By Hasse Z
DE AMBACHTEN IN DEN LOOP DER EEUWEN.
Biographieën in een
notedop.
HET EINDE VAN DE R 100.
Een reeks interessante- vergelijkingen tasschen verleden en heden
VI.
De smid.
Ook in het smidsvak heeft de machine in
den loop der jaren een groote omwenteling
gebracht. Nu in alle steden en vrijwel ook in
alle dorpen electriciteit te verkrijgen is,
maakt elke smid gebruik van de machines,
die het menschelijk vernuft uitgedacht heb
ben om hem de bewerking van het ijzer te
vergemakkelijken.
De smidse in den gildentijd.
Dit is weer een teekening van den oud-
Hollandschen kunstenaar Luiken, die het
volgende versje er bij schreef:
Het ijzer, gants doorgloeid met vuur,
Is nu bewerkzaam van natuur;
Dan is het tijd van fatsoeneeren: t
Mens, bewerk zo uw gemoed.
Ter goeder tijd van 's levens gloed,
Dat u geen naberouw turbeere.
Zoo zag voor enkele jaren menige dorps
smederij er uit. De ex-kroonprins van
Duitschland. die tijdens zijn ballingschap op
Wieringen zijn tijd doodde door het smeden
van hoefijzers, zou zich in zoo'n omgeving
ongetwijfeld op zijn gemak voelen!
Tot het gilde der smeden het St. Eloys-
gild, genoemd naar den patroon St Eloys
behoorden alle vaklieden die zich bezighiel
den met het bewerken van ijzer, staal en
koper. Dat was in den tijd dat het handwerk
in eere was, een groot aantal, want veel werd
van ijzer gemaakt.
Allereerst veel landbouwwerktuigen, dan de
banden voor de voertuigen, de hoeven dei-
paarden, geweren, zwaarden, hellebaarden,
harnassen, voorts vele artikelen voor huise
lijk gebruik, onderdeelen van huizen, zooals
ankers, sloten, enz.
Daarbij moet bedacht worden, dat er in
den oiiden tijd veel meer arbeid aan verbon
den was. Eenige voorbeelden willen wij ter
illustratie noemen. Nu zijn er machines die
onder toezicht van een meisje of jongen, per
dag honderdduizenden spelden en naalden
maken. De machines werken als automaten.
Aan den eenen kant gaan er stukken metaal
en rollen papier in en aan den anderen kant
vallen de brieven spelden of pakkend aalden
er uit, gereed voor de verzending. In den
gildetijd waren er speciale spelden- en naal-
denmakers, die misschien in een jaar nog
niet zooveel produceerden als een machine
nu in een uur. Geen wonder, dat onze voor
ouders heel wat zuiniger op spelden en naal
den waren dan wij!
De werklieden op de moderne wapenfa
brieken leveren per dag, met de hulp van
machines, ook heel wat meer af dan de
zwaardveeger op het oude plaatje afgebeeld.
Als dit oude langzame tempo bewaard geble
ven was. zou er van een grooten oorlog nooit
sprake geweest zijn. ook al zouden er ontel
bare van die miniatuur-Hembrugjes zijn ge
weest!
Een kijkje in moderne smederij.
Het smeden-gild had de meester proef ver
plichtend gesteld, terwijl de proefwerken
nauwkeurig omschreven waren.
Grofsmeden waren in 1530 verplicht te
maken „eenen voorhamer met een schot-
spyekergat, ende eenen seven-duym gemaakt
onder drie hamers".
De proeveling (de gezel die het proefwerk
voor meester maakte) was verplicht bij dit
examen zelf een knecht te huren om hem
bij het werk te helpen.
Ook moest de proeveling aan de proef-
meesters een vergoeding geven voor hun
tijdverlies. Dit is wel te begrijpen, want
meestal fungeerden als proefmeester eenige
bekwame bestuursleden van het gilde, die
dan hun eigen werk in den steek moesten
later.. Soms was het ook noodig. dat een der
proef meesters voor de proef zijn smederij
afstond. In de weken dat de gezel geëxami
neerd was. stond het bedrijf dus vrijwel stil.
