HET GEHEIM VAN HET
KONINGSGRAF
DE BEKENDE ORGANIST,
DE HEER J. A. DE ZWAAN.
Is op 70-jarigen leeftijd te
Den Haas: overleden.
INTERACADEMIALE HOCKEYWEDSTRIJDEN. Op Waalsdorp te den
Haag zijn Donderdag interacademiale hocky-wcdstrijdcn gehouden. Een aardig IN DE BERLIJNSCHE BUITENWIJKEN is een politiedienst ingesteld om schoolkinderen, op hun weg naar school, welke weg zeer verlaten
moment uit de ontmoeting. is, te vergezellen. De kinderen beschouwen dit echter als een pretje.
DE JAARLIJK-
SCHE VEETEN
TOONSTEL
LING, welke
Donderdag te
Eist gehouden is.
kon zich in druk
bezoek vooral
van veekooplie
den verheugen.
DE 6A.000ste INWONER te Hilversum Is dezer dagen op het stadhuis Ingeschreven. De heer
L. C. van Garderen met zijn dochtertje, dat reeds bij haar geboorte populariteit in Hilversum
heelt verworven.
DE KOK VAN EEN
ARTISTENPEN-
SION te Rotter
dam, heeft op zijn
costuum handtee-
kenlngen verza
meld van de diver
se gasten, die in het
pension gewoond
hebben.
DE VOLTOOIïNG NABIJ. - De nieuwe
groentenveiling aan den Fruitweg te den
Haag nadert haar voltooüng
HOE MEER DE PRESI
DENTSVERKIEZING IN
DUITSCHLAND NADERT,
les te heviger de propaganda
gevoerd wordt.
FEUILLETON
OORSPRONKELIJKE ROMAN
door
HERM. N. v. d. VOORT.
12)
Carew lachte. „Zooals u wilt., professor, ik
moet. u eerlijk bekennen, dat ik honger heb,
en het is zeer lang geleden dat ik de eer en
het genoegen had, van mevrouw Leroux's
kookkunst te mogen profiteeren".
„We hopen dat jelui gastronomische ma
gen tevreden gesteld zullen worden", lachte
de geleerde. ..Of is mijnheer Benoit niet
zoo'n lekkerbek als een zekere Henry Ca
rew?"
..Ik denk dat dit wel ongeveer hetzelfde zal
blijven", antwoordde de aangesprokene glim
lachend.
„Willen, de heeren mij dan maar volgen?
Met deze woorden voerde de kleine professor
hen naar een eenvoudig maar smaakvol ge
meubileerd vertrek, waar mevrouw Leroux,
een statige dame van middelbare leeftijd,
hen hartelijk begroette.
..Het doet me genoegen, beste Henry, je
weer eens hier te zien", zei ze vroolijk,
„Oh, aangenaam met u kennis te maken,
mijnheer Benoit. Ah, een vrier.d. van je,
Henry? En vertel me eens, hoe is je Afri-
kaansche reis je bevallen", vervolgde zij in
écn adem. „Heb je gevonden wat je zocht?"
Glimlachend liet Carew den woorden
stroom der oude dame over zich heen gaan,
maar hij gaf een teeken aan zijn gastheer.
Hij wilde niet gaarne, dat zij iets van de
gevaren zou vernemen, wedke hij meege
maakt had.
rroiessor i/tnoux begreep hem onmiddenjK.
„Kalm aan. Marguerite", zei hij geksche
rend ,„je wilt alles tegelijk weten en dat gaat
niet. Laten wij eerst gaan zitten."
Toen zij mevrouw Leroux uitstekende ge
rechten de eerste eer bewezen hadden, ver
haalde de professor op zijn levendige, typi
sche manier aan zijn vrouw Carew's avontu
ren, maar verzweeg het sensationeele eind.
Want toen hij vertelde, dat Carew en zijn
vriend een tweeden tocht zouden gaan on
dernemen. schudde ze afkeurend het
hoofd. .Heusch Gaston", dit tot den profes
sor, .ik vind het veel te gevaarlijk. Waarom
moet hij dat nu doen? Jij ook altijd met je
oudheid en onderzoekingen, Henry was juist
op weg zoo'n verstandig mensch te worden.
