komt. beteekent dat onmiddellijke dood". Tit Bits). Het lichaam bezit den vorm van een holle cilindex-. Aan de eene zijde bevinden zich vangarmen, waarin, in vergiftig vocht, een fijne veer ligt. Zoodra iets dierlijks in de nabijheid en daarmee in aanraking komt. springt die veer als een lange draad met kaakjes uit en veroorzaakt onmiddellijke ver lamming. Het vergif is sterk, zoodat als de hoeveelheid groot genoeg was. het een oli fant zou kunnen dooden. schrijft dr. Yonge. Is de prooi verlamd, dan wordt hij aan de vangarmen vastgekleefd, en vervolgens verder naar den mond gevoerd, Deze opent zich wijd tot het een gapend gat wordt, om ringd door vangarmeix. De koralen moeten ook ademen en dit doen zij door het lichaamsoppervlak heen, daar de weefsels zoo dun zijn. Speciale or ganen. zooals kieuwen hebben zij niet. Maar desondanks ontrekken zij zuurstof aan het water." HET ORIGINEEL VOOR DE KOPIE. Men kent de bewonderenswaardige land schappen van Adriaan van de Velde in de musea te Amsterdam en Rotterdam. Bij een wandeling in de omstreken der stad Antwerpen zag tie schilder op zekeren dag een landhuis, dat, omgeven van water, bosch en bosschages, een betooverend schouwspel bood. Dit huis was kort geleden door een rijken Engelschman. Lord Clarendon, ge kocht. Van de Velde besloot het te schilde ren. en toen het doek gereed was, zond hij het naar Londen om daar in de veiling ge bracht te worden. Lord Clarendon, die toevallig bij de ver- kooping aanwezig was. herkende zijn huis. Hij deed boden van 300 gulden af. maar tel kens viel een hooger bod. Toen riep de lord. die 't schilderij tot eiken prijs wilde hebben: „Ik geef het origineele voor deze kopie!" MeiT verwonderde zich, men fluisterde e- van de Velde riep den kooplustigen heer toe: ..Bent u een deskundige, meneer, om op deze wijze te spreken?" „Ik herhaal", zeide Lord Clarendon, „ik geeft het origineel voor de kopie". „Mvlord. wees voorzichtig. U vergist zich'" ..Ik weet, dat Adriaan van de Velde d:- schepper van dit schilderij is. En voor de derde maal bied ik het origineel voor de kopie". Ditmaal begreep de schilder. Terstond werd het doek uit de veiling genomen en men ging naar een notaris om het ruilcontract te onderteekenen. r'-/.e wijze kwam Adriaan van de Velde in het bezit van zijn huis. PROF. BOLLAND. 1857—1922 Nu wij vorige week Hegel herdacht heb ben bij zijn honderdsten sterfdag willen wij thans een korte biographie geven van zijn grooten volgeling en vex-brcider van zijn leer, professor G. J- P. J. Bolland. Bolland is na Spinoza de grootste Nederlandsche denker. Van geboorte is Gerardus Johannes Pe trus Joseph us Bolland katholiek. Hij zag te Groningen op 9 Juni 1857 het levens1icht en nadat zijn vader vroeg overleden was, gaf zijn moeder hem een katholieke opvoeding Hij verliet dit geloof echter naderhand, om zelfs later in heftige disputen met den ka tholieken staatsman dr. Schaepman te ge raken over den Petrusfiguur in den Bijbel. Hij was van eenvoudige afkomst en begon als gewoon onderwijzer aan een lagere school in zijn geboorteplaats, die hij later verwisselde met Katwijk. Geheel door zelf studie en zelfhulp wist hij zich het volgen van de colleges in het Engelsch te Jena mogelijk te maken, hij verwierf het diploma M. O. en dit opende hem den weg naar In- die. waar hij aan het gymnasium Willem III te Batavia leeraar werd. Verder studee- rend maakte hij zich autodidactisch een groote kennis eigen