De zwaardveegers en de roermakers waren
ook in het gild der smeden ingelijfd. De
meesterproef voor deze gildebroeders werd
in 1662* verzwaard omdat men rekening
moest houden met de grootere weelde die
zich in dien tijd openbaarde. Bij de bonte
kleed ij en opschik paste niet langer een een
voudig zijdgeweer. Men verlangde het toen
„versilvert op snee, vergult geciseleert en met
silver ingeslagen" Hot was daarom noodig,
dat de zwaardveeger ook in die schoone kun
sten bedreven was.
De messenmakers uit den gildetijd moch
ten op de messen die zij maakten hun eigen
merk zetten. Omdat er aanvankelijk ge
knoeid werd met die merken, waardoor een
oneerlijke concurrentie ontstond, „omdat
sommige baatzuchtige menschen zich niet.
ontzagen om een anders merk te gebruiken",
werd in het laatst dar 17e eeuw bepaald dat
de merken op de gildekamer gedeponeerd
moesten worden, ingeslagen in een koperen
plaat. Een eenmaal gekozen merk mocht
nooit meer veranderd worden. Elke overtre
ding van dit merken-systeem werd gestraft
met een boete van 50 guldens,* wat voor dien
tijd een zeer zware straf was.
De Smedestraat is een van Haarlem's oude
straten. De naam herinnert aan het smids
en zwaardveegersbedrijf.
Ter vergelijking met de smederij uit den
gildetijd geven wij hier een kijkje in een
moderne smederij, namelijk op de werf Con
rad. Deze teekening laat duidelijk zien, dat
de machines nu hoofdzaak zijn en de mensch
bijzaak, hoewel natuurlijk die machines aan
hem onderworpen zijn. Maar bediend door
deze vaklieden, verrichten de machines won
deren. Eén klap van een stoomhamer op het
te verwerken ijzer, doet meer dan honderd
klappen met de zwaarste voorslaanders-ha-
mer. Verder zijn er machines die boren, ijzer
knippen, enzoovoort-. Bovendien is het door
die machines en de hulp van kranen moge
lijk geworden om veel zwaardere stukken
ijzer te verwerken.
De zwaardveger.
De toestand in de metaalindustrie is thans
verre van rooskleurig. De fabrieken hebben
te weinig orders, waardoor ook vele metaal
bewerkers tot werkloosheid zijn gedwongen.
Ook de Haarlemsche industrie lijdt daar
onder.
Het is te hopen, ook in het belang onzer
stad, dat deze duistere wolken spoedig zullen
overdrijven, want zij hebben reeds te lang
hun sombere schaduwen geworr>en!
C. J. vanT.
KORALEN ZIJN KANNIBALEN.
Velen hebben een min of meer verkeerde
voorstelling van koralen. Wij spreken over
koraalrotsen en stellen ons die voor als
fraaie rotsen met schitterende kleuren. Maar
zij moeten zich voeden, en daarom kunnen
we hen meer als kannibalen beschouwen dan
alleen als dingen van schoonheid.
Koralen-zijn zeeanemonen die kalkskelet-
ten van grooten omvang vormen. Dr. C. M.
Yonge, een deskundige en onderzoeker zegt:
„Ten spijt van hun prachtig uiterlijk zijn
het vleeschetende dieren. En als een klein
zeediertje er te dicht bij komt. beteekent
dat onmiddellijke dood". Tit Bits).
Het lichaam bezit den vorm van een holle
cilindex-. Aan de eene zijde bevinden zich
vangarmen, waarin, in vergiftig vocht, een
fijne veer ligt. Zoodra iets dierlijks in de
nabijheid en daarmee in aanraking komt.
springt die veer als een lange draad met
kaakjes uit en veroorzaakt onmiddellijke ver
lamming. Het vergif is sterk, zoodat als de
hoeveelheid groot genoeg was. het een oli
fant zou kunnen dooden. schrijft dr. Yonge.