Hij heeft een goede positie door zijn asso
ciatie met mijnheer Durand en nu gaat hij
zijn neus weer in dien oudheidkundigen rom-
wel steken. Neem. me niet kwalijk. Gaston,
maar wat heb je er aan. Wees eerlijk en zeg
het nu zelf eens
„Tut, tut, vrouwtje, en de wetenschap dan,
en
.Ach de wetenschap! Kan die zonder dat
ook niet bestaan?"
„Dat heb je toch niet altijd gezegd, Mar
guerite" antwoordde de geleerde, een beetje
geraakt.
„Natuurlijk niet. Het was jouw levensdoel,
maar Henry en mijnheer Benoit zijn toch
niet van plan docent in de archaeologie te
worden."
Met stijgende vroolijkheid hadden Carew
en Archibald Benoit naar deze vriend
schappelijke schermutseling geluisterd, doch
de eerste merkte nu op: „U vergist u, mijn
beste mevrouw, als u denkt, dat het van on
zen kant een archaeologische expeditie ia.
Het interesseert mij wel in hooge mate, maar
ik wil u niet verzwijgen, dat het meer een
jacht naar fortuin wordt; een soort moder
ne schatgraver ij."
Mevrouw Leroux knikte levendig. .Ja. ok
oude graf tempete moeten ongekende schat
ten bevatten, ais je ze tenminste kan vinden
maar aai, o^uwyiei ik hard. Het is immers al
zoo lang geleden", liet zij er met echt vrou
welijke logica op volgen. ..Maar hoe kom jij
nu ineens zoo erg belust op fortuin,
Henry?"
„Door een zwendelspeculatie, waarvan
mij®, vader het slachtoffer werd.,staat zijn
bank nu voor een groot tekort", antwoordde
Carew ernstig. „Ik zelf beschik niet over zulk
een ontzaglijke som en heb daarom al mijn
hoop gevestigd op de fabelachtige rijkdom
men van Koning Tyrus-Ben-Abhas."
Mevrouw Leroux keek hem ontzet aan. .Je
vader? Wat verschrikkelijk jongen. Hoe is
dat gebeurd?"
„Zooals ik reeds zeide, door een zwendel
speculatie", antwoordde Carew bitter. „Mijn
vader was eenige weken lang ernstig ziek en
van die gelegenheid hebben een paar han
dige schurken gebruik gemaakt om zich te
zijnen koste te verrijken".
„Schandelijk!" zuchtte zij. „En nu wil je
zeker trachten de schatten van dien lang
vergeten koning te vinden, teneinde je va
ders tekort te dekken! 't Zal niet gemak
kelijk zijn, Henry, maar ik vind het kranig
van je en wensen vurig, dat je het doel zult
bereiken", zei ze hartelijk.
Professor Leroux greep een karaf-wijn en
schonk de glazen vol. ..Op het wel si *^en van
de onderneming", zei hij plechtig, të wijl hij
zijn glas opnam. „Dat jelui er in mogen sla
gen het graf van koning Tyrus te vinden, en
gezond en gelukkig ie mogen wederkeeren."
Staande dronken ze hun glas leeg. De oude
dame en de grijze geleerde; Carew, kalm.
flegmatiek en Archibald Benoit met een blos
van emotie op zijn mager gelaat Alle vier
even onder den indruk van het oogenblik.
Zou de Voorzienigheid toestaan, dat ze la
ter hier weer eens tezamen zouden zijn?
De stilte, die op de woorden van den pro
fessor volgde, was zoo drukkend, alsof het
ondoorgrondelijke Noodlot zelf was binnen
gekomen en dreigend toezag. Professor Le
roux was echter de eerste, die het stilzwijgen
weer verbrak.
Zijn levencige. werkzame geest kende nu
eenmaal geen rust. „Terwijl mijn vrouw met
de dienstbode de tafel afruimt, waarbij wij
mannen toch maar in den weg zouden loo-
pen, zal ik jelui het tweede document laten
zien. We zullen je dus maar alleen laten, niet
waar vrouwlief, dat zal je toch zeker op het
oogenblik wel het liefste zijn, niet?"