van de meest uiteen- loopende wetenschappen en van een ant- zeggelijk aantal talen, zoowel de oude klas sieke talen als vele Oostersche en moderne. Hij bestudeerde een literatuur van formida- belen omvang. Oud- en Nieuw-Testamenti- sche en middeleeuwsche, voorts theologie en natuurlijk wijsbegeei-te, dat zijn hoofd vak werd. Hij sloot zich aan bij Von Hart man, maar overdacht ook tal van andere stelsels. Geen van alle schonk hem bevredi ging, tot. hij bij Hegel bleef sti'staan en weldra volbloed Hegeliaaxr werd. Hij meen de de waarheid thans gevonden te hebben, en heeft het stelsel ook nimmer verlaten, doch verbreid en onderwezen, uitgelegd en toegepast onder een ruimen kring van hoorders. Bol1 and was anders dan zijn leermeester Hegel, iemand van groote welsprekendheid, die bovendien, zeer nauwkeurig was in zijn taal., voor het zuiver Nederlandsch streed en een zeer beeldend proza sefhreef. Zijn hoogleeraarsbenoeming kwam in 1896 af, hij werd de opvolger van Land aan de Leidsche Universiteit: vooral door toedoen van zijn ouden beschermer prof. Cosijn en van mr. S. van Houten, die toen minister was. Hoezeer hij zijn gehoor wist te bezielen, toch bevredigde hem de Leidsche omgeving niet. de atmosfeer was hem te klein in een stad. waar hij hee! wat feilen tegenstand ont moette en hij trok ook naar andere steden. Amsterdam. Utrecht, Delft, Haarlem. Den Haag. Rotterdam. Groningen. Nijmegen. Tot kort voor zijn dood is hij wekelijks lessen blijven geven in Leiden, Amsterdam, Rotter dam exx Den Haag. Bolland werkte zeer hard en lang. in zijn discussies spreidde hij een enorm uit gebreide kennis ten toon. hij was fel en krachtig in 't dispuut en vond even heftige bestrijding, die naar veler meening dikwijls over de schreef ging. Werken van Hegel heeft hij opnieuw uit gegeven en van kantteekeningen voorzien. Zijn eigen groote werk is ,.De Zuivere rede", daarbij publiceerde hij tal van kleinere boeken, en veel tijdschriftartikelen, meest opgenomen in de Nieuwe Gids en Het Twee- maandelijksch tijdschrift. ..De Zuivere Rede" is verschenen in 1904. Stenografisch opgenomen verslagen van zijn colleges en cursussen zijn eveneens als stu diemateriaal van waarden onder zijn leer lingen gekomexx. In 1904 werd prof. Bolland een Enge^h professoraat in Zuid-Afrika aangeboden, doch hoewel hij zich hier miskend gevoelde en financieel niet ruim beloond werd. terwijl het aanbod hem gunstige vooruitzichten opende, sloeg hij het af. omdat hij van hot volk, dat zijn rasgenootcn in Zuid-Afrika vertrapte, geen betrekking wenschte tc aan vaarden. Veel haat heeft BoPand tegen zich ver wekt door zijn verwerping van het Joden dom. Daarin en in het. Marxisme zag hij den ondergang van deze beschaving. Hij was politiek consei-vatief en een tegenstan der van de democratie. Zonder in breeden kring erkening gevon den te hebben stierf hij. nadat hij kort te voren het hoogleeraarsambt had neergelegd den llden Februari 1922 te Leiden, 65 jaar oud. Het is vooral ir. B. Wigersma te Haarlem, die de aandacht blijft vestigen op Bolland's vei-dienstcn den omvang van zijn talent ais denker en geleerde. BONT ZONDER GEWETENS BEZWAREN. „Je zou het niet drageh, als je wist hoe het verkregen was", is een opmerking, die dikwijls het genoegen der vrouw in nieuw bont ver knoeid heeft. Maar toch is het tegenwoordig mogelijk bont te dragen zonder gewetensoezwaren. Want de daarvoor gekweekte dieren worden op zachtzinnige wijze behandeld en lijden om zoo tc zeggti niets door de manier van sterven. En voor hen, die nóg bezwaren houden, zijn ex de imitatie-bont-fabrieken! (Een interview van onzen correspondent te Stockholm met den Zweedschen humoristi- schen schrijver, wiens werk ook onze lezers uit de rubriek H.D.