Is de prooi verlamd, dan wordt hij aan
de vangarmen vastgekleefd, en vervolgens
verder naar den mond gevoerd, Deze opent
zich wijd tot het een gapend gat wordt, om
ringd door vangarmeix.
De koralen moeten ook ademen en dit
doen zij door het lichaamsoppervlak heen,
daar de weefsels zoo dun zijn. Speciale or
ganen. zooals kieuwen hebben zij niet. Maar
desondanks ontrekken zij zuurstof aan het
water."
HET ORIGINEEL VOOR DE
KOPIE.
Men kent de bewonderenswaardige land
schappen van Adriaan van de Velde in de
musea te Amsterdam en Rotterdam. Bij
een wandeling in de omstreken der stad
Antwerpen zag tie schilder op zekeren dag een
landhuis, dat, omgeven van water, bosch en
bosschages, een betooverend schouwspel
bood. Dit huis was kort geleden door een
rijken Engelschman. Lord Clarendon, ge
kocht. Van de Velde besloot het te schilde
ren. en toen het doek gereed was, zond hij
het naar Londen om daar in de veiling ge
bracht te worden.
Lord Clarendon, die toevallig bij de ver-
kooping aanwezig was. herkende zijn huis.
Hij deed boden van 300 gulden af. maar tel
kens viel een hooger bod. Toen riep de lord.
die 't schilderij tot eiken prijs wilde hebben:
„Ik geef het origineele voor deze kopie!"
MeiT verwonderde zich, men fluisterde e-
van de Velde riep den kooplustigen heer toe:
..Bent u een deskundige, meneer, om op deze
wijze te spreken?"
„Ik herhaal", zeide Lord Clarendon, „ik
geeft het origineel voor de kopie".
„Mvlord. wees voorzichtig. U vergist zich'"
..Ik weet, dat Adriaan van de Velde d:-
schepper van dit schilderij is. En voor de
derde maal bied ik het origineel voor de
kopie".
Ditmaal begreep de schilder. Terstond werd
het doek uit de veiling genomen en men
ging naar een notaris om het ruilcontract te
onderteekenen. r'-/.e wijze kwam Adriaan
van de Velde in het bezit van zijn huis.
PROF. BOLLAND.
1857—1922
Nu wij vorige week Hegel herdacht heb
ben bij zijn honderdsten sterfdag willen wij
thans een korte biographie geven van zijn
grooten volgeling en vex-brcider van zijn
leer, professor G. J- P. J. Bolland. Bolland is
na Spinoza de grootste Nederlandsche
denker.
Van geboorte is Gerardus Johannes Pe
trus Joseph us Bolland katholiek. Hij zag te
Groningen op 9 Juni 1857 het levens1icht en
nadat zijn vader vroeg overleden was, gaf
zijn moeder hem een katholieke opvoeding
Hij verliet dit geloof echter naderhand, om
zelfs later in heftige disputen met den ka
tholieken staatsman dr. Schaepman te ge
raken over den Petrusfiguur in den Bijbel.
Hij was van eenvoudige afkomst en begon
als gewoon onderwijzer aan een lagere
school in zijn geboorteplaats, die hij later
verwisselde met Katwijk. Geheel door zelf
studie en zelfhulp wist hij zich het volgen
van de colleges in het Engelsch te Jena
mogelijk te maken, hij verwierf het diploma
M. O. en dit opende hem den weg naar In-
die. waar hij aan het gymnasium Willem
III te Batavia leeraar werd. Verder studee-
rend maakte hij zich autodidactisch een
groote kennis eigen van de meest uiteen-
loopende wetenschappen en van een ant-
zeggelijk aantal talen, zoowel de oude klas
sieke talen als vele Oostersche en moderne.