„Och. dat wil ik niet zeggen, maar laat ik
je niet van je bezigheden afhouden. Gaston,"
antwoordde zij ondeugend. „Ik ben reeds '.ang
aan je voortdurende afwezigheid gewend
geraakt-, vooral daar je je liefde altijd eerlijk
tusschen mij en je oude koningen verdeelt".
„Dank je, vrouwtje" antwoodde de profes
sor. met een tinteling van humor in zijn
grijze oogjes, ik vermoed dat het als een com
pliment bedoeld is en ik zal van je toestem
ming om te gaan een dankbaar gebruik ma
ken."
Toen de drie heeren weer in de werkkamer
van den professor zaten, opende deze een ge
heim vakje in zijn schrijftafel en haalde er
een rolletje geel geworden perkament uit, dat
hij zorgvuldig ontrolde en op de tafel uit
spreidde. Carew en Benoit keken vol span
ning toe.
„Hier hebben we nu het document nummer
twee", zei de professor voldaan. „Leg nu het
andere er naast, Henry, dan zul je zien, dat
op het eerste gezicht beide gelijk schijnen
te zijn".
Carew nam het document uit zijn porte
feuille en legde het naast het andere.
„Zie je wel!" riep de professor triomfante
lijk uit, ..ze hooren bij elkaar".
.Eij elkaar hoorer.? Ik zou zeggen, dat het
eene een copie van het andere is."
,JDat heb je toch mis, beste jongen. Kijk
maar eens goed".
De jonge man boog zich dieper over het
papier heen en bestudeerde nauwgezet de
lijnen en figuren op de beide documenten.
„Deze driehoek moet het graf zijn. en die
komt ook op het andere voor", mompelde hij,
Dc twee puntige figuren aan weerszijden er-
wan zijn vermoedelijk spitse bergtoppen, en
die komen ook op het tweede document voor.
De korte kromme lijntjes er om heen .stellen
eveneens bergen voor. Die zijn ook hetzelfde.
De weg hier loopt regelrecht naar het Zuid-
Oosten en is naar mijn schatting ongeveer
vierhonderd mijlen lang. De aangegeven
richting op dit perkament isHola,
wacht eens even!" onderbrak Carew zich zelf.
„Wat is dat? Deze weg is geheel anders, hij
loopt niet langs, maar door de berger, heen,
een geheel anderen kant uit en buigt dar. bij
dat kleine cirkeltje weer terug naar het
Noorden."
.Eindelijk", glimlachte de professor. „De
weg die jelui hier ziet is een andere weg om
terug te keeren cn een voel betere. Dat cir
keltje is een verborgen tunnel door een
oogenschijnlijk ondoordrlngbaren rotsmuur.
Dc gezamenlijke afstand is niet zoo groot als
de heenreis, maar veel moeilijker, dat ver
moed ik tenminste, daar de weg dwars door
de bergen heengaat. De korte streepjes en
vierkantjes zijn kleine en grootere bronnen,
hopelijk zijn ze nog in denzelfden toestand
als tweeduizend Jaar geleden. Het aantal be
draagt meer dan twintig, dus co kans be
staat dat er nog eenige intact zijn gebleven".
„Dan zal het. dunkt mij. beter zijn dezen
weg te volgen" meende Carew.
De professor schudde het hoofd. „Neen. De
vertrouwden van Koning Thyrw, die ver
moedelijk deze papieren samenstelden, heb
ben de twee verschillende richtingen niet
voor niets aangegeven. Bij hun vlucht zullen
zij slechts van een minder bekenden weg ge
bruik hebben gemaakt, die daardoor ook ce
veiligste is. Er is maar één oplossing voor. De
bergen worden naar het Noord-Oosten steeds
lager, totdat ze op het eind in kleine heu
vels overgaan. Het gaat dus steeds meer
naar beneden. Zou je echter dezen weg voor
de heenreis willen volgen, dan moest je
voortdurend blijven stijgen Niet alleen zou dit
zwaar werk worden, doch je had minder kans
van de tegenovergestelde zijde den tunnei t»
vinden".
(Wordt vcrvotgdV,