-Vertellingen kennen.) Stockholm, 17 Nov. Sedert, een goeden dag van het jaar 1830 staat Hasse Zetterström ingeschreven in de registers van den burgerlijken stand van Stockholm. Eerst in die van een wijk op Sö- der, 't zuidelijke stadsdeel, daarna langen tijd in die van Ostermalm, tegenwoordig in die van Kungsholmen, waar hij in October evenals zoove'e andere schrijvers, journalis ten en artiesten, een zeer moderne flat aan 't Malarmeer betrok. Maar zijn eigenlijke domicilie heeft Hasse z. wie spreekt er nu van Hasse Zetter ström? al sedert zijn zeventiende jaar in Sankta Klara, Stockholm's Fleetstreet. Daar razen eiken nacht de rotatiepersen, daar wordt de Zweedsche politiek gemaakt, daar be uistert Hasse Z. het leven, Zijn kamer is. zooals al die redactiekamertjes hier in Klara wat donker, uitzicht door een groot, raam op een binnenplaats met vuilnisbakken en waschlljnen en hoogc muren, een blaadje met een koffieserviesjc in een hoek op den grond, veel dingen die allemaal een his torie hebben tegen dc wanden, op de boe kenkasten, op de formidabele rommelige schrijftafel. En Hassg Z. zit te vertellen, herinnert zich dan opeens, dat het. een interview geldt, en direct zakelijk: Ik ben Stockholmer, een jc'ngen van' SÖder- Op mijn dertiende jaar begon ik mijn eerste spotblad. Kurre, ge- di-ukt op een hectograaf-op-afbetaling. ver kocht voor drie öre per exemplaar onder de les en na een paar weken door den rector verboden, 'k Scheef stukjes voor de Figaro van Jörgen. ..de dictator van dit arme kleine land", die bijna een van zijn medewerkers overhoop schoot, toen deze eens na het spreekuur kopij terug kwam halen, en die een minister van oorlog een paar dagen huis arrest bezorgde, door aan de groote klok te hangen, dat de minister in groot-tenue, ge neraalsuniform, maar met een hoogen hoed op. door de stad had gewandeld. Ik werd lid van Publicistklubben de club van Stockholmsche schrijvers en journalisten hetgeen Papirius op deed xxierken. dat Klubben" een bewaarschool dreigde te wor den, ik maakte daar kennis met Hjalmar Branting, en kwam zoo terecht op de re dactie van de Söndags-Nisse. waar Valen tin toen redacteur van was. In '97 was dat. Vier jaar later ging Valentin er uit. werd ik hoofdredacteur gemaakt. En sedert dien kwam de Söndags-Nisse met alleen een on derbreking tijdens de eerste week van Augus tus 1914 elke week uit. In '24 kwam de Strix van Albert Engslröm er bij, met Engström en zijn teekeningen. We sturen hem drie'on derschriften per week. de teekeningen zijn altijd op tijd klaar, maar ik heb hem na 6 Januari '26 niet meer gezien. Groote stad, Stockholm. Dan zwijgt Hasse Z. Hij glimlacht, schar relt onder een paar teekeningen die pas gekomen zijn naar de cigaretten. Ik noem Grönköping, een stad. die. mèt zijn inwo ners allen Zweden beter bekend is dan Lin- of Non> of Jönköping, al Is het onmogelijk haar op een kaart van Zweden te vinden. Want Grönköping bestaat niet. al komt er elk jaar een boek over uit in duizenden exemplaren en al zijn er geregeld uitzendin gen van Grönköping-Radio. Hasse Z. vertelt verder. Ja, ik heb Grönkö ping gescha!pen, wanneer weet ik