Hij bestudeerde een literatuur van formida-
belen omvang. Oud- en Nieuw-Testamenti-
sche en middeleeuwsche, voorts theologie
en natuurlijk wijsbegeei-te, dat zijn hoofd
vak werd. Hij sloot zich aan bij Von Hart
man, maar overdacht ook tal van andere
stelsels. Geen van alle schonk hem bevredi
ging, tot. hij bij Hegel bleef sti'staan en
weldra volbloed Hegeliaaxr werd. Hij meen
de de waarheid thans gevonden te hebben,
en heeft het stelsel ook nimmer verlaten,
doch verbreid en onderwezen, uitgelegd en
toegepast onder een ruimen kring van
hoorders.
Bol1 and was anders dan zijn leermeester
Hegel, iemand van groote welsprekendheid,
die bovendien, zeer nauwkeurig was in zijn
taal., voor het zuiver Nederlandsch streed
en een zeer beeldend proza sefhreef.
Zijn hoogleeraarsbenoeming kwam in 1896
af, hij werd de opvolger van Land aan de
Leidsche Universiteit: vooral door toedoen
van zijn ouden beschermer prof. Cosijn en
van mr. S. van Houten, die toen minister
was.
Hoezeer hij zijn gehoor wist te bezielen,
toch bevredigde hem de Leidsche omgeving
niet. de atmosfeer was hem te klein in een
stad. waar hij hee! wat feilen tegenstand ont
moette en hij trok ook naar andere steden.
Amsterdam. Utrecht, Delft, Haarlem. Den
Haag. Rotterdam. Groningen. Nijmegen.
Tot kort voor zijn dood is hij wekelijks lessen
blijven geven in Leiden, Amsterdam, Rotter
dam exx Den Haag.
Bolland werkte zeer hard en lang. in
zijn discussies spreidde hij een enorm uit
gebreide kennis ten toon. hij was fel en
krachtig in 't dispuut en vond even heftige
bestrijding, die naar veler meening dikwijls
over de schreef ging.
Werken van Hegel heeft hij opnieuw uit
gegeven en van kantteekeningen voorzien.
Zijn eigen groote werk is ,.De Zuivere rede",
daarbij publiceerde hij tal van kleinere
boeken, en veel tijdschriftartikelen, meest
opgenomen in de Nieuwe Gids en Het Twee-
maandelijksch tijdschrift.
..De Zuivere Rede" is verschenen in 1904.
Stenografisch opgenomen verslagen van zijn
colleges en cursussen zijn eveneens als stu
diemateriaal van waarden onder zijn leer
lingen gekomexx.
In 1904 werd prof. Bolland een Enge^h
professoraat in Zuid-Afrika aangeboden,
doch hoewel hij zich hier miskend gevoelde
en financieel niet ruim beloond werd. terwijl
het aanbod hem gunstige vooruitzichten
opende, sloeg hij het af. omdat hij van hot
volk, dat zijn rasgenootcn in Zuid-Afrika
vertrapte, geen betrekking wenschte tc aan
vaarden.
Veel haat heeft BoPand tegen zich ver
wekt door zijn verwerping van het Joden
dom. Daarin en in het. Marxisme zag hij
den ondergang van deze beschaving. Hij
was politiek consei-vatief en een tegenstan
der van de democratie.
Zonder in breeden kring erkening gevon
den te hebben stierf hij. nadat hij kort te
voren het hoogleeraarsambt had neergelegd
den llden Februari 1922 te Leiden, 65 jaar
oud.
Het is vooral ir. B. Wigersma te Haarlem,
die de aandacht blijft vestigen op Bolland's
vei-dienstcn den omvang van zijn talent ais
denker en geleerde.
BONT ZONDER GEWETENS
BEZWAREN.
„Je zou het niet drageh, als je wist hoe het
verkregen was", is een opmerking, die dikwijls
het genoegen der vrouw in nieuw bont ver
knoeid heeft.
Maar toch is het tegenwoordig mogelijk
bont te dragen zonder gewetensoezwaren.
Want de daarvoor gekweekte dieren worden
op zachtzinnige wijze behandeld en lijden om
zoo tc zeggti niets door de manier van
sterven.
En voor hen, die nóg bezwaren houden, zijn
ex de imitatie-bont-fabrieken!