niet. Grönköping ligt overal, hier, in de groote stad, die toch heusch geeix wereldstad is, en in Zuid-Zweden, of waar u maar wilt. Het is immers een begrip geworden en Gi'önkö- ping is immers dè kleinstad, het stille stadje met zijn bekrompen zieltjes, zijn wereld schokkende gebeurtenisjes, zijn geweldige schandaaltjes0 Het gemeentelijk orgaan van Gi-önköping wordt door mij geredigeerd, maar ik kan het helaas niet zo'f meer vol schrijven, heb er geen tijd meer voor. Je kunt met Hasse Z. uren praten over Grönköping's Weekblad, waarin hij, fijn- geestig. zeer scherp soms. maar altijd glim lachend allerhande gebeurtenissen uit de Zweedsche politiek en het gewone leven op een prachtige wijze over den hekel haalt, en dat. met oud :ettertype op vullgroen pa pier gedrukt bij voorkeur kostelijke paro dieën geeft van de groote weekbladen met hun society-ieponagc on hun ..gegaran deerd historische" verhalen over misdaad en liefde. Ik probeer Hasse Z uit te hooren over zijn korte verhalen. Die heeft hij al van jongs- al geschreven, nooit geregeld, soms maan den lang niets, dan een paar dozijn in en kele weken. Als Je maar het idee hebt. de pointe, de rest komt vanzelf. In Bonniers uitgave van ..De verzamc de werken van Hasst Z." zijn al twaalf bundels verschenen met ver over de driehonderd verhalen, maar honderden andere zijn nooit vaker dan één keer gedrukt. Ze zijn het eerst vertaald in 't Duitsch, later in onze taal, ln 't Franseh, het. Italiaansch. De Duitsche vertaler werk te destijds zoo hard. dat op oen gegeven oogenblik een Berlijnsch b'ad in een artikel van anderhalve kolom tot do conclusie kwam, dat die Hasse Z. niet oen persoon, maar een groep jonge Zweedsche schrijvers was. Hasse Zteterström. Zijn kortste en tevens best-betaalde ver haal schreef Hasse Z. een Jaar of vljf-en- twintig geleden. Afonbladet had zijn zoo- veelstc eixquëte onder bekende Stockholmcrs op touw gezet on vroeg vete vooraanstaande personen uit de Zweedsche hoofdstad wat zij deden, toen zij voor de eerste maal verliefd waren. Ook Hasse Z. kwam aan dc beurt. Telefonisch contracteerde hij 25 kronen voor het verhaal. Een jochie van do zetterij kwam de copij halen. Hij kreeg een visite kaartje met alleen: „Ik kuste haar." Later heeft Hasse Z. het goed gemaakt, door bij het eeuwfeest van Aftonbladct een zen- uitvoerig artikel te schrijven. Daarin heeft, hij, de redacteur van het eenige spotblad van Zweden, betoogd, dat de Zweden geen gevoel voor humor hebben, niet eens weten wat humor Is. Ik neem dat gaarne aan. waar schijniijk is het wel zoo. Maar in alle geval heeft Zweden in Hasse z. zijn gi-ooten hu morist. Hij mag in vele zijner korte verha len een ..halve idioot" de qualificatie is van hem zelf lijken, in tal van andere, die juist niet te vertalen zijn. toont hij een man te zijn. die een zeer milden kijk heeft op de menschen on do dingen, die het kleine ziet in het groote, het verhevene in het lachwekkende. C. O. B. (Van onzen correspondent). Londen, 17 November. Het enorme luchtschip van Groot-Brit tan - nië, R 100. dat weinig meer dan twaalf maanden geleden nog het voorwerp was, waarop de epische beschrijvingskunst, van de sieraden der Engelsche pers zich richtte, is thans voor afbraak verkocht. Ainsi va la gloire du monde. Het ministerie voor Lucht vaart heeft een bod aanvaard van een Lon- densche firma van sloopers en kooplieden in oud metaal. De prijs, dien de firma er voor heeft gegeven, is