(Een interview van onzen correspondent te
Stockholm met den Zweedschen humoristi-
schen schrijver, wiens werk ook onze lezers
uit de rubriek H.D.-Vertellingen kennen.)
Stockholm, 17 Nov.
Sedert, een goeden dag van het jaar 1830
staat Hasse Zetterström ingeschreven in de
registers van den burgerlijken stand van
Stockholm. Eerst in die van een wijk op Sö-
der, 't zuidelijke stadsdeel, daarna langen
tijd in die van Ostermalm, tegenwoordig in
die van Kungsholmen, waar hij in October
evenals zoove'e andere schrijvers, journalis
ten en artiesten, een zeer moderne flat aan
't Malarmeer betrok.
Maar zijn eigenlijke domicilie heeft Hasse
z. wie spreekt er nu van Hasse Zetter
ström? al sedert zijn zeventiende jaar in
Sankta Klara, Stockholm's Fleetstreet. Daar
razen eiken nacht de rotatiepersen, daar
wordt de Zweedsche politiek gemaakt, daar
be uistert Hasse Z. het leven, Zijn kamer is.
zooals al die redactiekamertjes hier in Klara
wat donker, uitzicht door een groot, raam
op een binnenplaats met vuilnisbakken en
waschlljnen en hoogc muren, een blaadje
met een koffieserviesjc in een hoek op den
grond, veel dingen die allemaal een his
torie hebben tegen dc wanden, op de boe
kenkasten, op de formidabele rommelige
schrijftafel.
En Hassg Z. zit te vertellen, herinnert zich
dan opeens, dat het. een interview geldt, en
direct zakelijk: Ik ben Stockholmer, een
jc'ngen van' SÖder- Op mijn dertiende jaar
begon ik mijn eerste spotblad. Kurre, ge-
di-ukt op een hectograaf-op-afbetaling. ver
kocht voor drie öre per exemplaar onder de
les en na een paar weken door den rector
verboden, 'k Scheef stukjes voor de Figaro
van Jörgen. ..de dictator van dit arme kleine
land", die bijna een van zijn medewerkers
overhoop schoot, toen deze eens na het
spreekuur kopij terug kwam halen, en die
een minister van oorlog een paar dagen huis
arrest bezorgde, door aan de groote klok te
hangen, dat de minister in groot-tenue, ge
neraalsuniform, maar met een hoogen hoed
op. door de stad had gewandeld. Ik werd
lid van Publicistklubben de club van
Stockholmsche schrijvers en journalisten
hetgeen Papirius op deed xxierken. dat
Klubben" een bewaarschool dreigde te wor
den, ik maakte daar kennis met Hjalmar
Branting, en kwam zoo terecht op de re
dactie van de Söndags-Nisse. waar Valen
tin toen redacteur van was. In '97 was dat.
Vier jaar later ging Valentin er uit. werd ik
hoofdredacteur gemaakt. En sedert dien
kwam de Söndags-Nisse met alleen een on
derbreking tijdens de eerste week van Augus
tus 1914 elke week uit. In '24 kwam de Strix
van Albert Engslröm er bij, met Engström
en zijn teekeningen. We sturen hem drie'on
derschriften per week. de teekeningen zijn
altijd op tijd klaar, maar ik heb hem na 6
Januari '26 niet meer gezien. Groote stad,
Stockholm.
Dan zwijgt Hasse Z. Hij glimlacht, schar
relt onder een paar teekeningen die pas
gekomen zijn naar de cigaretten. Ik noem
Grönköping, een stad. die. mèt zijn inwo
ners allen Zweden beter bekend is dan Lin-
of Non> of Jönköping, al Is het onmogelijk
haar op een kaart van Zweden te vinden.
Want Grönköping bestaat niet. al komt er
elk jaar een boek over uit in duizenden
exemplaren en al zijn er geregeld uitzendin
gen van Grönköping-Radio.
Hasse Z. vertelt verder. Ja, ik heb Grönkö
ping gescha!pen, wanneer weet ik niet.