niet onthuld. Dc ontreddering van dezen trotschcn lucht bodem zal plaats hebben Sn de loods te Car- dington. waar hij den Iaatsten tijd opgebor gen is gebleven. Dit sloopen moet een om zichtig werk worden. Het luchtmonster hangt cr in evenwicht. Indien men dit evenwicht zou verstoren door aan den eenen kant meer aan gewicht weg te breken dan aan don an deren kant zouden de gevolgen ernstig kun nen zijn voor de sloopers en voor het mate riaal, De sloopersfirma heeft dus wijs be dongen dat de menschen. die de R 100 heb ben helpen maken, ook zullen helpen haar te ontmantelen. Dat verschaft meteen drie maanden arbeid aan het personeel van de luchthaven van Cardington dat al grooten- deels werkloos was geworden. De afbraak is een groot karwei, want er is ten massa metaal in het schip, hoofdzakelijk aluminimum van de beste soort. De koopers weten nog niet precies wat zij met dit alumi nium zullen doen. Maar zij hopen dat veel er van zal worden aangewend voor de ver vaardiging van souvenirs van het schip, waar voor zeker vele koopers moeten worden ge vonden. Ook hopen zij vele tonnen alumi nium te terkoopen aan fabrikanten van keu kengerei en andere waren van aluminium. De herkomst van zulke waar of althans van haar grondstof moet vanzelf een levendige vraag scheppen. Een ei eten uit een eierdopje dat zoo niet in vorm dan toch in substantie door de lucht naar Canada en terug is ge gaan. kan de alledaagschheld én de sleur van een ontbijt verdrijven. En wie zou geen bloemkool willen eten, gekookt in een pan die in eon vroegere incarnatie van zinderen de hoogten op alle blocmkoolvelden van dit en het andere halfrond heeft neergekeken? De R 100 is nog geen twee Jaar geleden, ln December 1929. van stapel geloopen. Toen had zij aan material en arbeidsloon 450.000 pd.st. gekost. In 1930 maakte het schip met succes een reis naar Canada en terug. In het begin van dat jaar had het- bewezen het snelste luchtschip van de wereld te zijn door gedurende oen proefvlucht een gemiddelde vaart van 81 12 mijl per uur te halen Alles bij elkaar genomen, kosten van proefvluch ten. onderhoud, gages van bemanning. lfWt dc R 100 het land ten naastenbij 1.000.000 pd.st. gekost. Het is een groot bedrag; en aanvankelijk had de regeering liet voorne men er iets voor terug te krijgen in den vorm van resultaten van luchtvaartonderzoek, met het schip ondernomen. Muar dc bezui- niglngsnoodzaak verhoedde dat men verder ging dan het uitspreken van het voornemen, Integendeel werd dit spoedig gevolgd door het besluit R 100 van de hand te doen. Een paar maanden geleden werd bij geruchte vernomen dat de Vereenigdc Staten van Amerika het schip zouden koojxen. Daar is dus niets van gekomen. Sedert het verschrik kelijk ongeluk met de R J01. een locer. tra ger en zwaarder gevaarte, is de R 100 niet meer de lucht in geweest. Voor zoo ver de eamoagnc zal bewerken dat er minder goed in het land komt dat of even goed in het land zelf kan worden ge maakt of eenvoucig overbodig kan worden geacht, kan ze wellicht winicr kwaad. Maar zelfs dat Is nog problematiek. Want elke be perking van invoer vermindert het vermogen van buitenlanders Engelsehe exijorten te koopen.of hun schulden aan Engeland te betalen. Hoe meer men er over denk* hoe hachelijker men de maatregelen en de oro- paganda moet achten, die hier als elders worden aangewend om handelsbalansen „gunstig" te maken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 19