Grönköping ligt overal, hier, in de groote
stad, die toch heusch geeix wereldstad is, en
in Zuid-Zweden, of waar u maar wilt. Het
is immers een begrip geworden en Gi'önkö-
ping is immers dè kleinstad, het stille stadje
met zijn bekrompen zieltjes, zijn wereld
schokkende gebeurtenisjes, zijn geweldige
schandaaltjes0 Het gemeentelijk orgaan van
Gi-önköping wordt door mij geredigeerd,
maar ik kan het helaas niet zo'f meer vol
schrijven, heb er geen tijd meer voor.
Je kunt met Hasse Z. uren praten over
Grönköping's Weekblad, waarin hij, fijn-
geestig. zeer scherp soms. maar altijd glim
lachend allerhande gebeurtenissen uit de
Zweedsche politiek en het gewone leven op
een prachtige wijze over den hekel haalt,
en dat. met oud :ettertype op vullgroen pa
pier gedrukt bij voorkeur kostelijke paro
dieën geeft van de groote weekbladen met
hun society-ieponagc on hun ..gegaran
deerd historische" verhalen over misdaad
en liefde.
Ik probeer Hasse Z uit te hooren over zijn
korte verhalen. Die heeft hij al van jongs-
al geschreven, nooit geregeld, soms maan
den lang niets, dan een paar dozijn in en
kele weken. Als Je maar het idee hebt. de
pointe, de rest komt vanzelf. In Bonniers
uitgave van ..De verzamc de werken van
Hasst Z." zijn al twaalf bundels verschenen
met ver over de driehonderd verhalen, maar
honderden andere zijn nooit vaker dan één
keer gedrukt. Ze zijn het eerst vertaald in
't Duitsch, later in onze taal, ln 't Franseh,
het. Italiaansch. De Duitsche vertaler werk
te destijds zoo hard. dat op oen gegeven
oogenblik een Berlijnsch b'ad in een artikel
van anderhalve kolom tot do conclusie
kwam, dat die Hasse Z. niet oen persoon,
maar een groep jonge Zweedsche schrijvers
was.
Hasse Zteterström.
Zijn kortste en tevens best-betaalde ver
haal schreef Hasse Z. een Jaar of vljf-en-
twintig geleden. Afonbladet had zijn zoo-
veelstc eixquëte onder bekende Stockholmcrs
op touw gezet on vroeg vete vooraanstaande
personen uit de Zweedsche hoofdstad wat zij
deden, toen zij voor de eerste maal verliefd
waren. Ook Hasse Z. kwam aan dc beurt.
Telefonisch contracteerde hij 25 kronen
voor het verhaal. Een jochie van do zetterij
kwam de copij halen. Hij kreeg een visite
kaartje met alleen: „Ik kuste haar." Later
heeft Hasse Z. het goed gemaakt, door bij
het eeuwfeest van Aftonbladct een zen-
uitvoerig artikel te schrijven. Daarin heeft,
hij, de redacteur van het eenige spotblad
van Zweden, betoogd, dat de Zweden geen
gevoel voor humor hebben, niet eens weten
wat humor Is. Ik neem dat gaarne aan. waar
schijniijk is het wel zoo. Maar in alle geval
heeft Zweden in Hasse z. zijn gi-ooten hu
morist. Hij mag in vele zijner korte verha
len een ..halve idioot" de qualificatie is
van hem zelf lijken, in tal van andere,
die juist niet te vertalen zijn. toont hij een
man te zijn. die een zeer milden kijk heeft
op de menschen on do dingen, die het kleine
ziet in het groote, het verhevene in het
lachwekkende.
C. O. B.
(Van onzen correspondent).
Londen, 17 November.
Het enorme luchtschip van Groot-Brit tan -
nië, R 100. dat weinig meer dan twaalf
maanden geleden nog het voorwerp was,
waarop de epische beschrijvingskunst, van
de sieraden der Engelsche pers zich richtte,
is thans voor afbraak verkocht. Ainsi va la
gloire du monde. Het ministerie voor Lucht
vaart heeft een bod aanvaard van een Lon-
densche firma van sloopers en kooplieden in
oud metaal. De prijs, dien de firma er voor
heeft gegeven, is niet onthuld.
Dc ontreddering van dezen trotschcn lucht
bodem zal plaats hebben Sn de loods te Car-
dington. waar hij den Iaatsten tijd opgebor
gen is gebleven. Dit sloopen moet een om
zichtig werk worden. Het luchtmonster hangt
cr in evenwicht. Indien men dit evenwicht
zou verstoren door aan den eenen kant meer
aan gewicht weg te breken dan aan don an
deren kant zouden de gevolgen ernstig kun
nen zijn voor de sloopers en voor het mate
riaal, De sloopersfirma heeft dus wijs be
dongen dat de menschen. die de R 100 heb
ben helpen maken, ook zullen helpen haar te
ontmantelen. Dat verschaft meteen drie
maanden arbeid aan het personeel van de
luchthaven van Cardington dat al grooten-
deels werkloos was geworden.
De afbraak is een groot karwei, want er is
ten massa metaal in het schip, hoofdzakelijk
aluminimum van de beste soort. De koopers
weten nog niet precies wat zij met dit alumi
nium zullen doen. Maar zij hopen dat veel
er van zal worden aangewend voor de ver
vaardiging van souvenirs van het schip, waar
voor zeker vele koopers moeten worden ge
vonden. Ook hopen zij vele tonnen alumi
nium te terkoopen aan fabrikanten van keu
kengerei en andere waren van aluminium.
De herkomst van zulke waar of althans van
haar grondstof moet vanzelf een levendige
vraag scheppen. Een ei eten uit een eierdopje
dat zoo niet in vorm dan toch in substantie
door de lucht naar Canada en terug is ge
gaan. kan de alledaagschheld én de sleur van
een ontbijt verdrijven. En wie zou geen
bloemkool willen eten, gekookt in een pan
die in eon vroegere incarnatie van zinderen
de hoogten op alle blocmkoolvelden van dit
en het andere halfrond heeft neergekeken?
De R 100 is nog geen twee Jaar geleden, ln
December 1929. van stapel geloopen. Toen
had zij aan material en arbeidsloon 450.000
pd.st. gekost. In 1930 maakte het schip met
succes een reis naar Canada en terug. In het
begin van dat jaar had het- bewezen het
snelste luchtschip van de wereld te zijn door
gedurende oen proefvlucht een gemiddelde
vaart van 81 12 mijl per uur te halen Alles
bij elkaar genomen, kosten van proefvluch
ten. onderhoud, gages van bemanning. lfWt
dc R 100 het land ten naastenbij 1.000.000
pd.st. gekost. Het is een groot bedrag; en
aanvankelijk had de regeering liet voorne
men er iets voor terug te krijgen in den vorm
van resultaten van luchtvaartonderzoek,
met het schip ondernomen. Muar dc bezui-
niglngsnoodzaak verhoedde dat men verder
ging dan het uitspreken van het voornemen,
Integendeel werd dit spoedig gevolgd door
het besluit R 100 van de hand te doen. Een
paar maanden geleden werd bij geruchte
vernomen dat de Vereenigdc Staten van
Amerika het schip zouden koojxen. Daar is
dus niets van gekomen. Sedert het verschrik
kelijk ongeluk met de R J01. een locer. tra
ger en zwaarder gevaarte, is de R 100 niet
meer de lucht in geweest.
Voor zoo ver de eamoagnc zal bewerken
dat er minder goed in het land komt dat of
even goed in het land zelf kan worden ge
maakt of eenvoucig overbodig kan worden
geacht, kan ze wellicht winicr kwaad. Maar
zelfs dat Is nog problematiek. Want elke be
perking van invoer vermindert het vermogen
van buitenlanders Engelsehe exijorten te
koopen.of hun schulden aan Engeland te
betalen. Hoe meer men er over denk* hoe
hachelijker men de maatregelen en de oro-
paganda moet achten, die hier als elders
worden aangewend om handelsbalansen
„gunstig" te maken.